FacilityPro CopyPrint Installatie- en gebruikershandleiding

Transcriptie

1 FacilityPro CopyPrint 3000 Installatie- en gebruikershandleiding Bestandsnaam: Revisiedatum: MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

2 Voor meer informatie: Kijk op de website van Magna Carta Magna Carta Chipcard Solutions. Alle rechten voorbehouden. Magna Carta, FacilityPro, FacilityPro Manager, Comet en het FacilityPro Manager logo zijn wettig gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Magna Carta Chipcard Solutions in Nederland en/of andere landen. Alle andere productnamen zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaren. FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 2

3 INHOUDSOPGAVE OVER DEZE INSTALLATIE- EN GEBRUIKERSHANDLEIDING INLEIDING DE ONDERDELEN VAN DE FACILITYPRO COPYPRINT INSTALLATIE Het installeren van de Magnabox in de montagebehuizing Het installeren en aansluiten van de kaartlezer Het aansluiten van de Magnabox op de kopieermachine, printer of multifunctional Elektrisch Ingangen 14 Copier Enable Input voltage Output voltage Pinout Input Signals Feed Pulse (Cin) Duplex (OOO) A4/A3 (Large) Count pulse (Cout) Copier On(Con) Color De Magnabox aansluiten op een netwerk CONFIGURATIE Het laden van de standaardconfiguratie Configureren met FacilityPro Manager De terminal aanmaken in de database Het bepalen van de parameterwaarden voor de FacilityPro CopyPrint Het configureren van de terminal Configureren met de Magnabox menu s Configureren met een web browser (http) HET ACTIVEREN VAN CHIPKNIP OP DE FACILITYPRO COPYPRINT BEDIENING VAN DE FACILITYPRO COPYPRINT FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

4 6.1 Het opstarten van de FacilityPro CopyPrint Kopiëren bij de FacilityPro Copy 3000 (CO3000, alleen kopiëren) Printen bij de FacilityPro Print 3000 (PR3000, alleen printen) Kopiëren bij een FacilityPro MultiFunctional 3000 (MF3000, printen en kopiëren) Printen bij de FacilityPro MultiFunctional 3000 (MF3000, printen en kopiëren) Het saldo van een kaart bekijken HET AFSTORTEN VAN CHIPKNIP BETALINGEN NAAR EQUENS PROBLEMEN OPLOSSEN De display toont Saldo te laag De display toont KAART HEEFT DE VERKEERDE VALUTA De display toont KAART IS NIET GELDIG HIER De display toont KAART IS NIET MEER GELDIG De display toont KAART IS NOG NIET GELDIG De display toont UW KAART IS ONBRUIKBAAR De display toont UW KAART REAGEERT NIET Chipknip problemen Display toont BUITEN GEBRUIK BETAAL ANDERS Display toont STORING NEEM UW PAS FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 4

5 Over deze installatie- en gebruikershandleiding Dit is de installatie- en gebruikershandleiding voor de FacilityPro CopyPrint 3000 (MAN9 CP3000 NLED 4502.doc). Het is gebaseerd op de Magnabox applicatiesoftware versie V3.45 en bios versie 3.36 en op FacilityPro Manager versie Deze handleiding beschrijft hoe u een FacilityPro CopyPrint 3000 moet installeren en gebruiken, en hoe u bepaalde problemen kunt oplossen. Voor technische specificaties zoals de afmetingen, geheugencapaciteit, enz. wordt verwezen naar de datasheet van de FacilityPro CopyPrint Wanneer in de tekst opsommingen voorkomen die geen instructies zijn zullen ze zijn genummerd met haken, als volgt: 1) Eerste punt 2) Tweede punt, enzovoorts Wanneer in de tekst instructies voorkomen voor het uitvoeren van de diversen taken hebben deze instructies altijd een kop die begint met Zo, bijvoorbeeld Zo bekijkt u het saldo op een FacilityPro kaart:. De instructies voor die taak worden vervolgens stapsgewijs gegeven, in de volgorde waarin u ze uitvoert, en genummerd met punten, als volgt: 1. Stap Stap Stap 3, enzovoorts. 5 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

6 1 Inleiding De FacilityPro CopyPrint 3000 is een betaalterminal voor het elektronisch betalen met een Chipknip of een FacilityPro kaart bij kopieermachines, printers of multifunctionals. De FacilityPro CopyPrint 3000 kent een groot aantal varianten, zodat er voor vrijwel alle kopieermachines, printers en multifunctionals een geschikte betaalterminal beschikbaar is. De FacilityPro CopyPrint 3000 bestaat uit twee basismodules: een besturingsmodule en een kaartlezer. Meestal wordt het gekocht in combinatie met een vloerstandaard en een montagebehuizing. De besturingsmodule, de Magnabox, bevat het computersysteem waarmee de kopieermachine, printer of multifunctional en de kaartlezer worden bestuurd, en wordt in de afsluitbare montagebehuizing geplaatst. De Atlas 4 kaartlezer wordt gebruikt om chipkaarten te lezen en te schrijven en wordt ingebouwd in de vloerstandaard. Voor het printen wordt de terminal gekoppeld met printspoolersoftware. De chipkaart van een kaarthouder wordt gekoppeld aan zijn of haar loginnaam op de PC (hiervoor wordt het kaartnummer gebruikt, of informatie die is geschreven in een frame op de kaart). De printterminal toont alleen printopdrachten in de queue voor deze kaarthouder. Printopdrachten kunnen worden geprint, maar ook worden geannuleerd bij de FacilityPro CopyPrint Op de display van de kaartlezer bij de printer worden heldere stapsgewijze instructies getoond voor het printen. Om te betalen voor kopietjes of prints bij een kopieermachine, printer of multifunctional die is uitgerust met een FacilityPro CopyPrint 3000 dient de klant zijn chipkaart in de kaartlezer te voeren. Dan kan hij direct beginnen met kopiëren, of een printopdracht kiezen. Voor kopiëren wordt het verschuldigde bedrag van de kaart afgeschreven voordat elk kopietje wordt gemaakt. Ook is er een vooruitbetaling voor een instelbaar aantal kopietjes die na afloop van het kopiëren op de kaart wordt teruggeschreven. Voor een printopdracht wordt meestal het gehele bedrag van te voren van de kaart afgeschreven. In sommige gevallen wordt de betaling op dezelfde manier geregeld als bij kopiëren. De klant kan het saldo op zijn kaart opvragen door de <?>-toets te kiezen. De FacilityPro CopyPrint 3000 kan worden gebruikt voor transacties met een Chipknip of een FacilityPro kaart. De FacilityPro kaart is een chipkaart voor uw eigen bedrijf of organisatie van het gesloten elektronische transactiesysteem FacilityPro dat is ontwikkeld door Magna Carta. FacilityPro biedt een variëteit aan configuratie, registratie en loyalty mogelijkheden. Zo kunnen voor de individuele FacilityPro kaarthouder verschillende kortingen gelden. FacilityPro kaarten zijn beschikbaar voor contact kaarten en voor contactloze kaarten. FacilityPro ondersteunt de contact kaarten JavaCard, IBM MFC en de verouderde Bull Scot5, Gemclub Micro, FacilityCard en Multi-Card Smart. De contactloze kaarten die worden ondersteund zijn Mifare Classic, Mifare DESFire en contactloze JavaCards. Terminals zijn voorbereid voor Mifare Plus. Voor de ondersteuning van LEGIC kaarten is er een speciale LEGIC kaartlezer. Naast elektronisch betalen biedt de FacilityPro CopyPrint 3000 voor transacties met de FacilityPro kaart de mogelijkheid voor bepaalde gebruikers af te rekenen tegen een gereduceerd tarief, af te rekenen tegen een budget, of af te rekenen zonder betaling waarbij de transacties worden geregistreerd en kunnen worden doorbelast naar kostenplaats. Belangrijke voordelen van de FacilityPro CopyPrint 3000 modellen voor printen zijn tevens de Follow-me functionaliteit: prints kunnen worden betaald en afgedrukt bij elke op het netwerk aangesloten FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 6

7 terminal, en Printing on demand : prints worden niet afgedrukt totdat de opdrachtgever ter plaatse is en zich identificeert met zijn chipkaart. Dit elimineert verspilling en is plezierig voor de klant, met name in geval van confidentiële documenten. De FacilityPro CopyPrint 3000 fungeert als een terminal van een elektronisch transactiesysteem, waarin naast kopieermachines, printers en/of multifunctionals ook andere betaalterminals (bij verkoopautomaten, kassa s, enz.), toegangsterminals en opwaardeerstations kunnen zijn opgenomen. Afhankelijk van de wensen op uw site zult u kiezen voor een PayPro of PowerPro terminal: 1) PayPro: kaarthouders kunnen niet worden onderverdeeld in gebruikersgroepen. Voor alle gebruikers gelden dezelfde prijzen, er kunnen geen kortingen of budgetten worden toegekend. 2) PowerPro: kaarthouders kunnen worden onderverdeeld in gebruikersgroepen waardoor prijsdifferentiatie is toe te passen door kortingen en budgetten toe te kennen. Er kunnen meerdere rechten aan iedere gebruikersgroep worden toegekend (bijvoorbeeld vrije verkoop, korting, budget). Kaarthouders kunnen ook worden onderverdeeld in kostenplaatsen zodat rapporten per kostenplaats kunnen worden gegenereerd voor doorbelastingsdoeleinden. De terminals van een elektronisch transactiesysteem kunnen worden beheerd vanaf een centraal punt. Dit gebeurt vanaf een PC waarop de software FacilityPro Manager is geïnstalleerd. De module PayPro wordt gebruikt voor het beheer van de betaalterminals. Hiermee kan de beheerder producten en prijzen aanpassen, gestolen kaarten op een zwarte lijst zetten en de gegevens over het gebruik van de betaalterminals uitlezen. Met de module PowerPro kunnen gebruikersgroepen en rechten worden gedefinieerd en rechten aan gebruikersgroepen toegekend, en kunnen bovendien de kaarthouders worden onderverdeeld in kostenplaatsen. Zo kan een complexe configuratie in de terminal worden geladen die het mogelijk maakt om meerdere rechten toe te kennen aan iedere gebruikersgroep en transacties ook per kostenplaats te registreren en doorbelasten. Voor verdere informatie over FacilityPro Manager wordt verwezen naar de datasheet van dit product. De communicatie tussen de beheerssoftware en de betaalterminals kan op verschillende manieren worden gerealiseerd: via ethernet, via telefonisch netwerk door inbellen op een GSM/GPRS- of PSTN-modem, of via infraroodcommunicatie. Hiervoor is in sommige gevallen additionele hardware en/of software nodig, zoals een Personal Digital Assistant (PDA) en de COMET software voor het uitlezen via infrarood, of een modem op de back-office computer in het geval van inbellen naar een modem op de FacilityPro CopyPrint Als de terminal (ook) Chipknip accepteert moeten de Chipknip betalingen naar Equens worden afgestort. Dit kan worden gedaan met de Chipknip module (een store en forward module ) van FacilityPro Manager, die de Chipknip transacties van de terminals ophaalt en naar Equens verstuurt, waar ze worden verwerkt. Het is daarom niet vereist om een Equens-gecertificeerde netwerkverbinding (TCP/IP of telefonisch netwerk) te hebben bij iedere terminal waar Chipknip moet worden geaccepteerd. Het is ook mogelijk om de Chipknip betalingen direct van de terminal naar Equens af te storten met de ingebouwde Chipknip firmware. In dat geval dient er wel een door Equens gecertificeerde netwerkverbinding bij de terminal te zijn. 7 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

8 2 De onderdelen van de FacilityPro CopyPrint 3000 U heeft een FacilityPro CopyPrint 3000 aangeschaft. Er bestaan diverse modellen van de FacilityPro CopyPrint 3000, die worden weergegeven in het onderstaande schema met de bijbehorende productcodes. De complete productnaam bestaan uit het type terminal (PayPro of PowerPro), gevolgd door de productcode. Wanneer Chipknip geaccepteerd moet worden dient de productcode nog te worden gevolgd door de letters CK. De terminal zal dan uitgerust worden met een Chipknip SAM van Equens en Chipknip firmware. FacilityPro CopyPrint 3000 betaalterminals ATLAS 4 STRAIGHT: EVA INBOUW COPY PRINT MULTIFUNCTIONAL IRDA en TCP/IP CO 3050 PR 3050 MF PSTN modem CO 3051 PR 3051 MF GSM/GPRS modem CO 3052 PR 3052 MF 3052 ATLAS 4 BLOCKING: EVA INBOUW COPY PRINT MULTIFUNCTIONAL IRDA en TCP/IP CO 3060 PR 3060 MF PSTN modem CO 3061 PR 3061 MF GSM/GPRS modem CO 3062 PR 3062 MF 3062 Tabel 2-1 De modellen van de FacilityPro CopyPrint 3000 Uw FacilityPro CopyPrint 3000 heeft de volgende onderdelen: 1) Doos met Magnabox besturingsmodule: a) Magnabox besturingsmodule, optioneel met Chipknip SAM b) zakje accessories met: - sleutel voor Magnabox - 3 pluggen S6-3 schroeven DIN7981 4,8x25 mm c) A6 papier met een opsomming van de onderdelen die in de doos zitten en een link naar de installatie- en gebruikershandleiding van de Magnabox op de website van Magna Carta 2) Doos met kaartlezer, één van de volgende: a) type Atlas 4 Straight (modellen CO305X, PR305X, MF305X): - 4-knops Atlas - A6 papier met een opsomming van de onderdelen die in de doos zitten en een link naar de installatie- en gebruikershandleiding van de Atlas op de website van Magna Carta b) type Atlas 4 Blocking (modellen CO306X, PR306X, MF306X): - 4-knops Atlas - A6 papier met een opsomming van de onderdelen die in de doos zitten en een link naar de installatie- en gebruikershandleiding van de Atlas op de website van Magna Carta 3) Applicatiedoos: a) Modulaire kabel RJ12/RJ12 5 m b) Copier kabel met HDP 26-pin connector voor aansluiting op Magnabox en 16 gekleurde draden aan het andere uiteinde FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 8

9 c) 4 moeren voor het bevestigen van de Atlas 4 Straight of Blocking op de vloerstandaard of ander oppervlak d) voedingsadapter voor de Magnabox e) A6 papier met een opsomming van de onderdelen die in de doos zitten en een link naar de installatie- en gebruikershandleiding van de FacilityPro CopyPrint 3000 op de website van Magna Carta Uw FacilityPro CopyPrint 3000 CO30X1, PR30X1 of MF30X1 bevat de additionele onderdelen: 1) telefoonkabel met twee RJ11 connectoren, MC bestelnummer (2 m) 2) in de Magnabox ingebouwde PSTN modem Uw FacilityPro CopyPrint 3000 CO30X2, PR30X2 of MF30X2 bevat de additionele onderdelen: 1) antenne met SMA connector 2) in de Magnabox ingebouwde GSM/GPRS modem 9 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

10 3 Installatie Het installeren van de FacilityPro CopyPrint 3000 bestaat uit de volgende stappen: 1) het installeren van de Magnabox in de montagebehuizing en het plaatsen van de montagebehuizing ( 3.1) 2) het installeren van de kaartlezer in de vloerstandaard, het plaatsen van de vloerstandaard en het aansluiten van de kaartlezer op de Magnabox ( 3.2) 3) het aansluiten van de Magnabox op de kopieermachine, printer of multifunctional ( 3.3) 4) het aansluiten van de Magnabox op een netwerk ( 3.4) 3.1 Het installeren van de Magnabox in de montagebehuizing In de montagebehuizing zitten een gat en vijf uitsparingen waardoor de kabels naar de Magnabox zullen worden geleid. In deze instructies wordt de kant van de montagebehuizing met het gat en de uitsparingen de voorkant genoemd en de kant met het gat wordt de linker kant genoemd. Achter de voorkant van de montagebehuizing zit een kabelbeugel met zes montagelippen waar kabels aan kunnen worden bevestigd met kabelbinders (tie-wraps) en een uitsparing waardoor de datakabel kan worden geleid. Zo installeert u de Magnabox in de montagebehuizing: 1. Bevestig de flexibele kabelbuis aan het grote gat aan de voorkant en aan de linkerkant van de montagebehuizing met de moeren die zijn meegeleverd (één moer aan iedere kant van het gat). 2. Neem de modulaire kabel van 5 m (kaartlezer naar Magnabox) uit de applicatiedoos en voer het door de flexibele kabelbuis. 3. Bevestig de montageplaat van de Magnabox aan de montagebehuizing met de vier meegeleverde schroeven (deze schroeven zitten bij levering aan de bodem van de montagebehuizing bevestigd), met de gladde kant van de montageplaat (met de DIN rail uitsparing) naar beneden. De kant van de montageplaat met het woord TOP in Figuur 3-1 moet aan de achterkant van de montagebehuizing komen. Zie Foto 3-1. FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 10

11 Figuur Neem de voedingsadapter uit de applicatiedoos, koppel de type 8 stekker los, plaats de voedingsadapter tussen de twee voedingsadapter-beugels van de montagebehuizing, daarbij de kabel aan de 12 V kant door de hoge opening in de achterste voedingsadapter-beugel voerend. 5. Zet de voedingsadapter vast door de type 8 stekker in de 230V kant te steken, door de hoge opening in de voorste voedingsadapter-beugel. 6. Voer de kabel door de meest rechtse uitsparing van de montagebehuizing zodat de stekker nu buiten de montagebehuizing is. 7. Gebruik een kabelbinder om de kabel van de voedingsadapter aan de montagelip achter de meest rechtse uitsparing van de montagebehuizing te bevestigen. Uw montagebehuizing ziet er nu uit als op Foto 3-1. Foto Voer de datakabel uit de applicatiedoos door de derde uitsparing van rechts van de montagebehuizing en maak een lus in de kabel door de uitsparing in de kabelbeugel (zie Foto 3-2). Bevestig de kabel aan de montagelip met een kabelbinder. 11 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

12 Foto Monteer de Magnabox op de montageplaat (schuif de Magnabox van achteren naar voren vast). 10. Bevestig de kabel die door de flexibele kabelbuis is geleid aan de montagelip met een kabelbinder, daarbij voldoende vrije kabelruimte latend om de kabel in de Magnabox te steken. 11. Steek de RJ12 connector van de kabel die door de flexibele kabelbuis is geleid in de poort READER1 van de Magnabox. 12. Steek de power plug in de poort POWER van de Magnabox, daarbij de kabel van de 12V kant van de voedingsadapter om de Magnabox heen voerend, zoals te zien in Foto 3-3. Foto Steek de mannelijke HDDB 26 connector van de datakabel in de poort AUXILIARY van de Magnabox. 14. Bind het teveel aan stroomkabel aan de 12V kant aan de achterkant van de montagebehuizing op en gebruik een kabelbinder om het vast te houden. Zo voorkomt u dat de kabel steeds naar buiten komt als de montagebehuizing wordt geopend. 15. Zet de deksel op de montagebehuizing met het slot achteraan en ongeveer 0,5 cm verder naar achteren dan de montagebehuizing zelf, schuif dan de deksel naar voren en sluit de montagebehuizing af met de meegeleverde sleutel (draai 90 met de klok mee om af te sluiten en 90 tegen de klok in om weer te openen). FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 12

13 16. Maak de montagebehuizing los van de montageplaat van de montagebehuizing door deze naar rechts te schuiven. 17. U kunt nu de montageplaat van de montagebehuizing aan de achterkant van uw kopieermachine, printer of multifunctional. Desgewenst kunt u de montageplaat vouwen en er een standaard voor de montagebehuizing van maken (Foto 3-4) die achter de kopieermachine, printer of multifunctional kan worden gezet. 18. Schuif de montagebehuizing terug op de montageplaat. Er is één stel gaten in de bodem van de montagebehuizing om de montagebehuizing op een platte montageplaat te schuiven en een ander stel gaten om deze op een gevouwen montageplaat te schuiven. Foto Het installeren en aansluiten van de kaartlezer Vaak zal uw Atlas kaartlezer voor levering al zijn gemonteerd in een vloerstandaard. U zult dan alleen de stappen uit te voeren voor het aansluiten van de Atlas op de Magnabox. Misschien heeft u de vloerstandaard S951 dikkop besteld. Mogelijk heeft u besloten geen vloerstandaard aan te schaffen en de Atlas in een ander oppervlak te monteren. Als u de Atlas niet in een vloerstandaard S591 dikkop monteert, dient u ervoor te zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan: 1) In het oppervlak waarin u de Atlas wilt monteren is een EVA (maxi) opening, en voldoende vrije ruimte daarachter voor de Atlas 4 Straight of Blocking (voor afmetingen zie datasheet Atlas 4) en de kabelset. 2) Er zijn geen obstakels achter dit oppervlak die de kabelset kunnen belemmeren of beschadigen. Zo installeert u de Atlas 4 Straight of Blocking : 1. Plaats het frame met de Atlas van achteren door de EVA opening in de S591 dikkop of ander oppervlak. 2. Bevestig het met de 4 meegeleverde moeren uit de FacilityPro CopyPrint 3000 applicatiedoos. 3. Steek één RJ12 connector van de modulaire kabel RJ12/RJ12 uit de FacilityPro CopyPrint 3000 applicatiedoos in de poort 1 van de Atlas. 13 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

14 4. Steek de andere RJ12 connector van deze kabel in de poort READER1 van de Magnabox. 3.3 Het aansluiten van de Magnabox op de kopieermachine, printer of multifunctional Ik ben hier Uw FacilityPro CopyPrint 3000 wordt geleverd met een Copier kabel met HDP 26-pin connector voor aansluiting op de Magnabox en 16 gekleurde draden aan het andere uiteinde, voor de interface met de kopieermachine, printer of multifunctional. Afhankelijk van het merk en type van de kopieermachine, printer of multifunctional verbindt u de In deze paragraaf wordt uitgelegd Elektrisch Ingangen De copier interface on the Magnabox has six inputs. These inputs are designed with six optocouplers, these optocouplers have a common anode connected to Va. Va should be supplied with a voltage between 5 and 24 volts. Va is the common anode rail. Copier Enable The copier enable is a relay with a common and normally open contact. Input voltage Het is mogelijk de Magnabox van stroom te voorzien vanuit de kopieermachine, printer of multifunctional, zodat er geen externe voeding voor de Magnabox nodig is. De inkomende stroom dient te worden aangesloten op Vin, het voltage dient tussen 12 en 24 volt te zijn. Output voltage Sometimes a copier machine does not give any voltage; in this case it is possible to use the Vout. Vout provides a stable 5 volts. FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 14

15 3.3.2 Pinout Vin 12V 24V Yellow/Red Turquoise Vout 0V Vin 0V White/Red 1 20 Pink Vout 5V Va 5V 24V Red 2 21 Blue Count pulse (Cout) Feed pulse (Cin) Violet 3 22 Yellow Copier ON (CON) Duplex (000) White 4 23 Brown Color A3/A4 (Large) Black 5 24 Common (Com) Orange 6 25 Red/Blue Reserved 2 Reserved 1 Grey Green/Red Reserved 3 Copier Enable (NO) Green Input Signals Feed Pulse (Cin) This optional signal indicates the paper is going into the machine. It is used to indicate that the card reader machine is processing copies. It can be connected to the Magnabox to decrease the waiting time after the user has pressed the STOP button. The waiting time is only decreased if no copies are processed in the machine. This signal can be found on some copier types. Duplex (OOO) This signal normally indicates the flip side of the paper is used, which is called duplex printing. This signal can also be used to detect an Out Of Order signal generated by the copier machine if duplex is not needed and out of order is nice to have. The signal will then produce an indication on the display of the card reader and will finish any ongoing transactions. Whether the signal is interpreted as a duplex signal or as an out of order signal depends on the value of the parameter unit_subtype (see 4.2.2). A4/A3 (Large) This optional signal can be used to activate an alternative price line: not A4 but A3. Some copier models have such a signal available. Count pulse (Cout) This signal indicates that the new copy is ready and has been moved out of the copier into the paper tray. 15 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

16 It is also possible to distinguish 4 different paper types by counting pulses in a pulse train on this signal (for instance to distinguish A3 and A4 paper types. Some copier types give two pulses close after each other to charge for A3 and only one pulse when an A4 copy is made). The time between the pulses of this pulse train can be configured. If your copier doesn't support this feature we advise to set the copy_large_small parameter to 1 (see 4.2.2). The timing of this pulse train can be set using extra_start_timeout Copier On(Con) This signal must be connected to the Magnabox. This signal is most of the time just the 24V used to connect to mechanical counter. This 24V is present when copier is switched on. When 24V volt is not present (meaning copier is turned off) it will cause the display of the Atlas 4 user interface to show MACHINE NOT SWITCHED ON and will prevent any user interaction Color Some color copier models have a signal line that indicates if a color or black and white copy is made. If so this line can be connected to the Color signal to select different price lines for color or black and white copies. 3.4 De Magnabox aansluiten op een netwerk Als de FacilityPro CopyPrint 3000 moet worden aangesloten op een netwerk (ethernet LAN of mobiel of analoog telefonisch netwerk), volg daartoe de instructies in de installatie- en gebruikershandleiding van de Magnabox. FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 16

17 4 Configuratie De configuratie van de Magnabox in de FacilityPro CopyPrint 3000 bevat informatie over: 1) welke FacilityPro kaarten moeten worden geaccepteerd omdat zij de juiste sitecode en sleutels bevatten; 2) welke valuta wordt gebruikt; 3) of bepaalde kaarten moeten worden geweigerd omdat ze van een gebruikersgroep zijn die de kopieermachine, printer of multifunctional niet mag gebruiken of omdat ze op de zwarte lijst van verloren en gestolen kaarten staan; 4) welke producten gekocht kunnen worden bij de kopieermachine, printer of multifunctional en voor welke prijs; 5) of bepaalde kaarten een korting moeten krijgen op sommige of alle producten (alleen PowerPro terminals); 6) een aantal andere parameters die bepalen hoe de FacilityPro CopyPrint 3000 zal functioneren ( 4.2.2). Uw nieuwe FacilityPro CopyPrint 3000 wordt geleverd zonder configuratie in de Magnabox. Voor het eerste gebruik moet het daarom worden geconfigureerd. Dit kan op vier manieren: 1) met de toetsen op de Magnabox om de standaardconfiguratie te laden als u de FacilityPro CopyPrint 3000 wilt testen met Magna Carta testkaarten of als er uitsluitend Chipknip kaarten zullen worden geaccepteerd ( 4.1) 2) met FacilityPro Manager om een site-specifieke configuratie te laden ( 4.2) 3) met de menu s van de Magnabox om een site-specifieke configuratie te laden ( 4.3) 4) met http om een site-specifieke configuratie te laden ( 4.4) 4.1 Het laden van de standaardconfiguratie De standaardconfiguratie veronderstelt: 1) dat de terminal voor alleen kopiëren is; 2) dat de valuta de Euro ( ) is; 3) dat, naast eventueel de Chipknip, alleen Magna Carta test kaarten geaccepteerd mogen worden; 4) dat de producten die kunnen worden gekocht bij de kopieermachine of multifunctional zijn zoals weergegeven in Figuur 4-1; 5) dat het bedrag dat van de kaart zal worden afgeschreven voordat er gekopieerd wordt gelijk is aan 1, FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

18 Figuur 4-1 services pagina van de Magnabox van de FacilityPro CopyPrint 3000 Zo laadt u de standaardconfiguratie in de FacilityPro CopyPrint 3000: NB: de standaardconfiguratie kan alleen in de FacilityPro CopyPrint 3000 worden geladen als deze niet eerder geconfigureerd is geweest. 1. Installeer de FacilityPro CopyPrint 3000 zoals beschreven in hoofdstuk Zorg dat de FacilityPro CopyPrint 3000 aan staat. Na enige tijd zal de display van de Atlas kaartlezer tonen als in Figuur 4-2. Figuur 4-2 Geen config scherm Als daarentegen de display afwisselend toont als in Figuur 4-3 en Figuur 4-4, dan is de FacilityPro CopyPrint 3000 reeds eerder geconfigureerd en kunt u de standaardconfiguratie niet laden. Figuur 4-3 het welkomstscherm FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 18

19 Figuur 4-4 datum en tijd scherm 3. Druk de -toets van de Magnabox in. De standaardconfiguratie wordt geladen. De display toont afwisselend als in Figuur 4-3 en Figuur 4-4. Als daarentegen de display toont als in Figuur 4-5, dan staat de kopieermachine of multifunctional niet aan. Figuur 4-5 Machine niet ingeschakeld 4.2 Configureren met FacilityPro Manager De instructies in deze paragraaf gaan ervan uit dat u enige ervaring heeft met FacilityPro Manager. Voor meer gedetailleerde instructies wordt verwezen naar de gebruikershandleiding van FacilityPro Manager De terminal aanmaken in de database Voordat u de FacilityPro CopyPrint 3000 kunt configureren moet u een nieuwe terminal aanmaken in de FacilityPro Manager database. Zo maakt u een terminalrecord aan voor uw FacilityPro CopyPrint 3000: 1. Start FacilityPro Manager. 2. Zorg dan dat alle producten die bij de kopieermachine, printer of multifunctional verkocht zullen gaan worden aangemaakt zijn in de tabel van services, in de gewenste servicegroepen. 3. Zorg dat de locatie van de terminal is aangemaakt in de tabel van locaties. 4. Zorg dat de terminalgroep waartoe de terminal behoort is aangemaakt in de tabel van terminalgroepen. 5. Kies menu Terminals. 6. Kies Terminals. 7. Als er meerdere terminalgroepen bestaan: selecteer de terminalgroep waartoe de FacilityPro CopyPrint 3000 moet behoren. 8. Klik op de functieknop Nieuw. 9. Klik in het veld Terminal. 10. Type de naam van de nieuwe terminal (bijvoorbeeld Multifunctional 4 e verd. ). 11. Klik op de pijl naast het veld Machinetype. 12. Selecteer het machinetype. Voor een terminal waar alleen geprint zal worden kiest u machinetype COPR alleen printen. Anders kiest u machinetype COPR printen+kopiëren. 19 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

20 13. Klik op de pijl naast het veld Collector. 14. Selecteer het werkstation dat zal fungeren als collector voor deze terminal. (Dit is niet nodig als de terminal met de hand uitgelezen zal worden). 15. Klik in het veld Serienummer. 16. Type het serienummer van de Magnabox. Dat begint met mb of MB. Het serienummer is te zien op de display van de Magnabox. 17. Klik op de pijl naast het veld Connectie. 18. Selecteer Netwerk als de terminal uitgelezen en geconfigureerd zal worden via ethernet LAN of via een telefonisch netwerk. Selecteer anders Handterminal. 19. Klik op de pijl naast het veld Locatie. 20. Selecteer de locatie van de terminal. 21. Als u in het veld Connectie de waarde Netwerk heeft ingevuld, en de terminal via ethernet LAN zal worden uitgelezen en geconfigureerd 1, klik in het veld IP-adres en type het IP-adres. 22. Als u in het veld Connectie de waarde Netwerk heeft ingevuld, en de terminal via een mobiel of analoog telefonisch netwerk zal worden uitgelezen en geconfigureerd, moet u met Windows een inbelverbinding definiëren naar het modem in de Magnabox die moet worden toegevoegd aan de aan FacilityPro Manager bekende inbelverbindingen (zie de gebruikershandleiding van FacilityPro Manager). Geef daarna de juiste waardes aan de velden Inbelverbinding en Telefoonnummer. 23. Vul op het tabblad Services in welke services bij de terminal verkrijgbaar zullen zijn. In Figuur 4-6 en Figuur 4-7 worden voorbeelden gegeven van hoe het tabblad kan worden ingevuld. Afhankelijk van welk merk en type kopieermachine, printer of multifunctional wordt gebruikt, kan de invulling verschillen. De technische documentatie van het betreffende apparaat dient te worden geraadpleegd. De voorbeelden die hier worden gegeven zijn correct voor de meest voorkomende gevallen, waarbij: Statuslijn1 wordt gebruikt voor A3/A4 en is actief voor A3. * Statuslijn2 wordt gebruikt voor zwart-wit /kleur en is actief voor kleur.* Statuslijn3 wordt gebruikt voor Simplex/Duplex en is actief voor Duplex.* * actief = ingaande stroom is laag Als de statuslijnen op uw machine anders worden gebruikt dienen ook de services anders te worden ingevuld. 24. Klik op de functieknop Toepassen. 25. Klik OK. De nieuwe terminal wordt bewaard. In de lijst van records verschijnt de naam van de terminal. 1 Als de terminal via inbellen op een modem zal worden gerealiseerd dient ook het veld IPadres te zijn ingevuld, en wel met het modem IP adres van de Magnabox, die een standaardwaarde heeft van Deze waarde is ook standaard ingevuld in het veld IP-adres als u een nieuwe terminal aanmaakt. Het modem IP adres van de Magnabox kan worden opgezocht en/of gewijzigd via het menu modem van de Magnabox (zie handleiding Magnabox). FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 20

21 Figuur 4-6 tabblad Services voor printen en kopiëren Figuur 4-7 tabblad Services voor alleen printen of alleen kopiëren Het bepalen van de parameterwaarden voor de FacilityPro CopyPrint 3000 Er zijn een aantal parameters die bepalen hoe de FacilityPro CopyPrint 3000 zal werken en waaraan dus de juiste waarde zal moeten worden toegekend voor uw site. Sommige van deze parameters staan op het gegevensscherm van machinetypes, sommige op het gegevensscherm van terminals en sommige op het gegevensscherm van site-instellingen. Het zijn de volgende parameters: Op het gegevensscherm van machinetypes (in alfabetische volgorde): 21 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

22 1) als_server_ip 2 : waarde in standaardconfiguratie IP adres van de ALS of PIM server (zie de gebruikershandleiding van FacilityPro Manager) 2) busy_timeout: waarde in standaardconfiguratie Deze parameter is alleen relevant als de machine voortelpulsen geeft (niet alle machines doen dit). Voor deze machines begint de busy_timeout timer steeds opnieuw te lopen als er een voortelpuls wordt gegeven. Deze timer wordt gebruikt om te bepalen of een kopietje of print nog onvoltooid zou kunnen zijn. De waarde die het krijgt toegekend dient de maximale tijd te zijn die het kan duren om een kopietje of print te voltooien. Als de kaarthouder op STOP drukt, wacht de terminal eerst tot de busy_timeout timer nul is geworden, dat wil zeggen tot er een periode [busy_timeout] is verstreken na de laatste voortelpuls. De terminal zal vervolgens de kaart pas vrijgeven en klaar zijn voor een volgende kaart na de periode gedefinieerd in de parameter service_timeout. Het is vaak aan te raden deze parameter de waarde 6000 (6 s) te geven om de wachttijd na het drukken van STOP te beperken. 3) Credit_timeout: waarde in standaardconfiguratie 500 Deze parameter bepaalt de tijd in seconden dat een kaarthouder een ander product kan kiezen na een mislukte verkoop voor een eerder gekozen product waarbij een kaart is gebruikt (of een betaalmethode) waar het terugbetalen van het reeds betaalde bedrag niet mogelijk is, zoals een Chipknip of MiniTix 3. Deze parameter zal pas beschikbaar zijn vanaf firmware versie 3.46 en alleen voor MDB machines en Chipknip en vanaf een latere versie voor MiniTix. 4) display_balance: waarde in standaardconfiguratie 0 waarde = 1: kaartsaldo wordt getoond als kaart wordt ingestoken; waarde = 0: kaartsaldo wordt alleen getoond als gebruiker op? -knop drukt; 5) idle_timeout: waarde in standaardconfiguratie 5000 Als de terminal niet actief is worden twee of drie schermen afwisselend getoond op de display van de terminal (zie parameters Welkomsttekst en Welkomsttekst2). De parameter idle_timeout bepaalt na hoeveel ms de display van scherm wisselt. Als het de waarde 0 krijgt, zal de display niet meer afwisselend verschillende schermen tonen. Alleen het eerste scherm wordt dan getoond (standaard: WELKOM, UW PAS AUB). De datum en tijd worden dan niet getoond. 6) ignore_vmc_single_vend: waarde in standaardconfiguratie 0 Deze parameter is alleen van toepassing op MDB terminals. Als de VMC een single vend configuratie heeft (slechts één transactie toegestaan per ingestoken kaart) en de parameter single_vend (zie hieronder) de waarde 0 heeft (meerdere transacties toegestaan per ingestoken kaart), kan deze parameter worden gebruikt om het insteken van een kaart te simuleren zodat de VMC zal denken dat de kaart opnieuw is ingestoken. Het is beter de VMC te configureren als multi vend. 7) increase: waarde in standaardconfiguratie 0 Deze parameter is alleen van toepassing op MDB terminals. 2 Voor Magnaboxen met firmwareversie lager dan 3.45 dient de parameter server_ip te worden gebruikt i.p.v. als_server_ip 3 MiniTix is an on-line e-purse developed by Rabobank Netherlands coupled to the customer s mobile telephone number. FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 22

23 Als de feature level van de verkoopautomaat ten minste de waarde 2 heeft (zie parameter max_feature_level) en de verkoopautomaat een muntproever heeft en de parameter increase de waarde 1 krijgt, kan de terminal kaarten opwaarderen met het bedrag dat in de muntproever wordt geworpen. De kaart met dit ook ondersteunen. 8) inhibit_display: waarde in standaardconfiguratie 1 Deze parameter is alleen van toepassing op Executive terminals. De VMC stuurt een signaal naar de Magnabox als het inhibited is (niet kan functioneren), bijvoorbeeld in het geval van een automaat met een muntproever, wanneer het geen munten kan accepteren omdat het een vend uitvoert, maar ook als de automaat defect is. Als de parameter inhibit_display = 1, zal een inhibit-signaal van de VMC resulteren in de melding Tijdelijk buiten gebruik op de display van de kaartlezer. In de meeste gevallen is dit correct en wenselijk. Wanneer de melding echter al te vaak verschijnt, bijvoorbeeld bij een automaat die munten accepteert, kan de parameter de waarde 0 worden gegeven. 9) max_feature_level: waarde in standaardconfiguratie 3 Deze parameter is alleen van toepassing op MDB terminals. Deze parameter bepaalt het feature level van het MBD protocol dat wordt gebruikt voor de interactie tussen de VMC en de Magnabox. De verkoopautomaat geeft aan de Magnabox welke level het gebruikt. De Magnabox zal automatisch hetzelfde level gebruiken tenzij deze parameter een lagere level bepaalt als maximale te gebruiken level. Als aan de parameter geen waarde wordt toegekend (d.w.z. dat de waarde 0 is) zal de waarde 3 automatisch worden gebruikt door de Magnabox. Als er problemen zijn bij deze waarde, wat het geval kan zijn bij MDB automaten die een feature level lager dan 3 hanteren, kunnen deproblemen vaak worden opgelost door de waarde 1 of 2 te gebruiken. 10) max_show_balance: waarde in standaardconfiguratie 9999 Deze parameter is alleen van toepassing op Executive terminals. Als aan de parameter geen waarde wordt toegekend (d.w.z. dat de waarde 0 is) zal de waarde 9999 automatisch worden gebruikt door de Magnabox. Sommige verkoopautomaten kunnen grote kaartsaldi niet goed tonen. Als deze parameter de waarde krijgt zal het gehele kaartsaldo worden getoond, maar op sommige automaten zullen dan vreemde karakters worden getoond. In dat geval kan aan de parameter de waarde 0 (of 9999) worden toegekend en zal een saldo groter dan 99,99 (of andere valuta) worden getoond als 99,99. 11) number_digits: waarde in standaardconfiguratie 4 Deze parameter is alleen van toepassing op Executive terminals. Als geen waarde aan deze parameter wordt toegekend (d.w.z. dat de waarde 0 is) zal de waarde 5 automatisch worden gebruikt door de Magnabox. Sommige verkoopautomaten hebben slechts 4 numerieke karakters voor het tonen van het saldo. Wanneer u wilt dat een saldo groter dan 99,99 (of andere valuta), zoals 132,52 zal worden getoond als 132,5 (d.w.z. dat de centen niet worden getoond), kunt u de waarde 4 aan deze parameter toekennen. 12) oc_dummy_balance: waarde in standaardconfiguratie 0 De waarde van deze parameter is meestal 0. Deze parameter bepaalt het saldo dat naar de verkoopautomaat wordt gestuurd als de ingestoken kaart een Chipknip is (saldo mag niet worden getoond) of als de ingestoken kaart een FacilityPro kaart is met een saldo van 0, maar met een kortingstoken of een subsidietoken voor de producten op de verkoopautomaat. Sommige verkoopautomaten werken niet goed als het kaartsaldo als 0 wordt doorgegeven. De waarde 5555 kan dan worden toegekend (en zal ook worden getoond als het 23 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

24 kaartsaldo). Voor sommige MDB automaten is de waarde beter omdat er dan geen saldo wordt getoond, hetgeen wenselijk is voor Chipknip. 13) Price_display: waarde in standaardconfiguratie 1 Deze parameter is alleen van toepassing op Executive terminals. waarde = 1: prijs van gekozen product wordt getoond op de display ook als er geen kaart is ingestoken; waarde = 0: prijs van gekozen product wordt niet getoond op de display als er geen kaart is ingestoken; 14) Price_display_timeout: waarde in standaardconfiguratie 1000 De minimale tijd dat het gekozen product en de prijs worden getoond op de display van de kaartlezer nadat een keuze is gemaakt. 15) Price_holding: waarde in standaardconfiguratie 0 waarde = 1: de prijzen die worden gehanteerd bij het afrekenen worden gehaald uit de configuratie van de Magnabox. Voor Executive: de prijzen in de verkoopautomaat worden geïnterpreteerd als prijslijnen en moeten worden ingesteld overeenkomstig de prijslijnen in de Magnabox configuratie; waarde = 0: de prijzen die worden gehanteerd bij het afrekenen worden gehaald uit de configuratie in de verkoopautomaat, ook wel price following genoemd 16) price_scale: waarde in standaardconfiguratie 1 Deze parameter is alleen van toepassing op Executive terminals, en heeft alleen invloed als de parameter price_holding = 0. Als de prijzen van de producten in de verkoopautomaat niet groter zijn dan 2,50 (of andere valuta) kunnen zij worden ingesteld in centen. Als hogere prijzen moeten worden ingesteld, wordt de parameter price_scale gebruikt om dit mogelijk te maken. De prijs die in de machine is ingesteld wordt vermenigvuldigd met de waarde van price_scale. De waarde 5 wordt vaak gebruikt, waarmee de maximale congigureerbare prijs 5 x 2,50 = 12,50 wordt. Andere waardes kunnen ook gebruikt worden. Let op: price_scale wordt ook gebruikt als het kaartsaldo naar de verkoopautomaat wordt gestuurd (kaartsaldo wordt nu gedeeld door price_scale). Als price_scale een waarde groter dan 1 heeft wordt het kaartsaldo misschien afgerond en kan het kaartsaldo dan wordt getoond op de verkoopautomaat afwijken van het werkelijke kaartsaldo. 17) service_timeout: waarde in standaardconfiguratie 2000 De tijd die de terminal wacht voordat de kaart wordt vrijgegeven en ere en nieuwe kaart kan worden ingevoerd, nadat er op de STOP knop is gedrukt, zodat alle prints of kopieën zijn geleverd. Voor machines die een voortelpuls geven kan service_timeout een betrekkelijk korte waarde krijgen (bijv. 500) en wordt u tevens verwezen naar de parameter busy_timeout. Voor machines die niet een voortelpuls geven kan de waarde hoger of lager worden ingesteld afhankelijk van de snelheid waarmee de betaalpulsen wordt gegenereerd. 18) single_vend: waarde in standaardconfiguratie 1 waarde = 1: per ingestoken kaart kan slechts één product worden gekocht. Om een tweede product te kopen moet de kaart worden uitgenomen en opnieuw worden ingestoken; waarde = 0: er kunnen meerdere producten worden verkocht met dezelfde kaart zonder die te hoeven uitnemen; 19) stop_translog_full: waarde in standaardconfiguratie 0 waarde = 0: als het geheugen van de Magnabox voor transactiegegevens vol is (1000 transacties) zal de Magnabox gewoon transacties blijven uitvoeren. Er raken dan transactiegegevens kwijt op een FIFO basis (First In First Out). De FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 24

25 tellers in de Magnabox tellen uiteraard gewoon door zodat er geen gegevens kwijtraken op dat niveau; waarde = 1: zodra het geheugen van de Magnabox voor transactiegegevens vol is (1000 transacties) zal de Magnabox weigeren verdere transacties uit te voeren totdat de transacties zijn uitgelezen. De Atlas display toont TRANSACTIE VOL BUITEN GEBRUIK ; 20) strict_protocol: waarde in standaardconfiguratie 0 Deze parameter is alleen van toepassing op MDB terminals. De Magnabox zal meestal goed blijven functioneren als er zich protocol fouten in de communicatie vanuit de VMC voordoen. Als dergelijke fouten toch problemen veroorzaken kunnen deze soms worden opgelost door de parameter strict_protocol de waarde 1 te geven. 21) user_confirmation: waarde in standaardconfiguratie 0 Alleen van toepassing bij printen, niet bij kopiëren. waarde=1: bedrag wordt pas van de kaart afgeschreven na bevestiging van de kaarthouder; waarde=0: bedrag wordt van de kaart afgeschreven zodra het bedrag van de printspooler naar de Magnabox is verzonden en er een kaart is ingestoken, tenzij de kaart een Chipknip is, dan wordt bevestiging van de kaarthouder gevraagd voordat bedrag van de kaart wordt afgeschreven; Op het gegevensscherm van terminals: 1) Welkomsttekst: waarde in standaardconfiguratie leeg Wanneer de terminal niet actief is worden twee schermen afwisselend getoond op de display. Dit veld bevat de eerste regel van het eerste scherm. Wanneer geen waarde wordt toegekend aan dit veld, wordt op de eerste regel standaard WELKOM getoond. De tweede regel zal altijd UW PAS AUB zijn. Het tweede scherm toont de datum en de tijd. 2) Welkomsttekst2: waarde in standaardconfiguratie leeg Als dit veld een waarde krijgt zullen als de terminal niet actief is drie in plaats van twee schermen afwisselend worden getoond (zie boven). Het derde scherm toont de tekst die in dit veld wordt ingevuld. De opmaak van de tekst op de display kan worden bestuurd door commando s in de tekst te plaatsen. De Magnabox zal deze herkennen en implementeren. De commando s voor een tekstregel moeten aan het begin van de tekst van die regel staan. De commando s zijn: a) \c centreer de tekst op de display b) \l lijn de tekst links aan c) \r lijn de tekst rechts aan d) \n nieuwe regel e) \1 deze tekst moet op de eerste regel komen f) \2 deze tekst moet op de tweede regel komen g) \3 deze tekst moet op de derde regel komen h) \4 deze tekst moet op de 4 e regel komen Op het gegevensscherm van de site: 1) Sitecode: waarde in standaardconfiguratie ) Systeemvaluta: 25 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

26 3) Taalkeuze in de terminals 4 : dit veld bevat een lijst van talen die door de terminals op deze site zullen worden gebruikt. Als deze lijst niet leeg is, zullen de berichten op de displays van de terminals standaard worden getoond in de taal die als eerste in de lijst staat. De kaarthouder kan tussen de talen in de lijst kiezen (in de volgorde van de lijst) door één of meermalen op de taalkeuzeknop op de kaartlezer te drukken. Talen kunnen worden verwijderd van of toegevoegd aan de lijst met de > en < knoppen. Als de lijst met talen leeg blijft (standaard) zal de terminal de taal gebruiken die was ingesteld als eerste taal bij levering (standaardtaal) en kan er worden gekozen tussen alle andere beschikbare talen, te beginnen met de taal volgende op de standaardtaal, in deze volgorde: Nederlands Engels Duits Frans - Portugees. Door in deze lijst slechts één of twee talen te kiezen zal dus tot gevolg hebben dat de niet gekozen talen ook niet op de terminals gekozen kunnen worden. Dit kan wenselijk zijn op een site. Zo wijzigt u de waarden van de parameters: 1. Selecteer in het gegevensscherm van machinetypes het machinetype van uw FacilityPro CopyPrint U ziet de huidige waardes van de parameters op de tab Parameters zoals in Figuur 4-8, Figuur 4-9 of Figuur Figuur 4-8 Veel voorkomende parameterwaarden voor printen 4 Als een terminal een descriptorversie lager dan desv0011 heeft (dit kan worden nagekeken in het veld Descriptorversie op het tabblad Settings van het gegevensscherm van terminals) zal het niet mogelijk zijn tussen talen te switchen en zal de waarde van de lijst Taalkeuze in de terminals geen effect hebben. FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 26

27 Figuur 4-9 Veel voorkomende parameterwaarden voor kopiëren Figuur 4-10 Veel voorkomende parameterwaarden voor printen en kopiëren 2. Wijzig op de tab Parameters de waarden van de parameters wanneer uw verkoopautomaat of de wensen van de site dat vereisen. Als u de standaardwaarde wilt wijzigen van parameters die niet op de tab Parameters zichtbaar zijn, zult u die parameters moeten toevoegen met de actieknop Parameter toevoegen (zie de gebruikershandleiding van FacilityPro Manager). De voorbeelden in Figuur 4-8, Figuur 27 FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc

28 4-9 en Figuur 4-10 tonen de instellingen die vaak het beste werken voor respectievelijk alleen printen, alleen kopiëren en printen en kopiëren. 3. Wijzig desgewenst de waarde van de parameters Welkomsttekst en Welkomsttekst 2 op het tabblad Overige van het gegevensscherm van terminals. 4. Wijzig desgewenst de waarde van de parameters Sitecode en Taalkeuze in de terminals op het tabblad Instellingen van het gegevensscherm van site-instellingen. 5. Wijzig desgewenst de waarde van de parameter Systeemvaluta op het tabblad Systeemvaluta van het gegevensscherm van site-instellingen. 6. Klik Toepassen. 7. Klik OK Het configureren van de terminal Zo configureert u de FacilityPro CopyPrint 3000 met FacilityPro Manager: 1. Installeer de FacilityPro CopyPrint 3000 zoals beschreven in hoofdstuk 3. Zorg daarbij dat FacilityPro Manager verbinding kan maken met de FacilityPro CopyPrint 3000 via een netwerk tenzij de terminal handmatig zal worden geconfigureerd en uitgelezen met een PDA. 2. Zorg dat de kopieermachine, printer of multifunctional en de FacilityPro CopyPrint 3000 aan staan. De display van de Atlas kaartlezer zal na enige tijd tonen als in Figuur 4-2 of afwisselend als in Figuur 4-3 en Figuur Start FacilityPro Manager. 4. Zorg dat de terminal is aangemaakt in de database ( 4.2.1) en dat alle parameters de juiste waarde hebben voor uw site ( 4.2.2). 5. Als de terminal handmatig zal worden geconfigureerd en uitgelezen wordt u verwezen naar de gebruikershandleiding van de COMET software voor instructies voor het configureren van de terminal met FacilityPro Manager en een PDA met COMET software. 6. Controleer de bereikbaarheid van de terminal: klik op de actieknop Status op het de tabblad Status van de terminal. Als u niet de melding STATUS Terminal OK krijgt, dan is de netwerkverbinding niet goed ingesteld en kunt u de terminal niet configureren. 7. Klik op de actieknop Zend config. 8. Klik OK. 9. Wacht voor de melding Gereed. 10. Klik OK. De FacilityPro CopyPrint 3000 is nu geconfigureerd. De display toont afwisselend als in Figuur 4-3 en Figuur Configureren met de Magnabox menu s De belangrijkste configuratieparameters kunnen worden ingesteld met de Magnabox menu s. Deze parameters staan onder menukeuze Application. Het zijn de parameters: 1) User confirmation 2) Site code 3) Currency 4) Display balance Zie de list van parameters in voor uitleg over de betekenis van de parameters (Currency = Systeemvaluta). FacilityPro CopyPrint 3000 handleiding, versie MAN9 CP3000 NLED 4502.doc 28