Handleiding gebruik VeeManager Assistent

Transcriptie

1 Handleiding gebruik VeeManager Assistent Versie 1.9 November 2008

2 Inleiding 3 1. Snel aan de slag met VM Assistent Inloggen Bijwerken Invoer Menu opties bij invoerscherm Weergave Opties Terug Detail dier / Overzicht dieren Attenties Beheer Scrollen 8 2. Overzicht alle gebruiksopties Inloggen Bijwerken Stoppen Attenties Beheer Medicijnen Behandelplannen Spermavoorraad Voorraad oormerken Instellingen Kies ander UBN Detail dier en Overzicht dieren Registratie Vruchtbaarheid Invoer Diagnoses en behandelingen Detailinformatie van een dier bij invoerschermen Invoer Geboorte Aanvoer Afvoer Oormerk bestellen Tochtig en DHZ-KI Natuurlijke dekking en samenweiding Drachtcontrole Verwerpen Bewust gust Droogzetten Ziekte/Behandeling Kiezen van een groep dieren Automatische installatie nieuwe versie VM Assistent Nieuwe versie installeren Installatie niet succesvol Verwijder het programma VeeManager Assistent Nieuwe versie binnenhalen via de PC Nieuwe versie binnenhalen via de PDA Instellen verbinding tussen de PDA en uw computer 44 Handleiding gebruiker pagina 2

3 Inleiding VeeManager Assistent Met het PDA-programma VM Assistent kunt u overal en altijd de actuele gegevens van uw dieren raadplegen en invoeren. In hoofdstuk 1 staat aangegeven hoe u snel kunt starten met het gebruik van VM Assistent. Voor specifieke zaken is hoofdstuk 2 bestemd. Hierin staat aangegeven hoe alle opties en mogelijkheden werken. Hoofdstuk 3 en 4 gaan respectievelijk over het installeren van updates en het uitwisselen van gegevens via uw eigen PC. 1. Snel aan de slag met VM Assistent Start het programma VM assistent via het menu Start : 1.1. Inloggen Inloggen is het eerste scherm voor een nieuwe gebruiker. Aan een nog onbekende gebruiker wordt gevraagd de gebruikersnaam en het wachtwoord in te voeren. In dit inlogscherm kunt u eveneens zien van welke versie van VM Assistent u gebruik maakt. Bij inloggen wordt altijd het laatst gekozen UBN opgezocht. Inlogscherm > selectie UBN Handleiding gebruiker pagina 3

4 Als u wilt inloggen met een ander UBN, dient u op de knop Stoppen te klikken (zie hoofdstuk 2.2). Vervolgens kunt u VM Assistent opnieuw starten en in het inlogscherm de gebruikersnaam en het wachtwoord van het andere UBN in voeren Bijwerken Door op Bijwerken te klikken wisselt VM Assistent gegevens uit met de centrale database van CRV in Arnhem. De actuele stallijst wordt opgehaald en alle ingevoerde gebeurtenissen worden verzonden. Als u voor de eerste keer op Bijwerken klikt, kunt u het bericht krijgen dat er een nieuwe versie van VM Assistent beschikbaar is. In hoofdstuk 3 staat aangegeven hoe u deze update kunt installeren. Het programma kijkt automatisch of er een nieuwere versie bestaat van VeeManager Assistent. Inlogscherm > Startscherm 1.3. Invoer Alle opties voor invoer zijn gecombineerd in één keuzelijst, die meteen verschijnt na indrukken van de knop Invoer : Handleiding gebruiker pagina 4

5 1.4. Menu opties bij invoerscherm Weergave Standaard wordt de weergave van dieren gekozen volgens de opgeslagen voorkeur van de gebruiker. Deze kunt u vanuit het startscherm als volgt raadplegen en wijzigen: Beheer > Instellingen > Weergave Via het menu Weergave kunt u ook kiezen voor een andere weergave, zoals naam, diernummer, werknummer of levensnummer. Op ieder invoerscherm (met uitzondering van aanvoer) kan de weergave van dieren worden gekozen door links onderin het beeld op Weergave te klikken. Invoer > willekeurig invoerscherm Opties De menuknop Opties navigeert direct naar een logisch vervolgscherm, o.a.: programma stoppen, verwijzing naar voorraadbeheer of selectie meer dieren. Invoer > willekeurig invoerscherm Handleiding gebruiker pagina 5

6 Terug De menuknop Terug brengt de gebruiker terug bij het scherm waar hij of zij vandaan kwam. Wijzigingen zijn hierbij niet opgeslagen Detail dier / Overzicht dieren Door vanuit het overzichtsscherm op Detail dier te klikken kunt u gedetailleerde informatie per dier opvragen. Van het gekozen dier worden de volgende tabbladen getoond: registratie, vruchtbaarheid, invoer en tot slot diagnoses en behandelingen. Detail dier: Overzicht dieren: Als in het overzichtsscherm op Overzicht Dieren wordt geklikt, verschijnt informatie over de veestapel. Horizontaal scrollen brengt dezelfde informatie in beeld als de gegevens die getoond worden in de detailschermen. Het aanklikken van een dier opent het Detail dier scherm van dat betreffende dier Attenties Elke keer als VM Assistent wordt opgestart, verschijnen eerst alleen de dagattenties. In het menu Attenties kan gericht gekozen worden voor een ander type attentie naar uw keuze. Zo kunt snel zien welke dieren vandaag of binnenkort aandacht behoeven. Handleiding gebruiker pagina 6

7 Attenties Attenties worden aangemaakt op basis van de instellingen onder Attentie onder het menu Beheer. Hier kunt u uw eigen voorwaarden invullen met betrekknig tot de attenties. Beheer > Instellingen > Attentie 1.7. Beheer Persoonlijke voorkeuren kunnen worden ingegeven onder het menu Beheer. Door op Beheer te klikken verschijnen verschillende opties, al waar instellingen ingegeven of aangepast kunnen worden (zie volgende pagina). Handleiding gebruiker pagina 7

8 Beheer VeeManager Assistent 1.8. Scrollen Een PDA-scherm is beperkt. Als er meer gegevens beschikbaar zijn dan op het scherm passen, dan staat onderin het scherm een horizontaal balkje waarmee u naar links of rechts kunt bewegen. In andere schermen kunt u van boven naar beneden bewegen: Handleiding gebruiker pagina 8

9 2. Overzicht alle gebruiksopties 2.1. Inloggen Nadat een gebruiker zich heeft aangemeld voor het CRV data-abonnement kan worden ingelogd met de CRV internet gebruikersnaam (CRD nummer) en het bijbehorende wachtwoord. Deze zijn voor zowel VeeManager als VeeManager Assistent gelijk. Inloggen is het eerste scherm voor een nieuwe gebruiker. Aan een nog onbekende gebruiker wordt gevraagd nogmaals het wachtwoord en de gebruikersnaam te bevestigen. Inlogscherm Bij inloggen wordt altijd het laatst gekozen UBN opgezocht. Inlogscherm > selectie UBN Als u van meer dan één UBN gebruik maakt, dan kunt u via Stoppen uitloggen en met een ander UBN inloggen. U heeft daarvoor dan wel de juiste gebruikersnaam en het juiste wachtwoord nodig. Het is ook mogelijk om een koppeling te laten leggen in de systemen bij CRV, zodat u niet apart hoeft uit te loggen om de gegevens van het andere UBN te kunnen zien. Hieronder kunt u zien hoe u in VM Assistent kunt aangeven dat u een ander UBN wilt toevoegen. In het invulscherm kunt u een ander UBN invoeren. Na het bevestigen van deze keuze via OK kunt u bijwerken. Als u geautoriseerd bent om bij het andere UBN mee te kijken, dan wordt de stallijst van dat UBN Handleiding gebruiker pagina 9

10 ingeladen. Via hetzelfde scherm kunt u eenvoudig weer teruggaan naar het oorspronkelijke UBN (zie paragraaf ). Beheer > Kies ander UBN Belangrijk: Voor het doen van I&R meldingen is het wel noodzakelijk dat u onder het relevante UBN bent ingelogd Bijwerken De laatste bijwerkdatum wordt getoond onder het UBN. Startscherm > Bijwerken Met de knop Bijwerken meldt u alle nog niet eerder gemelde invoer bij de centrale database en wordt een bijgewerkte stallijst opgehaald. Ook wordt gekeken of er een nieuwe versie van VM Assistent is. Zenden en ontvangen van gegevens is dus gecombineerd met één druk op de knop! Handleiding gebruiker pagina 10

11 Alleen in dit scherm kan opdracht worden gegeven tot uitwisseling van gegevens met de centrale database. VM Assistent is dus niet voortdurend online. Tijdens het bijwerken kunt u de melding krijgen dat er een nieuwe versie van VM Assistent beschikbaar is. Het is verstandig om deze dan direct te installeren en opnieuw bij te werken. U heeft dan altijd de beschikking over het juiste programma en de juiste data. Als de datum van de pda niet gelijk is aan de werkelijke datum, dan geeft VM Assistent een melding tijdens het bijwerken. U dient dan de datum van de pda correct in te stellen. MoMan gebruikers kunnen dit als volgt doen: via het Startmenu van de pda gaat u naar Settings, vervolgens klikt u op het tabblad System (onder in beeld) en dan kiest u Clock & Alarms. Daar kunt u de juiste datum, tijd en tijdzone instellen Stoppen Als op de (X) wordt gedrukt rechtsboven in het pda venster, verdwijnt VM Assistent uit beeld. Het programma is echter nog sluimerend in het geheugen van de PDA aanwezig. In deze stand kan snel opgestart worden, zonder opnieuw in te loggen. De menu-optie Stoppen sluit het programma echt af, na een verzoek om bevestiging. Stoppen is noodzakelijk om met een ander UBN te kunnen inloggen. Startscherm > Stoppen Handleiding gebruiker pagina 11

12 2.4. Attenties De lijst met attenties wordt door de PDA aangemaakt. Elke keer als VM Assistent wordt opgestart, verschijnen eerst alleen de dagattenties op het startscherm. In de dagattenties staan attenties voor afkalven, droogzetten, mogelijke tocht na een inseminatie of gemelde tochtigheid en attenties voor behandelingen. Dagattenties: Keuzemenu alle attenties: In het Attenties -menu kunnen allerlei andere type attenties worden gekozen. Als de gebruiker later weer terugkomt op het startscherm, verschijnt steeds het laatst gekozen type attentie in beeld, bijgewerkt voor eventuele tussentijdse veranderingen. De gebruiker kan de attenties sorteren op dier en op type attentie, door op de kolomkoppen te klikken. Nogmaals op dezelfde kolomkop klikken keert de sorteervolgorde om. Na aanklikken van een attentie verschijnt automatisch het relevante invoerscherm voor het gekozen dier en het type melding. Na invoer van een melding, bijvoorbeeld drachtig geconstateerd, verdwijnt de melding uit de attentielijst. Handleiding gebruiker pagina 12

13 2.5. Beheer VeeManager Assistent Persoonlijke voorkeuren kunnen worden ingegeven onder het menu Beheer. Medicijnen Een voorkeurslijst van medicijnen kan hier worden ingebracht. Beheer > Medicijnen: Invoer > Ziekte/ Behandel > Opties > Medicijnen: Kies middel U kan medicijnen toevoegen aan de lijst. Door een klik op de pijl rechts naast Kies middel verschijnt de lijst met toegelaten medicijnen. Hieruit kan een keuze gemaakt worden. De gebruiker kan ook de naam van een willekeurig middel typen in het vakje Kies middel. Zodra de gebruiker bijvoorbeeld avul typt, wordt Avuloxil herkend. Eenheid De eenheden (injector, cc, liter, etc.) van het gekozen middel kunnen bij Eenheid vastgelegd worden. Medicijncode met wachtdagen melk/ vlees Na keuze of intypen van een bekend, toegelaten middel verschijnen automatisch het REG NLnummer en de wachtdagen melk en vlees. De gebruiker kan deze gegevens wijzigen. Bewaar en verwijder Klikt de gebruiker in de tabel op een medicijn, dan verschijnen de gegevens daarvan in de diverse vakjes boven de tabel. Deze gegevens kunnen dan aangepast worden. Er verschijnt ook een knop Verwijder. Klik hierop om het gekozen medicijn uit de voorkeurslijst te verwijderen. Klik op de knop Bewaar om het ingevulde medicijn op te nemen in de voorkeurslijst: Handleiding gebruiker pagina 13

14 Als een middel dat u gebruikt niet in de lijst voorkomt, dan kunt u deze handmatig toevoegen door de invoervelden in te vullen (Kies middel, REG Nr., Eenheid en Wachtdagen Melk en Vlees). Vervolgens klikt u op Bewaar. Behandelplannen Via deze optie kunnen standaard behandelplannen worden ingevoerd of gewijzigd. Hetzelfde kan ook via het Opties -menu in het scherm voor behandelingen, desnoods tijdens het invoeren van een behandeling. Met behandelplannen wordt het invoeren van ziekten en behandelingen een stuk eenvoudiger. Voor het invoeren van een behandelplan moeten wel eerst de relevante medicijnen in de voorkeurslijst gezet worden (zie paragraaf ) Beheer > behandelplannen: Invoer > Ziekte/ Behandel > Opties > Behandelplannen: Behandelplannen: Behandelplan > Beh. erbij of Corr. beh. Een bestaand behandelplan kan worden gekozen uit de lijst boven in het scherm. Hierna worden de knoppen Wis plan, Wis behandeling, Correctie behandeling en Behandeling erbij zichtbaar. Van een nieuw plan kan de naam worden ingetypt (bijv. Mastitis ). Er kunnen maximaal vijf behandelingen worden ingevoerd per behandelplan. Elke behandeling kan herhalingen bevatten. Via het nummer rechtsboven in beeld kunt u naar een andere behandeling van hetzelfde behandelplan gaan. Klikken op Corr. Beh brengt de gebruiker naar het invoerscherm voor behandelingen hierboven. Hetzelfde gebeurt na het klikken op Beh. erbij, maar dan is er nog niets ingevuld. Handleiding gebruiker pagina 14

15 Voor de tweede en volgende behandelingen is het van belang aan te geven op welke dag (na begin behandelplan) deze behandeling moet aanvangen. Klikken op de OK -knop slaat de behandeling op in het behandelplan en brengt de gebruiker weer terug bij het scherm linksboven. Spermavoorraad De spermavoorraad wordt door de gebruiker bijgehouden en wordt niet uitgewisseld met de centrale database. Uiteraard worden inseminaties wel gemeld. Inseminatie vanuit de eigen voorraad verlaagt de voorraad. Als tweemaal achtereen een gedeeld rietje wordt opgegeven, dan wordt de voorraad met één verminderd. De spermavoorraad wordt per UBN opgeslagen en niet per gebruiker. Beheer > spermavoorraad Ki-codes of namen van nieuwe stieren waarvan sperma is aangekocht kunnen ingetypt worden in de lege tekstvakjes. Indrukken van de OK -knop bevestigt de nieuwe invoer en voegt indien de kicode nieuw is de naam en het aantal doses toe aan de tabel. Hierna zijn de tekstvakjes weer leeg voor eventuele volgende invoer. Sperma voorraad Bij het aanvullen van bestaande spermavoorraden kunt u klikken op de naam van de stier in de tabel. De gegevens van die voorraadregel worden zichtbaar in de tekstvakjes onder de tabel. Hier kunnen de gegevens of aantallen worden gewijzigd. Eén druk op OK en de gewijzigde gegevens worden weer teruggezet in de tabel op de oude plaats. Bij invoer van een nieuwe ki-code wordt een nieuwe regel aangemaakt. Handleiding gebruiker pagina 15

16 Voorraad oormerken De voorraad oormerken komt in beeld bij het melden van een geboorte, waar een oormerk uit de voorraad kan worden gekozen. Na de bevestiging van de geboortemelding wordt de voorraad oormerken automatisch aangepast. Invoer > Geboorte: Startscherm > Bijwerken: Door bij te werken worden de vrije oormerken bij LNV opgehaald. De voorraad oormerken wordt dan bijgewerkt met als bijkomend voordeel dat reeds gebruikte oormerken gemeld via andere kanalen (Voice respons, VeeManager, bedrijfsmanagementpakketten) worden opgeschoond. Handleiding gebruiker pagina 16

17 Instellingen VeeManager Assistent De voorkeur van weergave van de dieren en het moment van vruchtbaarheidsattenties kan hier worden opgegeven. Beheer > Instellingen Beheer > Instellingen > Weergave: Beheer > Instellingen > Attentie: Op basis van de instellingen rechts worden de attenties aangemaakt. Deze instellingen kunt u zelf wijzigen, naar eigen inzicht. Als u op de knop Standaard drukt, verandert alles weer terug naar de standaard instellingen. Als OK wordt ingedrukt, worden de veranderde voorkeuren op de PDA opgeslagen en worden deze voortaan gebruikt. Het venster sluit en de gebruiker komt terug bij het startscherm. In de attenties zijn dan de gewijzigde instellingen verwerkt. De instelling voor de gemiddelde draagtijd heeft alleen invloed op het berekenen van de verwachte kalfdatum bij dieren waarvan de inseminatie, natuurlijke dekking of samenweiding nog niet gemeld is. Zodra deze bekend zijn in de centrale database in Arnhem wordt daar een nauwkeurige, verwachte kalfdatum afgeleid en teruggegeven aan VM assistent. Kies ander UBN Na de eerste installatie op de PDA komt de gebruiker na het inloggen in dit linkerscherm om een eerste UBN in te voeren. Veehouders die werken met verschillende UBN s kunnen deze nummers inbrengen en zelf een keuze maken van welk UBN ze de gegevens willen inzien of wijzigen. Handleiding gebruiker pagina 17

18 Beheer > kies ander UBN: Startscherm > Bijwerken: In het rechterscherm worden de knoppen voor Invoer, Overzicht Dieren en Detail Dier onzichtbaar, totdat de gebruiker voor het eerst met Bijwerken een stallijst heeft opgehaald. Met de knop Verwijder kan de gebruiker een UBN uit de tabel verwijderen. Intypen van een nummer en vervolgens uitwisselen van gegevens met de centrale database, voegt een UBN toe aan de tabel. Startscherm (bijgewerkt) Belangrijk: Voor het doen van I&R meldingen is het noodzakelijk om ingelogd te zijn onder het UBN waarvoor de I&R melding gedaan wordt. Handleiding gebruiker pagina 18

19 2.6. Detail dier en Overzicht dieren Als in het startscherm (zie vorige schermafbeelding) op de knop Detail Dier wordt geklikt, verschijnt er een informatiescherm met linksboven een keuzelijst voor dieren. Van het gekozen dier worden vier tabbladen (registratie, vruchtbaarheid, invoer en diagnoses/behandelingen) getoond. Als in het startscherm op Overzicht Dieren wordt geklikt, verschijnt informatie over de veestapel. Horizontaal scrollen brengt dezelfde informatie in beeld als de gegevens in de detailschermen. De informatie kan worden gesorteerd door op kolomkoppen te klikken. Nogmaals op dezelfde kolomkop klikken keert de sorteervolgorde om. Als op een regel met een bepaald dier wordt geklikt, verschijnt het scherm Detail Dier met informatie over het gekozen dier. Registratie Registratie van een dier. Overzicht dieren > Tabblad Registratie: Detail dier > Tabblad Registratie: Handleiding gebruiker pagina 19

20 Vruchtbaarheid Vruchtbaarheidsstatus van een dier. Overzicht dieren > Tabblad vruchtbaarh.: Detail dier > Tabblad vruchtbaarh.: Het tabblad Vruchtb. toont de laatste kalfdatum, de laatste tochtigheid en laatste inseminatie, de stier waarmee het dier voor het laatst geinsemineerd is, een advies vanaf wanneer drachtcontrole uitgevoerd kan worden (bij dieren die nog niet drachtig zijn gemeld, volgens de instellingen onder Beheer ), wanneer het dier geadviseerd wordt droog te zetten (volgens de instellingen onder Beheer ), de verwachte kalfdatum en de vruchtbaarheidsstatus van het dier. De volgende thermen komen hierin voor: - toch voor dieren die tochtig zijn gemeld zonder inseminatie - ins voor dieren die zijn geïnsemineerd - nd voor dieren met een natuurlijke dekking - sw voor dieren met een samenweiding - drch voor drachtig gemelde dieren - n-dr voor niet-drachtig gemelde dieren - bewust gust voor dieren die bewust gust zijn gemeld - verw voor verwerpen De status blijft leeg als een dier na afkalven nog geen gemelde reproductieactiviteit heeft. Handleiding gebruiker pagina 20

21 Invoer Het tabblad Invoer bevat alle reeds op de PDA ingevoerde meldingen. Overzicht dieren > Tabblad invoer: Detail dier > Tabblad invoer: Verwijder en corrigeer Als een regel met een melding wordt aangeklikt die nog niet is verzonden (als er Nee in de kolom Gemeld staat) naar de centrale database, dan verschijnen twee knoppen in beeld: Verwijder en Corrigeer. Bij reeds verzonden meldingen gebeurt dit niet. Voor het ziekten- en behandelingengedeelte kunt u reeds gemelde behandelingen verwijderen of wijzigen via VeeManager (zie paragraaf ). Aanklikken van Verwijder gooit de melding weg. Deze wordt dan niet gerapporteerd aan de centrale database. Aanklikken van Corrigeer brengt de gebruiker naar het invoerscherm voor het gekozen type melding en het gekozen dier. Invoer kan daar worden gewijzigd. Na een druk op OK in het invoerscherm vervangen de gewijzigde gegevens de originele gegevens. De gewijzigde gegevens worden ook verwerkt in de lokale stallijst. Gemeld De kolom uiterst rechts geeft aan welke meldingen al zijn verzonden. Diagnoses en behandelingen Dit tabblad toont per dier (via Detail dier benaderd) alle gemelde ziekten en behandelingen. Via Overzicht dieren worden alle gemelde ziekten en behandelingen van alle dieren in de stallijst vermeld. Zie volgende pagina voor een voorbeeld. Handleiding gebruiker pagina 21

22 Via Detail dier : Ook is het mogelijk om via overzicht dier de behandelingen op te vragen. U krijgt dan een lijst van behandelingen bij diverse dieren Detailinformatie van een dier bij invoerschermen In de invoerschermen kan ook detailinformatie van een dier worden opgevraagd door op de knop Detail naast het gekozen dier te klikken. In dat geval verschijnt linksboven op het scherm ook de keuzelijst voor dieren, maar er zit dan maar één dier in. Handleiding gebruiker pagina 22

23 2.8. Invoer Alle opties voor invoer zijn gecombineerd in één keuzelijst die verschijnt na indrukken van de knop Invoer. Startscherm > Invoer Dieren die in aanmerking komen voor een specifieke invoer zijn al geselecteerd in de lijst van het betreffende invoerscherm. Bijvoorbeeld dieren met een attentie voor afkalven zijn geselecteerd in het invoerscherm Geboorte. Dieren met attentie afkalven: Invoer > Geboorte: In de invoerschermen kan linksboven een dier worden gekozen uit een lijst. Een diernummer of naam kan ook worden ingetypt, in het vakje Kies Dier links van het pijltje. Zodra de naam tijdens het typen herkend wordt, licht de naam blauw op. VM Assistent accepteert alleen namen die in de lijst staan. Als u echter een melding wilt doen voor een dier die niet in de specieke attentielijst Handleiding gebruiker pagina 23

24 staat, dan kan dat uiteraard wel. U kunt dan via het invoerscherm onderin beeld op Opties klikken en dan Meer dieren selecteren. U kunt het relevante dier of de relevante dieren toevoegen door op het dier te klikken en dan op Voeg toe te klikken. U kunt er ook voor kiezen om op Kies Groep te klikken en dan de juiste groep dieren te selecteren. Na het bevestigen van uw keuze via OK kunt u de invoer als nog doen (zie ook paragraaf 2.9). Mocht u een melding willen corrigeren of verwijderen, dan kan dat via het tabblad Invoer binnen de menu s Detail dier of Overzicht dieren. Alleen niet verzonden meldingen kunnen verwijderd of gecorrigeerd worden (zie ook paragraaf ). Geboorte Via dit scherm is het mogelijk om uw geboortemeldingen aan het I&R-systeem door te geven. Het melden via internet is vergelijkbaar met het telefonisch melden via voice response. Als het I&Rsysteem beschikbaar is worden uw meldingen direct gecontroleerd en verwerkt voor I&R. Het is ook mogelijk dat uw meldingen niet direct verwerkt kunnen worden. Ze worden dan op een later tijdstip alsnog voor verwerking aangeboden voor I&R. U hoeft hiervoor zelf geen actie meer te ondernemen. Doodgeboorte Met het scherm links kan een doodgeboorte worden gemeld. Door hier een doodgeboren kalf te melden wordt tevens de juiste kalfdatum bij de moeder verwerkt. Dit is onder andere van belang voor de MPR- en NRS Mineraal-overzichten. Levend geboren Als de gebruiker Levend aanklikt, verschijnen meer invulvelden. Invoer > Geboorte > Doodgeboren kalf: Invoer > Geboorte > Levend geboren kalf: Levensnummer kalf Levensnummer kalf kan worden opgehaald uit de voorraad oormerken. Het viercijferige diernummer wordt voor het gemak ook getoond. Voorkeurinstellingen Standaard komen alle dieren 10 dagen voor afkalven in de attentielijst. Handleiding gebruiker pagina 24

25 Beheer > Instellingen > Attentie Aanvoer Via dit scherm is het mogelijk om uw aanvoermeldingen aan het I&R-systeem door te geven. Het melden via internet is vergelijkbaar met het telefonisch melden via voice response. Als het I&Rsysteem beschikbaar is worden uw meldingen direct gecontroleerd en verwerkt op I&R. Het is ook mogelijk dat uw meldingen niet direct verwerkt kunnen worden. Ze worden dan op een later tijdstip alsnog voor verwerking aangeboden op I&R. U hoeft hiervoor zelf geen actie meer te ondernemen. Inscharing U schaart dieren in als u dieren van het bedrijf van een ander tijdelijk op uw bedrijf laat weiden. Invoer > Aanvoer: Invoer > Afvoer: Bij aanvoer is geen keuze mogelijk voor weergave dier omdat het dier nog niet bekend is. Afvoer Via dit scherm is het mogelijk om uw afvoermeldingen aan het I&R-systeem door te geven. Het melden via internet is vergelijkbaar met het telefonisch melden via voice response. Uitscharing U schaart dieren uit als u dieren van uw bedrijf tijdelijk op het bedrijf van een ander onderbrengt om daar te weiden. Reden afvoer Bij Afvoer kan optioneel een reden voor afvoer worden opgegeven. Oormerk bestellen Via dit scherm is het mogelijk om verloren oormerken te bestellen voor dieren van uw bedrijf. De bestelling wordt doorgegeven aan het I&R-bureau die vervolgens opdracht geeft aan de betreffende fabrikant om u het verloren nummer toe te sturen. De leverancier van oormerken kan gewijzigd worden door dit telefonisch door te geven aan de afdeling Verkoop Binnen van CRV. Bij sommige fabrikanten kunnen er verschillende types oormerken worden besteld. Handleiding gebruiker pagina 25

26 Invoer > Oormerk bestellen Tochtig en DHZ-KI In dit menu kunt u tochtigheden en DHZ-inseminaties doorgeven. Als bij invoer tocht op de knop DHZ-KI wordt gedrukt, komt het vervolgscherm voor inseminatie. Er wordt dan geen aparte tochtigheid gemeld. In het scherm rechts kan een stiernaam worden gekozen. De bijbehorende kicode komt dan meteen in beeld, evenals het aantal nog beschikbare rietjes. Als u uitsluitend een tochtigheidsmelding wilt inbrengen, dan klikt u niet op DHZ-KI, maar na het kiezen van de juiste koe direct op OK. Invoer > Tochtig: Invoer > DHZ-KI (Doe Het Zelf KI): Via menu Opties en het daaropvolgende invoerscherm DHZ-KI kan de spermavoorraad worden beheerd. Standaard krijgt een dier de attentie tochtig op basis van de volgende instellingen: Handleiding gebruiker pagina 26

27 Beheer > Instellingen > Attentie Tochtigheidsmeldingen bij dieren die de status drch (=drachtig) hebben, worden wel in de centrale database opgeslagen, maar worden niet in VM Assistent getoond. Zodra een drachtig dier niet-drachtig of als verwerper wordt gemeld, komt de laatst gemelde tochtigheid weer in beeld. Natuurlijke dekking en samenweiding Naast DHZ-KI kan ook een natuurlijke dekking of samenweiding worden ingevoerd. Invoer > Nat. Dekking: Invoer > Samenweiding: Levensnummer stier Als er op een bedrijf stieren ouder dan 300 dagen aanwezig zijn, worden die getoond in de stier lijst. De oudste stieren bovenaan. Het is ook mogelijk een willekeurig levensnummer van een stier in te typen, bijvoorbeeld van een ander bedrijf. Begin & einde samenweiding Als Samenweiden is gekozen, en er zijn op dit UBN dieren met vruchtbaarheidsstatus samenweiden, dan verschijnen die dieren in de keuzelijst voor dieren linksboven in het invoerscherm. Einde samenw. is dan al ingevuld. Drukt de gebruiker op de knop Begin samenw. dan moet meteen hierna een groep dieren worden gekozen. In het geval dat begin samenweiden op de PDA was ingelezen, verschijnt er bij keuze van Eind samenw. automatisch de eerder gekozen stier en de datum van het begin van samenweiden. Verwijderen van een nog niet gemeld begin van samenweiden, verwijdert automatisch ook een eventuele melding van het eind ervan. Handleiding gebruiker pagina 27

28 Drachtcontrole VeeManager Assistent Invoer > Drachtcontrole Dagen drachtig Het aantal dagen drachtig wordt hier gemeld. Uitslag Koeien waarvan is aangegeven dat ze drachtig zijn, worden niet meer geattendeerd bij dracht- en tochtcontrole. Deze dieren komen pas weer in beeld voor dracht- en tochtcontrole als er een nieuwe inseminatie is gemeld of als een niet-drachtigheidsmelding of melding van verwerpen is gedaan. Koeien waarbij is aangegeven dat de drachtcontrole uitslag twijfelachtig is, blijven op de drachtcontrole attentielijst staan. Koeien die niet-drachtig worden gemeld, komen terug op de attentielijst voor tocht (afhankelijk van de datum van de laatst bekende tocht kan mogelijk nog een specifieke tochtattentie op zes weken worden gegeven). Standaard 28 dagen na een inseminatie kunnen de dieren gecontroleerd worden op dracht. Beheer > Instellingen > Attentie Handleiding gebruiker pagina 28

29 Verwerpen VeeManager Assistent Invoer > Verwerpen Standaard komen dieren na een melding van verwerpen direct terug op de tochtattentielijst. Bewust gust Dieren die bewust gust worden gemeld, worden uitgesloten van vruchtbaarheidsattenties. Invoer > Bewust gust Droogzetten In het scherm droogzetten (linksonder) kan worden gekozen voor behandeld droogzetten. Als het tabblad Behandeling wordt ingedrukt, komt het scherm dat op de volgende pagina rechts staat, in beeld voor invoer van de behandeling. Het handigste is om een behandelplan te kiezen, zodat niet elk veldje met de hand hoeft te worden ingevuld. Zie volgende pagina voor voorbeeldschermen. Handleiding gebruiker pagina 29

30 Invoer > Droogzetten: Tabblad Behandeling: Klik na invoer van de behandeling op Gekozen dier om weer op het scherm voor droogzetten te komen. Meerdere dieren gelijktijdig droogzetten Ondergaan meerdere dieren gelijktijdig dezelfde behandeling, bijvoorbeeld droogzetten met één soort droogzetter, dan kan deze eenduidige behandeling in één keer toegekend worden aan alle daarvoor geselecteerde dieren. Opties > Meer dieren: Selectie categorie Evt. droogzetten In dit scherm staan de namen van de koeien die in aanmerking komen om te worden drooggezet. De inseminatiedatum is leidend en veehouders kunnen zelf een standaardlengte van de droogstand aangeven (standaard is 60 dagen). Handleiding gebruiker pagina 30

31 Selecteer de droog te zetten dieren middels buttons: Verwijder en Voeg toe. Klik na invoer van de behandeling op gehele groep om weer op het scherm voor droogzetten te komen. Ziekte/Behandeling Kies in het Startscherm de invoeroptie Ziekte/Behandel om een diagnose en/of medicijngebruik in te voeren. Eerst komen we op het tabblad Diagnose. De keuze van een dier gaat zoals in de andere schermen. Behalve een datum wordt nu ook de tijd vastgelegd. Er kan hier direct een diagnose uit een lange lijst worden gekozen. Handiger is het om eerst een categorie te kiezen. Dan worden alleen de relevante diagnoses getoond voor die categorie. Bij de categorieën uier/spenen en benen/klauwen worden knopjes zichtbaar om de plaats van de aandoening aan te geven. Er kan een diagnose ingevoerd worden zonder behandeling. Maar na klikken op Gekozen dier komt toch altijd eerst nog het tabblad Behandeling in beeld. Eventueel kan medicijngebruik worden ingevuld op het tabblad Behandeling, zoals hierna wordt uitgelegd. Handleiding gebruiker pagina 31

32 Invoer > Ziekte / Behandeling > Tabblad Diagnose Er moet een type behandeling worden gekozen, bijvoorbeeld: droogzetten, voetbad of antibiotica (injectie). Als de gebruiker bij Hoeveelh. kiest voor meer dan één keer, dan verschijnt Interval met een keuzelijstje. Dit kan gebruikt worden als er bijvoorbeeld drie keer een injector ingespoten moet worden. Als voor meer dan één keer is gekozen, wordt elke behandeling apart opgeslagen. Na de keuze van een middel verschijnen de wachtdagen vanzelf. Bij keuze voor een behandelplan (scherm rechts) zijn standaardwaarden reeds ingevuld. Als u een behandelplan gebruikt waar meerdere behandeling onderhangen, dan kunt u als nog aangeven dat u slechts één of enkele van de behandelingen heeft uitgevoerd door alleen bij het juiste nummer van de behandeling op OK te klikken en bij de overige nummers op Terug te klikken. Vul de behandeling aan (in dit voorbeeld: batch nummer, hoeveelheid injectoren). Invoer > Ziekte / Behandel > Tabblad behandeling: Handleiding gebruiker pagina 32

33 Klikken op Gekozen dier slaat de behandeling op. Behandelingen in de toekomst komen op de attentielijst. Startscherm > Attenties > Behandelingen Indien van toepassing moet een keuze uit een voorkeurslijst van medicijnen gemaakt worden. Invoer > Ziekte / Behandeling > Opties > Medicijnen Het verwijderen of corrigeren van reeds gemelde behandelingen is mogelijk via de VeeManagermodule Diergezondheid. Door via Dieroverzicht (na inloggen op VeeManager kiezen voor Diergezondheid en dan links in beeld voor Dieroverzicht) het relevante dier op te vragen, worden de gemelde behandelingen getoond. Verwijderen van een verkeerd gemelde behandeling kan door op het rode kruisje achter de regel met de behandeling te klikken. Als u de behandeling wilt wijzigen, dan kan dat door op de knop wijzig te klikken. Handleiding gebruiker pagina 33

34 2.9. Kiezen van een groep dieren In alle invoerschermen kan uit het Optie - menu gekozen worden voor Meer Dieren. In de bovenste helft worden alle dieren getoond. In de onderste helft alleen de gekozen dieren. Aanklikken van een kolomkop sorteert de dieren voor die kolom. Selectie Meer dieren Om een enkel dier toe te voegen: selecteer het dier in de bovenste tabel, druk daarna op de knop Voeg toe, het dier verschijnt dan in de onderste tabel. Kies groep De gebruiker kan ook bepaalde groepen kiezen via de keuzelijst Kies Groep. Bij Kies groep is het mogelijk om een groep dieren toe te voegen, bijvoorbeeld alle koeien < 100 dagen in lactatie. OK en Verwijder Voor de gekozen dieren kunnen meldingen gedaan worden, nadat op OK gedrukt is. Ook kan worden gekozen om een dier of groep te verwijderen. Handleiding gebruiker pagina 34

35 3. Automatische installatie nieuwe versie VM Assistent VeeManager Assistent kijkt iedere keer dat u bijwerkt of er een nieuwe versie is. Indien dit het geval is, krijgt u automatisch bericht. Als onderstaand scherm verschijnt en u op OK klikt, sluit VM Assistent af. De nieuwe versie wordt dan automatisch geïnstalleerd. Als er opnieuw opgestart wordt dan is dit met de nieuwe versie. Het verdient de aanbeveling om dan nogmaals op Bijwerken te klikken, zodat diergegevens op de juiste wijze worden getoond Nieuwe versie installeren Bevestig met OK voor een directe nieuwe versie. Wilt u als gebruiker eerst liever doorwerken klik dan Cancel aan. Bij de eerstvolgende keer bijwerken krijgt u automatisch deze melding. Het verdient aanbeveling om de update dan wel te installeren in verband met het correct tonen van de diergegevens. Handleiding gebruiker pagina 35

36 Als u akkoord gaat om de nieuwe versie binnen te halen wordt de oude versie verwijderd. Hierbij gaan geen gegevens verloren. Indien onderstaand scherm opkomt selecteer Device : Bevestig met OK : Klik Install : Installatie succesvol verlopen. Sluit scherm af met OK : Start programma VM Assistent via menu Start : 3.2. Installatie niet succesvol VeeManager Assistent wordt op diverse type/ merken PDA s geïnstalleerd. Om die reden kan het voorkomen dat een installatie naar een nieuwe versie, fout gaat. Vaak is de beste oplossing het verwijderen van de oude versie VeeManager Assistent. Alvorens de nieuwe te installeren. Onderstaande melding geeft aan dat de oude versie niet verwijderd kan worden. Handleiding gebruiker pagina 36

37 Klik No : Klik Ok : Handleiding gebruiker pagina 37

38 3.3. Verwijder het programma VeeManager Assistent Start item Settings via menu Start. Selecteer programma Remove programs Verwijder programma CRV VMassistent Klik Yes Handleiding gebruiker pagina 38

39 Indien onderstaande melding opkomt: Klik Yes VeeManager Assistent is verwijderd. De lokaal opgeslagen gegevens staan nog in de data directory. Start item Verkenner via menu Start Ga naar directory Vmassistent: Verwijder programma Vmassistent: Handleiding gebruiker pagina 39

40 Nieuwe versie binnenhalen via de PC Om VM Assistent te installeren op uw PDA dient de benodigde software via een PC te worden verzonden naar de PDA met behulp van ActiveSync. ActiveSync is de benodigde software voor de uitwisseling van en naar uw PDA vanaf uw PC (dit kan via een USB-kabel, Bluetooth of infrarood). ActiveSync kan worden gedownload via (zoek op Active Sync) of via de aanwijzingen in hoofdstuk 4. Zorg dat uw PC via ActiveSync in verbinding staat met de PDA (rechtsonder in de taakbalk). Selecteer tabblad VeeManager op de internetsite Selecteer Meer informatie onder CRV MoMan. Selecteer Meer informatie onder VeeManager Assistent: Klik Downloaden : Handleiding gebruiker pagina 40

41 Download VM Assistent Setup 1.0: Klik Openen of Uitvoeren : Klik Next> : Accepteer voorwaarden en klik Finish : Klik Ja : Klik OK : VeeManager Assistent wordt geïnstalleerd op de PDA (zie ook paragraaf 2.1) Handleiding gebruiker pagina 41

42 Nieuwe versie binnenhalen via de PDA Klik op bijwerken met de oude versie VeeManager Assistent Klik Ok : Start item File Explorer via menu Start : Nieuwe versie is binnengehaald op de PDA Handleiding gebruiker pagina 42

43 Verwijder de oude versie, zie hiervoor paragraaf 2.1. Klik VMaUpdate VeeManager Assistent wordt geïnstalleerd op de PDA (zie ook paragraaf 2.1) Handleiding gebruiker pagina 43

44 4. Instellen verbinding tussen de PDA en uw computer Op vindt u onder Tips bij het gebruik van uw PDA een link naar de meest recente versie van Active Sync. Dit programma heeft u nodig om de PDA en uw computer met elkaar te verbinden: Klik op de link naar de Microsoft-website Download het onderdeel setup.msi welke onderaan de pagina getoond worden. Kies voor openen en volg vervolgens de installatie-wizard die u begeleidt bij de installatie. De vragen in de installatie-wizard kunnen allemaal met volgende beantwoord worden om vervolgens de installatie te voltooien. Controleer na de installatie of uw computer verbinding kan maken met de PDA door deze opnieuw aan te sluiten. Handleiding gebruiker pagina 44