Bundel van de Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Limburg-Noord (reguliere vergadering) van 6 juli 2018

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bundel van de Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Limburg-Noord (reguliere vergadering) van 6 juli 2018"

Transcriptie

1 Bundel van de Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Limburg-Noord (reguliere vergadering) van 6 juli 2018 A.1 Opening en mededelingen A.2 Besluitenlijst van de vergadering AB VRLN d.d. 22 december 2018 Voorstel: Besluitenlijst vaststellen. Besluitenlijst_Algemeen_Bestuur_Veiligheidsregio_Limburg- Noord_(reguliere_vergadering) 22_december_2017.docx Getekend presentielijst AB VRLN dd pdf A.3 Besluitenlijst van de vergadering AB VRLN d.d. 18 mei 2018 Voorstel: Besluitenlijst vaststellen. Besluitenlijst_Algemeen_Bestuur_Veiligheidsregio_Limburg- Noord_(reguliere_vergadering) 18_mei_2018 (4).docx Getekend presentielijst AB VRLN dd pdf A.4 Ingekomen/Verzonden Brief stuw Grave. Brief inzake stuw Grave dd pdf B Ter kennisneming/hamerstukken B.1 Definitieve vaststelling van het Rampbestrijdingsplan IGS Voorstel: Vaststellen met het voorliggende generiek deel Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen. De BC Veiligheid heeft in haar overleg van 2 februari 2018 ingestemd met het Rampenbestrijdingsplan IGS (generieke deel). Tevens heeft zij ingestemd met mandatering aan de Veiligheidsdirectie om (wijzigingen in) de bijlagen vast te stellen en het ter inzage leggen van het plan. De Veiligheidsdirectie heeft in haar overleg van 28 februari 2018 de bijlagen vastgesteld. Er zijn geen zienswijzen ontvangen op de ter inzage legging. Voorstel is derhalve om het Rampenbestrijdingsplan IGS vast te laten stellen door het AB. Deknotitie vaststellen Generiek deel IGS.docx RBP IGS generiek deel.pdf B.2 Registratie van onze opkomsttijden Voorstel: Instemmen met het continueren van de huidige systematiek van rapporteren en registreren van de opkomsttijden, totdat wettelijk de gebiedsgerichte opkomsttijden van kracht zijn. Deknotitie registratie opkomsttijden.docx C Ter besluitvorming C.1 Benoeming dhr. P. Sterk als lid DB op voordracht van de BC GGD Voorstel: Benoeming dhr. P. Sterk als lid DB. Mw. J. Smeets-Palmen keert niet terug als portefeuillehouder in de BC GGD. Daaruit volgt dat zij geen lid meer kan zijn van het DB. Bij de voordracht door de BC GGD en benoeming van de huidige DB leden eind 2015 is afgesproken dat zij na 2 jaar zou worden opgevolgd door dhr. P. Sterk. Het voorstel is dan ook om namens de BC GGD dhr. P. Sterk voor te dragen voor benoeming aan het AB als lid van het DB. De overige 2 DB-leden vanuit de BC GGD blijven lid van DB. Benoeming geldt immers voor 4 jaar. C.2 Vaststelling Jaarverantwoording 2017 en presentatie E-magazine jaarverslag Voorstel: 1. Instemmen met de Jaarverantwoording Het positief resultaat 2017 van toe te voegen aan in de algemene reserve. Deknotitie jaarverantwoording AB.docx Jaarverantwoording 2017.pdf VRLN Accountantsverslag.pdf C.3 Vaststelling Begroting 2019 Voorstel: Instemmen met de begroting 2019 en deze ter informatie aan te bieden aan Gedeputeerde Staten van Limburg.

2 D E Deknotitie begroting AB.docx Begroting 2019.pdf Begroting 2019 in één oogopslag.pdf Zienswijzen begroting 2019.xlsx Ter bespreking Rondvraag/Sluiting

3 A.2 Besluitenlijst van de vergadering AB VRLN d.d. 22 december Besluitenlijst_Algemeen_Bestuur_Veiligheidsregio_Limburg-Noord_(reguliere_vergadering) 22_december_2017.docx Besluitenlijst Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Limburg-Noord (reguliere vergadering) Datum 22 december 2017 Tijd 09:00 uur - 12:30 uur Locatie Drie Decembersingel 50, Blerick - Bestuurszaal (2e verdieping) Voorzitter A. Scholten Aanwezig zie presentielijst Kenmerk Omschrijving A.1 Opening en mededelingen De voorzitter heet iedereen van harte welkom, in het bijzonder mevr. Leppink- Schuitema, als nieuw lid van het Algemeen Bestuur woont zij vandaag voor het eerst deze vergadering bij. A.2 Besluitenlijst van de vergadering Algemeen Bestuur VRLN d.d Voorstel: Besluitenlijst vaststellen. Besluit: Verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. A.3 Ingekomen/Verzonden B Ter kennisneming/hamerstukken B.1 Kadernota 2019 Voorstel: Kennis nemen van de kadernota Besluit: Zonder hoofdelijke stemming conform voorstel besloten. Toelichting: Door diverse leden worden complimenten gegeven over de inhoud van de kadernota. Deze kan doorgeleid worden naar de gemeenteraden. Toegelicht wordt dat er geen formele zienswijzeprocedure voor de kadernota geldt, maar dat de gemeenteraden wel uitgenodigd worden hun opmerkingen en wensen kenbaar te maken, zodat de zienswijzeprocedure bij de begroting vereenvoudigd wordt. Naar aanleiding van een vraag over de indexering wordt opgemerkt dat er voor de jaren na 2019 geen index toegepast is. Gevraagd wordt dat wel te doen, zodat niet iedere keer voor een verhoging naar de raad gegaan hoeft te worden. Hierop wordt geantwoord dat dit een systeemkeuze is. De mogelijkheden zullen in het overleg met de financiële ambtenaren worden besproken, waarna bespreking in het Dagelijks Bestuur zal plaatsvinden.

4 Pagina 2 C Ter besluitvorming C.1 1e Wijziging financiële verordening VRLN Voorstel: 1e Wijziging van de financiële verordening Veiligheidsregio Limburg-Noord vaststellen. Besluit: Zonder hoofdelijke stemming conform voorstel besloten. C.2 Begrotingswijziging Berap 2017 Voorstel: Instemmen met begrotingswijziging Besluit: Conform voorstel besloten. De gemeente Venlo wordt geacht te hebben tegengestemd. Toelichting: De gemeenteraad van Venlo maakt bezwaar tegen de voorgestelde verhoging en wenst die te beperkten tot een sluitende begroting voor 2017 en de aanvulling van het weerstandsvermogen pas met ingang van 2018 te laten plaatsvinden. De gemeente Venlo wordt dan ook niet geacht te hebben ingestemd met het voorstel. De overige leden van het Algemeen Bestuur stemmen daarmee wel in, zodat het voorstel is aangenomen. N.a.v. het besluit wordt gevraagd of een overschot onderhevig is aan vennootschapsbelasting. Dat blijkt niet het geval te zijn, omdat de activiteiten van de Veiligheidsregio vrijwel uitsluitend de uitvoering van een publieke taak betreft die niet aan een andere partij kan worden overgedragen. C.3 Egalisatiereserve brandweerzorg Voorstel: Instemmen met het instellen van een egalisatiereserve kapitaalslasten brandweerzorg, zoals geschetst in bijgaande notitie. Besluit: Met het instellen van de voorgestelde reserve brandweerzorg wordt zonder stemming ingestemd. Toelichting: Gevraagd wordt of de reserve een tijdelijk karakter heeft. Dat wordt wel voorgesteld, maar voor een stabiele financiering is ook een langere termijn voorstelbaar. Bij het volgende brandweerorganisatieplan zal tevens bezien worden welke hoeveelheid aan materieel nodig is. Aan de hand daarvan kan bezien worden of de kapitaalslasten gedrukt kunnen worden of juist niet. Overigens wordt vóór vervanging niet alleen naar de normale afschrijvingstermijn gekeken maar wordt de feitelijke technische situatie beoordeeld.

5 Pagina 3 C.4 Convenant samenwerking veiligheidsregio`s-politie-om Voorstel: 1. Instemmen met convenant samenwerking Veiligheidsregio, Politie en OM en de regionale bijlage Limburg. 2. Convenant tevens gebruiken bij samenstellen multidisciplinaire jaarplannen voor bepaling van inbreng van partijen. Besluit: Zonder hoofdelijke stemming conform voorstel besloten. C.5 CMA Voorstel: 1. Het programma CMA met ingang van beëindigen. 2. De kosten van afbouw voor zover mogelijk financieren uit de reserve frictiekosten CMA. Besluit: Conform voorstel besloten om het programma CMA met ingang van te beëindigen. De kosten van afbouw worden voor zover mogelijk gefinancierd uit de reserve Frictiekosten CMA. Voor zover de reserve niet toereikend is worden de lasten in rekening gebracht bij de Centrumgemeente. Toelichting: Van ambtelijke zijde wordt toegelicht welke inspanningen worden verricht om het personeel aan ander werk te helpen. Het van werk naar werk traject duurt maximaal twee jaar. Als er dan nog mensen geen werk hebben zal ontslag volgen. Als alle pogingen mislukken zullen de frictiekosten maximaal zijn. Als iedereen per ander werk heeft zijn die kosten nihil. Gesteld wordt dat eventueel resterende kosten na uitputting van de reserve frictiekosten CMA voor rekening van de Centrumgemeente komen. Die opvatting wordt door de vergadering unaniem gedeeld. Vanuit de Veiligheidsregio zal met de gemeente Venlo nader overleg plaatsvinden om bij het van werk naar werk traject ook de mogelijkheden van plaatsing binnen de gemeente Venlo te bezien. Bepleit wordt om bij sollicitaties in één van de deelnemende gemeenten het personeel van het CMA als interne kandidaat te behandelen. D E Ter bespreking Rondvraag/Sluiting Van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt, waarna de voorzitter de vergadering sluit en iedereen prettige feestdagen wenst. Aldus vastgesteld in de reguliere vergadering van het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Limburg-Noord van De ambtelijk secretaris, De voorzitter,

6 1 Getekend presentielijst AB VRLN dd pdf

7

8 A.3 Besluitenlijst van de vergadering AB VRLN d.d. 18 mei Besluitenlijst_Algemeen_Bestuur_Veiligheidsregio_Limburg-Noord_(reguliere_vergadering) 18_mei_2018 (4).docx Besluitenlijst Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Limburg-Noord Datum 18 mei 2018 (reguliere vergadering) Tijd Locatie Voorzitter Toelichting Aan/afwezig 11:00-12:00 uur Drie Decembersingel 50, Blerick - Bestuurszaal (2e verdieping) A. Scholten Extra Algemeen Bestuur i.v.m. besluitvorming Risk Factory Zie presentielijst C Ter besluitvorming C.1 Risk Factory Voorstel: 1. De Risk Factory Limburg-Noord concreet vormgeven zoals beschreven in de businesscase en de eerder besproken oplegnotitie en de bijgevoegde financiële notitie; 2. Instemmen met het begrotingskader als uitgangspunt voor de werkbegroting Risk Factory; 3. Instemmen met de vaststelling van de werkbegroting Risk Factory 1e jaar in de vergadering van 21 december 2018; 4. Instemmen met de condities voor de exploitatie zoals beschreven in de businesscase; 5. Ter uitvoering van het onder 1 genoemd besluit overeenkomsten aangaan met derden, waaronder de Stichting Vincent van Gogh en schoolbesturen basisonderwijs in de regio en een subsidieverzoek indienen bij de provincie Limburg. Besluit: Na hoofdelijke stemming conform voorstel besloten met 9 stemmen voor (vertegenwoordigers van de gemeenten Venlo, Roermond, Venray, Nederweert, Echt-Susteren, Leudal, Horst aan de Maas, Beesel en Roerdalen)en 5 stemmen tegen (Peel en Maas, Weert, Mook en Middelaar, Bergen en Gennep). Stemverklaringen: Mevr. Delissen-van Tongerlo: Tegen het voorstel omdat er teveel vanuit instituties wordt gewerkt. Er worden grote groepen in de voorlichting gemist op deze manier. Risk Factory kan ook aan de markt overgelaten worden.

9 De heer Heijmans: Tegen het voorstel omdat er teveel risico's aan het voorstel zitten zowel t.a.v. de financiën als aan het draagvlak bij het onderwijs. De heer Gradisen: Tegen het voorstel omdat preventie beter in lokale omgeving vormgegeven kan worden en bedrijfje spelen niet past bij een overheidsorganisatie als de VRLN. Respecteert echter een democratisch genomen besluit. Toelichting: De wethouders Op de Laak(Horst aan de Maas), Smitsmans(Roermond), Geraats(Nederweert), Frische(Echt-Susteren) geven aan dat zij zijn aangewezen als plaatsvervanger van hun burgemeester en gemachtigd zijn om aan de stemming deel te nemen. De vergadering stemt daarmee in. De voorzitter licht toe dat de besluitvorming in de laatste vergadering van de Bestuurscommissie werd aangehouden omdat er nog enige onduidelijkheid bestond over de businesscase. Inmiddels is duidelijk geworden dat de kosten voor het grootste deel variabel zijn. Bij tegenvallers in bezoekersaantallen of bijdragen van o.a. provincie kunnen diverse uitgaven beperkt worden. Het uiteindelijke risico wordt ingeschat op maximaal Na een eventuele positieve besluitvorming vandaag zal in december de (werk)begroting definitief kunnen worden vastgesteld. Deze dient sluitend te zijn, zonder extra financiële bijdrage van de gemeenten. Samenvattend worden de volgende vragen en opmerkingen gemaakt: - Het concept past binnen de ambitie om de veiligste en gezondste regio te zijn in 2025; - Andere partners moeten een wezenlijke rol spelen, zowel inhoudelijk als financieel. Als onderwijs, GGZ, ROVL, provincie, banken en zorgverzekeraars gaan participeren wordt hieraan ruimschoots voldaan; - Veiligheidsregio moet geen bedrijfje willen spelen; - In overzicht deelname scholen is schoolbestuur Meerderweert met groene stippellijn aangegeven. Dit moet een rode lijn worden, blijkens een mail van de voorzitter schoolbestuur; - Kosten ICT lijken te laag geraamd. Dit wordt in ieder geval deels verklaard doordat een bestaand concept overgenomen wordt. Voor een ander deel zit de verklaring in de onderbrenging van deze investering in het totaal van vervangingsinvestering ICT infrastructuur, waardoor koppelingen eenvoudig te realiseren zijn; - In de overheidsmissie om meer te vertrouwen op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid past het concept Risk Factory; Pagina 2

10 - Het financiële verhaal bestaat uit reallocatie van middelen, hetgeen tot de normale bedrijfsvoering kan worden gerekend. Het gaat vooral om de hoevraag en niet om de wat-vraag. Financieel is er dan ook weinig aan de hand; - De consequenties om na één of twee jaar functioneren te concluderen het is een flop en we trekken de stekker eruit, zijn in financieel opzicht te overzien; - De kosten die aan Twente betaald worden hebben betrekking op gezamenlijke doorontwikkelingskosten van de scenario's; - Het is een beproefd concept. Ervaringsgericht leren past in de huidige tijd. Ook uitrollen over andere veiligheidsregio's; - De hardheid van de bijdragen van derden kan pas aangetoond worden na de besluitvorming door het Algemeen Bestuur maar er zijn wel toezeggingen gedaan door o.a. Provincie, Vincent van Gogh, banken en scholen om een bijdrage te gaan leveren. In de (werk)begroting die eind van het jaar vastgesteld wordt, zullen de werkelijke bijdragen opgenomen worden; - Wat gebeurt er met het programma Brandveilig Leven in die gemeenten waar scholen nog niet deelnemen? Kan Brandveilig Leven daar gehandhaafd blijven? Het programma op de scholen zal uitgefaseerd worden en niet per 1 januari 2019 beëindigd worden; - In enkele gemeenten wordt de voorkeur gegeven aan het bestaande programma Brandveilig Leven; - 45 <minuten als acceptabele reisduur wordt door sommigen in twijfel getrokken; - Scholen die onder een schoolbestuur van buiten de regio vallen kunnen gewoon deelnemen, maar zijn nog niet benaderd; - Risk Factory kan ook aan de markt overgelaten worden; geen taak van de Veiligheidsregio; - Intentie uitspreken door schoolbesturen is niet hetzelfde als daadwerkelijke deelname van scholen; - De wenselijke tendens is dat de klant opgezocht wordt terwijl nu gevraagd wordt dat de klant/scholier naar de organisatie moet komen; Brandveilig Leven moet in eigen omgeving aangeboden worden; - Ga voor het totaalconcept niet voor enkele onderdelen; - Houdt integrale benadering vast; - Breng in overleg met de partners zo nodig nog verfijningen in het concept aan; - Behoort op den duur niet tot de core business van de Veiligheidsregio. Bedrijfsleven moet het concept t.z.t. over kunnen nemen; - Het is wenselijk om zo eenstemmig als mogelijk is, naar buiten te treden; Pagina 3

11 - Gevraagd wordt om Brandveilig Leven aan te blijven bieden; hierop wordt geantwoord dat het reguliere programma Brandveilig Leven nauw aansluit bij de Risk Factory. Een deel van de activiteiten zal voortaan binnen het project Risk Factory worden uitgevoerd, waarbij juist een inhoudelijke versterking van het programma Brandveilig Leven wordt beoogd; - Vernieuwing methodiek brandveilig leven in een vorm van infotainment past in de tijd; - Nu niet deelnemende scholen zullen geënthousiasmeerd moeten worden. De voorzitter concludeert dat alle opvattingen zijn uitgewisseld en alle vragen zijn beantwoord zodat tot stemming kan worden overgegaan. Enkele leden wensen een stemverklaring af te geven. Uitslag stemming: Vóór: gemeenten Venlo, Roermond, Venray, Nederweert, Echt-Susteren, Leudal, Horst aan de Maas, Beesel, Roerdalen. Tegen: gemeenten Peel en Maas, Weert, Mook en Middelaar, Bergen, Gennep. Het voorstel is daarmee aangenomen. De voorzitter merkt tot slot op dat de gemeente Maasgouw schriftelijk te kennen heeft gegeven vóór het voorstel te zijn, onder voorwaarde dat geen aanvullende gemeentelijke bijdrage gevraagd wordt. Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Limburg-Noord van 6 juli De ambtelijk secretaris, De voorzitter, Pagina 4

12 1 Getekend presentielijst AB VRLN dd pdf

13

14 A.4 Ingekomen/Verzonden 1 Brief inzake stuw Grave dd pdf

15

16 B.1 Definitieve vaststelling van het Rampbestrijdingsplan IGS 1 Deknotitie vaststellen Generiek deel IGS.docx Vergadering van : Algemeen Bestuur - reguliere vergadering Vergaderdatum : 6 juli 2018 Agendapunt : B1 Auteur : L. Smolenaars en F. ten Have Onderwerp : Vaststelling Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen (RBP IGS) Bijlagen : Eén Aanleiding en korte samenvatting Volgens het Besluit veiligheidsregio s (artikel 6.1.1, lid 1) dient het Bestuur van een veiligheidsregio een rampbestrijdingsplan vast te stellen voor een ramp in een hogedrempelinrichting als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit risico s zware ongevallen Daarbij beziet het bestuur van de veiligheidsregio met passende tussenpozen doch ten minste éénmaal per drie jaar of het rampbestrijdingsplan moet worden herzien en bijgewerkt. Het generiek deel (concept) is vastgesteld door de BC Veiligheid op 2 februari 2018 en vervolgens ter inzage gelegd bij alle 15 gemeenten in de regio Limburg-Noord. Hierop zijn geen reacties ontvangen. Derhalve wordt voorgesteld het generiek deel onverkort voor vaststelling voor te leggen aan het Algemeen Bestuur. Beslispunten 1. Vaststellen met het voorliggende generiek deel Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen. Argumenten Het huidige rampbestrijdingsplan dateert van augustus 2013 en dient, overeenkomstig het Besluit veiligheidsregio s, te worden herzien danwel te worden bijgewerkt. Het plan zou dus al in 2016 moeten worden herzien, wat gelet op andere op te stellen planvorming, niet is gebeurd. In samenwerking met de verschillende kolommen is geïnventariseerd welke wijzigingen doorgevoerd zouden moeten worden in het bestaande rampbestrijdingsplan. De bijlage van deze notitie is de uitwerking van het aangepaste generiek deel RBP IGS. De opzet die hierbij is gekozen is identiek aan de oude opzet, namelijk één generiek deel met daarnaast bedrijfsspecifieke inzetkaarten (als bijlagen van het generiek deel). Het rampbestrijdingsplan bevat dus één generiek deel met een beschrijving van de randvoorwaardelijke processen en generieke maatgevende rampscenario s, en een multidisciplinaire bedrijfsspecifieke inzetkaart per risico-object met een beschrijving van de maatgevende rampscenario s en overige specifieke informatie die van belang is voor een adequate inzet van de hulpdiensten en tijdige waarschuwing van de bevolking bij een mogelijke ramp op het terrein van de betreffende inrichting. 1

17 Ten aanzien van het vaststellingsproces is in het generiek deel aangegeven dat het Algemeen Bestuur het generiek deel vaststelt (conform afd. 3.4 AWB), en de Veiligheidsdirectie word gemandateerd (wijzigingen in) de bijlagen van het generiek deel, de bedrijfsspecifieke inzetkaarten, vast te stellen. Op deze wijze wordt een snelle operationele invoering van mutaties en nieuwe bedrijfsspecifieke inzetkaarten geborgd. Het vaststellen van het generiek deel is onderhevig aan afd. 3.4 AWB. Dit betekent dat dit plan ter inzage moet worden gelegd bij de gemeenten waarbinnen de inrichtingen gelegen zijn, en de gemeenten die direct betrokken kunnen raken vanwege de bijkomende effecten. Om in te spelen op eventuele toekomstige ontwikkelingen is echter gekozen het RBP in alle vijftien gemeenten van de VRLN ter inzage te leggen. Het generiek deel (concept) is vastgesteld door de BC Veiligheid op 2 februari 2018 en vervolgens conform bovenstaand ter inzage gelegd. Hierop zijn geen reacties ontvangen. Derhalve wordt voorgesteld het generiek deel onverkort voor vaststelling voor te leggen aan het Algemeen Bestuur. Personele consequenties Operationele functionarissen zullen tijdens multi-bijscholingen van de wijzigingen in zowel het generiek deel als de bedrijfsspecifieke inzetkaarten op de hoogte worden gebracht. Financiën Geen Communicatie Intern wordt het Rampbestrijdingsplan na vaststelling gepubliceerd op Veiligheidsnet en conform verzendlijst verzonden. Met de afdeling communicatie wordt nader afgestemd over openbare publicatie van (delen van) het Rampbestrijdingsplan. Besluit Akkoord met voorstel Akkoord met voorstel met aantekening Niet akkoord met voorstel met aantekening Paraaf ambtelijk secretaris: Toelichting: 2

18 3

19 1 RBP IGS generiek deel.pdf Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen RBP IGS Generiek deel Versie / status: Datum: 1.0 Concept Januari 2018 Vastgesteld: Veiligheidsdirectie veiligheidsregio Limburg- Noord Bestuurscommissie Veiligheid d.d.: 22 november 2017 d.d.: RBP IGS Generiek deel Pagina 1 van 15

20 Colofon Dit document is tot stand gekomen onder regie van Operationele Voorbereiding multidisciplinaire Crisisbeheersing, Veiligheidsregio Limburg-Noord Versiebeheer Versie Datum Wijzigingen t.o.v. vorige versie Vastgesteld door: 1.0 Jan 2018 Eerste conceptversie - RBP IGS Generiek deel Pagina 2 van 15

21 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave Algemeen Wettelijke basis en afbakening Doelstelling van het plan Verhouding met andere planvorming Totstandkoming, beheer, vaststelling en ter inzage legging Oefenverplichting en beheer Publicatie en verspreiding van dit plan Randvoorwaardelijke processen Opstart Operationele leiding en coördinatie Alarmering en opschaling Crisiscommunicatie Bedrijfsspecifieke Inzetkaart Objectgegevens Bedrijfsnoodplan inrichting Maatgevende rampscenario s Alarmering en opschaling Kwetsbare objecten omgeving Crisiscommunicatie Overige aandachtspunten Kaartmateriaal achterzijde Gemeenschappelijk Meldkamerblad Maatgevende rampscenario s Bijlage Inzetvoorstel op basis van keuze scenario en effect Bijlage Overzicht Hogedrempelinrichtingen veiligheidsregio Limburg-Noord Bijlage Verzendlijst RBP IGS RBP IGS Generiek deel Pagina 3 van 15

22 2. Algemeen In de Veiligheidsregio Limburg-Noord is voorliggend Rampbestrijdingsplan opgesteld voor Inrichtingen met Gevaarlijke Stoffen (RBP IGS). Het plan bevat een generiek deel met een beschrijving van de randvoorwaardelijke processen en generieke maatgevende rampscenario s, en een multidisciplinaire bedrijfsspecifieke inzetkaart per risico-object met een beschrijving van de maatgevende rampscenario s en overige specifieke informatie die van belang is voor een adequate inzet van de hulpdiensten bij de betreffende inrichting. Generiek deel (Algemene maatgevende rampscenario s en processen) RBP (Bijlagen van het generiek deel) Bedrijfsspecifieke inzetkaart per risicoobject 2.1 Wettelijke basis en afbakening De wettelijke basis voor het opstellen van een rampbestrijdingsplan is verankerd in hoofdstuk 6 van het Besluit veiligheidsregio s. Dit hoofdstuk van het besluit verplicht Veiligheidsregio s tot het opstellen van een Rampbestrijdingsplan voor de volgende incidenttypen en objecten: o o o o Voor rampen welke plaats kunnen vinden in een hogedrempelinrichting of een categorie van hogedrempelinrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van het Besluit risico s zware ongevallen 2015 (artikel 6.1.1, lid 1 Besluit Vr s); Voor calamiteiten in een inrichting buiten Nederland/ in een andere staat, welke tot een ramp in Nederland kan leiden (artikel 6.1.1, lid 2 Besluit Vr s); Een vliegtuigongeval op een luchthaven binnen de veiligheidsregio, dat op grond van onderdeel en tabel 9-1 in bijlage 14, volume 1 van het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Trb. 1973, 109) is ingedeeld in brandrisicoklasse 3 of hoger, of in geval van een militaire luchthaven, het terrein dat in overleg met Onze Minister van Defensie is aangewezen (artikel 6.2.1, lid 1 Besluit Vr s); Voor een ramp in een afvalvoorziening categorie A als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer (artikel 6.3.1, lid 1 Besluit Vr s). Daarnaast kunnen bij algemene maatregel van bestuur categorieën inrichtingen, categorieën rampen en luchtvaartterreinen worden aangewezen waarvoor het bestuur van de veiligheidsregio een rampbestrijdingsplan vaststelt. In dat plan worden de maatregelen opgenomen die bij een ramp in die categorieën dan wel op die luchtvaartterreinen moeten worden genomen (artikel 17, lid 1 Wvr). RBP IGS Generiek deel Pagina 4 van 15

23 Wanneer wordt een RBP opgesteld? H6 Besluit VR s Bij AMvB voor cat. inrichtingen, cat. rampen en luchtvaartterreinen Art. 17 lid 1 Art. 17 lid 1 uit Wet Veiligheidsregio s Rampen of categorie van HDI en Art lid 1 Vliegtuigongeval op een luchthaven Art lid 1 Calamiteiten in andere staat > gevolg NL Art lid 2 Ramp in afvalvoorz. Cat. A (Wmb) Art lid 1 Hoofdstuk 6 uit Besluit Veiligheidsregio s Lagedrempelinrichting Hogedrempelinrichting (voorheen VRinrichting) Nieuwe bestaande, en ander inrichtingen Art. 1 lid 1 uit Besluit Risico s Zware Ongevallen 2015 Dit kúnnen Hogedrempelinrichtingen zijn Hogedrempelinrichting: inrichting waar gevaarlijke stoffen in hoeveelheden gelijk aan of groter dan de hoeveelheden, genoemd in de kolom 3 van deel 1 of kolom 3 van deel 2 van bijlage I bij de richtlijn, aanwezig zijn of mogen zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, bedoeld in aantekening 4 bij bijlage I bij de richtlijn; Nieuwe inrichting: a) inrichting die in bedrijf wordt gesteld of wordt gebouwd op of na de dag van inwerkingtreding van dit besluit; b) inrichting waarop op 31 mei 2015 het Besluit risico s zware ongevallen 1999 niet van toepassing was en waarop dit besluit op of na de dag van inwerkingtreding van dit besluit van toepassing is door wijzigingen van installaties of activiteiten die leiden tot een wijziging van de lijst van de gevaarlijke stoffen; of c) lagedrempelinrichting die op of na de dag van inwerkingtreding van dit besluit een hogedrempelinrichting wordt of omgekeerd, door wijzigingen van installaties of activiteiten die leiden tot een wijziging van de lijst van de gevaarlijke stoffen; Andere inrichting: d) inrichting waarop op 31 mei 2015 het Besluit risico s zware ongevallen 1999 niet van toepassing was en waarop dit besluit op of na de dag van inwerkingtreding van dit besluit van toepassing is; of e) lagedrempelinrichting die op of na de dag van inwerkingtreding van dit besluit een hogedrempelinrichting wordt of omgekeerd, Lagedrempelinrichting: inrichting waar gevaarlijke stoffen aanwezig zijn of mogen zijn in hoeveelheden gelijk aan of groter dan de hoeveelheden, genoemd in kolom 2 van deel 1 of kolom 2 van deel 2 van bijlage I bij de richtlijn, die evenwel niet gelijk zijn aan of niet groter zijn dan de hoeveelheden, genoemd in kolom 3 van deel 1 of in kolom 3 van deel 2 van bijlage I bij de richtlijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, bedoeld in aantekening 4 bij bijlage I bij de richtlijn; Artikel 1 lid 1 uit Besluit Risico s Zware Ongevallen 2015 RBP IGS Generiek deel Pagina 5 van 15

24 2.2 Doelstelling van het plan De doelstelling voor dit rampbestrijdingsplan is als volgt geformuleerd: o Het vastleggen van een generieke werkwijze bij de bestrijding van incidenten bij hoog-risico objecten zoals eerder in dit document beschreven; o Vastleggen van en inzicht geven in de specifieke omstandigheden en repressieve afspraken voor inrichtingen met gevaarlijke stoffen met risico s voor de omgeving; o Voorkomen en/of beperken van schade en slachtoffers door adequate waarschuwing van de omgeving, adequate en veilige inzet van betrokken diensten en het bevorderen van (zelf)redzaamheid door het vooraf bieden van handelingsperspectief aan burgers. Daarbij ligt de nadruk van het rampbestrijdingsplan (RBP) in het opzetten en periodiek actueel houden van een werkbaar document voor de betrokken diensten. Het RBP beschrijft alleen die zaken die aanvullend zijn op bestaande afspraken, werkwijzen en procedures, en haakt zoveel mogelijk aan op het dagelijks (standaard)optreden van de diverse betrokken diensten en disciplines. 2.3 Verhouding met andere planvorming Het Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen (RBP IGS) hangt nauw samen met het MCP IBGS (Multidisciplinair Coördinatieplan Incidentbestrijding Gevaarlijke Stoffen) ten aanzien van de eerste startmal en de afbakening van hot-, warm- en coldzone. De voorschriften die in de MCP IBGS zijn genoemd met betrekking tot het benaderen, verkennen, afzetten etc. blijven onverkort van kracht. In de bedrijfsspecifieke inzetkaarten van het RBP IGS staan slechts de specifieke maatregelen van de inrichting omschreven, en de specifieke gevaren van de maatgevende opgeslagen stof. Daarnaast wordt verwezen naar het Regionaal Crisisplan ten aanzien van de processen opschaling, leiding & coördinatie en bevoegdheden & verantwoordelijkheden. 2.4 Totstandkoming, beheer, vaststelling en ter inzage legging Het Besluit veiligheidsregio s geeft aan dat uiterlijk een jaar na het tijdstip waarop het bestuur van de veiligheidsregio de delen van het veiligheidsrapport waarvan een aanvraag om omgevingsvergunning vergezeld gaat heeft ontvangen, een rampbestrijdingsplan of wijzigingen daarvan dient te worden vastgesteld. o Het generiek deel van dit rampbestrijdingsplan wordt - conform afdeling 3:4 van de Algemene Wet Bestuursrecht - vastgesteld door het Algemeen Bestuur van de veiligheidsregio Limburg-Noord, tenzij het Algemeen Bestuur hier anders over besluit. o De Veiligheidsdirectie Limburg-Noord is gemandateerd (wijzigingen in) de bijlagen van het generieke deel, de bedrijfsspecifieke inzetkaarten, vast te stellen. o Tevens is de Veiligheidsdirectie Limburg-Noord gemandateerd om tussentijds kleine aanvullingen en/of wijzigingen in het generieke deel vast te stellen. Op deze wijze wordt een snelle operationele invoering van mutaties en nieuwe bedrijfsspecifieke inzetkaarten geborgd. RBP IGS Generiek deel Pagina 6 van 15

25 Het Rampbestrijdingsplan wordt ter inzage gelegd in de betreffende gemeente of, indien bij een calamiteit een andere gemeente betrokken kan raken, gemeenten. Ten aanzien van de vaststelling en de ter inzagelegging van dit rampbestrijdingsplan is afdeling 3:4 van de Algemene wet Bestuursrecht van toepassing. 2.5 Oefenverplichting en beheer Per 1 december 2017 is het Besluit veiligheidsregio s aangepast. Hiermee is de wettelijke driejaarlijkse oefenverplichting voor de veiligheidsregio ten aanzien van de aan de rampbestrijdingsplan onderhevige objecten komen te vervallen. Artikel van het aangepaste Besluit verplicht veiligheidsregio s dat het bestuur van de veiligheidsregio zorg draagt dat met passende tussenpozen doch ten minste éénmaal per drie jaar het rampbestrijdingsplan opnieuw wordt bezien, beproefd en zo nodig bijgewerkt. Bij de herziening wordt rekening gehouden met veranderingen die zich in de betrokken inrichtingen en bij de betrokken veiligheidsregio hebben voorgedaan, met nieuwe technische kennis en met inzichten omtrent de bij rampen te nemen maatregelen. Het beheer van dit rampbestrijdingsplan (zowel het generiek deel als de bedrijfsspecifieke inzetkaarten) ligt in handen van Operationele Voorbereiding multidisciplinaire Crisisbeheersing. 2.6 Publicatie en verspreiding van dit plan Na vaststelling wordt dit RBP digitaal gepubliceerd op Veiligheidsnet, toegevoegd aan de hard-copy klappers van het CoPI en ROT én vindt distributie plaats conform de verzendlijst in bijlage 3. Voor de implementatie van dit RBP is een apart implementatietraject uitgewerkt. RBP IGS Generiek deel Pagina 7 van 15

26 3. Randvoorwaardelijke processen Om de organisatie van de incidentbestrijding bij een ongeval bij een RBP-inrichting zo goed mogelijk in te richten en op te bouwen zijn de volgende randvoorwaardelijke processen van groot belang. Gezamenlijk vormen deze processen de basisvereisten van het crisismanagement. Onderstaande procesafspraken zijn algemeen van aard en gelden bij iedere inrichting cq. elk scenario. 3.1 Opstart Het RBP treedt in werking wanneer bij één van de inrichtingen behorende bij dit RBP sprake is van een incident waar een van de maatgevende scenario s op van toepassing is, bij twijfel of dreiging hiervan, of wanneer de situatie hier in grote mate op lijkt en het RBP als leidraad gebruikt kan worden. In geval andere/kleinschalige incidenten, zal in eerste instantie gehandeld worden conform standaardprocedures (Brand, IBGS, Hulpverlening). Eventuele opschaling geschiedt vervolgens door de GMK of door functionarissen uit de hoofdstructuur. Elke functionaris uit de hoofdstructuur van de rampenbestrijding is bevoegd om het RBP IGS op te starten. De eerste inschatting zal echter bij de centralist van de Meldkamer Limburg liggen. 3.2 Operationele leiding en coördinatie Operationele leiding in dit rampbestrijdingsplan wordt regulier ingevuld op basis van de GRIPstructuur zoals beschreven in het Regionaal Crisisplan. 3.3 Alarmering en opschaling Per inrichting behorende bij dit RBP is een Gemeenschappelijk Meldkamerblad (GMK-blad) ontwikkeld, welke voorziet in specifieke meldkamerinstructies ten aanzien van (o.a.) de maatgevende rampscenario s, alarmering van eenheden en informering van de bevolking. Indien het RBP in werking is getreden zal direct GRIP 2 afgekondigd worden en zullen hulpdiensten gealarmeerd worden conform inzetvoorstel in bijlage Crisiscommunicatie Op de bedrijfsspecifieke inzetkaarten staan acties voor de discipline crisiscommunicatie beschreven. Daarnaast wordt de bevolking bij het selecteren van één van de maatgevende scenario s meteen handelingsperspectief geboden middels een NL-Alert (reeds voorbereid bericht voorhanden binnen Meldkamer Limburg) en het activeren van de WAS-palen. De centralist is bij in werking treden van het RBP bevoegd deze acties zelfstandig uit te voeren. Tegen de achtergrond van zelfredzaamheid wordt de bevolking die direct bedreigd kan worden door incidenten bij de aan dit plan onderhevige inrichtingen in overleg met de Ambtenaar Openbare orde en Veiligheid van de betreffende gemeente op voorhand geïnformeerd over de risico s. RBP IGS Generiek deel Pagina 8 van 15

27 4. Bedrijfsspecifieke Inzetkaart Per inrichting onderhevig aan dit RBP wordt een multidisciplinaire bedrijfsspecifieke inzetkaart ontwikkeld. De bedrijfsspecifieke inzetkaart voorziet in specifieke informatie en repressieve afspraken ten aanzien van de betreffende inrichting, zodat een adequate inzet van de hulpdiensten bij een mogelijk grootschalig incident gerealiseerd kan worden. De bedrijfsspecifieke inzetkaarten zijn opgebouwd uit een aantal vaste thema s die (indien noodzakelijk) per inrichting specifiek worden ingevuld (zie paragrafen hieronder). Deze thema s vormen de basis voor de uiteindelijke monodisciplinaire operationele doorvertaling in handboeken en instructies. De keuze voor het al dan niet in werking laten treden van het RBP wordt gemaakt op basis van de beschreven maatgevende rampscenario s en de te verwachten effecten. Elke functionaris uit de hoofdstructuur kan op basis van de beschreven indicatoren de afweging maken het RBP al dan niet op te starten. De eerste inschatting zal echter bij de centralist van de Meldkamer Limburg liggen. 4.1 Objectgegevens Hier volgt een overzicht van de algemene bedrijfsgegeven zoals adres, coördinaten, soort inrichting, neveningangen, bereikbaarheidsgegevens bij calamiteiten en aantal aanwezige personen. 4.2 Bedrijfsnoodplan inrichting Hierin volgt een beschrijving van de aanwezige BHV-organisatie en de (brand-)preventieve voorzieningen en maatregelen die getroffen zijn ter beperking van mogelijke effecten in de inrichting en/of bouwwerk(en). 4.3 Maatgevende rampscenario s Op basis van de door het bedrijf zelf opgestelde Veiligheidsrapportage volgt hier een uiteenzetting van de maatgevende rampscenario s die op de betreffende inrichting van toepassing zijn. Het maatgevend rampscenario betreft niet het meest waarschijnlijke scenario, maar een mogelijk denkbaar scenario dat zich voor kan doen op de betreffende inrichting en - indien het zich voor zou doen - resulteert in de grootst mogelijke effecten (worst case scenario). Zie hoofdstuk 5 voor een toelichting op de maatgevende rampscenario s die in dit RBP worden gehanteerd. 4.4 Alarmering en opschaling Per maatgevend rampscenario dat op de betreffende inrichting van toepassing is wordt hier ingegaan op de multidisciplinaire opschaling en de kolom-specifieke alarmering van eenheden (zie bijlage 1 voor een overzicht van de inzetvoorstellen per maatgevend rampscenario). Op de meldkamer zijn deze inzetvoorstellen ingevoerd in GMS. Wanneer het RBP door de centralist wordt opgestart zullen de beschreven eenheden automatisch worden gealarmeerd. RBP IGS Generiek deel Pagina 9 van 15

28 4.5 Kwetsbare objecten omgeving De top 10 van de meest kwetsbare objecten in de omgeving wordt hierin weergegeven. De lijst is geen volledige weergave van alle kwetsbare objecten. De gehanteerde criteria voor het in kaart brengen van de kwetsbare objecten zijn de afstand tot de inrichting, de risicocontouren van de maatgevende rampscenario s en de aanwezigheid van (grote groepen) verminderd zelfredzamen. De keuze voor de opgenomen kwetsbare objecten is gebaseerd op het eerste uur van het incident. Tot het moment dat het Regionaal Operatoneel Team (ROT) actief is, is het Commando Plaats Incident (CoPI) ook verantwoordelijk voor het effectgebied. De weergegeven kwetsbare objecten geven een eerste beeld van mogelijke risico-objecten in het effectgebied. 4.6 Crisiscommunicatie Hier staan enkele aandachtspunten rondom crisiscommunicatie beschreven. Zo is de centralist bij in werking treden van het RBP bevoegd zelfstandig NL-Alert te versturen (boodschappen zijn reeds voorbereid) en de WAS-palen te activeren. 4.7 Overige aandachtspunten De meest belangrijke overige relevante (specifieke) aandachtspunten worden hieronder opgenomen, alsmede de verantwoordelijke discipline(s). 4.8 Kaartmateriaal achterzijde Op de achterzijde van de bedrijfsspecifieke inzetkaart is een tweetal kaarten opgenomen: o Een luchtfoto van de inrichting ter oriëntatie op het terrein met daarop: de hoofd- en neveningangen van het terrein; de locaties van de maatgevende stof(fen); eventuele andere relevante informatie. o Een topografische kaart van de omgeving met daarop: de eerste startzone van 2.5km overeenkomstig met de procedure IBGS; de uitgangsstellingen; de WAS-sirenes met het theoretische bereik ervan; de meest kwetsbare objecten in de omgeving; internationale en interregionale grenzen. 4.9 Gemeenschappelijk Meldkamerblad Tot slot is voor elke bedrijfsspecifieke inzetkaart een Gemeenschappelijk Meldkamerblad (GMK-blad) ontwikkeld, welke voorziet in specifieke meldkamerinstructies ten aanzien van (o.a.) de maatgevende rampscenario s, alarmering van eenheden, opschaling en het informeren van de bevolking. RBP IGS Generiek deel Pagina 10 van 15

29 5. Maatgevende rampscenario s Een hogedrempelinrichting is een inrichting waarin een hoeveelheid gevaarlijke stoffen aanwezig is die volgens de SEVESO-III richtlijn boven een bepaalde grenswaarde uitkomt. De exploitant van de hogedrempelinrichting wordt door het Besluit Risico s Zware Ongevallen 2015 verplicht een veiligheidsrapportage op te stellen waarin onder meer de maatgevende rampscenario s worden uitgewerkt. Een maatgevend rampscenario is een beschrijving van een incident dat zich mogelijkerwijs voor kan doen bij de desbetreffende inrichting. Het maatgevende rampscenario (of scenario s) betreft een mogelijk denkbaar scenario dat zich voor kan bij de desbetreffende inrichting, en indien het zich voor zou doen resulteert in de grootst mogelijke effecten (worst case scenario). Het maatscenario moet dan ook niet worden begrepen als de meest waarschijnlijke ramp die zich op de verschillende BRZO-inrichtingen zal kunnen voordoen. In het maatgevende rampscenario wordt duidelijk gemaakt wat een specifieke crisis betekent voor de uit te voeren activiteiten van de betrokken organisaties, tijd-tempofactoren en wat het vraagt aan capaciteit. De maatgevende scenario s hebben vooral betrekking op de grootschalige effecten die kunnen optreden, en die invloed hebben op de omgeving en de bevolking. Bij het beschrijven van de maatgevende rampscenario s op de bedrijfsspecifieke inzetkaart maakt de veiligheidsregio Limburg-Noord gebruik van de door de inrichting zelf opgestelde veiligheidsrapportage. Ondanks het feit dat elke risicovolle inrichting verschillende bedrijfsprocessen en risico s kent, zijn de te voorspellen scenario s op hoofdlijnen generaliseerbaar. Voor dit plan wordt onderscheid gemaakt in een achttal generieke scenario s. De tabel hieronder voorziet in een uiteenzetting en beschrijving van de generieke maatgevende rampscenario s die in dit RBP worden onderscheiden. Op basis van de keuze van het scenario en de te verwachten effecten worden de diensten gealarmeerd conform het inzetvoorstel uit bijlage 1. Ook bij een dreiging van een van onderstaande scenario s wordt opgeschaald conform het inzetvoorstel. RBP IGS Generiek deel Pagina 11 van 15

30 Categorie Scenario Effecten A (Dreiging op) Brand A1 Loodsbrand Er ontstaat brand in een loods/gebouw waarin gevaarlijke stoffen worden opgeslagen (PGS 15 plichtig (> kg)). Afhankelijk van de opgeslagen stof treden schadelijke effecten op. B C D (Dreiging op) Explosie (Dreiging op) Toxisch (Dreiging op) Milieu A2 Fakkelbrand Door een breuk in een (aardgas)leiding/ketelwagon/tankwagen ontstaat een lek. Hierdoor stroomt brandbare vloeistof of gas uit de opening en ontbrandt. A3 Plasbrand / tankbrand Als gevolg van een scheur/gat in een tank, stroomt de (gehele) (tank)inhoud leeg en verspreidt zich over de grond en ontbrandt B1 BLEVE Warme BLEVE, stijging temperatuur en druk t.g.v. externe opwarming. Bij een koude BLEVE ontbreekt externe opwarming. De kracht van een warme BLEVE is groter dan bij een koude BLEVE. Koude BLEVE, Overvulling of mechanische schade van omhulsel dan wel vulling van omhulsel met een stof met te hoge dampspanning. B2 Gaswolkexplosie Door een breuk in een (aardgas)leiding/ketelwagon/tankwagen ontstaat een lek. Hierdoor stroomt een gas uit de opening. Er wordt een wolk gevormd die zich over de grond verspreidt en eenvoudig kan ontsteken. B3 Explosie (vaste stof / vuurwerk) C1 Toxische wolk / Dispersie D1 Verontreiniging milieu Door een ontledings- of verbrandingsreactie van een ontplofbare vaste stof ontstaan gasvormige producten die een zeer groot volume innemen, leidend tot een explosie. Door een breuk in een (aardgas)leiding/ketelwagon/tankwagen ontstaat een lek. Hierdoor stroomt een giftige stof uit de opening. Dit kan een vloeistof, gas of aerosol zijn. Door de hoge dampspanning van de stof ontstaat er een giftige wolk die zich snel met de wind mee verspreidt. Door een breuk of lek in een tank cq. leiding ontstaat een ongewenste uitstroom. Maatregelen ter voorkoming van vervolgschade of het opvangen van deze stof falen en/of zijn niet aanwezig. Door het vrijkomen van de brandbare vloeistof of gas kan door ontsteking een fakkel ontstaan die blijft branden tot de tank of leiding leeg is. Hierdoor treedt hittestraling op. Een plasbrand is de verbranding van dampen uit een vloeistofplas. Deze brand leidt tot hittestraling. De stof komt vrij en ontsteekt direct. Er ontstaat een vuurbal en een drukgolf. De effecten van zowel een koude als een warme BLEVE zijn hittestraling, overdruk en scherfwerking. Het effect van een wolkbrand is een kortdurende vlammenzee. Wanneer de brandbare wolk ingesloten is en ontstoken wordt kan naast brand ook een drukeffect ontstaan: een gaswolkexplosie. Bij een explosie komt in zeer korte tijd (veel) energie vrij in de vorm van een snelle drukverhoging. Gewoonlijk gaat dit gepaard met het ontstaan van hoge temperaturen, drukken en het (mogelijk) vrijkomen van gassen. Een explosie veroorzaakt schokgolven in het medium waarin het optreedt. Het effect van een toxische wolk/dispersie is het toxisch blootstellings gevaar. De omvang van de giftige wolk is afhankelijk van de inrichting van de omgeving, de mate van uitstroom en de weersomstandigheden. Door het onverwacht vrijkomen van gevaarlijke stoffen kan bodem- of oppervlaktewater verontreiniging ontstaan. In sommige gevallen kan dit leiden tot een crisissituatie. ( Kleinere bodem- of oppervlaktewater verontreiniging wordt normaliter afgehandeld door de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD), Rijkswaterstaat of het Waterschap). RBP IGS Generiek deel Pagina 12 van 15

31 Bijlage 1 Inzetvoorstel op basis van keuze scenario en effect 1 A Brand A1 Loodsbrand B Explosie B1 BLEVE A2 A3 B2 B3 C1 D1 Fakkelbrand Plasbrand/ Gaswolkexplosie Explosie (vaste stof/ Toxische wolk / Verontreiniging tankbrand vuurwerk) dispersie milieu Object Multidisciplinair Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Grip 2 +/+ CoPI Middel OGS Brandweer Grote brand + WTH/DPH + SBT/SBH GHOR MPO + 4 meetploegen starten GAGS 1 ambulance Grote brand + WTH/DPH + SBT/SBH MPO + 4 meetploegen starten GAGS 1 ambulance Grote brand + WTH/DPH + SBH MPO + 4 meetploegen starten GAGS 1 ambulance Grote brand + WTH/DPH + SBT/SBH MPO + 4 meetploegen starten GAGS Code 10 Grote brand + WTH/DPH + SBT/SBH MPO + 4 meetploegen starten GAGS Code 10 Grote brand + WTH/DPH + SBT/SBH MPO + 4 meetploegen starten GAGS Code 10 C Toxisch Groot OGS + SBT/SBH MPO + 4 meetploegen starten GAGS 3 ambulances D Milieu MPO + 2 meetploegen starten GAGS 1 ambulance Politie 3 NHE 3 NHE 3 NHE 3 NHE 3 NHE 3 NHE 3 NHE 3 NHE Bevolkingszorg Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Crisiscommunicatie Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 Standaardalarmering Grip 2 1 Inzetvoorstellen politie en GHOR zijn voor eerste proces. Verdere opschaling volgt op basis van verloop scenario. RBP IGS Generiek deel Pagina 13 van 15

32 A1 Loodsbrand A2 Fakkelbrand A3 Plasbrand/ tankbrand B1 BLEVE B2 Gaswolkexplo sie B3 Explosie (vaste stof/ vuurwerk) C1 Toxische wolk / dispersie D1 Verontreinigi ng milieu Bijlage 2 Overzicht Hogedrempelinrichtingen veiligheidsregio Limburg-Noord Hogedrempelinrichtingen (wettelijke verplichting opstellen RBP) A Brand B Explosief C Toxisch D Milieu Object Adres, postcode Plaats Akzo Nobel Lispinweg 6, 6075 CE Herkenbosch X X Solvay Chemie B.V. Schepersweg 1, 6049 CV Herten X LCS Swalmen Bosstraat 107, 6071 PX Swalmen X X VARO Energy Schipperswal 31, 6041 TC Roermond X X NV Rotterdam-Rijn Manageweg 9, 5916 NB Venlo X X Pijpleid. Maatschappij Vitesse Logistics B.V. Columbusweg 24, 5928 Venlo X part of GEODIS LC Bredox B.V. Wetering 19, 6002 SM Weert X Trespa International B.V. Wetering 20, 6002 SM Weert (X) X X Geen hogedrempelinrichting, wel RBP (geen wettelijke verplichting opstellen RBP) Spoorwegemplacement Stationsplein 1, 5913AA Venlo X X X RBP IGS Generiek deel Pagina 14 van 15

33 Bijlage 3 Verzendlijst RBP IGS Publicatie Rampbestrijdingsplan IGS Digitaal Papier Veiligheidsnet / LCMS 1 x Regionaal Coördinatie Centrum 2 x Regionale Beleidsruimte 1 x CoPI Noord 1 x CoPI Midden 1 x Gemeenschappelijke Meldkamer 1 x 3 x Openbaar Ministerie 1 x Provincie Limburg 1 x Provincie Limburg (België) 1 x Defensie 1 x Kreis Heinsberg (Duitsland) 1 x Kreis Kleve (Duitsland) 1 x Kreis Viersen ( Duitsland) 1 x Veiligheidsregio Zuid-Limburg 1 x Veiligheidsregio Brabant Zuidoost 1 x Veiligheidsregio Brabant Noord 1 x Veiligheidsregio Gelderland Zuid 1 x Brandweer Limburg-Noord 1 x Politie Limburg 1 x GHOR Limburg-Noord 1 x GGD Limburg-Noord 1 x Waterschap Limburg 1 x Rijkswaterstaat dienst Limburg 1 x Waterleiding Maatschappij Limburg 1 x Gemeente Mook & Middelaar 1 x Gemeente Gennep 1 x Gemeente Bergen 1 x Gemeente Venray 1 x Gemeente Horst aan de Maas 1 x Gemeente Venlo 1 x Gemeente Peel en Maas 1 x Gemeente Beesel 1 x Gemeente Nederweert 1 x Gemeente Leudal 1 x Gemeente Roermond 1 x Gemeente Weert 1 x Gemeente Maasgouw 1 x Gemeente Roerdalen 1 x Gemeente Echt-Susteren 1 x Akzo Nobel 1 x Solvay Chemie B.V. 1 x LCS Swalmen 1 x VARO Energy 1 x NV Rotterdam-Rijn Pijpleid. Maatschappij 1 x Vitesse Logistics B.V. part of GEODIS 1 x Bredox B.V. 1 x Trespa International B.V. 1 x Spoorwegemplacement / ProRail 1 x RBP IGS Generiek deel Pagina 15 van 15

34 B.2 Registratie van onze opkomsttijden 1 Deknotitie registratie opkomsttijden.docx Vergadering van : Algemeen Bestuur - reguliere vergadering Vergaderdatum : 6 juli 2018 Agendapunt : B2 Auteur : Incidentbestrijding, Lesley Albers Onderwerp : Registratie van onze opkomsttijden Bijlagen : 0 Aanleiding en korte samenvatting Op 23 mei 2018 is het rapport van de Inspectie Justitie en Veiligheid uitgekomen n.a.v. het landelijk onderzoek naar de inrichting van de brandweerorganisaties. De Veiligheidsregio Limburg-Noord is in het eerste kwartaal van 2017 onderzocht. De inspectie benoemt in haar rapport over onze regio enkele aandachtspunten ten aanzien van onze systematiek van rapporteren en registeren van de uitruk- en opkomsttijden. Wij adviseren u in het onderhavige voorstel om de huidige systematiek van rapporteren te handhaven totdat sprake is van nieuwe wettelijk verankerde opkomstnormen, de zgn. gebiedsgerichte opkomsttijden. Beslispunten 1. Instemmen met het continueren van de huidige systematiek van rapporteren en registreren van de opkomsttijden, totdat wettelijk de gebiedsgerichte opkomsttijden van kracht zijn. Onderbouwing voorstel Onderzoek Inspectie Justitie en Veiligheid Het onderzoek van de Inspectie Justitie en Veiligheid besteedt aandacht aan de opkomsttijden van de brandweer en de samenstelling van de basisbrandweereenheden. Samengevat geeft de inspectie aan dat de beleidsstukken, die we de afgelopen jaren hebben opgesteld (zoals het Dekkingsplan 2.0, het Brandweerorganisatieplan, de Visie op vrijwilligers en de Visie op repressie) een stevig fundament hebben gelegd. Voor wat betreft de opkomsttijden hebben we volgens de inspectie voldoende inzicht. De afspraken die zijn gemaakt over de samenstelling van de basisbrandweereenheden - bijvoorbeeld wanneer rukt de brandweer uit met een tankautospuit (TS) met 6 personen en wanneer met een snel interventievoertuig (SIV) - zijn duidelijk en goed geborgd, aldus de inspectie. De inspectie geeft ook aandachtspunten mee in haar rapport. Zo geeft de inspectie aan dat wij onze opkomsttijden anders zouden moeten registreren. De inspectie is van mening dat niet alleen de aankomst van het eerste voertuig moet worden geregistreerd, maar de aankomst van een volledige eenheid (6 personen). 1

35 Rapporteren opkomsttijden In de huidige situatie hanteren we als opkomsttijd de tijd totdat het eerste brandweervoertuig ter plaatse is. Dit kan een snel interventievoertuig zijn (SIV-2) of een tankautospuit (TS-4 of TS-6) zijn. De inspectie geeft aan dat we pas bij het ter plaatse zijn van een complete TS-6, aldus een bezetting van 6 personen (mag ook bestaan uit een combinatie van meerdere voertuigen zoals SIV- 2 plus een TS-4), de opkomsttijd mogen registreren. Wij willen vasthouden aan de huidige situatie om navolgende redenen: De Minister van Justitie en Veiligheid heeft in zijn brief aan de tweede kamer (29 517, nr. 142) aangegeven over te willen gaan tot het wettelijk vastleggen van gebiedsgerichte opkomsttijden in het Besluit veiligheidsregio s (Bvr). Eind van dit jaar komt er naar verwachting een uitgewerkt voorstel vanuit het veiligheidsberaad, waarna de minister (bij een gedragen bestuurlijk en operationeel voorstel) overgaat tot implementatie in het Bvr. Nu overgaan naar een andere manier van registreren zal het volgende met zich meenemen: o andere manier van registeren neemt veel extra werk en kosten met zich mee terwijl over 1 à 2 jaar wederom de manier van registeren moet worden aangepast; o prestaties zijn veel lastiger vergelijkbaar met voorgaande jaren; o in een periode van 3 à 4 jaar drie verschillende methoden van registreren gebruiken leidt tot veel onduidelijkheid in materie die toch al complex is; o opkomsttijden geven een indicatie van de brandweerprestatie, maar er zijn veel meer factoren die het kwaliteitsniveau van brandweerzorg bepalen. Ook een SIV kan bij een incidentlocatie aan de slag gaan, in meer of mindere mate. Inhoudelijk zien we dat een SIV feitelijk in diverse gevallen al een serieuze klap uitdeelt bij incidenten. Soms zelfs zodanig dat de komst van de tankautospuit (TS) er feitelijk niet meer toe doet. Zowel op de TS als op een SIV zit bovendien een bevelvoerder en deze start met zijn verkenning zodra hij/zij ter plaatse is. Wij vinden het als regio dan ook niet correct om de opkomsttijd pas te registreren op het moment dat een complete TS-6 ter plaatse is. Advies / voorstel Gezien bovenstaande adviseren wij om vast te stellen dat wij de huidige systematiek van registreren en rapporteren handhaven totdat de gebiedsgerichte opkomsttijden zijn vastgelegd in het Bvr. Kanttekeningen - Personele consequenties Niet van toepassing. Financiële consequenties Niet van toepassing. Communicatie Communicatie van dit besluit via de lijn naar betrokken functionarissen. Procedure Vanaf het moment dat gebiedsgerichte opkomsttijden wettelijk zijn vastgesteld onze registratie hierop aanpassen. 2

36 Bijlagen Geen. Besluit Akkoord met voorstel Akkoord met voorstel met aantekening Niet akkoord met voorstel met aantekening Paraaf ambtelijk secretaris: Toelichting: 3

37 C.2 Vaststelling Jaarverantwoording 2017 en presentatie E-magazine jaarverslag 1 Deknotitie jaarverantwoording AB.docx Vergadering van : Algemeen Bestuur - reguliere vergadering Vergaderdatum : 6 juli 2018 Agendapunt : C2 Auteur : Claudia Knapen Onderwerp : Jaarverantwoording 2017 Bijlagen : 2 Aanleiding en korte samenvatting In de Jaarverantwoording 2017 wordt verantwoording afgelegd over het begrotingsjaar De realisatie 2017 wordt vergeleken met de door het bestuur vastgestelde begroting De Jaarverantwoording bestaat uit de inhoudelijke (jaarverslag) en de financiële (jaarrekening) verantwoording. De jaarverantwoording 2017 sluit, na mutaties reserves, met een positief resultaat van Het voorstel is om dit positief saldo toe te voegen aan de algemene reserve. Het Algemeen Bestuur heeft op 7 juli 2017 besloten de gemeentelijke bijdrage ingaande 2018 gedurende 4 jaar op te hogen met per jaar (gemiddeld 0,30 per inwoner per jaar) ten behoeve van het op peil brengen van de algemene reserve. Eventuele positieve resultaten die in deze periode worden behaald, worden in mindering gebracht op de bijdrage van het daaropvolgende jaar. Vooruitlopend op besluitvorming over toevoeging van het positief resultaat 2017 aan de algemene reserve is in de begroting 2019 rekening gehouden met deze storting en is de extra bijdrage komen te vervallen. In verband met de onderbesteding van de tolkenkosten in de toegekende middelen voor de zorg aan statushouders heeft inmiddels een voorlopige terugbetaling plaatsgevonden aan de gemeenten ten bedrage van De jaarverantwoording is ter advisering voorgelegd aan de Bestuurscommissie GGD en de Bestuurscommissie Veiligheid. Vervolgens heeft het Dagelijks Bestuur de ontwerp jaarverantwoording 2017 op 13 april 2018 vastgesteld en is deze in het kader van de bezwarenprocedure naar de gemeenteraden gezonden. Op moment van schrijven waren er geen bezwaren ontvangen. De accountantscontrole heeft plaatsgevonden en de accountant heeft een goedkeurende verklaring afgegeven. Deze is integraal opgenomen in de jaarverantwoording. Het accountantsverslag is als bijlage bij dit voorstel toegevoegd. Beslispunten 1. In te stemmen met de Jaarverantwoording Het positief resultaat 2017 van toe te voegen aan in de algemene reserve. 1

38 Communicatie Naast de Jaarverantwoording 2017 wordt er een digitaal publieksjaarverslag gemaakt. Beide documenten worden op de website van de VRLN gepubliceerd. Bijlagen 1. Jaarverantwoording Accountantsverslag Besluit Akkoord met voorstel Akkoord met voorstel met aantekening Niet akkoord met voorstel met aantekening Paraaf ambtelijk secretaris: Toelichting: Aldus besloten in de openbare vergadering van 6 juli 2018, de secretaris, de voorzitter, 2

39 1 Jaarverantwoording 2017.pdf Jaarverantwoording 2017 Versie: 13 april 2018 Status: Vastgesteld door het Dagelijks Bestuur

40 Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

41 Voorwoord Met gepaste trots bied ik u deze jaarverantwoording 2017 aan is in veel opzichten een jaar van verandering geweest. De wisseling van directie, de verdere inkleuring van de organisatie en de doorontwkkeling van de GGD hebben in belangrijke mate de agenda voor 2017 bepaald. Een jaar waarin de informatiegestuurde VRLN verder vorm heeft gekregen en waarin diverse innovatietrajecten zijn gestart en afgerond. Een jaar waarin de bedrijfsvoering verder is geprofessionaliseerd en waarin de verbinding met de omgeving en onze stakeholders is versterkt. Een jaar waarin de instroom van asielzoekers in onze regio zich heeft voortgezet en dienstverlening aan onze burgers onverminderd heeft plaatsgevonden. In dit document vindt u de verantwoording van onze prestaties en de inzet van de middelen zoals deze ons ter beschikking zijn gesteld. De vorm en inhoud van het document, zoals dit zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld, is voortgezet en verbeterd. Naast deze op grond van diverse regelgeving verplichte vormgeving is het afgelopen jaar gewerkt aan een meer voor het publiek toegankelijk en visueel ingestelde verantwoording. Ook dit jaar zal langs deze weg gedigitaliseerd een verantwoording worden opgesteld. Ik wens u wederom veel leesplezier toe. Jac J. Rooijmans Algemeen Directeur Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

42 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Deel A Algemeen Algemeen Inleiding Missie en strategie Doelstellingen Financieel resultaat Deel B Jaarverslag Programmaverantwoording Programma Gezondheid Programma Centraal Meld- en Actiepunt Programma Veiligheid: Risicobeheersing Programma Veiligheid: Basisbrandweerzorg Programma Veiligheid: Crisisbeheersing Overhead Paragrafen Weerstandsvermogen en risicobeheersing Bedrijfsvoering Kapitaalgoederen Financiering Deel C Jaarrekening Balans per 31 december Het overzicht van baten en lasten Toelichtingen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op het overzicht van baten en lasten Sisa-bijlage bij de jaarrekening Controleverklaring Lijst van afkortingen Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

43 Deel A Algemeen 1 Algemeen 1.1 Inleiding De begroting 2017 is op 8 juli 2016 vastgesteld door het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Limburg-Noord. In overleg met vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten was op dat moment al een evaluatie ingezet ten aanzien van de indeling in de programma s en programmaonderdelen. Dit traject heeft geleid tot een nieuwe indeling in programma s die beter aansluit bij de verwachtingen van onze gemeenten. Gelijktijdig is gekeken naar de voorschriften van het BBV voor de toerekening van overhead. Dit had tot gevolg dat de generieke overhead en de afdelingsoverhead is opgenomen in het programma overhead. De verschuivingen zoals hierboven genoemd leidden niet tot een aanpassing van de gemeentelijke bijdrage en zijn daarom als een technische wijziging voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. Dit heeft op 7 juli 2017 ingestemd met begrotingswijziging waarin deze mutaties zijn verwerkt. In dezelfde vergadering heeft het Algemeen Bestuur een kader vastgesteld voor de compensatie van de indexatie van lonen en prijzen in de gemeentelijke bijdrage. Besloten is tot het hanteren van de door het Centraal Plan Bureau (CPB) in maart gepubliceerde index loonvoet sector overheid voor de loonontwikkelingen. Eventuele correctie vindt achteraf plaast op basis van de werkelijk gemaakt kosten. Voor de materiële kosten wordt de index materiële overheidsconsumptie (IMOC) toegepast. Na een zienswijzetraject heeft het Algemeen Bestuur op 22 december 2017 door middel van begrotingswijziging bepaald dat de gemeentelijke bijdrage voor 2017 ook opgehoogd wordt voor het opvangen van de loonontwikkeling (nieuwe cao gemeenten en stijging pensioenpremie) ten bedrage van Naast een aanpassing in de indeling in programma s zijn in overleg met de gemeenten ook de opgenomen prestatie-indicatoren aangescherpt. 1.2 Missie en strategie De ambitie van de VRLN is om in 2025 de gezondste en veiligste regio te zijn. Een veilige en gezonde regio Noord- en Midden-Limburg komt tot stand dankzij een gezamenlijke inspanning van burgers, organisaties, bedrijven en overheden. VRLN heeft een belangrijke en verbindende rol bij het voorkomen en bestrijden van onveiligheid en ongezondheid. Bij het voorkomen ondersteunt VRLN mensen in het maken van veilige en gezonde keuzes, bij Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

44 het bestrijden ervan opereert VRLN slagvaardig en effectief. VRLN voldoet daarbij aan professionele standaarden en bestuurlijke verwachtingen. De meerjarenstrategie van de VRLN kent drie speerpunten: risicogericht: door sturing op risico s en continue omgevingsanalyse kunnen we onze inspanningen beter richten (effectiviteit); vraaggericht: elke vraag gaat eigenlijk over een risico, we helpen de klant het liefst voordat hij een vraag stelt; informatiegestuurd: we maken op een slimme manier informatie levend en versterken hiermee de betrouwbare en deskundige informatiepositie. 1.3 Doelstellingen De burgers in de regio zijn op de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor hun veiligheid en gezondheid. Daarbij staan zij niet alleen. De Veiligheidsregio helpt hen om die verantwoordelijkheid te kunnen nemen. Daarom zijn preventie en preventieve maatregelen erg belangrijk. Inzet daarbij is dat burgers door verantwoord gedrag problemen op het vlak van veiligheid of gezondheid voorkomen of kunnen verminderen. Als vangnet zorgt de Veiligheidsregio voor brandweerzorg, voor coördinatie bij hulpverlening en voor maatregelen en voorzieningen op het vlak van de publieke gezondheid. De taken en verantwoordelijkheden van de Veiligheidsregio vinden hun basis in de Wet veiligheidsregio s en in de Wet publieke gezondheid. De organisatie voert die taken zo optimaal mogelijk uit. 1.4 Financieel resultaat 2017 Het financieel resultaat over 2017 bedraagt na de mutaties reserves voordelig. Tussentijds heeft het resultaat zich ontwikkeld van bij de bestuursrapportage over het eerste half jaar, naar het eindresultaat zoals genoemd. Ontwikkeling financieel resultaat (bedragen in duizenden euro's) Programma's Saldo baten en lasten (voor mutatie reserves) Resultaat (na mutatie reserves) Verw acht resultaat Begroting Mutatie bij Bestuursrapportage Verw acht resultaat Bestuursrapportage Mutatie bij Jaarverantw oording Resultaat Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

45 Het resultaat is opgebouwd uit de programma s Gezondheid, CMA, Veiligheid en Overhead en kan als volgt worden gespecificeerd: Financieel resultaat (bedragen in duizenden euro's) Programma's Saldo baten en lasten (voor mutatie reserves) Resultaat (na mutatie reserves) Gezondheid Centraal Meld- en Actiepunt Veiligheid: Risicobeheersing Veiligheid: Basisbrandw eerzorg Veiligheid: Crisisbeheersing Overhead Totaal Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

46 Deel B Jaarverslag 2 Programmaverantwoording In dit onderdeel staat de inhoudelijke toelichting op de uitvoering en het verloop van de programma s van de VRLN. Per programma wordt een overzicht van de baten en lasten weergegeven. Daarnaast worden verklaringen gegeven voor de (belangrijkste) afwijkingen tussen begroting en realisatie. 2.1 Programma Gezondheid De Wet publieke gezondheid (Wpg) geeft de gemeenten de opdracht om, via een gemeenschappelijke regeling, een gemeentelijke gezondheidsdienst in te stellen en in stand te houden. De gemeenten zijn daarmee eigenaar en opdrachtgever van de GGD. In die rol dienen gemeenten te borgen dat bepaalde deskundigheden bij de GGD beschikbaar zijn. Kernactiviteit van de GGD blijft het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de ruim inwoners in de regio, met name door het tegengaan en vroegtijdig opsporen van ziekten (preventie). Preventie kan de druk op de zorg verminderen. Bovendien vervult de publieke gezondheid een belangrijke rol in de voorbereiding en respons op (dreigende) crisissituaties; denk bijvoorbeeld aan infectieziektebestrijding of het optreden bij incidenten die veel maatschappelijke onrust (kunnen) veroorzaken. Een sterke publieke gezondheid is een krachtig instrument om concreet invulling te geven aan de publieke belangen in onder andere het (grotendeels private) zorgveld. Daarnaast dragen de resultaten in de publieke gezondheid bij aan de verschillende beleidsdomeinen binnen de gemeenten. Denk hierbij aan (arbeids)participatie, wmo, ruimtelijke ordening en sociale veiligheid. Het programma Gezondheid bestaat uit 5 programmaonderdelen: Jeugdgezondheidszorg 0-18; Uitvoerende taken gezondheidsbescherming; Bewaken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis; Toezicht houden; Onderzoek, kennis en advies. Algemene ontwikkelingen in 2017 Statushouders In 2017 is een voorlopig bedrag voor de zorg aan statushouders door de bestuurscommissie GGD bepaald. De periode waarover de vergoeding wordt verleend beslaat de jaren 2016, 2017 en De projectkosten worden als volgt over de genoemde jaren verdeeld: 25% in 2016, in % en in 2018 de resterende 25%. Na afloop van de periode wordt het definitief resultaat bepaald en bestuurlijk voorgelegd. Vanuit het projectbudget wordt het Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

47 aandeel 2016 en 2017 opgenomen in de exploitatie 2017 ter dekking van de additionele inhuur om achterstanden weg te werken of om uitgestelde projecten en taken op te pakken. Voor de inzet van de middelen wordt duidelijk dat de geraamde gelden voor de inzet van tolken niet besteed worden. Gebleken is dat de groep statushouders in onze regio dermate taalvaardig is dat tolken slechts incidenteel ingezet moeten worden. Type dienstverlening Advies Begroot Uitvoeringskosten (bedragen in duizenden euro s) Gemaakte Gemaakte kosten 2016 kosten 2017 Jeugdgezondheidszorg huisbezoek bij eerste contactmoment Gezondheidsbevordering coördinatie en uitvoering Infectieziekte- en tbcbestrijding screeningskosten uitvoerings- en Preventiestructuur uitvoeren in bestaande netwerken Hygiëne-inspecties kosten per inspectie Monitoring, onderzoek, evaluatie uitvoeringskosten Scholing professionals opleidingskosten Subtotaal Inzet professionele tolken 75% van het Inzet bij JGZ 156 contactmoment 2 1 Inzet bij GB tolk bij bijeenkomsten 0 Inzet bij IZB tolk aanwezig bij screening 31 Subtotaal Totale kosten adviesscenario In 2017 is een factuur naar de deelnemende gemeenten gezonden ter dekking van de te maken kosten. De hoogte van het factuurbedrag is gebaseerd op het aantal statushouders conform opgave van het rijk (taakstelling 2016 en 2017) à 350 per statushouder. Het totaal bedrag komt daarmee uit op Doorontwikkeling JGZ Het programma Doorontwikkeling JGZ heeft tot doel om veranderingen te initiëren die tegemoet komen aan de flexibilisering van de JGZ. Deze flexibilisering is ingegeven door de veranderde taak zoals vastgesteld in het basispakket JGZ, waarbij meer aansluiting moet komen bij de jeugdwet, het sociaal domein, passend onderwijs, veranderende behoefte van ouders en ontwikkelingen in de zorg. In 2017 hebben diverse werkgroepen adviezen voor verandering uitgwerkt, zijn er ruim 30 experimenten ontwikkeld en gestart waarin grotere en kleinere veranderingen zijn vormgegeven en is er gewerkt aan attitudeverandering bij professionals. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

48 Wat hebben we gedaan? Jeugdgezondheidszorg 0-18 De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) heeft als taak alle kinderen in beeld te hebben. Daartoe monitoren wij voortdurend de gezondheidstoestand van de kinderen en adviseren wij ouders en beleidsmakers ten aanzien van de bevordering van de gezondheid van alle 0-18 jarigen in onze regio. Dit gebeurt voornamelijk in de contactmomenten. In het kader van de flexibilisering van zorg houden wij minder vast aan de standaardcontactmomenten, zoals die voorheen waren voorgeschreven voor de categorie 0-4 jaar. Hierdoor kunnen we meer aanvullend onderzoek op indicatie verrichten bij kinderen die extra zorg nodig hebben, zogenaamde risicozorg. Bij gesignaleerde problemen of bij risicogroepen beoordeelt de GGD of extra ondersteuning, hulp of zorg nodig is en koppelt daarbij zorgbehoevende en zorgverlener aan elkaar. Hierdoor is de verhouding tussen risicozorg en reguliere zorg gewijzigd. In de categorie van 0- tot 4-jarigen zijn vrijwel alle doelstellingen gehaald conform de planning en de norm. In het postnatale huisbezoek is een kleine negatieve afwijking ten opzichte van de planning te zien. Hier is 88% binnen de tijd uitgevoerd, terwijl 90% is afgesproken. Bij analyse blijkt dit te maken te hebben met een veranderd proces van overdracht kraamzorg-jeugdgezondheidszorg per januari Daarnaast zijn er lokale verschillen in werkwijze geconstateerd. In het tweede deel van 2017 is een verbetering van de tijdigheid zichtbaar, toch wordt de 90% tijdigheid nog niet gehaald. De norm bij de 14-maanden prik wordt op dit moment niet op alle locaties behaald, waardoor de totale score niet de norm haalt. In 2018 wordt de plannings- en uitvoeringsmethodiek van de JGZ onder de loep genomen, dit zal in 2018 tot procesverbeteringen leiden. In de categorie 4 tot 18 jaar was gedurende 2016 enige achterstand opgelopen, doordat vaste capaciteit ook ingezet werd voor de instroom van statushouders. Deze is in het eerste halfjaar van 2017 grotendeels ingehaald door het inzetten van meer personeel. Deze lijn werd doorgetrokken naar het einde van het jaar. Rijksvaccinatieprogramma Steeds meer ouders laten hun kind niet of pas veel later dan de aanbevolen leeftijd vaccineren. Dit is een landelijke tendens die ook in onze regio zichtbaar is. Er leeft met name een negatief sentiment tegen de BMR- en de HPV-vaccinatie, waardoor deze vaccinatie door ouders wordt uitgesteld of afgezegd. Zowel landelijk als regionaal vindt er voorlichting en campagne plaats om ouders het nut en de noodzaak van het vaccineren uit te leggen. De vaccinatiegraad in onze regio is voor alle vaccinaties, hoger dan het landelijk gemiddelde. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

49 Indicatoren Realisatie Tijdigheid Postnatale onderzoeken uitgevoerd binnen de norm (90% binnen 16 dagen) 8 weken onderzoeken uitgevoerd binnen de norm: 90% binnen 42 tot 70 dagen 88% 98% Tijdkritische vaccinaties 6-9 weken: norm: 90% binnen 42 tot 70 dagen 98% 3 maanden: norm 90% binnen 4 weken na de 6-9 weken vaccinatie 94% 4 maanden: norm: 90% binnen 8 weken na de 6-9 weken vaccinatie 97% 11 maanden: norm 90% binnen maanden vaccinatie 95% 14 maanden: norm: 90% tussen maanden 88% Volledigheid Vaccinaties worden aangeboden aan alle kinderen die daarvoor in aanmerking komen conform het Rijksvaccinatieprogramma. Alle kinderen (0-18) zijn in beeld. Kwaliteit Lokale risicozorg preventie: minimaal rapportcijfer 7 voor tevredenheid van onderzoek bij zorgaanvrager. Regionale risicozorg preventie: minimaal rapportcijfer 7 voor tevredenheid van onderzoek bij scholen en samenwerkingspartners. Ja, koppeling met GBA Ja, koppeling met GBA Heeft niet plaatsgevonden Gezonde school: 7,5 Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

50 Indicatoren Realisatie Doorverwijzingen Doorverwijzingen naar audiologisch centrum 170 Doorverwijzingen naar Vroeg- en voorschoolse educatie Doorverwijzingen naar medisch Doorverwijzingen naar paramedisch Doorverwijzingen naar psychosociaal 535 Meldingen o.b.v. meldcode Kindermishandeling Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Infectieziektebestrijding Het aantrekken van de economie draagt ertoe bij dat meer mensen (verre) reizen maken. Wij zien dit terug in het stijgend aantal consulten bij reizigerszorg. Wij voeren voor diverse doelgroepen TBC-screenings uit: asielzoekers, justitiële instellingen (DJI), medewerkers van ziekenhuizen en andere risicogroepen. Ten opzichte van de begroting is het aantal screenings dat wij uitvoeren voor DJI s gedaald, ook het tarief (onderdeel van een landelijke overeenkomst) dat wij ontvangen per foto is gedaald. Indicatoren 95% van de meldingen in het kader van de Wpg zijn binnen de gestelde termijn gedaan 1 (in ,5%) Minimaal 85% van de TBC-behandelingen worden afgerond binnen de daarvoor gestelde termijn 2 (in 2016 behandeling actieve TBC 78%, behandeling latente tuberculose-infectie 85%) TBC-vaccinatiegraad van kinderen (mits zij hiervoor in aanmerking komen) is 85% 3 (in %) Reizigerszorg: Klanttevredenheid haalt een rapportcijfer van minimaal 7, consulten reizigerszorg worden uitgevoerd vaccins worden gegeven aan reizigers consulten SOA en Sense Klanttevredenheid: SOA Realisatie 100% Behaald voor active als latente TBC Cijfers worden medio 2018 bekend 8, SOA en 215 Sense 8,3 1 Opgenomen in Wet publieke gezondheid Artikel 26 Meldingen instellingen 2 Doelstelling WHO 3 Doelstelling WHO Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

51 Technische hygiënezorg In het proces van evenementinspecties heeft een landelijk opgelegde procesaanpassing en nadere samenwerking met de GHOR plaatsgevonden waardoor aanvragen voor evenementinspecties risicogericht worden beoordeeld. Afhankelijk van het risicoprofiel wordt bepaald of de GGD de inspectie uitvoert. Hiermee is het aantal uit te voeren evenementinspecties minder dan bij de begroting was gepland. Indicatoren Klanttevredenheid THZ: rapportcijfer minimaal 8 We verrichten 100% van de evenementeninspecties 4 (in %) 72 adviezen t.a.v. evenementen worden uitgebracht. 100% van de bij ons aangemelde seksinrichtingen zijn geïnspecteerd 5 (in %) 40 inspecties tattoo uitgevoerd 4 inspecties AZC uitgevoerd Realisatie 8,7 100% 21 ivm proceswijziging 100% 46 3 (= max) Medische milieukunde Indicatoren Op basis van onze eigen kwaliteitsnormen wordt op 100% van de vragen met betrekking tot gezondheidsrisico s door milieuverontreiniging een antwoord gegeven (in %) Klanttevredenheid : rapportcijfer van minimaal 8,0 is gehaald 75 adviezen over milieuverontreiniging opgesteld aan organisaties Realisatie 100% Er is geen reactie ontvangen op de KTO s. 82 vragen van gemeenten/instellingen en 141 vragen van burgers 4 Norm: Landelijke handreiking geneeskundige advisering publieksevenementen (2011) 5 Norm: Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche (Wrp) Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

52 Forensische geneeskunde Het aantal lijkschouwingen en forensische onderzoeken stijgt ten opzichte van Dit wordt met name veroorzaakt door een stijging van het aantal euthanasie-gevallen. Ook de gemiddelde duur van de verrichtingen stijgt. Dit betekent een grotere inzet van de forensische artsen. Hierbij maken we ook gebruik van de forensische dienstverlening van andere GGD-regio s. Een uitdaging hierbij is de landelijke schaarste aan forensische artsen. In oktober 2017 heeft de commissie Hoes, belast met het advies over de wenselijkheid van aanbesteden van forensische geneeskunde (arrestantenzorg en forensisch medisch onderzoek), haar advies aangeboden aan de minister. De commissie adviseert de dienstverlening van forensisch medisch onderzoek robuuster en los van medische arrestantenzorg te organiseren. Vanwege de raakvlakken met het werkgebied van lijkschouw zou forensisch medisch onderzoek meer verbonden moeten worden met deze sector. Medische arrestantenzorg kan dan volgens de commissie als aparte discipline georganiseerd worden.tegen dit licht vindt een nadere analyse plaats van lijkschouw en de forensische taken, wat op termijn kan leiden tot een aanpassing van het proces en de lasten. Het rapport van Taskforce lijkschouw en gerechtelijke sectie De dood als startpunt, een onderzoek naar de keten van lijkschouw en gerechtelijke sectie is 1 februari 2018 aangeboden aan de Minister van Justitie en Veiligheid en naar de Tweede Kamer gezonden. Een kabinetsreactie volgt in het voorjaar De beleidsreactie zal worden opgesteld in samenhang met het rapport Verankering voor de toekomst over de forensisch medische expertise voor kinderen. Voor wat betreft de arrestantenzorg is er een tendens in daling van het aantal verrichtingen; achtergrond is dat er minder arrestanten zijn. Indicatoren Bereikbaarheid/beschikbaarheid is geborgd met 100% 6 (in %) behandelingen arrestantenzorg Forensische geneeskunde: 650 lijkschouwingen uitgevoerd Realisatie 100% Norm: cf. contract met de politieorganisatie Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

53 2.1.3 Bewaken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis In 2017 zijn er acht casussen door het scenarioteam opgepakt: één langdurig traject, drie casussen waarvan de evaluatie is gestart en vier die nog doorlopen naar Van de acht zaken zijn er zes zeden-gerelateerd. Indicatoren 7 Psychosociale hulpverlening: in 100% van de gevallen zijn de taken binnen de gestelde opkomsttijd van 90 minuten opgepakt Opgeschaalde medische milieukunde: in 100% van de gevallen zijn de taken binnen de gestelde opkomsttijd opgepakt Opgeschaalde infectieziektebestrijding: in 100% van de gevallen zijn de taken binnen de gestelde opkomsttijd opgepakt Gezondheidsonderzoek bij rampen: in 100% van de gevallen wordt advies uitgebracht naar aanleiding van de gestelde vraag Realisatie 100% 100% 100% 100% Toezicht houden De Veiligheidsregio voert de wettelijk verplichte inspecties uit van kinderdagverblijven, peuterspeelzalen, voorzieningen voor buitenschoolse opvang, gastouderbureaus en jeugdverblijven. Er is een meerjarige trend zichtbaar waarbij het aantal opvanglocaties dalende is. De begrote baten uit inspecties worden daarom niet gehaald. In het kader van de implementatie van Het Nieuwe Toezicht (HNT) / Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang (IKK) hebben in 2017 extra trainingen plaatsgevonden. Deze wet treedt per in werking. Indicator 100% van de instellingen is (al dan niet op basis van indicatie) geïnspecteerd en een rapport is opgemaakt (in 2016: 97%) Realisatie 100% 7 Normen op basis van kwaliteitsnormen GGD LN Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

54 2.1.5 Onderzoek, kennis en advies In 2017 hebben onder andere de volgende activiteiten plaatsgevonden: Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen: In juni is het dashboard van de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen ( de Gezondheidsatlas ) toegankelijk gesteld aan gemeentes. Daarnaast hebben duidingsgesprekken per gemeente plaatsgevonden en is er een regionaal e-magazine ontwikkeld. Jongeren op Gezond Gewicht: Er is een 0-meting opgeleverd voor de gemeenten Horst aan de Maas en Venray. Voor de gemeenten Beesel, Bergen, Gennep, Weert en Peel en Maas is een QuickScan opgeleverd. ViaVVV: De GGD heeft in september de effectevaluatie van SportMpower Junior opgeleverd. Verder is er een start gemaakt met het vormgeven van de procesevaluatie van Wijk in Topvorm. VieCuri: In opdracht van VieCuri en VGZ voert de GGD een onderzoek uit naar de mate waarin zorgkosten in Noord-Limburg hoger zijn vergeleken met de rest van Nederland en welke variabelen dat verschil mogelijk kunnen verklaren. In 2017 zijn hiervoor analyses uitgevoerd met data uit de Volwassenen en Ouderen Monitor en met zorgkostendata van Vektis. De resultaten worden eind maart 2018 gepubliceerd. Alcohol en Drugs Leudal: Op de VO-scholen in Leudal zijn eind 2017 digitaal vragenlijsten afgenomen bij de leerlingen van klas 2 en 4 over de thema s alcohol en drugs. De resultaten van dit onderzoek worden in het eerste kwartaal van 2018 aan de deelnemende scholen en de gemeente teruggekoppeld. Indicator Voor tevredenheid van de aanvrager over het advies en ondersteuning is minimaal het rapportcijfer 7 gehaald Realisatie 7,2 (cijfer van gemeenten voor jongerenmonitor) Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

55 Wat heeft het gekost? Totaal Programma Gezondheid (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 Verschil begroting - realisatie Lasten Jeugdgezondheidszorg Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Totaal lasten Baten Jeugdgezondheidszorg Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Totaal baten Baten (gemeentelijke bijdragen) Jeugdgezondheidszorg Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Totaal gemeentelijke bijdragen Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat V In de onderstaande tabel worden verklaringen gegeven voor de (belangrijkste) afwijkingen ten opzicht van de begroting. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

56 Omschrijving Jeugdgezondheidszorg 0-18 Personeelskosten: Er is extra capaciteit ingehuurd om de achterstanden uit 2016, als gevolg van dienstverlening aan statushouders, in te lopen. Als gevolg van langdurige ziekte in het management wordt een interim-manager ingehuurd. De kosten voor het opleiden van artsen zijn hoger dan begroot. (Bedragen in duizenden euro s) i/s Baten Lasten i 39 V 148 N Contracten: CJG/SWT-contracten zijn opgezegd door gemeenten. s 141 N Contracten: Voorbereidingskosten voor voorzorg. i 50 V Vaccinaties: We zien een lichte stijging in het aantal geboortes (2% t.o.v. 2016) en een stijging van de vergoedingen vanuit het RIVM; dit leidt tot meer baten. Statushouders: De gemaakte kosten voor de JGZ-dienstverlening aan statushouders ( ). Het restant aan baten ( ) is overgeheveld naar de balans. Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Personeelskosten: Het betreft niet voorziene re-integratiekosten van enkele medewerkers, incidentele extra lasten door de inhuur van een afdelingscoördinator, additionele dekkingsmiddelen voor de begeleiding van statushouders. Inkomsten TBC-screening: Minder screenings tegen een lager tarief voor DJI. Minder inkomsten uit screening asielzoekers en verzekeraars. Bewaken publieke gezondheid s 198 V i 366 N 599 V i 38 V 77 N s 79 N Overige: Diversen i 3 V 4 V Toezicht houden Aantal inspecties kinderopvang: Afname van het aantal te inspecteren locaties. Tijdelijke inhuur: Door ziekte was het noodzakelijk om tijdelijk extern personeel in te huren. Onderzoek kennis en advies Personeelskosten: Meer aandacht voor onderzoek en coaching wat leidt tot niet begrote lasten; externe inhuur voor de vervanging van een afdelingscoördinator en van een interim-manager. s i 32 N PGA: Extra baten niet geraamde ontvangsten COA (asielzoekers). i 114 V Additionele lasten activiteiten: Niet begrote lasten voor de campagne bewustwording alcohol en de lasten voor ICT. Subsidies: Niet begrote inkomsten uit subsidies en opdrachten. i 138 V Per saldo resultaat 2017 i i 21 N 154 N 62 N Totaal 38 N 141 V 103 V incidentele (i) of structurele (s) afwijking V (voordeel) = meer baten of minder lasten, N (nadeel) = minder baten of meer lasten Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

57 2.2 Programma Centraal Meld- en Actiepunt Het Centraal Meld- en Actiepunt (CMA) bewaakt de toegang van cliënten naar de maatschappelijke opvang (MO), voert regie over de in-, door- en uitstroom naar en vanuit de maatschappelijke opvanginstellingen naar de hoogst haalbare woonsituatie van een individu en vervult een consultfunctie voor preventie en herstel van cliënten. Het werkgebied van het CMA omvat de regio Limburg-Noord. Algemene ontwikkelingen in 2017 In 2017 hebben de Noord-Limburgse gemeenten besloten de werkzaamheden rondom deze doelgroep vanaf 1 januari 2018 op een andere wijze uit te voeren. In dat kader heeft er aanbesteding plaatsgevonden en heeft het Algemeen Bestuur besloten de werkzaamheden per die datum te beëindigen. Ter dekking van eventuele frictiekosten is in de afgelopen jaren een reserve gevormd. Het positief saldo is naar analogie van voorgaande jaren toegevoegd aan deze reserve. Voor de betrokken medewerkers wordt naar een oplossing gezocht. Wat hebben we gedaan? Indicatoren De gemeente geeft minimaal een voldoende rapportcijfer voor de ontvangen monitor informatie. Het CMA wint 100% van de gevraagde monitor informatie in bij opvanginstellingen. Het CMA levert 100% van de gevraagde monitor informatie aan bij gemeente. Realisatie Niet bekend Niet mogelijk te leveren ivm privacy. Andere afspraken gemaakt met gemeente Venlo. Wat heeft het gekost? Programma Centraal Meld- en Actiepunt (CMA) Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie Lasten Baten Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

58 Verklaring (belangrijkste) afwijkingen ten opzichte van de begroting. Omschrijving Personeelskosten: Halverwege het begrotingsjaar is het contract met een externe partij opgezegd, waardoor inhuurlasten lager zijn. Tegen het licht van de mogelijk ontwikkelingen van het CMA worden niet de volledige, begrote personeelslasten ingevuld. Storting in Reserve CMA (Bedragen in duizenden euro s) i/s Baten Lasten i 101 V Totaal V 101 V Per saldo resultaat incidentele (i) of structurele (s) afwijking V (voordeel) = meer baten of minder lasten, N (nadeel) = minder baten of meer lasten Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

59 2.3 Programma Veiligheid: Risicobeheersing Gemeenten willen een veilige woon- en leefomgeving voor hun inwoners. Sociale veiligheid is daarbij een belangrijk aandachtsveld, maar ook doelen op het vlak van de fysieke veiligheid, zoals vermindering van het aantal incidenten en calamiteiten, zijn voor gemeenten erg belangrijk. Hierbij werken zij samen met professionals, zoals de politie en veiligheidsregio. Ook zetten zij in op versterken van de betrokkenheid en vergroting van het zelfoplossend vermogen van hun inwoners en ondernemers. De Veiligheidsregio helpt gemeenten hierbij. In het programma Risicobeheersing biedt zij gemeenten deskundige hulp bij het voorkomen en beperken van (brand)incidenten en bij het indammen van brandrisico s. Daarnaast wordt er specifiek aandacht gegeven aan het voorkomen van branden en ongevallen door het stimuleren van brandveilig gedrag bij burgers, organisaties en bedrijven (voorheen Brandveilig Leven). In vergunningstrajecten zorgt de Veiligheidsregio voor deskundige advisering op het gebied van de ruimtelijke, industriële en gebruiksveiligheid en in bouwtrajecten. De regio werkt vanuit het begrip meerlaagse veiligheid waarbij in iedere fase van het realiseren van een ruimtelijke ontwikkeling of bouwwerk een passend instrument ingezet kan worden om fysieke veiligheid te vergroten. Het programma risicobeheersing bestaat uit vijf programmaonderdelen: Ruimtelijke veiligheid; Industriële veiligheid; Bouwveiligheid; Gebruiksveiligheid; Onderzoek, beleid en projecten. Algemene ontwikkelingen in 2017 Na de roerige periode van de regionalisatie in begint de doorontwikkeling van risicobeheersing meer en meer zijn vruchten af te werpen. In 2017 zijn alle productieafspraken ruimschoots gehaald, werden diverse nieuwe initiatieven ontwikkeld en in de praktijk gebracht, complexe beleidsdossiers afgerond en de contouren voor de toekomst geschetst. Bestuursopdracht Het bestuur van de VRLN heeft de VRLN gevraagd om samen met de RUD en de gemeenten de samenhang van rollen en taken ten aanzien van risicobeheersing inzichtelijk te maken. Wie doet wat, waar zit de samenhang en waar zit eventueel een overlap of een hiaat? Zijn er mogelijkheden om efficiency te vergroten? De rapportage is aangeboden aan de bestuurscommissie Veiligheid in november Kern van de boodschap is dat er niet of nauwelijks overlap van taken is, aangezien beide organisaties zich richten op een ander taakveld (veiligheid en milieu). Wel is er winst te boeken door werkzaamheden beter op elkaar af te stemmen en daardoor de last voor de vergunninghouders te verminderen. Er komt een vervolgopdracht. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

60 Omgevingswet en de invoering van de private bouwplantoets Risicobeheersing neemt als ketenpartner deel aan lokale projecten/pilots over de invoering van de nieuwe omgevingswet in bijna alle gemeenten. Tevens zijn we lid van de twee regionale gemeentelijke overleggroepen. Intern hebben we een omgevingsanalyse gemaakt om de impact van deze wetswijzigingen voor de VRLN in beeld te brengen. Dat gaat in 2018 resulteren in een masterplan voor de doorontwikkeling van de afdeling. Overigens zijn de invoeringsdata van beide wetswijzigingen uitgesteld. Certificeringstraject medewerkers risicobeheersing De VRLN is sinds vorig jaar verplicht om zich te verantwoorden over de kwaliteit van de medewerkers die Wabo-gerelateerde adviezen uitbrengen aan de gemeenten. De nulmeting in het kader van de kwaliteitscriteria is met positief resultaat uitgevoerd onder 30 medewerkers risicobeheersing. In november is het bestuur hierover geïnformeerd. Incidentbestrijding Gevaarlijke Stoffen (IBGS) en de AGS-functie De AGS-staffunctie (adviseur gevaarlijke stoffen) werd tot 2017 uitgevoerd door een specialist risicobeheersing. Zijn taak is het om naast het zijn van een inhoudelijk kennisbaak en adviseur, de AGS-piketfunctionarissen en meetplanleiders aan te sturen en de processen rondom IBGS te coördineren die over vier afdelingen verspreid uitgevoerd worden. Na ruim twee jaar op deze wijze gewerkt te hebben bleek dat de vraag naar ondersteuning en begeleiding vele malen groter was dan geboden kon worden. In 2017 is hiervoor dan ook extra formatie vrijgemaakt (0,4 fte). Riskfactory Vanuit de afdeling Risicobeheersing is in 2017 ondersteuning geleverd om het project Riskfactory uit te voeren. In dat verband is een bestuurlijke stuurgroep ingesteld en zijn voorbereidende activiteiten uitgevoerd. Dit heeft mede geleid tot het bezoek aan een vergelijkbaar initiatief in de Regio Twente. Alhoewel de insteek van het project zowel veiligheid als gezondheid betreft, ligt vooralsnog het zwaartepunt van de mogelijke scenario s op het eerste terrein. Voor 2018 wordt over de daadwerkelijke realisatie van de Riskfactory, waarin door meerdere maatschappelijke organisaties wordt geparticipeerd, een bestuurlijk standpunt verwacht. Wat hebben we gedaan in 2017? Uitvoering meerjarenprogramma Wij zijn er in geslaagd om in 2017 de afspraken die wij met gemeenten gemaakt hebben over de toezicht-, controle- en adviestaken (meerjarenprogramma ) uit te voeren. Daarbij hebben we afgelopen jaar meer aandacht kunnen geven aan maatwerkafspraken, met name in het controleprogramma. Daarnaast hebben we een kwaliteitsslag gemaakt in de verantwoording naar de gemeenten door de kwartaalrapportages aan te passen en uit te breiden op verzoek van de gemeenten Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

61 Het aantal uitgebrachte adviezen en voorlichtingsactiviteiten ligt veelal hoger dan geraamd. Dat heeft voor een deel te maken met het feit dat we veel strikter zijn gaan documenteren en registreren. Activiteiten waar voorheen geen adviesrapport van werd gemaakt of die werden ondergebracht onder de post overig worden nu apart vastgelegd. Daarmee krijgen we beter inzicht in wat we aan producten leveren aan gemeenten. Daarnaast zien we een verbetering in de processen, waardoor de standaard adviesaanvragen minder tijd kosten. Met de opzet van de prestatie-indicatoren in de begroting 2016 hebben wij de doorlooptijd van een adviesaanvraag als indicator opgevoerd. Op dit moment is het nog onvoldoende mogelijk om hier betrouwbaar over te rapporteren. We proberen nog steeds om deze rapportagemogelijkheid te borgen binnen onze systemen, maar we overwegen ook om in overleg met gemeenten betere en betrouwbare andere indicatoren in te voeren (begroting 2019). Bij de diverse programma-onderdelen die hieronder aan bod komen, is dan ook geen rapportage op de indicatoren opgenomen. Wel zijn de productie-afspraken en de realisatie weergegeven. Ten aanzien van de doorlooptijd geldt overigens dat uit de accountgesprekken met gemeenten naar voren komt dat men over het algemeen tevreden is over de snelheid en vooral de flexibiliteit waarmee we onze adviezen afleveren Ruimtelijke veiligheid Aantal adviesaanvragen externe veiligheid is 93, wat hoger is dan verwacht (60 op jaarbasis). Daarnaast zijn uren besteed aan pro-actie overleg met gemeenten (wat onder meer geresulteerd heeft in 91 adviezen bluswatervoorziening) Industriële veiligheid Aantal adviesaanvragen milieuvergunning is 49 (iets lager dan de raming van 60) en 12 adviezen BRZO (conform planning) Bouwveiligheid Het aantal uitgebrachte adviesrapporten bouwveiligheid is met 901 plus 81 adviezen vooroverleg conform planning. In de begroting 2017 staat het jaaraantal van 450. Dit betreft het aantal bouwzaken, waarbij gemiddeld ruim 2 adviezen per zaak worden afgegeven Gebruiksveiligheid Het aantal adviesaanvragen brandveilig gebruik is 287 plus 53 adviezen vooroverleg. Dit is hoger dan verwacht (250 op jaarbasis). Dit heeft vooral te maken met het afhandelen van een groot aantal meldingen brandveilig gebruik. In 2017 zijn er controles brandveilig gebruik uitgevoerd en 46 hercontroles. Daarmee is het minimum van controles ruim gehaald en hebben we meer maatwerk controles uit kunnen voeren dan het voorgaande jaar. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

62 Brandveilig Leven In het kader van toezicht brandveiligheid scholen en toezicht brandveiligheid zorginstellingen zijn twee integrale programma s ontwikkeld waarin bevordering van brandveilig gedrag en toezicht op brandveilig gebruik integraal worden opgepakt. Deze programma s zijn in 2017 voor een deel geïmplementeerd. In 2017 zijn 35 expedities uitgevoerd als onderdeel van het integrale programma brandveiligheid bij zorginstellingen waarin dus gebruikscontroles en brandveiligheidscontroles zijn samengebracht. De expedities zijn gericht op het vergroten van het bewustzijn en het handelingsperspectief bij het management, het personeel en de bewoners van een zorginstelling. Inhoudelijk zijn deze activiteiten gericht op een veilig gebruik en het vluchten bij calamiteiten. Daarnaast wordt een zorgorganisatie geholpen om haar eigen verantwoordelijkheid te nemen in het organiseren van veiligheid. Ook de voor scholen ontwikkelde expeditie is in 2017 voor het eerst uitgerold. Er zijn in totaliteit ruim 300 voorlichtingsactiviteiten brandveilig leven (bevorderen brandveilig gedrag) uitgevoerd. Dat is beduidend meer dan oorspronkelijk geraamd (200 stuks). We maken hierbij in toenemende mate gebruik van volontairs en ambassadeurs. Een belangrijk onderdeel van brandveilig leven is dan ook het werven en trainen van intermediairs (ambassadeurs) die kwetsbare doelgroepen helpen bij het vergroten van de brandveiligheid. In 2017 is gericht gewerkt aan het activeren van partners op gebied van brandveilig gedrag. Dit heeft onder meer geleid tot structurele samenwerkingsafspraken met de T-zorg, de KBO Limburg en de Zorggroep voor het trainen van medewerkers/ambassadeurs op gebied van brandveiligheid. Het team brandveilig leven zorgt er tevens voor dat brandweerposten de juiste (methodische) ondersteuning krijgen bij het uitrollen van lokale initiatieven zoals voorlichtingsactiviteiten, woningchecks en het bezoek van specifieke doelgroepen aan brandweerposten. In alle gemeenten is in 2017 samen met de brandweerpost de activiteit oefenen in de wijk uitgevoerd, een realistische oefening met publiek. In totaal hebben 28 posten hieraan meegewerkt Onderzoek en beleid Invoering nieuwe omgevingswet De afgelopen periode is extra personele capaciteit ingezet voor dit programmaonderdeel. Dat heeft vooral te maken met de grote transities in het ruimtelijke domein en de komst van de nieuwe omgevingswet. Wij hebben extra geïnvesteerd in het ontwikkelen van kennis en vaardigheden op gebied van risicogericht adviseren en in het verbeteren van onze informatiehuishouding. Daarnaast hebben we een omgevings- en impactanalyse gemaakt voor risicobeheersing. De uitkomsten hiervan worden gebruikt voor de doorontwikkeling van producten die aansluiten bij de processen van de omgevingsweg en de behoeften van onze klanten. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

63 Onderzoek senioren en brandveiligheid Het onderzoeksrapport van het onderzoek senioren en brandveiligheid in samenwerking met de Veiligheidsregio Zuid-Limburg (VRZL), is in mei 2017 opgeleverd en heeft zowel landelijk als internationaal de aandacht getrokken van andere organisaties die met bevorderen van brandveilig gedrag bezig zijn. Regionaal Beleid Bluswatervoorziening Beleid is door de bestuurscommissie Veiligheid vastgesteld en ter besluitvorming voorgelegd aan de individuele gemeenten. Inmiddels heeft het merendeel van de gemeenten het beleid vastgesteld. Risicogericht werken in de zorg Het pilotproject met de Zorggroep is afgesloten. De methodiek wordt verder uitgewerkt en geïmplementeerd bij zorginstellingen in de regio. In 2017 zijn hierover met 5 zorginstellingen convenanten afgesloten. Risicoprofiel Er is in 2017 geen update van het regionaal (brand)risicoprofiel uitgebracht. In de plaats daarvan wordt naar landelijk voorbeeld gewerkt aan het ontwikkelen van een dynamisch (brand)risicoprofiel. Het regionaal risicoprofiel wordt wekelijks gemonitord, op basis van de actualiteit. Indicator Realisatie 50 uitgevoerde brandonderzoeken 52 Het team brandonderzoek heeft 52 brandonderzoeken uitgevoerd. Dit heeft o.a. geleid tot meer inzicht in de oorzaken van de 6 woningbranden in 2017 met dodelijke slachtoffers. Dit inzicht levert een belangrijke bijdrage in het ontwikkelen van nieuwe preventiestrategieën. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

64 Wat heeft het gekost? Totaal Programma Veiligheid: Risicobeheersing (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 Verschil begroting - realisatie Lasten Ruimtelijke veiligheid Industriële veiligheid Bouw veiligheid Gebruiksveiligheid Onderzoek en beleid Totaal lasten Baten Ruimtelijke veiligheid Industriële veiligheid Bouw veiligheid Gebruiksveiligheid Onderzoek en beleid Totaal baten Baten (gemeentelijke bijdragen) Ruimtelijke veiligheid Industriële veiligheid Bouw veiligheid Gebruiksveiligheid Onderzoek en beleid Totaal gemeentelijke bijdragen Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat V Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

65 In onderstaande tabel staan op hoofdlijnen de afwijkingen ten opzichte van de begroting. (Bedragen in duizenden euro s) Omschrijving Personeelskosten: Per saldo voordeel op personeelskosten, met name door lagere inhuur dan geraamd en vergoeding voor verrichte werkzaamheden voor de gezamenlijke meldkamer. i/s Baten Lasten i 73 V Overige kosten: Per saldo een klein nadeel. i 6 N Innovatie: Klein nadeel op de doorontwikkeling van team brandonderzoek. i 7 N Subsidie: Per saldo hogere bijdragen van het A&O fonds en IAV. i 26 V BDuR: Hogere bijdrage landelijke Brede Doeluitkering Rampenbestrijding. i 3 V Totaal 29 V 60 V Per saldo resultaat V incidentele (i) of structurele (s) afwijking V (voordeel) = meer baten of minder lasten, N (nadeel) = minder baten of meer lasten Ten opzichte van de bestuursrapportage over het eerste halfjaar is het resultaat over het gehele jaar ruim positiever. Dit komt voornamelijk door de niet voorziene vergoeding voor verrichte werkzaamheden voor de gezamenlijke meldkamer in Maastricht. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

66 2.4 Programma Veiligheid: Basisbrandweerzorg De Veiligheidsregio voert de operationele brandweerzorg uit. Deze omvat het voorkomen en bestrijden van branden en van ongevallen anders dan brand die gevaar voor mens en dier (kunnen) opleveren (verkeersongevallen, bedrijfsongevallen, waterongevallen en ongevallen met gevaarlijke stoffen). De regio beschikt hiervoor over 31 brandweerposten. Het werk wordt uitgevoerd met etmaalmedewerkers (beroeps), repressief inzetbare dagdienstmedewerkers (beroeps) en ongeveer 800 vrijwilligers. Verspreid over de regio is op 9 posten een kleine bluseenheid (Snel Interventie Voertuig, zogenaamde SI-2T ) gestationeerd. Een SI-2T wordt ingezet tijdens kantooruren. Het voertuig heeft een gekazerneerde bezetting van twee personen en rukt binnen anderhalve minuut uit. Het grootste belang van een SI-2T is dat vrijwillige posten tijdens kantooruren ondersteund worden zodat de uitruk zoveel mogelijk geborgd is. Een SI- 2T vormt tijdens kantooruren een gegarandeerde repressieve schil bovenop de schil van tankautospuiten. Bij de inzet van een SI-2T moet in ogenschouw worden gehouden dat de eenheid over onvoldoende slagkracht beschikt om incidenten zoals woningbranden of verkeersongevallen zelfstandig af te handelen en dus aangevuld moet worden door een tankautospuit met minimaal vier personen (samen met de SI-2T bemanning de wettelijk voorgeschreven zes). Een SI-2T maakt wel een aanvang met de incidentbestrijding en werkt veel incidenten zelfstandig af. De basisbrandweerzorg omvat ook het grootschalig optreden van brandweereenheden bij incidenten van grote(re) omvang. Hier is vooral het aspect van slagkracht van belang. Aan de hand van het geactualiseerd regionaal risicoprofiel en de hierin genoemde incidenttypen is bepaald hoe groot de slagkracht minimaal moet zijn. Aangezien het gros van de incidenttypen zich in elke gemeente kan voordoen, is gekozen voor een zodanige verdeling van capaciteit dat de slagkracht overal binnen de landelijke tijdsnormen kan worden geformeerd. Deze capaciteit is al grotendeels aanwezig in verband met de snelle eerstelijns brandweerzorg in de gemeenten. Binnen de basisbrandweerzorg voert de Veiligheidsregio daarnaast enkele specialistische taken uit: de Waarschuwings- en Verkenningsdienst (WVD), Incidentbestrijding Gevaarlijke stoffen (IBGS), waterongevallenbestrijding en natuurbrandbestrijding. De kwaliteit van de operationele brandweerzorg is sterk afhankelijk van de vakbekwaamheid van de medewerkers, de inzetbaarheid van het materieel en adequate en hoogwaardige beleidsadviezen die bijdragen aan een effectieve en efficiënte organisatie. Deze aspecten zijn verenigd in het programmaonderdeel vakbekwaamheid, materieel en (beleids-) ontwikkeling. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

67 Algemene ontwikkelingen in 2017 Arbeidshygiëne Uit onderzoeken in diverse landen blijkt dat bepaalde typen kanker meer voorkomen bij brandweermensen. De oorzaak wordt gelegd bij de hygiëne rond brandbestrijding en de opname via de huid van kankerverwekkende stoffen in rook en roet. In 2015 is dit in Nederland bekend geworden en dit heeft geleid tot veel media-aandacht, maar ook tot ongerustheid bij brandweerpersoneel. Inmiddels is de landelijke handreiking schoon werken beschikbaar. De brandweer in Limburg-Noord gaat werken conform deze landelijke richtlijnen. Het bestuur heeft in 2016 ingestemd met een aantal maatregelen om uitvoering te geven aan de principes van de handreiking schoon werken'. In de tweede helft van 2016 is gestart met de implementatie van deze maatregelen. In eerste instantie waren de voorziene investeringen na opstart in 2016 gelijkmatig verdeeld over de jaren 2017 t/m Inmiddels is duidelijk geworden dat de implementatie zich in meerdere mate concentreert in de jaren 2018, 2019 en Dit heeft te maken met de nog uit te voeren nieuwbouwtrajecten bij diverse kazernes, waarbij de definitieve maatregelen rondom arbeidshygiëne worden meegenomen. De uitgaven in dit perspectief verschuiven daarom voor een deel in de tijd naar achteren. Materieel De brandweer maakt gebruik van een groot scala aan materieel voor het uitvoeren van taken. Dit varieert van klein materieel voor de dagelijkse praktijk tot groot materieel zoals blus- en hulpverleningsvoertuigen en tevens meubilair in de kazernes. Sinds 2010 is invulling gegeven aan de regionalisering van de brandweer. Achtereenvolgens zijn de districten Weert (2010), Venlo (2011), Venray (2012), Roermond (2013) en Peel & Maas (2014) opgenomen binnen de VRLN. Hierbij is al het aanwezige materieel (en voor een groot deel ook het meubilair) overgenomen van de gemeenten, waarbij niet gekozen is voor het principe schoon door de poort. Wat er was is overgegaan, veelal zonder daarbij een toetsing door te voeren naar kwaliteit en beschikbare exploitatie- en vervangingsbudgetten. Dit heeft ertoe geleid dat er grote verschillen zijn ontstaan in kwaliteit en kwantiteit, in afschrijvingstermijnen en in het wel of niet aanwezig zijn van voldoende vervangingsbudgetten. Op basis van de bestaande situatie direct na afronding van de regionalisatie, begin 2015, zou al in 2018 een jaarlijks tekort ontstaan in de dekking van de kapitaalslasten materieel van ruim Dit zou oplopen tot 1,5 miljoen in Inmiddels is al het overgedragen materieel en meubilair nauwkeurig in kaart gebracht, zijn afschrijvingstermijnen geharmoniseerd en budgetten op basis van de toekomstige behoefte naar een minimaal aanvaardbaar niveau aangepast. Het verloop door de jaren heen geeft een wisselend beeld en als gevolg daarvan ontstaat er het ene jaar een tekort en het andere jaar een overschot. Het beeld voor de periode 2017 t/m 2020 is dat er in 2017 en 2018 een overschot is ten opzichte van het gemiddelde in de meerjarenraming, terwijl in 2019 en 2020 een tekort ontstaat. Het gemiddelde over 4 jaar is echter voldoende om aan de minimale behoefte te voldoen, zeker wanneer de niet-begrote jaarlijkse voordelen als gevolg van verkoop van afgeschreven materieel ook aan de reserve worden toegevoegd. Om te zorgen voor een constant lastenverloop (en gelijkblijvende gemeentelijke bijdragen) verdient het Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

68 aanbeveling deze lasten te egaliseren in de tijd. Daarvoor dient een reserve te worden gevormd. Als dit niet het geval is zal als gevolg van de genoemde schommelingen (volatiliteit) de gemeentelijke bijdrage ook jaarlijks sterk afwijken. Een vergelijkbaar systeem maar dan in de vorm van een voorziening wordt gehanteerd voor groot onderhoud. Het Algemeen Bestuur heeft eind 2017 ingestemd met het instellen van deze egalisatiereserve, waarin ook de uitgaven voor arbeidshygiëne worden opgenomen. Ondanks de doorgevoerde herijking blijven er zonder verdere ingrepen vanaf 2021 tekorten ontstaan op de kapitaalslasten. Deze zijn wel aanzienlijk lager dan op basis van de aangetroffen situatie na de regionalisering in 2015 was voorzien ( 1,5 miljoen per jaar), maar kunnen binnen 10 jaar nog wel oplopen tot 1 miljoen per jaar. In de tweede helft van 2018 worden de contouren van het nieuwe brandweerbeleidsplan ( ) besproken met het bestuur. Hierbij zullen een aantal fundamentele beleidskeuzes worden voorgelegd die van invloed zijn op de hoogte van het benodigde budget voor materieel. Opkomsttijden Een van de wettelijke prestatie-indicatoren voor de kwaliteit van de brandweer zijn de opkomsttijden. Opkomsttijden geven weer hoe snel de brandweer ter plaatse is na een melding. Met het landelijke project RemBrand is inmiddels aangetoond dat de uiteindelijke kwaliteit van de brandweer van meer factoren afhankelijk is dan alleen de opkomsttijden (preventieve voorzieningen, voorlichting aan burgers etc.) en wordt landelijk gekeken naar een nieuwe benadering van de opkomsttijden (gebiedsgericht). Toch dient het bestuur periodiek geïnformeerd te worden over de opkomsttijden. Sinds begin 2017 beschikt de VRLN over systemen om de opkomsttijden nauwkeurig te bepalen.de eerste resultaten hiervan zijn in de 2 e helft van 2017 beschikbaar gesteld en met alle burgemeesters doorgesproken. Vanaf het eerste kwartaal 2018 zullen opkomsttijden structureel worden gerapporteerd aan het bestuur van de VRLN. Ook zal er inzicht gegeven worden in de inzetbaarheid van de brandweer. In het kader van informatiegestuurde brandweerzorg wordt overigens een dashboard ontwikkeld waarmee realtime inzicht wordt verkregen in de uitruk- en opkomsttijden. Repressief brandweerorganisatieplan (RBOP) In het kader van het huidige RBOP ( ) zijn in 2017 de volgende actiepunten doorgevoerd: - de 2 e tankautospuiten (TS) van Gennep, Panningen, Susteren, Nederweert en Horst zijn buiten dienst; - aanbesteding van 3 waterwagens is in gang gezet; - fusie van de posten Thorn en Hunsel is voor het grootste deel voorbereid: in 2018 start de nieuwbouw van de post Ittervoort waarbij de verwachting is per operationeel te kunnen zijn; - het aantal vervangingstankautospuiten is op niveau zoals vastgesteld in het RBOP. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

69 Huisvesting Met ingang van 1 januari 2017 is de huisvesting van de brandweer geregionaliseerd. Voorheen stonden de kazernes nog grotendeels in de begroting van de gemeenten. Vanaf 2017 staan alle kosten van de kazernes in de begroting van de VRLN en vindt financiering door de gezamenlijke gemeenten plaats via de geharmoniseerde verdeelsleutel. In dat kader zijn uniforme huurcontracten met alle gemeenten afgesloten, nadat de gemeenten zorg hebben gedragen voor het wegwerken van achterstallig onderhoud ontstaan vóór 1 januari Conform het RBOP fuseren de posten Thorn en Hunsel, waarbij een nieuwe post gebouwd wordt in Ittervoort. Ook voor vier andere posten is nieuwbouw aan de orde: Nederweert, Stramproy, Horst en Heythuysen. Hierbij gaat het om een combinatie van factoren: verbetering dekking, te hoge onderhoudslasten (oudere gebouwen), ruimtegebrek en te hoge kosten voor aanpassing. Voor alle nieuwbouwtrajecten geldt dat deze begin 2018 worden aanbesteed, waarbij de bouw in 2018 en in enkele gevallen ook deels 2019 wordt gerealiseerd. De nieuwbouwtrajecten leiden niet tot hogere huisvestingslasten (budgettair neutraal: huurlasten huidige posten worden omgezet in kapitaalslasten nieuwbouw). Het RBOP voorziet in vier centrumposten waar een aantal bovenlokale functies en voorzieningen geconcentreerd worden: Venlo, Venray, Weert en Roermond. De huidige post Venray is hiervoor te klein. Momenteel wordt in nauw overleg met de gemeente gekeken of hier beperkte uitbreiding mogelijk is. Het resultaat van deze verkenning wordt in de 1 e helft van 2018 verwacht. Ook hier is de insteek dat een en ander binnen het bestaande huisvestingsbudget gerealiseerd wordt. Functioneel LeeftijdsOntslag (FLO) In 2017 is een nieuw akkoord afgesloten rondom de FLO-regeling tussen de bonden en de werkgevers. De regeling is op een aantal punten herzien en het FLO-overgangsrecht geldt nog voor medewerkers die op 29 oktober 2016 inactief waren. De kosten van het FLO voor de beroepsbrandweer (werkzaam in de posten Venlo en Roermond) worden tot op heden gedragen door de gemeenten van de voormalige districten Venlo en Roermond. Deels houden deze gemeenten hiervoor ook een voorziening in stand. De inzet van de beroepsbrandweer wordt naar verwachting vanaf 1 januari 2019 geharmoniseerd. Dit betekent een meer evenredige verdeling van manschappen over de posten en gelijkgetrokken arbeidsvoorwaarden teneinde meer flexibel te kunnen zijn. De verwerking van de toekomstige lasten van FLO zal nader onderzocht worden. Brandweer onderwijs Opleiden en oefenen zijn twee belangrijke pijlers voor een goede uitvoering van de brandweertaak. Binnen het oefenen is in 2017 gewerkt met innovatieve methoden om het realistisch oefenen extra vorm en inhoud te geven (zoals een gasgestookte container). Momenteel loopt er een (Iandelijk) traject voor certificering van de opleidingen. Dit is vereist om in de toekomst brandweerexamens te mogen afnemen. In het eerste kwartaal van 2017 heeft de nadruk gelegen op de ombouw van de opleidingen naar een nieuwe Elektronische Leeromgeving, waardoor de certificering enige vertraging heeft opgelopen. Begin 2018 is de audit van het certificeringsinstituut. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

70 Wat hebben we gedaan in 2017? Incidentbestrijding In 2017 waren er uitrukken op basis van een prio-1 melding, waarvan 681 door een SI-2T (Snel Interventie Voertuig). Daarnaast waren er uitrukken voor een prio-2 melding. De raming was uitrukken repressieve brandweerzorg.. Indicatoren (aangescherpte versie t.o.v. de begroting) Regionaal: in de praktijk wordt 50% van de maatgevende incidenten (brand in een gebouw) binnen de wettelijke opkomsttijd voor dat specifieke soort gebouw bereikt door de eerste eenheid. Bij prio-1 meldingen is het streven een uitruktijd van maximaal 5 minuten te halen (moment van alarmering tot aan moment van de uitruk). Realisatie 42% 66% De actuele opkomst- en uitruktijden per gemeente worden periodiek teruggekoppeld met de gemeenten. Bovenstaande indicatoren geven een beeld van het regionaal gemiddelde percentage. In de terugkoppeling aan gemeenten wordt ook de mate van onder- en overschrijding weergegeven. Niet alleen uitruk- en opkomsttijden zeggen iets over de (kwaliteit van) brandveiligheid in de regio. Hierbij moet ook gekeken worden naar onder meer de mate van brandpreventie, gedrag van inwoners, bewustwording van risico s en handelen, geoefendheid van personeel en ontdekkingstijd brand Vakbekwaamheid, materieel en (beleids-)ontwikkeling Indicatoren Gecertificeerd opleidingsbureau Alle ruim 900 operationeel inzetbare manschappen voldoen aan de landelijke branche-standaard voor vakbekwaamheid. De kazernes voldoen aan onderhoudsniveau 3 van de NEN2767-norm. Al het materieel voldoet aan de daarvoor geldende kwaliteitsstandaard en/of keurmerk en wordt periodiek gekeurd. Realisatie Audit begin 2018 Conform planning Conform planning Conform planning Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

71 Wat heeft het gekost? Totaal Programma Veiligheid: Basisbrandweerzorg Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie Lasten Incidentbestrijding Vakbekw aamheid, materieel en (beleids)ontw ikkeling Totaal lasten Baten Incidentbestrijding Vakbekw aamheid, materieel en (beleids)ontw ikkeling Totaal baten Baten (gemeentelijke bijdragen) Incidentbestrijding Vakbekw aamheid, materieel en (beleids)ontw ikkeling Totaal gemeentelijke bijdragen Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat N Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

72 In onderstaande tabel staan op hoofdlijnen de afwijkingen ten opzichte van de begroting. (Bedragen in duizenden euro s) Omschrijving Incidentbestrijding i/s Baten Lasten Externe inhuur: Ondersteuning traject harmonisering 24-uursdienst. i 8 N Vrijwilligerskosten: Per saldo lagere kosten als gevolg van vergoeding vanuit vakbekwaamheid en materieel voor inzet vrijwilligers bij materieelbeheer en realistisch oefenen. Materiële kosten: Per saldo hogere kosten, met name als gevolg van deelname landelijk onderzoek Uitruk op Maat. Vakbekwaamheid, materieel en (beleids)ontwikkeling Personeelskosten: Per saldo nadeel op personeelskosten, met name door noodzakelijk vervanging bij langdurige ziekte en inzet van een volontair bij materieelbeheer. Externe inhuur: Hogere lasten dan geraamd door inhuur van deskundigheid voor enkele complexe dossiers (vervoersmobiliteit en uniformering ademlucht). Huisvesting: Klein nadeel huisvesting als gevolg van voorbereidingskosten nieuwbouw kazernes en uitgesteld onderhoud. i i i i i 21 V 20 N 170 N 145 N 70 N Materieel: Voordeel op verkoop afgeschreven materieel en tevens voordeel op aankoop. i 50 V 72 V BDuR: Hogere bijdrage landelijke Brede Doeluitkering Rampenbestrijding. i 19 V Totaal 69 V 320 N Per saldo resultaat N incidentele (i) of structurele (s) afwijking V (voordeel) = meer baten of minder lasten, N (nadeel) = minder baten of meer lasten Ten opzichte van de bestuursrapportage over het eerste half jaar is het resultaat over het gehele jaar ruim negatiever. Dit komt voornamelijk door de hogere personele lasten als gevolg van vervanging bij langdurige uitval van manschappen, iets hogere inhuur en hoger huisvestingslasten (voorbereidingskosten nieuwbouw kazernes en uitgesteld onderhoud). Voor de materiële vervangingsinvesteringen is in december 2017 door het Algemeen Bestuur besloten een egalisatiereserve in te stellen. Het verloop van de investeringen kent een grillig beeld en de harmonisatie van het materieelbeleid heeft ertoe geleid dat noodzakelijke investeringen zijn getemporiseerd. Dit overigens zonder kwalitatieve risico s te lopen. Op de begrotingspost kapitaallasten en arbeidshygiëne is in 2017 sprake van een onderuitputting van , wat in lijn met het bestuursbesluit is toegevoegd aan de egalisatiereserve. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

73 2.5 Programma Veiligheid: Crisisbeheersing Het programma Crisisbeheersing bestaat uit de volgende onderdelen: GHOR De Geneeskundige HulpverleningsOrganisatie in de Regio (GHOR) is belast met de coördinatie, voorbereiding, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening bij rampen en grootschalige ongevallen en met de advisering van andere overheden en organisaties op dat gebied. Doelstelling is dat de geneeskundige partners naadloos kunnen opschalen van reguliere naar opgeschaalde geneeskundige hulpverlening en dat de betrokken organisaties daarbij als samenhangende keten kunnen optreden, zodat slachtoffers van rampen en crises optimale zorg kan worden geboden. Daarvoor zijn enerzijds afspraken (convenanten) met partners van belang. Anderzijds is een goede relatie met de partners op alle niveaus minstens zo belangrijk. Een specifieke activiteit vormt de geneeskundige advisering bij evenementen. Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenwerking De VRLN coördineert de multidisciplinaire hulpverlening bij rampen en crises en verzorgt de ketenregie. Daaronder valt de operationele voorbereiding, opleiden en oefenen en het optreden tijdens incidenten en crises. Ook de nazorg en evaluatie vallen hieronder. Gemeentelijke processen De Oranje Kolom (gemeentelijke processen) is belast met de coördinatie en uitvoering van de processen Bevolkingszorg tijdens een crisis. Deze processen zijn: crisiscommunicatie, publieke zorg, omgevingszorg, nazorg, informatiemanagement, resourcemanagement en evaluatie. De Oranje Kolom richt zich voornamelijk op de operationele voorbereiding en preparatie van functionarissen die tijdens een incident in actie moeten komen. Dit gebeurt door opleidingen en deelname aan mono- en multidisciplinaire oefeningen. De Oranje Kolom valt inhoudelijk onder verantwoordelijkheid van de coördinerend gemeentesecretaris en functioneel onder de Veiligheidsregio (werkgeverschap). Ook de meldkamer maakt nog onderdeel uit van dit programma, maar heeft na de samenvoeging met de VRZL een andere status gekregen. Algemene ontwikkelingen in 2017 De omgeving waarbinnen crisisbeheersing werkzaam is, toont een turbulent beeld en de risico s die ons bedreigen zijn sterk aan verandering onderhevig. Wat vandaag prioriteit heeft, kan morgen door een incident weer minder belangrijk zijn. Voor de Veiligheidsregio en crisisbeheersing betekent dit het continu monitoren van de omgeving en het anticiperen op ontwikkelingen. Dat geldt voor alle facetten binnen het werkveld, van planvorming en informatiemanagement tot opleiden/oefenen en uitvoering. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

74 In 2017 heeft de vluchtelingenproblematiek minder, maar de perikelen rondom het Belgische Tihange en daarmee samenhangende jodium-predistributie meer tijd en inspanning gevraagd van de afdeling Crisisbeheersing dan voorzien werd. Terrorismedreiging bleek net als in 2016 een grote impact te hebben op alle werkvelden binnen het programma; Crisisbeheersing richtte zich daarbij met name op awareness, planvorming en oefenen. Het voortdurend veranderen van risico s en voorbereidende maatregelen daarbij maken dat medewerkers werkzaam binnen crisisbeheersing zich moeten blijven bekwamen op hun vakgebied, nieuwe kennis en inzichten moeten verwerven en beoefenen. Hiervoor worden binnen bestaande budgetten prioriteiten gesteld. GHOR 2017 stond evenals 2016 in het teken van het borgen en uitbouwen van de samenwerking met ketenpartners en omliggende regio s. De GHOR als crisisorganisatie blijft zich in nauwe samenhang met de afdeling Crisisbeheersing oriënteren en voorbereiden op voortdurend veranderende risico s. Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB) Er zijn in 2017 geen operationele inzetten van GGB geweest. Wel is GGB nadrukkelijk beoefend in deze periode conform oefenplanning in zowel de monodisciplinaire (lijn)oefeningen van de GHOR in voor- en najaar als tijdens de multidisciplinaire (CoPI)veldoefeningen in juni. Opgeschaalde procedures in de meldkamer zijn ook voor GGB samengevoegd en per 1 juli van kracht geworden. In 2018 wordt een oefening/training voorbereid om de GGB bij de multi-partners meer bekendheid te geven. Stralingsincidenten & jodiumprofylaxe De Multidisciplinaire Inzet Kaart (MIK) stralingsincidenten (Tihange & Doel) is gereed, eveneens gezamenlijk met de VRZL tot stand gebracht. Op basis van doorleefsessies in ROT en RBT en de meest recente landelijke informatie is de MIK geüpdatet. In oktober 2017 heeft ook in onze regio predistributie van jodiumtabletten (zogeheten jodiumprofylaxe) plaatsgevonden naar gezinnen met kinderen jonger dan 18 jaar. Over distributie naar bijzondere locaties en nooddistributie bestaat landelijk nog discussie, uitwerking van plannen hiervoor schuift daarom door naar Op basis daarvan zal dan ook de MIK weer bijgewerkt worden. Voorbereidingen en begeleiding van dit proces hebben meer tijd/menskracht gevergd dan voorzien, dit is vooral te wijten aan moeizame landelijke kaderstelling. Dit is deels opgevangen door prioritering binnen andere werkzaamheden, deels door inzet van extra uren, met name binnen communicatie. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

75 Crisisbeheersing algemeen In het domein crisisbeheersing en multidisciplinaire samenwerking is in 2017 naast de wettelijke taken op het gebied van operationele voorbereiding de herijking van de crisisorganisatie opgepakt, in antwoord op de steeds veranderende risico s in de wereld om ons heen. In 2017 zijn, samen met crisisbeheersing van VRZL, ambtelijk de concrete knelpunten en behoefte aan doorontwikkeling van de crisisorganisatie verkend. In Limburg- Noord zijn de eerste beelden in de bestuursconferentie in november gedeeld en zijn denkkaders opgehaald voor het vervolgproces. Intussen is in het concept crisisplan ruimte gecreëerd voor flexibele opschaling. In 2017 heeft een verdere ontwikkeling en vormgeving plaatsgevonden die de VRLN een continu omgevingsbeeld moet verschaffen en het mogelijk moet maken een dynamisch risicoprofiel te creëren. Monitoring van multidisciplinaire vakbekwaamheid en operationeel optreden en het in beeld brengen van de doorgaande lijnen in evalueren en leren dragen bij aan het inzicht verschaffen in de Staat van de Crisisbeheersing in Limburg-Noord. Door langdurige ziektegevallen en openstaande vacatures (krapte op de arbeidsmarkt) zijn op een aantal reguliere werkzaamheden knelpunten ontstaan, met name op planvorming en ketenzorg. Waar tijdelijke inhuur van expertise niet realiseerbaar bleek, zijn de belangrijkste knelpunten weggewerkt door in versterkte mate een beroep te doen op zittende medewerkers (extra uren). Terrorismegevolgbestrijding (TGB) In 2017 is de implementatie van de Multidisciplinaire Inzet Kaart (MIK) terrorisme gestart; een gezamenlijk planvormingsproduct van de VRLN en de VRZL. Het bestuur is meegenomen op rollen, taken en verantwoordelijkheden bij een terroristisch incident. Ambulance en brandweerpersoneel is voorgelicht over terreurincidenten. Daarnaast heeft de VRLN 4 grootschalige multidisciplinaire veldoefeningen georganiseerd. Bij evenementenadvisering maken anno 2017 terrorisme-risico s standaard deel uit van de analsyes. Een en ander heeft extra personele capaciteit gevraagd, die opgevangen is door prioritering binnen andere werkzaamheden. Terrorismegevolgbestrijding blijft ook in 2018 een focusthema in de multidisciplinaire crisisbeheersing. Pilot IVC2000 In juni heeft de Veiligheidsdirectie ingestemd met deelname aan de pilot IVC2000 in september 2017, waarbij de migratie C2000 wordt uitgetest in Zuid-Limburg. Omdat er effecten kunnen zijn in onze regio en Limburg sinds oktober 2016 een gemeenschappelijke meldkamer heeft, is het van belang dat VRLN participeert in de pilot. De landelijke migratie was voorzien voor november Met het opschuiven van de landelijke migratie naar onbekende datum is de pilot in september weliswaar gecanceld, maar zijn de voorbereidingen ervoor wél doorgegaan. Dit heeft in voorbereiding beperkt menskracht gevraagd die niet voorzien was in Door herprioritering op planvorming is dit binnen de staande capaciteit opgelost. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

76 Veiligheids Informatie Centrum (VIC) In 2017 heeft de VRLN met diverse partners onderzoek gedaan naar het ontwikkelen van een veiligheidsinformatiecentrum (VIC). Dit krijgt een vervolg in Nieuw thema opgepakt: Cybersecurity De ransome-ware aanvallen in de zomerperiode, het in ontwikkeling zijnde informatieveiligheidsbeleid van de VRLN én het belang voor de eigen bedrijfscontinuïteit maakten het thema cybercrime en cybersecurity in 2017 urgent. Er werd in samenwerking met VRZL een partner/netwerkdag rondom awareness georganiseerd en een verdiepingsbijeenkomst (doorleefsessie) in december op de rol van de Veiligheidsregio bij dit incidenttype. Wat hebben we gedaan? GHOR In 2017 zijn 300 adviesaanvragen voor B-evenementen afgehandeld en 15 aanvragen voor C-evenementen. Dit is hoger dan geraamd (B+C 240), met name voor B-evenementen. Ook is er op 16 A-evenementen geadviseerd, met name omdat deze vrijwel de omvang hadden van een B-evenement of vanwege de maatschappelijke noodzaak. In 2017 is naast advisering ook geïnvesteerd in klantrelaties en adviesprocedure. Dit heeft ertoe geleid dat er veel meer vooroverleggen plaatsvinden in het vergunningsverleningstraject, waarbij hulpdiensten aansluiten. Indicatoren Realisatie Evenementenadvisering: Op 100% van de adviesaanvragen in het kader van vergunningverlening voor een C-evenement is tijdig advies uitgebracht; voor B-evenementen (minder prioriteit) ligt dit percentage op 80. Conform planning: C ligt op 100%, B op 98,4%. Operationele voorbereiding: Alle GHOR-functionarissen oefenen conform oefenprogramma, met een minimum voor OT/BT-functionarissen van minstens 1 lijnoefening en een minimum voor CoPI-functionarissen van tenminste 1 lijnoefening plus 1 CoPI-oefening. In de periodieke competentiescan (ten minste 1x per 2 jaar) is de individuele en de groepsscore van de GHOR-functionarissen minimaal 55% op theorie en minimaal 55% op praktijk. Conform planning: 2017 voor officieren van dienst (OvDG). Score 87 en 88% Incidentbestrijding: In 100% van de gevallen zijn GHOR-functionarissen na alarmering binnen de gestelde opkomsttijden operationeel. Conform norm Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

77 Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenwerking In 2017 waren er 11 incidenten GRIP 1 en twee incidenten met GRIP 2. Het betrof hier vier maal een (zeer grote) brand, vijf maal een incident met gevaarlijke stoffen, drie ongevalincidenten en één schietincident. Indicatoren Operationele voorbereiding: Alle functionarissen in kernfuncties nemen deel aan ten minste 2 onderdelen van het multidisciplinaire oefenprogramma. Realisatie Niet behaald. * Incidentbestrijding: De operationele functies / crisisteams zijn operationeel binnen de gestelde norm na alarmering (norm: bij 80% van de incidenten). Lijkt conform norm, al is de registratie nog niet optimaal en eenduidig per discipline (actiepunt voor 2018) *Er worden voldoende oefenmomenten aangeboden. Het gemiddeld aantal keer dat een kernfunctionaris deelneemt aan een oefenmoment ligt op 3. Echter niet iedereen heeft 2 keer deelgenomen aan aangeboden oefenmomenten Gemeentelijke processen Voor de gemeentelijke processen (bevolkingszorg) worden medewerkers ingezet van de Veiligheidsregio en medewerkers van gemeenten. Op 1 januari 2016 is voor allen de harmonisatie en verlaging van de piketvergoedingen ingegaan. Medewerkers crisiscommunicatie van de VRLN hebben hier bezwaar tegen aangetekend. Deze bezwaren zijn gehonoreerd. Dit heeft ertoe geleid dat de vergoeding voor medewerkers crisiscommunicatie die actief zijn binnen de Oranje Kolom is bijgesteld naar de hoogte van de vergoedingen van de Veiligheidsregio. Om geen onderscheid te maken is de piketvergoeding voor de gemeentelijke functionarissen binnen Bevolkingszorg met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2017 ook aangepast. Hierdoor is een tekort ontstaan op de post piketvergoedingen. In 2017 is dit opgevangen met incidentele voordelen op overige personele kosten en materieel. De piketvergoedingensystematiek is gekoppeld aan de CAR UWO. In de afgelopen jaren zijn de begrotingsposten voor de piketvergoedingen echter niet meegestegen met de stijging van de salarissen. Vanaf 2018 worden de begrotingsposten gekoppeld aan de CAR UWO en wordt er rekening gehouden met de werkgeverslasten op de piketvergoedingen. Voor de Oranje Kolom zijn ongeveer 300 functionarissen actief, deze zijn verspreid over 17 sleutelfuncties (bovenlokaal en lokaal). In de eerste helft van 2017 heeft een groot deel van de gemeentelijke sleutelfunctionarissen een opleiding/training gevolgd. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

78 In 2017 is er een trendanalyse (de Staat van de Rampenbestrijding, systeemtesten 2016 & 2017) gepresenteerd aan het bestuur waarin duidelijk de stijgende lijn zichtbaar is voor de uitvoering van de processen van Bevolkingszorg. Dit bevestigt het beeld dat de Oranje Kolom een volwaardige partner in multidisciplinaire oefeningen en inzetten is. Om de sleutelfunctionarissen voldoende te faciliteren is er aandacht voor de preparatie. Zo worden er verschillende Multidisciplinaire Inzet Kaarten ontwikkeld, waarin specifiek aandacht is voor Bevolkingszorg en Crisiscommunicatie. Daarnaast vindt er op dit moment een onderzoek plaats naar de technische doorontwikkeling van OK-net, het systeem dat de sleutelfunctionarissen gebruiken voor de voorbereiding en uitvoering van de taken in de rampen en crisisbeheersing. Indicatoren Van de functionarissen binnen de Oranje Kolom die actief zijn binnen de multidisciplinaire teams neemt iedere functionaris minimaal 1x per jaar deel aan een multidisciplinaire bijscholing en oefening. Elke functionaris binnen de Oranje Kolom neemt minimaal 1x per jaar deel aan een monodisciplinaire opleiding en oefening. Alle nieuwe functionarissen die binnen de Oranje Kolom actief zijn, volgen een startbekwaamheidstraject voor de functie die zij gaan uitoefenen. Realisatie 93% 85% 100% (34) Meldkamer De meldkamer verzorgt de aanname en afhandeling van meldingen van en aanvragen voor hulpverlening, waaronder 112-meldingen. In het kader van het project LMO (Landelijke Meldkamer Organisatie) zijn de meldkamers van de Veiligheidsregio s Zuid-Limburg en Limburg-Noord in het najaar 2016 samengevoegd in een nieuwe meldkamer die in Maastricht gevestigd is. De hoogte van de begroting voor het meldkamerdomein is vanaf 2014 bevroren in aanloop naar de overdracht aan de LMO en daarmee gepaard gaande eventuele financiële overdracht. Het beheer van de meldkamer en de financiële administratie, met uitzondering van de personeelsadministratie, zijn ondergebracht bij de Landelijke Politie, eenheid Limburg. De meldkamer is in de begroting van de VRLN nog wel zichtbaar als apart programmaonderdeel, aangezien de financiering nog loopt via de begrotingen van de veiligheidsregio s. Binnen het samenwerkingsverband vindt de gemeenschappelijke begroting en verantwoording plaats via een bestuurlijke stuurgroep die voor dat doel is ingesteld. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

79 Indicatoren 90% van de prio 1-meldingen is door de meldkamer verwerkt binnen 60 seconden (normtijd Limburg-Noord) Bij Grip-incidenten start de meldkamer binnen 2 minuten (normtijd) de alarmering Realisatie 60% 100% Toelichting bij indicatoren Met de invoering in mei 2015 van de 1-minuut verificatie (d.w.z. dat bij een melding via het Openbaar Meldsysteem OMS, eerst gedurende maximaal 1 minuut wordt nagegaan of het een daadwerkelijke dan wel loze melding betreft) wordt getracht het aantal loze meldingen en uitrukken terug te dringen. Hoewel de 90% norm hiermee onder druk is komen te staan, wordt het doel terugdringen van loze uitrukken gehaald. De gemiddelde verwerkingstijd is overigens 56 seconden. Wat heeft het gekost? Totaal Programma Veiligheid: Crisisbeheersing Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie Lasten GHOR Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking Gemeentelijke processen Meldkamer Totaal lasten Baten GHOR Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking Gemeentelijke processen Meldkamer Totaal baten Baten (gemeentelijke bijdragen) GHOR Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking Gemeentelijke processen Meldkamer Totaal gemeentelijke bijdragen Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat V Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

80 In onderstaande tabel staan op hoofdlijnen de afwijkingen ten opzichte van de begroting. (Bedragen in duizenden euro s) Omschrijving GHOR/Crisisbeheersing i/s Baten Lasten Subsidie: Per saldo voordeel op bijdrage opleiden en oefenen GHOR. i 21 V Personeelskosten: Per saldo lagere personeelskosten als gevolg van niet geraamde bijdrage UWV en niet ingevulde vacatures (krappe arbeidsmarkt). Operationeel optreden: Voordeel op kosten operationeel optreden als gevolg van het beperkte aantal grootschalige inzetten. i i 87 V 48 V Materiële kosten: Per saldo voordeel op diverse kleine posten. i 22 V Risicocommunicatie: Voordeel als gevolg van het doorschuiven van de doorontwikkeling van de website Veilig Limburg. i 12 V Monitor kwaliteitsbeleid: Voordeel door uitvoering in eigen beheer. i 11 V BDuR: Hogere bijdrage landelijke Brede Doeluitkering Rampenbestrijding. Gemeentelijke processen i 4 V Nadeel op exploitatie Oranje Kolom. i 1 N Totaal 25 V 179 V Per saldo resultaat V incidentele (i) of structurele (s) afwijking V (voordeel) = meer baten of minder lasten, N (nadeel) = minder baten of meer lasten Ten opzichte van de bestuursrapportage over het eerste half jaar is het resultaat over het gehele jaar positiever. Dit komt voornamelijk door niet-geraamde bijdrage van het UWV en het uiteindelijke voordeel op operationeel optreden. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

81 2.6 Overhead In het kader van de vernieuwing van het BBV op grond van de voorstellen van de commissie Depla worden de kosten voor de bedrijfsvoering niet meer verdeeld naar de verschillende programma s op grond van ingewikkelde sleutels, maar worden de kosten zichtbaar gemaakt in het separate onderdeel Overhead. Om de integrale kosten van de overige programma s intact te laten is in de begroting 2017 gewerkt met een generieke opslag op de inhoudelijke programma s voor de dekking van de overhead. De dekkingsbijdrage is bepaald aan de hand van de verhouding in de lastenverdeling 2016 en is als een generieke baat verwerkt in de begroting. Lasten die samenhangen met een specifiek bedrijfsonderdeel zijn zoveel mogelijk direct toegerekend aan dat bedrijfsonderdeel en vervolgens aan de programma s. Leidend hierbij is het adagium direct wat kan en indirect wat moet. Als gevolg daarvan zijn lasten met een meer generiek karakter onderdeel van de overhead. Algemene ontwikkelingen in 2017 De term overhead heeft in de volksmond vaak een wat negatieve connotatie, maar het betreft echter noodzakelijke en dus onvermijdbare kosten van de ondersteunende processen om de primaire activiteiten van de organisatie mogelijk te maken. Het nader beschouwen van deze kosten en het streven om deze processen zo efficiënt mogelijk in te richten vragen om voortdurende aandacht en een kritische blik. De VRLN is dan ook in 2017 op zoek geweest naar de mogelijkheden van procesverbetering teneinde de kosten op dit vlak zo laag mogelijk te houden. Een en ander heeft geleid tot een voordelig resultaat. Wat heeft het gekost? Overhead Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie #### Lasten Baten Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat N Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

82 Omschrijving Rijksbijdrage: Voordeel als gevolg van extra compensatie loon- en prijsbijstelling BDuR. Financieringsfunctie: Ten opzichte van de geraamde lasten een nadeel door lagere doorbelaste kapitaallasten in verband met achterblijvende investeringen. (Bedragen in duizenden euro s) i/s Baten Lasten i i 68 V 114 N Opleidingskosten: Voordeel door minder bestedingen. i 85 V Innovatie: Voordeel door onderuitputting innovatiebudget. i 71 V Contributies: Voordeel door vervallen IFV-bijdrage en VNG lidmaatschap. Bestuurskosten: Voordeel door lagere uitgaven bestuurskosten. i 19 V Personeelskosten: Per saldo voordeel personeelskosten als gevolg van niet volledig invullen vacatureruimte, lagere opleidingskosten en lagere WKR-kosten. Voormalig personeel: Nadeel op met name hogere kosten verhalen WW-uitkeringen voormalig personeel. Overige kosten: Nadeel als gevolg van naheffing BTW en heffing buitenlandse BTW 2017 Storting onderhoudsvoorzieningen: Hogere storting gezien geactualiseerde onderhoudsplanningen. Structureel deel is Huuropbrengsten: De begrootte bedragen zijn niet actueel. s 25 N i i i i i/s 42 V 33 V 56 N 45 N 160 N Automatisering: De kosten voor BI zijn niet geraamd. s 66 N Verzekeringen: De VRLN is deels eigen risico-drager, waardoor lagere lasten voor verzekeringspremies. Kantoorbenodigdheden en porto: Vooral door aanbesteding porto. s 36 V Per saldo resultaat 2017 s 78 V Totaal 43 V 77 N 34 N incidentele (i) of structurele (s) afwijking V (voordeel) = meer baten of minder lasten, N (nadeel) = minder baten of meer lasten Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

83 3 Paragrafen 3.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing Het Risicomanagement is in 2015 binnen de VRLN op basis van een nieuwe aanpak opgepakt. De ontwikkeling van risicomanagement binnen de VRLN kent een lange weg, waarbij langs de assen bewustwording en assessment geleidelijk naar een integraal beleid ten aanzien van risico s wordt toegewerkt. Deze risico s zijn onder te verdelen in allerlei uiteenlopende typen. Vooralsnog heeft het accent bij het in kaart brengen van de risico s gelegen op het strategisch niveau. De risico s zijn gegroepeerd langs de velden van het INKmodel. Het afgelopen jaar zijn diverse maatregelen genomen om de risico s te beheersen; zie onderstaande tabel. De nadruk ligt op de risico s in de categorie met als risicostrategie vermijden en vervolgens verminderen. Periodiek worden de risico s geactualiseerd en de effecten van de maatregelen gemonitord. Het overzicht is tevens aangevuld met nieuwe risico s en nieuw in te zetten maatregelen. Het programma NARIS rekent de risico s om naar het benodigde weerstandsvermogen. Aandachtsvelden Strategische risico s Maatregelen Leiderschap & cultuur 1. Vermogen tot veranderen (cultuur): het risico dat medewerkers onvoldoende in staat zijn, onvoldoende ruimte ervaren, om werkwijze en competenties aan te passen aan de ontwikkelingen en eisen die door de omgeving worden gesteld aan de VRLN. Het risico op kosten ten gevolge van een mismatch tussen organisatie-eisen en competenties van de medewerker. Bevordering van zelforganisatie door resultaatgerichte teams die binnen gestelde kaders aan de slag gaan. Binnen Gezondheid worden in nauwe betrokkenheid met de medewerkers de processen vormgegeven om de dienstverlening aan te laten sluiten bij de klantvraag. Inzet PIP s (primus inter pares) i.p.v. afdelingscoördinator voor kortere en directere lijnen. Coaching op functioneren en loopbaangesprekken met medewerkers. Strategie & beleid 2. Communicatie: het risico dat het merk' VRLN en haar onderdelen onvoldoende worden herkend. 3. Organisatie in control: het risico dat de VRLN haar financiële en beleidsdoelstellingen niet/ten dele behaald, processen en procedures onvoldoende inzichtelijk zijn en effectiviteit van beleid laag is. De VRLN slaagt er niet in om binnen de de begroting te blijven. In de externe communicatie wordt ingezet op de sterke merken binnen de VRLN. Een nieuwe website voor de veiligheidsregio en tevens een aparte website voor de GGD. In 2016 is intensief samengewerkt om het vertrouwen in de processen rondom finance & control te herstellen. Met hoge periodiciteit is de gezondheid van de financiële en productieresultaten gecheckt. De resultaten zijn gedurende het jaar in lijn gebleven met de begroting. Monitoring periodiek door gesprekken en afspraken met budgethouders en deelbudgethouders en op basis van het ontwikkeling zijnde dashboard. Meer hulpmiddelen ondersteuning P&C cyclus: een nieuw ehrm systeem en financieel systeem zijn ingevoerd en de salarisadministratie is heringericht, BI dashboards P&O & Financiën, Programma- en productenoverzicht PPO. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

84 Aandachtsvelden Medewerkers Strategische risico s 4. Kwaliteit personeel: het risico dat medewerkers in onvoldoende mate beschikken over gevraagde competenties, het optreden van ontwikkelingen in de omgeving die de vereiste en beschikbare kwaliteiten op spanning kunnen zetten, binnen enkele jaren uitstroom van deskundigheid en ervaring door gemiddeld hoge leeftijd personeel. Maatregelen Binnen diverse onderdelen is ingezet op individuele scholing en persoonlijke coaching van medewerkers, zoals scholing bevelvoerders, collegiale consultatie en EVP(ervaringsprofiel)-trajecten. Binnen Gezondheid is een veranderingstraject gestart waarbij ook rekening wordt gehouden met het (door)ontwikkelen van noodzakelijke competenties van betrokken medewerkers. Middelen Processen 5. Kwantiteit personeel: het risico op onderbezetting door gebrek aan (gespecialiseerd) personeel wat kan leiden tot productieverlies, verminderde paraatheid/hulpverlening, hogere kosten inhuur en het niet kunnen voldoen aan gemaakte afspraken/ verwachtingen. 6. Ziekteverzuim: het risico op ziekteverzuim door hoog ervaren werkdruk, onderbezetting en gevraagde flexibiliteit van medewerkers. 7. Opleiden en oefenen: het risico op onvoldoende mogelijkheden voor opleiden en oefenen medewerkers (bezuinigingen). 8. Arbeidsgerelateerde ziektes 9. Bezuinigingen (rijk en gemeenten): het risico dat VRLN taakstellende bezuinigingen worden opgelegd welke leiden tot gedwongen ontslagen en/of niet /tegen onvoldoende kwaliteit uitvoeren van (wettelijke) taken/diensten. Onvoldoende ruimte voor innovatie. 10. Financiële claims: het risico dat VRLN claims krijgt als gevolg van handelwijzen van één of meerdere medewerkers. 11. Wegvallen vergoeding OMS 12. Kennisdeling: het risico dat beschikbare en benodigde informatie onvoldoende ontsloten/gedeeld wordt intern en met externe partijen. Dit risico speelt binnen Veiligheid met name bij de werving en het behoud van vrijwilligers. Door middel van werving en selectiecampagnes en het gebruik van social media is hier aandacht voor geweest. Een innovatietraject wordt uitgevoerd om de beschikbaarheid van vrijwilligers in dagen vakantiesituaties te borgen. Ten aanzien van gespecialiseerd personeel en operationele functionarissen is de kwetsbaarheid groot als 'nieuwe' risico's zich voordoen zoals bijv. terrorisme, stralingsincidenten etc. Er zijn niet voldoende geschoolde en ervaren specialisten beschikbaar. Intensivering ziekteverzuimbegeleiding (gesprekken, praktische ondersteuning, tijdelijke werkaanpassing). Als kader voor prioritering wordt het vastgestelde Meerjarenbeleidsplan MOTO (Multi Opleiden Trainen & Oefenen) gebruikt. Met extra structurele middelen (door het bestuur toegekend) is enorm geïnvesteerd in onder andere procedures, extra uitrukpakken en voorlichting. Maatregelen zijn genomen om de begroting op orde te krijgen. Budgettering gebeurt op efficiënte wijze en budget wordt alleen verstrekt wanneer er een onderliggend plan is. Ruimte voor innovatie wordt geschapen door opbouw van een innovatiebudget. Afspraken met gemeenten over indexatiesystematiek loonen prijsstijgingen. Deels dekking door WA-verzekering. Verzekering activiteiten en personeel personeelsvereniging. Een projectplan ter realisatie van VIC is opgesteld om het informatiegestuurd werken te vergroten. Middels een daarvoor ontwikkeld dashboard heeft de afdeling Incidentbeheersing inzicht in de paraatheid van haar posten (beschikbaarheid van vrijwilligers op de posten). Binnen Gezondheid is voor zowel de gezondheidsmonitor Jeugd als voor Volwassenen en Ouderen een dashboard ontwikkeld. Het project digitaal (samen)werken is in voorbereiding. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

85 Aandachtsvelden Strategische risico s 13. Integriteit beveiliging data: het risico op uitval systemen en verlies van data als gevolg van gedrag van medewerkers. 14. Continuïteit: het risico dat de VRLN bij langdurige inzet t.b.v. calamiteiten de continuïteit van de dienstverlening niet kan waarborgen. 15. Nakomen afspraken/dvo: het risico dat VRLN niet kan voldoen aan afspraken door onderbezetting personeel of door onvoldoende zicht op de afspraken (leveringsbetrouwbaarheid). Maatregelen Een aantal gegevensverwerkende processen is doorgelicht op informatiebeveiliging. Daar waar nodig zijn maatregelen genomen. Een functionaris gegevensbescherming is aangesteld. Securityboard en Central Information Security Officer (CISO) ingesteld. De MMIK bedrijfscontinuïteit wordt geïmplementeerd. Heroverweging heeft plaatsgevonden met betrekking tot continuïteit bij inzet van zeer specifieke functies. Ingezet wordt op inzicht en overzicht van convenantafspraken en opvolging daarvan door partnertypering en jaargesprekken. Marktontwikkelingen, klanten en partners 16. Het risico dat door nieuwe afspraken m.b.t. de afname van producten en diensten een deel van het actuele aanbod van de diensten elders in de markt wordt weggezet en het risico op boventalligheid personeel. Binnen Gezondheid nemen klanten en partners een belangrijke plaats in het veranderingstraject in. Zij worden betrokken bij de uitwerking van de veranderstrategieën. Op peil houden van de dienstverlening. Verhogen van het kostenbewustzijn. Zorgen voor goede bereikbaarheid. Maatschappelijke ontwikkelingen Bestuur en financiers 17. Demografische ontwikkelingen: Risico dat we niet kunnen inspelen op de gewijzigde behoefte samenleving (taken en dienstverlening). 18. Invloed lokale en regionale politiek: het risico dat lokaal belang prevaleert boven regionaal belang, inconsistente besluitvorming, verwachtingen en betrokkenheid bestuurders. Binnen het veranderingstraject worden maatschappelijke ontwikkelingen, zoals mutaties in geboortecijfer, als factoren van invloed verkend en meegenomen in de uit te werken veranderstrategieën. Door de brandweer is de dialoog aangegaan met bestuurders en ambtenaren op diverse niveaus. De bestuursopdracht is gegeven een taakdiscussie te starten tussen gemeenten, RUD en VRLN. Binnen Gezondheid vonden en vinden er gesprekken plaats met de bestuurders m.b.t. JGZ en het sociale domein en de rol van de DPG. Score Kans Kans is klein Kans is groot score 1-25 score Probleem is klein Accepteren Overdragen Risico's 2, 10 Probleem is groot Verminderen Vermijden Risico's 3, 7, 8, 9, 14, 15, 17 1, 4, 5, 6, 11, 12, 13, 16, 18 Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

86 De benodigde weerstandscapaciteit gaat uit van het restrisico (netto risico s) dat de organisatie loopt. Daartoe dient voor de verschillende risico s beoordeeld te worden wat de effectiviteit is van de aanwezige beheersingsmaatregelen en/of aanvullende maatregelen genomen kunnen worden. Dit heeft geleid tot volgende overzicht. Strategische risico s 1. Vermogen tot veranderen (cultuur) Kans Financiële gevolgen % bijdrage aan weerstandscapaciteit Benodigde weerstands- capaciteit 75% ,27% Communicatie 50% ,00% 0 3. Organisatie in control 50% ,00% 0 4. Kwaliteit personeel 0% ,76% Kwantiteit personeel 75% ,38% Ziekteverzuim > norm 5% 75% ,23% Opleiden en oefenen 0% 0 0,00% 0 8. Arbeidsgerelateerde ziektes 1% ,00% 0 9. Bezuinigingen (rijk en gemeenten): kans op 5% minder inkomsten 10. Financiële claims 0% 10% ,47% nihil door dekking WA-verzekering 0,00% Wegvallen vergoeding OMS 100% ,48% Kennisdeling 75% binnen de eigen begroting 0,00% Integriteit beveiliging data 75% ,76% Continuïteit 50% ,90% Nakomen afspraken/dvo 75% binnen de eigen begroting 0,00% Afname producten en diensten/boventalligheid 10% ,85% Demografische ontwikkelingen 50% ,90% Invloed lokale en regionale politiek Bruto benodigde weerstandscapaciteit 75% binnen de eigen begroting 0,00% 0 100,00% Weerstandsvermogen en beschikbare weerstandscapaciteit Het weerstandsvermogen is een maatstaf voor de mate waarin de veiligheidsregio de nadelige gevolgen van risico s kan opvangen. Het gaat hierbij om tegenvallers die de continuïteit van de uitvoering van taken in gevaar brengen. Het weerstandsvermogen geeft aan wat de verhouding is tussen de beschikbare hoeveelheid en de benodigde hoeveelheid geld. In hoeverre de veiligheidsregio in staat is om de financiële tegenvallers op te vangen hangt af van de risico s die de veiligheidsregio loopt en van de middelen die de organisatie vrij kan maken om risico s op te vangen. De beschikbare weerstandscapaciteit is de optelsom van alle elementen uit de financiën van de veiligheidsregio die daadwerkelijk kunnen worden ingezet om niet-begrote kosten te dekken. Onder de beschikbare weerstandscapaciteit valt het deel van de reserves dat vrij aanwendbaar is. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

87 Vanuit de risico-inventarisatie is een benodigd weerstandsvermogen becijferd van De beschikbare weerstandscapaciteit bedroeg eind In de nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen is bepaald dat de VRLN een weerstandsvermogen aanhoudt op grond van het vastgestelde risicoprofiel. Om het tekort op het weerstandsvermogen weg te werken heeft het Algemeen Bestuur op 7 juli 2017 besloten de gemeentelijke bijdrage ingaande 2018 gedurende 4 jaar op te hogen met per jaar (gemiddeld 0,30 per inwoner per jaar). Eventuele positieve resultaten die in deze periode worden behaald, worden in mindering gebracht op de bijdrage van het daaropvolgende jaar. Voor 2017 geldt deze ophoging van de bijdrage nog niet. Financiële kengetallen Netto schuldquote De netto schuldquote is de verhouding tussen de schulden van de organisatie onder aftrek van de vlottende activa en het totaal van de baten van de organisatie verminderd met eventuele onttrekkingen aan reserves. Voor de opbouw van het kengetal kan een correctie voor de financiële activa achterwege blijven daar de VRLN niet over dergelijke uitzettingen beschikt. De relevantie van dit kengetal wordt bepaald door de mate waarin de organisatie de activa heeft gefinancierd in relatie tot de begrotingsomvang. Solvabiliteit Onder solvabiliteit wordt verstaan de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal van het vermogen, ergo het totaal van de passiva. Dit bedrag geeft de mate aan waarin de organisatie in staat is haar kortlopende en langlopende schulden te voldoen. Structurele exploitatieruimte Onder de structurele exploitatieruimte wordt verstaan de verhouding tussen het saldo van structurele baten en lasten verhoogd met het saldo van de structurele onttrekking en stortingen reserves met het totaal van de baten exclusief de onttrekking aan reserves. Dit verhoudingsgetal geeft aan de mate waarin de structurele lasten onderdeel uitmaken van de begroting; idealiter is dit verhoudingsgetal nul of positief. Immers dan worden de structurele lasten gedekt door structurele baten. Bovengenoemde kengetallen zijn in onderstaande tabel weergegeven. Financiële kengetallen (in percentages) Realisatie 2016 Begroting 2017 Realisatie 2017 netto schuldquote 69,4% 60,7% 65,6% netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 69,4% 60,7% 65,6% solvabiliteitsratio 3,6% 4,4% 5,5% structurele exploitatieruimte -3,8% -1,2% 0,5% Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

88 De netto schuldquote is niet hoog, het beleid van de VRLN heeft zich vooral gericht op interne financiering van de investeringen. In het licht van de toekomstige kapitaalbehoefte en de oplopende rentevoet zullen nieuwe financieringsmiddelen worden aangetrokken. De solvabiliteitsratio is niet hoog, dit komt omdat de reservepositie de laatste jaren afgebouwd is. Dit hangt samen met het beleid om het eigen vermogen van de VRLN niet hoger te laten zijn dan strikt noodzakelijk. Wel zien we dat de maatregelen om de vermogenspositie te verbeteren naar minimaal het benodigde weerstandscapaciteit leiden tot een verbetering van de solvabiliteitsratio. De structurele exploitatieruimte is gering positief. Dat geeft aan dat de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten, hetgeen vanuit een beheersbaarheidsperspectief wenselijk is. 3.2 Bedrijfsvoering De bedrijfsvoering van de veiligheidsregio maakt een inhaalslag door beter aan te sluiten op de huidige omvang en eisen van de organisatie. Deze inhaalslag in brede zin is in 2014 in gang gezet en heeft ook de komende jaren nog zijn vervolg. Voor 2017 waren de belangrijkste doelstellingen: verder In control komen, met een sterke focus op verbetering van de planning&controlcyclus; inzet van moderne informatiemiddelen om tot een betere dienstverlening te komen; optimaliseren van processen vanuit efficiency en effectiviteit; betere aansluiting op de klantvraag c.q. behoeften van gemeenten. Onderstaand wordt ingegaan op de belangrijkste ontwikkelingen in Planning en Control De eerste 6 maanden van 2017 hebben we de beoogde vervolgstappen gezet in de richting van outputsturing en verbeterd inzicht in de kosten. Een moderne inrichting van de administratie stond in de 2 e helft van 2017 centraal. De aanbesteding van een nieuw financieel systeem is succesvol afgerond en op 1 januari 2018 zijn we overgegaan op het nieuwe systeem. Daarmee beschikken we nu naast een nieuw personeelssysteem ook over een nieuw financieel systeem. Deze nieuwe systemen dragen ertoe bij dat er meer, sneller en betere stuur- en verantwoordingsinformatie kan worden gegenereerd. Ook het risicomanagement is met behulp van een gestructureerde aanpak verbeterd. Stapsgewijs zijn belangrijke randvoorwaarden ingevuld om sneller en eenvoudiger inzicht in onze financiën en output te krijgen. Dit is onder meer zichtbaar gemaakt in de Begroting 2018 in één oogopslag. In 2017 en 2018 gaan we Business Intelligence verder vormgeven door de introductie van verbeterde dashboards op basis van de nieuwe processen en systemen en management/directiegesprekken. De gemeenten, in hun rol als eigenaar, zijn door ons steeds vaker betrokken bij de uitvoering van de P&C-cyclus. Zowel beleids- Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

89 inhoudelijk als financieel. Wij zetten die ontwikkeling graag door, mede in het licht van de resultaten van het onderzoek van de gezamenlijke rekenkamers inzake de governance. Parallel hieraan hebben we een intern controle- en beheersprogramma opgezet. Ook dit wordt momenteel conform planning uitgerold. Hier zijn we ook in 2018 nog volop mee bezig. Het onderzoekstraject met de Belastingdienst, met als resultaat een convenant in het kader van Horizontaal Toezicht loopt nog door tot in Personeel In 2017 is de implementatie van een nieuw e-hrm systeem met bijbehorende processen ver gevorderd. Van de beoogde 10 modules zijn er inmiddels 8 opgeleverd; de modules HR Cyclus en Digitalisering Personeelsdossiers worden in 2018 opgepakt. Het systeem levert naast optimalisatie van processen ook sterk verbeterde stuurinformatie op. Ook zijn we gestart met het inrichten van een eigentijdse salarisadministratie als onderdeel van de verbeterde personele en financiële systemen. Dit loopt naar verwachting geheel 2018 door. Zoals in alle gemeenten is ook in de VRLN het wettelijk verplicht Individueel Keuze Budget (IKB) ingevoerd. Arbeidsomstandigheden, zeker in de risicovolle functies, hebben onze volle aandacht. De volgende Risico Inventarisatie & Evaluaties (RI&E s) zijn uitgevoerd of in uitvoering: warme RI&E Brandweer, koude RI&E oefenterrein brandweer en RI&E GGD. Het project arbeidshygiëne voor de brandweer is gestart en de aanbesteding voor een nieuwe Arbodienst is succesvol afgerond. We zijn gestart met het programma Vitaal en Veerkrachtig voor het voltallige personeel. Doel hiervan is het omgevingsbewustzijn, het vakmanschap, de arbeidsmobiliteit en de positieve gezondheid van medewerkers te versterken. Het is een meerjarig programma dat ook in zal doorlopen. Het dossier functioneel leeftijdsontslag (FLO) van de beroepsbrandweerlieden vraagt veel aandacht door herziene regelgeving. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

90 Omvang en samenstelling personeel Aantal % Aantal % Werknemers Fte 509,9 515,8 Fulltime , ,6 Parttime , ,4 Gemiddelde leeftijd 47,54 47,79 Mannen , ,1 Vrouw en , ,6 Vast , ,3 Tijdelijk 32 5,2 29 4,7 Ziekteverzuim 5,5 4,6 Verzuimduur in dagen 27,2 17,4 Verzuimfrequentie 0,99 0,91 Vrijw illigers (brandw eer) Mannen ,1 Vrouw en 40 4,9 Gemiddelde leeftijd 41,40 Informatisering en automatisering Voor ons primair proces is informatisering en automatisering strategisch van groot belang. Vanuit de wens naar meer informatiegestuurde brandweerzorg en gezondheidszorg is een sterke, intelligente en betrouwbare informatiepositie noodzakelijk. Dat vraagt om grote investeringen en het lef om te innoveren. Vanzelfsprekend binnen de financiële kaders, maar ook binnen wettelijke grenzen van privacy. Ons informatiebeleid, een uitgevoerde informatieveiligheidsscan en een onderzoek naar de ICT-infrastructuur vormen de basis voor onze investeringen op dit gebied in de komende jaren. Daarbij is continu sprake van afwegingen tussen vernieuwen in de digitale wereld, going concern, gebruikersgemak en goede informatieveiligheid en privacy. Om die investeringen en afwegingen in goede banen te leiden hebben we een Change Advisory Board en een Security Board, alsmede een Central Information Security Officer en Functionaris Gegevensbescherming ingesteld. In toenemende mate worden overheidsorganisaties geconfronteerd met dreigingen op het gebied van informatieveiligheid en continuïteit. Doorlopend verhoogde aandacht is noodzakelijk om de bedrijfscontinuïteit te garanderen. Inmiddels is een inventarisatie van beveiligingrisico s opgesteld. We beschikken over een baseline informatiebeveiliging, analoog aan het VNG-voorbeeld. We nemen deel aan kennisnetwerken en zijn gestart met een intern awareness programma op het thema informatieveiligheid. Een procedure voor de melding van beveiligingsincidenten is gereed. Informatiebeveiliging en privacy blijven om aandacht en (extra) investeringen vragen. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

91 Speciale aandacht wordt gegeven aan informatisering gericht op business intelligence om sturing en verantwoording te versterken binnen de veiligheidsregio als geheel. Ons Mobility Project faciliteert tijd- en plaatsongebonden werken met de juiste middelen. Er is een project voor de noodzakelijke vervanging van onze ICT-infrastructuur opgestart, waarvan in 2018 de realisatie plaatsvindt. Documentaire Informatie Voorziening De ontwikkeling van archiefbeheer naar informatiebeheer is ingezet. Het project Digitaal (samen)werken met als inhoudelijke (digitale) onderdelen documentbeheer, archiefbeheer en samenwerkingsomgeving wordt uitgewerkt. Het project is in voorbereiding, een marktconsultatie is inmiddels uitgevoerd. Het vraagt om een andere houding en werkwijze van al onze medewerkers. Omdat dit veel impact zal hebben op gebruikers wordt het uitvoeringstempo aangepast. Gebruikers hebben immers de laatste jaren al erg veel vernieuwing van structuren, processen en systemen gekend en de veelheid vraagt om dosering. Materieel en Gebouwenbeheer De verbouwing van het consultatiebureau (CB) Oranjelaan in Roermond is opgeleverd. Ook de verbouwing van ons hoofdkantoor en de aanbouw van een nieuw CB aan de Drie Decembersingel in Blerick is opgeleverd. Beide projecten zijn, volgens het afgesproken programma van eisen, opgeleverd binnen planning en budget. De voorbereidingen voor nieuwbouw van de volgende brandweerposten is dit jaar in voorbereiding genomen: Ittervoort, Stramproy, Nederweert, Heythuysen, Horst en Venray. In het kader van toegangsbeheer (en informatieveiligheid) wordt een strategisch onderzoek uitgevoerd naar de beveiliging van de gebouwen van de VRLN (ruim 50, waarvan 8 in eigendom). Dat vraagt in 2018 en 2019 om nieuwe investeringen. Uit nadere inspecties is gebleken dat de brandveiligheid van een aantal gebouwen aanpassing behoeft. Het onderzoek is in 2017 gestart en inmiddels grotendeels afgerond. Uitvoering van de adviezen vindt plaats in Verdergaande rationalisering van de onderhoudsprogramma s van de gebouwen is opgestart, evenals het verduurzamen van gebouwen door middel van LED-verlichting en andere energiebesparende maatregelen. Daarnaast is een aantal elektrische laadpalen voor auto s geplaatst. Communicatie Het team Communicatie is vernieuwd en richt de blik sterk naar onze externe stakeholders, waaronder de gemeenten. Daarbij zijn nieuwe (digitale) tools ingezet die continu de omgeving scannen zodat snel op de actualiteit gereageerd kan worden. Daarnaast versterken we pro actief onze profilering, zodat stakeholders de meerwaarde van de brandweer, GGD en veiligheidsregio herkennen. We zijn in 2017 aantoonbaar op een overwegend positieve wijze zichtbaarder geweest in lokale en sociale media. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

92 Inkoop Door professioneel aan te besteden is het inkoopproces meer gerationaliseerd. We zijn aangesloten bij een landelijke dynamische aanbestedingskalender. De implementatie van contractbeheer draagt bij aan een betere perioderesultaatbepaling en integrale beheersing. Contractmanagement bij de 10 grootste leveranciers is opgestart. Ook stellen we zakelijke eisen aan prijsindexaties van leveranciers. We volgen daarbij de CBS/CPI systematiek. Daarnaast blijven we samenwerken met verschillende (inkoop)partners om de beste prijs/kwaliteit verhouding te behalen. Juridische Zaken Zowel op arbeidsrechtelijk vlak als op gebied van algemeen juridisch advies wordt de samenwerking met andere partners en veiligheidsregio s versterkt. Dat leidt tot meer efficiency, minder kwetsbaarheid en betere kwaliteit. Een gedigitaliseerd Incident Registratie Systeem wordt in 2018 geïmplementeerd. In 2017 hebben we vier WOB-verzoeken ontvangen. Tweemaal inzake brandweer (slimme meters door Kassa/BNN Vara en autobranden door The Post Online) en tweemaal inzake personeel (externe inhuur door Een Vandaag en arbeidsvoorwaarden door RTL Nederland). Facilitaire Zaken, Balie en Klanten Service Centrum Beide teams zijn het visitekaartje van onze organisatie voor onze gasten en klanten. De teams maken een ontwikkeling door naar vernieuwde klantgerichtheid. We gaan daar in 2018 mee door. Projectmatig Werken In 2017 is een interne vakgroep Projectmatig Werken gestart. Deelnemers bestaan uit interne projectleiders die als een Community of Practice ervaringen uitwisselen en de werkwijze inclusief achterliggende tooling verbeteren. Als hulpmiddel is een projectportfoliosysteem geïmplementeerd waarmee zicht kan worden gehouden op de voortgang van projecten. 3.3 Kapitaalgoederen De belangrijkste kapitaalgoederen die de veiligheidsregio in eigendom heeft betreffen gebouwen, vervoermiddelen (brandweervoertuigen) en ander brandweermaterieel. a. Het beleidskader Het beleidskader voor het onderhoud van de kapitaalgoederen is in 2016 geactualiseerd. Het bestuur heeft in 2016 de financiële verordening en de afschrijvingstermijnen opnieuw vastgesteld. b. De uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties De Veiligheidsregio heeft een aantal gebouwen in beheer en eigendom. Na het stopzetten van het BTW Compensatiefonds heeft de veiligheidsregio, naast de algemene gebouwen, de Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

93 kazernes in de gemeenten Echt-Susteren (post Echt), Gennep, Mook en Middelaar, Venlo (post Venlo) en Weert (post Weert) per 1 januari 2014 in eigendom overgenomen. Uitgangspunt hierbij is dat het in bezit hebben van onroerend goed vanuit een structurele dienstbaarheid aan de organisatie beoordeeld wordt. Het Algemeen Bestuur heeft op 27 oktober 2015 besloten de huisvestingslasten van de brandweergebouwen integraal onderdeel te laten zijn van de VRLN-begroting. Dit betekent dat met ingang van 2017 de niet in eigendom zijnde gebouwen gehuurd worden tegen gelijke voorwaarden, conform een uniform huurcontract. Er is niet voor gekozen om de gebouwen in eigendom over te nemen, behalve de panden die al overgenomen waren. Met ingang van 2017 zijn de exploitatielasten dan integraal onderdeel van de begroting van de veiligheidsregio. Voor groot onderhoud worden de lasten daarvan in rekening gebracht bij de gemeenten, maar het onderhoud wordt uitgevoerd door de veiligheidsregio. c. De financiële consequenties Voor het groot onderhoud aan de gebouwen van de veiligheidsregio zijn onderhoudsvoorzieningen gevormd. De storting hierin bedraagt De totale omvang van de onderhoudsvoorzieningen per 31 december 2017 bedraagt De Veiligheidsregio heeft de volgende gebouwen in eigendom: Locatie Adres Plaats Hoofdvestiging VRLN Nijmeegseweg 42 Venlo Oude brandweerkazerne Venlo Nijmeegseweg 40 Venlo Hoofdvestiging GGD (3DS) Drie Decembersingel Venlo Hoofdvestiging GGD (Quadrivium) Oranjelaan Roermond Brandweerkazerne Echt Bandertlaan Echt Brandweerkazerne Gennep Paesplasweg Gennep Brandweerkazerne Mook Veldweg Mook Brandweerkazerne Venlo Ariënsstraat Venlo Brandweerkazerne Weert De Savornin Lohmanstraat Weert 3.4 Financiering Het beleid van de Veiligheidsregio inzake de financiering is vastgelegd in het treasurystatuut. Het Dagelijks Bestuur heeft op 8 september 2017 een nieuw Treasurystatuut vastgesteld, aansluitend op de geldende financiële verordening van de VRLN. Risicobeheer (kasgeldlimiet en renterisiconorm) De kasgeldlimiet laat zien welk risico er bestaat ten aanzien van vlottende schulden. De renterisiconorm is een maatstaf om te bepalen welke kredietrisico s de Veiligheidsregio loopt op de vaste schulden. Dit zijn de schulden met een looptijd langer dan 1 jaar. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

94 Kasgeldlimiet (vlottende schuld) Onderstaande tabel geeft het renterisico van de vlottende schuld voor het jaar Kasgeldlimiet (bedragen in duizenden euro's) (Jaar t = 2017) 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal 1. Vlottende schuld Vlottende middelen Netto vlottend schuld (+) of overschot (-) (1-2) Toegestane kasgeldlimiet In geld In percentage 8,20% 8,20% 8,20% 8,20% Ruimte (4 groter dan 3) Overschrijding (3 groter dan 4) Berekening kasgeldlimiet (5) (7) Rekeningstotaal (8) Percentage regeling 8,20% 8,20% 8,20% 8,20% (5)=(7)*(8)/100 kasgeldlimiet In 2017 is op het einde van het boekjaar voldaan aan de norm voor de kasgeldlimiet (plafond voor korte financiering < 1 jaar) op grond van de Wet Financiering Decentrale Overheden ( wet Fido ). Renterisiconorm (vaste schuld) Onderstaande tabel geeft het renterisico van de vaste schuld. Renterisiconorm (bedragen in duizenden euro's) renteherzieningen 0 2 aflossingen renterisico (1)+(2) (4) renterisiconorm (5a)= (4>3) ruimte onder renterisiconorm (5b)= (3>4) overschrijding van de renterisiconorm Berekening renterisiconorm (4) (4a) begrotingstotaal jaar t (4b) percentage regeling 20 % (4)=(4a)*(4b)/100 renterisiconorm jaar T De renterisiconorm is het bedrag ter grootte van 20% van het begrotingstotaal van Het renterisico op de vaste schuld mag de renterisiconorm niet overschrijden. Dit is niet het geval. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

95 Liquiditeitsplanning en financieringspositie De bestaande vaste geldleningen in combinatie met kortlopende geldleningen, reserves en voorzieningen en het betalingsritme van de gemeenten zijn voldoende gebleken om de lopende uitgaven inclusief investeringen te bekostigen. Rentekosten en renteopbrengsten In 2017 zijn de volgende rentekosten en renteopbrengsten gerealiseerd: Rentekosten: Rente vaste geldleningen Rente eigen financieringsmiddelen Rente kortlopende geldleningen/rekening courant 0 Renteopbrengsten: Rente rekening-courant/spaarrekeningen Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

96 Deel C Jaarrekening 4 Balans per 31 december Balans per 31 december 2017 (bedragen in duizenden euro's) ACTIVA 31 december december 2016 VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa 0 0 Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Financiële vaste activa 0 0 TOTAAL VASTE ACTIVA VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Gereed product en handelsgoederen Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan een jaar Vorderingen op openbare lichamen Rekening-courantverhouding met het Rijk Overige vorderingen Liquide middelen Kassaldi Banksaldi Overlopende activa De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel - Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen die ten lasten van volgende begrotingsjaren komen TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA TOTAAL ACTIVA Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

97 Balans per 31 december 2017 (bedragen in duizenden euro's) PASSIVA 31 december december 2016 VASTE PASSIVA Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserves Gerealiseerd resultaat (na bestemming) Voorzieningen Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Egalisatievoorzieningen Voorzieningen voor middelen van derden w aarvan de bestemming gebonden is 0 57 Vaste schulden met een rentetypische looptijd van een jaar of langer - Onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen Overige schulden 0 0 TOTAAL VASTE PASSIVA VLOTTENDE PASSIVA Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan een jaar Kasgeldleningen Banksaldi Overige schulden Overlopende passiva Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouw d en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume) De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren - Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA TOTAAL PASSIVA Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

98 5 Het overzicht van baten en lasten Het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening over het begrotingsjaar 2017 (bedragen in duizenden euro's) Realisatie 2016 Primaire begroting 2017 Begroting 2017 na 2e w ijziging Realisatie 2017 Lasten (excl. toevoegingen aan reserves) Gezondheid Centraal Meld- en Actiepunt Veiligheid: Risicobeheersing Veiligheid: Basisbrandw eerzorg Veiligheid: Crisisbeheersing Overhead Totaal lasten Baten (excl. onttrekkingen aan reserves) Gezondheid Centraal Meld- en Actiepunt 0 0 Veiligheid: Risicobeheersing Veiligheid: Basisbrandw eerzorg Veiligheid: Crisisbeheersing Overhead Totaal baten programma's Baten gemeentelijke bijdragen Gezondheid Centraal Meld- en Actiepunt Veiligheid: Risicobeheersing Veiligheid: Basisbrandw eerzorg Veiligheid: Crisisbeheersing Overhead Totaal baten gemeentelijke bijdragen Totaal baten Saldo (excl. mutaties reserves) Gezondheid Centraal Meld- en Actiepunt Veiligheid: Risicobeheersing 0 89 Veiligheid: Basisbrandw eerzorg Veiligheid: Crisisbeheersing Overhead Totaal programma's Saldo van baten en lasten Toevoegingen aan reserves Onttrekkingen aan reserves Gerealiseerde resultaat Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

99 6 Toelichtingen 6.1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling De veiligheidsregio dient als gemeenschappelijke regeling te voldoen aan de verslaggevingsvoorschriften zoals deze ook voor gemeenten gelden. Deze voorschriften zijn vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV). De waarderingsgrondslagen zijn bepaald aan de hand van het BBV dan wel aan de hand van algemeen in het maatschappelijk verkeer aanvaarde normen. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. De activa en passiva worden opgenomen tegen nominale waarde, tenzij anders vermeld. Baten en lasten De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten-gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskosten-gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting gevormd te worden. Vaste activa De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met eventuele bijdragen van derden, onttrekkingen aan de reserves en/of voorzieningen en de afschrijvingen. De activa met een relatief geringe betekenis worden in het jaar van aanschaf direct ten laste van de rekening van baten en lasten gebracht. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

100 Afschrijving van de activa (lineair) vindt plaats met inachtneming van de verwachte gebruiksduur of nuttigheidsduur. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. In het begrotingsjaar heeft een dergelijke vermindering overigens niet plaatsgevonden. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken. Het bestuur heeft in 2016 de afschrijvingstermijnen opnieuw vastgesteld. Deze termijnen worden gehanteerd voor nieuwe investeringen. De investeringen uit eerdere jaren worden afgeschreven op basis van de gebruiksduur die op het moment van de investering werd gehanteerd. De gehanteerde afschrijvingstermijnen per categorie zijn opgenomen in de tabel. Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa n.v.t. n.v.t. 5 tot 44 jaar 5 tot 20 jaar 3 tot 40 jaar 3 tot 30 jaar Vlottende activa Voorraden Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich vooral voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de betaalde inkoopprijs. Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan een jaar De vorderingen op openbare lichamen, rekening-courant verhouding met het Rijk en de overige vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Indien noodzakelijk wordt een voorziening in mindering gebracht voor verwachte oninbaarheid. Liquide middelen en overlopende posten Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen. Vaste passiva Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit een algemene reserve en bestemmingsreserves. Binnen de bestemmingsreserves is een onderscheid gemaakt tussen reserves met een specifiek bestedingsdoel en bestemmingsreserves die zijn gevormd ter dekking van eerder gedane investeringen. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

101 Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf kapitaalgoederen in het jaarverslag is het beleid ter zake nader uiteengezet. Vaste schulden met een rentetypische looptijd van een jaar of langer Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. 6.2 Toelichting op de balans Immateriële vaste activa De VRLN kent geen immateriële vaste activa. Materiële vaste activa De VRLN kent slechts investeringen met een economisch nut. De investeringen met een economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld: Materiële vaste activa (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december 2017 Boekwaarde per 31 december 2016 Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Subtotaal activa Activa in aanleg Totaal Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

102 Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met economisch nut weer. Verloopoverzicht materiële vaste activa (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde Investeringen Bijdragen van derden Desinvesteringen Afschrijvingen Afwaarderingen Boekwaarde Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Subtotaal activa Activa in aanleg Totaal Ter bevordering van het inzicht in de jaarrekening kunnen, omwille van de vergelijkbaarheid, enkele vergelijkende cijfers anders zijn gerubriceerd. Een en ander heeft geen effect op het vermogen of het resultaat. De belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen staan in het hierna opgenomen overzicht vermeld. Investeringen met een investeringsbedrag groter dan (bedragen in duizenden euro's) Werkelijk besteed in 2017 Cumulatief besteed t/m 2017 Verbouw ing Drie Decembersingel Venlo Grondaankoop tbv brandw eerkazerne Ittervoort Mobiele dataterminals (MOI/MDT) Tankautospuit Venray Project Mobility KAR verkeersbeïnvloedingsinstallatie Waterw agen Horst (HAV chassis) Waterw agen Nederw eert (HAV chassis) Waterw agen Panningen (HAV chassis) Haakarmvoertuig Venlo ( ) Haakarmvoertuig Venray Haakarmvoertuig Venlo ( ) Haakarmvoertuig Roermond Update bepakking diverse tankautospuiten Verbouw ing Oranjelaan Roermond Totaal Financiële vaste activa De VRLN heeft geen financiële vaste activa. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

103 Vlottende activa De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën: Voorraden Boekwaarde per 31 december 2017 Boekwaarde per 31 december 2016 Gereed product en handelsgoederen Totaal Deze voorraden gereed product betreffen vaccins. De in de balans opgenomen uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden: Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan een jaar (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december 2017 Boekwaarde per 31 december 2016 Vorderingen op openbare lichamen Rekening-courant verhouding met het rijk Overige vorderingen Totaal In 2017 is het niet noodzakelijk gebleken om een voorziening voor oninbare vorderingen in mindering te brengen op de vorderingen. Voor de rekening-courantverhouding met het rijk worden hieronder weergegeven het drempelbedrag voor het begrotingsjaar 2017 en voor ieder kwartaal het bedrag aan middelen, bedoeld in artikel 2, vierde lid, van de Wet financiering decentrale overheden, dat in het kader van het drempelbedrag door de VRLN buiten s Rijks schatkist is aangehouden. Wet financiering decentrale overheden (bedragen in duizenden euro's) Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4 Op dagbasis buiten 's Rijks schatkist gehouden middelen Drempelbedrag Ruimte onder drempelbedrag n.v.t. n.v.t. Overschrijding van het drempelbedrag n.v.t. n.v.t Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

104 Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten: Liquide middelen Boekwaarde per 31 december 2017 (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december Kassaldi Banksaldi Totaal De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden: Overlopende activa Boekwaarde per 31 december 2017 (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen Totaal Vaste passiva Eigen vermogen Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten: Eigen vermogen Boekwaarde per 31 december 2017 (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december Algemene reserve Bestemmingsreserves Gerealiseerde resultaat Totaal Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

105 Het verloop in 2017 wordt in onderstaand overzicht per reserve weergegeven: Verloopoverzicht reserves (bedragen in duizenden euro's) Bestemming Boekw aarde per 31 december 2016 Toevoeging Onttrekking resultaat vorig boekjaar Vermindering ter dekking van afschrijvingen Boekw aarde per 31 december 2017 Algemene reserve Algemene reserve Bestemmingsreserves t.b.v. dekking van kapitaallasten Reserve kapitaallasten gebouw Nijmeegsew eg, Venlo Reserve kapitaallasten gebouw Drie Decembersingel, Venlo Reserve kapitaallasten gebouw Oranjelaan, Roermond Reserve kapitaallasten automatisering Subtotaal reserves t.b.v. dekking kapitaallasten Overige bestemmingsreserves Reserve transitiekosten schaalvergroting meldkamer Reserve nieuw e huisvesting Reserve CMA Reserve Oranje Kolom Egalisatiereserve Kapitaallasten Brandw eerzorg Reserve assurantie eigen risico Subtotaal overige bestemmingsreserves Bestemmingsreserves Gerealiseerd resultaat Totaal Onder bestemming resultaat staan de toevoegingen of onttrekkingen vermeld uit hoofde van de bestemming van het resultaat van het voorgaande boekjaar. Onder afschrijvingen staan de verminderingen vermeld in verband met afschrijvingen op activa waarvoor een specifieke bestemmingsreserve is gevormd. De aard en de reden van iedere reserve wordt hieronder toegelicht evenals de mutaties die dit boekjaar hebben plaatsgevonden. Algemene reserve In de vergadering van 17 april 2015 heeft het Algemeen Bestuur de nota risicomanagement vastgesteld. Tevens is besloten om het niveau van de vrij besteedbare reserves op 100% van het weerstandsvermogen aan te houden, dit streven leidt tot een toename van de algemene reserve tot het beoogde niveau. Het saldo van de algemene reserve dat aan het begin van het rekeningsjaar bedroeg is voor aangevuld met het rekeningresultaat De omvang van de algemene reserve per 31 december 2017, het rekeningresultaat 2017 en de vrij besteedbare bestemmingsreserves per 31 december 2017 komt nu meer in de buurt van de bruto benodigde weerstandscapaciteit. Zie onderstaande tabel. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

106 Verloopoverzicht vermogenspositie (bedragen in duizenden euro's) Stand eigen vermogen af: Reserves niet vrij beschikbaar af: Kapitaal reserves Totaal beschikbare "vrije" reserves Berekend risico Tekort op w eerstandsvermogen 273 Reserve kapitaallasten gebouw Nijmeegseweg 42 te Venlo Deze reserve wordt ingezet om een deel van de kapitaallasten op te vangen samenhangend met de aankoop/inrichting van het gebouw Nijmeegseweg 42 te Venlo. Hiervoor wordt jaarlijks een bedrag onttrokken aan deze reserve en wordt jaarlijks 4,5% rente toegevoegd. Reserve kapitaallasten gebouw Drie Decembersingel te Venlo Deze reserve wordt ingezet om een deel van de kapitaallasten op te vangen samenhangend met de aankoop/inrichting van het gebouw Drie Decembersingel te Venlo. Hiervoor wordt jaarlijks een bedrag onttrokken aan deze reserve en wordt jaarlijks 4,5% rente toegevoegd. Reserve kapitaallasten gebouw Oranjelaan Roermond Deze reserve wordt ingezet om een deel van de kapitaallasten op te vangen samenhangend met de aankoop/inrichting van het gebouw Quadrivium aan de Oranjelaan in Roermond. Hiervoor wordt jaarlijks een bedrag onttrokken aan deze reserve en wordt jaarlijks 4,5% rente toegevoegd. Reserve kapitaallasten automatisering Afstemming van de automatiseringssystemen van Noord- en Midden-Limburg. Na verhuizing naar de locatie Drie Decembersingel in Venlo zijn de investeringen in automatisering en de afstemming van de systemen van Noord- en Midden-Limburg afgerond en wordt deze voorziening ingezet ter dekking van de kapitaallasten automatisering. In 2017 heeft conform begroting een vermindering ter dekking van afschrijvingen plaatsgevonden. Reserve Transitiekosten Schaalvergroting Meldkamer Op 21 december 2012 heeft het Algemeen Bestuur besloten tot het vormen van een reserve ten behoeve van de schaalvergroting meldkamer brandweer. De meldkamer van Limburg- Noord is samengevoegd met de meldkamer van Zuid-Limburg en in 2016 heeft de verhuizing naar Maastricht plaatsgevonden. De reserve is bestemd voor het opvangen van de te verwachten frictiekosten van deze samenvoeging. Het voordelig/nadelig saldo van het programmaonderdeel meldkamer in 2017 ad wordt in deze reserve gestort. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

107 Reserve Nieuwe Huisvesting Bij de vaststelling van de jaarrekening 2010 is een bedrag van in deze bestemmingsreserve gestort om de mogelijkheid van gezamenlijke huisvesting op een locatie te onderzoeken en voor het opvangen van mogelijke boekverliezen bij het afstoten van gebouwen die het gevolg zijn van centrale huisvesting. In 2016 is besloten het concept van de unilocatie voorlopig los te laten. Het bedrag in deze reserve blijft beschikbaar voor het eventueel op termijn realiseren van een alternatieve huisvestingssituatie. Reserve CMA De reserve is gevormd in het kader van de vereffening van resultaten op het specifiek ten laste van de centrumgemeente Venlo uitgevoerde Centraal Meld- en Actiepunt. Bij eventuele beëindiging van deze activiteit zal het bedrag worden aangewend ter dekking van eventuele frictiekosten. Inmiddels heeft het Algemeen Bestuur besloten dat de activiteiten voor het CMA ingaande 2018 worden beëindigd. Het resultaat op dit programma in 2017 bedraagt en is toegevoegd aan de reserve. De verwachte frictiekosten in de toekomst zullen uit deze reserve bestreden worden. Reserve Oranje Kolom Deze bestemmingsreserve wordt conform afspraak afgebouwd naar nihil in De onttrekking in 2017 is conform begroting. Reserve kapitaallasten brandweerzorg Deze bestemmingsreserve is gevormd vanuit de onderuitputting van de kapitaalslasten en wordt conform afspraak ingezet om de verwachte overschrijding van de kapitaalslasten in de komende jaren op te vangen. Reserve assurantie eigen risico Bij de aanbesteding van de verzekeringen is ervoor gekozen een deel van de verzekeringen materieel stop te zetten en dit risico zelf te dragen. In 2015 is voor dit doel de bestemmingsreserve assurantie eigen risico gevormd. In 2016 is een bedrag vanuit de balanspost afwikkeling verzekeringsuitkeringen toegevoegd aan deze reserve. In 2017 is een bedrag van toegevoegd aan de reserve. Deze bestemmingsreserve heeft bijna de gewenste omvang van vier maal de verzekeringspremie van de opgezegde verzekeringen. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

108 Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen in 2017 wordt in onderstaand overzicht weergegeven: Verloopoverzicht voorzieningen (bedragen in duizenden euro's) Boekw aarde per 31 december 2016 Toevoeging Vrijval Aanw ending Boekw aarde per 31 december 2017 Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Onderhoudsegalisatievoorzieningen m.b.t. gebouwen Voorziening groot onderhoud gebouw Nijmeegsew eg, Venlo Voorziening groot onderhoud gebouw Drie Decembersingel, Venlo Voorziening groot onderhoud gebouw Oranjelaan, Roermond Voorziening groot onderhoud brandw eerkazerne, Echt Voorziening groot onderhoud brandw eerkazerne, Gennep Voorziening groot onderhoud brandw eerkazerne, Mook Voorziening groot onderhoud brandw eerkazerne, Venlo Voorziening groot onderhoud brandw eerkazerne, Weert Subtotaal onderhoudsegalisatievoorzieningen m.b.t. gebouwen Overige egalisatievoorzieningen Voorziening ouderen-, volw assenen- en jongerenmonitor Totaal (onderhouds)egalisatievoorzieningen Voorzieningen voor middelen van derden w aarvan de bestemming gebonden is Voorziening w achtgelduitkering Gew est Noord-Limburg Totaal voorzieningen voor middelen van derden Totaal In de kolom vrijval zijn de bedragen opgenomen die ten gunste van de rekening van baten en lasten zijn vrijgevallen. Alle aanwendingen van de voorziening zijn rechtstreeks ten laste van de voorziening gebracht. Voorziening Groot onderhoud gebouwen Ten behoeve van het uit te voeren groot onderhoud aan de panden Nijmeegseweg te Venlo, Drie Decembersingel te Venlo en Oranjelaan te Roermond zijn onderhoudsvoorzieningen gevormd. De meerjarenonderhoudsplannen welke ten grondslag liggen aan deze voorzieningen zijn in 2015 geactualiseerd. Inmiddels hebben de panden een grondige verbouwing ondergaan en is achterstallig onderhoud weggewerkt. Tevens zijn in 2017 nieuwe onderhoudsplannen opgesteld. Deze nieuwe plannen treden in 2018 in werking. Voorziening Groot onderhoud brandweerkazernes Ten behoeve van het uit te voeren groot onderhoud van de brandweerkazernes in eigendom van de VRLN zijn onderhoudsvoorzieningen gevormd. De meerjarenonderhoudsplannen welke ten grondslag liggen aan deze voorzieningen zijn in 2015 opgesteld. Voorziening wachtgelduitkering gewest Noord-Limburg Bij de liquidatie van het Gewest Noord-Limburg is berekend hoe groot de voorziening behoort te zijn om voor een oud-medewerker van het Gewest Noord-Limburg tot aan zijn pensioendatum een wachtgelduitkering te betalen. Deze oud medewerker is in 2017 met pensioen gedaan. Het restant van de voorziening op pensioendatum ten bedrage van is vrijgevallen in Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

109 Voorziening ouderen-, volwassenen- en jongerenmonitor Eens in de vier jaar worden deze monitors uitgevoerd c.q. onderzoeken gehouden. De lasten hiervoor zijn als een jaarschijf in de begroting opgenomen. Via deze voorziening worden de kosten geëgaliseerd. Vaste schulden met een looptijd langer dan een jaar De onderverdeling van de in de balans opgenomen vaste schulden met een looptijd langer dan een jaar is als volgt: Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december 2017 Boekwaarde per 31 december 2016 Onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen Overige schulden 0 0 Totaal In onderstaand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden met een looptijd langer dan een jaar over het jaar Verloop vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar Saldo 31 december 2016 Vermeerderingen Aflossingen (bedragen in duizenden euro's) Saldo 31 december 2017 Onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen De rentelast over de opgenomen geldleningen bedraagt De aflossingen op de langlopende leningen in 2017 bedragen Vlottende passiva Onder de vlottende passiva zijn opgenomen: Vlottende passiva (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december 2017 Boekwaarde per 31 december 2016 Netto-vlottende schulden met een rentetyptische looptijd korter dan een jaar Overlopende passiva Totaal Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

110 Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan een jaar De in de balans opgenomen kortlopende schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden: Specificatie netto-vlottende schulden met een rentetyptische looptijd korter dan een jaar Boekwaarde per 31 december 2017 (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december Overige kasgeldleningen Banksaldi 0 0 Overige schulden Totaal De post overige schulden bestaat met name uit het saldo van de crediteuren. Overlopende passiva De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt: Specificatie overlopende passiva (bedragen in duizenden euro's) Boekwaarde per 31 december 2017 Boekwaarde per 31 december 2016 Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouw d en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume) De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen Totaal De verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (ofwel de nog te betalen bedragen) bestaat voornamelijk uit af te dragen sociale lasten en pensioenpremies. De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren kunnen als volgt worden gespecificeerd: Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

111 De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren Saldo 31 december 2016 Vermeerderingen Verminderingen (bedragen in duizenden euro's) Saldo 31 december 2017 Overige Nederlandse overheidslichamen: Project IJzeren Rijn Scholing brandweerpersoneel Totaal Ten behoeve van de juridische ondersteuning van de gemeenten betrokken bij de IJzeren Rijn is een voorschotbedrag opgenomen. De coördinatie hiervoor ligt bij de gemeente Venlo. Dit bedrag kan daarom overgedragen worden naar de gemeente Venlo. De post scholing brandweerpersoneel betreft middelen uit een ESF subsidie van Brandweer Nederland, welke worden ingezet ten behoeve van de versterking van het brandweeronderwijs. Langlopende financiële verplichtingen De Veiligheidsregio is voor een aantal jaren verbonden aan, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen. Hieronder volgen de belangrijkste van deze verplichtingen. Huurovereenkomsten In het kader van de huur van GGD panden is voor ongeveer aan verplichtingen aangegaan. Voor de brandweerkazernes zijn in 2017 nieuwe huurovereenkomsten afgesloten. De verplichtingen uit de ondertekende huurovereenkomsten bedragen Investeringsverplichtingen Voor balansdatum zijn investeringsverplichtingen aangegaan. Deze hangen samen met investeringen die worden uitgevoerd over een periode die over het boekjaar heen loopt. Overige langlopende contracten Ten behoeve van de bedrijfsvoering zijn op het onderdeel ICT verplichtingen aangegaan van Toelichting op het overzicht van baten en lasten De belangrijkste verschillen tussen de realisatie en de begroting na wijziging worden hieronder toegelicht. De baten en lasten zijn opgenomen per programma en worden nader verklaard. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

112 Programma Gezondheid Totaal Programma Gezondheid (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 Verschil begroting - realisatie Lasten V Baten N Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat V De belangrijkste verklaring voor de afwijking van de lasten is hogere personeelslasten onder andere door inhalen achterstand als gevolg van dienstverlening aan statushouders, vervanging langdurige ziekte, re-integratiekosten medewerkers en inhuur. Hier staat een voordeel tegenover samenhangend met de begrootte extra kosten voor statushouders. De belangrijkste verklaring voor de afwijkingen van de baten zijn: - Lagere inkomsten door beëindiging contract CJG/SWT door gemeenten - Diverse extra inkomsten uit subsidies en opdrachten - Extra inkomsten RIVM - Restant baten statushouders overgeheveld naar balans - Minder inkomsten TBC-screening - Afname te inspecteren locaties kinderopvang - Extra inkomsten COA (asielzoekers) Programma Centraal Meld- en Actiepunt Programma Centraal Meld- en Actiepunt (CMA) Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie Lasten V Baten Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat De lasten zijn lager door lagere personeelslasten. Het voordelig saldo is toegevoegd aan de reserve. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

113 Programma Veiligheid: Risicobeheersing Totaal Programma Veiligheid: Risicobeheersing (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 Verschil begroting - realisatie Lasten V Baten V Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat V De belangrijkste verklaring voor de afwijkingen van de lasten is: lagere personeelslasten onder andere door minder inhuur en vergoeding voor verrichte werkzaamheden ten behoeve van de gemeenschappelijke meldkamer. De realisatie van de baten wijken af door hogere ontvangen subsidies Programma Veiligheid: Basisbrandweerzorg Totaal Programma Veiligheid: Basisbrandweerzorg Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie Lasten N Baten V Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves N Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat N De hogere lasten worden veroorzaakt door hogere personeelslasten, met name door vervanging bij langdurige ziekte, meer externe inhuur en hogere materiële kosten. Daartegenover zijn de vrijwilligerskosten voor inzet bij materieelbeheer en realisatisch oefenen lager en is er een voordeel op de aankooop van materieel bij VMO. Op de begrotingspost kapitaallasten en arbeidshygiëne is in 2017 sprake van een onderuitputting van , wat in lijn met het bestuursbesluit is en is toegevoegd aan de egalisatiereserve. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

114 Programma Veiligheid: Crisisbeheersing Totaal Programma Veiligheid: Crisisbeheersing Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie Lasten V Baten V Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves N Onttrekkingen uit reserves Gerealiseerde resultaat V De belangrijkste verklaringen voor de afwijkingen van de lasten zijn: - lagere personeelslasten; - lagere kosten door beperkt aantal grootschalige inzetten; - enkele voordelen op materiële kosten en - extra storting in reserve Transitiekosten schaalvergroting Meldkamer. De belangrijkste verklaring voor de afwijkingen van de baten is hoger ontvangen subsidie opleiden en oefenene GHOR Overhead Overhead Begroting 2017 na w ijziging Realisatie 2017 (bedragen in duizenden euro's) Verschil begroting - realisatie #### Lasten N Baten V Baten (gemeentelijke bijdragen) Saldo van baten en lasten V Stortingen in reserves N Onttrekkingen uit reserves N Gerealiseerde resultaat N De realisatie van de lasten laat zowel voordelen als nadelen zien. Voordelen hebben te maken met minder bestedingen bij opleidingen, contributies, verzekeringspremies en portokosten. Nadelen houden verband met de hogere storting onderhoudsvoorziening, hogere kosten WW-uitkeringen en heffing buitenlandse BTW. De baten zijn hoger door extra inkomsten BDuR. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

115 Onvoorzien De Veiligheidsregio heeft geen post onvoorzien opgenomen in de begroting Overzicht incidentele baten en lasten In de hierna volgende overzichten staat een samenvatting van de incidentele afwijkingen ten opzichte van de begroting wat betreft de baten en de lasten. Incidentele baten (Bedragen in duizenden euro s) Omschrijving BDuR uitkering +94 Overige baten +476 Baten ten behoeve van statushouders: restant aan baten is overgeheveld naar de balans -366 Overig +3 Totaal 207 Incidentele lasten (Bedragen in duizenden euro s) Omschrijving Personeelslasten +416 Materiële lasten -142 Huisvestingslasten +118 Lasten ten behoeve van statushouders -599 Overig +58 Totaal -149 Voor een verdere onderbouwing op programmaniveau zie tot en met Analyse begrotingsafwijkingen en begrotingsrechtmatigheid De baten en lasten op programmaniveau overschrijden de baten en lasten in de begroting na wijziging. Deze overschrijding wordt veroorzaakt door de systematiek van het opstellen van de jaarrekening. De baten en lasten in de begroting na wijziging zijn deels gesaldeerd. In de jaarrekening zijn de werkelijke baten en lasten opgenomen. Formeel leidt dit tot een begrotingsonrechtmatigheid. Met het vaststellen van de jaarverantwoording wordt dit door het Algemeen Bestuur goedgekeurd. In het saldo van baten en lasten per programma is geen sprake van een overschrijding. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

116 Wet Normering Topinkomens Uit hoofde van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) moet de bezoldiging van alle topfunctionarissen worden verantwoord, ook als de norm niet is overschreden. Dit geldt ook voor externe topfunctionarissen, ongeacht de duur van het dienstverband c.q. de periode van inhuur. De leden van het Algemeen Bestuur van de VRLN ontvangen vanuit de VRLN geen bezoldiging uit hoofde van hun functie. Het bezoldigingsmaximum uit hoofde van de WNT 2017 voor de algemeen directeur bedraagt en wordt niet overschreden. De norm uit hoofde van de WNT 2017 voor de voorzitter en de leden van het Algemeen Bestuur bedraagt 15% van het WNT-maximum ( ) respectievelijk 10% van het WNT-maximum ( ) en wordt niet overschreden. WNT - 1. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met een dienstbetrekking Bedragen * 1 T. van Lieshout J. Rooijmans R. Verwiel R. Verwiel R. Knorr Functiegegevens Secretaris Secretaris Interim-directeur Adjunct-directeur Manager Algemeen Bestuur Algemeen Bestuur Concerncontroller Algemeen Directeur Algemeen Directeur Aanvang en einde functievervulling in t/m t/m t/m t/m t/m Deeltijdfactor in fte 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 Gew ezen topfunctionaris? Nee Nee Nee Ja Ja (Fictieve) dienstbetrekking? Ja Ja Ja Ja Ja Bezoldiging Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Subtotaal Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum N.v.t. N.v.t. -/- Onverschuldigd betaald bedrag Totaal bezoldiging Reden w aarom de overschrijding al dan niet is toegestaan N.v.t. N.v.t. N.v.t. N.v.t. N.v.t. Gegevens 2016 T. van Lieshout J. Rooijmans R. Verwiel R. Verwiel R. Knorr Aanvang en einde functievervulling in t/m N.v.t. N.v.t. N.v.t t/m Deeltijdfactor 2016 in fte 1,00 N.v.t. N.v.t. N.v.t. 1,00 Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen N.v.t. N.v.t. N.v.t Beloningen betaalbaar op termijn N.v.t. N.v.t. N.v.t Totale bezoldiging in N.v.t. N.v.t. N.v.t De WNT verantwoording van dhr. Knorr is in 2016 per abuis niet opgenomen in de jaarrekening. Met de verantwoording in de jaarrekening 2017 wordt deze omissie hersteld. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

117 WNT - Topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met een bezoldiging van of minder Naam topfunctionaris Functie (bij de VRLN) Functie A. Scholten Voorzitter Algemeen Bestuur Voorzitter Dagelijks Bestuur Burgemeester gemeente Venlo P. Dassen - Housen Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Beesel M. Pelzer Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Bergen (Lb.) J. Hessels Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Echt-Susteren P. de Koning Lid Algemeen Bestuur Lid Dagelijks Bestuur Burgemeester gemeente Gennep K. van Rooij Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Horst aan de Maas C.C. Leppink - Schuitema Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Horst aan de Maas B.M.T.J. Op de Laak Lid Dagelijks Bestuur Wethouder gemeente Horst aan de Maas A. Verhoeven Lid Algemeen Bestuur Lid Dagelijks Bestuur Burgemeester gemeente Leudal S. Strous Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Maasgouw A.C.H. Smeets - Palmen Lid Dagelijks Bestuur Wethouder gemeente Maasgouw W. Gradisen Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Mook en Middelaar H. Evers Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Nederw eert W. Delissen - van Tongerlo Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Peel en Maas M. de Boer - Beerta Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Roerdalen M.J.D. Donders - De Leest Lid Algemeen Bestuur Lid Dagelijks Bestuur Burgemeester gemeente Roermond M.A.J. Smitsmans - Burhenne Lid Dagelijks Bestuur Wethouder gemeente Roermond J. Gilissen Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Venray J. Heijmans Lid Algemeen Bestuur Burgemeester gemeente Weert Zowel de leden van het Algemeen Bestuur als het Dagelijks Bestuur zijn allen voor een periode langer dan 13 maanden bestuurslid van de Veiligheidsregio Limburg-Noord, met uitzondering van mevrouw C.C. Leppink-Schuitema. De heer K. van Rooij is per december 2017 gestopt als burgemeester van de gemeente Horst aan de Maas. Mevrouw C.C. Leppink-Schuitema heeft als interim-burgemeester van de gemeente Horst aan de Maas het lidmaatschap van het Algemeen Bestuur overgenomen. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

118 6.4 Sisa-bijlage bij de jaarrekening JenV A2 Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDUR) SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2017 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 10 januari 2018 Besteding (jaar T) Besluit veiligheidsregio's artikelen 8.1, 8.2 en 8.3 Veiligheidsregio's IenW E27B Brede doeluitkering verkeer en vervoer SiSa tussen medeoverheden Provinciale beschikking en/of verordening Gemeenten en Gemeenschappelijke Regelingen Aard controle R Indicatornummer: A2 / Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Besteding (jaar T) ten laste van provinciale middelen Overige bestedingen (jaar T) Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde bestedingen ten laste van provinciale middelen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde overige bestedingen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: E27B / 01 Indicatornummer: E27B / 02 Indicatornummer: E27B / 03 Indicatornummer: E27B / 04 Indicatornummer: E27B / /71303: implementatie 0 0 KAR /21101: KARimplementatie 0 0 voertuig /41827: KARimplementatie voertuig Kopie beschikkingsnummer Cumulatieve besteding ten laste van provinciale middelen tot en met (jaar T) Cumulatieve overige bestedingen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de juistheid en volledigheid van de van de verantwoordingsinformatie verantwoordingsinformatie Toelichting Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ja, betekent dit dat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B/ 06 Indicatornummer: E27B / 07 Indicatornummer: E27B / 08 Indicatornummer: E27B / 09 Indicatornummer: E27B / /71303: implementatie KAR Ja /21101: KAR-implementatie voertuig /41827: KAR-implementatie voertuig Ja Ja Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

119 Controleverklaring Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de leden van het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Limburg-Noord Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2017 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord te Venlo gecontroleerd. Naar ons oordeel: geeft de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2017 als van de activa en passiva van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord op 31 december 2017 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV); zijn de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2017 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand gekomen in overeenstemming met de begroting en met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in het controleprotocol. De jaarrekening bestaat uit: de balans per 31 december 2017; het overzicht van baten en lasten over 2017; de toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen en; de SiSa-bijlage met de verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen. De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado), het controleprotocol WNT en het controleprotocol dat is vastgesteld door het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord op 16 december Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening. Wij zijn onafhankelijk van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA). Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Materialiteit Op basis van onze professionele oordeelsvorming hebben wij de materialiteit voor de jaarrekening als geheel bepaald op EUR , waarbij de bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan reserves, zoals voorgeschreven in artikel 2 lid 1 Bado. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

120 Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn, zoals ook bedoeld in artikel 3 Bado. Daarbij zijn voor de controle van de in de jaarrekening opgenomen WNT-informatie de materialiteitsvoorschriften gehanteerd zoals vastgelegd in de Regeling controleprotocol WNT Wij zijn met het algemeen bestuur overeengekomen dat wij aan het algemeen bestuur tijdens onze controle geconstateerde afwijkingen boven de EUR rapporteren alsmede kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve of WNT-redenen relevant zijn. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen andere informatie Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvatten de jaarstukken andere informatie, die bestaat uit: de programmarekening; de financiële paragrafen. Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie: met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat; alle informatie bevat die op grond van het BBV is vereist. Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat. Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de vereisten in de Gemeentewet en de Nederlandse Standaard 720. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij de jaarrekening. Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie, waaronder het jaarverslag in overeenstemming met het BBV. Beschrijving van verantwoordelijkheden met betrekking tot de jaarrekening Verantwoordelijkheden van het dagelijks bestuur en algemeen bestuurd van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord voor de jaarrekening Het dagelijks bestuur is verantwoordelijk voor het opmaken en getrouw weergeven van de jaarrekening in overeenstemming met het BBV. Het dagelijks bestuur is ook verantwoordelijk voor het rechtmatig tot stand komen van de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties, in overeenstemming met de begroting en met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in het controleprotocol. In dit kader is het dagelijks bestuur tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die het dagelijks bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die relevante weten regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Het algemeen bestuur is als kaderstellend en controlerend orgaan op grond van de Gemeentewet verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële verslaggeving van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord. Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

121 Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle materiële fouten en fraude ontdekken. Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fouten of fraude en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel. Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, het Bado, het controleprotocol dat is vastgesteld door het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord op 16 december 2016, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit: het identificeren en inschatten van de risico s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude dan wel het niet rechtmatig tot stand komen van baten en lasten alsmede de balansmutaties, het in reactie op deze risico s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing; het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord; het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving, de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het dagelijks bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan; het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen en; het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen en of de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen. Wij communiceren met het algemeen bestuur onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Maastricht, 13 april 2018 Ernst & Young Accountants LLP w.g. drs. N.A.J. Silverentand RA Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

122 Lijst van afkortingen AGS A&O AZC BBV BDuR BI BMR BRZO BTW CB CBs CISO CJG CMA COA CoPI CPB CPI DJI DPG ehrm EVP FLO GB GGB GGD GHOR GRIP HNT HPV IBGS ICT IFV IKK IMOC INK IVC2000 IZB JGZ KBO KTO LED LMO Adviseur gevaarlijke stoffen Arbeidsmarkt- en Ontwikkelingsfonds Asielzoekerscentrum Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten Brede Doeluitkering Rampenbestrijding Business Intelligence Bof, mazelen en rode hond Besluit Risico s Zware Ongevallen Belasting over de Toegevoegde Waarde Consultatiebureau Centraal Bureau voor de Statistiek Central Information Security Officer Centrum voor Jeugd en Gezin Centraal Meld- en Actiepunt Centraal Orgaan opvang Asielzoekers Commando Plaats Incident Centraal Plan Bureau Consumentenprijsindex Dienst Justitiële Inrichtingen Directeur Publieke Gezondheid elektronisch Human Resource Management Ervaringsprofiel Functioneel LeeftijdsOntslag Gezondheidsbevordering Grootschalige Geneeskundige Bijstand Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Geneeskundige HulpverleningsOrganisatie in de Regio Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure Het Nieuwe Toezicht Humaan Papillomavirus Incidentbestrijding Gevaarlijke Stoffen Informatie- en Communicatietechnologie Instituut Fysieke Veiligheid Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang Index materiële overheidsconsumptie Instituut voor Nederlandse Kwaliteit Implementatie Vernieuwing C2000 Infectieziektebestrijding Jeugdgezondheidszorg Katholieke Bond van Ouderen Klanten Tevredenheidsonderzoek Light-emitting diode Landelijke Meldkamer Organisatie Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

123 MEV MIK MO MOTO NEN OMS OT/BT OvDG P&C PPO PIP P&O Prio RBOP RBT RI&E ROT RIVM RUD SI-2T SOA SWT TBC TGB THZ TS UWV VIC VNG VO VRLN VRZL WA Wabo Wet FIDO WHO WKR WNT WOB Wpg Wrp WVD WW Macro Economische Verkenning Multidisciplinaire Inzet kaart Maatschappelijke opvang Multi Opleiden Trainen & Oefenen Nederlandse Norm Openbaar Meldsysteem Operationeel Team / Beleidsteam Officier van Dienst Geneeskundig Planning & Control Programma- en Productenoverzicht Primus Inter Pares Personeel & Organisatie Prioriteit Repressief brandweerorganisatieplan Regionaal Beleidsteam Risico Inventarisatie & Evaluatie Regionaal Operationeel Team Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Regionale Uitvoerings Dienst Snel Interventie Voertuig Seksueel Overdraagbare Aandoening Sociaal Wijkteam Tuberculose Terrorismegevolgbestrijding Technische hygiënezorg Tankautospuit Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Veiligheids Informatie Centrum Vereniging van Nederlandse Gemeenten Voortgezet onderwijs Veiligheidsregio Limburg-Noord Veiligheidsregio Zuid-Limburg Wettelijke Aansprakeljkheidsverzekering Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet Financiering Decentrale Overheden World Health Organization Werkkostenregeling Wet Normering Topinkomens Wet openbaarheid van bestuur Wet publieke gezondheid Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche Waarschuwings- en Verkenningsdienst Werkloosheidswet Jaarverantwoording 2017 VRLN april 2018

124 1 VRLN Accountantsverslag.pdf Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord 13 april 2018

125 Ernst & Young Accountants LLP Buitenplaats Vaeshartelt, Weert PG Maastricht, Netherlands Postbus AC Maastricht, Netherlands Tel: Fax: ey.com Het algemeen bestuur en de directie van Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord Postbus AA VENLO Maastricht, 13 april 2018 Uitkomsten controle en overige informatie 2017 Geachte leden van het algemeen bestuur en de directie, Het doet ons genoegen u verslag uit te brengen omtrent de uitkomsten van onze accountantscontrole van de jaarrekening 2017 van Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord (hierna: VRLN). Wij willen u over de volgende onderwerpen informeren: uitkomsten jaarrekeningcontrole kwaliteit beheersorganisatie rechtmatigheidsbeheer De kernpunten van de controle en onze overwegingen daarbij zijn nader toegelicht in dit verslag. Onafhankelijkheid behoort tot de grondbeginselen van ons beroep. Wij garanderen u onze onafhankelijkheid en hebben hierover een nadere uiteenzetting opgenomen in de bijlage. De huidige ontwikkelingen in het accountantsberoep nemen wij zeer serieus en wij streven naar een heldere communicatie richting u en het maatschappelijk verkeer. Wij danken u voor de mogelijkheid om een open en eerlijke dialoog met u als lid van het bestuur en management te voeren. Dit vormt een essentieel onderdeel van het controleproces, evenals van de algehele corporate governance. Wij stellen het op prijs een en ander persoonlijk toe te lichten of eventuele vragen omtrent deze of andere met de controle verband houdende zaken te beantwoorden. Hoogachtend, Ernst & Young Accountants LLP drs. N.A.J. Silverentand RA Externe accountant Ernst & Young Accountants LLP is een limited liability partnership opgericht naar het recht van Engeland en Wales en geregistreerd bij Companies House onder registratienummer OC In relatie tot Ernst & Young Accountants LLP wordt de term partner gebruikt voor een (vertegenwoordiger van een) vennoot van Ernst & Young Accountants LLP. Ernst & Young Accountants LLP is statutair gevestigd te 6 More London Place, London, SE1 2DA, Verenigd Koninkrijk, heeft haar hoofdvestiging aan Boompjes 258, 3011 XZ Rotterdam, Nederland en is geregistreerd bij de Kamer van Koophandel Rotterdam onder nummer Op onze werkzaamheden zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin een beperking van de aansprakelijkheid is opgenomen.

126 Inhoudsopgave Kernpunten uit onze rapportage 3 Uitkomsten jaarrekeningcontrole 5 Conclusie van de controle Onze analyse van het resultaat 2017 en financiële positie Onze analyse van uw belangrijkste schattingen Overige aandachtsgebieden en bevindingen in de controle Bijlagen Onafhankelijkheid en controleproces 22 SiSa-bijlage 26 Totaal aantal pagina s in dit rapport: 26 Kwaliteit beheersorganisatie 16 Rechtmatigheidsbeheer 18 GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

127 Kernpunten uit onze rapportage Kernpunt Uitkomst Uitkomsten jaarrekeningcontrole Inleiding Conclusie van onze controle De jaarrekening is rechtmatig Voor u ligt het verslag van bevindingen van ons als accountant van VRLN. Wij hebben de opdracht gekregen om de jaarrekening 2017 van VRLN te controleren. In dit verslag lichten wij onze bevindingen naar aanleiding van de door ons uitgevoerde werkzaamheden toe. Bij de uitvoering van deze werkzaamheden hebben wij de medewerking van de organisatie ontvangen waardoor de jaarrekeningcontrole in prettige samenwerking is verlopen. Hierdoor hebben wij dit intensieve traject op een adequate wijze kunnen afronden. Wij hebben een goedkeurende controleverklaring verstrekt bij de jaarrekening 2017 van VRLN. Dit betekent dat het jaarverslag en de jaarrekening 2017 zijn ingericht in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de in de jaarrekening opgenomen balans en overzicht van baten en lasten inclusief toelichting een getrouwe weergave zijn van de financiële positie en baten en lasten van VRLN. Wij hebben de in de SiSa-bijlage van de jaarrekening genoemde specifieke uitkeringen gecontroleerd met inachtneming van de Nota verwachtingen accountantscontrole Sisa Hierbij hebben wij geen bijzonderheden geconstateerd. Wij hebben bij de jaarrekening 2017 van VRLN een goedkeurende controleverklaring afgegeven met betrekking tot de rechtmatigheid. Dit betekent dat de baten en lasten en balansmutaties in de jaarrekening 2017 in overeenstemming zijn met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder uw verordeningen en het controleprotocol WNT. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

128 Kernpunten uit onze rapportage Kernpunt Rechtmatigheidsbeheer Uitkomst Bij onze rechtmatigheidscontrole hebben wij ons gericht op de naleving van de Europese aanbestedingsregels. In het controleprotocol is onduidelijk opgenomen of het interne inkoop- en aanbestedingsbeleid tevens onderdeel uitmaakt van de rechtmatigheidscontrole. Door de directie en portefeuillehouder financiën is bevestigd is dat het interne inkoop- en aanbestedingsbeleid geen onderdeel uit maakt van ons toetsingskader waardoor wij ons enkel hebben gericht op de controle van de naleving van de Europese aanbestedingsrichtlijnen. Hieruit zijn geen onrechtmatigheden gebleken. Echter hebben wij op basis van onze werkzaamheden enkele aanbevelingen inzake de toekomstige aanbesteding van enkele diensten en leveringen. Uitkomsten jaarrekeningcontrole Wet Normering Topinkomens Ongecorrigeerde controleverschillen Prestatielevering Wij hebben de juistheid en volledigheid van de Wet Normering Topinkomens en de daaruit voortvloeiende toelichting gecontroleerd. Tijdens onze controle hebben wij enkele onjuistheden in de juistheid en volledigheid van de toelichting geconstateerd. Deze onjuistheden zijn gecorrigeerd in de definitieve versie van de jaarrekening. Wij hebben vastgesteld dat de toelichting in de definitieve jaarrekening voldoet aan de daaraan te stellen eisen. In totaal resteren in de jaarrekening 2017 een aantal ongecorrigeerde controleverschillen met betrekking tot getrouwheid. De resultaatimpact van deze ongecorrigeerde geconstateerde financiële getrouwheidsfouten bedraagt Voor een totaaloverzicht van de ongecorrigeerde controleverschillen verwijzen wij naar de sectie Controleverschillen als onderdeel van het hoofdstuk Uitkomsten jaarrekeningcontrole. Deze ongecorrigeerde controleverschillen met betrekking tot getrouwheid zijn tevens verschillen in het kader van de rechtmatigheid. Als onderdeel van onze controle op de getrouwheid en rechtmatigheid van de jaarrekening hebben wij specifieke aandacht besteed aan de controle op onderbouwing van exploitatielasten door middel van een bewijsstuk prestatielevering. Bij onze controle hebben wij een rechtmatigheidsonzekerheid geconstateerd op basis van een klein aantal items waarbij geen bewijsstuk van prestatielevering meer beschikbaar was. Het geprojecteerde bedrag op basis van deze items is lager dan de onzekerheidstolerantie zoals opgenomen in het controleprotocol. Kwaliteit beheersorganisatie Financieel afsluitproces Het financieel afsluitproces betreft het proces om vanuit de financiële administratie te komen tot de jaarstukken Wij hebben geconstateerd dat het financieel afsluitproces in de basis op orde is. Echter hebben wij op basis van onze werkzaamheden en geconstateerde controleverschillen nog enkele aanbevelingen inzake vastleggingen van de balansposities. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

129 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Conclusie van de controle Controleverklaring Wij hebben een goedkeurende controleverklaring verstrekt bij de jaarrekening van Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord over het boekjaar geëindigd op 31 december In deze verklaring bevestigen wij dat de betreffende jaarrekening een getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2017 als van de activa en passiva per 31 december 2017 in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Wij zijn van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties over 2017 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming de relevante wet- en regelgeving, waaronder uw interne verordeningen. De jaarrekening en het jaarverslag van Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord dienen te worden opgemaakt in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording. Wij hebben vastgesteld dat de jaarrekening 2017 van uw organisatie geen materiële afwijkingen vertoont ten opzichte van de voorschriften van het Besluit Begroting en Verantwoording. Op grond van onze werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie alle informatie bevat die op grond van het BBV is vereist, met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat. Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvatten de jaarstukken andere informatie, die bestaat uit het jaarverslag, waaronder de programmaverantwoording en de financiële paragrafen. Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat. Wij zijn er bij ons oordeel van uitgegaan dat het algemeen bestuur de nu overlegde jaarrekening ongewijzigd vaststelt. Indien er nog wijzigingen worden aangebracht in de definitieve vorm van de jaarrekening dienen wij deze te beoordelen alvorens onze controleverklaring hierbij mag worden opgenomen. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

130 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Conclusie van de controle Controleverschillen Tijdens onze controle inventariseren wij verschillen tussen enerzijds bedragen, classificaties, presentatie en toelichting van jaarrekeningposten die VRLN heeft opgenomen of gerapporteerd en anderzijds bedragen, classificaties, presentatie of toelichting zoals die naar onze mening in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten dienen te worden opgenomen of gerapporteerd. Als gevolg hiervan heeft het management besloten om een aantal controleverschillen te corrigeren. Hieronder zijn de gecorrigeerde- en ongecorrigeerde controleverschillen nader toegelicht. Evaluatie controleverschillen Wij zijn van mening dat verschillen zoveel mogelijk door de directie moeten worden gecorrigeerd. Wij hebben geëvalueerd in hoeverre de gecorrigeerde en niet-gecorrigeerde verschillen voortkomen uit een tekortkoming in de interne beheersing. Wij constateren dat een aantal van deze controleverschillen voortkomen uit bevindingen die reeds zijn gerapporteerd in de management letter. Wij vragen u daarom om de relevante punten in de management letter nogmaals in overweging te nemen. Bevindingen Bedrag Toelichting Gecorrigeerd? 1. Controleverschil bij afgrenzing bedrijfskosten boekjaar Tijdens onze controle op de exploitatielasten hebben wij geconstateerd dat een gedeelte van de kosten welke verantwoord zijn in 2017, betrekking hebben op boekjaar Wij hebben VRLN verzocht een analyse uit te voeren op een mogelijk afgrenzingsrisico tussen boekjaar 2016 en boekjaar 2017 waaruit dit bedrag naar voren is gekomen. Gezien dit afgrenzingsrisico betrekking heeft op een reeds afgesloten boekjaar heeft u ervoor gekozen deze bevinding niet te corrigeren. Op basis van onze materialiteitsbepaling en het controleprotocol kunnen wij dit accepteren. Het resultaat 2017 is als gevolg van deze bevinding te laag weergegeven. Nee GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

131 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Conclusie van de controle Bevindingen Bedrag Toelichting Gecorrigeerd? 2. Reclassificatie bij voorziening groot onderhoud voor bedrijfsgebouwen Bij onze controle op de voorziening groot onderhoud voor bedrijfsgebouwen hebben wij geconstateerd dat een grootboek was toebedeeld aan het gebouw aan de Nijmeegseweg, Venlo terwijl deze eigenlijk betrekking had op het gebouw aan de Drie Decembersingel, Venlo. Wij hebben voorgesteld dit bedrag te reclassificeren. Deze bevinding heeft geen impact op het resultaat. Ja 3. Reclassificatie van vorderingen op openbare lichamen naar overige schulden Bij onze controle van de vorderingen op openbare lichamen hebben wij een significant creditbedrag op debiteurniveau geconstateerd welke in feite een schuld betreft. Wij hebben voorgesteld deze schuld onder de overige schulden te classificeren. Deze bevinding heeft geen impact op het resultaat. Ja 4. Reclassificatie van overige vorderingen naar vorderingen op openbare lichamen Bij onze controle van de overige vorderingen hebben wij geconstateerd dat een vordering op een openbaar lichaam (Waterschap Limburg) was opgenomen als overige vordering. Wij hebben voorgesteld deze vordering onder de vorderingen op openbare lichamen te classificeren. Deze bevinding heeft geen impact op het resultaat. Ja 5. Controleverschil bij inschatting voorziening groot onderhoud van de brandweerkazernes Bij onze controle van de inschatting van de voorziening groot onderhoud hebben wij geconstateerd dat bij de inschatting van de dotatie en onttrekking op basis van onderhoudsplannen geen onderscheid is gemaakt tussen klein en groot onderhoud. Daarnaast was bij de inschatting van de dotatie geen rekening gehouden met niet te verrekenen BTW. Verwerking van deze aspecten leidt tot een stijging van de voorziening groot onderhoud en de exploitatielasten. Wij hebben voorgesteld de voorziening groot onderhoud en de exploitatielasten van de brandweerkazernes hierop aan te passen. Tevens hebben wij voorgesteld om ook de berekeningssystematiek voor de komende jaren te wijzigen. Het resultaat 2017 is als gevolg van deze bevinding te hoog weergegeven. Nee GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

132 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Conclusie van de controle Bevindingen Bedrag Toelichting Gecorrigeerd? 6. Controleverschil bij controle rentelasten Bij onze controle van de rentelasten hebben wij naar aanleiding van een aansluiting tussen contractuele verplichtingen en verantwoorde rentelasten geconstateerd dat de rentelasten onvolledig waren verantwoord. Dit komt doordat een correctieboeking dubbel verwerkt is. Verwerking van dit controleverschil leidt tot een stijging van de overlopende passiva en de rentelasten. Wij hebben voorgesteld de overlopende passiva en de rentelasten hierop aan te passen. Deze post is verwerkt in de balans en exploitatierekening Ja 7. Reclassificatie van onderhanden werk naar materiële vaste activa in ontwikkeling. 8. Reclassificatie van overige schulden naar overige vorderingen Bij onze cijferbeoordeling op de jaarrekening hebben wij een post onderhanden werk geconstateerd die was opgenomen onder de voorraden. Uit het inwinnen van inlichtingen en inspectie van onderliggende documentatie is gebleken dat het gaat om activa in ontwikkeling voor eigen gebruik. Wij zijn derhalve van mening dat deze post geclassificeerd dient te worden als activa in ontwikkeling. Verwerking van dit aspect leidt tot een stijging van de materiële vaste activa en een daling van de voorraden. Wij hebben voorgesteld de materiële vaste activa en de voorraden hierop aan te passen. Deze bevinding heeft geen impact op het resultaat Bij onze controle van de overige schulden hebben wij een significant debet bedrag op crediteurniveau geconstateerd welke in feite een overige vordering betreft. Wij hebben voorgesteld deze vordering onder de overige vorderingen te classificeren. Deze bevinding heeft geen impact op het resultaat. Ja Ja 9. Controleverschil bij voortgezette controle op Bij onze voortgezette controle op de exploitatielasten hebben wij exploitatielasten (huurkosten) vastgesteld dat in 2018 een factuur ontvangen is met betrekking tot huurkosten van de brandweerkazerne Gemeente Echt-Susteren welke betrekking heeft op Deze factuur is niet reeds voorzien in de jaarrekening Verwerking van dit aspect leidt tot een stijging van de overlopende passiva en de huurkosten. Wij hebben voorgesteld de overlopende passiva en de huurkosten hierop aan te passen. Deze post is verwerkt in de balans en exploitatierekening GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ja Ernst & Young Accountants LLP

133 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Conclusie van de controle Bevindingen Bedrag Toelichting Gecorrigeerd? 10. Controleverschil bij voortgezette controle op investeringsfacturen (financieel boekhoudsysteem) Bij onze voortgezette controle op de investeringsfacturen hebben wij vastgesteld dat in 2018 een factuur ontvangen is met betrekking tot het financieel pakket waarbij de werkzaamheden reeds zijn uitgevoerd in Deze factuur is niet reeds voorzien in de jaarrekening Wij zijn derhalve van mening dat deze post als immaterieel actief op de balans opgenomen dient te worden. Verwerking van dit aspect leidt tot een stijging van de immateriële vaste activa en de overlopende passiva. Wij hebben voorgesteld de immateriële vaste activa en de overlopende passiva hierop aan te passen. Deze bevinding heeft geen impact op het resultaat. Ja 11. Controleverschil bij verantwoording van de SISA Bijlage 27B Bij onze controle van de SISA bijlage 27B hebben wij geconstateerd dat de cumulatieve bestedingen uit provinciale middelen hoger waren dan het maximale subsidiabele bedrag van Wij hebben voorgesteld de SISA Bijlage 27B hierop aan te passen. Verwerking van dit aspect leidt tot een daling in de bestedingen uit provinciale middelen in jaar T en een stijging in de overige bestedingen in jaar T. Ja GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

134 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Onze analyse van het resultaat 2017 en financiële positie Naleving resultaat 2017 nader besproken Het saldo van baten en lasten volgend uit het overzicht van baten en lasten over het jaar 2017 van VRLN bedraagt voordelig ten opzichte van een begroot saldo van nadelig. Na onttrekkingen aan reserves voor een bedrag van en toevoegingen aan reserves voor een bedrag van bedraagt het gerealiseerd resultaat voordelig. Op alle programma s is er sprake van een overschrijding dan wel onderschrijding. Wij constateren de hoogste overschrijding bij programma Veiligheid: Basisbrandweerzorg dat met name veroorzaakt wordt door een dotatie aan de Egalisatiereserve Kapitaallasten Brandweerzorg van Voor een nadere toelichting van het resultaat van dit programma en andere programma s verwijzen wij naar de toelichting zoals opgenomen in het jaarverslag en in de jaarrekening. Eigen vermogen Per 31 december 2017 bedragen de bestemmingsreserves van VRLN (31 december 2016: ). De mutatie in de bestemmingsreserves bestaan voornamelijk uit een dotatie van circa aan de Egalisatiereserve Kapitaallasten Brandweerzorg, een dotatie van circa aan de Reserve Transitiekosten Schaalvergroting Meldkamer en een dotatie van circa aan de Reserve CMA. De Egalisatiereserve Kapitaallasten Brandweerzorg is gevormd om kapitaallasten in de periode van brandweermaterieel te egaliseren. De dotatie aan de Reserve Transitiekosten Schaalvergroting Meldkamer en de Reserve CMA volgt uit het positief exploitatieresultaat respectievelijk ad en dat conform standaardbeleid elk jaar aan de reserve wordt onttrokken en/of gedoteerd. Naast bovengenoemde bestemmingsreserves bedraagt de algemene reserve per 31 december (31 december 2016: ). De mutatie bestaat voornamelijk uit de bestemming van het resultaat van vorig boekjaar van aan de Algemene Reserve. Solvabiliteit en financiële positie De totale vermogenspositie wordt onder andere tot uitdrukking gebracht door middel van het solvabiliteitspercentage. Dit percentage wordt bepaald door het eigen vermogen te delen door het balanstotaal. Het huidige solvabiliteitspercentage voor VRLN bedraagt 5,5% (2016: 3,6%). De toename van de solvabiliteit wordt voornamelijk veroorzaakt door de dotaties aan de reserves en het resultaat Het beleid van de VRLN ziet er op toe om het eigen vermogen niet hoger te laten zijn dan strikt noodzakelijk. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

135 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Onze analyse van het resultaat 2017 en financiële positie De algemene reserve bedraagt per 31 december Hierdoor kunnen eventuele tekorten beperkt opgevangen worden door middel van de algemene reserve. Voor VRLN is er sprake van een structurele negatieve exploitatieruimte. De situatie is echter wel sterk verbeterd ten opzichte van boekjaar Per bedraagt de benodigde weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt Dit tekort van dient gecompenseerd te worden met een toename van de gemeentelijke bijdragen. In het afgelopen boekjaar is hier reeds opvolging aan gegeven door het Algemeen Bestuur. Wij adviseren het beleid inzake de verhoging van de vermogenspositie van VRLN door te zetten zodat VRLN eventuele financiële tegenvallers kan opvangen en hiervoor niet direct aanspraak hoeft te maken op een verhoging van de gemeentelijke bijdragen of een storting in het eigen vermogen door de gemeenten. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

136 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Onze analyse van uw belangrijkste schattingen Schattingsprocessen binnen de jaarrekening De directie is verantwoordelijk voor het maken van schattingen bij het opmaken van de jaarrekening. Als accountant van het bestuur beoordelen wij deze door de directie gemaakte schattingen. Wij kunnen instemmen met de door de directie gemaakte inschattingen en waarderingsgrondslagen. Onderstaand hebben wij een beschouwing ten aanzien van de belangrijkste schattingen opgenomen. Sensitiviteit schattingen hoog, door onzekere (externe) omstandigheden Sensitiviteit schattingen is gemiddeld Sensitiviteit schattingen ligt laag Belangrijkste schattingen Beoordeling 2017 Toelichting Onderhoudsvoorziening Bedrijfsgebouwen De onderhoudsvoorziening is gevormd voor toekomstig groot onderhoud van de panden aan de Nijmeegseweg te Venlo, de Drie Decembersingel te Venlo en de Oranjelaan te Roermond. Aan deze onderhoudsvoorziening ligt een onderhoudsplan ten grondslag. Conform artikel 44 lid 3 BBV is de doelstelling van deze voorziening gelijkmatige spreiding van lasten over meerdere begrotingsjaren. Gebaseerd op deze onderhoudsplannen vindt jaarlijks dotatie plaats om de kosten gelijkmatig te verspreiden. De onderhoudsplannen zijn eind 2015 opgesteld en zijn hierdoor nog actueel. Tijdens onze controle hebben wij vernomen dat naar aanleiding van de verbouwing bij de locatie Drie Decembersingel en Oranjelaan een nieuw onderhoudsplan zal worden opgesteld voor deze locaties. Wij onderschrijven dit voornemen en het belang van het periodiek actualiseren van de onderhoudsplannen. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

137 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Onze analyse van uw belangrijkste schattingen Belangrijkste schattingen Beoordeling 2017 Toelichting Onderhoudsvoorziening Brandweerkazernes De onderhoudsvoorziening is gevormd voor toekomstig groot onderhoud van de brandweerkazernes te Echt, Gennep, Mook, Venlo en Weert. Aan deze onderhoudsvoorziening ligt tevens een onderhoudsplan ten grondslag. Tijdens onze controle hebben wij geconstateerd dat bij de bepaling van de dotatie en onttrekking van de voorziening geen onderscheid is gemaakt tussen klein en groot onderhoud. Daarnaast was bij de inschatting van de dotatie geen rekening gehouden met niet te verrekenen BTW. Wij hebben deze bevinding opgenomen onder de controleverschillen die eerder in dit verslag van bevindingen zijn beschreven. Tevens stellen wij voor om de berekeningssystematiek voor de komende jaren te wijzigen zodat geen verschillen meer ontstaan. Voor de onderhoudsvoorziening brandweerkazernes onderschrijven wij tevens het belang van het periodiek actualiseren van de onderhoudsplannen. Egalisatievoorziening ouderen, volwassenen- en jongerenmonitor Deze egalisatievoorziening is gevormd voor de ouderen-, volwassenen- en jongerenmonitor om de lasten die hiermee samenhangen gelijkmatig te spreiden. Dit ligt in lijn met artikel 44 lid 3 BBV. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

138 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Overige aandachtsgebieden en bevindingen in de controle Aanvaardbaarheid van de grondslagen van waardering en resultaatbepaling Wet Normering Topinkomens Naar onze mening zijn de door het bestuur gekozen waarderingsgrondslagen aanvaardbaar en consistent toegepast met betrekking tot de significante jaarrekeningposten en bijzondere transacties. Dit geldt tevens voor het tijdstip waarop die transacties hebben plaatsgevonden, de periode waarin zij zijn verantwoord en de desbetreffende toelichtingen in de jaarrekening. Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingevoerd. Op basis van deze wet is de bezoldiging van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector in dienstverband en bij ontslag wettelijk gemaximeerd. Voor de bezoldiging van topfunctionarissen geldt naast de maximering een publicatieverplichting in de jaarrekening. Dit geldt eveneens voor bezoldiging van niet-topfunctionarissen, indien zij de maximale bedragen van topfunctionarissen overschrijden. In het kader van de jaarrekening 2017 heeft u een analyse uitgevoerd van de topfunctionarissen binnen uw organisatie. Tevens heeft u vastgesteld of er functionarissen zijn die een hogere bezoldiging dan de gestelde maxima kennen. Deze informatie heeft u opgenomen in de toelichting op de jaarrekening. Wij hebben de juistheid en volledigheid van deze toelichting gecontroleerd en hebben vastgesteld dat de toelichting voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Wij merken op dat naar aanleiding van onze controle enkele bevindingen zijn geconstateerd. Deze bevindingen zien met name toe op het opnemen van één extra gewezen topfunctionaris, splitsing van de WNT verantwoording van de interim directeur naar de periode waarin hij topfunctionaris was en de periode waarin hij als gewezen topfunctionaris classificeert, aanpassing van de deeltijdfactoren en aanpassing van de totale bezoldiging per topfunctionaris. Alle bevindingen zijn gecorrigeerd in de definitieve WNT-toelichting in de jaarrekening Tevens is de toevoeging van de extra gewezen topfunctionaris ook aangepast in de WNT gegevens 2016 in de jaarrekening GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

139 Uitkomsten jaarrekeningcontrole Overige aandachtsgebieden en bevindingen in de controle Prestatielevering Voortgezette controle Tijdens onze controle van de exploitatielasten hebben wij specifieke aandacht besteed aan de controle van een bewijsstuk voor de prestatielevering. De onderbouwing van exploitatielasten middels een bewijsstuk prestatielevering is van invloed op de getrouwheid en rechtmatigheid van de jaarrekening. Er bestaat namelijk een risico dat inkoopfacturen worden betaald en kosten worden opgenomen in de financiële administratie waar geen tegenprestatie voor is geleverd aan de gemeenschappelijke regeling. Bij onze controle hebben wij een rechtmatigheidsonzekerheid geconstateerd op basis van een aantal facturen waarbij geen bewijsstuk van prestatielevering meer beschikbaar was. Wij hebben dit bedrag afgezet tegen de getoetste populatie en zo de geschatte impact op de totaalpopulatie bepaald. De geschatte impact is lager dan de onzekerheidstolerantie die volgt uit het controleprotocol. Voor het controleprotocol wordt verwezen naar de bijlage van dit verslag van bevindingen. Wij concluderen derhalve dat er geen materiële onzekerheid bestaat met betrekking tot onze controle op de prestatielevering van de exploitatielasten. De volledigheid van de overlopende passiva en voorzieningen was een specifiek aandachtspunt tijdens onze controle. Dit aandachtspunt volgt uit onze bevindingen tijdens de interim controle waarbij wij hebben geconstateerd dat facturen die betrekking hebben op 2016 in boekjaar 2017 zijn verantwoord. Voor de toelichting hierop wordt verwezen naar de sectie controleverschillen in dit verslag van bevindingen en naar onze management letter. Tijdens onze jaareindecontrole hebben wij specifieke aandacht besteed aan de controle van de volledigheid van de overlopende passiva en voorzieningen. Door middel van een voortgezette controle op het inkoopboek 2018 hebben wij integraal alle facturen boven een bepaald bedrag geïdentificeerd en getoetst of deze mogelijk betrekking hebben op 2017 en niet zijn opgenomen in de overlopende passiva of voorzieningen. Bij deze controle hebben wij een tweetal facturen geconstateerd die betrekking hadden op boekjaar 2017 en die niet waren verantwoord in de jaarrekening Onze bevindingen zijn allen gecorrigeerd in de definitieve versie van de jaarrekening. Wij concluderen derhalve dat er geen materiële onjuistheid bestaat met betrekking tot de volledigheid van de overlopende passiva en voorzieningen. Wij adviseren u om de volledigheid van transitorische posten intern goed te bewaken. Hiervoor verwijzen wij naar ons advies in de management letter. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

140 Kwaliteit beheersorganisatie Algemeen Bij de planning en uitvoering van de controle van de jaarrekening 2017 van VRLN hebben wij de interne beheersmaatregelen, welke onderdeel uitmaken van de administratieve organisatie van uw organisatie, in onze overwegingen betrokken. Wij hebben de opzet, het bestaan en de werking van interne beheersmaatregelen onderzocht, voor zover wij dit in het kader van de jaarrekening noodzakelijk achten en niet met het doel om een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing te geven. Wij hebben geen onderzoek naar de effectiviteit van de interne beheersing verricht, anders dan dat relevant is voor onze jaarrekeningcontrole. Bevindingen interne beheersing In onze managementletter 2017, uitgebracht aan het bestuur op 21 december 2017, hebben wij onze bevindingen en aanbevelingen van onze tussentijdse controle 2017 opgenomen. In deze managementletter hebben wij aangegeven welke zaken vóór de jaarrekeningcontrole 2017 opgepakt zouden moeten zijn. Wij constateren dat een aantal controleverschillen voortkomen uit bevindingen die reeds zijn gerapporteerd in de management letter. Wij vragen u daarom om onze aanbevelingen in de management letter, gerelateerd aan het financieel afsluitingsproces, nogmaals in overweging te nemen. Automatisering Onze controle was niet primair gericht op het doen van een uitspraak omtrent de continuïteit en betrouwbaarheid van (delen van) de geautomatiseerde gegevensverwerking en wij hebben daartoe ook geen opdracht van het management ontvangen. De jaarrekeningcontrole heeft echter geen tekortkomingen in de continuïteit en betrouwbaarheid van de geautomatiseerde gegevensverwerking aan het licht gebracht. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

141 Kwaliteit beheersorganisatie Frauderisico s Onze controle dient zodanig te worden gepland en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen onjuistheden van materieel belang als gevolg van fouten of fraude bevat (Standaard 240, De verantwoordelijkheden van de accountant met betrekking tot fraude in het kader van een controle van financiële overzichten ). Door beperkingen die inherent zijn aan een controle, bestaat er een onvermijdbaar risico dat sommige afwijkingen in de financiële overzichten niet zullen worden ontdekt, zelfs wanneer de controle naar behoren is gepland en uitgevoerd overeenkomstig de Standaarden. Onze controlewerkzaamheden omvatten mede de volgens Standaard 240 vereiste werkzaamheden, zoals brainstorming, het verzamelen van informatie met het oog op het vaststellen van en reageren op het risico van fraude en het uitvoeren van bepaalde werkzaamheden gericht op het risico van het doorbreken van interne beheersmaatregelen door het management, met inbegrip van inzage in journaalboekingen, beoordeling van schattingen en evaluatie van zakelijke redenen voor significante ongebruikelijke transacties. De primaire verantwoordelijkheid voor het voorkomen en ontdekken van fraude berust zowel bij het algemeen bestuur als bij het management. Het is van belang dat het management, onder toezicht van het algemeen bestuur, sterk de nadruk legt op het voorkomen van fraude, waardoor de gelegenheden tot het plegen van fraude kunnen afnemen, alsmede op het ontmoedigen daarvan, waardoor personen ervan kunnen worden weerhouden om fraude te plegen omwille van de waarschijnlijkheid dat die wordt ontdekt en bestraft. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

142 Rechtmatigheidsbeheer Onze bevindingen in het kader van rechtmatigheid Voorwaardencriterium Bevindingen Wij hebben bij de controle over 2017 de rechtmatigheid getoetst conform de bepalingen van het Bado en het controleprotocol van VRLN. Bij onze controle hebben wij aandacht gegeven aan de volgende onderwerpen: de naleving van het voorwaardencriterium de begrotingsrechtmatigheid het misbruik-en-oneigenlijk-gebruikcriterium de niet-financiële beheershandelingen VRLN dient te voldoen aan de Aanbestedingswet, hierin is onder andere Europees aanbesteden geregeld. Het eigen aanbestedingsbeleid van VRLN maakt geen onderdeel uit van onze controle, dit aanbestedingsbeleid is niet vastgesteld door het algemeen bestuur en is tevens geen onderdeel van het normenkader. Ten aanzien van Europese aanbestedingen hebben wij bij onze controle geen onregelmatigheden aangetroffen. Wij hebben geconstateerd dat er binnen de organisatie verbeterslagen zijn gerealiseerd ten aanzien van de naleving van de Europese wet- en regelgeving op het gebied van aanbestedingen. Wij merken echter op dat een verdere verbeterslag nog wenselijk is op basis van enkele constateringen die wij tijdens onze controle hebben gedaan. Wij hebben op de volgende pagina derhalve enkele aanbevelingen uitgewerkt. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

143 Rechtmatigheidsbeheer Aanbevelingen Op basis van onze controle stellen wij vast dat binnen de VRLN niet altijd een volledige inschatting wordt gemaakt ex ante van de verwachte kosten van een bepaald project. Daarnaast constateren wij dat er niet altijd een formele vastlegging is van de gronden waarom ervoor gekozen is om bij bepaalde hoge bestedingsniveaus wel of niet aan te besteden. Hierdoor is het niet altijd meer mogelijk om de reden hiervoor op een later moment aan te leveren. Als gevolg hiervan is de organisatie op dit punt in mindere mate in control en wordt ons controleproces bemoeilijkt. Het risico van deze constateringen is dat toekomstige bestedingen mogelijk onrechtmatig zijn doordat ze de Europese aanbestedingsgrens overstijgen terwijl conform de wettelijke grondslagen een aanbesteding van toepassing was. Op basis van onze constateringen doen wij derhalve de volgende aanbevelingen: - Wij adviseren om tijdig een volledige inschatting te maken van het project waarbij tevens mogelijke tegenvallers worden meegenomen (sensitiviteitsanalyse). In het geval dat de totale geschatte besteding van het project de Europese aanbestedingsgrens benadert, doen wij de aanbeveling om het nieuwe project Europees aan te besteden. - Wij adviseren om (raam)contracten af te sluiten met leveranciers waarbij een significante afname wordt gedaan en waarbij dergelijke contracten nog niet zijn afgesloten. Op die manier heeft de organisatie beter inzicht op de diensten die vanuit een betreffende leverancier worden geleverd en kan een toekomstig bestedingsniveau beter worden ingeschat. - Wij adviseren om een formele vastlegging te hanteren bij de initiële toetsing als er wordt gekozen om bij overschrijding van het grensbedrag niet aan te besteden. Formuleer hierbij de gronden en gehanteerde wettelijke uitzonderingen. - Wij adviseren om periodiek bestedingen te identificeren die de afgelopen periode (bijv. kwartaal of jaar) boven verwachting een niveau hadden en daarop te evalueren of deze bestedingen kunnen uitmonden tot een uiteindelijke afname boven de Europese aanbestedingsgrens. Wij adviseren om hier vervolgens tijdig naar te handelen om te voorkomen dat de uiteindelijke bestedingen de Europese aanbestedingsgrens overstijgen. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

144 Rechtmatigheidsbeheer Begrotingscriterium De jaarrekening en het jaarverslag dienen te worden opgemaakt in overeenstemming met het BBV. Conform de hiervoor geldende voorschriften zijn wij nagegaan of het jaarverslag de minimale wettelijke voorgeschreven informatie bevat en of de inhoud van dit verslag geen tegenstrijdigheden bevat met de door ons gecontroleerde jaarrekening. Wij zijn nagegaan of de financiële beheershandelingen tot stand zijn gekomen binnen de grenzen van de door het algemeen bestuur geautoriseerde begroting. Uit de staat van baten en lasten blijkt voor meerdere programma s dat de gerealiseerde lasten lager zijn dan de begrote lasten. Wij stellen vast dat de gerealiseerde lasten passend zijn binnen de projectbegroting. Afwijkingen van de gerealiseerde lasten ten opzichte van de gewijzigde begroting zijn in de jaarrekening toegelicht door het dagelijks bestuur. Wij hebben dan ook geen afwijkingen geconstateerd met betrekking tot begrotingsrechtmatigheid. Misbruik of oneigenlijk-gebruik criterium Niet-financiële beheershandelingen vallen buiten de scope van rechtmatigheidscontrole In de externe en interne regelgeving zijn diverse bepalingen opgenomen die erop zijn gericht om misbruik en oneigenlijk gebruik te voorkomen. Gedurende onze controle hebben wij geen aanwijzing ontvangen van misbruik en/of oneigenlijk gebruik die invloed heeft op de rechtmatigheid van baten en lasten en balansmutaties. Handelingen en beslissingen van niet-financiële aard vallen buiten de scope van de rechtmatigheidscontrole door de accountant. De accountant toetst deze handelingen en beslissingen niet inhoudelijk door gegevensgericht onderzoek. Volstaan wordt in dit kader met het beoordelen van het interne systeem van risicoafwegingen. Binnen dit systeem moeten voorwaarden zijn geschapen om risico s goed te kunnen beoordelen en in de tijd te kunnen volgen. Wij hebben ons een beeld gevormd over de wijze van totstandkoming van de inventarisatie van de risico s en de getrouwe weergave van de hieruit mogelijk voortvloeiende financiële gevolgen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing van het jaarverslag. Wij onderkennen de stappen die u dit jaar heeft gemaakt met uitbreiding van het risicomanagement door ingebruikname van het programma Naris. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

145 Bijlagen Onafhankelijkheid en controleproces 21 SiSa-bijlage 25

146 Bijlage Onafhankelijkheid en controleproces Onafhankelijkheid Impact regels op relatie VRLN en EY De onafhankelijkheid van de accountant behoort tot het fundament van zijn beroep. In de maatschappelijke discussie over kwaliteitsverbetering van de controle speelt de onafhankelijkheid van accountants een belangrijke rol. Vanaf 1 januari 2014 is op alle assurance-opdrachten onder Nederlands recht de Verordening inzake Onafhankelijkheid (ViO) van toepassing. Een aantal belangrijke punten uit de ViO, die wij hieronder hebben opgenomen betreffen: langdurige betrokkenheid samenloop van dienstverlening geschenken en giften Langdurige betrokkenheid Om alle schijn van afhankelijkheid te vermijden, kunnen de externe accountant en (senior) managers in het team maximaal zeven achtereenvolgende jaren in het team actief zijn. Daarna zullen zij intern roteren. Onze betrokkenheid in jaren laat het volgende beeld zien: drs. N.A.J. Silverentand RA betrokken sinds boekjaar 2016 M.G.H Horbach MSc RA betrokken sinds boekjaar 2017 Wij brengen u tijdig op de hoogte van belangrijke teamwisselingen. Intern beschikken wij over interne overdrachtsprocedures, zodat u geen hinder ondervindt van een teamwisseling. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

147 Bijlage Onafhankelijkheid en controleproces 2. Samenloop van dienstverlening Ten aanzien van OOB s (organisatie van openbaar belang) is de combinatie van wettelijke controles en overige dienstverlening volledig verboden, met uitzondering van met name genoemde overige assurancediensten. Voor niet-oob s is bepaald dat samenloop is geoorloofd als de non-assurance-dienst niet van materiële invloed is op het assurance-object. Als er wel materiële invloed is, geldt in beginsel een verbod, behalve wanneer de non-assurance-dienst niet: subjectief of niet-routinematig is; of een verwerkingswijze in het assurance-object ten gevolge heeft waarvan het assurance-team twijfelt of deze verwerkingswijze passend is; of leidt tot een bedreiging uit hoofde van belangenbehartiging. Volledigheidshalve merken wij op dat VRLN valt onder de categorie niet-oob s. 3. Geschenken en giften Er is geen sprake van door ons ontvangen respectievelijk verstrekte geschenken en persoonlijke uitingen van gastvrijheid boven 100. Bevestiging Verantwoordelijkheid Wij hebben alle aspecten geanalyseerd die onze onafhankelijkheid gedurende het jaar zouden kunnen bedreigen. Daar waar onafhankelijkheidsregels dit vereisen, hebben wij aanvullende waarborgen ingevoerd. Wij kunnen u bevestigen dat wij zowel als organisatie en als controleteam onafhankelijk zijn van VRLN. Conform de door u aan ons verleende opdracht hebben wij de jaarrekening 2017 van Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord gecontroleerd. Het is de verantwoordelijkheid van het bestuur om de jaarrekening op te maken in overeenstemming met de van toepassing zijnde grondslagen van financiële verslaggeving. Het is onze verantwoordelijkheid een controleverklaring inzake de jaarrekening te verstrekken. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

148 Bijlage Onafhankelijkheid en controleproces Onze controle is verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) en het door het algemeen bestuur vastgestelde controleprotocol. De aard van onze controle opdracht is nader uiteengezet in onze opdrachtbevestiging d.d. 9 oktober Controleaanpak en -uitvoering Wij voeren onze controle uit met een mix van systeem- en gegevensgerichte werkzaamheden en een mix van vaste teamleden en ingeschakelde experts. Daarnaast beschikken wij als organisatie over verschillende kwaliteitsborgingsmaatregelen. Dit geheel tezamen leidt tot een kwalitatief goede controle. In dit verslag is voor elk bijzonder aandachtsgebied in onze controle terug te lezen wat de kernpunten in onze controle zijn geweest die hebben bijgedragen aan de kwaliteit in onze controle. Onze controleaanpak is onder andere gericht op het in kaart brengen van de voor de jaarrekening van belang zijnde risico s. Op basis van onze gesprekken met het management over de belangrijke financiële en operationele ontwikkelingen is de naleving van het inkoop- en aanbestedingsbeleid als een verhoogd risico voor de jaarrekening 2017 onderkend. In het hoofdstuk rechtmatigheidsbeheer hebben wij gerapporteerd over onze werkzaamheden en bevindingen ten aanzien van het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Fraude Wij dienen het algemeen bestuur te informeren over fraude en illegale handelingen waarbij het hoger kader is betrokken en over fraude en illegale handelingen (of deze nu door het hoger kader of door andere werknemers zijn veroorzaakt) die een onjuistheid van materieel belang in de jaarrekening tot gevolg hebben. Er is ons niets gebleken van zaken die dienen te worden gemeld. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

149 Bijlage Onafhankelijkheid en controleproces De met u afgesproken goedkeurings- en rapporteringstoleranties Op grond van het Bado stelt het bestuur de goedkeuringstolerantie vast die de accountant bij zijn jaarrekeningcontrole dient te hanteren. Wij hebben onze controle uitgevoerd op basis van de gebruikelijke, hierna vermelde goedkeuringstolerantie. Goedkeuringstolerantie Goedkeurend Beperking Oordeelonthouding Afkeurend Fouten in de jaarrekening (% lasten) Onzekerheden in de controle (% lasten) < 1% > 1 < 3% - > 3% < 3% > 3 < 10% > 10% - Op grond van het controleprotocol bedraagt de goedkeuringstolerantie voor fouten afgerond (1% van de lasten) en voor onzekerheden (3% van de lasten). Als de goedkeuringstolerantie niet wordt overschreden, kan een goedkeurende controleverklaring afgegeven worden. Deze goedkeuringstolerantie is een kwantitatief criterium. De uiteindelijke oordeelsvorming is echter altijd een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve afwegingen. Het rapporteringsbedrag, de maatstaf die geldt voor het rapporteren van fouten en onzekerheden, is door ons bepaald op 5% van de goedkeuringstolerantie. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

150 Bijlage - SiSa-bijlage Het is volgens de Nota verwachtingen accountantscontrole 2017 voorgeschreven dat wij de geconstateerde fouten en onzekerheden per regeling rapporteren door middel van onderstaande verplichte tabel. Deze tabel dient door u samen met een aantal andere verplicht voorgeschreven verantwoordingsstukken voor 15 juli 2018 elektronisch bij het CBS te worden aangeleverd. Nummer specifieke uitkering conform SiSa-bijlage 2017 Specifieke uitkering Fout of onzekerheid Financiële omvang in euro s Toelichting fout/onzekerheid E27B Brede Doeluitkering verkeer en vervoer SiSa tussen medeoverheden n.v.t. 0 n.v.t. A2 Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDUR) n.v.t. 0 n.v.t. GemeenschappelijkeRegelingVeiligheidsregelingLimburg-Noord Accountantsverslag Ernst & Young Accountants LLP

151 C.3 Vaststelling Begroting Deknotitie begroting AB.docx Vergadering van : Algemeen Bestuur - reguliere vergadering Vergaderdatum : 6 juli 2018 Agendapunt : C3 Auteur : Claudia Knapen Onderwerp : Begroting 2019 Bijlagen : 3 Aanleiding en korte samenvatting Op 13 april j.l. is met inachtneming van de adviezen van de bestuurscommissie GGD en de bestuurscommissie Veiligheid door het Dagelijks Bestuur Veiligheidsregio Limburg-Noord de ontwerp begroting 2019 van de VRLN vastgesteld. Vervolgens is de ontwerp begroting 2019 aan de gemeenteraden toegezonden met het verzoek om vóór 29 juni 2018 eventuele zienswijzen kenbaar te maken. Harmonisatie gemeentelijke bijdrage De gehanteerde verdeelsystematiek algemene bijdrage gemeenten in de begroting 2019 is gebaseerd op de verdeelsleutels zoals afgesproken binnen het project harmonisatie is het derde jaar van het ingroeimodel, waarbij er in e begroting 2019 een verrekening plaatsvindt op basis van 75%. Indexatie loon- en prijsstijgingen Conform besluit van het Algemeen Bestuur zijn de kostenontwikkelingen als gevolg van loon- en prijsstijgingen gebaseerd op de Macro Economische Verkenning (MEV) van maart Weerstandsvermogen Ter aanvulling van het weerstandsvermogen heeft het Algemeen Bestuur besloten tot het ophogen van de gemeentelijke bijdrage gedurende 4 jaar, met dien verstande dat positieve resultaten die in deze periode worden behaald, in mindering worden gebracht op de bijdrage van het volgende jaar. Vooruitlopend op het toevoegen van het positieve resultaat 2017 aan de algemene reserve is in de begroting 2019 de aanvulling weerstandsvermogen niet meegenomen. Rijksvaccinatieprogramma Met ingang van 2019 wordt het rijksvaccinatieprogramma niet meer rechtstreeks vanuit het RIVM bekostigd, maar verloopt de financiering vanuit de Algemene Uitkering aan gemeenten. In deze begroting is deze wijziging verwerkt. Overige ontwikkelingen De aanvulling van de onderhoudsvoorziening is in 2019 achterwege gelaten door extra inkomsten vanwege verhuur van een deel van het gebouw aan de Nijmeegseweg. Het wegvallen van baten voor het gebruik van het Openbaar Meldsysteem zorgt daarentegen voor een stijging van de gemeentelijke bijdrage. 1

152 Risk Factory Het Algemeen Bestuur heeft op 18 mei j.l. ingestemd met de start van de Risk Factory. De Risk Factory heeft geen consequenties voor de bijdrage van de deelnemende gemeenten; er vindt binnen de bestaande programma s herallocatie van middelen plaats. Besluitvorming over de begroting van de Risk Factory vindt in december 2018 plaats. De termijn voor het kenbaar maken van een zienswijze loopt tot 29 juni Op dit moment zijn er nog onvoldoende zienswijzen ontvangen om te kunnen concluderen dat de ontwerpbegroting ongewijzigd kan worden voorgelegd aan het Algemeen Bestuur ter vaststelling. Een overzicht van de ingediende zienswijzen treft u bijgaand aan. Ter vergadering wordt een geactualiseerd overzicht uitgereikt. Beslispunten 1. In te stemmen met de begroting 2019 en deze ter informatie aan te bieden aan Gedeputeerde Staten van Limburg. Communicatie Naast de Begroting 2019 is er een Begroting in één oogopslag gemaakt. Beide documenten worden op de website van de VRLN gepubliceerd. Bijlagen 1. Begroting Begroting 2019 in één oogopslag 3. Overzicht zienswijzen gemeenten Besluit Akkoord met voorstel Akkoord met voorstel met aantekening Niet akkoord met voorstel met aantekening Paraaf ambtelijk secretaris: Toelichting: Aldus besloten in de openbare vergadering van 6 juli 2018, de secretaris, de voorzitter, 2

153 1 Begroting 2019.pdf Begroting 2019 Versie: 13 april 2018 Status: Ontwerp

154

155 Voorwoord Voor u ligt de begroting Een begroting die, in navolging van eerdere begrotingen, de Veiligheidsregio Limburg-Noord in staat moet stellen om in 2025 de veiligste en gezondste regio van Nederland te zijn. Deze opgave kan de Veiligheidsregio overigens niet met geld alleen bereiken. Hiervoor is vergaande samenwerking met onze partners en maximale aansluiting bij de gemeentelijke gezondheids- en veiligheidsplannen noodzakelijk. Met de uitkomsten van het rekenkamerrapport Regionaal (be)grip nog scherp in ons geheugen, moet ook de begroting 2019 weer bijdragen aan maximale transparantie richting ons bestuur en in het verlengde daarvan de raden. De Veiligheidsregio is immers van en voor de gemeenten en om onze doelen te bereiken hebben we hen hard nodig. De doorontwikkeling van de (jeugd)gezondheidszorg, zoals in 2018 in gang gezet, moet in het begrotingsjaar 2019 zijn vruchten gaan afwerpen; integrale (jeugd)gezondheidszorg, die optimale aansluiting vindt bij het brede sociale domein van de gemeenten in onze regio. Door goed te weten wat er binnen de gemeenten speelt, gaan onze producten en diensten in de gezondheidszorg een belangrijk stukje van de puzzel vormen. Om het preventie-akkoord succesvol te kunnen uitvoeren gaat de GGD op zoek naar andere dan de traditionele samenwerkingspartners. Samenwerking met onder andere het bedrijfsleven, zoals de voedingsindustrie, wordt dan ook opgezocht. Een grote uitdaging is, ook in 2019, de betaalbaarheid en beschikbaarheid van de brandweer. Blijvend hoge verwachtingen over de beschikbaarheid van de brandweer verhoudt zich niet meer altijd met de financiële draagkracht van Veiligheidsregio Limburg- Noord. Door innovatieve trajecten wordt alles in het werk gesteld om, tegen (in principe) gelijke kosten, een goed product te blijven leveren. Belangrijk daarbij is de blijvende beschikbaarheid van met name vrijwilligers; de kurk waar de brandweer in onze regio nog steeds op drijft. Al jaren tekent zich een trend af waarbij het steeds moeilijker wordt vrijwilligers voor langere tijd aan de organisatie te binden. Toenemende druk op beschikbare vrije tijd ligt hier niet zelden aan ten grondslag. Als regio zijn we bereid om ook minder voor de hand liggende middelen in te zetten als daarmee het boeien en binden van vrijwilligers wordt bevorderd. Grenzen markeren weliswaar bestuurlijke entiteiten, maar voor het werk van de Veiligheidsregio verliezen deze steeds meer hun waarde. (Inter)regionale en landsgrensoverschrijdende samenwerking is een vanzelfsprekendheid geworden. Allereerst kijken we hierbij naar de Limburgschaal. Onze crisisbeheersing en Meldkamer Limburg worden meer en meer benaderd vanuit een operationeel geheel. Maar ook gezondheid vraagt om intensievere samenwerking. Schaalvergroting is geen doel op zich. Het moet allereerst bijdragen aan de dienstverlening die wij aan onze burgers verlenen en bovendien blijven aansluiten bij de verwachtingen en sturingsmogelijkheden van ons bestuur. Jac J. Rooijmans Algemeen directeur Veiligheidsregio Limburg-Noord Begroting 2019 VRLN april 2018

156 Begroting 2019 VRLN april 2018

157 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Deel A Algemeen Algemeen Inleiding Missie en strategie Financiële kaders... 8 Deel B Beleidsbegroting Programmaplan Programma Gezondheid Programma Brandweerzorg Programma Crisisbeheersing Algemene dekkingsmiddelen Overhead Heffing vennootschapsbelasting Onvoorzien Paragrafen Weerstandsvermogen en risicobeheersing Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Verbonden Partijen Deel C Financiële begroting Overzicht baten en lasten Baten en lasten per programma Overzicht incidenteel en structureel verloop baten en lasten Verdeling baten Begroting 2019 VRLN april 2018

158 5 Financiële positie Solvabiliteit Liquiditeit Investeringen Reserves en voorzieningen Geprognotiseerde (meerjaren-)balans EMU-saldo Geraamde baten en lasten per Taakveld Bijlage 1: Gemeentelijke bijdragen Lijst van afkortingen Begroting 2019 VRLN april 2018

159 Deel A Algemeen 1 Algemeen 1.1 Inleiding Ten opzichte van de begroting 2018 heeft de indeling in programma s een doorontwikkeling gekregen, zodat een en ander beter aansluit bij de verwachtingen van onze gemeenten en ook de interne organisatie. De brandweerprogramma s risicobeheersing en basisbrandweerzorg zijn in één programma brandweerzorg ondergebracht. Hiermee is een heldere driedeling ontstaan: gezondheid/ggd, brandweerzorg en crisisbeheersing. Daarnaast is op grond van besluitvorming door het Algemeen Bestuur het programma CMA komen te vervallen. In overleg met vertegenwoordigers van de gemeenten en medewerkers van de Veiligheidsregio zijn op basis van de ervaring in de afgelopen jaren tevens de prestatieindicatoren aangescherpt en verbeterd. De verdere indeling van de begroting is aangepast aan de actuele inzichten vanuit het BBV en tevens de richtlijnen Iv3 (Informatie voor derden). Dit komt onder meer naar voren door een gedetailleerdere uitsplitsing van kosten in de taakvelden. 1.2 Missie en strategie De ambitie van de VRLN is om in 2025 de gezondste en veiligste regio te zijn. Een veilige en gezonde regio Noord- en Midden-Limburg komt tot stand dankzij een gezamenlijke inspanning van burgers, organisaties, bedrijven en overheden. VRLN heeft een belangrijke en verbindende rol bij het voorkomen en bestrijden van onveiligheid en ongezondheid. Bij het voorkomen ondersteunt VRLN mensen in het maken van veilige en gezonde keuze, bij het bestrijden ervan opereert VRLN slagvaardig en effectief. VRLN voldoet daarbij aan professionele standaarden en bestuurlijke verwachtingen. De meerjaren-strategie van de VRLN kent drie speerpunten: risicogericht: door sturing op risico s en continue omgevingsanalyse kunnen we onze inspanningen beter richten (effectiviteit); vraaggericht: elke vraag gaat eigenlijk over een risico, we helpen de klant het liefst voordat hij een vraag stelt; informatie gestuurd: we maken op een slimme manier informatie levend en versterken hiermee de betrouwbare en deskundige informatiepositie. Begroting 2019 VRLN april 2018

160 1.3 Financiële kaders De begroting vormt een uitwerking van de kadernota zoals die door het Algemeen Bestuur is vastgesteld Algemene kaders op grond van autonome ontwikkelingen Aantal inwoners Conform het bepaalde in de Wet gemeenschappelijke regeling (Wgr) wordt het aantal inwoners genomen op 1 januari voorafgaande aan het begrotingsjaar. Voor 2019 dus 1 januari In de begroting 2019 is gerekend met de eerste schatting van het CBS van februari Voor de regio Limburg-Noord zijn dit inwoners. Renteomslag In de begroting 2019 wordt, evenals in de begroting 2018, gerekend met een rente-omslagpercentage van 2,25% conform de nieuwe richtlijnen van het BBV. In de nieuwe richtlijnen van het BBV wordt aangegeven dat de omslagrente maximaal 0,5% mag afwijken van de werkelijke rente Ontwikkelingen op basis van bestuurlijke afwegingen Verdeelsystematiek algemene bijdrage gemeenten (harmonisatie) Met ingang van de begroting 2017 is de besluitvorming over de verdeling van de kosten en opbrengsten naar de deelnemende gemeenten geharmoniseerd. Er zijn verdeelsleutels vastgesteld die bepalend zijn voor de toewijzing van de kosten en opbrengsten van de diverse programma s over de deelnemende gemeenten. De gehanteerde verdeelsleutels zijn: aandeel cluster Brandweer en Rampenbestrijding gemeentefonds; inwoneraantal per 1 januari van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar; SES-score in combinatie met het aantal 0-18 jarigen. Er is met de gemeenten een ingroeiregeling afgesproken van 4 jaar waarbij de verschillen in stappen van 25% worden vereffend. De ingroei overbrugt het relatieve verschil van de bijdrage van de gemeente tussen de situatie voor de harmonisatie en na de harmonisatie. Het verschil tussen het gemeentelijk aandeel volgens de oude systematiek en de nieuwe systematiek is in het vierde jaar conform de gewenste situatie. De begroting 2019 is het derde jaar van het ingroeimodel, waarbij er dus een verrekening plaatsvindt op basis van 75%. Indexatie algemeen Het Algemeen Bestuur heeft besloten dat kostenontwikkelingen als gevolg van loon- en prijsstijgingen worden meegenomen in de bijdrage op basis van een vastgesteld kader. Dit kader behelst dat kostenstijgingen die buiten de beïnvloedingssfeer van de VRLN liggen, worden meegenomen in de bijdrage. Basis voor de loonontwikkelingscompensatie vormt de verwachte ontwikkeling op basis van de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Begroting 2019 VRLN april 2018

161 Centraal Planbureau en verrekening achteraf. Voor de ontwikkeling van de materiële kosten wordt in de systematiek uitgegaan van de Index Materiële Overheidsconsumptie (IMOC) uit de MEV. Loonstijging Uitgangspunt voor de raming van de looncompensatie is het akkoord van de vakbonden en de VNG over de nieuwe cao-afspraken. In de begroting 2019 is de index ter hoogte van 3,5% meegenomen, gebaseerd op de MEV/CEP-publicatie van maart 2018, sector overheid van het Centraal Planbureau. Materiële kostenstijging Het Algemeen Bestuur heeft ermee ingestemd om met ingang van het begrotingsjaar 2018 de index materiële overheidsconsumptie (IMOC) uit de MEV toe te passen voor de materiële kosten. In de begroting 2019 is deze IMOC bepaald op 1,4%. Weerstandsvermogen Het Algemeen Bestuur heeft ingestemd met de aanvulling van het weerstandsvermogen door het ophogen van de gemeentelijke bijdrage gedurende 4 jaar met per jaar (gemiddeld 0,30 per inwoner per jaar) ingaande het begrotingsjaar Eventuele positieve resultaten die in deze periode van 4 jaar worden behaald, worden in mindering gebracht op de bijdrage van het daaropvolgende jaar. In verband met het positieve resultaat over 2017 wordt, na ambtelijke afstemming, in de begroting 2019 de aanvulling weerstandsvermogen niet in rekening gebracht. Rijksvaccinatieprogramma Met ingang van 2019 wordt het rijksvaccinatieprogramma niet meer rechtstreeks vanuit het RIVM bekostigd, maar verloopt de financiering vanuit de overdracht van middelen aan de Algemene Uitkering aan gemeenten. In de begroting is deze wijziging in de gemeentelijke bijdrage verwerkt. Storting onderhoudsvoorziening/verhuur deel Nijmeegseweg In verband met de niet voorziene verhuur van een deel van het gebouw aan de Nijmeegseweg in Venlo wordt de heffing voor aanvulling van de onderhoudsvoorziening, in tegenstelling tot de kadernota, niet in rekening gebracht bij gemeenten. Wegvallen inkomsten OMS De baten voor het gebruik van het Openbaar Meldsysteem (OMS) zijn weggevallen. In 2018 is een deel hiervan onttrokken uit de reserve. Nu worden deze kosten ten laste gebracht van de gemeentelijke bijdrage. De ontwikkelingen in de gemeentelijke bijdrage van 2018 naar 2019 zijn het resultaat van bovenstaande bestuurlijke afwegingen en enkele aanvullende besluiten die verder in deze begroting worden toegelicht. Begroting 2019 VRLN april 2018

162 Aansluiting begroting begroting 2019 (bedragen in duizenden euro's) Bedrag I/S Basis gemeentelijke bijdrage 2018* S Effect loonstijging S Effect prijsstijging S Rijksvaccinatieprogramma 759 S Wegvallen heffing aanvulling w eerstandsvermogen -153 I Wegvallen inkomsten OMS 190 S Totaal gemeentelijke bijdrage S I = Incidenteel / S = Structureel *Hierbij is rekening gehouden met het besluit dat het CMA niet meer in de VRLN begroting 2018 is opgenomen. Risk Factory Medio 2018 vindt besluitvorming plaats over de Risk Factory. In geval van een positief besluit wordt met ingang van 2019 op de locatie Nijmeegseweg in Venlo een Risk Factory gerealiseerd. Hierbij krijgen scenario s op het gebied van gezondheid en veiligheid voor basisschoolleerlingen uit groep 7/8 gestalte. Het inrichten van deze op gedragsverandering gerichte ervaringsscenario s vindt deels plaats op reeds in de Risk Factory Twente ontwikkelde concepten. Voor de VRLN betekent dit een financiële inspanning waarbij vanuit oud voor nieuw er binnen brandveiligheid en preventie JGZ middelen worden vrijgemaakt ter dekking. De begrotingsmutaties vanuit andere financieringsbronnen worden in de loop van 2019 verwerkt, maar raken de gemeentelijke exploitatie niet. Samenwerkingsmogelijkheden met de Veiligheidsregio Zuid-Limburg Met de Veiligheidsregio Zuid-Limburg worden de samenwerkingsmogelijkheden verkend. Naast de samenwerking in het meldkamerdomein vindt er een oriëntatie plaats op de samenwerkingsmogelijkheden in het domein crisisbeheersing. Definitieve resultaten van deze verkenning worden in de loop van 2018 meer duidelijk. Omgevingswet De veranderingen in de leefomgeving vragen om een meer integrale visiebenadering van de leefomgeving en gezondheid. De Omgevingswet staat voor een goede balans tussen het benutten en beschermen van de fysieke leefomgeving. Ruimte voor ontwikkeling, waarborgen voor kwaliteit is het motto. De nieuwe wet zal naar verwachting 2021 in werking treden. Dit betekent dat decentrale overheden scherp in beeld brengen welke risico s er zijn en kunnen ontstaan, deze risico s afwegen en vervolgens maatregelen nemen die de veiligheid en gezondheid bevorderen. Begroting 2019 VRLN april 2018

163 Deel B Beleidsbegroting 2 Programmaplan 2.1 Programma Gezondheid Wat willen we bereiken? Kernactiviteit van de GGD blijft het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de ruim inwoners in de regio, met name door het tegengaan en vroegtijdig opsporen van ziekten (preventie). Preventie kan de druk op de zorg verminderen. Bovendien vervult de publieke gezondheid een belangrijke rol in de voorbereiding en respons op (dreigende) crisissituaties; denk bijvoorbeeld aan infectieziektebestrijding of het optreden bij incidenten die veel maatschappelijke onrust (kunnen) veroorzaken. Teneinde een beeld te krijgen van de samenhang en de effectiviteit van de publieke gezondheid in Nederland, en daarmee van de betaalbaarheid, is door de Minister van VWS het Stimuleringsprogramma Publieke Gezondheid gestart. Daarin zijn de kerntaken van de GGD-en in Nederland samengevat in vier pijlers, die niet los van elkaar staan, maar juist in samenhang worden uitgevoerd 1. Omdat deze nieuwe indeling een duidelijk beeld geeft van de taken van de GGD is onze begroting op basis van deze vier pijlers ingericht, met aanvulling van een vijfde pijler: Jeugdgezondheidszorg. Deze vijf pijlers vormen de programmaonderdelen van het programma Gezondheid. Algemene ontwikkelingen 2019 De rode draad in 2019 is denken in de lijn van Positieve gezondheid. Positieve gezondheid is het vermogen van mensen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven. (Huber, 2011) De rol van burgers, zorgverleners, verzekeraars en de overheid verandert. Dit heeft consequenties voor de manier waarop de publieke gezondheidszorg geborgd en georganiseerd wordt en een logisch samenhangend geheel is met de rest van de zorg. De GGD levert een goede bijdrage aan langer gezond leven voor de inwoners van Noord- en Midden-Limburg door mensen en gemeenschappen te helpen om gezonde en veilige keuzes te maken. 1 Minister en Staatssecretaris van VWS, Beleidsbrief aan de Tweede Kamer: Betrouwbare publieke gezondheid: Gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeenten en rijk, Den Haag, 28 augustus Begroting 2019 VRLN april 2018

164 Met het bestuur is in 2016 afgesproken dat onze ontwikkelagenda voor de komende jaren de volgende lijnen kent: een flexibele jeugdgezondheidszorg; het verbinden en versterken van netwerken met de kennis en informatie die we hebben; kwetsbare groepen en ouderen. Opleidingen publieke gezondheidszorg Al jaren blijft de instroom in de opleidingen die VWS subsidieert voor de publieke gezondheidszorg, achter bij wat VWS aan opleidingsplaatsen beschikbaar stelt. Ook in onze regio is het niet eenvoudig om voldoende GGD-artsen te vinden. De Tweede Kamer hecht aan voldoende artsen publieke gezondheidszorg voor een adequate uitvoering van de Wet publieke gezondheidszorg en de Jeugdwet. Meer flexibiliteit in het huidige toewijzings- en subsidiesysteem en het kostendekkend maken van de subsidie nemen enkele belemmeringen weg en moeten zorgen voor meer instroom. De ingangsdatum van het landelijk werkgeverschap staat gepland op 1 januari 2019 en is aangekondigd in de Kamerbrief over opleidingen publieke gezondheidszorg (juli 2016). De verwachting bestaat dat als gevolg hiervan bepaalde schaarste in de vervulling van vacatures zich op termijn laat terugdringen Jeugdgezondheidszorg 0-18 Wat gaat de VRLN doen? De basiszorg jeugd richt zich op het bevorderen van een gezonde groei en ontwikkeling van alle jeugd (baby s, kinderen en jongeren) in de regio in de leeftijd tot 18 jaar. Dit gaat in de regio Limburg-Noord om ongeveer kinderen. De jeugdgezondheidszorg is in de afgelopen jaren de contactmomenten met ouders steeds meer gaan afstemmen op de behoefte van ouders en kind. In het kader van de transformatie van de jeugdzorg is de JGZ aan het onderzoeken of verdere versoepeling kan en wenselijk is. Essentieel is dat alle kinderen en jeugdigen die gezondheidsrisico s lopen in beeld blijven. Naar aanleiding van de basis contactmomenten op het consultatiebureau, de screeningen op de scholen en op verzoek van derden komen baby s, kinderen en jeugdigen in beeld die gezondheidsrisico s lopen. Zij komen in aanmerking voor zorg op indicatie. Ook samenwerkingspartners (zoals leidsters kinderopvang en leerkrachten) of ouders delen hun zorgen regelmatig met de JGZ. Wat dan een gezonde en veilige keuze is hangt af van de situatie. Een verder onderzoek door de jeugdarts, jeugdverpleegkundige of eventueel de logopedist maakt dit vaak duidelijk. Zo kan er dan met de ouders/jeugdigen besproken worden of de JGZ via begeleiding en advies de situatie kan helpen normaliseren of dat een (lokale of regionale) samenwerkingspartner de zorg overneemt. Begroting 2019 VRLN april 2018

165 Rijksvaccinatieprogramma (RVP) Uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma behoort ook tot de taken van de Jeugdgezondheidszorg. Per 1 januari 2019 treden artikelen rond het Rijksvaccinatieprogramma in de Wet publieke gezondheid in werking. Het RVP is hiermee wettelijk verankerd in de Wpg. In de wetswijziging is besloten de uitvoering van het RVP onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van de gemeente te laten vallen om de samenhang tussen de uitvoering van het RVP en de JGZ te borgen. De gemeente dient de uitvoering van het RVP en het basispakket JGZ bij dezelfde organisatie te beleggen. Op die manier voeren de uitvoeringsorganisaties het RVP en de JGZ programmatisch in samenhang uit. Vanaf 1 januari 2019 hevelt het rijk het macrobudget voor de RVP-taken over van de Rijksbegroting naar de gemeenten. De overheveling van het macrobudget voor de uitvoering van het deel van het RVP waar gemeenten verantwoordelijk voor zijn, vindt plaats via een storting in algemene uitkering van het gemeentefonds. Het macrobudget wordt geïndexeerd en publicatie vindt plaats in de decembercirculaire Vooralsnog is een inschatting van het bedrag gemaakt en opgenomen in de begroting Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Indicatoren Volledigheid Vaccinaties worden aangeboden aan alle kinderen die daarvoor in aanmerking komen conform het Rijksvaccinatieprogramma. De algemene vaccinatiegraad is conform RIVM-streefwaarde: 95%. De streefwaarde van de HPV-vaccinatiegraad is conform RIVM-streefwaarde 63%. Alle kinderen (0-18) zijn in beeld. Tijdigheid Postnatale onderzoeken uitgevoerd binnen de norm van 90% binnen 16 dagen. 8 weken onderzoeken uitgevoerd binnen de norm van 90% binnen 42 tot 70 dagen. Ieder vluchtelingenkind dat in zorg komt wordt binnen 6 weken gezien. Tijdkritische vaccinaties 6-9 weken: norm 90% binnen 42 tot 70 dagen 3 maanden: norm 90% binnen 4 weken na de 6-9 weken vaccinatie 4 maanden: norm 90% binnen 8 weken na de 6-9 weken vaccinatie 11 maanden: norm 90% binnen maanden 14 maanden: norm 90% tussen maanden. Begroting 2019 VRLN april 2018

166 Kwaliteit Lokale risicozorg preventie: minimaal rapportcijfer 7 voor tevredenheid van onderzoek bij zorgaanvrager. Regionale risicozorg preventie: minimaal rapportcijfer 7 voor tevredenheid van onderzoek bij scholen en samenwerkingspartners. Wat mag het kosten? Jeugdgezondheidszorg 0-18 (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten 966 Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Dit programmaonderdeel richt zich op het voorkómen en bestrijden van infectieziekten door middel van algemene infectieziektebestrijding, infectieziektepreventie, tuberculosebestrijding (TBC), SOA-bestrijding en seksualiteitshulpverlening en technische hygiënezorg. Daarnaast leveren we ook met medische milieukunde, lijkschouw, forensische geneeskunde en arrestantenzorg een bijdrage aan de publieke gezondheid in onze regio. Wat gaat de VRLN doen? Infectieziektebestrijding (algemeen, TBC, SOA en reizigers) Infectieziektebestrijding blijft ook in 2019 een aandachtspunt. Dreigingen van buitenaf, ziekten die van dier op mens overdraagbaar zijn (zoönose) en antibiotica-resistentie (ABR) blijven vragen om bijzondere alertheid. Er worden zogenaamde zorgregio s gemaakt om een uitbraak voor antibioticaresistente bacteriën op te pakken; voor ons is dat de Zorgregio Limburg. Vanaf 2019 is er structureel 15 miljoen ter beschikking voor het functioneren van de netwerken. Hoe de verdeling van het budget er uit zal zien is nog niet bekend. De GGD zal in 2019 haar rol als netwerkregisseur infectieziektebestrijding versterken. Verbindingen met onze ketenpartners zijn dan geborgd. Landelijk is afgesproken dat TBC-bestrijding in een viertal regio s wordt georganiseerd. GGD Limburg-Noord gaat samenwerking met GGD-en in de regio s Zeeland, Brabant en Begroting 2019 VRLN april 2018

167 Limburg. De huidige processen en werkafspraken worden afgestemd op deze nieuwe samenwerking. Voor de SOA-zorg zal focus gelegd worden op kwetsbare jongeren en preventieve zorg; dit speelt in 2018 ook al en zal naar verwachting alleen maar toenemen. Verder richt onze focus zich ook meer op E-health en internetveldwerk. De GGD verzorgt (preventieve) vaccinaties van risicogroepen en reizigersvaccinaties als onderdeel van de reizigersadvisering. Indicatoren 95% van de meldingen in het kader van de Wpg zijn binnen de gestelde termijn gedaan 2. Minimaal 85% van de TBC-behandelingen worden afgerond binnen de daarvoor gestelde termijn 3 TBC-vaccinatiegraad van kinderen (mits zij hiervoor in aanmerking komen) is 85% 4 Vaccinatiecentrum: klanttevredenheid rapportcijfer minimaal 7, consulten reizigerszorg worden uitgevoerd vaccins worden gegeven aan reizigers consulten SOA en Sense SOA: klanttevredenheid. Technische hygiënezorg De GGD adviseert bij evenementen en bij risicolocaties. Daarnaast voert zij inspecties uit op naleving van de gezondheidsvoorschriften ten behoeve van vergunningverlening aan tattooen piercingshops, op verzoek van de gemeenten bij seksinrichtingen en op verzoek van het COA bij asielzoekerscentra. Indicatoren Klanttevredenheid: rapportcijfer minimaal 8 We verrichten 100% van de evenementeninspecties 5 20 adviezen t.a.v. evenementen worden uitgebracht 100% van de bij ons aangemelde seksinrichtingen zijn geïnspecteerd 6 40 inspecties tattoo- en piercingshops uitgevoerd 3 inspecties AZC uitgevoerd 2 Opgenomen in Wet publieke gezondheid Artikel 26 Meldingen instellingen 3 Doelstelling WHO 4 Doelstelling WHO 5 Norm: Landelijke handreiking geneeskundige advisering publieksevenementen (2011) 6 Norm: Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche (Wrp) Begroting 2019 VRLN april 2018

168 Medische milieukunde In de medisch milieukundige hoek vraagt het provinciaal asbest-aanvalsplan blijvend aandacht. Daarnaast wordt er gewerkt aan de ontwikkelingen met betrekking tot de omgevingswet. Indicatoren Op basis van onze eigen kwaliteitsnormen wordt op 100% van de vragen met betrekking tot gezondheidsrisico s door milieuverontreiniging een antwoord gegeven Klanttevredenheid: rapportcijfer van minimaal 8,0 is gehaald 75 adviezen aan instellingen over milieuverontreiniging opgesteld Forensische geneeskunde De lijkschouw is een wettelijke taak voor de gemeenten. Binnen onze regio hebben de gemeenten de GGD aangewezen voor de uitvoering van deze taak. In 2018 zal een voorstel in de BC Gezondheid worden voorgelegd waarin de facturatie van zorg na kantooruren onder de geharmoniseerde bijdrage wordt gebracht. In dat geval vindt er geen betaling op rekening op basis van verrichting meer plaats maar zal verrekening in de generieke bijdrage budgettair neutraal plaatsvinden. Voor politie en justitie voert de GGD forensisch medisch onderzoek en medische arrestantenzorg uit. Indicatoren Bereikbaarheid/beschikbaarheid is 100% 7 geborgd Lijkschouw: 650 Arrestantenzorg: behandelingen Wat mag het kosten? Uitvoerende taken gezondheidsbescherming (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Norm: cf. contract met de politieorganisatie Begroting 2019 VRLN april 2018

169 2.1.3 Bewaken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crises Dit onderdeel omvat de inzet bij dagelijkse incidenten en calamiteiten, het invulling geven aan de geneeskundige taken op het vlak van de rampenbestrijding en crisisbeheersing, het voorzien in een 7 x 24 uur bereikbaarheid van medische professionals ten behoeve van taken op het domein publieke gezondheid De GGD heeft een leidende rol binnen het scenarioteam (dreigende) maatschappelijke onrust. In het geval er sprake is van maatschappelijke onrust brengt dit team advies uit aan de burgemeester van de betreffende gemeente. Wat gaat de VRLN doen? Bij rampen en crises is de GGD verantwoordelijk voor de processen rondom: - psychosociale hulpverlening; - opgeschaalde medische milieukunde; - opgeschaalde infectieziektebestrijding en - gezondheidsonderzoek bij rampen. Ten aanzien van de opgeschaalde medische milieukunde werken we sinds 2018 volgens een regionaal samenwerkingsverband samen met Zeeland, Brabant en Limburg. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Indicatoren 8 Psychosociale hulpverlening: in 100% van de gevallen zijn de taken binnen de gestelde opkomsttijd van 90 minuten opgepakt Opgeschaalde medische milieukunde: in 100% van de gevallen zijn de taken binnen de gestelde opkomsttijd opgepakt Opgeschaalde infectieziektebestrijding: in 100% van de gevallen zijn de taken binnen de gestelde opkomsttijd opgepakt Gezondheidsonderzoek bij rampen: in 100% van de gevallen wordt advies uitgebracht naar aanleiding van de gestelde vraag 8 Normen op basis van kwaliteitsnormen GGD Limburg-Noord Begroting 2019 VRLN april 2018

170 Wat mag het kosten? Bewaken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten 145 Baten 21 Saldo van baten en lasten 124 Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Toezicht houden Wat gaat de VRLN doen? Sinds 2018 werken we in het kader van het toezicht Wet kinderopvang volgens de nieuwe landelijke standaard voor Het Nieuwe Toezicht (HNT). Deze landelijke standaard beoogt meer aandacht te geven aan de pedagogische praktijk en is meer gericht op preventie. De verwachting is dat HNT zal leiden tot extra kosten, de inzet van de medewerkers wijzigt immers. Overeenkomstig de eerder vastgestelde kaders wordt dit verwerkt in de tarieven. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Indicator 100% van de instellingen is (al dan niet op basis van indicatie) geïnspecteerd en een rapport is opgemaakt Wat mag het kosten? Toezicht houden (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten 651 Baten 651 Saldo van baten en lasten 0 Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen 0 Begroting 2019 VRLN april 2018

171 2.1.5 Onderzoek, kennis en advies Wat gaat de VRLN doen? Dit programmaonderdeel omvat het vergaren van inzicht in de (ontwikkeling van de) gezondheid van de bevolking, het rapporteren daarover en het (door)ontwikkelen van verworven kennis in adviezen en methodieken met als doel Publieke Gezondheid (beter) af te stemmen op de eisen die de complexe omgeving stelt. Publieke Gezondheid heeft tot doel te zorgen dat mensen gezond zijn en blijven, waarbij wij Positieve Gezondheid centraal stellen. Positieve Gezondheid gaat niet over ziekte en zorg, maar gaat over gezondheid en gedrag. Dit betekent een andere kijk op het leven vanúit de burger en mét de burger. Maar ook de rol van de professional verandert. Niet (meer) het zorgen voor de burger staat centraal, maar juist ervoor zorgen dat de burger eigen regie kan voeren. Daarvoor is een collectieve, integrale aanpak van preventie nodig in combinatie met structurele inbedding binnen het (gemeentelijk) beleid. Hierbij is de verbinding tussen beleid, praktijk en onderzoek in combinatie met de verbindingen met samenwerkingspartners essentieel. De GGD gaat daarmee verder aansluiten op de big data -trend, de vraag naar kleinschaliger verdiepingsonderzoek en evaluatie van gemeente specifieke projecten. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Mogelijkheid ontwikkelen tot het digitaal maken van afspraken, naast onze bestaande dienstverlening. Interne en externe databronnen, zoals het digitaal dossier JGZ, het landelijk databuffet en de gemeentelijke dashboards worden verder ontsloten. Samen met gemeenten een gezamenlijke visie ten aanzien van het gebruik van het instrument monitors doorontwikkelen. Van het gedachtegoed Positieve Gezondheid zijn meerdere concrete vertalingen in de praktijk te zien. In de doorontwikkeling Gezonde School wordt ingezet op een betere signalering en begeleiding van scholen (bijvoorbeeld op het gebied van depressie of grensoverschrijdend gedrag). De JOGG aanpak en aandacht voor gezond gewicht krijgt borging in de bestaande lokale netwerken. Via participatie in de Risk Factory wordt ingezet op gedragsbeïnvloeding van de basisschoolleerlingen. Begroting 2019 VRLN april 2018

172 Indicator Voor tevredenheid van de aanvrager over het advies en ondersteuning is minimaal het rapportcijfer 7 gehaald Wat mag het kosten? Onderzoek, kennis en advies (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten 63 Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Totale kosten Totaal Programma Gezondheid (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Begroting 2019 VRLN april 2018

173 2.2 Programma Brandweerzorg Het programma Brandweerzorg is nieuw ten opzichte van de begroting 2018 en bestaat uit een samenvoeging van de programma s risicobeheersing en basisbrandweerzorg. Deze samenvoeging doet meer recht aan de nauwe verwevenheid van beide onderdelen. Wat willen we bereiken? Het programma Brandweerzorg bestaat uit drie onderdelen: risicobeheersing, incidentbestrijding en VMO (vakbekwaamheid, materieel en ontwikkeling). Risicobeheersing Gemeenten willen een veilige woon- en leefomgeving voor hun inwoners. Sociale veiligheid is daarbij een belangrijk aandachtsveld, maar ook doelen op het vlak van de fysieke veiligheid zoals vermindering van het aantal incidenten en calamiteiten zijn voor gemeenten erg belangrijk. Hierbij werken zij samen met professionals, zoals politie en veiligheidsregio. Ook zetten zij in op versterken van de betrokkenheid en vergroting van het zelfoplossend vermogen van hun inwoners en ondernemers. De Veiligheidsregio helpt gemeenten hierbij. Binnen risicobeheersing biedt zij gemeenten deskundige hulp bij het voorkomen en beperken van (brand)incidenten en bij het indammen van brandrisico s. Daarnaast wordt er specifiek aandacht gegeven aan het voorkomen van branden en ongevallen door het stimuleren van brandveilig gedrag bij burgers, organisaties en bedrijven (voorheen Brandveilig Leven). In vergunningstrajecten zorgt de Veiligheidsregio voor deskundige advisering op het gebied van de ruimtelijke, industriële en gebruiksveiligheid en in bouwtrajecten. Als onderdeel van de veiligheidsketen richt risicobeheersing zich onder meer op het mogelijk maken van een veilige en effectieve inzet van de hulpdiensten bij calamiteiten. De regio werkt vanuit het begrip meerlaagse veiligheid waarbij in iedere fase van het realiseren van een ruimtelijke ontwikkeling of bouwwerk een passend instrument ingezet kan worden om fysieke veiligheid te vergroten. Risicobeheersing adviseert tevens over bereikbaarheid en aanwezige bluswatervoorzieningen zodat hulpdiensten effectief op kunnen treden bij calamiteiten. Incidentbestrijding De Veiligheidsregio voert de operationele brandweerzorg uit. Deze omvat het voorkomen en bestrijden van branden en van ongevallen anders dan brand die gevaar voor mens en dier (kunnen) opleveren (verkeersongevallen, bedrijfsongevallen, waterongevallen en ongevallen met gevaarlijke stoffen). De regio beschikt hiervoor over 31 brandweerposten. Het werk wordt uitgevoerd met etmaalmedewerkers (beroeps), repressief inzetbare dagdienstmedewerkers (beroeps) en ongeveer 800 vrijwilligers. Verspreid over de regio is op 9 posten een kleine bluseenheid (Snel Interventie Voertuig, zogenaamde SI-2T ) gestationeerd. Een SI-2T wordt ingezet tijdens kantooruren. Het voertuig heeft een gekazerneerde bezetting van twee personen en rukt binnen anderhalve minuut uit. Het grootste belang van een SI-2T is dat vrijwillige posten Begroting 2019 VRLN april 2018

174 tijdens kantooruren ondersteund worden zodat de uitruk zoveel mogelijk geborgd is. Een SI-2T vormt tijdens kantooruren een gegarandeerde repressieve schil bovenop de schil van tankautospuiten. Bij de inzet van een SI-2T moet in ogenschouw worden gehouden dat de eenheid over onvoldoende slagkracht beschikt om incidenten zoals woningbranden of verkeersongevallen zelfstandig af te handelen en dus aangevuld moet worden door een tankautospuit met minimaal vier personen (samen met de SI-2T-bemanning de wettelijk voorgeschreven zes). Een SI-2T maakt wel een aanvang met de incidentbestrijding en werkt veel incidenten zelfstandig af. Incidentbestrijding omvat ook het grootschalig optreden van brandweereenheden bij incidenten van grote(re) omvang. Hier is vooral het aspect van slagkracht van belang. Aan de hand van het geactualiseerd regionaal risicoprofiel en de hierin genoemde incidenttypen is bepaald hoe groot de slagkracht minimaal moet zijn. Aangezien het gros van de incidenttypen zich in elke gemeente kan voordoen, is gekozen voor een zodanige verdeling van capaciteit dat de slagkracht overal binnen de landelijke tijdsnormen kan worden geformeerd. Deze capaciteit is al grotendeels aanwezig in verband met de snelle eerstelijns brandweerzorg in de gemeenten. Binnen de incidentbestrijding voert de Veiligheidsregio daarnaast enkele specialistische taken uit: de Waarschuwings- en Verkenningsdienst (WVD), Incidentbestrijding Gevaarlijke stoffen (IBGS), waterongevallenbestrijding en natuurbrandbestrijding. VMO (vakbekwaamheid, materieel en ontwikkeling) De kwaliteit van de operationele brandweerzorg is sterk afhankelijk van de vakbekwaamheid van de medewerkers, de inzetbaarheid van het materieel en adequate en hoogwaardige beleidsadviezen die bijdragen aan een effectieve en efficiënte organisatie. Deze aspecten zijn verenigd binnen het onderdeel vakbekwaamheid, materieel en (beleids-)ontwikkeling. Het team vakbekwaamheid houdt zich bezig met het opleiden (vakbekwaam worden) en oefenen (vakbekwaam blijven) van het brandweerpersoneel. Het niveau van brandweerpersoneel is vastgelegd in zogenaamde kwalificatieprofielen en in wet- en regelgeving zijn eisen vastgelegd ten aanzien van het opleiden en oefenen van brandweerpersoneel. Dit vergt een professionele ondersteuning en uitvoering door het team vakbekwaamheid. Het onderdeel materieel houdt zich bezig met het beheer van het materiaal en materieel van de brandweer. Een belangrijke taak in dit kader is het onderhoud van de ademluchtapparatuur. Maar er worden ook ongeveer 70 zware brandweervoertuigen en 120 lichte voertuigen onderhouden inclusief de bepakking. Andere taakvelden zijn het onderhoud en wassen van uitrukkleding en het onderhoud van meetapparatuur. Maar het team heeft ook als taak het verwerven van nieuw materieel. Veelal gebeurt dit middels (Europese) aanbestedingstrajecten. Het team ontwikkeling houdt zich bezig met onderzoek ten behoeve van de hele brandweer en het door ontwikkelen van de brandweerprofessie en met het opstellen van beleidsadviezen. Begroting 2019 VRLN april 2018

175 Algemene ontwikkelingen 2019 Beleidsplan De huidige beleidsplannen binnen het brandweerdomein hebben een looptijd tot 2020/2021. Vandaar dat de VRLN eind 2017 gestart is met de voorbereiding van de vernieuwing van het beleid. Streven is één beleidsplan brandweer op te stellen waarin alle onderdelen zijn samengebracht: risicobeheersing, incidentbestrijding en VMO. Hiermee ontstaat een solide (beleids)fundament onder de brandweerorganisatie voor de periode met commitment van bestuur en management. Nieuw beleid is nodig om in te kunnen spelen op maatschappelijke ontwikkelingen en ontwikkelingen binnen de brandweerorganisatie. Met name de veranderende rol en de invulling van de functie van brandweervrijwilliger vraagt om maatregelen als we ook in de toekomst in staat willen zijn de gevraagde zorg te leveren. Vrijwilligers zijn moeilijker te vinden en blijven korter. Je leven lang brandweerman/vrouw is niet meer van deze tijd. Dat heeft gevolgen voor alle segmenten binnen de brandweer; van werving/selectie tot opleiden/oefenen en de incidentbestrijding. In het beleidsplan worden ook ontwikkelingen als de nieuwe omgevingswet meegenomen. Eind 2018/begin 2019 dient het nieuwe beleidsplan gereed te zijn, zodat er voldoende tijd is voor bestuurlijke besluitvorming en de noodzakelijke financiële vertaling van de inhoudelijke keuzes in de kadernota en begroting Tijdens dit proces zal het bestuur een aantal beleidskeuzes moeten maken die van invloed zijn op de hoogte van het benodigde budget voor brandweerzorg Risicobeheersing Het onderdeel bouwveiligheid (C) wordt niet afgenomen door de MER-gemeenten (Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen). Daarnaast verzorgen de MER-gemeenten en de gemeente Venray zelf de gebruikscontroles bij het onderdeel gebruiksveiligheid (D). A Ruimtelijke veiligheid Wat gaat de VRLN doen? De Veiligheidsregio brengt adviezen uit gericht op het beheersen van omgevingsrisico s. De advieswerkzaamheden omvatten: externe veiligheid bestemmingsplannen, omgevings- en trajectbesluiten, routering gevaarlijke stoffen, infrastructurele wijzigingen, realiseren van bluswatervoorzieningen en keurmerk veilig ondernemen. Doel van dit programmaonderdeel is om in een zo vroeg mogelijk stadium veiligheidsrisico s in beeld te brengen en mee te laten wegen in de beleidskeuzes die gemaakt worden. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Snelle, adequate en kwalitatief hoogwaardige adviezen over maatregelen, voorzieningen en voorschriften om omgevingsrisico s te beperken en te beheersen. Jaarlijks gaat het gemiddeld om adviesaanvragen externe veiligheid. Daarnaast is er met gemeenten structureel overleg over advisering pro-actie. Begroting 2019 VRLN april 2018

176 B Industriële veiligheid Wat gaat de VRLN doen? De Veiligheidsregio voert werkzaamheden uit gericht op het adviseren over, toezien op en eventueel handhaven van de beheersing van industriële risico s. Tot deze werkzaamheden behoren het beoordelen van veiligheidsrapporten, aanwijzing van bedrijfsbrandweren, advies op het gebied van opslag van vuurwerk en explosieve stoffen, advies externe veiligheid Wet Milieubeheer en inspecties en handhaving BRZO (Besluit Risico Zware Ongevallen). Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Snelle, adequate en kwalitatief hoogwaardige adviezen over maatregelen, voorzieningen en voorschriften om industriële risico s te beperken en te beheersen. Adequate controle in het kader van handhaving door middel van toezicht en inspecties. Jaarlijks gaat het gemiddeld om 60 aanvragen milieuvergunning en BRZO. C Bouwveiligheid Wat gaat de VRLN doen? De Veiligheidsregio adviseert over brandveiligheidsaspecten bij bouwvergunningtrajecten: over te nemen bouwkundige maatregelen, technische installaties, bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen op objectniveau. Controles tijdens en na de bouw kunnen van deze werkzaamheden deel uitmaken. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Snelle, adequate en kwalitatief hoogwaardige adviezen over maatregelen, voorzieningen en voorschriften over brandveiligheidsaspecten in het kader van bouwvergunningtrajecten. Adequate controle in het kader van handhaving door middel van toezicht en inspecties. Jaarlijks gaat het gemiddeld om 450 aanvragen voor een bouwvergunning, waarbij wij gemiddeld 900 adviesrapporten uitbrengen. Een aanvraag kan tot meerdere adviezen leiden. D Gebruiksveiligheid Wat gaat de VRLN doen? De Veiligheidsregio adviseert over brandveilig gebruik van bouwwerken en bij risicovolle en/of grootschalige evenementen. Hiertoe behoort de advisering omgevingsvergunning en melding brandveilig gebruik, de advisering en het toezicht bij grootschalige en risicovolle (Aen B-)evenementen en het toezicht op brandveilig gebruik. Daarnaast voert de Veiligheidsregio activiteiten uit specifiek gericht op het verkleinen van het risico op brand door menselijk handelen. Concrete activiteiten zijn het uitvoeren van lesprogramma s en expedities op scholen en in zorginstellingen, het voorlichten en trainen van kwetsbare groepen en het trainen van ambassadeurs (bij voorkeur door het opzoeken Begroting 2019 VRLN april 2018

177 van een structurele samenwerking met bijvoorbeeld Thuiszorgorganisaties en woningcorporaties). Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Snelle, adequate en kwalitatief hoogwaardige adviezen over maatregelen, voorzieningen en voorschriften bij het gebruik van bouwwerken en bij evenementen. Jaarlijks gaat het gemiddeld om 300 adviezen brandveiligheid. In dat kader worden jaarlijks gemiddeld controles uitgevoerd (1.200 op basis van een afgesproken objectenlijst en 300 controles maatwerk). Brandveilig Leven Specifiek onderdeel binnen gebruiksveiligheid is Brandveilig Leven, waarbij specifiek aandacht gegeven wordt aan het voorkomen van branden en ongevallen door het stimuleren van brandveilig gedrag bij burgers, organisaties en bedrijven. In het kader van toezicht brandveiligheid scholen en zorginstellingen zijn twee integrale programma s ontwikkeld waarin bevordering van brandveilig gedrag en toezicht op brandveilig gebruik integraal worden opgepakt. Deze programma s (expedities) zijn in 2017 voor het eerst geïmplementeerd. In totaal worden ruim 300 voorlichtingsactiviteiten Brandveilig Leven uitgevoerd. We maken hierbij in toenemende mate gebruik van volontairs en ambassadeurs. In geval van een positief besluit ten aanzien van de Risk Factory zal er in plaats van extern gerichte activiteiten, een op gedragsverandering gericht ervaringsprogramma voor basisschoolleerlingen worden uitgevoerd. Een belangrijk onderdeel is dan ook het werven en trainen van intermediairs (ambassadeurs) die kwetsbare doelgroepen helpen bij het vergroten van de brandveiligheid. In dat kader zijn er structurele samenwerkingsafspraken met onder meer de T-zorg, de KBO Limburg en de Zorggroep voor het trainen van medewerkers/ambassadeurs op gebied van brandveiligheid. Het team Brandveilig Leven zorgt er tevens voor dat brandweerposten de juiste (methodische) ondersteuning krijgen bij het uitrollen van lokale initiatieven zoals voorlichtingsactiviteiten. E Onderzoek en beleid Wat gaat de VRLN doen? De Veiligheidsregio onderhoudt een actueel regionaal (brand)risicoprofiel. Dit is wettelijk verplicht en vormt de basis voor risicogestuurde brandweerzorg. Binnen risicobeheersing verzorgt de VRLN daarnaast de beleidsvoorbereiding op diverse terreinen en onderwerpen, mede gebaseerd op onderzoek naar brand(on)veilig gedrag en brandonderzoek. Begroting 2019 VRLN april 2018

178 Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Een actueel (brand)risicoprofiel als basis voor beleid en risicogerichte organisatie van de brandweerzorg. Adequate en kwalitatief hoogwaardige beleidsadviezen die bijdragen aan een effectieve en efficiënte organisatie van de brandweerpreventie, gebaseerd op de nieuwste inzichten en ontwikkelingen. Het lerend vermogen van de brandweerorganisatie is vergroot, onder meer door het uitvoeren van brandonderzoek waarmee meer inzicht verkregen wordt in oorzaak en verloop van de brand. Omgevingswet en de invoering van de private bouwplantoets Risicobeheersing neemt als ketenpartner deel aan lokale projecten/pilots over de invoering van de nieuwe omgevingswet in bijna alle gemeenten. Tevens zijn we lid van de twee regionale gemeentelijke overleggroepen. Intern hebben we een omgevingsanalyse gemaakt om de impact van deze wetswijzigingen voor de VRLN in beeld te brengen. Dat gaat in 2019 leiden tot de implementatie van een masterplan voor de doorontwikkeling van de afdeling. Overigens zijn de invoeringsdata van beide wetswijzigingen uitgesteld. Indicatoren (risicobeheersing gezamenlijk) Goed en snel: wij adviseren in een vroegtijdig stadium vanuit vakinhoudelijke professionaliteit, onafhankelijk en risicogericht. Co-creatie: wij werken samen met partners aan veiligheidsvraagstukken, leveren een onderbouwde bijdrage aan integraal advies en maken waar mogelijk de verbinding op inhoud. Informatie gestuurd: wij faciliteren gemeentelijke beleidskeuzes en beïnvloeden brandveilig gedrag door het verzamelen, analyseren en duiden van data en vertalen dit naar een regionaal brandrisicoprofiel en regionaal/lokaal veiligheidsbeeld. Met de eerste opzet van de indicatoren in de begroting 2016 zijn de doorlooptijden van adviesaanvragen als indicator opgevoerd. In de praktijk blijkt dit geen werkbare indicator te zijn, aangezien de doorlooptijd afhankelijk is van veel factoren die ook buiten de invloedsfeer van de VRLN vallen (zoals een tijdige aanvraag of volledigheid van stukken). Vandaar ook dat voor 2019 een eerste aanzet is gegeven voor betere en meer betrouwbare indicatoren. Voor de begroting 2020 en mogelijk al de jaarverantwoording 2019 zullen deze in overleg met diverse in- en externe betrokkenen nader worden aangescherpt. Hierbij zal een betere balans gezocht worden tussen kwantitatieve en kwalitatieve verantwoording over risicobeheersing. Begroting 2019 VRLN april 2018

179 Wat mag het kosten? Risicobeheersing (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Ruimtelijke veiligheid 307 Industriële veiligheid 128 Bouw veiligheid 458 Gebruiksveiligheid Onderzoek en beleid 329 Totaal lasten Baten Ruimtelijke veiligheid 156 Industriële veiligheid 128 Bouw veiligheid 105 Gebruiksveiligheid 33 Onderzoek en beleid 39 Totaal baten 461 Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Ruimtelijke veiligheid 151 Industriële veiligheid 0 Bouw veiligheid 353 Gebruiksveiligheid Onderzoek en beleid 290 Gemeentelijke bijdragen Begroting 2019 VRLN april 2018

180 2.2.2 Incidentbestrijding Wat gaat de VRLN doen? Repressief brandweerorganisatieplan (RBOP) In het kader van het huidige RBOP ( ) worden in 2019 naar verwachting de volgende actiepunten doorgevoerd: ingebruikname van de nieuwe kazerne in Ittervoort (samenvoeging Thorn-Hunsel); doorontwikkeling van specialismen zoals het gaspakteam en schuimblussing; vervanging van het grootwatertransport zodat, in combinatie met brandkranen en open water, de bluswatervoorziening adequaat geregeld is en doorontwikkeling van uitruk op maat (flexibel uitrukken). Harmonisatie 24-uursdienst Met ingang van 1 januari 2019 worden de 24-uursdiensten van de beroepsposten Roermond en Venlo geharmoniseerd. Doel hiervan is een gegarandeerde paraatheid/dekking op beide posten te bewerkstelligen, de uitwisselbaarheid en flexibiliteit van personeel te verbeteren en de arbeidsvoorwaarden (en daarmee samenhangende aspecten) gelijk te trekken. Dit laatste was sinds de regionalisering nog niet het geval. De harmonisatie biedt tevens de kans om de werkwijze(n) en roosters beter op elkaar af te stemmen. Gevolg is wel dat een aantal medewerkers van standplaats zal wijzigen. Streven is de harmonisatie budgettair neutraal te laten verlopen door te kiezen voor een hybride model op beide beroepsposten. Hiervoor is het wel strikt noodzakelijk voldoende vrijwilligers beschikbaar te hebben om diensten te draaien. In 2018 wordt geïnventariseerd in hoeverre er voldoende vrijwilligers beschikbaar zijn. Ook zijn er de eerste jaren in beperkte mate frictiekosten als gevolg van het sociaal statuut (vergoeding reiskosten bij standplaatswijziging). Deze frictiekosten worden opgevangen binnen de begroting van het gehele brandweerdomein. Functioneel leeftijdsontslag (FLO) Vrijwel alle kosten van de brandweer zijn geharmoniseerd en worden door de gezamenlijke gemeenten op basis van de vastgestelde verdeelsleutel gefinancierd. Eén onderdeel is daarbij nog buiten beschouwing gelaten: de kosten van het FLO voor de beroepsbrandweer (werkzaam in de posten Venlo en Roermond). De kosten van het FLO zullen op basis van de geactualiseerde berekeningen de komende jaren fors stijgen. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Een parate brandweerorganisatie die adequaat en voldoende snel reageert op de gemiddeld meldingen per jaar (waarvan prio 1 en prio 2). Begroting 2019 VRLN april 2018

181 Indicatoren Regionaal: in de praktijk wordt 50% van de maatgevende incidenten (brand in een gebouw) binnen de wettelijke opkomsttijd voor dat specifieke soort gebouw bereikt door de eerste eenheid. Bij prio-1 meldingen is het streven een uitruktijd van maximaal 5 minuten te halen bij vrijwillige posten en anderhalve minuut bij beroepsposten en posten met een SI-2T (moment van alarmering tot aan moment van de uitruk). Wat mag het kosten? Incidentbestrijding (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Vakbekwaamheid, materieel en (beleids-)ontwikkeling Wat gaat de VRLN doen? Vakbekwaamheid Binnen vakbekwaamheid kan een onderscheid gemaakt worden tussen vakbekwaam worden (opleiden van manschappen) en vakbekwaam blijven (oefenen). In 2019 wordt opnieuw een oefencyclus meerdaags realistisch oefenen ingevoerd. Hiervoor zijn de mogelijkheden in Nederland beperkt en daarom moet waarschijnlijk uitgeweken worden naar het buitenland. Deze oefeningen zijn duur en vragen veel voorbereiding. De grote groep vrijwilligers die in 2017 en 2018 is geworven wordt in 2019 opgeleid, waarmee een groot deel van het beschikbare opleidingsbudget al vergeven is. Het blijven voldoen aan de noodzakelijke en toenemende repressieve opleidingsvraag zorgt ervoor dat de beschikbare budgetten in toenemende mate onder druk komen te staan. In het nieuwe beleidsplan wordt hier nadrukkelijk aandacht aan besteed. Begroting 2019 VRLN april 2018

182 Materieel Ten aanzien van vervanging van materieel zijn soberheid, doelmatigheid en regionale uniformiteit belangrijke uitgangspunten. In 2017 en 2018 is de ademluchtapparatuur gestandaardiseerd (één merk en type voor de hele regio) en in 2018 en 2019 wordt de bluskleding vervangen door één merk en type. Er wordt een aanvang gemaakt met het implementeren van een regionale standaard voor schuimblussing. Het vervangen van de huidige pagers (alarmontvangers) door pagers met een terugkoppelmogelijkheid, zodat de meldkamer direct inzicht heeft of een voertuig voldoende bezet kan worden, wordt in 2019 afgerond. In het kader van risicogerichtheid en focus zal de standaardisering aan de andere kant weer minder worden. Op dit moment worden ingewikkelde branden (denk aan zeer grote brandcompartimenten) bestreden met middelen die geschikt zijn voor reguliere gebouwbranden maar niet voor brandcompartimenten tot wel m 2. De brandweer moet dan ook investeren in nieuwe innovatieve technische middelen. Daarnaast krijgt de vergroening van het voertuigenpark aandacht (e-voertuigen, geen diesel waar mogelijk). Naast de reguliere vervangingen wordt in 2019 het zogenaamd grootwatertransport vervangen (zware dompelpompen voor het transporteren van veel bluswater over afstanden tot 2,5 km). Huisvesting Met het vaststellen van het Repressief Brandweerorganisatieplan heeft het bestuur gekozen om terug te gaan van 31 naar 30 brandweerkazernes en de posten Thorn en Hunsel samen te voegen op een nieuwe locatie in Ittervoort. Daarnaast gaf een vervolgonderzoek naar de technische staat van de overige kazernes aan dat nieuwbouw voor een aantal locaties een betere keuze zou zijn. In dat kader worden naast Ittervoort in 2019 vier nieuwe brandweerkazernes opgeleverd: Nederweert, Stramproy, Heythuysen en Horst. De te kleine centrumpost Venray wordt uitgebreid, waarbij tevens voldaan kan worden aan de eisen die gesteld worden aan schoon werken (arbeidshygiëne). Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Een goed geoefende en toegeruste brandweerorganisatie, conform landelijk vastgestelde standaarden. Adequate en kwalitatief hoogwaardige beleidsadviezen die bijdragen aan een effectieve en efficiënte organisatie van de operationele brandweerzorg, gebaseerd op de nieuwste inzichten en ontwikkelingen. Jaarlijks zijn er leergangen voor gemiddeld 200 medewerkers en vrijwilligers, met als hoofdmoot de leergangen manschap, chauffeur, pompbediener en bevelvoerder. Jaarlijks zijn er 20 tot 40 reguliere oefenmomenten voor elke brandweermedewerker (vrijwilligers en beroeps). Begroting 2019 VRLN april 2018

183 Indicatoren Gecertificeerd opleidingsbureau Alle ruim 900 operationeel inzetbare manschappen voldoen aan de landelijke branchestandaard voor vakbekwaamheid. De kazernes voldoen aan onderhoudsniveau 3 van de NEN2767-norm. Al het materieel voldoet aan de daarvoor geldende kwaliteitsstandaard en/of keurmerk en wordt periodiek gekeurd. Wat mag het kosten? Vakbekwaamheid, materieel en (beleids-) ontwikkeling (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Totale kosten Totaal Programma Brandweerzorg (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Begroting 2019 VRLN april 2018

184 2.3 Programma Crisisbeheersing Wat willen we bereiken? De Veiligheidsregio zorgt voor (de inzet van) een geoefende, parate en professionele hulpverleningsorganisatie crisisbeheersing. Zij coördineert multidisciplinair optreden van hulpdiensten en onderhoudt en actualiseert de daarbij geldende (opschaling)procedures en afspraken. Het programma Crisisbeheersing bestaat uit de volgende onderdelen: Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenwerking (incl. GHOR) De VRLN coördineert de multidisciplinaire hulpverlening bij rampen en crises en verzorgt de ketenregie. Daaronder valt de operationele voorbereiding, opleiden en oefenen en het optreden tijdens incidenten en crises. Ook de nazorg en evaluatie maken hier onderdeel van uit. Specifiek onderdeel is de Geneeskundige HulpverleningsOrganisatie in de Regio (GHOR), belast met de coördinatie, voorbereiding, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening bij rampen en grootschalige ongevallen en met de advisering van andere overheden en organisaties op dat gebied. Doelstelling is dat de geneeskundige partners naadloos kunnen opschalen van reguliere naar opgeschaalde geneeskundige hulpverlening en dat de betrokken organisaties daarbij als samenhangende keten kunnen optreden, zodat slachtoffers van rampen en crises optimale zorg kan worden geboden. Daarvoor zijn enerzijds afspraken (convenanten) met partners van belang. Anderzijds is een goede relatie met de partners op alle niveaus minstens zo belangrijk. Een specifieke activiteit vormt de geneeskundige advisering bij evenementen. Gemeentelijke processen De Oranje Kolom (gemeentelijke processen) is belast met de coördinatie en uitvoering van de processen Bevolkingszorg tijdens een crisis. Deze processen zijn: crisiscommunicatie, publieke zorg, omgevingszorg, nazorg, informatiemanagement, resourcemanagement en evaluatie. De Oranje Kolom richt zich voornamelijk op de operationele voorbereiding en preparatie van functionarissen die tijdens een incident in actie moeten komen. Dit gebeurt door opleidingen en deelname aan mono- en multidisciplinaire oefeningen. De Oranje Kolom valt inhoudelijk onder verantwoordelijkheid van de coördinerend gemeentesecretaris en functioneel onder de Veiligheidsregio (werkgeverschap). Meldkamer Ook de meldkamer maakt nog onderdeel uit van dit programma, maar heeft na de samenvoeging met Zuid-Limburg een andere status gekregen. Binnen de meldkamer in Maastricht wordt door de Brandweer Limburg-Noord en Brandweer Zuid-Limburg samengewerkt aan een verdere optimalisering van het meldkamerproces. Voor 2019 wordt aansluiting op de landelijke ICT-voorziening voorzien. In 2019 worden naar verwachting op Begroting 2019 VRLN april 2018

185 instigatie van de landsadvocaat de contracten voor de aansluiting op het Openbaar Meldkamer Systeem opgezegd en wordt een liberalisatie van het aansluitbeleid doorgevoerd. De consequenties voor de begroting van de VRLN bedragen een verlies aan baten ten bedrage van , die niet gecompenseerd worden door een verlies aan lasten. Algemene ontwikkelingen 2019 In 2019 is de belangrijkste ontwikkeling binnen Crisisbeheersing het in Limburg, dus met VRZL samen, vorm, inhoud en uitvoering geven aan de voorbereiding op incidenten, rampen en crises en de gecoördineerde bestrijding van incidenten. Daartoe worden (zijn) in 2018 eerste stappen gezet, uitmondend in een gezamenlijke agenda (jaarplan) Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenwerking (incl. GHOR) Wat gaat de VRLN doen? In 2019 komt het nieuwe Regionale Risicoprofiel tot stand, alsmede het nieuwe meerjarige Regionale Beleidsplan van de VRLN. Ten behoeve van deze verplichte planfiguren wordt, in het licht van de hiervoor geschetste ontwikkeling, nadrukkelijk afgestemd met VRZL. Tevens verschijnt de nieuwe Staat van de Rampenbestrijding (SvdR) dat jaar, waarvoor de VRLN conform planning de jaarlijkse systeemtest uitvoert en verbeterslagen naar aanleiding van de SvdR Voor de GHOR staat 2019 in het teken van een grootschalige, meerdaagse ketenoefening rondom een uitbraak van een infectieziekte. Daarin (en ook al voorafgaand in 2018) wordt het netwerk verstevigd, planvorming geactualiseerd en wordt door de gehele lijn GHOR in ketenverband met/door witte partners geoefend. Naar verwachting zal op ongeveer evenementen geadviseerd worden. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Snelle en adequate opschaling en inzet van vakbekwame medewerkers belast met GHOR- en multidisciplinaire processen crisisbeheersing. Indicatoren Evenementenadvisering: Op alle adviesaanvragen in het kader van vergunningverlening voor een B- of C- evenement is tijdig advies uitgebracht, afhankelijk van de tijdige aanvraag door en informatieverschaffing van de aanvrager. Operationele voorbereiding: 80% van de multidisciplinaire plannen, werkinstructies en operationele informatie zijn conform versiedatum minder dan 3 jaar oud. Met alle structurele partners en buurregio s zijn afspraken gemaakt, vastgelegd en geïmplementeerd. MOTO-aanbod (multi opleiden-trainen-oefenen), voldoende voor ten minste 2 Begroting 2019 VRLN april 2018

186 oefenmomenten per functionaris, is conform planning gerealiseerd. (M)OTO-deelname door GHOR-functionarissen en multi-functionarissen (i.c. leiders en informatiemanagers) voldoet aan de norm van minimaal 2 momenten per functionaris per jaar. De GHOR stelt jaarlijks een bestuursrapportage op, die inzicht geeft in de voorbereiding van instellingen, zorgaanbieders, regionale ambulancevoorzieningen en diensten die een taak hebben in de geneeskundige hulpverlening én continuïteit van zorg moeten garanderen. Incidentbestrijding: Individueel niveau: de kernfuncties crisisbeheersing zijn in 80% van de gevallen na alarmering binnen de normtijd* aangevangen met hun werkzaamheden. Teamniveau: de teams beginnen in 80% van de gevallen in een naar oordeel van de leider voldoende complete samenstelling binnen de normtijd* met het eerste overleg. * vastgelegd in het Regionaal Crisisplan; normtijden verschillen per functionaris en team Wat mag het kosten? Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenwerking (incl. GHOR) (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten 453 Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Gemeentelijke processen Wat gaat de VRLN doen? Binnen de Oranje Kolom wordt, net als in de gemeentelijke organisaties, sterk ingezet op het bevorderen van de zelfredzaamheid van burgers. Door tijdens de crisisbeheersing de focus te leggen op die mensen die de hulp het hardste nodig hebben, ontstaat een meer afgewogen hulpverlening. Ondanks dat de ondersteuning en zorg zeker aangepast worden op de behoefte en de zelfredzaamheid van de samenleving, blijven er onderdelen bestaan die vooraf vastgelegd dienen te worden. Een voorbeeld is het convenant met het Rode Kruis voor opvang en verzorging. In 2018 wordt het nieuwe convenant afgesloten tussen het Rode Kruis en de VRLN. Door het afsluiten van het convenant bestaat er minder verschil tussen de verschillende Veiligheidsregio s en de afspraken met het Rode Kruis. Deze harmonisatie Begroting 2019 VRLN april 2018

187 heeft mogelijk een trapsgewijze kostenstijging tot gevolg vanaf Bij de Berap wordt hier op teruggekomen. In het kader van de doorontwikkeling van het Regionaal Crisisplan is er in 2019 ook aandacht voor de crisisstructuur van de Bevolkingszorg. Daarnaast wordt de samenwerking met de Bevolkingszorg Zuid Limburg nader geïntensiveerd. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Snelle en adequate opschaling en inzet van vakbekwame medewerkers belast met gemeentelijke processen crisisbeheersing. Indicatoren Operationele voorbereiding: Van de functionarissen binnen de Oranje Kolom die actief zijn binnen de multidisciplinaire teams neemt iedere functionaris minimaal 1x per jaar deel aan een multidisciplinaire bijscholing of oefening. Elke functionaris binnen de Oranje Kolom neemt minimaal 1x per jaar deel aan een monodisciplinaire opleiding of oefening. Alle nieuwe functionarissen die binnen de Oranje Kolom actief zijn, volgen een startbekwaamheidstraject voor de functie die zij gaan uitoefenen. Incidentbestrijding: In alle gevallen zijn de teams na alarmering binnen de gestelde opkomsttijden operationeel. Wat mag het kosten? Gemeentelijke processen (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten 673 Baten 99 Saldo van baten en lasten 574 Stortingen in reserves 0 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen 574 Begroting 2019 VRLN april 2018

188 2.3.3 Meldkamer Wat gaat de VRLN doen? De meldkamer verzorgt de aanname en afhandeling van meldingen en aanvragen om hulpverlening, waaronder 112-meldingen. De meldkamer zorgt voor alarmering van eenheden en functionarissen en regelt verdere opschaling tijdens GRIP-situaties. Tijdens operationeel optreden ondersteunt de meldkamer de repressieve inzet. In het kader van het project LMO (Landelijke Meldkamer Organisatie) zijn de meldkamers van de Veiligheidsregio s Zuid-Limburg en Limburg-Noord samengevoegd in een nieuwe meldkamer die in Maastricht gevestigd is. De meldkamer is in de begroting van de VRLN nog wel zichtbaar als apart programmaonderdeel, aangezien de financiering nog loopt via de begrotingen van de Veiligheidsregio s. Verdere begroting en verantwoording gaat via een apart traject door de nieuwe meldkamerorganisatie. Welk resultaat gaat de VRLN boeken dit jaar? Indicatoren De gemiddelde verwerkingstijd van een Prio 1 melding ligt onder de 60 seconden. Bij Grip-incidenten start de meldkamer binnen 2 minuten (normtijd) de alarmering. Wat mag het kosten? Meldkamer (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten 247 Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 40 Onttrekkingen uit reserves 0 Gemeentelijke bijdragen Begroting 2019 VRLN april 2018

189 2.3.4 Totale kosten Totaal Programma Crisisbeheersing (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten 800 Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 40 Onttrekkingen uit reserves 0 Resultaat voor bestemming Begroting 2019 VRLN april 2018

190 2.4 Algemene dekkingsmiddelen De VRLN kent als algemeen dekkingsmiddel het saldo van de financieringsfunctie. Voor 2019 is dit saldo naar verwachting Overhead In het kader van de vernieuwing van het BBV op grond van de voorstellen van de commissie Depla worden de kosten voor de bedrijfsvoering ondergebracht in het onderdeel Overhead. Onder overhead wordt verstaan alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Hierbij worden in het BBV een aantal uitgangspunten gehanteerd: Kosten dienen zoveel mogelijk direct te worden toegerekend aan het betreffende programma; Ondersteunende werkzaamheden die niet direct dienstbaar zijn aan de externe klant of een extern product horen thuis bij de overhead; Hiërarchisch leidinggevenden behoren tot de overhead; De huisvesting voor algemene taken behoort tot de overhead. Huisvesting specifiek voor brandweer of GGD wordt bij het betreffende programma begroot. Voor de begroting 2019 is er opnieuw een slag gemaakt in de rubricering van de kosten. Dit heeft ertoe geleid dat, op grond van bovenstaande uitgangspunten, meer kosten direct aan de programma s zijn toegerekend. De omvang van de overhead is hiermee afgenomen. Per saldo heeft dit geen effect op de omvang van de begroting van de VRLN. Totaal Overhead (bedragen in duizenden euro's) Begroting 2019 Lasten Baten Saldo van baten en lasten Stortingen in reserves 81 Onttrekkingen uit reserves 56 Gemeentelijke bijdragen Begroting 2019 VRLN april 2018

191 2.6 Heffing vennootschapsbelasting Vanaf 1 januari 2016 zijn overheidsondernemingen van bijvoorbeeld gemeenten, provincies en waterschappen belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Met deze wetswijziging wil de Nederlandse overheid gelijkheid creëren tussen overheidsondernemingen en private ondernemingen. Voor zover bekend zijn de hiermee samenhangende financiële gevolgen voor de Veiligheidsregio zeer beperkt. 2.7 Onvoorzien In de begroting 2019 is geen bedrag opgenomen voor onvoorzien. Begroting 2019 VRLN april 2018

192 3 Paragrafen 3.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing De ontwikkeling van risicomanagement binnen de VRLN kent een lange weg, waarbij langs de assen bewustwording en assessment geleidelijk naar een integraal beleid ten aanzien van risico s wordt toegewerkt. Risico s zijn onder te verdelen in allerlei uiteenlopende typen. Het accent ligt bij het in kaart brengen van de risico s gelegen op het strategisch niveau. De risico s zijn gegroepeerd langs de velden van het INK-model. Er worden maatregelen genomen om de risico s te beheersen (zie onderstaande tabel). Periodiek worden de risico s geactualiseerd en de effecten van de maatregelen gemonitord. Aandachtsvelden Leiderschap & cultuur Strategie & beleid Medewerkers Strategische risico s 1. Vermogen tot veranderen (cultuur): het risico dat medewerkers onvoldoende in staat zijn, onvoldoende ruimte ervaren, om werkwijze en competenties aan te passen aan de ontwikkelingen en eisen die door de omgeving worden gesteld aan de VRLN. Het risico op kosten ten gevolge van een mismatch tussen organisatie-eisen en competenties van de medewerker. 2. Communicatie: het risico dat het merk' VRLN en haar onderdelen onvoldoende worden herkend. 3. Organisatie in control: het risico dat de VRLN haar financiële en beleidsdoelstellingen niet/ten dele behaalt, processen en procedures onvoldoende inzichtelijk zijn en effectiviteit van beleid laag is. De VRLN slaagt er niet in om binnen de begroting te blijven. 4. Kwaliteit personeel: het risico dat medewerkers in onvoldoende mate beschikken over gevraagde competenties, het optreden van ontwikkelingen in de omgeving die de vereiste en beschikbare kwaliteiten op spanning kunnen zetten, binnen enkele jaren uitstroom van deskundigheid en ervaring door gemiddeld hoge leeftijd personeel. Maatregelen Bevordering van zelforganisatie te door resultaatgerichte teams die binnen gestelde kaders aan de slag gaan. Binnen Gezondheid worden in nauwe betrokkenheid met de medewerkers de processen vormgegeven om de dienstverlening aan te laten sluiten bij de klantvraag. Coaching op functioneren en loopbaangesprekken met medewerkers. In de externe communicatie wordt ingezet op de sterke merken binnen de VRLN. Een nieuwe website voor de Veiligheidsregio en tevens een aparte website voor de GGD. In 2016 is intensief samengewerkt om het vertrouwen in de processen rondom finance & control te herstellen. Met hoge periodiciteit is de gezondheid van de financiële en productieresultaten gecheckt. De resultaten zijn gedurende het jaar in lijn gebleven met de begroting. Monitoring periodiek door gesprekken en afspraken met budgethouders en deelbudgethouders en op basis van het ontwikkeling zijnde dashboard. Meer hulpmiddelen ondersteuning P&C-cyclus: een nieuw ehrm-systeem en financieel systeem zijn ingevoerd en de salarisadministratie is heringericht, BI dashboards P&O & Financiën, Programma- en productenoverzicht PPO. Binnen diverse onderdelen is ingezet op individuele scholing en persoonlijke coaching van medewerkers, zoals scholing bevelvoerders, collegiale consultatie en EVP(ervaringsprofiel)-trajecten. Binnen Gezondheid is een veranderingstraject gestart waarbij ook rekening wordt gehouden met het (door)ontwikkelen van noodzakelijke competenties van betrokken medewerkers. Begroting 2019 VRLN april 2018

193 Middelen Processen 5. Kwantiteit personeel: het risico op onderbezetting door gebrek aan (gespecialiseerd) personeel wat kan leiden tot productieverlies, verminderde paraatheid/hulpverlening, hogere kosten inhuur en het niet kunnen voldoen aan gemaakte afspraken/verwachtingen. 6. Ziekteverzuim: het risico op ziekteverzuim door hoog ervaren werkdruk, onderbezetting en gevraagde flexibiliteit van medewerkers. 7. Opleiden en oefenen: het risico op onvoldoende mogelijkheden voor opleiden en oefenen medewerkers (bezuinigingen). 8. Arbeidsgerelateerde ziektes. 9. Bezuinigingen (rijk en gemeenten): het risico dat VRLN taakstellende bezuinigingen worden opgelegd welke leiden tot gedwongen ontslagen en/of niet /tegen onvoldoende kwaliteit uitvoeren van (wettelijke) taken/diensten. Onvoldoende ruimte voor innovatie. 10. Financiële claims: het risico dat VRLN claims krijgt als gevolg van handelwijzen van één of meerdere medewerkers. 11. Wegvallen vergoeding OMS. 12. Kennisdeling: het risico dat beschikbare en benodigde informatie onvoldoende ontsloten/gedeeld wordt intern en met externe partijen. Dit risico speelt binnen Veiligheid met name bij de werving en het behoud van vrijwilligers. Door middel van werving en selectiecampagnes en het gebruik van social media is hier aandacht voor geweest. Een innovatietraject wordt uitgevoerd om de beschikbaarheid van vrijwilligers in dagen vakantiesituaties te borgen. Ten aanzien van gespecialiseerd personeel en operationele functionarissen is de kwetsbaarheid groot als 'nieuwe' risico's zich voordoen zoals bijv. terrorisme, stralingsincidenten etc. Er zijn niet voldoende geschoolde en ervaren specialisten beschikbaar. Intensivering ziekteverzuimbegeleiding (gesprekken, praktische ondersteuning, tijdelijke werkaanpassing). Als kader voor prioritering wordt het vastgestelde Meerjarenbeleidsplan MOTO (Multi Opleiden Trainen & Oefenen) gebruikt. Met extra structurele middelen (door het bestuur toegekend) is enorm geïnvesteerd in onder andere procedures, extra uitrukpakken en voorlichting. Maatregelen zijn genomen om de begroting op orde te krijgen. Budgettering gebeurt op efficiënte wijze en budget wordt alleen verstrekt wanneer er een onderliggend plan is. Ruimte voor innovatie wordt geschapen door opbouw van een innovatiebudget. Afspraken met gemeenten over indexatiesystematiek loonen prijsstijgingen. Deels dekking door WA-verzekering. Verzekering activiteiten en personeel personeelsvereniging. Een projectplan ter realisatie van VIC is opgesteld om het informatiegestuurd werken te vergroten. Middels een daarvoor ontwikkeld dashboard heeft de afdeling Incidentbeheersing inzicht in de paraatheid van haar posten (beschikbaarheid van vrijwilligers op de posten). Binnen Gezondheid is voor zowel de gezondheidsmonitor Jeugd als voor Volwassenen en Ouderen een dashboard ontwikkeld. Het project digitaal (samen)werken is in voorbereiding. 13. Integriteit beveiliging data: het risico op uitval systemen en verlies van data als gevolg van gedrag van medewerkers. Een aantal gegevensverwerkende processen is doorgelicht op informatiebeveiliging. Daar waar nodig zijn maatregelen genomen. Een functionaris gegevensbescherming is aangesteld. Securityboard en Central Information Security Officer (CISO) ingesteld. 14. Continuïteit: het risico dat de VRLN bij langdurige inzet t.b.v. calamiteiten de continuïteit van de dienstverlening niet kan waarborgen. 15. Nakomen afspraken/dvo: het risico dat VRLN niet kan voldoen aan afspraken door onderbezetting personeel of door onvoldoende zicht op de afspraken (leveringsbetrouwbaarheid). De MIK Bedrijfscontinuïteit wordt geïmplementeerd. Heroverweging heeft plaatsgevonden met betrekking tot continuïteit bij inzet van zeer specifieke functies. Ingezet wordt op inzicht en overzicht van convenantafspraken en opvolging daarvan door partnertypering en jaargesprekken. Begroting 2019 VRLN april 2018

194 Marktontwikkelingen, klanten en partners 16. Het risico dat door nieuwe afspraken m.b.t. de afname van producten en diensten een deel van het actuele aanbod van de diensten elders in de markt wordt weggezet en het risico op boventalligheid personeel. Binnen Gezondheid nemen klanten en partners een belangrijke plaats in het veranderingstraject in. Zij worden betrokken bij de uitwerking van de veranderstrategieën. Op peil houden van de dienstverlening. Verhogen van het kostenbewustzijn. Zorgen voor goede bereikbaarheid. Maatschappelijke ontwikkelingen Bestuur en financiers 17. Demografische ontwikkelingen: Risico dat we niet kunnen inspelen op de gewijzigde behoefte samenleving (taken en dienstverlening). 18. Invloed lokale en regionale politiek: het risico dat lokaal belang prevaleert boven regionaal belang, inconsistente besluitvorming, verwachtingen en betrokkenheid bestuurders. Binnen het veranderingstraject worden maatschappelijke ontwikkelingen, zoals mutaties in geboortecijfer, als factoren van invloed verkend en meegenomen in de uit te werken veranderstrategieën. Door de brandweer is de dialoog aangegaan met bestuurders en ambtenaren op diverse niveaus. De bestuursopdracht is gegeven een taakdiscussie te starten tussen gemeenten, RUD en VRLN. Binnen Gezondheid vonden en vinden er gesprekken plaats met de bestuurders m.b.t. JGZ en het sociale domein en de rol van de DPG. De risico s in de categorie vermijden en vervolgens verminderen krijgen prioriteit. Score Kans Kans is klein Kans is groot score 1-25 Probleem is klein Accepteren Overdragen Risico's 2, 10 score Probleem is groot Verminderen Vermijden Risico's 3, 7, 8, 9, 14, 15, 17 1, 4, 5, 6, 11, 12, 13, 16, 18 Risicostrategie op basis van prioritering risico s (kans x impact) De benodigde weerstandscapaciteit gaat uit van het restrisico (netto risico s) dat de organisatie loopt. Daartoe dient voor de verschillende risico s beoordeeld te worden wat de effectiviteit is van de aanwezige beheersingsmaatregelen en/of aanvullende maatregelen genomen kunnen worden. Het programma NARIS rekent de risico s om naar de benodigde weerstandscapaciteit. Begroting 2019 VRLN april 2018

195 Strategische risico s Kans Financiële gevolgen 1. Vermogen tot veranderen (cultuur) % bijdrage aan Benodigde Weerstandscapaciteit Weerstandscapaciteit 75% ,85% Communicatie 50% ,00% 0 3. Organisatie in control 50% ,00% 0 4. Kwaliteit personeel 0% ,84% Kwantiteit personeel 75% ,85% Ziekteverzuim > norm 5% 75% ,84% Opleiden en oefenen 0% 0 0,00% 0 8. Arbeidsgerelateerde ziektes 1% ,79% Bezuinigingen (rijk en gemeenten): kans op 5% minder inkomsten 10% ,79% Financiële claims 0% nihil door dekking WAverzekering 0,00% Wegvallen vergoeding OMS 0% binnen de eigen begroting 0,00% Kennisdeling 75% binnen de eigen begroting 0,00% Integriteit beveiliging data 75% ,53% Continuïteit 50% ,89% Nakomen afspraken/dvo 75% binnen de eigen begroting 0,00% Afname producten en diensten/boventalligheid 10% ,75% Demografische ontwikkelingen 50% ,87% Invloed lokale en regionale politiek Bruto benodigde weerstandscapaciteit 75% binnen de eigen begroting 0,00% 0 100,00% Weerstandsvermogen en beschikbare weerstandscapaciteit Het weerstandsvermogen is een maatstaf voor de mate waarin de Veiligheidsregio de nadelige gevolgen van risico s kan opvangen. Het gaat hierbij om tegenvallers die de continuïteit van de uitvoering van taken in gevaar brengen. Het weerstandsvermogen geeft aan wat de verhouding is tussen de beschikbare hoeveelheid en de benodigde hoeveelheid geld. In hoeverre de Veiligheidsregio in staat is om de financiële tegenvallers op te vangen hangt af van de risico s die de Veiligheidsregio loopt en van de middelen die de organisatie vrij kan maken om risico s op te vangen. De beschikbare weerstandscapaciteit is de optelsom van alle elementen uit de financiën van de Veiligheidsregio die daadwerkelijk kunnen worden ingezet om niet-begrote kosten te dekken. Onder de beschikbare weerstandscapaciteit valt het deel van de reserves dat vrij aanwendbaar is. Vanuit de risico-inventarisatie is een benodigd weerstandsvermogen becijferd van De beschikbare vrije reserve bedroeg op 31 december In dit saldo is rekening gehouden met een eventueel besluit om het rekeningresultaat 2017 toe te Begroting 2019 VRLN april 2018

196 voegen aan de reserve. De verwachte stand van de vrije reserve per 1 januari 2019 is Om het tekort op het weerstandsvermogen weg te werken heeft het Algemeen Bestuur d.d. 7 juli 2017 besloten om de gemeentelijke bijdrage ingaande 2018 gedurende 4 jaar op te hogen met per jaar (gemiddeld 0,30 per inwoner per jaar). Eventuele positieve resultaten die in deze periode worden behaald, worden in mindering gebracht op de bijdrage van het daaropvolgende jaar. In de begroting 2019 is deze storting daarom vervallen gezien het resultaat van de jaarverantwoording Financiële kengetallen Netto schuldquote De netto schuldquote is de verhouding tussen de schulden van de organisatie onder aftrek van de vlottende activa en het totaal van de baten van de organisatie verminderd met eventuele onttrekkingen aan reserves. Voor de opbouw van het kengetal kan een correctie voor de financiële activa achterwege blijven daar de VRLN niet over dergelijke uitzettingen beschikt. De relevantie van dit kengetal wordt bepaald door de mate waarin de organisatie de activa heeft gefinancierd in relatie tot de begrotingsomvang. Solvabiliteit Onder solvabiliteit wordt verstaan de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal van het vermogen, ergo het totaal van de passiva. Structurele exploitatieruimte Onder de structurele exploitatieruimte wordt verstaan de verhouding tussen het saldo van structurele baten en lasten verminderd met het saldo van de structurele onttrekking aan reserves en het totaal van de baten exclusief de onttrekking aan reserves. Dit kengetal geeft aan de mate waarin de structurele lasten gedekt worden door de structurele baten. Een negatief kengetal duidt op hogere structurele lasten dan structurele baten, wat niet gewenst is. Bovengenoemde kengetallen zijn in onderstaande tabel weergegeven. Financiële kengetallen (in percentages) Begroting 2018 Begroting 2019 Raming 2020 Raming 2021 Raming 2022 Netto schuldquote 68,8% 68,8% 70,9% 70,8% 70,4% Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 68,8% 68,8% 70,9% 70,8% 70,4% Solvabiliteitsratio 5,1% 5,1% 5,4% 5,1% 5,1% Structurele exploitatieruimte 1,2% 0,0% 0,2% 0,4% 0,1% Begroting 2019 VRLN april 2018

197 3.2 Onderhoud kapitaalgoederen De belangrijkste kapitaalgoederen die de VRLN in eigendom heeft betreffen gebouwen en vervoermiddelen (brandweervoertuigen). a. Materieel brandweer De brandweer maakt gebruik van een groot scala aan materieel voor het uitvoeren van taken, waaronder blus- en hulpverleningsvoertuigen. Sinds 2010 is invulling gegeven aan de regionalisering van de brandweer. Achtereenvolgens zijn de districten Weert (2010), Venlo (2011), Venray (2012), Roermond (2013) en Peel & Maas (2014) opgenomen binnen de VRLN. Hierbij is al het aanwezige materieel overgenomen van de gemeenten, waarbij niet gekozen is voor het principe schoon door de poort. Wat er was is overgegaan, veelal zonder daarbij een toetsing door te voeren naar kwaliteit en beschikbare exploitatie- en vervangingsbudgetten. Dit heeft ertoe geleid dat er grote verschillen zijn ontstaan in kwaliteit en kwantiteit, in afschrijvingstermijnen en in het wel of niet aanwezig zijn van voldoende vervangingsbudgetten. Inmiddels is al het overgedragen materieel nauwkeurig in kaart gebracht, zijn afschrijvingstermijnen geharmoniseerd en budgetten op basis van de toekomstige behoefte naar een minimaal aanvaardbaar niveau aangepast. Het verloop door de jaren heen geeft een wisselend beeld en als gevolg daarvan ontstaat er het ene jaar een tekort en het andere jaar een overschot. Om te zorgen voor een constant lastenverloop (en gelijkblijvende gemeentelijke bijdragen) heeft het Algemeen Bestuur eind 2017 ingestemd met het instellen van een egalisatiereserve. b. Harmonisatie huisvestingslasten brandweerlocaties Met ingang van 2017 vormen de huisvestingslasten van de brandweerlocaties integraal onderdeel van de VRLN-begroting en worden via de verdelingssystematiek die wordt gehanteerd voor Veiligheid verevend. Op basis van de nog te sluiten huurovereenkomsten met gemeenten worden de panden tot 2022 op basis van uniforme huurovereenkomsten gehuurd. Het onderhoud vindt plaats op basis van de opgestelde onderhoudsplannen en wordt door de gemeenten dan wel door de VRLN uitgevoerd (demarcatie). Voor de komende jaren zullen, binnen de budgettaire kaders, verschuivingen plaatsvinden van huurlasten naar stichtingskosten als gevolg van het realiseren van nieuwbouw op enkele locaties. De exacte uitwerking van een en ander is ten tijde van het opstellen van deze begroting nog niet bekend. De VRLN heeft de volgende gebouwen in eigendom: Begroting 2019 VRLN april 2018

198 Locatie Adres Plaats Hoofdvestiging VRLN Nijmeegsew eg 40/42 Venlo Hoofdvestiging GGD Drie Decembersingel 50 Venlo Vestiging GGD Oranjelaan 21 Roermond Brandw eerkazerne Echt Bandertlaan 28 Echt Brandw eerkazerne Gennep Paesplasw eg 2 Gennep Brandw eerkazerne Mook Veldw eg 3 Mook Brandw eerkazerne Venlo Ariënsstraat 72 Venlo Brandw eerkazerne Weert De Savornin Lohmanstraat 8 Weert De belangrijkste kapitaalgoederen die de Veiligheidsregio in eigendom heeft betreffen gebouwen en vervoermiddelen (brandweervoertuigen). Voor deze eigendommen gelden de wettelijke voorgeschreven keurings- en onderhoudswerkzaamheden. 3.3 Financiering De Veiligheidsregio heeft het beleid ten aanzien van de financiering vastgelegd in de financiële verordening. De regels ter uitvoering van de beleidspunten zijn vastgelegd in het treasurystatuut (financieringsstatuut). De Veiligheidsregio voldoet aan de voorschriften met betrekking tot de renterisiconorm en de kasgeldlimiet. Rentebeleid Zowel de lange als de korte rente zijn momenteel laag met respectievelijk 0,94% voor 10- jarige leningen en -0,32% voor de korte rente (driemaandelijks Euribor). De ontwikkeling van de rente is van belang voor de financieringskosten van de VRLN. Risicobeheer (kasgeldlimiet en renterisiconorm) De kasgeldlimiet laat zien welk risico er bestaat ten aanzien van vlottende schulden. De renterisiconorm is een maatstaf om te bepalen welke kredietrisico s de Veiligheidsregio loopt op de vaste schulden. Dit zijn de schulden met een looptijd langer dan 1 jaar. De renterisiconorm wordt gemeten in een bedrag ter grootte van 20% van het begrotingstotaal. De Veiligheidsregio zal in het begrotingsjaar 2019 en meerjarig voor de daaropvolgende 3 jaar, volgens de huidige inzichten, binnen de kasgeldlimiet en de renterisiconorm blijven. Liquiditeitsplanning en financieringspositie Gezien de investeringsplanning en de aflossing op bestaande geldleningen wordt in de kapitaalbehoefte voorzien door het aantrekken van geldleningen in 2019 en de volgende jaren. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de kasgeldlimiet maximaal benut wordt, zonder deze te overschrijden. Begroting 2019 VRLN april 2018

199 Rente risiconorm (bedragen in duizenden euro's) (1) Renteherzieningen (2) Aflossingen (3) Renterisico (1)+(2) (4) Renterisiconorm (5a)= (4>3) Ruimte onder renterisiconorm (5b)= (3>4) Overschrijding van de renterisiconorm Berekening renterisiconorm (4) (4a) Begrotingstotaal jaar t (4b) Percentage regeling 20% (4)=(4a)*(4b)/100 renterisiconorm jaar t Kasgeldlimiet (bedragen in duizenden euro's) (Jaar t-2 = 2017) 1e kw artaal 2e kw artaal 3e kw artaal 4e kw artaal 1. Vlottende schuld Vlottende middelen Netto vlottende schuld (+) of overschot (-) (1-2) Toegestane kasgeldlimiet in geld in percentage 8,20% 8,20% 8,20% 8,20% Ruimte (4 groter dan 3) Overschrijding (3 groter dan 4) Berekening kasgeldlimiet (5) (6) Rekeningstotaal (7) Percentage regeling 8,20% 8,20% 8,20% 8,20% (5)=(6)*(7)/100 kasgeldlimiet Bedrijfsvoering De aandacht richt zich op versterken van de informatiegestuurdheid, vraaggerichtheid en risicogerichtheid in de bedrijfsvoering. Voor bedrijfsvoering ligt daarbij de focus op de ontwikkelingen van de volgende randvoorwaarden: Verbeteren stuur- en beheersinformatie. De vernieuwde personele, financiële en business intelligence systemen maken dit mogelijk. De doorontwikkeling van de informatievoorziening en structuur moet er tevens toe leiden dat de organisatie in staat is de vragen van klanten en stakeholders beter te beantwoorden en daarmee beter aan te sluiten op de gewenste output tegen een passende prijs en kwaliteit. Begroting 2019 VRLN april 2018

200 Huisvesting Nieuwbouw van diverse kazernes en het benutten van kansen om de bezettingsgraad van bestaande kantoorruimte te vergroten en waar mogelijk kantoorruimte af te stoten. Bijvoorbeeld door gezamenlijk gebruik van kantoorruimte door Brandweer en GGD. Ons personeel is het kapitaal van onze organisatie. Maatschappelijke ontwikkelingen als vergrijzing, ontgroening, snelle en verdergaande digitalisering van de werkomgeving in combinatie met een hoge gemiddelde leeftijd en de specifieke arbeidsmarktomstandigheden in Limburg vragen om gericht (strategisch) personeelsbeleid. We gaan verder met het Personeelprogramma Vitaal en Veerkrachtig met een viertal aandachtsgebieden: omgevingsbewustzijn, arbeidsmobiliteit, vakmanschap en positief gezond. De ICT-infrastructuur, digitaal samenwerken en informatieveiligheid vragen continu onze aandacht. We zijn op deze aspecten goed aangesloten op landelijke ontwikkelingen en investeringen binnen de brandweer en de GGD. Ook in 2019 blijven we investeren om deze cruciale randvoorwaarde voor zowel onze primaire als ondersteunende processen op een kwalitatief goed niveau te brengen en te houden. Speciale aandacht heeft het bewustmaken van medewerkers op het eigen gedrag op het gebied van informatieveiligheid en digitalisering. Ook het fysieke toegangsbeheer van al onze locaties wordt in dit licht onderzocht en waar nodig aangepast. Onbekend maakt onbemind. Communicatie zet zich in om de VRLN en haar sterke merken GGD en Brandweer proactief te positioneren naar onze stakeholders en de ketens waarin we participeren. Dat geldt in het bijzonder in het blijvend contact leggen met onze klanten, de gemeenten. Op het gebied van crisiscommunicatie wordt de relatie met de gemeenten, de Oranje Kolom, versterkt. In zijn algemeenheid blijven we externe kansen en ontwikkelingen nauwgezet volgen en spelen we daarop in indien dit kan bijdragen tot een betere en/of efficiëntere bedrijfsvoering. 3.5 Verbonden Partijen De Veiligheidsregio kent geen verbonden partijen. Begroting 2019 VRLN april 2018

201 Deel C Financiële begroting 4 Overzicht baten en lasten 4.1 Baten en lasten per programma In de onderstaande tabel is het totaal van de baten en lasten per programma opgenomen. De ontwikkelingen op de baten en lasten zijn bij de financiële kaders nader toegelicht. In het kader van het meerjarenperspectief is een beleidsneutrale lijn gevolgd. De ontwikkelingen in een meerjarenperspectief zijn dermate onzeker dat een nadere concretisering op programmaniveau op dit moment niet opportuun is. De ontwikkelingen van de investeringen zullen vanuit een actualisatie van het meerjaren (vervangings-) investeringsplan worden benaderd. In de meerjarenraming zijn de volgende ontwikkelingen meegenomen: Vanaf 2020 is er geen correctie meer nodig voor de consequenties van het ingroeimodel voor de verdeelsystematiek algemene bijdrage gemeenten (harmonisatie); Met ingang van het begrotingsjaar 2020 maakt het beheer van de Meldkamer naar verwachting geen onderdeel meer uit van de begroting van de Veiligheidsregio Limburg-Noord. De korting ter financiering van het beheer zal naar verwachting op jaarbasis bedragen en via de BDuR verrekend worden. Indien de ontwikkeling zich voltrekt zoals voorgesteld is er vanaf 2022 geen extra bijdrage meer nodig zijn voor het aanvullen van het weerstandsvermogen ten bedrage van In verband met het positieve resultaat over 2017 wordt, na ambtelijke afstemming, in de begroting 2019 de aanvulling weerstandsvermogen niet in rekening gebracht. De financiële consequenties in een meerjarenperspectief van de indexatiesystematiek zijn niet meegenomen in de meerjarenraming; een en ander is opgenomen tegen het prijspeil De meerjarenraming per programmaonderdeel is weergegeven in bijlage 1. Begroting 2019 VRLN april 2018

202 Baten en lasten per programma (incl. meerjarenraming) Lasten (excl. toevoegingen aan reserves) Begroting 2018* Begroting 2019 Raming 2020 Raming 2021 (bedragen in duizenden euro's) Raming 2022 Mutatie 2019 t.o.v Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal lasten (excl. toevoegingen aan reserves) Baten (excl. onttrekkingen aan reserves) Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal baten programma's Baten gemeentelijke bijdragen Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal baten gemeentelijke bijdragen Totaal baten (excl. onttrekkingen aan reserves) Saldo (excl. mutaties reserves) Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal saldo van baten en lasten Toevoegingen aan reserves (lasten) Onttrekkingen aan reserves (baten) Totaal resultaat voor bestemming *Hierbij is rekening gehouden met het besluit dat het CMA niet meer in de VRLN begroting 2018 is opgenomen. 4.2 Overzicht incidenteel en structureel verloop baten en lasten De ontwikkeling van de incidentele baten en lasten wordt in belangrijke mate veroorzaakt door de genomen a-structurele maatregelen om a-structureel begrotingsevenwicht te bereiken. Begroting 2019 VRLN april 2018

203 In onderstaand overzicht zijn de baten en lasten onderverdeeld naar incidenteel en structureel. Baten en lasten per programma (incl. meerjarenraming) Lasten (excl. toevoegingen aan reserves) Begroting 2019 Begroting 2019 incidenteel Begroting Raming structureel Raming 2020 incidenteel Raming Raming structureel Raming 2021 incidenteel Raming Raming structureel (bedragen in duizenden euro's) Raming Raming structureel incidenteel Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal lasten (excl. toev. aan de reserves) Baten (excl. onttrekkingen aan reserves) Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal baten programma's Baten gemeentelijke bijdragen Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal baten gemeentelijke bijdragen Totaal baten (excl. onttr. aan de reserves) Saldo (excl. mutaties reserves) Gezondheid Brandw eerzorg Crisisbeheersing Overhead Totaal saldo van baten en lasten Toevoegingen aan reserves (lasten) Onttrekkingen aan reserves (baten) Totaal resultaat voor bestemming De belangrijkste incidentele effecten kunnen als volgt worden weergegeven: Programma Gezondheid Binnen het programma Gezondheid zijn tijdelijk extra lasten en baten (subsidies) opgenomen voor de projecten voorzorg en LOGG. Programma Brandweerzorg In het programma Brandweerzorg hebben de incidentele baten en lasten betrekking op het FLO-overgangsrecht van de Brandweer Roermond en Venlo. Het verloop van de baten en lasten is jaarlijks verschillend, maar overigens budgettair neutraal. Programma Crisisbeheersing In het programma Crisisbeheersing zijn geen incidentele mutaties te verwachten. Overhead Onder de overhead is tijdelijk extra formatie opgenomen in verband met projecten huisvesting en overige inhuur. Hier staan incidenteel extra inkomsten tegenover. Begroting 2019 VRLN april 2018

204 4.3 Verdeling baten De Veiligheidsregio kent als baten de gemeentelijke bijdragen, de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR) en overige baten van derden. De verhouding van deze inkomstenstromen in relatie tot het totaal van de begroting is als volgt weergegeven. Verdeling baten Gemeentelijke bijdragen BDuR uitkering Overige baten (bedragen in duizenden euro's) Brede Doeluitkering Rampenbestrijding De Veiligheidsregio ontvangt jaarlijks een rijksbijdrage in de vorm van de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR). De hoogte van de BDuR wordt bekendgemaakt in de zogeheten juni-circulaire. Ten tijde van het opstellen van de begroting zijn deze gegevens nog niet beschikbaar. Daarom wordt in de begroting uitgegaan van een inschatting van deze baten. Voor 2019 is hierbij rekening gehouden met een totaal bedrag van 6,071 miljoen. Overige Baten Naast de gemeentelijke bijdragen en de BDuR ontvangt de Veiligheidsregio inkomsten uit andere bronnen zoals het rijk, instellingen en burgers. Deze zijn proportioneel met de omvang van de activiteiten. Een deel van de overige baten bestaat uit bijdragen van gemeenten welke niet via de gemeentelijke bijdrage worden verrekend. Voor de vennootschapsbelasting die op de activiteiten drukt die door de belastingdienst als VPB-plichtig worden aangemerkt, is vooralsnog geen bedrag bepaald. Op grond van het gegeven dat wij activiteiten verrichten tegen kostprijs en zonder winstoogmerk verwachten wij geen heffing. Begroting 2019 VRLN april 2018

205 5 Financiële positie 5.1 Solvabiliteit De solvabiliteit van de organisatie wordt door de wetgever in toenemende mate als onderdeel gezien van de sturings- en verantwoordingsinformatie. In de paragraaf weerstandsvermogen hebben we de relevante kengetallen weergegeven. Bij een totaal beoordeling van de solvabiliteit en het weerstandsvermogen in relatie tot deze begroting kan gesteld worden dat de uitholling van de vermogenspositie van de afgelopen jaren gestopt is. De mate waarin de Veiligheidsregio financiële stabiliteit naar de deelnemende gemeenten kan garanderen hangt mede af van de mate waarin risico s op afwijkingen opgevangen kunnen worden binnen het eigen (weerstands)vermogen. Dit wordt op basis van het huidige deficit van het weerstandsvermogen, zonder aanpassing van het reservebeleid, als onvoldoende geacht. Het Algemeen Bestuur heeft dan ook besloten tot tussentijdse aanvulling vanuit de gemeentelijke bijdrage. 5.2 Liquiditeit Alhoewel liquiditeit in termen van de mogelijkheid om de verplichtingen op korte termijn te financieren voor de decentrale overheid geen groot issue is, wordt de relatie met de netto schuldquote wel in het nieuwe BBV-regime als een verplicht kengetal gezien. Gezien de inverse rentestructuur van dit moment met de zeer lage kortetermijnrente wordt, binnen de kaders van de wet FIDO, zoveel als mogelijk een beroep gedaan op de kapitaalmarkt. 5.3 Investeringen De Veiligheidsregio kent geen investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut, maar kent enkel investeringen met een economisch nut. Op basis van de meerjarige investeringsplanning bedragen de investeringen in 2019 in totaal 6,4 miljoen. In de onderstaande tabel zijn de vervangingsinvesteringen weergegeven. Begroting 2019 VRLN april 2018

206 Investeringen 2019 (bedragen in duizenden euro's) Tankautospuiten Project infrastructuur 16 Piketvoertuigen 25 Documentaire Informatie Voorziening 210 Personeels/Materiaalvoertuigen 231 Kantoorautomatisering 41 Dienstauto's 260 Project Mobility 73 Waterongevallenvaartuig 30 Uitrol WIFI 22 Haakarmbakken ICT vervangingsinvestering 58 Brandw eerkleding 752 Defibrillatoren 27 Inventaris 130 Ademlucht 186 PPMO baan 33 Totaal Reserves en voorzieningen De stand en het gespecificeerde verloop van de reserves kan als volgt worden weergegeven: Verloopoverzicht reserves (bedragen in duizenden euro's) Stand Toevoeging Onttrekking Bestemming resultaat vorig boekjaar Vermindering ter dekking van afschrijvingen Stand Algemene reserve Totaal algemene reserve Bestemmingsreserves Reserve kapitaallasten huisvesting Nijmeegsew eg Venlo Reserve kapitaallasten gebouw GGD Roermond Reserve kapitaallasten gebouw Drie Decembersingel Venlo Subtotaal reserves t.b.v. kapitaallasten Reserve transitiekosten schaalvergroting meldkamer Reserve nieuw e huisvesting Reserve CMA Egalisatiereserve kapitaallasten brandw eerzorg Reserve assurantie eigen risico Subtotaal overblijvende bestemmingsreserves Totaal bestemmingsreserves Gerealiseerde resultaat Totaal Begroting 2019 VRLN april 2018

207 Meerjarig verloop saldo per saldo per (bedragen in duizenden euro's) saldo per saldo per Totaal algemene reserve Subtotaal reserves t.b.v. kapitaallasten Subtotaal overblijvende bestemmingsreserves Totaal De stand en het gespecificeerde verloop van de voorzieningen kan als volgt worden weergegeven: Verloopoverzicht voorzieningen (bedragen in duizenden euro's) Stand Toevoeging Vrijval Aanw ending Stand (Onderhouds)egalisatievoorzieningen m.b.t. gebouwen Voorziening groot onderhoud Gebouw Nijmeegsew eg, Venlo Voorziening groot onderhoud Gebouw Drie Decembersingel, Blerick Voorziening groot onderhoud Gebouw Oranjelaan, Roermond Groot onderhoud brandw eerkazerne Echt Groot onderhoud brandw eerkazerne Gennep Groot onderhoud brandw eerkazerne Mook Groot onderhoud brandw eerkazerne Venlo Groot onderhoud brandw eerkazerne Weert Subtotaal (onderhouds)egalisatievoorzieningen m.b.t. gebouwen Overige (onderhouds)egalisatievoorzieningen Voorziening ouderen-, volw assenen- en jongerenmonitor Totaal (onderhouds)egalisatievoorzieningen Totaal De stand en het gespecificeerde verloop van de overheidsuitkeringen met een specifiek bestedingsdoel kunnen als volgt worden weergegeven: Verloopoverzicht overheidsuitkering (bedragen in duizenden euro's) Stand Toevoeging Vrijval Aanw ending Stand IJzeren Rijn Scholing Brandw eer personeel Totaal Totaaloverzicht (bedragen in duizenden euro's) Stand Toevoeging Onttrekking Specifieke onttrekking Stand Reserves Voorzieningen Overheidsuitkeringen met specifiek bestedingsdoel Totaal Begroting 2019 VRLN april 2018

208 5.5 Geprognotiseerde (meerjaren-)balans Met het oog op een betere raming en beheersing van het EMU-saldo wordt in het BBV een geprognotiseerde balans voorgeschreven en het meerjarig opnemen van het EMU-saldo in een begrotingsparagraaf. Met het opnemen van een geprognotiseerde balans krijgt het bestuur meer inzicht in de ontwikkeling van onder meer investeringen, het aanwenden van reserves en voorzieningen en in de financieringsbehoefte. Balans per ultimo boekjaar (bedragen in duizenden euro's) ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan een jaar Liquide middelen Overlopende activa Totaal vlottende activa Totaal activa Balans per ultimo boekjaar (bedragen in duizenden euro's) PASSIVA Vaste passiva Eigen vermogen Voorzieningen Vaste schulden met een rentetypische looptijd van een jaar of langer Totaal vaste passiva Vlottende passiva Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan een jaar Overlopende passiva Totaal vlottende passiva Totaal passiva Begroting 2019 VRLN april 2018

209 5.6 EMU-saldo Het EMU (Economische en Monetaire Unie)-saldo betreft het vorderingensaldo van de overheid. Uit de meerjarige balansposities van de geprognotiseerde meerjarenbalans kan het EMUsaldo meerjarig worden bepaald. Het EMU-saldo is het saldo van de mutaties in de vorderingen en de mutaties in de schulden van het begrotingsjaar (t) ten opzichte van het begrotingsjaar (t-1), ofwel de som van de mutaties van de vaste en vlottende financiële activa minus de som van de mutaties van de vaste en vlottende schuld. EMU-saldo (bedragen in duizenden euro's) Mutaties financiële vaste activa Mutaties vlottende financiële activa Mutaties totale financiële activa Mutaties vaste schuld Mutaties vlottende schuld Mutaties totale schuld Totaal EMU saldo Begroting 2019 VRLN april 2018

210 6 Geraamde baten en lasten per Taakveld Het BBV schrijft voor dat er voor de uitvoeringsinformatie gebruik wordt gemaakt van de bij ministeriële regeling vastgestelde taakvelden conform de gemeenschappelijke regeling, dit om de financiële vergelijkbaarheid te verbeteren in verband met de toegankelijkheid van de uitvoeringsinformatie. Taakvelden zijn eenheden waarin de programma s of de eenheden in overzichten en bedragen in het programmaplan zijn onderverdeeld. De taakvelden hebben betrekking op uiteenlopende taken en daaraan gerelateerde activiteiten waar baten en lasten mee gemoeid zijn. Taakvelden (IV3) (bedragen in duizenden euro's) Taakveld Omschrijving Lasten Baten 0. Bestuur en ondersteuning 0.4 Overhead Tot dit taakveld behoren de kosten van overhead, d.w.z. alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van medewerkers in het primaire proces Subtotaal Bestuur en ondersteuning Veiligheid 1.1 Crisisbeheersing en brandweer Tot dit taakveld behoren alle reguliere taken van de brandweer en taken in verband met het beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen. Overige bijdragen overhead Gemeentelijke bijdrage overhead Gemeentelijke bijdrage Subtotaal Veiligheid Sociaal domein 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie Tot dit taakveld behoren algemene voorzieningen (waarvoor geen individuele beschikking van de gemeente nodig is) gericht op participatie. Voor de VRLN gaat het om kinderopvang: toezicht op en handhaving van de kwaliteit van de kinderopvang en peuterspeelzalen Overige bijdragen overhead 27 Gemeentelijke bijdrage overhead 111 Gemeentelijke bijdrage 0 Subtotaal Sociaal domein Volksgezondheid en milieu 7.1 Volksgezondheid Tot dit taakveld behoren maatregelen ter bescherming van de gezondheid van de bevolking als geheel, van specifieke risicogroepen, van jeugd en van ouderen Overige bijdragen overhead 656 Gemeentelijke bijdrage overhead Gemeentelijke bijdrage Subtotaal Volksgezondheid en milieu Totaal Begroting 2019 VRLN april 2018

211 Bijlage 1: Gemeentelijke bijdragen De opbouw van de gemeentelijke bijdragen 2019 is weergegeven in onderstaande tabel. Het verloop over de jaren kan als volgt worden weergegeven. Gemeentelijke bijdragen (bedragen in duizenden euro's) Gemeente B egro ting 2018* M utaties a.g.v. ingro ei Lo o n- stijging 2019 P rijsstijging 2019 R VP 2019 Wegvallen heffing aanvulling weerstandsvermo gen Wegvallen inko msten OM S B ijdragen 2019 B ijdragen 2020 raming B ijdragen 2021 raming B ijdragen 2022 raming Beesel , Bergen , Echt-Susteren , Gennep , Horst aan de Maas , Leudal , Maasgouw , Mook en Middelaar , Nederw eert , Peel en Maas , Roerdalen , Roermond , Venlo , Venray , Weert , Totaal *Hierbij is rekening gehouden met het besluit dat het CMA niet meer in de VRLN begroting 2018 is opgenomen. Begroting 2019 VRLN april 2018

212 Gemeentelijke bijdragen per programmaonderdeel Verdeling gemeentelijke bijdragen over de overhead en de programma's (bedragen in duizenden euro's) Programma Programmaonderdeel 2018* Overhead Overhead Subtotaal overhead Gezondheid Jeugdgezondheidszorg Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Subtotaal Gezondheid Brandw eerzorg Risicobeheersing Incidentbestrijding Vakbekwaamheid, materieel en (beleids)ontwikkeling Subtotaal Brandweerzorg Crisisbeheersing Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking (incl. GHOR) Gemeentelijke processen Meldkamer Subtotaal Crisisbeheersing Totaal *Hierbij is rekening gehouden met het besluit dat het CMA niet meer in de VRLN begroting 2018 is opgenomen. Verdeling gemeentelijke bijdragen over de programma's (inclusief overhead) (bedragen in duizenden euro's) Programma Programmaonderdeel 2018* Gezondheid Jeugdgezondheidszorg Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Subtotaal Gezondheid Brandw eerzog Risicobeheersing Incidentbestrijding Vakbekwaamheid, materieel en (beleids)ontwikkeling Subtotaal Risicobeheersing Crisisbeheersing Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking (incl. GHOR) Gemeentelijke processen Meldkamer Subtotaal Crisisbeheersing Totaal *Hierbij is rekening gehouden met het besluit dat het CMA niet meer in de VRLN begroting 2018 is opgenomen. Begroting 2019 VRLN april 2018

213 Gemeentelijke bijdrage per gemeente, per programma(onderdeel) Gemeentelijke bijdragen per gemeente, per programma(onderdeel) Programma Programmaonderdeel Beesel Bergen Echt-Susteren Gennep Horst aan de Maas Gezondheid Jeugdgezondheidszorg (nieuw ) Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Subtotaal Gezondheid Brandw eerzorg Risicobeheersing (blijft bestaan) Incidentbestriding Vakbekw aamheid, materieel en (beleids)ontw ikkeling Subtotaal Brandweerzorg Crisisbeheersing Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking (incl. GHOR) Gemeentelijke processen Meldkamer Subtotaal Crisisbeheersing Totaal gemeentelijke bijdrage 2019 o.b.v. ingroei Leudal Maasgouw Programma Programmaonderdeel Mook en Middelaar Nederweert Gezondheid Jeugdgezondheidszorg (nieuw ) Uitvoerende taken gezondheidsbescherming Bew aken publieke gezondheid bij incidenten, rampen en crisis Toezicht houden Onderzoek, kennis en advies Subtotaal Gezondheid Brandw eerzorg Risicobeheersing (blijft bestaan) Incidentbestriding Vakbekw aamheid, materieel en (beleids)ontw ikkeling Subtotaal Brandweerzorg Crisisbeheersing Crisisbeheersing en multidisciplinaire samenw erking (incl. GHOR) Gemeentelijke processen Meldkamer Subtotaal Crisisbeheersing Totaal gemeentelijke bijdrage 2019 o.b.v. ingroei Peel en Maas Roerdalen Roermond Venlo Venray Weert Begroting 2019 VRLN april 2018

214 Lijst van afkortingen ABR AZC BBV BDuR BRZO CBS CEP CISO CMA COA DPG DVO EMU EVP FIDO FLO GGD GHOR HNT HPV IBGS ICT IMOC IZB JGZ JOGG KBO LMO MER MEV MIK MOTO MVA NEN OMS OOV P&C P&O PPMO PPO RBOP Antibiotica-resistentie Asielzoekerscentrum Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten Brede Doeluitkering Rampenbestrijding Besluit Risico s Zware Ongevallen Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Economisch Plan Central Information Security Officer Centraal Meld- en Actiepunt Centraal Orgaan opvang Asielzoekers Directeur Publieke Gezondheid Dienstverleningsovereenkomst Economische en Monetaire Unie Ervaringsprofiel (Wet) Financiering decentrale overheden Functioneel leeftijdsontslag Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio Het Nieuwe Toezicht Humaan Papillomavirus Incidentbestrijding Gevaarlijke Stoffen Informatie- en Communicatietechnologie Index materiële overheidsconsumptie Infectieziektebestrijding Jeugdgezondheidszorg Jongeren Op Gezond Gewicht Katholieke Bond van Ouderen Landelijke Meldkamer Organisatie Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen Macro Economische Verkenning Multidisciplinaire Inzet kaart Multi Opleiden Trainen & Oefenen Materiële Vaste Activa Nederlandse Norm Openbaar Meldsysteem Openbare Orde en Veiligheid Planning & Control Personeel & Organisatie Periodiek Preventief Medisch Onderzoek Programma- en Productenoverzicht Repressief brandweerorganisatieplan Begroting 2019 VRLN april 2018

215 RIVM RUD RVP SES SI-2T SOA SvdR TBC VIC VMO VNG VPB VRLN VRZL VWS WA WGR WHO WIFI WPG WVD Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu Regionale Uitvoerings Dienst Rijksvaccinatieprogramma Sociaal Economische Status Snel Interventie Voertuig Seksueel Overdraagbare Aandoening Staat van Rampenbestrijding Tuberculose Veiligheids Informatie Centrum Vakbekwaamheid, Materieel en Ontwikkeling Vereniging van Nederlandse Gemeenten Vennootschapsbelasting Veiligheidsregio Limburg-Noord Veiligheidsregio Zuid-Limburg Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering Wet gemeenschappelijk regeling World Health Organization Wireless Fidelity Wet Publieke Gezondheid Waarschuwings- en Verkenningsdienst Begroting 2019 VRLN april 2018

216 1 Begroting 2019 in één oogopslag.pdf

Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen RBP IGS. Generiek deel. RBP IGS Generiek deel Pagina 1 van 15. Versie 2.

Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen RBP IGS. Generiek deel. RBP IGS Generiek deel Pagina 1 van 15. Versie 2. Rampbestrijdingsplan Inrichtingen Gevaarlijke Stoffen RBP IGS Generiek deel Versie / status: Datum: 2.1 / Definitief Juli 2018 Vastgesteld: Veiligheidsdirectie veiligheidsregio Limburg- Noord Algemeen

Nadere informatie

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 2 februari 2018

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 2 februari 2018 Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 2 februari 2018 A Algemeen A.1 Opening en mededelingen A.2 Besluitenlijst (incl. presentielijst) reguliere vergadering BC Veiligheid

Nadere informatie

Concept-Multidisciplinair Rampbestrijdingsplan IGS

Concept-Multidisciplinair Rampbestrijdingsplan IGS Concept-Multidisciplinair Rampbestrijdingsplan IGS Versie : maart 2013 (0.6.6) Vastgesteld door : Veiligheidsdirectie van Veiligheidsregio Limburg-Noord Dhr. P. Lucassen Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio

Nadere informatie

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 9 juni 2017

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 9 juni 2017 Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 9 juni 2017 A Algemeen A.1 Opening en mededelingen A.2 Verslag (incl. presentielijst) reguliere vergadering BC Veiligheid d.d. 31

Nadere informatie

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 8 februari 2019

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 8 februari 2019 Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 8 februari 2019 A Algemeen A.1 Opening en mededelingen A.2 Besluitenlijst (incl. presentielijst) gezamenlijke vergadering Bestuurscommissie

Nadere informatie

Ferwert, 28 mei 2013.

Ferwert, 28 mei 2013. AAN: de raad van de gemeente Ferwerderadiel Sector : I Nr. : 15/36.13 Onderwerp : Brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân Ferwert, 28 mei 2013. 1. Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet veiligheidsregio

Nadere informatie

behandeld door telefoonnummer bijlage(n) Zienswijze begrotingswijziging nr

behandeld door telefoonnummer bijlage(n) Zienswijze begrotingswijziging nr veiligheidsregio Gemeente Nederweert Gemeenteraad Postbus 2728 6030 AA NEDERWEERT datum uw kenmerk ons kenmerk 14juli2016 behandeld door U1T013168 telefoonnummer bijlage(n) onderwerp Zienswijze begrotingswijziging

Nadere informatie

Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding

Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR54284_1 1 juni 2016 Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding De raad van de gemeente Leek; gelet op: - artikel 1, tweede lid, artikel 12

Nadere informatie

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 16 november 2018

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 16 november 2018 Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 16 november 2018 A Algemeen A.1 Opening en mededelingen A.2 Besluitenlijst (incl. presentielijst) reguliere vergadering BC Veiligheid

Nadere informatie

Bundel van de Bestuurscommissie GGD, reguliere vergadering. van 6 februari 2019

Bundel van de Bestuurscommissie GGD, reguliere vergadering. van 6 februari 2019 Bundel van de Bestuurscommissie GGD, reguliere vergadering. van 6 februari 2019 A Algemeen A.1 Opening en mededelingen A.2 Besluitenlijst (incl. presentielijst) gezamenlijke vergadering BC Veiligheid en

Nadere informatie

Concept-raadsvoorstel. Onderwerp: Brandrisicoprofiel veiligheidsregio Fryslân. Aan: de Raad

Concept-raadsvoorstel. Onderwerp: Brandrisicoprofiel veiligheidsregio Fryslân. Aan: de Raad Concept-raadsvoorstel Plaats X, Datum X Onderwerp: Brandrisicoprofiel veiligheidsregio Fryslân Aan: de Raad 1. Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet veiligheidsregio s (Wvr) met het daaraan gekoppelde

Nadere informatie

Nr.: Renswoude, 31 maart 2015 Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: (concept) Regionaal Risicoprofiel Veiligheidsregio Utrecht 2014

Nr.: Renswoude, 31 maart 2015 Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: (concept) Regionaal Risicoprofiel Veiligheidsregio Utrecht 2014 Agendapuntnr.: 14 Nr.: 142585 Renswoude, 31 maart 2015 Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: (concept) Regionaal Risicoprofiel Veiligheidsregio Utrecht 2014 Geachte raad, Aan de gemeenteraad Samenvatting:

Nadere informatie

Delegatiebesluit Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant 2016

Delegatiebesluit Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant 2016 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant; Gelet op: de Algemene wet bestuursrecht, in het bijzonder afdeling 10:1:2; artikel 33 tot en met 33d van de Wet gemeenschappelijke

Nadere informatie

Onderwerp Consultatie incidentrisicoprofiel en dekkingsplan brandweer

Onderwerp Consultatie incidentrisicoprofiel en dekkingsplan brandweer Onderwerp Consultatie incidentrisicoprofiel en dekkingsplan brandweer Portefeuillehouder van der Zwan Datum collegebesluit 1 maart 2016 Opsteller H. Tanja Registratie GF16.20022 Agendapunt 14 Voorstel

Nadere informatie

Beantwoording zienswijzen op dekkingsplan en visies brandweer Venlo, april 2014

Beantwoording zienswijzen op dekkingsplan en visies brandweer Venlo, april 2014 Beantwoording zienswijzen op dekkingsplan en visies brandweer Venlo, april 2014 Inleiding Het algemeen bestuur heeft in oktober 2013 de ontwerpvisie brandweervrijwilligers, de ontwerpvisie repressie en

Nadere informatie

Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s

Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s Kennispublicatie Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s 1 Infopunt Veiligheid In 2006 heeft de toenmalige Veiligheidskoepel een landelijk Referentiekader GRIP opgesteld. De op 1 oktober 2010

Nadere informatie

1 De coördinatie van de inzet

1 De coördinatie van de inzet 1 De coördinatie van de inzet Zodra zich een incident voordoet of dreigt voor te doen, wordt de rampenbestrijdingsorganisatie via het proces van opschaling opgebouwd. Opschalen kan worden gedefinieerd

Nadere informatie

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord Datum: 25-6-13 Onderwerp Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord Status Besluitvormend Voorstel Het college toestemming te verlenen tot het wijzigen

Nadere informatie

Bijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden

Bijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden 33 Bijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) 34 Veiligheidsregio Haaglanden HlMlIIlil

Nadere informatie

Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo)

Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo) Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo) Erratum Calamiteitencoördinator (CaCo) Dit erratum geeft invulling aan de huidige taakopvatting en werkwijze van de CaCo en dient

Nadere informatie

Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland

Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland Partijen A. De Veiligheidsregio s Twente, IJsselland, Noord- en Oost-Gelderland, Gelderland

Nadere informatie

Beoogd effect Een actueel regionaal risicoprofiel dat bijdraagt aan de doelstelling om risicogericht te kunnen werken.

Beoogd effect Een actueel regionaal risicoprofiel dat bijdraagt aan de doelstelling om risicogericht te kunnen werken. Portefeuillehouder Datum raadsvergadering mr. S.C.C.M. Potters 31 januari 2019 Datum voorstel 18 december 2018 Agendapunt Onderwerp Regionaal Risicoprofiel Veiligheidsregio Utrecht De raad wordt voorgesteld

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost.

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost. gemeente Eindhoven 17R7206 Raadsnummer Inboeknummer 17bst00423 B&W beslisdatum 04 april 2017 Dossiernummer 17.14.151 Raadsvoorstel Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost. Inleiding

Nadere informatie

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 versie 9 mei 2007 Inleiding Het voorliggende Rampenplan Gemeente Assen 2007 beschrijft de organisatie en werkwijze van de

Nadere informatie

Dienstverleningsovereenkomst 2017 ter uitvoering van de basistaken en verzoektaken binnen de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord

Dienstverleningsovereenkomst 2017 ter uitvoering van de basistaken en verzoektaken binnen de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord BIJLAGE 1 zaakkenmerk 299496 RUD Limburg-Noord Pagina 1 van 8 Dienstverleningsovereenkomst 2017 ter uitvoering van de basistaken en verzoektaken binnen de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord De gemeenten:

Nadere informatie

De Veiligheidsregio NHN in vogelvlucht. 28-03-2011 Commissie Bestuur en middelen

De Veiligheidsregio NHN in vogelvlucht. 28-03-2011 Commissie Bestuur en middelen De Veiligheidsregio NHN in vogelvlucht 28-03-2011 Commissie Bestuur en middelen Welkom Veiligheidsregio NHN Wet veiligheidsregios Bezuinigingen Regionalisering brandweer Praktijk Veiligheidsregio Noord-Holland

Nadere informatie

SAMENVATTING RAADSVOORSTEL 10G / I. Drupsteen BVL Ke. Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Twente.

SAMENVATTING RAADSVOORSTEL 10G / I. Drupsteen BVL Ke. Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Twente. SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER BEHANDELEND AMBTENAAR SECTOR PORT. HOUDER 10G201737 390433 / 390433 I. Drupsteen BVL Ke AGENDANUMMER BELEIDSPROGRAMMA/BELEIDSLIJN 08 - Inwoners en bestuur REDEN VAN

Nadere informatie

O P L E G N O T I T I E

O P L E G N O T I T I E O P L E G N O T I T I E Voorstel ter behandeling in de vergadering van Bestuurscommissie Veiligheid Datum 28 mei 2014 Onderwerp Planning planvorming 2014-2018 Bijlage ten behoeve van Schriftelijke consultatie

Nadere informatie

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,. Artikel PM1 A.4 Bijlage 4 De Wet veiligheidsregio s wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het artikel door een puntkomma, toegevoegd korpschef:

Nadere informatie

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen 25 juni 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Niveaus in de incident- en crisismanagementorganisatie... 1 1.1 Operationeel niveau...

Nadere informatie

Crisisorganisatie uitgelegd

Crisisorganisatie uitgelegd GRIP Snelle opschaling, vaste teams, eenhoofdige leiding Wat kan er gebeuren? KNOPPENMODEL Meer tijd voor opschaling, maatwerk in teams en functionarissen GRIP 4 / 5 STRATEGISCH OPERATIONEEL / TACTISCH

Nadere informatie

Operationele Regeling VRU

Operationele Regeling VRU Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld

Nadere informatie

Begeleidende samenvatting en advies behorende bij de. Concept Rapportage Regionaal Risicoprofiel

Begeleidende samenvatting en advies behorende bij de. Concept Rapportage Regionaal Risicoprofiel Begeleidende samenvatting en advies behorende bij de Concept Rapportage Regionaal Risicoprofiel 1. Inleiding 1.1 Veiligheidsregio Drenthe en het Regionaal risicoprofiel De Veiligheidsregio Drenthe heeft

Nadere informatie

Voorstel aan de gemeenteraad

Voorstel aan de gemeenteraad Voorstel aan de gemeenteraad Aan de raad van de gemeente gouda dienst Directie (ab0100) Telefoon 0182-588725 gouda 25 april 2012 afdeling Veiligheid en Wijken Raadsnummer 757899 collegenummer 757806 steller

Nadere informatie

Introductie GRIP GRIP1 GRIP2 GRIP3 GRIP4 GRIP5 + GRIP RIJK

Introductie GRIP GRIP1 GRIP2 GRIP3 GRIP4 GRIP5 + GRIP RIJK Risico- en crisisbeheersing Brandweer Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR) Gemeenschappelijke Meldkamer Zeeland (GMK) Introductie GRIP GRIP1 GRIP2 GRIP3 GRIP4 GRIP5 + GRIP RIJK Wie

Nadere informatie

STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND

STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND HOE TE KOMEN TOT EEN ADEQUATE ORGANISATIE VAN INCIDENTBESTRIJDING OP HET WATER? IN AANSLUITING OP HET HANDBOEK INCIDENTBESTRIJDING OP HET WATER Uitgave van het Projectbureau

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Nr. 420 14 december 2015 Organisatiebesluit Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

Nadere informatie

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004 No: 5.4/260204 Onderwerp: Verordening brandveiligheid en hulpverlening De Raad van de gemeente Noordenveld; - gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel 12 van de brandweerwet 1985 - gelet op artikel 8,

Nadere informatie

Voorstel: instemmen met de uitgangspunten zoals verwoord in de kadernota.

Voorstel: instemmen met de uitgangspunten zoals verwoord in de kadernota. Aan de raad AGENDAPUNT 6.11 Kadernota regionalisering brandweer Voorstel: instemmen met de uitgangspunten zoals verwoord in de kadernota. In 2006 besloten de gemeenten Bronckhorst, Doetinchem, Montferland

Nadere informatie

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Coevorden Officiële naam regeling Verordening brandveiligheid

Nadere informatie

Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden d.d. 12 november 2009 Agendapunt BG.2A Onderdeel AB Regionale Brandweer en GHOR Titel

Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden d.d. 12 november 2009 Agendapunt BG.2A Onderdeel AB Regionale Brandweer en GHOR Titel BG.2A Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden Bijlagen 5 d.d. 12 november 2009 Agendapunt BG.2A Onderdeel AB Regionale Brandweer en GHOR Titel Gewijzigde Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio

Nadere informatie

mêê^w9êêsěľb^ėě Brandweer

mêê^w9êêsěľb^ėě Brandweer mêê^w9êêsěľb^ėě Brandweer veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland Postbus 234 7300 AE Apeldoorn Colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten die T^^A^Apddoorn deel uitmaken van de Veiligheidsregio

Nadere informatie

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan.

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. Veiligheidszorg geeft invulling aan de HOE-vraag en is

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: Raadsvergadering van 9 juni 2011 Agendanummer: 10.2

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: Raadsvergadering van 9 juni 2011 Agendanummer: 10.2 RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 284376 Raadsvergadering van 9 juni 2011 Agendanummer: 10.2 Onderwerp: Zienswijzen over het regionaal risicoprofiel en het spreiding- en dekkingsplan en wensen over het regionaal

Nadere informatie

Veiligheidsbureau VRHM, Peter Kessels Voorstel t.b.v. Algemeen Bestuur Datum: 30 juni Informatief H. Meijer (VD) - Datum: -

Veiligheidsbureau VRHM, Peter Kessels Voorstel t.b.v. Algemeen Bestuur Datum: 30 juni Informatief H. Meijer (VD) - Datum: - 6. 1. Samenvatting voorstel Op 27 mei jl. heeft het Veiligheidsberaad vergaderd. Op basis van de agenda en definitieve besluitenlijst vindt een terugkoppeling plaats. 2. Algemeen Onderwerp: Vergadering

Nadere informatie

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen AGENDAPUNT 2 Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen Vergadering 12 december 2014 Strategische Agenda Crisisbeheersing In Veiligheidsregio Groningen werken wij met acht crisispartners (Brandweer, Politie,

Nadere informatie

Burgemeester en Wethouders

Burgemeester en Wethouders Burgemeester en Wethouders de raad der gemeente EDE Behandelend ambtenaar Ginkel, van H.J. Tel.nr. (0318) 68 08 27 Verzameling Raadsstukken registratienummer sector datum: 2010/55 631916 COA 17 augustus

Nadere informatie

Gemeentelijk Draaiboek, gemeente Helmond. Organisatorisch deel. Alarmering Deelproces 1

Gemeentelijk Draaiboek, gemeente Helmond. Organisatorisch deel. Alarmering Deelproces 1 Gemeentelijk Draaiboek, gemeente Helmond Organisatorisch deel Alarmering Deelproces 1 Gemeente Helmond Vastgesteld door burgemeester en wethouders d.d. 23 december 2008 Inhoudsopgave organisatorisch deel

Nadere informatie

Onderwerp : Zienswijzemogelijkheid programmabegroting 2018 en jaarverantwoording met resultaatbestemming 2016 Veiligheidsregio Brabant-Noord.

Onderwerp : Zienswijzemogelijkheid programmabegroting 2018 en jaarverantwoording met resultaatbestemming 2016 Veiligheidsregio Brabant-Noord. GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD Datum : 6 juni 2017 Voorstel van : college van burgemeester en wethouders Onderwerp : Zienswijzemogelijkheid programmabegroting 2018 en jaarverantwoording met resultaatbestemming

Nadere informatie

Collegevoorstel. Veiligheid en Handhaving. zaak_zaaknummer. Ja, zonder beperkingen Stad van actieve mensen. Hoofd Afdeling Veiligheid en Handhaving

Collegevoorstel. Veiligheid en Handhaving. zaak_zaaknummer. Ja, zonder beperkingen Stad van actieve mensen. Hoofd Afdeling Veiligheid en Handhaving zaak_id bericht_nummer Collegevoorstel bericht_id zaak_zaaknummer Veiligheid en Handhaving Reg.nr. B&W d.d. 06-11-2012 Openbaar Programma Ja, zonder beperkingen Stad van actieve mensen DT d.d. OR d.d.

Nadere informatie

Onderwerp: 1e begrotingswijziging 2019, begroting 2020 en jaarverslag 2018 Veiligheidsregio Rotterdam- Rijnmond (VRR)

Onderwerp: 1e begrotingswijziging 2019, begroting 2020 en jaarverslag 2018 Veiligheidsregio Rotterdam- Rijnmond (VRR) Sector/stafafdeling: Portefeuillehouder: BZM/BOA Burgemeester Ter behandeling in de vergadering van: de commissie BZM d.d. 14 mei de Raad d.d. 28 mei 2018 Onderwerp: 1e begrotingswijziging 2019, begroting

Nadere informatie

Raadsmededeling - Openbaar

Raadsmededeling - Openbaar Raadsmededeling - Openbaar Nummer : 85/2016 Datum : B&W datum : 17 mei 2016 Beh. ambtenaar : M. Nijmeijer Portefeuillehouder : G. Berghoef Onderwerp : wijziging Gemeenschappelijke Regeling VNOG 2010 Aanleiding

Nadere informatie

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE Lemmen, Ton CS S0CS RAD: RAD150708 woensdag 8 juli 2015 BW: BW150602 voorstel gemeenteraad Vergadering van de gemeenteraad van 8 juli 2015 Portefeuillehouder : A.A.M.M. Heijmans Behandelend ambtenaar :

Nadere informatie

VRBZO. Wat doet VRBZO? Zie film

VRBZO. Wat doet VRBZO? Zie film VRBZO Wat doet VRBZO? Zie film Inhoud van de begroting wordt bepaald door Algemeen Bestuur (burgemeesters) Gemeenteraden geven hun zienswijze hierover Gemeentelijke bijdrage 2020: 42,6 mln Verdeling van

Nadere informatie

MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden

MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden ü Aanleiding MOED ü Algemene informatie brandweer in de veiligheidsregio ü Inhoud MOED ü Samenvatting uitspraken algemeen bestuur 1. Aanleiding MOED De wereld

Nadere informatie

Beslisdocument college van Peel en Maas

Beslisdocument college van Peel en Maas 371769 Beslisdocument college van Peel en Maas Document openbaar: Ja Besluitnummer: 19 7.3 Onderwerp: Indexering Contract Regiovervoer Advies: 1. In te stemmen met het besluit c.q. voorstel van het bestuurlijk

Nadere informatie

Gemeente Nijmegen College van burgemeester en wethouders D.t.v. de heer J. Groeneweg Afdeling Bedrijven G660 Postbus HG NIJMEGEN

Gemeente Nijmegen College van burgemeester en wethouders D.t.v. de heer J. Groeneweg Afdeling Bedrijven G660 Postbus HG NIJMEGEN Gemeente Nijmegen College van burgemeester en wethouders D.t.v. de heer J. Groeneweg Afdeling Bedrijven G660 Postbus 9105 6500 HG NIJMEGEN Sector Brandweer Groenewoudseweg 275 6524 TV Nijmegen Postbus

Nadere informatie

Oplegnotitie Begroting 2013, 2014 en meerjarenbegroting RUD Zuid Limburg Registratiekenmerk Gemeenteblad nr. 61

Oplegnotitie Begroting 2013, 2014 en meerjarenbegroting RUD Zuid Limburg Registratiekenmerk Gemeenteblad nr. 61 Oplegnotitie Begroting 2013, 2014 en meerjarenbegroting 2015-2017 RUD Zuid Limburg Registratiekenmerk 437126 Gemeenteblad nr. 61 Rol van de raad De raad krijgt dit raadsvoorstel voorgelegd omdat de raad

Nadere informatie

SST*** Aan de gemeenteraden in Zeeland. Onderwerp: Ontwerp-l e begrotingswijziging 2013. Geachte gemeenteraad,

SST*** Aan de gemeenteraden in Zeeland. Onderwerp: Ontwerp-l e begrotingswijziging 2013. Geachte gemeenteraad, Aan de gemeenteraden in Zeeland SST*** 12.017097 li li Crisisbeheersing en Rampenbestrijding Brandweerzorg Geneeskundige Hulpverlenings gs- organisatie in de Regio (GHOR) Onderwerp: Ontwerp-l e begrotingswijziging

Nadere informatie

VOORSTEL VOOR HET AB. Datum vergadering: 7 november Agendapunt: 11. Portefeuillehouder: de heer Swillens

VOORSTEL VOOR HET AB. Datum vergadering: 7 november Agendapunt: 11. Portefeuillehouder: de heer Swillens VOORSTEL VOOR HET AB Datum vergadering: 7 november 2011 Agendapunt: 11 Datum: 17-10-11 Contactpersoon: P. van der Vlist en A.M. Buitink Telefoon: 030 240 4462/ 2404551 E-mail: p.van.der.vlist@vru.nl; a.buitink@vru.nl

Nadere informatie

- het wenselijk is de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen,

- het wenselijk is de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen, VERORDENING BRANDVEILIGHEID EN HULPVERLENING BRANDWEER PARKSTAD LIMBURG 2005 Het Algemeen Bestuur van Brandweer Parkstad Limburg, gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur van Brandweer Parkstad Limburg,

Nadere informatie

Inrichting piket Incidentbestrijding gevaarlijke stoffen

Inrichting piket Incidentbestrijding gevaarlijke stoffen Bestuursvoorstel Onderwerp Status Gevraagd besluit Intrekken van eerdere besluitvorming Piketten incidentbestrijding gevaarlijke stoffen (Adviseur gevaarlijke stoffen, Meetplanleider en Waarschuwings-

Nadere informatie

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Brandweer Amsterdam-Amstelland Brandweer Amsterdam-Amstelland Behulpzaam Deskundig Daadkrachtig Brandweeradvies Externe Veiligheid Speelboot in IJ-haven in Amsterdam Referentie: 0000019/RoEv-2013 Datum: 5 juni 2013 Behandeld door: C.

Nadere informatie

In artikel 1.1 wordt in het onderdeel grootschalige alarmering onderdelen b tot en met e vervangen door: onderdelen b tot en met d.

In artikel 1.1 wordt in het onderdeel grootschalige alarmering onderdelen b tot en met e vervangen door: onderdelen b tot en met d. Besluit van tot wijziging van het Besluit veiligheidsregio s in verband met de flexibilisering van de samenstelling van de crisisteams, een aanscherping van de regels over de rampbestrijdingsplannen voor

Nadere informatie

Operationele Regeling VRU

Operationele Regeling VRU Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld

Nadere informatie

Het dekkingsplan is een wettelijk verplicht plan dat aangeeft hoe snel de brandweer na de melding van een brand bij een object kan zijn.

Het dekkingsplan is een wettelijk verplicht plan dat aangeeft hoe snel de brandweer na de melding van een brand bij een object kan zijn. Belangrijkste informatie Het dekkingsplan is een wettelijk verplicht plan dat aangeeft hoe snel de brandweer na de melding van een brand bij een object kan zijn. Het bestuur van de VRK zet kanttekeningen

Nadere informatie

AGENDAPUNT /07

AGENDAPUNT /07 AGENDAPUNT 2014.04.02/07 Voorstel voor de vergadering van: het algemeen bestuur Datum vergadering: 2 april 2014 Onderwerp: Portefeuillehouder: Beleid rampbestrijdings- en incidentbestrijdingsplannen Veiligheidsregio

Nadere informatie

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant Aan de Raad Made, 9 oktober 2006 Raadsvergadering: 14 december 2006 Nummer raadsnota: 13 Onderwerp: Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio

Nadere informatie

GRIP 1, ongeval gevaarlijke stoffen (OGS) Alkmaar 17 mei 2016, gemeente Alkmaar

GRIP 1, ongeval gevaarlijke stoffen (OGS) Alkmaar 17 mei 2016, gemeente Alkmaar GRIP 1, ongeval gevaarlijke stoffen (OGS) Alkmaar 17 mei 2016, gemeente Alkmaar Quickscan GRIP 1, OGS Alkmaar, 17 mei 2016 Incident 17 mei 2016 Ongeval gevaarlijke stoffen aan de Kogerpolder 10, Starnmeer

Nadere informatie

Advies: 1. In te stemmen met RIB 15R en deze verzenden aan de raad. NEE. wethouder de Weger. Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A.

Advies: 1. In te stemmen met RIB 15R en deze verzenden aan de raad. NEE. wethouder de Weger. Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A. VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & Raadsinformatiebrief Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A.01378 Datum: 14 december 2015 Tekenstukken: Nee Bijlagen: 1 Afschrift aan: N.a.v. (evt. briefnrs.):

Nadere informatie

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND. Onderwerp: Veiligheidsregio Limburg-Noord begroting 2017 en jaarrekening 2015

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND. Onderwerp: Veiligheidsregio Limburg-Noord begroting 2017 en jaarrekening 2015 VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND Onderwerp: Veiligheidsregio Limburg-Noord begroting 2017 en jaarrekening 2015 Bijlagen: 1. Aanbiedingsbrief conceptbegroting 2017 Veiligheidsregio

Nadere informatie

Beslisdocument college van Peel en Maas

Beslisdocument college van Peel en Maas Beslisdocument college van Peel en Maas Document openbaar: Ja Zaaknummer: 1894/2015/691480 Documentnummer: 1894/2015/693843 Besluitnummer: 47 9.1 Onderwerp: Stichting Veilig Thuis Noord- en Midden-Limburg

Nadere informatie

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP)

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP) Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP) Inleiding Een goede coördinatie tussen betrokken hulpdiensten is bij de bestrijding van complexe incidenten van groot belang. Het model voor

Nadere informatie

B&W Vergadering. 2. het college heeft besloten om akkoord te gaan met het verzoek van het Stichting

B&W Vergadering. 2. het college heeft besloten om akkoord te gaan met het verzoek van het Stichting 2.1.2 Budgetsubsidie Algemeen Maatschappelijk Werk Midden-Limburg 2017 1 Dossier 1040 voorblad.pdf B&W Vergadering Dossiernummer 1040 Vertrouwelijk Nee Vergaderdatum 22 november 2016 Agendapunt 2.1.2 Omschrijving

Nadere informatie

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure GRIP) bijlage van het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Twente

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure GRIP) bijlage van het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Twente Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure GRIP) bijlage van het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Twente Autorisatie OPSTELLERS: Barrett,Annelies Voorde ten, Jaqueline BIJDRAGE IN DE

Nadere informatie

Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van de Verordening brandveiligheid

Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van de Verordening brandveiligheid gemeente Eindhoven Dienst Brandweer en Rampenbestrijding Raadsbijlage nummer xa Inboeknummer oxroox64r Beslisdatum Blkw 22 januari 2002 Dossiernummer 204.104 Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van

Nadere informatie

Oplegvel. 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het

Oplegvel. 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het Oplegvel 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het Platformtaak volgens gemeente samenwerkingsorgaan Holland Rijnland 3. Regionaal belang Sinds 9

Nadere informatie

Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen veiligheidsregio s, politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland

Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen veiligheidsregio s, politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen veiligheidsregio s, politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland Partijen A. Veiligheidsregio s Twente, IJsselland, Noord- en Oost-Gelderland, Gelderland-Zuid

Nadere informatie

Overzicht bepalingen inhoud Veiligheidsrapport in het Brzo 2015, Seveso III en de Rrzo Maart 2016

Overzicht bepalingen inhoud Veiligheidsrapport in het Brzo 2015, Seveso III en de Rrzo Maart 2016 Overzicht bepalingen inhoud Veiligheidsrapport in het Brzo 2015, Seveso III en de Rrzo Maart 2016 Brzo 2015, Artikel 10 1. De exploitant van een hogedrempelinrichting stelt een veiligheidsrapport op en

Nadere informatie

Inrichting repressieve brandweerzorg: landelijk beeld en regiobeeld Telefoon adres

Inrichting repressieve brandweerzorg: landelijk beeld en regiobeeld Telefoon  adres Agendapunt 15 Aan Algemeen bestuur Kopie aan Datum 25-05-2018 Onderwerp Inrichting repressieve brandweerzorg: landelijk beeld en regiobeeld Telefoon E-mailadres Memo Inleiding De Inspectie Justitie en

Nadere informatie

Risico- & crisiscommunicatie in de Wet Veiligheidsregio s. Niek Mestrum Manon Ostendorf

Risico- & crisiscommunicatie in de Wet Veiligheidsregio s. Niek Mestrum Manon Ostendorf Risico- & crisiscommunicatie in de Wet Veiligheidsregio s Niek Mestrum Manon Ostendorf Doel van deze presentatie Deel 1 (Niek): Wat staat er nu exact in de Wet veiligheidsregio s Waarom staat dit er zo

Nadere informatie

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s)

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s) 31 117 Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s) Nr. VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 10 juli

Nadere informatie

Brandweerzorg in samenhang

Brandweerzorg in samenhang Brandweerzorg in samenhang Wettelijk kader Art. 14 Wet Vr: het bestuur van een veiligheidsregio stelt minimaal eens per 4 jaar een beleidsplan vast, waarin ten minste de operationele prestaties van de

Nadere informatie

Multidisciplinair Opleiden en Oefenen

Multidisciplinair Opleiden en Oefenen Toetsingskader en positiebepalingssystematiek (definitieve versie) Inhoudsopgave Inleiding. Verdeling in oordeel, hoofdonderwerpen, onderwerpen, hoofd- en subaspecten. Banden voor positiebepaling. Prestatieniveaus.

Nadere informatie

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 In het Slotdocument van het VGS-congres 2013 Gemeentesecretaris in Veiligheid staat een leidraad voor

Nadere informatie

Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007

Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007 Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007 1 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, in vergadering d.d. 28 februari 2007 bijeen; overwegende: 1. dat de Veiligheidsregio

Nadere informatie

Presentatie VGGM. Politieke maandag Wageningen 10 oktober Albert-Jan van Maren Masja Kruse

Presentatie VGGM. Politieke maandag Wageningen 10 oktober Albert-Jan van Maren Masja Kruse Presentatie VGGM Politieke maandag Wageningen 10 oktober 2016 Albert-Jan van Maren Masja Kruse 1 Brandweer Gelderland- Midden Brandweer Wageningen per 1-1-2014 geregionaliseerd: onderdeel van Brandweer

Nadere informatie

O P L E G N O T I T I E B E S L U I T V O R M E N D

O P L E G N O T I T I E B E S L U I T V O R M E N D O P L E G N O T I T I E B E S L U I T V O R M E N D Onderwerp Wijzigen Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Fryslân Voorstel ter behandeling in de vergadering van het Algemeen Bestuur Status Openbaar

Nadere informatie

De GHOR Wij zijn er voor jou. samenwerken aan veiligheid en gezondheid 1

De GHOR Wij zijn er voor jou. samenwerken aan veiligheid en gezondheid 1 De GHOR Wij zijn er voor jou. samenwerken aan veiligheid en gezondheid 1 Dit e-magazine is een kennismaking met de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR) van Veiligheidsregio Limburg-Noord;

Nadere informatie

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders X Openbaar Registratienummer: 210676 Datum voorstel: 28 april 2016 Niet openbaar Portefeuillehouder: De heer E. Vandermeulen Afdeling: LO Samenleving Agendapunt 6 Onderwerp/Titel: Vergadering Algemeen

Nadere informatie

Op 10 april 2018 hebben wij uw verzoek om advies per ontvangen. Dit adviesverzoek betreft het bestemmingsplan Entree Archeon.

Op 10 april 2018 hebben wij uw verzoek om advies per  ontvangen. Dit adviesverzoek betreft het bestemmingsplan Entree Archeon. College van burgemeester en wethouders van de Gemeente Alphen aan den Rijn De heer R. Noorhoff Postbus 13 2400 AA ALPHEN AAN DEN RIJN Postadres Postbus 1123 2302 BC Leiden advies@vrhm.nl www.vrhm.nl Verzenddatum:

Nadere informatie

Raadsvergadering van 9 juni 2011 Agendanummer: 7.2

Raadsvergadering van 9 juni 2011 Agendanummer: 7.2 RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 285516 Raadsvergadering van 9 juni 2011 Agendanummer: 7.2 Onderwerp: Wijziging Gemeenschappelijke Regeling van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant in verband met

Nadere informatie

Oplegvel. 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het

Oplegvel. 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het Oplegvel 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het Platformtaak volgens gemeente samenwerkingsorgaan Holland Rijnland 3. Regionaal belang Sinds 9

Nadere informatie

Verslag en besluitenlijst vergadering algemeen bestuur ROD Drenthe

Verslag en besluitenlijst vergadering algemeen bestuur ROD Drenthe Drenthe Verslag en besluitenlijst vergadering algemeen bestuur ROD Drenthe d.d. 29 juni 2015 Aanwezig gedeputeerde H. Jumelet wethouder H. Heijerman wethouder H. Vlieg wethouder FAJ Buijtelaar wethouder

Nadere informatie

VOORSTEL VOOR HET AB. Datum vergadering: 14 januari Agendapunt: 13. Portefeuillehouders: De heer Wolfsen/mevrouw Westerlaken

VOORSTEL VOOR HET AB. Datum vergadering: 14 januari Agendapunt: 13. Portefeuillehouders: De heer Wolfsen/mevrouw Westerlaken VOORSTEL VOOR HET AB Datum vergadering: 14 januari 2013 Agendapunt: 13 Datum: 20 december 2012 Contactpersoon: Adriaan Buitink Telefoon: 06-21206470 E-mail: a.buitink@vru.nl Portefeuillehouders: De heer

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Aan de raad,

Raadsvoorstel. Aan de raad, Raadsvoorstel Zaaknummer Portefeuillehouder Voorstel 765996 De heer H. ter Heegde, burgemeester Zienswijze indienen over de jaarstukken 2017 en de ontwerpbegroting 2019 Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek

Nadere informatie

Evaluatiebeleid Leren van incidenten

Evaluatiebeleid Leren van incidenten Bijlage A bij agendapunt 13: Herziening evaluatiebeleid [AB20170213-13] Evaluatiebeleid Leren van incidenten Documentnummer: 16.0022824 Versie vastgesteld door DB, d.d. 23-01-2017 Versie 1.0, 10 januari

Nadere informatie

De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten.

De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten. BELEIDSPLAN 2011-2015 VEILIGHEIDSREGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT Bijlage 3. Sturing en organisatie De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband

Nadere informatie

Afsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en ProRail

Afsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en ProRail Afsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen s, Politie en Art. 1 Doelen Partijen maken afspraken over: 1. organiseert bijeenkomsten voor de Doorlopend naar - Het vergroten

Nadere informatie

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Brandweer Amsterdam-Amstelland Brandweer Amsterdam-Amstelland Behulpzaam Deskundig Daadkrachtig Advies Externe Veiligheid Polderweg 1 in Amsterdam Referentie: 0062/RoEv-2016 Datum: 30 november 2016 Behandeld door: B. (Bente) Boogaard

Nadere informatie