DE STEDELIJKE CONTAMINATIE MET DE RONDWORM VAN DE HOND, TOXOCARA CANIS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE STEDELIJKE CONTAMINATIE MET DE RONDWORM VAN DE HOND, TOXOCARA CANIS"

Transcriptie

1 DE STEDELIJKE CONTAMINATIE MET DE RONDWORM VAN DE HOND, TOXOCARA CANIS Aantal woorden: Alain Carette Studentennummer: Promotor: Prof. Dr. Bruno Levecke Co-promotor: Dr. Johnny Vlaminck Onderdeel van de MasterproefMasterproef voorgelegd voor het behalen van de graad mastermaster in de diergeneeskunde Academiejaar:

2 Universiteit Gent, haar werknemers of studenten bieden geen enkele garantie met betrekking tot de juistheid of volledigheid van de gegevens vervat in deze masterproef, noch dat de inhoud van deze masterproef geen inbreuk uitmaakt op of aanleiding kan geven tot inbreuken op de rechten van derden. Universiteit Gent, haar werknemers of studenten aanvaarden geen aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid voor enig gebruik dat door iemand anders wordt gemaakt van de inhoud van de masterproef, noch voor enig vertrouwen dat wordt gesteld in een advies of informatie vervat in de masterproef.

3 Voorwoord Bij deze zou ik graag mijn promotoren Prof. Dr. Bruno Levecke en Dr. Johnny Vlaminck bedanken die ondanks hun drukke agenda altijd tijd vrijmaakten voor mij. Dit zowel voor het praktische deel van deze masterproef, het aanbrengen van nieuwe ideeën en de feedback bij het schrijven van deze masterscriptie. Ook zou ik alle medewerkers van de het laboratorium Parasitologie van de Faculteit Diergeneeskunde van de UGent willen bedanken voor de hulp bij de analyse van mijn stalen. Verder zou ik nog Ine Vandergheynst, Dries Ottevaere, Tim Corvers en Mathieu Foucaud willen bedanken voor hun hulp bij de staalname, bij de analyse en voor het nalezen van deze masterscriptie. Ten slotte zou ik nog mijn ouders willen bedanken, op wiens steun ik al kan rekenen van het begin van mijn studies.

4 1 Samenvatting Literatuurstudie Inleiding Levenscyclus van Toxocara canis De prenatale route Lactogene infectie Orale opname van infectieuze eieren Orale infectie door opname van een paratenische gastheer Epidemiologie van Toxocara spp Klinisch Klinische symptomen bij hondachtigen Klinische symptomen bij paratenische gastheren Klinische symptomen bij de mens Diagnose van infectie met Toxocara spp Diagnose bij de hond Diagnose bij de mens Controle Ontworming Behandeling van Toxocariosis bij de mens Beperken van verspreiding van Toxocara eieren Vaccinatie Sensibilisering van hondeneigenaars Doel van de masterscriptie/onderzoek Materiaal en methoden Staalname Coprologisch onderzoek van de stalen Sedimentatie flottatie Mini-Flotac Resultaten Discussie Bijlage Referenties... 31

5 1 Samenvatting In deze studie werd de stedelijke contaminatie van Toxocara canis in Gent onderzocht. T. canis is een zoönose en is de meest voorkomende gastro-intestinale parasiet bij de hond. In dit onderzoek werden feces in 12 parken uit verschillende wijken uit regios met verschillende welvaartsindexen in Gent bemonsterd. De monstername gebeurde tijdens de maanden maart en april (2017). In totaal werden er 113 meststalen onderzocht via sedimentatie flotatie in het Laboratorium voor Parasitologie op de Faculteit Diergeneeskunde. Er werd 1 staal positief bevonden, dit komt overeen met of 0,88% van de onderzochte stalen. De verschillende resultaten zouden kunnen te wijten zijn aan het verschil in studiepopulatie tussen deze studies. Tijdens de bemonstering van de parken werd ook gezien dat de meeste faeces (92%) te vinden zijn op het wandelpad en tot 3 meter ernaast. Dit is dan ook de grootste gevarenzone voor humane toxocariosis. Zandbakken en hondentoiletten werden niet onderzocht in deze studie en zijn misschien nog een grotere gevarenzone. Het positieve staal werd gevonden in het Muinkpark. Dit park had de derde laagste welvaartsindex van de 12 onderzochte parken. De gevonden resultaten van dit onderzoek worden vergeleken met de onderzoeken die in het verleden in België gebeurt zijn en het verschil met andere Europese landen. Met de gevonden informatie zal deze studie een inschatting maken van het gevaar voor toxocariosis in Gent. Er zullen ook oplossingen aangehaald worden om dit risico te doen dalen. 2 Literatuurstudie 2.1 Inleiding T. canis is een parasitaire maag-darm nematode met als eindgastheer de hondachtigen (Macpherson et al. 2013). T. canis kan echter veel vertebraten waaronder zoogdieren en vogels besmetten. Als hij een erratische gastheer infecteert zal hij de cyclus niet kunnen voltooien (Dickson Despommier, 2003), maar migreren in de weefsels van deze gastheer (Macpherson, 2013). De ziekte waarbij een mens geïnfecteerd wordt met Toxocara canis heet toxocariosis. Er zijn 4 uitingen van toxocariosis: viscerale larva migrans (VLM, neurologische toxocariosis (NT), occulaire larva migrans syndroom (OLM) en verborgen toxocariosis (Strube C., et al, 2013). Gelijkaardige onderzoeken werden al in vele landen uitgevoerd. Over de situatie in België is er echter weinig actuele literatuur te vinden. In ons land zijn er tot heden 3 onderzoeken uitgevoerd (Vanparijs en Thienpont, 1973; Vanparijs en Hermans et al, 1991; Claerebout en Casaert et al, 2009). Er zijn al vaak onderzoeken gebeurd via kennels, asielen en eigenaars 1

6 die faeces stalen voorzien voor het onderzoek of via necropsie van aangeboden honden. Deze masterproef is moeilijk te vergelijken met de vorige studies door de verschillen in studiepopulatie. Het resultaat van de vorige prevalentie studie wordt bijgevoegd in tabel 1 volgens (Claerebout et al, 2009). Tabel 1: Prevalenties van gastro-intestinale parasieten bij de hond in België tussen 2004 en 2007 uit Claerebout et al (2009),. Het onderzoek werd uitgevoerd op faecesstalen van 451 huishonden, 357 kennelhonden en 351 honden met gastro-intestinale stoornissen. Bij de huishonden was de gemiddelde leeftijd 4 jaar en waren beide geslachten gelijk verdeel. Bij de kennelhonden was de gemiddelde leeftijd bij de pups 9,9 weken en bij de volwassen honden 4 jaar. Er werden meer reuen onderzocht uit de kennels dan teven. De onderzochte honden met gastro-intestinale problemen waren gemiddeld 3,3 jaar oud, hier was de reu/teef ratio 1,17. Toxocara canis was de meest voorkomende nematode in de 3 groepen, 4,4% van de huishonden was besmet, 26,3% van de kennelhonden en 7,4% van de honden met gastro-intestinale stoornissen waren besmet. Enkel Giardia spp. Kwamen meer voor in de 3 groepen en cystoisospora kwam meer voor bij honden met gastro-intestinale stoornissen. Ook zijn er al onderzoeken gebeurd naar de parasitaire prevalentie in zandbakken en in speeltuinen (Deplazes et al, 2011). Volgens deze studies zijn er wereldwijd grondstalen genomen in parken, speelpleinen en zandbakken en varieert de prevalentie van Toxocara eieren er tussen de 10-30% (Deplazes et al, 2011). Volgens Deplazes et al., (2011) zouden de T. canis eieren vooral in stadsparken te vinden zijn en zouden er in zandbakken vooral T. cati eieren te vinden zijn. 2

7 2.2 Levenscyclus van Toxocara canis Toxocara canis is een nematode behorende tot de orde Ascaridida, superfamilie Ascaridiodea, family Toxocaridae (Dickson Despommier, 2003). De eieren zijn ongeëmbryoneerd als ze uitgescheiden worden met de faeces (Schnieder et al. 2011). De larven worden infectieus na 2 maal vervellen in het ei, als de larve zich tot het L3 stadium heeft ontwikkeld (Schnieder et al. 2011). T. canis heeft zo een hoge prevalentie bij de hond door zijn hoog aantal infectiewegen, de hoge eiproductie en de resistentie van de infectieuze eieren (Schnieder et al. 2011; Gillespie 1988; Azam D. 2012). De adulte wormen produceren dagelijks tot eitjes gedurende 6 maanden (Gillespie S.H.1988). De embryonatie van de eitjes kan 2 tot 6 weken duren bij 10 C tot 30 C, de duur is afhankelijk van de omgevingstemperatuur (Macpherson, 2013). De optimale temperatuur is 25 C, hierbij duurt het maar enkele weken tot de eieren ontwikkeld zijn. Ook is dit de beste temperatuur voor gelarveerde (Azam D. Et al; 2012). T. canis sterft bij een temperatuur kouder dan -15 C (Overgaauw P. 1997). T. canis kan zich verspreiden via 4 mogelijke infectiewegen: 1) prenataal via de placenta; 2) lactogene infectie; 3) oraal via opname van infectieuze eieren; 4) oraal door opname van een paratenische gastheer (Overgaauw, 1997) De prenatale route De belangrijkste transmissieroute is de prenatale route via de placenta ook wel de transplacentaire of intra-uteriene route genoemd (Schnieder et al. 2011). De teef kan haar puppy s besmetten door zelf opnieuw geëmbryoneerde larven op te nemen of door het heractiveren van somatische larven van een vroegere infectie (Schnieder et al.; 2011). Het is nog niet duidelijk hoe lang deze larven kunnen overleven in een latente fase in de teef. Volgens (Schnieder et al.: 2011) zouden deze larven een jaar post infectie terug kunnen reactiveren en de puppy s besmetten. De teef zou haar puppy s pas besmetten na 42 dagen dracht (Schnieder et al. 2011). Voor een prenatale infectie moet de teef ook geïnfecteerd zijn voor 11 tot 21 dagen na de bevruchting (Schnieder et al. 2011). Een besmette teef kan na infectie 3 achtereenvolgende nestjes besmetten (Schnieder et al. 2011). De larven bereiken de placenta via de bloedvaten. De navelstreng zou een belangrijke plaats zijn om de foetussen te bereiken (Schnieder et al. 2011). Het mechanisme van reactivatie is nog niet volledig opgehelderd, al zou het waarschijnlijk het gevolg zijn van een verandering in hormoonstatus van de teef (Schnieder et al. 2011). Prolactine zou volgens (Schnieder et al. 2011; Oshima,1961) het belangrijkste hormoon zijn. 3

8 Figuur 1: De levenscyclus van Toxocara canis. De gastheer besmet zich door orale opname van geëmbryoneerde eieren uit de omgeving. 1: de eitjes van T. canis worden uitgescheiden samen met de faeces van de hond. 2: De eitjes embryoneren in de omgeving tot een infectieuze L3 larve in het ei. 3: De infectieuze eitjes worden opgenomen door de eindgastheer, een hondachtige. 4: De L3 larven komen vrij in de het maagdarm stelsel van de hond en ondergaan een lever-> hart-> long-> trachea migratie waarna ze worden opgehoest en via de oesophagus -> maag -> in de dunne darm terecht komen als adulte nematodes. 5: transplacentaire of transmammaire infectie, hierbij migreren de L3 larven naar de placenta en de melkklieren om zo naar de puppy te gaan. 6: De larven ontwikkelen zich tot adulte wormen in de puppy. Na transplacentiare migratie komen ze terecht in de lever om na de geboorte te migreren naar de longen->trachea om opgehoest te worden en als adult naar het maagdarmstelsel te gaan. Bij opname van larven in het colostrum ontwikkelen de larven zich direct tot adulten in het maagdarmstelsel. 7: opname van de geëmbryoneerde T. canis eitjes in de omgeving door een paratenische gastheer. 8: Opname van L3 larven in de paratenische gastheer door de hondachtige. 9: Opname van geëmbryoneerde T. canis eitjes in de omgeving door de mens. 10: Opname van L3 larven in de paratenische gastheer door de mens. 11: De L3 larven migreren in de weefsels van de mens waar ze zich inkapselen. (Bron: CDC, 1 ). 1 laatst geconsulteerd op 12 februari

9 Via de umbilicale venen migreren de larven naar de lever van de foetussen (Schnieder et al.2013). Een klein aantal (0,4%) van de larven zou ook al meteen een somatische migratie ondergaan naar de spieren en andere organen van de foetussen (Schnieder et al. 2011). Post partum migreren de larven naar de longen van de pup. Larven kunnen al 30 minuten na de geboorte in de longen gedetecteerd worden (Schnieder et al. 2011). Direct nadat de larven de longen bereiken, ondergaan ze een tracheale migratie. Eerst dringen ze de alveoli binnen om vervolgens via de bronchiolen en de bronchi de trachea te bereiken waarna ze worden opgehoest en ingeslikt (Schnieder et al. 2011). De tijdstippen van migratie variëren per larve, sommige blijven tot 2,5 dagen in de lever en anderen bereiken het gastrointestinaal stelsel al na 2 dagen (Schnieder et al. 2011). De prepatente periode of de periode vanaf het moment van besmetting tot de ei uitscheiding varieert ook naargelang de studie. Gemiddeld gezien zou deze 28 dagen zijn (Schnieder et al. 2011). De meeste adulte wormen zullen 9 tot 10 weken na de geboorte uitgescheiden worden (Schnieder et al. 2011) Lactogene infectie Na re activatie van de somatische larven in de teef migreren ze ook naar de melkklieren (Schnieder et al. 2011). Niet alleen via re-activatie maar ook door herinfectie van de teef zullen de larven de melkklier bereiken. Schnieder et al zegt ook dat volgens onderzoek van Manhardt (1980) de larven de melkklier zelf kunnen bereiken via het gastro-intestinaal stelsel, de peritoneale ruimte en de buikwand. Het is nog niet bewezen of larven deze migratieroute naar de melkklier als hoofdweg gebruiken of de hematogene route (Schnieder et al; 2011). De re-activatie van de somatische larven in de drachtige teef wordt de periparturient rise genoemd (Schnieder et al. 2011). Dit zou komen door een gedaalde immuun respons van de teef tijdens de lactatie en de dracht. Hierdoor zou het mogelijk zijn voor de somatische larven die zich in een ruststadium in weefsels van de teef bevinden en larven van nieuwe infecties om opnieuw een tracheale migratie te ondergaan en zich in de darm te ontwikkelen (Schnieder et al. 2011). Volgens Schnieder ligt immunosuppressie aan de basis van de periparturient rise. Dit hebben ze bewezen door een patente infectie te induceren door hoge dosissen corticosteroïden aan een hond toe te dienen. De puppy s kunnen nu oraal geïnfecteerd worden met larven via het colostrum en de melk. Na opname door de puppy s kunnen de larven zich ontwikkelen zonder tracheale migratie (Overgaauw, 1997). De teef zal al larven via de melk uitscheiden na enkele dagen, dit aantal larven zal stijgen tot het maximum is bereikt na 1 tot 2 weken (Schnieder et al. 2011). Deze route is minder belangrijk dan de transplacentaire migratie, bij katten daarentegen is deze lactogene migratie de primaire besmettingsroute (Overgaauw, 1997). Volgens onderzoek 5

10 van Burke and Roberson zou de lactogene route voor 1,5% en de prenatale route voor 98,5% instaan voor de besmettingen van de pups (Burke et al; 1985a). De lactogene route blijft wel een extra mogelijkheid om de pups te besmetten voor de parasiet als de teef post partum geïnfecteerd geraakt (Schnieder et al. 2011). De prepatente periode van Toxocara via de lactogene route zou 27 tot 35 dagen bedragen (Schnieder et al. 2011) Orale opname van infectieuze eieren Hierbij zal de hond zich besmetten door het opnemen van infectieuze eieren uit de omgeving. De prepatente periode van T. canis bij de hond bedraagt bij deze route ongeveer 8 weken (Macpherson, 2013). De L3 larven zullen vrijkomen in het duodenum binnen de 2 tot 4u na opname (Strubbe C. et al; 2013). De vrijgekomen L3 larven penetreren de darmmucosa en zullen ofwel verdere passieve migratie ondergaan via de lymfevaten en bloedvaten, ofwel actief migreren door de weefsels (Overgaauw, P. 1997). Volgens (Schnieder et al. 2011) gaat de passieve migratie via de lymfevaten naar de mesenterische lymfeknoop, dan naar de capillairen van de portale circulatie en naar de lever. Vervolgens gaan ze via de Vena cava naar het hart naar de Arteria pulmonalis en uiteindelijk naar de long. Sommige larven zouden niet verder geraken dan de lever capillairen. Deze zullen zich inkapselen en voor een mottled/gespikkeld patroon en white spots in de lever zorgen, karakteristiek voor T. canis infectie (Schnieder et al. 2011). Eenmaal de larven via de passieve circulatie de arteria pulmonalis bereikt hebben zullen ze de alveoli penetreren. Hier zullen de larven 2 routes kunnen kiezen, de enterische of de somatische route (Strubbe C. Et al, 2013). Hierna zullen ze via de bronchiolen en de trachea de pharynx bereiken binnen de 7 tot 9 dagen en worden ingeslikt (Strubbe C. Et al; 2013). De larven zullen nu de dunne darm bereiken en zich hier ontwikkelen tot adulte wormen gedurende 7 tot 15 dagen (Strubbe C. Et al; 2013). Er is nog discussie waar de larven vervellen (Schnieder et al; 2011). Recent onderzoek zegt dat de opgenomen infectieuze eieren L3 larven bevatten die 2 maal zullen vervellen in de gastheer (Schnieder et al; 2011). De meeste auteurs uit deze bronnen vermelden dat de opgenomen infectieuze eieren L2 larven bevatten en deze nog 3 maal vervellen in de gastheer (Schnieder et al). Het is wel zeker dat de laatste vervelling tot L5 larve plaatsvindt in de dunne darm (Schnieder et al. 2011). Eenmaal deze pre adulte L5 larven zijn gematureerd kunnen ze eitjes leggen 4 tot 5 weken post infectie (Schnieder et al. 2011). Deze adulte wormen kunnen gemiddeld 4 maand worden (Schnieder et al, 2011). De larven kunnen ook een andere route volgen na penetratie van de alveoli, namelijk de somatische route om zo een larva migrans te worden. Zo kunnen ze opnieuw de alveoli penetreren. Zo geraken ze passief via de circulatie in de somatische weefsels (Strubbe. C. Et al; 2013). Puppy s verkrijgen een immuniteit tegen de tracheale migratie van de larven. 6

11 Hierdoor zullen oudere honden enkel een somatische migratie ondergaan door larven die terug het arterieel netwerk penetreren in de longen (Schnieder et al, 2011). Dit zorgt ervoor dat het aantal patente infecties bij volwassen honden minder voorkomt. Deze somatische migratie kan gediagnosticeerd worden door de vele puntbloedingen in de longen bij deze honden (Schnieder 2011). De larven zullen dan vooral in organen dicht bij de longen en de pleurale holte terecht komen (Schnieder 2011). Toch zullen er ook veel larven in andere organen terecht komen zoals de nieren, lever, skeletspieren (Schnieder et al, 2011). De grootste distributie gebeurt in de eerste 24 tot 72 uur. Hierbij wordt in het begin een hogere concentratie aan larven in de voorpoten gevonden maar na 72 uur is het verschil niet meer significant. In het begin van de infectie zouden de larven ook de nieren kunnen penetreren en in de urine terecht komen. Bij latere infecties blijven ze vast zitten in granulomen onder het nierkapsel (Schnieder 2011) Orale infectie door opname van een paratenische gastheer De eindgastheer, hondachtigen, worden via deze route besmet door het opnemen van een paratenische gastheer (Strubbe C. Et al 2013). Na vrijkomen van de larven in het intestinaal stelsel zou er geen tracheale migratie meer nodig zijn. De larven zouden zich direct ontwikkelen in de darmen (Schnieder et al, 2011). De larven zouden al voor een deel ontwikkeld zijn door de migratie in de paratenische gastheer (Overgaauw, 1997b). Toch zouden er volgens Schnieder et al (2011) nog altijd larven te vinden zijn in lever, long, en dus zou er toch nog een tracheale migratie aanwezig zijn. De prepatente periode via deze route is 34 tot 48 dagen (Schnieder et al; 2011). Paratenische gastheren worden besmet door het opnemen van infectieuze, geëmbryoneerde T. canis eitjes (Schnieder et al, 2011). Toxocara kan vele vertebrale gastheren besmetten en in hun weefsels gaan migreren (Dickson en Despommier, 2003). Hondachtigen zullen deze paratenische gastheer dan moeten opnemen zodat T. canis kan uitgroeien tot een volwassen worm (Strubbe C. Et al 2013). In het onderzoek van Strubbe C. (2013) werd een overzicht gemaakt van de cyclus T. canis in muizen, ratten, gerbils, varkens, kippen, duiven, In knaagdieren zijn er 2 belangrijke fases in de migratie route: eerst de hepatische pulmonaire weg en vervolgens de viscerale of myotrofische neurotrofische weg. Na de hepatische pulmonaire weg kunnen de larven via de systemische circulatie zich overal in het lichaam gaan vestigen. Er zijn predilectie plaatsen per species. Deze zijn vaak het zenuwstelsel en de ogen, volgens sommige auteur zou dit komen door de graad van doorbloeding van het orgaan (Strubbe C., 2013). De larven zouden tot 2 jaar kunnen overleven in muizenweefsels en verschillende weken in de bevroren karkassen (Schnieder et al, 2011). Volgens Strubbe C. Et al (2013) zouden de omkapselde larven zelf tot 10 jaar 7

12 kunnen overleven in de erratische gastheer. In vogels bleek de T. canis larve nog niet zo goed geadapteerd als in zoogdieren (Strubbe C. Et al, 2013). T. canis zou ook gedragswijzigingen veroorzaken in sommige paratenische gastheren zoals muizen. Ze zouden minder actief worden en meer in open ruimtes zitten waardoor ze gemakkelijker gevangen zouden worden door predatoren (Schnieder et al. 2011). Ook Strubbe C. Et al (2013) sprak al over het mogelijk evolutionair voordeel van T. canis om naar het zenuwstelsel te migreren en zo gedragswijzigingen te veroorzaken. Het is nog niet duidelijk of er in de paratenische gastheer ook verticale transmissie aanwezig is, hoewel er zelden en onder speciale condities wel een prenatale transmissie zou zijn (Strubbe C. Et al, 2013). Het is belangrijk om de cyclus in deze paratenische gastheren te bestuderen gezien deze gelijkenissen kan vertonen met humane toxocariosis (Strubbe C. Et al, 2013). Er moet natuurlijk altijd rekening gehouden worden met de verschillen tussen deze dierlijke en menselijke modellen. De gerbil kan als een goed humaan model gebruikt worden door de oculaire migratie, gelijkaardige inflammatoire reactie, immuunreactie en beveiligingsmechanismen van de gastheer (Strubbe C. Et al, 2013; Alba-Hurtado et al., 2009). Ook het varken wordt vaak gebruikt door zijn gelijkaardige fysiologie en biochemie (Strubbe C. Et al, 2013). 2.3 Epidemiologie van Toxocara spp. Toxocara canis is in België de meest voorkomende maag-darm nematode bij de hond (zie tabel 1). De prevalentie van een klinische toxocariosis is het hoogst bij jonge dieren (Overgaauw, 1997). Toxocara canis kan hondachtigen zoals hond, wolf, vos, coyotes van iedere leeftijd infecteren, hoewel adulte wormen en de hieruit volgende ei-uitscheiding minder frequent zijn bij honden ouder dan 6 maand (Macpherson et al. 2013). Lacterende teven en hun pups zijn de grootste uitscheiders van T. canis eitjes, tot epg werd vastgesteld bij greyhound puppy s van 3 weken oud (Overgaauw P. Et al 2013). De omgeving wordt besmet door geëmbryoneerde eitjes uit de faeces van honden en katten. Vers uitgescheiden faeces zijn dus nog niet infectieus (Overgaauw P., 1997). De overleving van de eieren is ook afhankelijk van de strengheid van de winters, de vochtigheid, het bodemtype en de bodem-ph ( Macpherson 2013). Nadat de stoelgang is vergaan blijven de eitjes met infectieuze L3 larven achter op de bodem van parken, zandbakken en andere. De prevalentie in de bodem zou tussen 10-30% bedragen (Overgaauw P., 1997). Niet alleen de bodem maar ook de vacht van honden kan een besmettingsbron zijn T. canis eitjes. T. canis eitjes zijn zeer kleverig waardoor ze makkelijk getransporteerd worden via haren van andere dieren, schoenen, (Overgaauw P., 2009). 8

13 Er is volgens het onderzoek van Overgaauw P. (2009) geen significant verschil in de contaminatie van de peri-anaalstreek en de rug. Ook waren bij sommige honden de vacht besmet maar was in de stoelgang geen spoor van T. canis te vinden. In het onderzoek waren de eitjes niet levensvatbaar, dit zou volgens hen door een gebrek aan vochtigheid, een teveel aan uv-licht en de variabele embryonatie tijd zijn. Volgens dit onderzoek van (Overgaauw P.A.M.; et al., 2009) waren maar 12,2% van de haren besmet met T. canis eitjes. Andere onderzoeken zouden dan weer wel een hoog aantal T. canis eitjes terug gevonden hebben in de vacht (Roddie et al, 2008; Overgaauw P. 2009). Zo kon een studie bewijzen dat bij 100 straathonden in Ierland 67% van de honden T. canis eieren in hun vacht hadden (Roddie et al., 2008b). Een samenvatting van resultaten uit verschillende onderzoeken op faecesstalen volgt in volgende tabel 2. 9

14 Tabel 2: Overzicht van prevalentiestudies van T. canis op basis van faecesstalen. Jaar Land resultaat Referentie 1991 België 2324 faecesstalen onderzocht van huishonden en straathonden Vanparijs O. Et al =>17,4% van de faecesstalen positief 1991 Engeland 521 faecesstalen uit parken in Londen bemonsterd =>6,3% van de stalen positief 2007 Tsjechië 3780 faecesstalen bemonsterd in parken en in de stad, uit kennels en afgeleverd door eigenaars Gillespie S.H. et al Dubna S. Et al =>6,2% van de honden positief 2009 België 451 faecesstalen van huishonden onderzocht =>4,4% positief 357 faecesstalen uit kennels onderzocht =>26,3% positief 351 faecesstalen van honden met gastrointestinale problemen onderzocht =>7,4% positief 2010 Spanje 79 faecesstalen bemonsterd uit parken in en rond Madrid Claerebout E. Et al Dado D. Et al => 16,4% positief 2018 Portugal 135 faecesstalen bemonsterd in publieke parken in Lissabon Otero D. Et al =>5,9% positief waarvan 12,5% van de faecesstalen uit de zandbakken positief waren en 3,9% van de faecesstalen uit de parken positief waren Het onderzoek van Xiang G. Et al (2017) onderzocht de invloed van het weer en de ruimtelijke verdeling op de prevalentie van T. canis op het vaste land van China. Hieruit konden ze concluderen dat residentiële wijken het meest gecontamineerd waren, gevolgd door commerciële gebieden, grasland, ruimte voor publiek gebruik en bos. Industrie gebieden en kale terreinen zouden het minst besmet zijn. Ook de neerslag zou een positief effect kunnen hebben door de eieren in de riolering te spoelen. Sneeuw zou in stad vaker opgeruimd worden waardoor de eieren mee zouden geruimd worden. Het risico dat een hond loopt om geïnfecteerd te worden met T.canis is bij iedere hond dus anders. Dit zorgt ervoor dat er per hond een risicoanalyse kan gemaakt worden om zijn kans op besmetting te schatten en hierna te ontwormen. Een voorbeeld van zo een risico analyse is te zien in figuur 2 van ESCAPP. 10

15 Figuur 3: uit ESCAPP 2017, schema voor behandeling van Toxocara canis. De intensiteit van het ontwormingsschema van honden wordt ingedeeld op basis van 4 risicogroepen (A,B,C,D). De indeling in deze groepen wordt gemaakt aan de hand van enkele ja/nee vragen over de levenswijze van de hond. 2.4 Klinisch Klinische symptomen bij hondachtigen De klinische symptomen zijn afhankelijk van de leeftijd van het dier, het aantal wormen, het stadium en de ontwikkeling van de wormen (Epe C., 2009). Het aantal toxocara infecties is het hoogst bij pups tot 6 maanden oud (Overgaauw P., 1997). Net geboren puppy s met acute toxocariosis kunnen pneumonie vertonen en hierdoor sterven. Puppy s die al 2 tot 3 weken oud zijn, zullen meer last hebben van gastro-intestinale pathologieën door de aanwezigheid van adulte wormen. Deze puppy s zullen dan onder meer vermageren, braken 11

16 en last hebben van diarree, constipatie of abdominale distentie. Ook sterfte kan nog optreden op de leeftijd van 2-3 weken maar dit is eerder zeldzaam. Op klinisch onderzoek zullen er tekenen zijn van ascites, anemie, anorexie, duodenumdilatatie, niezen en hoesten. Op autopsie zullen er veel puntbloedingen te zien zijn in de darmwand. Bij zware besmetting is er ook kans op een darmruptuur en een ruptuur van de galgangen (Epe C., 2009). Doodgeboorte en vroege sterfte zou ook kunnen voorkomen bij prenatale infecties (Overgaauw P., 1997). Op hematologisch onderzoek zal een eosinofilie te vinden zijn met een piek op de achtste dag, die tot 50 dagen kan duren. Deze eosinofilie is te wijten aan een allergische reactie van het dier op de parasiet (Overgaauw P., 1997). Bij adulte dieren is de infectiegraad lager waardoor klinische symptomen minder voorkomen. De somatische migratie zou ook zelden voor symptomen zorgen. Op het bloedonderzoek zouden leverenzymen nl. aspartaat transaminase, alanine transaminase gestegen zijn met een peak op 3 dagen. Ook het IgG zou verdubbelen tijdens de 20 dagen post infectie (Overgaauw P. 1997) Klinische symptomen bij paratenische gastheren Toxocariosis bij de paratenische gastheren. Histopathologisch tekenen zoals granulomateuze hepatitis, encefalomyelitis komen voor bij T. canis infectie in verschillende diersoorten (Strube C., et al, 2003). Bij muizen zouden ook de stammen afhankelijk zijn voor verschillende larvaire migratiepatronen en immuunrespons in de hersenen. Muizen zouden gedragsveranderingen ondergaan waarbij ze minder exploratief worden en meer open ruimtes gaan opzoeken waardoor ze vatbaarder zijn voor predatoren. Ook zouden ze neurologische symptomen zoals sufheid, paraparesis, incoördinatie en tremor vertonen. Deze symptomen zouden niet te wijten zijn aan de aanwezigheid van het aantal larven maar eerder door de immuunreactie die ze teweeg brengen (Strube C., et al, 2003). De T. canis larven zouden een voorkeur hebben voor de witte stof in het zenuwstelsel (Strube C., et al, 2003). Ook andere organen zoals nieren, longen, lever en skeletspieren worden aangetast. Hier zullen de larven omkapseld worden door een granulomateuze reactie (Strube C., et al, 2003). Ratten werden ook al bestudeerd en zouden een pathogenese en klinische symptomen kennen vergelijkbaar met de muis. De gerbril zou een interessant humaan model zijn door de OLM. Ook het varken zou een interessant humaan model zijn, vooral voor de VLM en de verborgen toxocariosis (zie verder). Bij het varken werden vooral de lever, nieren, long en lymfeknopen aangetast door de larven. Ook de hersenen werden aangetast en hier zouden over tijd het aantal larven dalen en de letsels helen (Strube C. Et al, 2003). In de kip werden geen symptomen beschreven na experimentele infectie. Pathologisch werden hemorragische zones en focaal necrotische letsels gevonden in de lever en in 12

17 mindere mate in de nieren en de longen. De hersenen en meningen werden in dit experiment ook aangetast (Strube C., et al, 2003) Klinische symptomen bij de mens Humane toxocariosis manifesteert zich in 4 groepen: VLM, NT, OLV syndroom en verborgen toxocariosis (Strube C., et al, 2013). Net zoals bij honden zijn de symptomen en de ernst van de ziekte afhankelijk van de leeftijd van de gastheer, het aantal migrerende larven en het weefsel waarin de larven migreren. Bij VLM zou vooral de snelle immuunrespons tegen de dode larven zorgen voor de symptomen. Symptomen en ziekte komen vooral voor bij jonge kinderen, jonger 5 jaar. Deze kinderen hebben vaak koorts, buikpijn, hoestbuien en astma. Ook zouden er dermatologische symptomen voorkomen bij VLM. Meestal zal de patiënt niet veel klinische tekenen vertonen maar bij chronische infectie is de kans groot op astma en pulmonaire fibrose (Strube C., 2003). Er zijn niet zoveel beschreven NT cases bij mensen, de meeste kennis komt voort uit dierlijke experimenten. Bij mensen hadden de migrerende larven zelden neurologische symptomen. De larven zorgden soms wel voor eosinofiele meningitis of encefalitis of myelitis of een combinatie. Vaak hadden deze patiënten klachten zoals hoofdpijn, koorts, fotofobie, zwakte, epilepsie, motorische klachten, (Strube C., et al, 2003). Oculaire larva migrans wordt veroorzaakt door een eosinofiele immuun reactie ter hoogte van de ogen. Eerst wordt er een abces gevormd, gevolgd door een granulomateuze reactie. Deze reacties werden in de retina of het vitreum gevonden. Oculaire larva migrans komt meestal unilateraal voor maar bilaterale klachten zijn ook al beschreven. Klinisch zal de patiënt vooral aan gezichtsverlies en strabismus lijden. Secundair aan het gezichtsverlies kan blindheid en glaucoom optreden (Strube C., et al, 2003). Net zoals VLM komt OLM vooral voor bij jonge kinderen, hier is de gemiddelde leeftijd tussen de 5 en 10 jaar (Dickson en Despommier, 2003). Verborgen toxocariosis werd eerst beschreven in 1987,dit voor een T. canis infectie die niet overeenkomt met de andere syndromen van toxocariosis. De symptomen hier zijn meestal aspecifiek zoals: koorts, nausea, hoofdpijn, buikpijn, braken, gedragsstoornissen, hoesten (Strube C., et al, 2003). 13

18 2.5 Diagnose van infectie met Toxocara spp Diagnose bij de hond De diagnose kan al gesteld worden aan de hand van een goede anamnese van de patiënt, zoals het gebruik van een correct anthelminthicum en een juist schema (Overgaauw P. 1997). Voor een patente infectie wordt de diagnose meestal gesteld door het aantonen van T. canis eitjes in de stoelgang. Het aantonen van eitjes aan de hand van een uitstrijkje van de faeces wordt niet aangeraden (Overgaauw P., 1997). Meestal wordt er een sedimentatie flotatie techniek gebruikt. Om het verschil te maken tussen T. canis en T. cati is wel een preciezere methode nodig zoals polymerase chain reaction (PCR) (Overgaauw P., et al, 2013). Een probleem is dat de testen niet kunnen aantonen of de eitjes van een actieve infectie komen of aanwezig zijn door passage in het maagdarmstelsel na coprofagie (Overgaauw P., et al, 2013). In een niet patente infectie kan een enzyme linked immunosorbant assay (ELISA) gebruikt worden voor het aantonen van T. canis. Hierbij wordt gebruik gemaakt van Toxocara canis excretory-secretory antigenen (TES-antigenen) (Overgaauw P., 1997) Diagnose bij de mens Alle kinderen met koorts en eosinofillie zijn verdacht van toxocariosis. Een goede anamnese samen met de juiste symptomen kunnen zorgen voor de diagnose. Zo zullen kinderen jonger dan 5 jaar die ook hepatosplenomegalie, pica en multisystemische problemen (zie klinische symptomen bij de mens) vertonen een grote kans maken op VLM. Kinderen met strabismus en zichtsverlies zullen meer kans maken op OLM (Dickson en Despommier, 2003). Bij mensen kan toxocariosis worden vastgesteld door medische beeldvormingstechnieken zoals CT en MRI gevolgd door histopathologisch onderzoek. De meest gebruikte techniek is echter ELISA of western blot op het serum van de patiënt (Overgaauw P., et al, 2013). ELISA die gebruik maakt van antigenen van L2 larven heeft een goede specifiteit. Een grotere specifiteit, tot 92% kan bekomen worden door recombinante antigenen van de L2 larve van T. canis. Dit zorgt ervoor dat ELISA de beste indirecte test wordt voor het maken van voor de diagnose van toxocariosis (Dickson en Despommier, 2003). OLM wordt vooral gediagnosticeerd via de kliniek en een oogonderzoek. Bij OLM zijn de immunologische testen minder betrouwbaar dan bij VLM (Dickson en Despommier, 2003). 14

19 2.6 Controle Ontworming De European Scientific Counsel Companion Animal Parasites (ESCAPP 2017) adviseert dierenartsen over parasitaire ziekten aan de hand van professionele richtlijnen. Deze richtlijnen zijn gebaseerd op onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek en worden continu geüpdate. In deze studie zullen de richtlijnen voor het ontwormen van honden gebaseerd zijn op deze van ESCAPP. Het is belangrijk om te weten dat een ontwormingsschema afhankelijk is van de hond en het risico dat hij loopt op een patente infectie. Daarom wordt een indeling gemaakt voor puppy s, drachtige teven, lacterende teven, risico honden, professionele honden en risico gezinnen. Puppy s: ESCAPP raadt aan om puppy s vanaf 2 weken te ontwormen. Vervolgens zouden ze elke 2 weken opnieuw ontwormd moeten worden tot 2 weken na de speenleeftijd. Hierna dienen honden maandelijks behandeld te worden tot de leeftijd van 6 maanden. Er wordt aangeraden om fenbendazole, flubendazole, pyrantel of nitroscanate te gebruiken. Drachtige teven: Drachtige teven zouden moeten ontwormd worden om transmissie naar de pups te voorkomen. Drachtige teven kunnen ontwormd worden met macrocyclische lactones op dag 40 en 55 of dagelijks fenbendazole vanaf dag 40 tot 14 dagen na de partus. Lacterende teven: Lacterende teven moeten mee ontwormd worden met de puppy s vanaf 2 weken en vervolgens elke 2 weken opnieuw tot ze 6 maand oud zijn. Risico honden: Honden zoals show- en sporthonden met een verhoogd risico zouden 4 weken voor het event en 2 tot 4 weken na het evenement moeten ontwormd worden. Professionele honden en risicogezinnen: Politiehonden en honden die samen leven met jonge kinderen of immunosuppressieve mensen zouden maandelijks moeten ontwormd worden. Voor andere honden volstaat een ontworming van minimaal 4 keer per jaar ( ESCAPP 2017). Minder dan 4 keer per jaar ontwormen zou geen significant effect hebben op de preventie (Overgaauw P. Et al, 2013). Gebaseerd op de prepatente periode zouden honden elke 4 tot 6 weken kunnen ontwormd worden met macrocyclische lactones om de meeste patente infecties van de meeste caniene rondwormen te voorkomen (Overgaauw P. Et al, 2013). Eigenlijk zou er per hond een risico analyse moeten uitgevoerd worden. De uitslag hiervan zou dan kunnen gebruikt worden voor een individueel ontwormingsschema per hond. Om 15

20 een aangepast ontwormingsschema te verkrijgen moet de dierenarts altijd geraadpleegd worden. Een schema die de verschillende risicogroepen behandelt en kan gebruikt worden als risicoanalyse is bijgevoegd als figuur 2 (ESCAPP 2017) in het hoofdstuk epidemiologie. Indien ontwormen niet mogelijk is kan er ook gekozen worden om regelmatig een faecesonderzoek uit te voeren op parasieten. Negatieve resultaten sluiten echter geen infectie uit, een prepatente infectie is mogelijk of het aantal eitjes kan onder de detectielimiet liggen (ESCAPP 2017). ESCAPP, geeft uniforme richtlijnen in Europa voor controle en behandeling van parasieten. De anthelmintica zouden minder efficiënt zijn bij puppy s met diarree. Gezien puppy s vaak diarree hebben, dit door stress bij het spenen, dieetverandering en nieuwe omgevingen, zouden herhaalde toedieningen beter zijn dan eenmalige toediening van de dosis (Overgaauw P., 1997). Ook al wordt er correct ontwormd, tijdens onderzoeken naar patente infecties tot 1997 waren alle honden positief. In experimentele behandelingen is er een hoge efficiëntie terwijl dit niet zo is in de praktijk. Een inefficiënte behandeling of meerdere herinfecties zouden hier de oorzaak kunnen zijn. Resistentie tegen anthelmintica bij kleine huisdieren werd nog niet beschreven (Overgaauw P. 1997). Het behandelen van somatische larven staat nog steeds niet op punt. Verschillende onderzoeken hebben verschillende resultaten over de efficiëntie van de behandeling (Overgaauw P. 1997). Er zouden ook vaak neveneffecten zijn door een allergische reactie op de gestorven larven die lyseren in de weefsels (Strube C. Et al 2013). Anthelmintica zoals albendazole, fenbendazole, flubendazole, oxibendazole en ivermectine zouden de larven doden. In muizen zouden ze de larven kunnen doen afnemen met 88,2% binnen de 20 dagen. Fenbendazole en albendazole zouden zelf een reductie hebben tot 100% in muizen binnen de 30 dagen (Strube C. Et al, 2013). Het kunnen behandelen van somatische larven in honden zou een grote stap vooruit zijn in het reduceren van T. canis eitjes in de omgeving Behandeling van Toxocariosis bij de mens De voorkeursbehandeling bestaat uit een kuur van 5 mg/kg albendazole tweemaal daags gedurende 5 dagen. Mebendazole worden afgeraden gezien er een minder goede absorptie is buiten het maagdarmstelsel. Ook kunnen er symptomatisch corticosteroïden gegeven worden (Dickson en Despommier, 2003). Bij OLM is er een vitrectomy samen met een anthelminticum therapie nodig en symptomatisch kunnen er opnieuw corticosteroïden gegeven worden (Dickson en Despommier, 2003). Volgens Strube C. Et al (2013) zou de behandeling van somatische larven in mensen een reductie tot 70% van de klinische symptomen kunnen teweegbrengen. 16

21 2.6.2 Beperken van verspreiding van Toxocara eieren Preventie van toxocariosis is zowel belangrijk voor mens als voor dier (Overgaauw P. 1997). Er bestaan geen methodes om de T. canis eitjes in de omgeving te elimineren. Zoals hoger beschreven zijn de eitjes ook zeer resistent in de omgeving. Een belangrijk werkpunt is dus om te voorkomen dat er eitjes in de omgeving terecht komen (Overgaauw P. Et al, 2013). Toxocariosis moet echter op meerdere vlakken bestreden worden, het is dus belangrijk om aan preventie te doen in de omgeving, de honden te behandelen met een correct behandelingsschema en een goede hygiëne te handhaven (Overgaauw P. 1997). (Overgaauw P., 2013) voegde er nog aan toe dat contact van honden met andere dieren, waaronder vnl. knaagdieren, moet vermeden worden. Vossen en wilde katten zijn ook dragers van T. canis en verspreiden de eitjes dus ook in de omgeving. Dit zorgt voor een extra probleem in preventie. Hierdoor is het onmogelijk om alle ei-uitscheiding in de omgeving volledig tegen te houden (Overgaauw P. 1997). Een eerste methode om eitjes in de omgeving te voorkomen is het bestrijden van wilde hondachtigen (en katten voor T. cati). Ook is het zeer belangrijk dat eigenaars de stoelgang van hun hond opruimen. Het verbieden van honden op bepaalde plaatsen zoals speelterreinen voor kinderen zou ook een mogelijkheid zijn (Overgaauw P. Et al 2013). Ook zou een hond aan de leiband houden voor een reductie zorgen in het verspreiden van eitjes. De honden zouden dus niet ongecontroleerd mogen rondlopen (OvergaauwP. 1997). Een goed anthelmintisch schema is zeer belangrijk voor de preventie, zeker bij puppy s en lacterende teven (Overgaauw P. Et al, 2013). Een goede hygiëne in pensions en kennels moet ook gehandhaafd worden. Feces zouden regelmatig moeten worden opgeruimd. De omgeving zou daarna kunnen gereinigd worden met specifieke chemicaliën of UV licht of een vloeibare jodium oplossing of hoge temperaturen. Er wordt aangeraden om te kuisen met een 1% oplossing van bleekwater (hypochloriet). Deze zal de wormeieren niet afdoden maar de kleverige buitenste laag van de eitjes verwijderen waardoor ze makkelijker op te ruimen zijn. Het nadeel van deze techniek is dat de eitjes infectieuzer worden na het verwijderen van de buitenste kleverige laag. De eitjes zouden moeten vernietigd worden (Overgaauw P. 1997). Voor een goede hygiene in kennels en pensions mogen er ook geen karkassen van dode dieren aanwezig zijn waar de honden op zouden kunnen azen (Overgaauw P. 1997). 17

22 2.6.3 Vaccinatie Immunisatie door een vaccin tegen T. canis zou een oplossing op lange termijn kunnen zijn. Deze zou praktischer en meer betrouwbaar zijn dan een herhaaldelijke toediening van anthelmintica door de eigenaar. Muizen hadden een goede bescherming na injectie van bestraalde T. canis eitjes. De beste resultaten werden bekomen na drie toedieningen met peri-enterische vloeistof van adulte wormen (Overgaauw P. 1997) Sensibilisering van hondeneigenaars Tot slot is een goede educatie zeer belangrijk. Dierenartsen zouden eigenaars goed moeten inlichten over het belang van een correct ontwormingsschema en het zoönotisch risico (Overgaauw P. 1997). Volgens het American Veterinary Medical Association (AVMA), zouden dierenartsen de eigenaars moeten inlichten over a) T. canis en het effect op de gastheer, b) prenatale en transmamaire transmissie, c) humane toxocariosis, d) preventie, e) verantwoordelijkheid voor het opruimen van de faeces, f) adviseren om kinderen uit potentieel besmette regio s te houden (Overgaauw P. 1997). 18

23 3 Doel van de masterscriptie/onderzoek Het doel van deze studie is de stedelijke contaminatie met T. canis in Gent te bepalen. Dit zal bepaald worden door de stadsparken te bemonsteren op honden faeces. Vervolgens zal er sedimentatie flottatie op deze stalen gedaan worden. Dit is een kwalitatieve methode om eitjes in de faeces terug te vinden. Indien de stalen positief zijn zal er nog een kwantitatieve methode volgen op deze stalen, namelijk de Mini-Flotac. Er zal ook gekeken worden of er een link is tussen de T.canis prevalentie in een bepaalde regio en de welvaart in die regio. Uiteindelijk wordt er nog besproken hoe we de infectiedruk nog kunnen doen dalen. Er wordt ook gekeken waar het risico het laagst is om te vertoeven in Gent en specifieker waar in de parken. Gelijkaardige onderzoeken worden al uitgevoerd in vele landen waaronder België. Het is moeilijk de bekomen resultaten van deze studie te vergelijken met deze onderzoeken door het verschil in studiepopulatie. 4 Materiaal en methoden 4.1 Staalname Er werden in Gent 12 stadsparken afgewandeld voor de bemonstering van de faecesstalen. De staalname gebeurde in het voorjaar op 20 maart 2017 en op 3 april Het was toen respectievelijk 11 C en 14 C. Het originele plan was om vaker stalen te gaan rapen, maar het bleek moeilijk om tijd te vinden om deze te verwerken door de gelijke openingsuren van de klinieken en het labo parasitologie. De bemonsterde parken bevinden zich in de zuidelijke helft van Gent en zijn verdeeld over meerdere regios met elk een verschillende welvaart. Om de welvaart in de regio rond deze parken te kunnen vergelijken werden deze gelinkt aan de welvaartsindex van de bijhorende wijk via ( 2 ). De welvaartsindex is gelijk aan het gemiddelde fiscale inkomen per belastingplichtige van een bepaalde administratieve wijk gedeeld door het gemiddelde inkomen per belastingplichtige in Gent. De welvaartsindex in Gent is 100. Als de welvaartsindex in een bepaalde wijk hoger ligt dan 100 is het gemiddelde inkomen in deze wijk hoger dan het gemiddelde van Gent. Is de welvaartsindex lager dan 100, dan is het gemiddelde inkomen in deze wijk lager dan het gemiddelde in Gent. De meest recente gegevens werden gebruikt om de welvaartsindex per wijk te bepalen ( 2 ). 2 laatst geconsulteerd op 2 april

24 Tijdens de bemonstering werd er eens langs de paden gewandeld en eens op 3 meter naast het pad in het gras. Er werd niet specifiek gezocht in het struikgewas, maar als deze zichtbaar waren vanaf het wandeltraject werden ze ook meegenomen. Andere veel bezochte plaatsen in de parken zoals bankjes en rond vijvers werden ook gecontroleerd. De gevonden faeces werden telkens gecontroleerd op schimmel en naar hardheid. Zo kon er geprobeerd worden om enkel verse stalen te verzamelen. De gevonden faeces werden opgeraapt en in hondenpoepzakjes gestoken. Deze zakjes werden dan individueel gemerkt met een volgnummer met alcoholstift. Dit volgnummer werd samen met de locatie en datum op een blad geschreven. Ook werd dit volgnummer opgenomen in een database via de applicatie Magpi ( 3 ) (zie figuur 4). Magpi is een programma waarbij gegevens gemakkelijk van een smart phone naar een computer kunnen worden gesynchroniseerd. Deze gegevens kunnen dan vlot naar een excel bestand worden omgezet voor tijdens het verdere laboratorium onderzoek. Op voorhand werden in de Magpi applicatie de verschillende directories (welke parken, locatie in het park) aangemaakt. De gevonden stalen werden dan in een afgesloten emmer per park bewaard. Vervolgens werden alles stalen binnen de 3 dagen na staal name naar het Laboratorium van Parasitologie van de Faculteit Diergeneeskunde gebracht. Hier werden ze bewaard bij 4 C, waarna ze zo snel mogelijk onderzocht werden. Figuur 4: voorbeeld MagPi applicatie op smart Phone. Links de directories voor het indelen van de faeces in de database tijdens de staalname. Rechts de review van de database. 3 laatst geconsulteerd op 8 mei

25 Figuur 5: Geografische weergave van de bemonsterde parken in regio Gent samen met de welvaartsindex (WI) uit de regio. De bemonsterde parken worden aangegeven met blauwe cirkels met respectievelijk nummer (1: De Smet de Naeyerpark met WI 122, 2: Citadelpark met welvaartsindex 117, 3: Muinkpark met welvaartsindex 98, 4: Koning Albertpark met welvaartsindex 98, 5: Keizerpark met welvaartsindex 101, 6: arbedpark met welvaartsindex 101, 7: Park De Vijvers met welvaartsindex 86, 8: Adolf Papeleupark met welvaartsindex 86) De hondjes in de figuur stellen hondentoiletten voor. Kaart overgenomen uit laatst geconsulteerd op 6mei

26 4.2 Coprologisch onderzoek van de stalen Sedimentatie flottatie De faecesstalen werden eerst onderzocht via een kwalitatieve methode. Hierbij werd er dus gekeken of er al dan niet eieren van parasieten in de faeces aanwezig waren. De kwalitatieve methode die werd gebruikt is de sedimentatie flotatie techniek. Eerst werd er 4 g faeces afgewogen en gemengd met water, deze oplossing werd 3 maal gezeefd en moest dan 30 minuten sedimenteren. Dan werd het supernatans afgegoten en het sediment in een proefbuis gecentrifugeerd aan 3000 toeren per minuut gedurende 5 minuten. Vervolgens werd de proefbuis opnieuw afgegoten en werd er flotatievloeistof (verzadigde sucrose oplossing) tot een halve centimeter onder het oppervlak toegevoegd. Deze verzadigde sucrose oplossing heeft een samenstelling van 1,3 kg sucrose in 1 liter gedestilleerd water (specifieke densiteit 1,26) Het sediment werd nu los gekrabd en de proefbuis werd opnieuw gecentrifugeerd aan 1500 toeren per minuut gedurende 5 minuten. De proefbuis werd nu verder aangevuld met flotatievloeistof tot er een meniscus op de proefbuis aanwezig was. Hier werd een dekglaasje op gelegd gedurende 1 tot 2 minuten, waarna het onder de microscoop kon afgelezen worden. Dit werd microscopisch onderzocht op het al dan niet aanwezig zijn van eieren van parasieten Mini-Flotac Indien de stalen positief zijn werd een kwantitatieve methode toegepast om de hoeveelheid parasieten in het staal te weten. De kwantitatieve methode die bij dit onderzoek werd gebruikt is de mini-flotac techniek. Het is een snelle techniek die zonder centrifugatie kan uitgevoerd worden (Van Den Putte, 2015; Cringoli et al., 2013). Volgens Van Den Putte (2015) en Maurelli et al. (2014) zou de mini-flotac een volwaardig alternatief zijn dat de meeste wormbesmetting detecteert. Voor het homogeniseren van de faeces met de flotatie vloeistof werd de fill-flotac gebruikt. (Van Den Putte, 2015; Barda et al., 2013). De fill- FLOTAC is opgebouwd uit een beker met een mengstaaf waarmee je de inhoud kan homogeniseren, een filter en een opening waarmee je via een plastic tip de mini-flotac kan vullen (Van Den Putte, 2015; Barda et al., 2013). Voor het onderzoek van de faeces stalen werd 2g van de faeces afgewogen in de fill-flotac. Hieraan werd vervolgens een 18ml verzadigde sucrose oplossing toegevoegd. Dit werd in de fill-flotac gemengd tot een homogeen mengsel, dit moest dan 10minuten rusten. Vervolgens werd er nog eens gemengd en werd de mini-flotac gevuld onder een schuine hoek via de fill-flotac 21

27 volgens (Barda et al., 2013). Eenmaal de Mini-FLOTAC luchtbelvrij gevuld was kon hij microscopisch onderzocht worden met een 100x vergroting om beide kamers af te lezen (Van Den Putte, 2015). De EPG werd bekomen door de wormeieren te vermenigvuldigen met 5. Want er werden 2g faeces opgelost in 18ml sucrose oplossing, zo hebben we 0,1 g faeces per ml oplossing. Er zijn 2 telkamers dus wordt er 0,2 g faeces onderzocht. Als we het aantal eieren per gram (= EPG) willen onderzoeken moeten we dus maal 5 doen. De stalen werden op verschillende tijdstippen onderzocht vanaf het moment van staal name tot 11 augustus. De oudste stalen hebben dus 130 dagen in de frigo gezeten tot ze onderzocht werden. Bij twijfel werden de stalen altijd gecontroleerd door iemand van de vakgroep parasitologie. De positieve stalen werden ook nog nagekeken door Dr. Johnny Vlaminck. 5 Resultaten Er werden in totaal 113 stalen geraapt voor dit onderzoek op 2 dagen. De eerste keer op 20 maart 2017 en de tweede keer op 3 april Van de 113 geraapte stalen was maar 1 staal positief (0,88%) voor T. canis (zie foto 1). Op 2 dagen werden de 12 parken bemonsterd, hierbij werden er in 8 parken faecesstalen gevonden, zie grafiek 1. In het Citadelpark werden er 39 faecesstalen geraapt, in het Muinkpark 16, in het Koning Albertpark 5, in De Smet de Naeyerpark 11, in het Keizerpark 16, in het arbedpark 16, in Park De Vijvers 8 en in het Adolf Papeleupark park nog 2 stalen. In de andere parken werden er ofwel geen faeces gevonden ofwel waren ze beschimmeld of volledig uitgehard. Het positieve staal werd gevonden in het Muinkpark op 3 meter afstand van het wandelpad. Doorheen de parken werden 95 faeces (= 84%) gevonden op 3 meter afstand van het pad, 7 faeces (= 6%) verder dan 3 meter van het pad, 9 faeces (= 8%) op het pad en nog 2 (= 2%) in de struiken. Er werd ook Mini-Flotac uitgevoerd op het positieve staal maar hier konden geen eitjes meer op terug gevonden worden. Er is dus geen EPG van dit staal. 22

28 Foto 1: Toxocara canis ei gevonden in het positieve faeces staal in het muinkpark op 3 meter van het wandelpad Figuur 6: Aantal gevonden stalen per stadspark in Gent 23

Voor een goed. Voor een goed ontwormadvies. ontwormadvies. Wormen: niet te zien, wel te bestrijden!

Voor een goed. Voor een goed ontwormadvies. ontwormadvies. Wormen: niet te zien, wel te bestrijden! Voor een goed ontwormadvies. Voor een goed ontwormadvies Wormen: niet te zien, wel te bestrijden! w w w. s t e r k l i n i e k. n l 05/2012 Deze brochure wordt u aangeboden door uw Sterkliniek in samenwerking

Nadere informatie

Chapter 10. Samenvatting

Chapter 10. Samenvatting Chapter 10 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de onderzoeken naar een aantal aspecten van de epidemiologie van Toxocara canis en Toxocara cati, spoelwormen van de hond en de kat, in Nederland. Met

Nadere informatie

Bescherm uw huisdier en uw gezin

Bescherm uw huisdier en uw gezin Ontwormen van honden en katten Bescherm uw huisdier en uw gezin Waarom ontwormen? Honden en katten maken deel uit van ons gezin. We aaien ze, knuffelen en spelen met ze. Maar dit is niet altijd zonder

Nadere informatie

Agenda. Hondenpoep: meer dan overlast alleen! 2. Risico s (volks)gezondheid. 1. Problemen hondenpoep. Parvo. 2.a.

Agenda. Hondenpoep: meer dan overlast alleen! 2. Risico s (volks)gezondheid. 1. Problemen hondenpoep. Parvo. 2.a. Utrecht University Hondenpoep: meer dan overlast alleen Agenda 1. Definitie van het probleem 2. (Volks)gezondheidsaspecten 3. Onderzoek beleid enkele gemeenten Symposium Hondenbeleid, 19 januari 2011 Dr.

Nadere informatie

Regelmatig ontwormen is belangrijk om uw gezin en uw hond te beschermen tegen wormen.

Regelmatig ontwormen is belangrijk om uw gezin en uw hond te beschermen tegen wormen. Regelmatig ontwormen is belangrijk om uw gezin en uw hond te beschermen tegen wormen. Waarom ontwormen? Honden maken deel uit van ons gezin. We aaien, knuffelen en spelen met ze. Maar dit is niet altijd

Nadere informatie

Toxocara canis uitscheiding bij de hond Een blik op het huidige ontwormbeleid in Nederland

Toxocara canis uitscheiding bij de hond Een blik op het huidige ontwormbeleid in Nederland Toxocara canis uitscheiding bij de hond Een blik op het huidige ontwormbeleid in Nederland Drs. A.M.F.Poetoehena Studentnr: 0461784 Juni September 2011 Begeleider: E.R. Nijsse Departement Infectieziekten

Nadere informatie

Wormen kunnen de gezondheid van uw dier en uw gezin bedreigen. Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig.

Wormen kunnen de gezondheid van uw dier en uw gezin bedreigen. Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. Wormen kunnen de gezondheid van uw dier en uw gezin bedreigen Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. Inhoud PAG 3 PAG 3 PAG 4 PAG 6 PAG 7 PAG

Nadere informatie

BESCHERM UW HUISDIER TEGEN. Lees hoe u kunt voorkomen. dat uw huisdier wordt besmet met deze vaak onzichtbare parasieten. Ontworm met MILPRO

BESCHERM UW HUISDIER TEGEN. Lees hoe u kunt voorkomen. dat uw huisdier wordt besmet met deze vaak onzichtbare parasieten. Ontworm met MILPRO BESCHERM UW HUISDIER TEGEN wormen Lees hoe u kunt voorkomen dat uw huisdier wordt besmet met deze vaak onzichtbare parasieten Ontworm met MILPRO Inzicht in de inwendige parasieten Wormen zijn er in alle

Nadere informatie

DierenArtsenCentrum Noordwolde Voorjaar 2012

DierenArtsenCentrum Noordwolde Voorjaar 2012 DierenArtsenCentrum Noordwolde Voorjaar 2012 Beste paardeneigenaar, Op het moment is het rhinopneumonievirus volop in het nieuws. Het virus is vastgesteld op verschillende plaatsen in Nederland. Aangezien

Nadere informatie

Wormbestrijding stal het Vossenbroek

Wormbestrijding stal het Vossenbroek Wormbestrijding stal het Vossenbroek 1 Inhoud Wormen bij paarden. Resistentie van wormen. Wormmanagement Stal het Vossenbroek. 2 Waarom ontwormen? 3 Symptomen ernstige wormbesmetting Koliek (verstopping,

Nadere informatie

PRAKTISCH WORMEN BIJ DE HOND

PRAKTISCH WORMEN BIJ DE HOND l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n PRAKTISCH WORMEN BIJ DE HOND over houden van huisdieren Honden kunnen last hebben van wormen. Deze leven in het lichaam

Nadere informatie

Wormen een vaak onzichtbare bedreiging. Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. uw hond of kat minstens 4 x per jaar.

Wormen een vaak onzichtbare bedreiging. Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. uw hond of kat minstens 4 x per jaar. Wormen een vaak onzichtbare bedreiging Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. Ontworm uw hond of kat minstens 4 x per jaar. Drontal Ontwormen op maat doeltreffend en veilig. Inhoud PAG 3 PAG

Nadere informatie

Dierenkliniek Goeree Overflakkee

Dierenkliniek Goeree Overflakkee Dierenkliniek Goeree Overflakkee De teksten van onze artikelen worden geschreven aan de hand van wetenschappelijke literatuur, maar ook op basis van onze eigen inzichten en ervaringen. Daarom kan de informatie

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar 2010-2011 BELANG VAN TOXOCARA ALS ZOÖNOSE. door. Gregory VAN DEN NOORTGATE

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar 2010-2011 BELANG VAN TOXOCARA ALS ZOÖNOSE. door. Gregory VAN DEN NOORTGATE UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar 2010-2011 BELANG VAN TOXOCARA ALS ZOÖNOSE door Gregory VAN DEN NOORTGATE Promotor: Prof. Dr. Edwin Claerebout Medepromotor: Prof. Peter Geldhof

Nadere informatie

NEWSLETTER N 12. Het PRO team- Royal Canin Belux. Coccidiose is een parasitaire ziekte die veroorzaakt wordt door een darmparasiet, de coccidia.

NEWSLETTER N 12. Het PRO team- Royal Canin Belux. Coccidiose is een parasitaire ziekte die veroorzaakt wordt door een darmparasiet, de coccidia. N NEWSLETTER N 12 Het PRO team- Royal Canin Belux et als alle andere plaatsen waar dieren samenleven zijn kattenfokkerijen plaatsen waar zich makkelijk bacteriën, virussen en parasieten ontwikkelen, waardoor

Nadere informatie

Giardia Een echte bedreiging

Giardia Een echte bedreiging Giardia Giardia Een echte bedreiging Inleiding Giardia uit de groep Giardia duodenalis (syn. G. lamblia) komen wereldwijd bij vele diersoorten voor, met inbegrip van hond, kat en mens. Giardia is, na Toxocara,

Nadere informatie

Controle van rondwormen onder de bedreiging van oprukkende resistentie PARASIETEN BIJ HET PAARD. Parasieten bij paarden: inleiding

Controle van rondwormen onder de bedreiging van oprukkende resistentie PARASIETEN BIJ HET PAARD. Parasieten bij paarden: inleiding Controle van rondwormen onder de bedreiging van oprukkende resistentie PARASIETEN BIJ HET PAARD WERELDWIJD VERSPREID ALLE LEEFTIJDSGROEPEN WEINIG AFWEEROPBOUW RESISTENTIE ONTSNAPPINGS-MECHANISMEN CONTINU

Nadere informatie

Doeltreffend tegen wormen EN larven met één enkele dosis.

Doeltreffend tegen wormen EN larven met één enkele dosis. Smakelijke tabletten beenvorm, die uw klanten met plezier aan hun honden zullen geven. Tabletten gemakkelijk deelbaar De Doeltreffend tegen EN larven met één enkele dosis. ontwormg voor honden Profender

Nadere informatie

Wat speelt er allemaal in park, tuin en zandbak?

Wat speelt er allemaal in park, tuin en zandbak? Utrecht University Wat speelt er allemaal in park, tuin en zandbak? Wat speelt er in de tuin? Nationaal Symposium Hondenbeleid, 21 april 2016 dr. ing. Paul A.M. Overgaauw, dierenarts-microbioloog en parasitoloog

Nadere informatie

Preventie en behandeling van Baylisascaris spp.-infecties bij uitheemse dieren

Preventie en behandeling van Baylisascaris spp.-infecties bij uitheemse dieren Preventie en behandeling van Baylisascaris spp.-infecties bij uitheemse dieren Miriam Maas 1, Frits Franssen 1, Tom Hendrikse 2, Hester van Bolhuis 3, Paul Overgaauw 4, Rolf Nijsse 5 en Joke van der Giessen

Nadere informatie

Evaluatie van de Mini-FLOTAC methode voor detectie van worminfecties bij huisdieren

Evaluatie van de Mini-FLOTAC methode voor detectie van worminfecties bij huisdieren UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar 2014-2015 Evaluatie van de Mini-FLOTAC methode voor detectie van worminfecties bij huisdieren door Niels VAN DEN PUTTE Promotoren: Prof. dr. E.

Nadere informatie

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Auteur: Steven Sarrazin Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Veelal wordt de bestrijding van het Boviene Virale Diarree-virus (BVD) enkel geassocieerd met vaccinatie. Echter, met vaccinatie

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Fenbendazole : 250 mg/tablet Zie rubriek 6.1 voor de volledige

Nadere informatie

Spoelwormen leven in de darmen van honden en katten.

Spoelwormen leven in de darmen van honden en katten. Darmparasieten komen zowel bij honden als bij katten zeer regelmatig voor. De vaakst voorkomende besmettingen zijn die met spoelwormen en lintwormen. Af en toe zien we ook infecties met giardia. Ook aan

Nadere informatie

Slakken en benauwde kittens

Slakken en benauwde kittens Utrecht University Slakken en benauwde kittens NVP Najaar symposium 20 nov 2015 Paul A.M. Overgaauw DVM PhD Dipl. ACVM Institute for Risk Assessment Sciences Division Veterinary Public Health Casus In

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL PANACUR PUPPY 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzaam bestanddeel: Fenbendazol Hulpstoffen: Natriummethylparahydroxybenzoaat

Nadere informatie

Modulaire richtlijnen Wormbestrijding bij hond en kat

Modulaire richtlijnen Wormbestrijding bij hond en kat Modulaire richtlijnen Wormbestrijding bij hond en kat In Europa kunnen honden en katten geïnfecteerd zijn met verschillende soorten wormen, zoals rondwormen (nematoden), lintwormen (cestoden) en platwormen

Nadere informatie

Paarden - Ontworming. Tel.: 033-2863276 info@devallei.com www.devallei.com

Paarden - Ontworming. Tel.: 033-2863276 info@devallei.com www.devallei.com Paarden - Ontworming Vrijwel alle paarden in Nederland hebben wormen en wormlarven in hun lichaam. Wanneer er een beperkt aantal wormen in het lichaam verblijven, levert dit geen gezondheidsproblemen op.

Nadere informatie

Dierenkliniek Goeree Overflakkee

Dierenkliniek Goeree Overflakkee Dierenkliniek Goeree Overflakkee De teksten van onze artikelen worden geschreven aan de hand van wetenschappelijke literatuur, maar ook op basis van onze eigen inzichten en ervaringen. Daarom kan de informatie

Nadere informatie

Inentingen bij huisdieren deel 2: honden

Inentingen bij huisdieren deel 2: honden Inentingen bij huisdieren deel 2: honden Door Marije Blok Het is verstandig uw huisdier(en) te laten inenten tegen verschillende dierziekten. Maar waartegen worden ze nu eigenlijk ingeënt? En waarom is

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL PANACUR PUPPY 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Actief bestanddeel Fenbendazol per ml 100 mg Voor

Nadere informatie

Onderwerp: preventie gezondheid bij paarden waarbij o.a. aan de orde kwamen het ontwormen, entingen en welke gevaren er zoal op de loer liggen.

Onderwerp: preventie gezondheid bij paarden waarbij o.a. aan de orde kwamen het ontwormen, entingen en welke gevaren er zoal op de loer liggen. Studieclub Het Friesch Paard Limburg Bezoek aan Dierenkliniek Landhorst, Grote Baan 9 Landhorst op maandag 18 maart 2013. Inleiding door de heer Rob Heijmans, dierenarts Onderwerp: preventie gezondheid

Nadere informatie

Vaccineren van honden Voorkomen is beter dan genezen!

Vaccineren van honden Voorkomen is beter dan genezen! INFORMATIE Vaccineren van honden Voorkomen is beter dan genezen! Vaccineren Als eigenaar verzorgt u uw hond natuurlijk zo goed mogelijk. Immers, een goede voeding en de juiste verzorging houden uw dier

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SKP NL versie BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL tablet 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: 100 mg mebendazolum per tablet.

Nadere informatie

BIJSLUITER Milbemax, kauwtabletten voor honden

BIJSLUITER Milbemax, kauwtabletten voor honden BIJSLUITER Milbemax, kauwtabletten voor honden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Registratiehouder:

Nadere informatie

Appendix. Nederlandse Samenvatting

Appendix. Nederlandse Samenvatting Appendix Nederlandse Samenvatting Nederlandse samenvatting INLEIDING Cooperia oncophora is de voornaamste dunne darm nematode bij runderen in streken met een gematigd klimaat, zoals West Europa. Dieren

Nadere informatie

PRAKTISCH VACCINATIE VAN DE HOND

PRAKTISCH VACCINATIE VAN DE HOND l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n PRAKTISCH VACCINATIE VAN DE HOND over houden van huisdieren Vaccinatie is een belangrijke en effectieve manier om ziekten

Nadere informatie

BIJSLUITER. Milbactor 2,5 mg/25 mg tabletten voor kleine honden en pups met een gewicht van ten minste 0,5 kg

BIJSLUITER. Milbactor 2,5 mg/25 mg tabletten voor kleine honden en pups met een gewicht van ten minste 0,5 kg BIJSLUITER Milbactor 2,5 mg/25 mg tabletten voor kleine honden en pups met een gewicht van ten minste 0,5 kg Milbactor 12,5 mg/125 mg tabletten voor honden met een gewicht van ten minste 5 kg 1. NAAM EN

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SKP NL versie BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL, 20%, pasta, paarden en pony s 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: 200 mg

Nadere informatie

Klik om stijl te bewerken

Klik om stijl te bewerken Klik om stijl te bewerken Coxevac vaccinatie bij geiten 20-2-2019 1 Inhoud Voorstelling Ceva + mezelf Q-koorts: Wat is het? Q-koorts: Symptomen (mens + dier) Q-koorts: Diagnostiek Q-koorts: Preventie Q-Koorts:

Nadere informatie

Ontwormen en mestonderzoek bij paarden

Ontwormen en mestonderzoek bij paarden Nieuwsbrief Paard Maart Een aantal keer per jaar stellen we voor paardeneigenaren een korte nieuwsbrief samen. In deze eerste nieuwsbrief willen we een aantal vragen beantwoorden die er nog zijn omtrent

Nadere informatie

Sommige dingen kun je nou eenmaal niet rondzenden

Sommige dingen kun je nou eenmaal niet rondzenden Sommige dingen kun je nou eenmaal niet rondzenden Dr. Bert Mulder Laboratorium Microbiologie Twente Achterhoek Casus Moeder bij huisarts in Ootmarsum 2 kinderen, geboren 2008 en 2009 Jeuk en huidverschijnselen

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar DIAGNOSE EN CONTROLE VAN TOXOCARA SPP. BIJ KATTEN EN HONDEN. door.

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar DIAGNOSE EN CONTROLE VAN TOXOCARA SPP. BIJ KATTEN EN HONDEN. door. UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar 2010 2011 DIAGNOSE EN CONTROLE VAN TOXOCARA SPP. BIJ KATTEN EN HONDEN door Sanne VAN AERTS Promotor : Prof. Dr. E. Claerebout Medepromotor : Prof.

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke tablet bevat:

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke tablet bevat: SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Dolpac tabletten voor grote honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke tablet bevat: Werkzame bestanddelen: Oxantel

Nadere informatie

CHAPTER 9. Samenvatting

CHAPTER 9. Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting Samenvatting Streptococcus suis is een belangrijke oorzaak van zenuwverschijnselen, kreupelheid en sterfte bij biggen. De infectie, die vooral bij biggen van speenleeftijd (rond

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting

Niet-technische samenvatting Niet-technische samenvatting 2016403 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Geneesmiddelenontwikkeling voor malaria 1.2 Looptijd van het project 1-4-2016-1-4-2021 1.3 Trefwoorden (maximaal 5) malaria,

Nadere informatie

beschouwd als een aandoening bij jonge dieren, gekenmerkt door fibrineuze polyserositis, polyartritis,

beschouwd als een aandoening bij jonge dieren, gekenmerkt door fibrineuze polyserositis, polyartritis, De ziekte van Glässer De ziekte van Glässer wordt veroorzaakt door Haemophilus parasuis (Hps). De ziekte werd vroeger beschouwd als een aandoening bij jonge dieren, gekenmerkt door fibrineuze polyserositis,

Nadere informatie

Nieuwsbrief. Het belang van regelmatig ontwormen. Actie: Juni is de chip maand. Gedurende de hele maand chippen incl. registratie voor E 21,-

Nieuwsbrief. Het belang van regelmatig ontwormen. Actie: Juni is de chip maand. Gedurende de hele maand chippen incl. registratie voor E 21,- D i e r e n k l i n i e k T e r G o u w e Actie: Juni is de chip maand Gedurende de hele maand chippen incl. registratie voor E 21,- Nieuwsbrief 1 7-5 - 2 0 1 3 Het belang van regelmatig ontwormen. Zoals

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL, 44 mg, orale pasta. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: 44 mg flubendazole per ml pasta.

Nadere informatie

Goed om te weten. Samenwerking met Bayer Bayer heeft delen van mijn onderzoek ondersteund

Goed om te weten. Samenwerking met Bayer Bayer heeft delen van mijn onderzoek ondersteund Goed om te weten Samenwerking met Bayer Bayer heeft delen van mijn onderzoek ondersteund Inleiding Longworm bij de kat: de parasiet die ik altijd heb gemist? Inleiding De vier fasen in het aanleren van

Nadere informatie

INDICATIE Bij honden: behandeling van menginfecties door rondwormen en platwormen:

INDICATIE Bij honden: behandeling van menginfecties door rondwormen en platwormen: Exil No Worm hond 10kg-tabletten Exitel plus tabletten tegen wormen voor de hond DIERGENEESMIDDEL Reg. NL 105148 VRIJ SAMENSTELLING PER TABLET 50 mg Praziquantel 144 mg Pyrantelembonaat (= 50 mg pyrantel)

Nadere informatie

Stronghold Pup / kitten

Stronghold Pup / kitten Stronghold Pup / kitten FARMACEUTISCHE VORM Spot-on oplossing voor toepassing op de huid. Per ml 60 mg selamectine. DOELDIEREN Pups en kittens tot 2,5 kg. Pups en kittens: Behandeling van infecties met

Nadere informatie

Wat speelt er allemaal in de tuin en zandbak?

Wat speelt er allemaal in de tuin en zandbak? Utrecht University Wat speelt er allemaal in de tuin en zandbak? Wat speelt er in de: -tuin? - zandbak? - moestuin? Zoönosendag 2 december 2014 Paul A.M. Overgaauw DVM PhD Dipl. ACVM Dierenarts-microbioloog

Nadere informatie

Vlooien zijn parasieten die leven van het bloed van een groot aantal warmbloedige dieren.

Vlooien zijn parasieten die leven van het bloed van een groot aantal warmbloedige dieren. Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Vlooien zijn insecten die zich voeden door bloed op te zuigen van een gastdier. Vlooien hebben geen vleugels, maar hebben sterke

Nadere informatie

BIJSLUITER. Dolpac tabletten voor kleine honden

BIJSLUITER. Dolpac tabletten voor kleine honden BIJSLUITER Dolpac tabletten voor kleine honden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Registratiehouder:

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elk tablet bevat:

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elk tablet bevat: DOLPAC tabletten voor middelgrote honden SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Dolpac tabletten voor middelgrote honden. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elk

Nadere informatie

Microscopisch onderzoek

Microscopisch onderzoek Microscopisch onderzoek Kenmerken wormeitjes Haemonchus Strongylus type ei Geen onderscheid te maken met andere strongylus types 62-95 µm lang x 36-50 µm breed Ellips vorm met duidelijk zichtbare wand

Nadere informatie

Cystoisospora canis en Toxocara canis

Cystoisospora canis en Toxocara canis Cystoisospora canis en Toxocara canis Wat is de prevalentie van oöcysten uitscheiding van Cystoisospora canis bij honden ouder dan 6 maanden vergeleken met de prevalentie van ei uitscheiding van Toxocara

Nadere informatie

PRAKTISCH Toxoplasmose

PRAKTISCH Toxoplasmose PRAKTISCH Toxoplasmose l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n over houden van huisdieren Toxoplasmose is een belangrijke zoönose. Dat betekent dat deze ziekte

Nadere informatie

Mathilde Uiterwijk Dierenarts Veterinair microbioloog in opleiding

Mathilde Uiterwijk Dierenarts Veterinair microbioloog in opleiding Mathilde Uiterwijk Dierenarts Veterinair microbioloog in opleiding WORM CHECK hond & kat Deel I Dierenartsen 2003 2005: gezelschapsdierenartsenpraktijk 2005 2008: Helicon MBO paraveterinair 2008 2016:

Nadere informatie

Serologische testen en interpretatie van testresultaten

Serologische testen en interpretatie van testresultaten Serologische testen en interpretatie van testresultaten Serologische testen Serologie is de leer van de stoffen die zich bevinden in het bloedserum. Bloedserum is het vocht dat verkregen is nadat bloed

Nadere informatie

Nieuwsbrief Zomer 2012

Nieuwsbrief Zomer 2012 Geachte huisdiereigenaar, Hierbij ontvangt u onze nieuwsbrief van het voorjaar 2012. Wij hopen dat u de informatie in deze brief, over de gezondheid van huisdieren kunt waarderen. Met vriendelijke groet,

Nadere informatie

BIJSLUITER MILBEMAX Tabletten voor honden Bijsluiter kleine hond en puppy s zie pagina 4

BIJSLUITER MILBEMAX Tabletten voor honden Bijsluiter kleine hond en puppy s zie pagina 4 BIJSLUITER MILBEMAX Tabletten voor honden Bijsluiter kleine hond en puppy s zie pagina 4 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

Nieuwsbrief november 2014 Dierenkliniek Goeree Overflakkee. De ziekte van Weil (leptospirose).

Nieuwsbrief november 2014 Dierenkliniek Goeree Overflakkee. De ziekte van Weil (leptospirose). Nieuwsbrief november 2014 Dierenkliniek Goeree Overflakkee De ziekte van Weil (leptospirose). In het Westland is eind augustus een hond overleden aan de gevolgen van de infectieziekte leptospirose, ook

Nadere informatie

Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte, indien verschillend

Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte, indien verschillend Milbemax kauwtabletten bijsluiter Laatst bijgewerkt op zaterdag 29 oktober 2011 Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte,

Nadere informatie

Uw sleutel tot effectieve zeugenvaccinatie en bestrijding van PRRS

Uw sleutel tot effectieve zeugenvaccinatie en bestrijding van PRRS Porcilis PRRS Uw sleutel tot effectieve zeugenvaccinatie en bestrijding van PRRS Aandachtspunten in de PRRS bestrijding: Zorg dat de bio-security van het bedrijf op orde is of geoptimaliseerd wordt. Biggen

Nadere informatie

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december 2010 15:44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december 2010 13:16

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december 2010 15:44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december 2010 13:16 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Chronische diarree is een verandering in de frequentie, consistentie, of het volume van de stoelgang (ontlasting) voor meer

Nadere informatie

PRAKTISCH VACCINATIE VAN DE HOND

PRAKTISCH VACCINATIE VAN DE HOND l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n PRAKTISCH VACCINATIE VAN DE HOND over houden van huisdieren Vaccinatie is een belangrijke en effectieve manier om besmettelijke

Nadere informatie

Caniquantel Plus Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole: 500,0 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Caniquantel Plus Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole: 500,0 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Caniquantel Plus Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole: 500,0 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Praziquantel: 50,0 mg Fenbendazole:

Nadere informatie

B ijsluiter NL versie Fl ubenol KH B. BIJSLUITER 1

B ijsluiter NL versie Fl ubenol KH B. BIJSLUITER 1 B. BIJSLUITER 1 BIJSLUITER, 44 mg, orale pasta 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Houder

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL DRONTAL PUP, 14,40 mg /15 mg/ml, suspensie voor oraal gebruik voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml:

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL MERILYM 3, suspensie voor injectie voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Samenstelling van één dosis (1 ml): Werkzame

Nadere informatie

Bijsluiter NL versie B. BIJSLUITER 1/5

Bijsluiter NL versie B. BIJSLUITER 1/5 B. BIJSLUITER 1/5 BIJSLUITER GALASTOP, oplossing voor orale toediening voor honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

(Ont)wormen? Schapenavond 2017

(Ont)wormen? Schapenavond 2017 (Ont)wormen? Schapenavond 2017 Introductie Ellen Hartemink In juni 2015 afgestudeerd Sinds juni 2016 werkzaam bij A7noord dierenartsen Afkomstig van een melkveebedrijf in de Achterhoek Inhoud Deel 1: Wormen

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Mansonil Pasta, voor oraal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzaam bestanddeel: Flubendazol 44 mg

Nadere informatie

Sommige infecties bij runderen blijven gedurende lange tijd aanwezig op een rundveebedrijf

Sommige infecties bij runderen blijven gedurende lange tijd aanwezig op een rundveebedrijf Moeilijk te ontdekken infectieuze ziekten bij runderen Sommige infecties bij runderen blijven gedurende lange tijd aanwezig op een rundveebedrijf vooraleer ze ontdekt en aangepakt worden. Het gaat om besmettelijke

Nadere informatie

Vaccinatie van uw hond Praat erover!

Vaccinatie van uw hond Praat erover! Vaccinatie van uw hond Praat erover! Wat is een vaccinatie? Een vaccinatie zorgt voor de opbouw van bescherming (via antistoffen en afweercellen) tegenover een bepaalde ziekteverwekker. De volgende keer

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL Bijlage VMBO-GL en TL 2008 tijdvak 2 biologie CSE GL en TL Deze bijlage bevat informatie. 800045-2-617b Ziek van de natuur Lees eerst informatie 1 tot en met 4 en beantwoord dan vraag 36 tot en met 52.

Nadere informatie

AFRIKAANSE VARKENSPEST

AFRIKAANSE VARKENSPEST Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen AFRIKAANSE VARKENSPEST Directie Dierengezondheid DG Controlebeleid 1. Etiologie Afrikaanse varkenspestvirus = DNA-virus, Familie Asfarviridae

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL MERILYM 3, suspensie voor injectie voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Samenstelling van één dosis (1 ml): Werkzame

Nadere informatie

BIJSLUITER Drontal Dog Tasty 150/144/50 mg tabletten

BIJSLUITER Drontal Dog Tasty 150/144/50 mg tabletten BIJSLUITER Drontal Dog Tasty 150/144/50 mg tabletten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 g bevat: Werkzaam bestanddeel: Fenbendazole 40 mg Hulpstoffen: Zie rubriek

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Panacur Poeder 4% 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 g Panacur Poeder 4% bevat: Werkzaam bestanddeel: Fenbendazole

Nadere informatie

Bijsluiter NL versie DRONT AL LARGE DOG FLAVOUR B. BIJSLUITER 1/5

Bijsluiter NL versie DRONT AL LARGE DOG FLAVOUR B. BIJSLUITER 1/5 1/5 B. BIJSLUITER 2/5 BIJSLUITER, tabletten voor honden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND

Nadere informatie

Vaccinatie schema kat door: Dierenarts van Kessel

Vaccinatie schema kat door: Dierenarts van Kessel Vaccinatie schema kat door: Dierenarts van Kessel De vaccinatieprotocollen in de praktijk voor katten worden gehanteerd zijn gebaseerd op de Europese richtlijnen die door het ABCD zijn opgesteld. Hieronder

Nadere informatie

B ijsluiter NL versie Fl ubenol KH B. BIJSLUITER 1

B ijsluiter NL versie Fl ubenol KH B. BIJSLUITER 1 B. BIJSLUITER 1 BIJSLUITER, 44 mg, Pasta voor oraal gebruik 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND

Nadere informatie

PRRS in vraag? en antwoord!

PRRS in vraag? en antwoord! KENNISDOCUMENT Met kennis vooruit: PRRS in vraag? en antwoord! Veel varkenshouders en dierenartsen hebben vragen over PRRS. Daarom geven we in dit kennisdocument antwoord op de vier meestgestelde vragen

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL, tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen : praziquantelum 50,0 mg fenbendazolum 500,0 mg Hulpstoffen:

Nadere informatie

BIJSLUITER. MILBEMAX filmomhulde tabletten voor katten MILBEMAX filmomhulde tabletten voor kleine katten en kittens

BIJSLUITER. MILBEMAX filmomhulde tabletten voor katten MILBEMAX filmomhulde tabletten voor kleine katten en kittens BD/2018/REG NL 10093/zaak 670086 16 BIJSLUITER 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Houder

Nadere informatie

Impact van worminfecties op de algemene gezondheidsstatus van leghennen in niet-kooisystemen.

Impact van worminfecties op de algemene gezondheidsstatus van leghennen in niet-kooisystemen. Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid Impact van worminfecties op de algemene gezondheidsstatus van leghennen in niet-kooisystemen. Eva Pierré () Hilde Van Meirhaeghe Mieke Geerinckx (DGZ

Nadere informatie

Silica colloïdalis anhydrica Natrii methylis parahydroxybenzoas Natrii propyl parahydroxybenzoas. Acidum citricum monohydricum

Silica colloïdalis anhydrica Natrii methylis parahydroxybenzoas Natrii propyl parahydroxybenzoas. Acidum citricum monohydricum 1. Benaming Panacur suspensie 2,5 % ad us. vet. 2. Samenstelling Actief bestanddeel Fenbendazolum per ml 25.000 mg Andere bestanddelen Silica colloïdalis anhydrica Natrii methylis parahydroxybenzoas Natrii

Nadere informatie

Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Coördinator referentiecentrum Naam: N.Botteldoorn Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Instelling: WIV Straat: J. Wijtsmanstraat Stad: Brussel

Nadere informatie

Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Coördinator referentiecentrum Naam: N. Botteldoorn Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Instelling: WIV Straat: J. Wijtsmanstraat Stad: Brussel

Nadere informatie

Wormen VRAAG OVER UW MEDICIJNEN?

Wormen VRAAG OVER UW MEDICIJNEN? 400043 Wormen_400043 Wormen 02-07-15 15:40 Pagina 6 Wormen WAT ZIJN WORMEN WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUISARTS GAAN VRIJ VERKRIJGBARE MEDICIJNEN

Nadere informatie

WORMEN WAT ZIJN WORMEN WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUISARTS GAAN APOTHEEK.

WORMEN WAT ZIJN WORMEN WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUISARTS GAAN APOTHEEK. WORMEN WAT ZIJN WORMEN WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUISARTS GAAN APOTHEEK.NL WORMEN Bah, wat vies! Dit is vaak de eerste reactie als er in ontlasting

Nadere informatie

Clubblad. Jan-maart2015. V.U Nimrodsvrienden vzw

Clubblad. Jan-maart2015. V.U Nimrodsvrienden vzw Clubblad Jan-maart2015 V.U Nimrodsvrienden vzw Een nieuw jaar komt er aan met nieuwigheden en verassingen. De Nimrodsvrienden wensen alle lezers een gezond, prettig jaar. Een algemene ledenvergadering

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het mucosale immuunsysteem Het afweersysteem beschermt het lichaam tegen infecties met bacteriën, virussen, schimmels en parasieten. De huid en de mucosale weefsels zoals bijvoorbeeld

Nadere informatie

BIJSLUITER COXEVAC suspensie voor injectie voor runderen en geiten

BIJSLUITER COXEVAC suspensie voor injectie voor runderen en geiten BIJSLUITER COXEVAC suspensie voor injectie voor runderen en geiten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN

Nadere informatie

Speed Giardia TM. www.speedrange.nl. Virbac Nederland B.V., Postbus 313, 3770 AH Barneveld Tel. 0342 427 127 E-mail: info@virbac.

Speed Giardia TM. www.speedrange.nl. Virbac Nederland B.V., Postbus 313, 3770 AH Barneveld Tel. 0342 427 127 E-mail: info@virbac. Speed Giardia TM www.speedrange.nl Virbac Nederland B.V., Postbus 313, 3770 AH Barneveld Tel. 0342 427 127 E-mail: info@virbac.nl ALLEEN VOOR IN VITRO GEBRUIK NEDERLANDS Klinische toepassing Giardia is

Nadere informatie

Voor u uitgelicht. als een wervelwind gaan ze over het strand en door de branding, maar éénmaal thuis keert direct de rust weer terug.

Voor u uitgelicht. als een wervelwind gaan ze over het strand en door de branding, maar éénmaal thuis keert direct de rust weer terug. N I E U W S B R I E F PRO PLAN NIEUWSBRIEF Hierbij ontvangt u alweer de laatste nieuwsbrief van 2013. In deze nieuwsbrief leest u onder andere over de Whippet van kennel Crème Anglaise, wormen, PRO PLAN

Nadere informatie