Inspectierapport 't Vlindertje (PSZ) van Gaesbeekstraat AW GOUDSWAARD

Transcriptie

1 Inspectierapport 't Vlindertje (PSZ) van Gaesbeekstraat AW GOUDSWAARD Toezichthouder: Dienst Gezondheid en Jeugd In opdracht van gemeente: Korendijk Datum inspectie: Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief

2 Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Inspectie-items... 7 Gegevens voorziening... 9 Gegevens toezicht... 9 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal van 10

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Algemeen Alle peuterspeelzalen in de Hoeksche waard vormen samen Spelenderwijs, stichting peuterspeelzalen Hoeksche Waard. Peuterspeelzaal 't Vlindertje biedt verzorging en opvoeding en levert een bijdrage aan de ontwikkeling van kinderen in de leeftijd van 2 4 jaar in de gemeente Korendijk. Gedurende 3 dagdelen worden maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 2-4 jaar opgevangen. De peuterspeelzaal biedt VVE aan en zij maken gebruik van het VVE-programma "Doe meer met Bas". Huidige inspectie Het jaarlijkse inspectiebezoek is uitgevoerd in mei 2016 en heeft zich gericht op kernzaken uit de Wet kinderopvang. Tijdens het inspectiebezoek zijn VOG's en diploma's ingezien, is de beroepskracht-kindratio beoordeeld en is er tijdens de observatie gekeken naar de vier competenties; sociaal-emotionele veiligheid, persoonlijke en sociale competenties en de overdracht van normen en waarden. Per hoofdstuk is een beknopte beschrijving opgenomen waarop het kindercentrum getoetst is. Achterin het rapport is de itemlijst van de getoetste voorwaarden geplaatst. Aan de getoetste voorwaarden is voldaan. Inspectiegeschiedenis In maart 2014 heeft er een jaarlijks onderzoek plaats gevonden. Uit dit onderzoek is gebleken dat de risico-inventarisatie ouder was dan één jaar. Hierop volgend heeft de toezichthouder, in opdracht van de gemeente, in juni 2014 een nader onderzoek uitgevoerd, waaruit is gebleken dat de tekortkomingen zijn verholpen. In september 2015 heeft er een jaarlijks onderzoek plaats gevonden. Hierbij zijn de kernzaken uit de Wet Kinderopvang beoordeeld. De inspectie heeft zich gericht op de observatie op de groep. Aan alle voorwaarden zijn voldaan. In november 2015 heeft er een incidenteel onderzoek plaats gevonden in verband met een verhuizing van de peuterspeelzaal. Hierbij is de oppervlakte van de groepsruimte beoordeeld. Advies aan College van B&W Geen handhaving. In 2015 heeft er een onderzoek voor registratie plaats gevonden naar aanleiding van de verhuizing. De oppervlakte is toen beoordeeld en er is ruimte om maximaal 15 kinderen op te vangen, mits er extra speelruimte ingericht wordt. De peuterspeelzaal staat geregistreerd in het LRKP met 16 kindplaatsen. Hierdoor zijn de gegevens registratie niet conform de praktijk. 3 van 10

4 Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk Tijdens de observatie is er gelet op het waarborgen van de emotionele veiligheid, de persoonlijk en sociale competenties en de overdracht van normen en waarden. De observatie heeft plaatsgevonden tijdens een activiteit, vrij spel en kringmoment. Emotionele veiligheid De beroepskracht zit bij de kinderen aan tafel als ze spelen. Ze spreekt regelmatig kinderen aan die langs lopen. De beroepskracht spreekt de kinderen aan op ooghoogte. Ze doet een arm om een kind heen. De beroepskrachten gedragen zich sensitief en responsief naar de kinderen. Ze laten actief merken dat zij de kinderen begrijpen en reageren daar adequaat op. De beroepskrachten kennen ieder kind in de groep. Ze weten de persoonlijke bijzonderheden. In het contact met de kinderen wordt die kennis gebruikt. Een kindje mag bijvoorbeeld een cadeautje voor 'Vaderdag' maken voor zijn opa. De beroepskrachten hebben aandacht voor alle kinderen. Een beroepskracht vraagt wat een kindje aan het doen is. Ben je aan het graven? Wat ben je aan het graven? Heeft papa ook een graafmachine? De beroepskracht geeft complimenten. Wat slim van jou dat je de graafmachine hebt gepakt. Het kind gebruikt de graafmachine voor de blokken. Welbevinden van de kinderen is goed. De kinderen zijn ontspannen en bezig met hun spel. De meeste kinderen genieten van de dingen die gebeuren. Beroepskrachten zijn betrokken. Persoonlijke competenties De beroepskrachten benutten en organiseren het dagprogramma voor uitdaging, stimulans, avontuur en plezier voor kinderen. Het dagprogramma bestaat uit vrij spel en gestructureerde activiteiten. In het dagprogramma zijn activiteiten opgenomen die gericht zijn op de taalontwikkeling. De beroepskracht benoemd speelmateriaal waar een kind mee aankomt lopen. "Dit is een bak. Ze vraagt het kind om koffie te zetten. Wil je voor mij koffie zetten? Ze loopt met het kind naar de poppenhoek en laat de koffie zien. Een kind wijst naar zijn broek. De beroepskracht benoemd broek". "Dat is je broek. Er is veel aandacht voor taal en dan met name voor de VVE kinderen. De ruimte is ingericht in verschillende hoeken. Een poppenhoek, bouw/speelhoek, hoge en lage tafels, blokken, knutselmateriaal. Het meeste spelmateriaal is zichtbaar en bereikbaar voor de kinderen. De kinderen spelen verdeeld over de hoeken. De beroepskracht neemt telkens één kindje bij haar aan tafel om het Vaderdag cadeautje te maken. Ze verft de handen van de kinderen en zet een hand afdruk op de map voor pap. Sociale competenties Verschillende kinderen zoeken elkaar op en spelen samen in hoeken of aan tafel. De beroepskracht begeleid de positieve interacties tussen de kinderen. Een kind komt met boekjes aanlopen. De beroepskracht zegt tegen een aantal andere kinderen dat ze een boekje gaat voorlezen. Ze vraagt kinderen of ze mee willen luisteren. Pak je ook een stoel of wil je op schoot? Ze laat het boekje aan de kinderen zien. Tijdens het voorlezen vindt er interactie plaats. De beroepskracht vraagt de kinderen wat er gebeurd aan de hand van de plaatjes. Ze richt de aandacht van de kinderen ook op elkaar. 4 van 10

5 In de kring worden de stukjes fruit van de kinderen benoemd. De beroepskracht vraagt wat ze bij zich hebben. Een kindje heeft niks bij haar. De beroepskracht gaat met een bakje langs de kinderen om te vragen of ze allemaal een stukje fruit voor haar hebben. De kinderen geven allemaal iets. De beroepskrachten zetten zich in voor een positieve sfeer door zorg voor inrichting en aankleding van de ruimte en activiteiten. De groepsruimte is kleurrijk en straalt warmte en gezelligheid uit. Overdracht van normen en waarden Als alle kinderen klaar zijn met het Vaderdag cadeau legt de beroepskracht de puzzels weer neer op de tafel. Ze zegt dit tegen de kinderen. De beroepskracht leert de kinderen contact met elkaar te maken. Een groepje kinderen gaat direct met elkaar aan de tafel zitten om de puzzels te maken. De beroepskracht gaat erbij zitten. Ze voert gesprekken, benoemd plaatjes en biedt hulp. De beroepskrachten geven het goede voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere kinderen. In de kring wordt kort benoemd wat de kinderen vanmorgen gedaan hebben. Als we fruit gaan eten, wat moeten we dan eerst doen? We gaan even onze handen wassen. De beroepskracht in de kring doet wat zeep op de handen en de andere beroepskracht zit bij de kraan om de kinderen daar te helpen. De beroepskrachten maken er een activiteit van. De beroepskrachten hanteren de afspraken en regels op eenduidige wijze. De beroepskrachten zijn zich bewust van hun professionele voorbeeldrol. Voorschoolse educatie Op PSZ 't Vlindertje wordt door de gemeente gesubsidieerde voorschoolse educatie aangeboden. De peuterspeelzaal biedt drie dagdelen per week peuteropvang. De VVE kinderen komen op maandag en donderdag een half uur eerder, zodat zij aan de 10 uur voor- en vroegschoolse educatie komen. Van 8.15 uur tot 8.45 uur voeren de beroepskrachten extra gerichte activiteiten uit met de kinderen op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. In het kindercentrum worden voldoende gekwalificeerde en gecertificeerde beroepskrachten ingezet. De groepsgrootte is maximaal 15 kinderen. De beroepskrachten zijn in het bezit van certificaten gericht op het aanbieden van voor- en vroegschoolse educatie. Deze certificaten zijn tijdens het inspectiebezoek ingezien. Het gehanteerde programma 'Doe meer met Bas' is een landelijk erkend programma voor het aanbieden van voor- en vroegschoolse educatie. De houder heeft voor 2016 een opleidingsplan vastgesteld. Gebruikte bronnen: Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties VVE-certificaten Opleidingsplan voorschoolse educatie (2016) 5 van 10

6 Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent het gedrag van de werkzame beroepskrachten zijn steekproefsgewijs ingezien op de locatie. De verklaringen omtrent het gedrag zijn na 1 maart 2013 afgegeven en bevatten de juiste screeningskenmerken voor de werkzaamheden in de kinderopvang. Hieruit blijkt dat voldaan wordt aan de betreffende voorwaarde uit de Wet kinderopvang. Passende beroepskwalificatie Beroepskwalificaties van de werkzame beroepskrachten zijn tijdens een steekproef ingezien op de locatie. Hieruit blijkt dat aan de kwalificatie-eis conform de CAO Kinderopvang is voldaan. Opvang in groepen Op peuterspeelzaal 't Vlindertje vindt de opvang plaats in twee peuterspeelzaalgroepen van maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 2-4 jaar. In onderstaande tabel zijn de groepen op moment van inspectie weergegeven: Groep Leeftijd Aantal aanwezige kinderen Maandag / Donderdag 2-4 jaar 15 Dinsdag / Donderdag 2-4 jaar 15 Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Dagelijks zijn er twee vaste beroepskrachten aanwezig op een groep van maximaal 15 kinderen. In onderstaande tabel zijn de kindaantallen en aanwezige beroepskrachten, ten tijde van inspectiebezoek, per dag weergeven. Naam groep Kindaantal Leeftijden Aantal vereiste beroepskrachten Maandag jaar 2 Dinsdag jaar 2 Donderdag jaar 2 De inspectie heeft plaats gevonden op een dinsdagochtend. Er waren er 10 kinderen en 2 beroepskrachten aanwezig. Gebruikte bronnen: Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten Personeelsrooster 6 van 10

7 Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Voorschoolse educatie De voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 en 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van: een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma s. OF Een erkenning van beroepskwalificaties als bedoeld in artikel 5 van de Algemene wet erkenning EG-beroepskwalificaties. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma s. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) 7 van 10

8 Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart (art 2.6 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht. (art 2.5 en 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 10

9 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening :'t Vlindertje Aantal kindplaatsen : 16 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Ja Gegevens houder Naam houder Adres houder : Biezenvijver 5 Postcode en plaats : 3297GK Puttershoek KvK nummer : Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht : Spelenderwijs, stichting peuterspeelzalen Hoeksche Waard Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : Dienst Gezondheid en Jeugd Adres : Postbus 166 Postcode en plaats : 3300AD DORDRECHT Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : C de Haan Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Korendijk Adres : Postbus 3708 Postcode en plaats : 3265ZG PIERSHIL Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : van 10

10 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 10 van 10