Melkveehouders steunen EMB-plannen

Transcriptie

1 nummer 143 sept Ledenblad Nederlandse Melkveehouders Vakbond Melkveehouders steunen EMB-plannen De laatste week van augustus en de eerste week van september hebben de NMV en de DDB gezamenlijk EMB-bijeenkomsten gehouden, om de melkveehouders te informeren over de inhoud van de EMB-plannen en de mening van de melkveehouders ten aanzien van acties te peilen. Presentatie In een uitgebreide PowerPoint-presentatie kregen de aanwezigen een beeld van de achtergrond van de European Milk Board (EMB), de geschiedenis van het melkquotum, cijfermateriaal van de melkcrisis in de Willem Smeenk, geëmigreerde Nederlander en OPL-bestuurslid, vertelt over de actiebereidheid in Frankrijk op een EMB-bijeenkomst in Zegveld. dertiger jaren van de vorige eeuw (die in een niet-gereguleerde zuivelmarkt, gedurende tien jaar een halvering van de melkprijs inhield) en cijfers over bijvoorbeeld de interventie in de VS en de EU. Tot slot kwamen de EMB-plannen voor de korte en de lange termijn aan de beurt. EMB-plannen korte termijn, crisisaanpak De crisisaanpak van de EMB focust op de snelste manier om de markt op te schonen. De huidige aanpak door de Europese Commissie toont aan dat de oude marktinstrumenten niet meer werken. Terwijl de voor- In dit nummer: Positie zuivelindustrie voorspelbaar en herkenbaar NMV stapt uit zuivelbreed overleg Actief en oplossinggericht NMV richt zich tot minister Verburg raden aan interventie oplopen, blijft de melkprijs op een veel te laag niveau hangen. Omdat er ook geen extra afzet bijkomt, zal de crisisaanpak van de EU niet werken. EMB-plannen lange termijn Een Europees samenwerkingsverband waarin de EMB, de Europese zuivelindustrie, de EU-overheid en consumentenorganisaties zitting hebben, moet gezamenlijk opdracht geven aan onafhankelijke instituten om de gemiddelde kostprijs van melk vast te stellen én de marktvraag in de gaten houden. Door deze overlegstructuur worden alle partijen verantwoordelijk voor de voorwaarden waaronder melk in de EU geproduceerd en geleverd wordt. Een melkmarktfonds, door de sector gefinancierd, moet in dit systeem worden ingesteld om overaanbod op te kopen wanneer er zich onverwachte schommelingen in de afzet voordoen (tijdelijke interventie). De regulering van het productieniveau moet op bedrijfsniveau gebeuren, dat stelt alle EU-melkveehouders op dezelfde hoogte en voorkomt dat bijvoorbeeld Nederlandse melkveehouders meer melk in moeten leveren in tijden van overaanbod dan andere lidstaten. Tevens moet de Europese overheid de Mededingingswet aanpassen, zo dat melkveehouders zich kunnen verenigen in producentenverenigingen. Vervolg op pagina 2

2 Vervolg van pagina 1 Voordelen van de flexibele volumeregulering - snelle aanpassing van aanbod aan de vraag mogelijk; - constante en voorspelbare voorwaarden voor de melkveehouder, verwerker en afnemer (bedrijfplanning op lang(er)e termijn mogelijk); - kosten geven een richtlijn bij de onderhandelingen tussen de melkfabrieken en de levensmiddelenhandel (waardoor ze gelijkwaardig op kunnen treden); - kostenneutrale variant voor de politiek; - betere (snellere) benutting van marktkansen; - hoge acceptatiekans door de WTO is te verwachten. Reacties op EMB-plannen De reacties op de EMB-plannen zijn zonder meer positief te noemen, met de huidige koers van de EU die de Europese melkveehouderij steeds meer positie en kapitaal kost, wordt een sectorgestuurde regulering als een beter, duurzamer en eerlijker alternatief gezien. Enquête In aansluiting op de EMB-bijeenkomsten zal, via een anonieme enquête, een peiling verricht worden onder de Nederlandse melkveehouders over de plannen en de acties van de EMB. De informatie die uit deze enquête voortvloeit zal besproken worden met het EMB-bestuur. Positie zuivelindustrie voorspelbaar en herkenbaar De door FrieslandCampina naar buiten gebrachte standpunten betreffende het te volgen zuivelbeleid zijn niet verrassend. De overeenkomsten tussen de vrije melkmarkt in het Canada van de jaren zestig en het Europa van vandaag zijn dat zeker wel. Jammer dat men niet wil leren van de Canadese ervaringen uit het verleden. Vrije markt De vrije markt zoals Canada die in de jaren zestig kende, lijkt als twee druppels water op de zuivelmarkt vandaag de dag in Europa. De Canadezen waren toentertijd een grote exporteur naar de wereldmarkt. Deze afhankelijkheid van de wereldmarkt leverde de melkveehouders echter niets op. Integendeel, zij werden geconfronteerd met een zeer instabiele markt, waarin lange periodes met overschotten en lage prijzen afgewisseld werden met korte periodes van tekorten en hogere prijzen. Zeer veel boeren kwamen in de problemen en het kostte de overheid handenvol geld om de bedrijven overeind te houden. Weerstand Het opgeven van de wereldmarktpositie op de wereldmarkt, in ruil voor produceren puur voor een stabiele Canadese markt met een kostendekkende melkprijs, was de oplossing van het probleem. Ook in Canada kwam de weerstand van de zuivelindustrie en dan met name van de coöperaties. Zij wilden koste wat kost hun exportposities behouden, net zoals FrieslandCampina dat nu wil. Het heeft zeer veel druk van de boeren gekost om de melkquotering ingevoerd te krijgen. De systeemwissel heeft enkele jaren geduurd. Stabiliteit Ook nu worden de exportbelangen boven het belang van een redelijk inkomen voor de melkveehouders gesteld en zal grote druk van de melkveehouders noodzakelijk zijn, om een systeemwissel naar een flexibele marktregulering er door te krijgen. Dit gaat niet vanzelf en daar moeten melkveehouders zich goed van bewust zijn. Het Canadese systeem van supply management heeft gezorgd voor een stabiele markt met altijd voldoende zuivelproducten voor een redelijke prijs en kostendekkende melkprijzen voor de melkveehouders. De Canadese zuivelindustrie blijkt zeer rendabel te kunnen opereren. Verder kost het de belastingbetaler niets. Subsidies zijn overbodig en dumping van overschotten in derde landen is niet aan de orde. Ook in Europa is een dergelijk systeem mogelijk, ook binnen de WTO. Voorwaarde is wel dat exporteren onder de kostprijs niet meer mogelijk is en er marktgericht geproduceerd moet worden. Dit betekent dat het aanbod aangepast moet worden aan de vraag uit de markt. Hierdoor ontstaat een gezonde melkveehouderij, die indien nodig kan reageren op een aantrekkende wereldmarkt. Dit in tegenstelling tot de uitgemergelde melkveehouderij die overblijft na de huidige zuivelcrisis. Een deel van de bedrijven zal afvallen en de rest zit zo zwaar gefinancierd dat ze niet kunnen reageren op een aantrekkende markt. Juist door krampachtig vast te houden aan het huidige beleid verliest de EU haar positie op de wereldmarkt. Dit is de grootste fout die FrieslandCampina vandaag maakt. 2

3 NMV stapt uit zuivelbreed overleg De NMV heeft vanaf het begin duidelijk gemaakt dat zij wilde participeren in het zuivelbrede crisisoverleg voor maatregelen die de huidige crisissituatie in de melkveehouderij oplossen. Uiteraard ondersteunt de NMV maatregelen die verlichting geven en melkveehouders helpen de huidige beroerde situatie door te komen. De oorzaak van de dramatisch lage melkprijs is helder: er is te veel melk. Of dit nu komt door een toename van het (wereldwijde) aanbod, of door afname van de vraag, is volstrekt niet relevant. Het is voor iedereen duidelijk dat het huidige aanbod op de markt niet te plaatsen is, waardoor er al een forse interventie van mager melkpoeder en boter plaatsgevonden heeft in zowel de EU als de VS. Deze interventie legt door de overschotsituatie in feite de bodem in de markt en bepaalt voor een belangrijk deel de hoogte van de melkprijs. Doordat de EU de interventieprijzen vanaf 2003 fors heeft laten dalen, ligt de bodem in de markt nu veel lager dan in het verleden het geval was. Dit verklaart het dramatisch lage niveau van de melkprijs. Aangezien het onmogelijk is (op korte termijn) de vraag afdoende te laten stijgen, zal de oplossing in het beperken van het aanbod moeten liggen. De NMV heeft hiervoor (gezamenlijk met de DDB) een voorstel met meerdere opties ingediend. De partners in het overleg wilden op geen enkele wijze meegaan in de aangereikte oplossingsrichtingen. Men wilde deze ook niet agenderen voor het bestuurlijke overleg. Aangezien onze inzet niet serieus werd genomen, was er voor ons geen basis meer om aan het overleg te blijven deelnemen. De voorstellen (van LTO) die er nu liggen, kunnen vooral gezien worden als symptoombestrijding, er zit geen enkele oplossingsgerichtheid in. Integendeel, uitvoering van deze maatregelen zal de huidige situatie langer intact houden en de crisis alleen maar verlengen. De melkprijs zal alleen kunnen stijgen als er weer balans komt in vraag en aanbod. De door de NMV voorgestelde maatregelen zijn hier op gericht. Het afvallen van een groot deel van de melkveebedrijven is een andere mogelijkheid om het Peter ten Hoeve en Hans Geurts geven toelichting tijdens de persconferentie. aanbod te verkleinen. Dit is niet de optie die de NMV voorstaat. Door nu met maatregelen, zoals meer staatssteun en ruimere mogelijkheden voor borgstelling en kredietverlening, zoveel mogelijk melkveebedrijven in de benen te houden, zal de overproductie intact blijven en kan de huidige situatie nog jaren aanhouden. In feite is dit de slechtst mogelijke keuze. Eerst kiezen voor de vrije markt en als de markt zijn werkt dreigt te doen, melkveebedrijven met alle mogelijke middelen in de benen te houden. Bovendien lost het helemaal niets op en holt het de sector uit. De schuldenpositie van de Nederlandse melkveebedrijven zal op deze manier zeer sterk verslechteren en de concurrentiekracht zal alleen maar achteruit gaan. De NMV kan en wil hier niet verder in mee gaan. Wilt u de uitgebreide argumentatie van de NMV over het verlaten van het zuiveloverleg bekijken? Kijk dan op onder het kopje Foto en film bij , voor het gefilmde verslag van de NMV persconferentie over dit onderwerp. Crisisoverleg NMV bij LNV Het verlaten van het zuiveloverleg betekent niet dat de NMV haar invloed niet in Den Haag laat gelden. Maandag 24 september jl. voerden NMV en DDB een gesprek op topniveau over de melkprijscrisis op het ministerie van LNV. 3

4 Actief en oplossingsgericht NMV richt zich tot minister Verburg Een dag na het vertrek uit het zuivelbrede overleg hebben de NMV en de DDB (beiden lid van de European Milk Board) minister Verburg per aangetekende brief gevraagd medewerking te verlenen aan het EMB-plan. Het EMB-plan bevat een pakket aan maatregelen die het probleem op de zuivelmarkt op een adequate en efficiënte manier structureel oplossen. Het uiteindelijke doel is een kostendekkende melkprijs voor de Nederlandse melkveehouders. Bedrijfseconomisch zijn alle opeenvolgende schakels in de zuivelkolom hierbij gebaat. Aan de minister is gevraagd haar medewerking aan het plan te verlenen. Verzocht is een aantal maatregelen te treffen die de sector verzekeren van een toekomstgericht melkmarktbeleid. Overigens ontvangen alle ministers van landbouw in de Europese Unie een soortgelijk voorstel en verzoek voor dit grensoverschrijdende probleem. Het afstemmen van het aanbod op de vraag is het centrale thema in het EMB-voorstel. De ministers van landbouw in de Europese Unie zijn verzocht een pakket van vijf maatregelen over te nemen om dit te bereiken, (zie pagina 1 en 2). De politiek zorgt wanneer zij de EMB-plannen overnemen voor inkrimping van het huidige melkaanbod en het faciliteren van een aantal randvoorwaarden, zodat melkfabrieken een kostendekkende melkprijs uit kunnen betalen. Gefaseerd zal de melkprijs naar een kostendekkend niveau worden gebracht. Een vrijwillige, tijdelijke beperking van de productie tegen een vergoeding die voor heel Europa geldt (uitleasen van melkrechten) en een beperking van de nationale vereveningsmogelijkheden moeten er voor zorgen dat het melkaanbod op korte termijn vermindert. Deze maatregelen schonen de markt op en komen de melkveehouders direct ten goede. Aan alle ministers van landbouw is gevraagd om uiterlijk 7 september, wanneer de Europese Commissie in Brussel bijeen is, akkoord te gaan met het oplossingsgerichte voorstel. De minister heeft aangegeven dat zij voor deze datum een reactie zal sturen naar de NMV en de DDB. NMV reageert op uitvoeringsregelgeving In antwoord op het verzoek aan de NMV van het ministerie van LNV om te reageren op de uitvoeringsregelgeving Wet dieren, heeft de NMV een uitgebreide reactie verstuurd. Want hiaten in de wetgeving en niet-praktijkgerichte regelgeving blijken er in overvloede te zijn. onkosten, gebrek aan transparantie en ergernis toe, en hebben geen toegevoegde waarde. Melkveehouders worden geconfronteerd met boetes door onbekende en/of onpraktische regelgeving ten aan zien van veevervoer, zoals het niet mogen vervoeren van hoogdrachtige of pas afgekalfde koeien. Maar ook worden zij verantwoordelijk gehouden (én beboet) voor fouten van derden (koeien die tijdens het vervoer kreupel worden, Rendac die koeien niet afmeldt). Daarnaast is het level playing field een punt van aandacht: Nederlandse veehouders draaien voor BSEkosten op, terwijl dat nergens in de EU gebruikelijk is. Onkosten Maar ook over de toepassing van de verzamelregelgeving, de verplichte wasplaats, het aan- en afleverhok voor dieren, R&O voor vervoermiddelen, extra gezondheidscertificaten en keuringen bij een bedrijf dat al een hoge gezondheidsstatus heeft en het beperken van de veemarkten, is de NMV ontevreden. De regelingen voegen slechts extra Met dank aan Mirda Kant voor haar foto. Voldoet dit voertuig wel aan de transportregelgeving voor koeien? 4

5 NMV overlegt over convenant met ballonvaardersvereniging Een ballonvaarder is een onaangekondigde gast, wanneer hij bij een agrariër/grondgebruiker op één van zijn percelen landt. Wanneer hij zich ook als zodanig gedraagt, zijn er geen problemen. Echter, de praktijk is vaak anders. Het landen met een luchtballon is een recht, een luchtballon mag overal landen, hij is ontheven van de verplichting om te landen op een vliegveld. Wel dienen percelen waarin vee graast gemeden te worden. In de situatie dat hij kan kiezen tussen een perceel met een gewas of vee, dient de ballonvaarder te landen in een gewas. Dit omdat de schade in een dergelijk perceel gemakkelijker is vast te stellen. Voordat de ballonvaarder zijn ballon met mand gaat bergen, dient hij eerst de gastheer (agrariër/grondgebruiker) om toestemming te vragen. Vervolgens dienen beiden samen de afwikkeling van de schade te regelen. Komen ze er samen niet uit, dan wordt één en ander overgedragen aan de verzekering van de ballonvaarder. Momenteel staat in een convenant, dat door de NMV niet ondertekend is, dat een cadeau als vrijwillige basisvergoeding is opgenomen. Wanneer de agrariër een cadeau niet op prijs stelt, is een standaard vrijwillige vergoeding van 25 euro in het convenant tussen LTO en de ballonvaardersvereniging opgenomen. De NMV is met de Koninklijke Vereniging voor Luchtvaart in onderhandeling om een convenant op te stellen, waarin een standaard vergoeding van vijftig euro als basisafspraak staat vermeld. Gelet op de tijdsbelasting en overlast is dit in onze ogen een billijke vergoeding. Bovendien betalen ballonvaarders voor het opstijgen van de ballon vaak hogere bedragen. De vergoeding dient direct na de landing betaald te worden zodat geen onnodige kosten voor administratie gemaakt hoeven worden. Wij houden u op de hoogte van onze gesprekken met de KNVvL. Inspraakprocedure 11 Natura 2000-gebieden Minister Verburg van LNV heeft be sloten dat op 24 september 2009 de inspraakprocedure start voor de aanwijzing van 11 Natura 2000-gebieden. Het gaat om de gebieden Lauwersmeer, Bargerveen, Rottige Meenthe & Brandemeer, Stelkampsveld, Korenburgerveen, Binnenveld, Lingegebied & Diefdijk-Zuid, De Wilck, Biesbosch, Bunder- en Elsloërbos en Drentsche Aa-gebied. De ontwerp-aanwij zingsbesluiten voor deze gebieden liggen van 24 september tot en met 4 november 2009 ter inzage. In deze periode kan iedereen zijn mening geven over onder andere de begrenzing van de gebieden en de natuurdoelen. De ontwerpbesluiten zijn ter informatie al vanaf 29 juni 2009 te vinden op: Via deze site zijn ook de ontwerp-aanwijzingsbesluiten te downloaden. De NMV adviseert u om een zienswijze in te dienen wanneer u in de omgeving van bovenstaande gebieden grond en/of uw bedrijf heeft. Verhoging pachtprijzen onacceptabel De minister van LNV heeft een overzicht van de pachtprijzen per 1 september gepubliceerd. Voor pachtcontracten van vóór 1 september 2007 geldt per regio een percentage voor stijging of daling van de pachtprijs. Dat percentage varieert van -8% tot +43%. De uiteindelijke pachtprijs voor deze contracten mag echter niet meer dan 10% boven de regionorm uitkomen. In het nieuwe pachtprijzensysteem worden elke twee jaar de maximale pachtprijzen per hectare landbouwgrond aangepast. De maximale prijs die een verpachter mag vragen, wordt berekend naar het zogenaamde opbrengend vermogen van het land. LEI Wageningen UR kijkt naar de gemiddelde verdiensten van agrarische ondernemingen in een bepaalde regio over een periode van 5 jaar en 2008 waren goede tot redelijke jaren voor de melkveehouderij. Hierdoor zie je een stijging van de pachtprijs. De NMV vindt de forse verhogingen totaal niet in verhouding met de huidige slechte inkomens in de landbouw en met name de melkveehouderij. In overleg met de Bond van Landpachters en eigen grondgebruikers (BLHB) heeft de NMV een brief gestuurd naar de ministers van LNV en Financiën en de Tweede Kamer. Daarin verzoeken wij de politiek vriendelijk doch dringend om de voorgestelde verhogingen niet door te laten gaan omdat het onverantwoord is bij deze dramatische lage melkprijzen. De NMV ondersteunt de BLHB in de opvatting dat er een evaluatie van het nieuwe pachtprijzensysteem zou moeten komen om deze verschillen en de gevolgen in beeld te krijgen. 5

6 Wat moeten we met de wasplaatsen? Momenteel is de NMV in overleg met het ministerie van LNV over de verplichte wasplaatsen voor elk bedrijf met meer dan 10 evenhoevigen. Voor de NMV zijn maatregelen om de verspreiding van dierziekten te voorkomen alleen effectief wanneer je deze in Europees verband organiseert. En in de EU-regelgeving komt de NMV geen maatregelen tegen die het inrichten van een wasplaats op een bedrijf verplicht stelt. De NMV heeft daarom nagevraagd in welke EU-verordeningen deze maatregelen mogelijk opgenomen zijn en of de Europese Commissie de maatregelen die in Nederland gelden, goedgekeurd heeft. Immers, op het moment dat in verenigd Europa ten aanzien van de preventie van dierziekten niet in alle lidstaten dezelfde regels gelden, is er sprake van rechtsongelijkheid en oneerlijke concurrentie. Uitbraak Alleen wanneer er een uitbraak van een dierziekte dreigt of een besmettelijke ziekte is uitgebroken, is het reinigen en ontsmetten hoofdprioriteit. De NMV heeft daarbij aangetekend dat alle uitbraken van besmettelijke dierziekten in Nederland tot nu toe uit het buitenland zijn geïmporteerd. De NMV vraagt zich ook af waarop het aantal van 10 evenhoevigen is gebaseerd. Aangezien ook een particulier met 9 evenhoevigen kan bijdragen aan de verspreiding van een ziekte. Kosten Zoals de regeling in Nederland er nu uitziet, worden alle kosten van de wasplaats op de melkveehouders afgewenteld. Terwijl een transporteur bij een grensovergang wel moet betalen voor het reinigen en ontsmetten van zijn transportmiddelen, ontvangt de veehouder op zijn bedrijf in de huidige regeling geen vergoeding. Aan de varkenshouderij werden eerder subsidies verstrekt. Een vergelijkbare regeling voor de melkveehouderijsector is in de ogen van de NMV niet meer dan billijk. niet gevraagd kan worden nu al te investeren in een wasplaats. Zo kan de verplichting tot het hebben van een wasplaats voor bijvoorbeeld gesloten bedrijven mogelijk nog worden versoepeld. De NMV heeft er bij LNV sterk op aangedrongen de sector zo snel mogelijk over de huidige status te informeren. Het is zeer de vraag in hoeverre een wasplaats op een primair bedrijf bijdraagt aan de preventie van dierziekten. Melkveehouders voeren in verhouding heel weinig dieren aan. Een wasplaats is derhalve een investering die nooit of heel weinig gebruikt zal worden. In onze ogen is het inrichten van regionale erkende wasplaatsen (zoals op slachthuizen en verzamelcentra) een veel effectievere maatregel om het gestelde doel te bereiken. Een erkende wasplaats per regio is een meer praktisch haalbare en betaalbare oplossing. Status en communicatie De communicatie rondom het onderwerp wasplaatsen laat sterk te wensen over. Het is voor ondernemers, maar ook voor belangenorganisaties, volstrekt onduidelijk waar men aan toe is. In een reactie op vragen van de NMV gaf LNV aan dat men aan het bekijken is hoe men de regelgeving nader kan specificeren. Omdat het betreffende artikel 20 van de regeling mogelijk aangepast wordt, vindt de NMV dat de sector Implementatie Tot slot heeft de NMV er opgewezen dat het, gezien de onduidelijkheid (LNV geeft aan dat men onze brief pas zal beantwoorden zodra LNV weet hoe het specifieke artikel op de wasplaatsverplichting aangepast gaat worden), wenselijk is de implementatie van de wet op te schorten tot het moment dat de inventarisatie door de AID is voltooid en duidelijk is waaraan een wasplaats exact dient te voldoen. Nieuwe NMV-huisstijl en extra NMV-uitgaven Het is u vast al opgevallen: de NMV heeft een nieuwe, verfrissende huisstijl. Eerst werden al de uitnodigingen en mailings voorzien van een nieuw uiterlijk, maar nu heeft ook de NMV-site een nieuw uiterlijk gekregen dat past bij deze tijd. Omdat we onze rapporten en folders geregeld updaten met bijgewerkte cijfers en de nieuwste ontwikkelingen, is er ook een nieuw NMV-jaarboekje: de NMVisie. In de NMVisie vindt u naast de informatie over de werkwijze van de NMV, uitgebreide uitleg over de hoofdzaken van de NMV-belangenbehartiging. We wensen u veel leesplezier. Mocht uw collega-melkveehouder, die nog geen lid is van de NMV, de NMVisie ook door willen lezen, bel dan even met het NMV-secretariaat en we sturen hem/haar graag een exemplaar. Omdat de NMV haar visie breed uit wil dragen, vindt iede re melkveehouder in Nederland deze maand de Koebont Extra in de bus. Deze extra uitgave, wordt verspreid door Agrio Uitgeverij bij één van haar agrarische bladen. 6

7 NMV betrokken bij initiatief voor aanpassing excretie bij jongvee Opfokkers van jongvee en melkveehouders ervaren dat de huidige forfaitaire normen voor jongvee te hoog zijn. Een netwerkgroep van jongvee-opfokkers gaat aan de slag om te kijken of deze normen verlaagd kunnen worden. Omdat zij uitsluitend jongvee houden, kunnen er betrouwbare cijfers gegenereerd worden. De inmiddels gestarte netwerkgroep richt zich op aanpassing van de forfaitaire normen en het beschikbaar krijgen van Bedrijfsspecifieke Excretie (BEX) voor hun bedrijven. Uit een inventarisatie van de deelnemende bedrijven blijkt dat jongvee-opfokbedrijven een 20 tot 25 procent lagere productie van stikstof en fosfaat realiseren dan op basis van de forfaits. Een inventarisatie van Koeien en Kansen leverde soortgelijke gegevens op. Door de lagere werkelijke productie moeten de bedrijven meer organische mest afvoeren dan eigenlijk nodig is. Zo ontstaat de vreemde situatie dat ze mest moeten afvoeren en kunstmest terugkopen. Of ze hebben lagere gewasopbrengsten en/of gewaskwaliteit. De financiële gevolgen van de huidige normen ten opzichte van de gewenste aanpassingen raamt de groep op ongeveer euro bij 100 stuks jongvee. Om aanpassing van de normen te krijgen gaat de netwerkgroep zoveel mogelijk betrouwbare cijfers van jongvee-opfokkers verzamelen. Hiermee willen we de overheid tonen dat de forfaitaire normen te hoog zijn, licht projectbegeleider Ton Derks van DLV toe. De aangekaarte problematiek lijkt reëel. Door het te staven met goede praktijkcijfers is er kans wat te bereiken bij de overheid. Ook andere rundveehouders, met zoogkoeien, roodvleesproductie en rosékalveren, zijn bezig met het ontwikkelen van een BEX. Aanpassen van normen aan reële cijfers werkt ook voor jongvee in de melkveehouderij positief door. Jongvee-opfokkers die hun medewerking willen verlenen aan de netwerkgroep kunnen dit doorgeven aan het NMV-secretariaat of direct contact opnemen met projectbegeleider Ton Derks: De NMV zet zich ook in om via deze route de huidige overbodige mestafvoer te reduceren. VAN DE VOORZITTER We feed the world Hoe vindt u dat het gaat met de melkveehouderij? En hoe staat u tegenover uw positie als boer? Graag wil ik daarover mijn beschouwing geven. Te beginnen bij de jonkies : het agrarisch onderwijs. Dat stemt me treurig. Veel landbouwscholen zijn opgedoekt of omgetoverd in AOC-Groen. Met een overbevolking aan, zoals ik het wel vaker noem, paardenmeisjes. Het lijkt wel of het landbouwonderwijs naar de zijlijn is geduwd. Goed landbouwonderwijs is de basis voor een sterke sector. Zoals de basisvoorwaarde voor een gezonde melkveehouderij is dat veel jonge mensen in de startblokken staan om boer te worden. Blijkbaar is het vak melkveehouder niet aantrekkelijk genoeg meer voor opvolging. Waarom? Natuurlijk omdat het rendement momenteel slecht is. Veel potentiële opvolgers zullen zeggen: Pa doe het zelf maar, ik zoek wel iets anders dat voldoende oplevert. Met aantrekkelijke werktijden en een bijpassende vergoeding. Maar er is ook een ander aspect dat er momenteel uitspringt. De laatste jaren zijn we niet meer trots op onze sector. Zelfs de melkveehouders niet. Natuurlijk hoeven we geen herenboeren te worden met de duimen achter het vest. Maar een tikkeltje meer eergevoel uitstralen zou niet verkeerd zijn. De boer is troef, moet terug. Er trots op zijn dat je voedselproducent bent: We feed the world! Aan de ene kant is de coöperatieve gedachte een geweldige. Aan de andere kant heeft dit ook geleid tot onderdeel-zijn-van. Boeren zijn een radertje geworden van het geheel. De individualiteit is weg. Ook door de extra regelgeving vanuit de coöperatieve gedachte is de melkveehouder meer franchisenemer geworden dan ondernemer. Qua inkomen is de boer altijd de sluitpost van de begroting. In een groot deel van Noordwest- Europa is de melkverwerking in coöperatieve handen. En toch ontvangen we slechts een fooi voor onze melk. Dan mogen we er best eens over gaan nadenken wat de coöperatieve gedachte ons heeft gebracht. En hoe we hier als ondernemers in willen staan. Als melkveehouders gelaten blijven en wegkijken, komt het niet goed met de sector. In TV-reclames als die van Knorr, maar ook in Boer zoekt vrouw worden we toch een beetje sneu en stereotiep weggezet. Zolang we dit imago niet van ons afschudden door voor onze rechten op te komen, zullen we een bijpassende beloning blijven ontvangen. Voorzitter Peter ten Hoeve 7

8 Agenda 21 september Nijkerk, De Schakel, uur, NMV-bestuursvergadering. Op de NMV-site vindt u actuele nieuwtjes uit de melkveehouderij en van de NMV. Adressen NMV Secretariaat NMV Tabaksland 73, 4031 MH Ingen tel fax info@nmv.nu Contactpersonen NMV Groningen en Drenthe: Steef Pronk, De Wilp, Friesland: Harm Wiegersma, Rinsumageest, Flevoland: Laurens van Bavel, Zeewolde, Noord-Overijssel: Erik Klunder, Balkbrug, Oost-Nederland: Marion Logtenberg, Baak, Rivierengebied: Peter van Beest, Lienden, Gelderse Vallei/Utrecht-Oost: Kees Groenestein, Eemnes, Noord-Holland Noord: Sjaak Ruyter, Schagen, Gooi- en Vechtstreek: Jan Galesloot, Weesp, De Ronde Venen: Rene Wahle, Zevenhoven, Krimpenerwaard en Lopikerwaard: Marja Dijkshoorn, Nieuwerbrug, Alblasserwaard en Vijfheerenlanden: Teunis Sterk, Hei- en Boeicop, Holland-West: Ard van der Harg, Pijnacker, West-Brabant, Zeeland en Zuidhollandse Eilanden: M. Bouwmeester, Oudenbosch, Langstraat e.o.: Frank van Pelt, Oosteind, Midden-Brabant: Jos Klijs, Tilburg, De Kempen: Peter Vingerhoets, Diessen, Maaskant: Pieter Sommers, Elsendorp, Limburg en Zuidoost-Brabant: Gerda Huzen, Nederweert, NMV T-shirt Wilt u ook aan iedereen laten zien, dat u lid bent van een melkveehoudersorganisatie die uw inkomen centraal stelt? De NMV heeft T-shirts laten drukken met op de voorkant een mooie koeienkop en het NMV-motto: Inkomen, daar draait t om! In diverse kleuren en maten. Voor het bedrag van 7,50, excl. de verzendkosten ad 2,45 per stuk (boven de drie stuks bedraagt de porto 7,50) kunt u de trotse bezitter worden van dit exclusieve NMV-shirt. U kunt het T-shirt bestellen door te bellen met het NMV-secretariaat tel Ledenactie Vele NMV-ers hebben al via MAIN Energie geprofiteerd van de gunstige tarieven en besparen nu zo n 10 tot 20% per jaar op hun energienota. Naast de financiële voordelen, bieden wij u ook persoonlijk contact. Bij MAIN Energie krijgt u direct een medewerker aan de lijn, die uw vragen kan beantwoorden. U heeft geen administratieve rompslomp en MAIN Energie zegt voor u uw huidige contract op. Voor meer informatie bel naar MAIN Energie, tel , en vermeld duidelijk dat u lid bent van de NMV en van het NMV-tarief gebruik wilt maken. Zijn er daarna nog vragen over het tarief of anderszins, bel dan met het NMVsecretariaat, dan zullen wij samen met u en MAIN Energie de onduidelijkheden wegnemen. Bent u nog geen lid van de NMV? En wilt u lid zijn van een organisatie waarin u mee kan denken, praten en beslissen? Word dan nu lid van de NMV: de sectorale belangenbehartiger van en voor melkveehouders waar uw inkomen en belang centraal staan, en betaal maar de helft van de contributie tot 1 januari 2010! Wie nu lid wordt, kan kiezen uit een welkomstgeschenk: ontvang één van de prachtige De faire melk - doeken-gratis of kies voor een blauwe overall met op het voorzakje het logo van de NMV en op het achterpand de kreet Inkomen, daar draait t om. Ook wanneer u uw collega lid maakt, kunt u kiezen uit de welkomstgeschenken. Meer informatie over de faire melk vindt u op: Geef u op bij het NMV-secretariaat, tel of via onze site Deze nieuwe NMV-overalls zijn ook te bestellen. Ze kosten 29,- per stuk, de verzendkosten bedragen 7,50. Verkrijgbaar in de maten 50, 52, 54, 56, 58, 60 en 62. U kunt zich aanmelden als lid of informatie aanvragen via de contact personen of bij het NMV-secretariaat. NMV-meldpunt I&R: tel Foto Koebont : Roeland Koning