^102^6. ^ gemeentes LU is. Aan Erfgoedinspectie. t.a.v. de heer drs. J.R.M. Magdelijns. Postbus BL 'S-GRAVENHAGE. Geachte heer Magdelijns,

Transcriptie

1 ^102^6 ^ gemeentes LU is C Aan Erfgoedinspectie t.a.v. de heer drs. J.R.M. Magdelijns Postbus BL 'S-GRAVENHAGE Postadres: Postbus AA Oostburg Bezoekadres: Nieuwstraat BD Oostburg Telefoon (0117) Telefax (0117) RABOWZV info@gemeentesluis.nl ons kenmerk uw brief d.d. uw kenmerk behandeld door doorkiesnummer onderwerp bijlage(n) OEV/jog.079/U2010- ^S^J 11 februari j. gerrits Rapport inspectie instandhouding rijksmonumenten - Oostburg, ^ 2 MEI 2010 Geachte heer Magdelijns, Naar aanleiding van uw bovenaangehaalde brief delen wij u mede dat uw Inspectierapport "Instandhouding rijksmonumenten Gemeente Sluis" in ons college is besproken. Alvorens in te gaan op uw rapport bieden wij u onze verontschuldigingen aan voor de late reactie op uw rapport. Dit is onder meer het gevolg van de ambtelijke reorganisatie, welke per 1 november jl. zijn beslag heeft gekregen. Wij zullen in deze brief reageren op uw aanbevelingen, zoals die gedaan zijn in het rapport. Aanbeveling 1. Vraag bij belangrijke objecten of ingrijpende restauraties altijd om een bouwhistorisch onderzoek. Aanbeveling 2. Stel criteria op om te bepalen wanneer een dergelijk onderzoek wordt gevraagd en met welke diepgang. Aanbeveling 3. Attendeer eigenaren erop dat een bouwhistorisch onderzoek in het kader van een restauratie subsidiabel of verrekenbaar is in de inkomstenbelasting. Wij zullen in overleg met Dorp, Stad & Land (DSL) en/of eventuele andere deskundigen richtlijnen opstellen in welke gevallen wij een bouwhistorisch onderzoek verplicht zullen stellen. Wij merken op voorhand echter op dat het in Sluis in veel gevallen gaat om (eenvoudige) woonhuismonumenten. Nadat wij de criteria hebben vastgelegd, uiteraard in overleg met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), zullen wij deze publiceren, onder andere op de gemeentelijke website. Nader onderzoek is wenselijk welke onderzoeken in aanmerking komen om te verrekenen. In deze publicatie kan dan tevens worden aangegeven dat kosten van bouwhistorisch onderzoek, indien deze een relatie hebben met de restauratie, verrekend kunnen worden met de inkomstenbelasting. Aanbeveling 4. Draag er zorg voor dat de restauratieplannen door de gemeente inhoudelijk worden getoetst op ontvankelijkheid en betrek hierbij niet de monumentencommissie. Per 1 november jl. is de behandeling van aanvragen om monumentenvergunningen overgeheveld naar de nieuw gevormde afdeling Publiekszaken. Op deze afdeling worden tevens de bouwaanvragen behandeld. De ontvankelijkheidtoets van bouwaanvragen en aanvragen om monumentenvergunningen geschiedt door een extern bureau. Wij zullen erop toezien dat het extern bureau de nodige kennis in huis heeft om de aanvragen te toetsen. Pag. 1/5

2 Daamaast heeft DSL voor de aanvragen om monumentenvergunningen een protocol opgesteld, op basis waarvan ook in de gemeente Sluis gewerkt zou kunnen worden. Aanbeveling 5. Draag zorg voor een correcte hantering van de wettelijke termijnen. Dit spreekt uiteraard voor zich. Nu de RCE in veel gevallen niet meer om advies wordt gevraagd, is er ook meer (tijds)ruimte om aanvragen af te handelen. Door de monumentencommissie eerst in te schakelen nadat de ontvankelijkheidtoets heeft plaatsgevonden, wordt de formele doorlooptijd bekort. Aanbeveling 6. Draag er zorg voor dat er ook bouw- en architectuurhistorische kennis in de monumentencommissie voorhanden is. Wij hebben geconstateerd dat de gemeente Sluis in dezen niet alleen staat in Zeeland. Wij zijn voornemens om met DSL - en eventueel met Hulst en Terneuzen - in overleg te treden op welke wijze in deze lacune kan worden voorzien. Dit zou bijvoorbeeld in de vorm gegoten kunnen worden van een regionale commissie, waarin ook andere disciplines vertegenwoordigd zijn. De bredere expertise is op dit moment reeds voorhanden bij DSL. Vanuit deze organisatie zal een voorstel worden geformuleerd, waarbij tegemoet wordt gekomen aan deze aanbeveling. Een andere optie welke wij op dit moment nog in beraad houden is de mogelijkheid om de monumentencommissie onder te brengen in de welstandscommissie. In de loop van 2010 zal deze optie verder bestudeerd worden. Aanbeveling 7. Draag zorg voor meer bekendheid met het werk van de monumentencommissie door de vergaderingen van de commissie openbaar te maken, door een jaarverslag op te stellen en een structurele bestuurlijk overleg in te stellen. De huidige werkwijze is dat uit praktische overwegingen op diverse locaties vergaderd wordt: in Sluis, maar ook in Middelburg, in Goes op het kantoor van DSL, bij een andere gemeente of op locatie. Indien de vergaderingen openbaar zijn, moet op een vaste locatie worden vergaderd, moeten de vergaderdata gepubliceerd worden etc. De ervaringen met de welstandscommissie, die ook openbaar is, leert dat de belangstelling van niet-betrokkenen uitermate gering is. Hoewel de administratieve rompslomp groter is, zijn wij bereid om deze aanbeveling op te volgen. Er zullen dan wel afspraken gemaakt moeten worden over de behandelwijze van de aanvragen, onder andere met betrekking tot de privacy. Daamaast moet ook de gemeentelijke regeling op dit onderdeel worden aangepast. Wij stellen voor om in eerste instantie een proefperiode van een jaar te hanteren. Op basis van de resultaten kan bezien worden of hiermee moet worden doorgegaan. In principe zullen de vergaderingen van de monumentencommissie dan plaatsvinden in de vestiging van DSL te Goes, tenzij in de loop van volgend jaar wordt besloten om de welstand- en monumentencommissie te integreren. In dat geval zullen de vergaderingen gehouden worden in Oostburg. Wij zullen een jaarverslag van de monumentencommissie opstellen en dit toezenden aan de relevante organisaties. Tevens zullen wij het initiatief nemen om een jaarlijks overleg te bewerkstelligen tussen de monumentencommissie en de gemeentelijke portefeuillehouder. Aanbeveling 8. Zet de monumentencommissie alleen in voor taken die zij conform de Monumentenwet en de gemeentelijke verordening dient te vervullen. Hiermee wordt het risico op een te grote betrokkenheid bij een plan geminimaliseerd. Nu de RCE nog slechts in incidentele gevallen advies uitbrengt aan de gemeente, is het advies van de monumentencommissie, naast het ambtelijk advies, veelal de enige basis Pag. 2/5

3 waarop wij ons besluit tot het verlenen of weigeren van de vergunning baseren. Alleen om die reden al is het wenselijk om de betrokkenheid van de monumentencommissie tijdens het vooroverleg te minimaliseren. Wel zal het incidenteel voorkomen dat de monumentencommissie, die een vaste deelnemer is aan het Bouwplanoverleg te Middelburg, om advies wordt gevraagd over een schetsplan. Indien een aanvrager vooraf inzicht heeft in de toetsingscriteria kan voorkomen worden dat meer aanvragen worden geweigerd. Aanbeveling 9. Let erop dat een aanvraag waarop door de RCE negatief wordt geadviseerd (onvoldoende Informatie/onder voorbehoud van planaanpassingen) terugkeert voor advies. De RCE heeft wettelijk een adviestermijn van 2 maanden waarbinnen zij advies kan uitbrengen. De praktijk leert dat deze tijd ook meestal wordt benut. Als vervolgens door een aanvrager nog informatie moet worden aangeleverd, is de termijn, waarbinnen een beslissing op de aanvraag moet worden genomen (max. 6 maanden), te kort om aanvullend advies te vragen. Op basis van de gewijzigde Monumentenwet is het aantal gevallen waar advies van de RCE moet worden ingewonnen beperkt: alleen bij geheel of gedeeltelijke sloop, bij bestemmings-wijziging en bij reconstructie van een monument. In de praktijk zal dit probleem dus niet meer zo actueel zijn. In de gevallen waarin de rijksdienst wel om advies wordt gevraagd, zal het vaak wenselijk zijn om de mening van de rijksdienst (en de provincie) te polsen in een 'vooroverlegfase' bij het Bouwplanoverleg te Middelburg. Aanbeveling 10. Draag zorg voor meer bekendheid van de RCE en voor meer erkenning van het belang van haar advisering, door een structureel overleg in te stellen en door bij belangwekkende panden of grote ingrepen altijd ter plaatse te gaan kijken. Dit is een aanbeveling voor de RCE. Aanbeveling 11. Hanteer transparante criteria bij de beoordeling van restauratieplannen, waarin de eigen provinciale adviesrol tot uitdrukking komt. Dit is een aanbeveling voor de provincie. Aanbeveling 12. Weeg de inhoud van de adviezen zorgvuldig af. Aanbeveling 13. Ga niet te gemakkelijk voorbij aan een negatief advies van de RCE, maar tracht het plan zodanig aan te passen of te completeren dat aan het advies van de RCE tegemoet wordt gekomen. Dit spreekt voor zich. De uitgebrachte adviezen worden meegewogen met de uiteindelijke beslissing. In sommige gevallen zijn de adviezen van de RCE, de provincie en de monumentencommissie niet gelijkluidend. In dat geval zullen wij als college een eigen afweging maken. Daarnaast kan het voorkomen dat in incidentele gevallen andere ('nietmonumentale') overwegingen prevaleren. Aanbeveling 14. Zorg vanuit de gemeente voor een inhoudelijke deskundige begeleiding van de uitvoering van de restauratieplannen. Deze deskundigheid is thans niet aanwezig, ook niet na de reorganisatie. Wij zullen deskundigheid bevorderen door ambtenaren relevante cursussen aan te bieden. die Aanbeveling 15. Draag zorg voor het ontvangen van revisietekeningen na oplevering. Revisietekeningen zullen veelal dezelfde zijn als de tekeningen die bij de aanvraag zijn ingediend (nieuwe situatie). Indien tijdens het restauratieproces besloten wordt om dringende redenen (uiteraard na overleg met de gemeente) af te wijken van de aanvraag, is het Pag. 3/5

4 inderdaad wenselijk om revisietekeningen te vragen. Dit zullen wij regelen door een standaardvoorwaarde op te nemen in de vergunning. Aanbeveling 16. Wijs eigenaren op de mogelijkheden van organisaties die structureel toezicht houden op de bouwkundige staat, zoals de Monumentenwacht. De bijzondere monumenten in de gemeente worden regelmatig geïnspecteerd: de kerken, de molens en alle gebouwen en bouwwerken die de gemeente in eigendom heeft. De gemeente heeft geen inzicht in welke mate particuliere monumenten, zoals woonhuizen, worden geïnspecteerd. Wij zullen de monumenteigenaren over deze mogelijkheid informeren. Aanbeveling 17. Ontwikkel binnen de gemeente architectuurhistorische en restauratietechnische kennis. Zoals hiervoor reeds is gesteld is binnen de eigen organisatie deze kennis niet of nauwelijks aanwezig. Wij vragen ons af of op de schaal van de gemeente Sluis wat betreft monumenten alle ins en outs op dit vlak eigen gemaakt kunnen c.q. moeten worden. Wij zien een mogelijkheid om in overleg met andere gemeenten in Zeeland te bezien of via het 'uitlenen' van ambtenaren deze kennis kan worden verkregen. Een andere oplossing is het inhuren van deze kennis, maar gezien de financiële situatie van de gemeente is deze oplossing de eerstkomende jaren niet de meest wenselijke. Aanbeveling 18. Stel de concept-monumentennota bestuurlijk vast en implementeer de voornemens uit deze nota in het gemeentelijk beleid. Geef extra aandacht aan de problematiek van de leegstand en de mogelijkheden tot hergebruik. Het concept is klaar om behandeld te worden in b&w en de gemeenteraad. Zodra wij het concept hebben vastgesteld zullen wij u een exemplaar toezenden. Uiteraard zullen wij de voornemens uit de monumentennota ook implementeren. Aanbeveling 19. Neem de monumentenzorg expliciet op in het toezicht- en handhavingsbeleid en -programma. Toezicht en handhaving zijn geen populaire taken in de gemeente in het algemeen, zo ook niet in de gemeente Sluis. Dit komt onder meer door capaciteitsproblemen. Aangezien het hier om monumenten gaat, is toezicht en handhaving wel belangrijk en zou het een hogere prioriteit verdienen dan bijvoorbeeld bouwvergunningen. Ook hiervoor geldt dat deskundig personeel op dit onderdeel niet voorhanden is. Wij zullen overwegen om hiervoor een opleidingstraject te starten. Aanbeveling 20. Investeer in restauratietechnische kennis en draag zorg voor voldoende capaciteit. Zie ook het antwoord bij aanbeveling 17. Het is ons bekend dat er cursussen worden gegeven om de restauratietechnische kennis te bevorderen. Wij zullen er naar streven om tenminste 2 ambtenaren 'op cursus te sturen'. Ook achten wij in dit verband samenwerking met andere gemeenten mogelijk. Aanbeveling 21. Implementeer de goede voornemens uit de concept-monumentennota met betrekking tot de communicatie. Aanbeveling 22. Stel via de gemeentelijke website meer informatie beschikbaar voor eigenaren, onder andere over vergunningprocedures en over financiële regelingen. Wij zullen deze aanbevelingen opvolgen. Pag. 4/5

5 Aanbeveling 23. Maak meer gebruik van de Heemkundige Kring vanwege hun kennis en ervaring, waarmee ook het draagvlak voor ontwikkelingen kan worden vergroot. Wij zullen hierover met de Heemkundig Kring contact opnemen. Denkbaar is om deze organisatie te laten participeren in de monumentencommissie. Het is ons op dit moment niet bekend of bij deze organisatie de gevraagde kennis voorhanden is. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd omtrent onze voornemens. Hoogachtend, BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN SLUIS, Namens dezen, Hoofd afdeling Publiekszaken, P.B. Calsyn - de Croock Paa. 5/5