Tekla Structures Systeem Handleiding. Productversie 21.1 augustus Tekla Corporation

Transcriptie

1 Tekla Structures Systeem Handleiding Productversie 21.1 augustus Tekla Corporation

2 Inhoudsopgave 1 De prestaties van Tekla Structures optimaliseren Systeemgeheugen Grafische kaart Modelleertips voor grote modellen Tekla Open API Bestanden en mappen in Tekla Structures Initialisatiebestanden Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde Globale standaard-omgevingsinstellingen - env_global_default.ini...14 Lokale omgevingsinstellingen - env_<environment>.ini Rolinstellingen - role_<role>.ini Het bestand user.ini bewerken Aangepaste initialisatiebestanden en opstartsnelkoppelingen maken...16 Initialisatiebestanden opgenomen in aangepaste initialisatiebestanden Bestanden die opties en variabelen opslaan Instellingen in het dialoogvenster Opties Door variabelen gedefinieerde instellingen...34 Lijst met gebruikerspecifieke variabelen Instellingen voor variabelen wijzigen Invoerbestanden...41 Gebruikersattributen aanpassen...41 Het omgevingsdatabesbestand...42 Definities van gebruikersattributen in een model bijwerken Objects.inp-eigenschappen...44 Voorbeeld: Een gebruikersattribuut maken en bijwerken...45 Platen als strippen weergeven in tekeningen en lijsten Stripformaten definiëren met Fltprops.inp Parameters voor uitslagen definiëren Eigenschappen van parameters voor uitslagen Databestanden Berichtenbestanden...53 Berichtenbestanden aanpassen Voorbeeld: Een bericht bewerken Standaardbestanden...54 Een lijst van standaardbestanden die met het commando Save defaults is opgeslagen Eigenschappenbestanden Databasebestanden Lettertypebestanden Symboolbestanden

3 3.11 Bestanden die aan templates, lijsten en tekeningen gerelateerd zijn Weergavebestanden Logbestanden Een logbestand weergeven...61 Onderdelen weergeven die in een logbestand staan...62 Het logbestand numbering.history...63 Nummeringreeksen in het logbestand numbering.history Modelmapbestanden en bestandsextensies Tekla Structures-bestanden en maplocaties controleren en wijzigen Zoekvolgorde voor mappen Project- en bedrijfsmappen Locatie van omgevingsbestanden Locatie van bepaalde bestanden in verborgen mappen Modeldump Een modeldump exporteren Een modeldump importeren Vrijwaring

4 4

5 1 De prestaties van Tekla Structures optimaliseren Als u vooral bij het gebruik van grote en complexe modellen de prestaties van Tekla Structures wilt optimaliseren, moet u de volgende items in acht nemen: uw hardware-instellingen De instellingen Snelheid en nauwkeurigheid in het dialoogvenster Geavanceerde opties. Modelleermethoden. Ga voor meer gedetailleerde informatie over de hardware-instellingen naar hardwareaanbevelingen in Helpdesk-artikelen van Tekla User Assistance:Hardware-aanbevelingen Zie ook de onderwerpen over Hardware en besturingssysteem op het Tekla Discussion Forum. Zie ook Systeemgeheugen op pagina 5 Grafische kaart op pagina 5 Modelleertips voor grote modellen op pagina Systeemgeheugen Grote modellen gebruiken meer geheugen. Een 64-bits-versie van Tekla Structures wordt aanbevolen, omdat een 64-bits-systeem van meer geheugen gebruik kan maken dan een 32- bits-systeem. Zie ook De prestaties van Tekla Structures optimaliseren op pagina 5 De prestaties van Tekla Structures optimaliseren 5 Systeemgeheugen

6 1.2 Grafische kaart Het renderen in Tekla Structures maakt gebruik van OpenGL-technologie, zodat grafische kaarten met een goede hardware-ondersteuning voor OpenGL de beste prestaties leveren. Bijgewerkte beeldschermstuurprogramma's zijn van groot belang, dus controleer regelmatig of u het nieuwste stuurprogramma hebt geïnstalleerd. Als u vermoedt dat uw grafische kaart bij het weergeven van objecten problemen veroorzaakt, stelt u de variabele XS_USE_SOFTWARE_RENDERING in op TRUE. Dit kan de weergaveproblemen oplossen, maar vermindert mogelijk de prestaties. You can test your graphics card performance with Steelmark, an application developed by Tekla. Steelmark tests how fast your computer handles graphical information typically used in Tekla Structures. You can download Steelmark from Tekla Warehouse. Zie ook XS_USE_SOFTWARE_RENDERING De prestaties van Tekla Structures optimaliseren op pagina Modelleertips voor grote modellen Overweeg de volgende modelleertips wanneer u in grote modellen werkt: Modelleeritem Coördinatensysteem Plaats het model niet ver vanaf de oorsprong. Hoe verder u van de oorsprong modelleert hoe minder nauwkeurig alle berekeningen worden. Werkgebied en zichtbaarheid Tips Gebruik globale coördinaten als labels in plaats van deze tijdens het modelleren werkelijk te gebruiken. Als u bouwlocatiecoördinaten moet gebruiken, laat u de eerste cijfers vervallen als die altijd hetzelfde zijn. In plaats van coördinaat gebruikt u bijvoorbeeld Houd het werkgebied zo klein mogelijk. Toon alleen de vereiste onderdelen in de vensters. Gebruik filters om de zichtbaarheid van de onderdelen in te stellen. Vensters Sluit overbodige vensters. Sluit alle vensters als u grote modellen opslaat. Ronde objecten Maak gaten met het commando Maak Bouten in plaats van onderdeeluitsnijdingen met ronde massieve staven. Gebruik deuvels in plaats van kleine ronde staven om kleine rechte ronde objecten te modelleren. De prestaties van Tekla Structures optimaliseren 6 Modelleertips voor grote modellen

7 Modelleeritem Tips Modelleer hijsankers en andere instortvoorzieningen met wapeningsstaven in plaats van ronde polyprofielen. Kokerprofielen Gebruik eenvoudige vaste (niet-parametrische) profielen. Gebruik afwerkingen voor gebogen hoeken. Gebruikers componenten Maak geen complexe gebruikers componenten. Deze gebruiken veel geheugen als ze in grote aantallen worden gebruikt. Nummering Nummer het hele model niet in één keer. Het nummeren van alle objecten in grote modellen kan een aanzienlijke tijd duren. Modeldatabase Als uw modelbestand groot wordt, kunt u met het repareren van de modeldatabase de bestandsgrootte aanzienlijke verlagen en daarmee de geheugenproblemen helpen oplossen. Firm- en Projectmappen Sla Firm- en Project-mappen lokaal op de vaste schijf van uw computer in plaats van een netwerkschijf op. Dit bespaart tijd als de netwerksnelheid laag is. Als u in de multi-user modus werkt, moet u ervoor zorgen dat de mappen op alle vaste schijven van de gebruikers worden gesynchroniseerd, zodat belangrijke gegevens niet verloren raken of worden gewijzigd. De prestaties van Tekla Structures optimaliseren 7 Modelleertips voor grote modellen

8 2 Tekla Open API Tekla Open API is een speciale Application Programming Interface (API) die door Tekla is ontwikkeld. U kunt er applicaties en aanvullende functionaliteit mee ontwikkelen op het modelleerplatform van Tekla en deze in uw eigen omgeving integreren. Tekla Open API wordt geïmplementeerd met Microsoft.NET-technologie. Applicaties die met Tekla Open API zijn ontwikkeld om samen te werken met Tekla Structures, worden extensies genoemd. Met Tekla Open API kunt u: Handelingen in de gebruikersinterface opnemen en uitvoeren Door handelingen in de gebruikersinterface op te nemen en uit te voeren, kunt u routinematige taken automatiseren, zoals het maken van dagelijkse lijsten. Automatiseringstools maken U kunt automatiseringstools maken voor objecten die vaak nodig zijn. Met automatiseringstools kunt u bijvoorbeeld basisstructuren maken of veel voorkomende details aan tekeningen toevoegen. Tekla Structures met andere software integreren U kunt met de Tekla Open API en.net gegevens uitwisselen tussen Tekla Structures en andere software, zoals software voor analyse en ontwerp. Nieuwe functionaliteit maken Met Tekla Open API kunt u tools maken die nieuwe functionaliteit aan Tekla Structures toevoegen. Zie voor meer informatie over Tekla Open API en extensions: TeklaOpenAPI_Reference.chm-help in de map..\programdata\tekla Structures\<version>\help\enu Tekla Open API Startup Package in de productdownloadservice van Tekla Warehouse. Extensies in Tekla Warehouse. Extensions in Tekla User Assistance. Tekla Open API 8 Modelleertips voor grote modellen

9 3 Bestanden en mappen in Tekla Structures Soms moet u weten waar Tekla Structures gegevens opslaat en het type bestanden dat Tekla Structures bevat, waar de bestanden zich bevinden en hoe de bestanden moeten worden gebruikt. Tekla Structures bevat grote aantallen bestanden die van invloed zijn op de manier waarop de software werkt. Het is belangrijk om te weten met welk bestand welke functionaliteit ingesteld kan worden en ook van welke bestanden we afraden eraan te komen. De leesvolgorde van het initialisatiebestand is ook erg belangrijk. U moet weten wat de volgorde is waarin de bestanden worden gelezen wanneer u de Tekla Structures opent, zodat u de bestanden niet onnodig wijzigt. Zie ook Initialisatiebestanden op pagina 10 Invoerbestanden op pagina 41 Bestanden die opties en variabelen opslaan op pagina 19 Databestanden op pagina 52 Berichtenbestanden op pagina 53 Standaardbestanden op pagina 54 Eigenschappenbestanden op pagina 55 Databasebestanden op pagina 56 Lettertypebestanden op pagina 57 Symboolbestanden op pagina 58 Weergavebestanden op pagina 60 Bestanden die aan templates, lijsten en tekeningen gerelateerd zijn op pagina 58 Logbestanden op pagina 60 Modelmapbestanden en bestandsextensies op pagina 66 Bestanden en mappen in Tekla Structures 9 Modelleertips voor grote modellen

10 Tekla Structures-bestanden en maplocaties controleren en wijzigen op pagina 86 Zoekvolgorde voor mappen op pagina 88 Project- en bedrijfsmappen op pagina 89 Locatie van omgevingsbestanden op pagina 90 Locatie van bepaalde bestanden in verborgen mappen op pagina Initialisatiebestanden Initialisatiebestanden worden gebruikt voor het definiëren van opstartparameters en standaardinstellingen voor Tekla Structures.Ze bevatten variabelen die bij het configureren van Tekla Structures voor verschillende standaarden en uw werkstijl of die van uw bedrijf worden gebruik. Tekla Structures maakt automatisch tijdens de installatie de benodigde initialisatiebestanden. Hoeveel initialisatiebestanden worden gemaakt, is afhankelijk van het aantal landspecifieke omgevingen dat u installeert. Zie ook Advanced Options Reference Guide Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde Hieronder volgt een lijst met alle gebruikelijke initialisatiebestanden die worden gelezen wanneer Tekla Structures wordt opgestart. De nummers geven hun leesvolgorde bij het opstarten aan. Als er conflicterende instellingen zijn, overschrijven de later gelezen instellingen degene die eerder zijn gelezen. WARNING Het wijzigen van de waarde van een variabele in.ini-bestanden die zich buiten de modelmap bevinden, heeft geen effect op de bestaande modellen. U kunt variabelen alleen bijwerken in het dialoogvenster Geavanceerde opties of in het options.ini-bestand dat zich in de modelmap bevindt, niet vanuit een options.ini-bestand dat zich in de mappen bevindt die voor de variabelen XS_FIRM of XS_PROJECT zijn gedefinieerd. De.ini-bestanden worden ook gelezen als u een bestaand model opent, maar alleen nieuwe variabelen die niet in options_model.db of options_drawings.db bestaan worden toegevoegd. Zoals bijvoorbeeld opties die nog niet in het dialoogvenster Geavanceerde opties staan, maar in de software zijn toegevoegd. TIP Als u de gelezen bestanden en hun leesvolgorde wilt controleren, gaat u naar Extra --> Toon Logbestand --> Historie Sessie. Bestanden en mappen in Tekla Structures 10 Initialisatiebestanden

11 Bestand en leesvolgorde 1. fonts_<lang>.ini Dit bestand is optioneel en het is alleen nodig voor talen die speciale tekens gebruiken. Eén voorbeeld is het fonts_jpn.ini-bestand voor de Japanse taal. 2. teklastructures.ini Dit bestand wordt door Tekla Structures\<version> \nt\bin\ gelezen als het beschikbaar is. Het wordt in de map..\nt\bin geïnstalleerd wanneer Tekla Structures wordt geïnstalleerd. OPMERKING: Wijzig deze instellingen niet. Het bestand teklastructures.ini start Tekla Structures. Het wordt gelezen vanuit..\program Files\Tekla Structures\<version>\nt\bin\. Dit bestand bevat standaardsysteeminstellingen, zoals de locatie van de software en omgevingsbestanden. Dit bestand wordt in de map..\nt\bin geïnstalleerd wanneer Tekla Structures wordt geïnstalleerd. Het wordt altijd gelezen bij het opstarten van Tekla Structures. OPMERKING: Wijzig deze instellingen niet. 3. lang_<lang>.ini Dit bestand bevat de taalinstellingen. Het wordt gelezen vanuit..\program Files\Tekla Structures \<version>\nt\bin\. 4. env_global_default.i ni Dit bestand wordt in de map..\nt\bin geïnstalleerd wanneer Tekla Structures wordt geïnstalleerd. Welke lang_<lang>.ini-bestanden zich in de map..\nt \bin bevinden, hangt af van de door u geselecteerde talen die u tijdens de software-installatie wilt laten installeren. De taal die wordt gelezen is afhankelijk van de taal die u in Extra --> Wijzig Taal in de vorige sessie van Tekla Structures hebt geselecteerd. OPMERKING: Wijzig deze instellingen niet. Dit bestand wordt als standaard voor alle omgevingen gebruikt en bevat de globale instellingen. De instellingen in het bestand env_global_default.ini bieden de basis voor alle globale omgevingsinstellingen. De instellingen in dit bestand kunnen worden gelokaliseerd en verschillend zijn opgegeven in een omgevingsspecifiek initialisatiebestand, dat later dan dit bestand wordt gelezen. Dit bestand wordt altijd gelezen bij het opstarten van Tekla Structures vanuit..\programdata\tekla Structures\<version>\environments\common\ en is daar standaard geïnstalleerd. OPMERKING: Wijzig deze instellingen niet. Bestanden en mappen in Tekla Structures 11 Initialisatiebestanden

12 Bestand en leesvolgorde 5. env_<environment>.in i De env_<environment>.ini-bestanden bevatten alle variabelen die omgevingsspecifieke instellingen hebben. Ze wordt gelezen vanuit..\programdata\tekla Structures\<version>\environments \<environment>\. Welke env_<environment>.ini-bestanden die zich op uw computer bevinden, hangt af van welke omgevingen u hebt geïnstalleerd. Welk env_<environment>.ini-bestand wordt gelezen, hangt af van de omgeving die u in het opstartdialoogvenster Tekla Structures hebt geselecteerd. Dit bestand definieert bijvoorbeeld dat de US imperial-omgeving inches gebruikt, breuken correct weergeeft en invoer als imperiaal beschouwt. In metrische omgevingen worden metrische eenheden gebruikt. OPMERKING: Wijzig deze instellingen niet. 6. role_<role>.ini De role_<role>.ini-bestanden bevatten alle variabelen die typische rolspecifieke instellingen hebben. Ze wordt gelezen vanuit..\programdata\tekla Structures \<version>\environments\<environment>\. 7.Alle.ini-bestanden die in de snelkoppeling/ commandoregel met -i <name>.ini zijn gedefinieerd De beschikbare structuur hangt af van de omgevingen die u hebt geïnstalleerd. U kunt de rol in het opstartdialoogvenster van Tekla Structures selecteren. OPMERKING: Wijzig deze instellingen niet. Gewoonlijk geen. 8. company.ini Het company.ini-bestand is vooral handig voor grote bedrijven die bepaalde instellingen op bedrijfsniveau eenduidig willen instellen. Dit bestand wordt gelezen uit een map die in met de variabele XS_COMPANY_SETTINGS_DIRECTORY wordt gespecificeerd. Dit bestand wordt alleen gelezen als de variabele XS_COMPANY_SETTINGS_DIRECTORY is ingesteld. Dit bestand wordt indien nodig door de systeembeheerder gemaakt, het wordt niet door de installatie gemaakt. 9. user.ini Het bestand user.ini is het bestand waarin u uw persoonlijke gebruikersinstellingen kunt opslaan. Dit bestand bevindt zich op dezelfde locatie als het gebruikerspecifieke bestand options.bin, bijvoorbeeld C: Bestanden en mappen in Tekla Structures 12 Initialisatiebestanden

13 Bestand en leesvolgorde 10. options.ini in de systeemmap 11. options.ini, bedrijfsspecifiek, als er een aanwezig is 12. options.ini, projectspecifiek, als er aanwezig zijn 13. options.ini, modelspecifiek \Users\<user>\AppData\Local\Tekla Structures\<version>\UserSettings. Het bestand user.ini wordt op bovengenoemde locatie gemaakt, als u Tekla Structures de eerste keer opstart en met de huidige versie een model maakt en opslaat. Het wordt gelezen als u Tekla Structures opstart. De wijzigingen die u in de variabelen in het tabblad Geavanceerde opties aanbrengt, overschrijven de instellingen in alle andere initialisatiebestanden als de variabele op beide locaties bestaat. Als het bestand user.ini systeemopties heeft, worden deze altijd gelezen wanneer Tekla Structures wordt geopend. Als het bestand user.ini modelspecifieke opties heeft, worden deze gebruikt wanneer een nieuw model wordt gemaakt. Als het bestand user.ini gebruikerspecifieke opties heeft, worden deze gebruikt wanneer Tekla Structures de eerste keer wordt gebruikt. De map wordt gespecificeerd met de variabele XS_SYSTEM. De option.ini-bestanden die bedrijfs- of projectspecifieke modelinstellingen bevatten, worden opgeslagen in en gelezen vanuit de door de gebruiker gedefinieerde locaties met de variabelen XS_FIRM en XS_PROJECT. Ze werken op de opgegeven wijze voor het bedrijf in kwestie of voor het gespecificeerde project als het model zo is ingesteld dat het vanuit deze locaties leest en als de gebruiker het bestand options.ini handmatig naar deze locaties heeft verplaatst. Een options.ini-bestand wordt in de bedrijfs- of projectmap gemaakt wanneer u het daarheen kopieert of verplaatst. He bijwerken van de model- en gebruikerspecifieke variabelen kan alleen worden gedaan vanuit het dialoogvenster Geavanceerde opties of vanuit het bestand options.ini dat zich in de modelmap bevindt, niet vanuit de bedrijfs- of projectspecifieke options.ini-bestanden. Het options.ini-bestand in de bedrijfs- of projectmap wordt gelezen wanneer u Tekla Structures opstart of een model opent. Het bestand options.ini in de modelmap. Zie ook Bestanden en mappen in Tekla Structures 13 Initialisatiebestanden

14 Door variabelen gedefinieerde instellingen op pagina 34 Aangepaste initialisatiebestanden en opstartsnelkoppelingen maken op pagina 16 Globale standaard-omgevingsinstellingen - env_global_default.ini WARNING Wijzig het bestand env_global_default.ini niet. Als u enkele omgevingen moet aanpassen, kopieert u de variabelen die u nodig hebt van dit bestand naar uw user.ini-bestand en past u de instellingen daar aan of wijzigt u de instellingen in het dialoogvenster Geavanceerde opties. Dit bestand definieert de globale standaarden voor de variabelen. Raadpleeg het omgevingsinstellingenbestand env_<environment name>.ini en het rolinstellingenbestand role_<role name>.ini voor de variabelen die zijn ingesteld volgens uw lokale normen. De lokale bestanden overschrijven de variabelen die zijn ingesteld in env_global_default.ini. Als de variabele in het bestand door "rem" wordt voorafgegaan, worden de standaarden van de software gebruikt en weergegeven als de waarde. De verouderde variabelen worden aan het einde van het bestand vermeld. Zie ook Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde op pagina 10 Lokale omgevingsinstellingen - env_<environment>.ini WARNING Wijzig het bestand env_<environment>.ini niet. Als u enkele instellingen moet aanpassen, kopieert u de variabelen die u nodig hebt van dit bestand naar uw user.ini-bestand en past u de instellingen daar aan of wijzigt u de instellingen in het dialoogvenster Geavanceerde opties. Dit bestand bevat variabelen die zijn ingesteld volgens lokale normen en die verschillen van de globale standaarden. Het bestand globale standaard-omgevingsinstellingen env_global_defaults.ini bevat een volledige lijst met variabelen. De lokale bestanden overschrijven de variabelen die zijn ingesteld in env_global_default.ini. Zie ook Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde op pagina 10 Bestanden en mappen in Tekla Structures 14 Initialisatiebestanden

15 Rolinstellingen - role_<role>.ini WARNING Wijzig het bestand role_<role>.ini niet. Als u enkele instellingen moet aanpassen, kopieert u de variabelen die u nodig hebt van dit bestand naar uw user.ini-bestand en past u de instellingen daar aan of wijzigt u de instellingen in het dialoogvenster Geavanceerde opties. Dit bestand bevat variabelen die zijn ingesteld volgens typische rolvereisten in uw lokaal gebied. Deze instellingen verschillen van uw omgevingsinstellingen in env_<environment>.ini. Het bestand voor de globale standaardomgevingsinstellingen env_global_defaults.ini bevat een volledige lijst met variabelen. De variabelen die zijn ingesteld in role_<role>.ini overschrijven die in env_<environment>.ini. Zie ook Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde op pagina 10 Het bestand user.ini bewerken OPMERKING We raden u aan in het bestand user.ini alleen systeemspecifieke variabelen op te slaan. U kunt ook modelspecifieke variabelen opslaan, maar deze instellingen beïnvloeden alleen de nieuwe modellen die u maakt. Het plaatsen van gebruikerspecifieke variabelen in user.ini werkt mogelijk niet zoals gewenst, omdat options.bin na user.ini wordt geladen en de waarde kan overschrijven. U voegt een variabele in het bestand user.ini als volgt toe: 1. Klik met de rechtermuisknop op het bestand user.ini in de Windows Verkenner en klik op Openen met... Selecteer een standaardteksteditor uit de lijst met beschikbare programma's. 2. Voer set op een nieuwe regel in, vervolgens een spatie, de naam van de variabele gevolgd door een is-gelijk-teken en dan de waarde op één regel. Tekla Structures leest alleen regels in het ini bestand die beginnen met set. 3. Sla user.ini op. 4. Start Tekla Structures opnieuw op om de wijziging door te voeren. Mogelijke waarden TRUE FALSE Voorbeeld set XS_DISABLE_WELD_PREP_SOLID=TRUE set XS_UNDERLINE_AFTER_POSITION_NUMBER_IN_HARDSTA MP=FALSE Bestanden en mappen in Tekla Structures 15 Initialisatiebestanden

16 Mogelijke waarden Voorbeeld 1 set XS_SINGLE_CLOSE_DIMENSIONS=1 0 set XS_SINGLE_USE_WORKING_POINTS=0 tekenreekswaarde knoppen set XS_USER_DEFINED_BOLT_SYMBOL_TABLE=bolt_symbol _table.txt set XS_ASSEMBLY_FAMILY_POSITION_NUMBER_FORMAT_STR ING=%%TPL:PROJECT.NUMBER%% Gebruik twee knoppen. TIP Wanneer u overgaat op een nieuwe versie van Tekla Structures, kunt u met de wizard Migratie het bestand user.ini automatisch kopiëren naar de nieuwe versie. De wizard Migratie verschijnt automatisch zodra u Tekla Structures voor de eerste keer na de installatie start. Zie Voor meer informatie over de wizard Migratie de installatiehandleiding van Tekla Structures. Zie ook Locatie van bepaalde bestanden in verborgen mappen op pagina 90 Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde op pagina 10 Aangepaste initialisatiebestanden en opstartsnelkoppelingen maken U kunt snelkoppelingen gebruiken voor het opstarten van teklastructures.exe met initialisaties die u hebt aangepast, bijvoorbeeld voor bepaalde gebruikers of projecten. Tijdens de installatie van Tekla Structures worden automatisch snelkoppelingen gemaakt voor de geselecteerde omgevingen. We raden u aan dat alleen de beheerder de aanpassing doet en de benodigde snelkoppelingen maakt. Uw instellingen kunnen anders afwijken van de instellingen die voor het bedrijf of voor een bepaald project waarvoor u werkt zijn gedefinieerd. U maakt een aangepast initialisatiebestand en een projectspecifieke snelkoppeling als volgt: 1. Open het bestand user.ini met een standaard teksteditor. 2. Sla het bestand op met een nieuwe naam, bijvoorbeeld customer.ini of project.ini. 3. Bewerk het bestand door de vereiste instellingen toe te voegen. 4. Sla het gewijzigde initialisatiebestand op. 5. Open het Start-menu van Windows, selecteer Alle programma's --> Tekla Structures <versie> en klik met de rechtermuisknop op Tekla Structures <versie>. 6. Selecteer Kopiëren... in het pop-upmenu. Bestanden en mappen in Tekla Structures 16 Initialisatiebestanden

17 7. Plak de snelkoppeling op uw bureaublad. 8. Selecteer de snelkoppeling en klik met de rechtermuisknop. 9. Selecteer Eigenschappen in het contextmenu. 10. Wijzig het Doel van de snelkoppeling door er de vereiste projectinitialisatiegegevens aan toe te voegen. Voer eerst het pad van de huidige teklastructures.exe in en vervolgens de gewenste parameters. In het volgende voorbeeld is de naam van het aangepaste initialisatiebestand project1.ini. De aanhalingstekens (") in het pad moeten mogelijke problemen voorkomen als het pad spaties bevat. Als u Tekla Structures in een pad hebt geïnstalleerd dat geen spaties bevat, zijn er zelfs geen problemen als u de aanhalingstekens verwijdert, bijvoorbeeld C: \TeklaStructures\. Als u Tekla Structures in een pad hebt geïnstalleerd dat spaties bevat, zijn de aanhalingstekens nodig, bijvoorbeeld C:\Program Files\Tekla Structures\. U kunt de volgende parameters in snelkoppelingen gebruiken: Bestanden en mappen in Tekla Structures 17 Initialisatiebestanden

18 -i <initialization_file>: Het initialisatiebestand dat tijdens het opstarten na het <role>.ini-bestand moet worden gelezen, bijvoorbeeld -i \ \MyServer\MyProject\project1.ini. U kunt deze paramater zo vaak herhalen als u wilt en op deze manier zoveel initialisatiebestanden invoeren als u nodig hebt. <model_to_be_opened>: Het volledige pad naar het model dat automatisch wordt geopend, bijvoorbeeld "C:\TeklaStructuresModels\Nieuw model 1". De instellingen in de bestanden user.ini en option.ini overschrijven de instellingen die in de snelkoppelingen met de parameter -i <initialization_file> zijn gedefinieerd. De maximale lengte van een snelkoppeling is 256 tekens. Als u problemen met de lengte hebt, kunt u alle andere benodigde initialisatiebestanden aanroepen vanuit uw aangepaste initialisatiebestand in plaats van deze toe te voegen aan de snelkoppeling. Zie ook Initialisatiebestanden opgenomen in aangepaste initialisatiebestanden op pagina 18 Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde op pagina 10 Initialisatiebestanden opgenomen in aangepaste initialisatiebestanden Initialisatiebestanden kunnen andere initialisatiebestanden opnemen of aanroepen. U kunt deze functionaliteit gebruiken om snelkoppelingen voor verschillende doeleinden te maken, bijvoorbeeld om aangepaste instellingenbestanden te hebben, afhankelijk van de klant waarvoor u werkt in een project zoals fabrikanten. Hieronder ziet u een voorbeeld van een aangepast projectinitialisatiebestand dat andere initialisatiebestanden aanroept. MyProject.ini De snelkoppeling voor MyProject: C:\Program Files\Tekla Structures\19.0\nt\bin\TeklaStructures.exe -i \ \MyServer\MyProject\MyProject.ini \\MyServer\MyProject\MyModel\MyModel.db1 Bestanden en mappen in Tekla Structures 18 Initialisatiebestanden

19 Zie ook Aangepaste initialisatiebestanden en opstartsnelkoppelingen maken op pagina Bestanden die opties en variabelen opslaan WARNING Het wijzigen van de waarde van een variabele in.ini-bestanden die zich buiten de modelmap bevinden, heeft geen effect op de bestaande modellen. U kunt variabelen alleen bijwerken in het dialoogvenster Geavanceerde opties of in het options.ini-bestand dat zich in de modelmap bevindt, niet vanuit een options.ini-bestand dat zich in de mappen bevindt die voor de variabelen XS_FIRM of XS_PROJECT zijn gedefinieerd. De.ini-bestanden worden ook gelezen als u een bestaand model opent, maar alleen nieuwe variabelen die niet in options_model.db of options_drawings.db bestaan worden toegevoegd. Zoals bijvoorbeeld opties die nog niet in het dialoogvenster Geavanceerde opties staan, maar in de software zijn toegevoegd. Wat er bij het maken van een model gebeurt Als er een nieuw model wordt gemaakt, leest Tekla Structures modelspecifieke waarden voor opties en variabelen vanuit het bestand standard.opt en vanuit de.ini-bestanden in een bepaalde leesvolgorde en maakt de databases options_model.db en options_drawings.db, en het bestand options.ini onder de modelmap. Modelspecifieke opties of variabelen wijzigen Als u een modelspecifieke optie of variabele wijzigt en in het dialoogvenster Opties of Geavanceerde opties op OK of Opslaan drukt, worden de instellingen in gebruik genomen (anders krijgt u een waarschuwingsbericht). De bijgewerkte modelspecifieke optie of variabele wordt in options_model.db en options_drawings.db onder de modelmap opgeslagen wanneer het model wordt opgeslagen. Daarnaast zijn er ook enkele speciale modelspecifieke variabelen, die kunnen worden bijgewerkt vanuit het bestand options.ini dat zich in de modelmap bevindt, bijvoorbeeld nieuwe variabelen die zich nog niet in het dialoogvenster Geavanceerde opties bevinden. U kunt modelspecifieke variabelen alleen wijzigen in het dialoogvenster Geavanceerde opties of in het options.ini-bestand dat zich in de modelmap bevindt. U kunt modelspecifieke opties in het dialoogvenster Opties alleen handmatig wijzigen of door de waarden van het bestand standard.opt in het dialoogvenster te laden. Gebruikersspecifieke opties of variabelen wijzigen Als u een gebruikersspecifieke optie of variabele in het dialoogvenster Opties of Geavanceerde opties wijzigt en op OK of Opslaan drukt, worden de instellingen in Bestanden en mappen in Tekla Structures 19 Bestanden die opties en variabelen opslaan

20 options.bin in..\users\<user>\appdata\local\tekla Structures\<version>\UserSettings opgeslagen. U kunt gebruikerspecifieke variabelen alleen in het dialoogvenster Geavanceerde opties wijzigen. U kunt gebruikersspecifieke opties in het dialoogvenster Opties alleen handmatig wijzigen of door de waarden van het bestand standard.opt in het dialoogvenster te laden. Aangepaste instellingen in het dialoogvenster Opties opslaan U kunt uw eigen modelspecifieke instellingen in het dialoogvenster Opties opslaan met de knop Opslaan. Het bestand standard.opt word in de map \attributes onder de modelmap opgeslagen. Een lijst van variabelen en hun waarden maken U kunt een complete lijst van variabelen in een tekstbestand maken door op Naar bestand schrijven in het dialoogvenster Geavanceerde opties te klikken. De lijst geeft de naam van de variabele, de huidige waarde en het huidige type weer. Raadpleeg voor meer informatie over het bestand standard.opt Instellingen standard.opt Zie ook Instellingen in het dialoogvenster Opties op pagina 20 Advanced Options Reference Guide Door variabelen gedefinieerde instellingen op pagina 34 Instellingen in het dialoogvenster Opties Het dialoogvenster Opties (Extra > Opties > Opties...) bevat de huidige waarden voor een aantal instellingen van Tekla Structures. Controleer de instellingen voordat u met modelleren begint en wijzig deze indien nodig. De modelspecifieke instellingen in dit dialoogvenster worden in de databases options_model.db en options_drawings.db in de modelmap opgeslagen en de gebruikerspecifieke instellingen in het bestand options.bin in uw lokale <user>-map. U kunt uw eigen instellingen ook opslaan met de knop Opslaan. Het bestand standard.opt wordt opgeslagen in de map \attributes onder de modelmap. Mogelijk wilt u dit bestand naar uw bedrijfsmap kopiëren. Als u een model maakt, wordt het bestand standard.opt vanuit de bedrijfsmap gelezen. De opties in het dialoogvenster Opties worden hieronder beschreven. Clash check-pagina De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Raadpleeg voor meer informatie over de clash check Detecting clashes. Bestanden en mappen in Tekla Structures 20 Bestanden die opties en variabelen opslaan

21 Optie Clash check tussen bout en gebout onderdeel Definieert of het model wordt gecontroleerd op clashes die tussen bouten en de gerelateerde geboute onderdelen voorkomen. Als u Ja selecteert, controleert Tekla Structures de bouten met de werkelijke geometrie van de geboute onderdeelprofielen inclusief afrondingen en het gebruik van de werkelijke boutafmetingen. Hiermee definieert u het spelingsgebied van de clash check voor bouten. Als u geen waarde invoert, gebruikt Tekla Structures de standaardwaarde 1,00. Als u de selectievakjes uitschakelt, is de grootte nul. Wapeningsstaafspeling (negatieve waarde om overlapping toe te staan) Hiermee wordt de minimale afstand of de toegestane overlap voor wapeningsstaven gedefinieerd als ze worden gecontroleerd met behulp van andere wapeningsstaven. Voer een negative waarde in als wapeningsstaven mogen overlappen. Als u het selectievakje uitschakelt, is de speling nul. Dikte van de dekking van de wapeningsstaaf Definieert de dekkingsdikte van de wapeningsstaaf. Tekla Structures controleert de dekkingsdikte ten opzichte van het onderdeel waar de wapeningsstaaf toe behoort.tekla Structures controleert alleen de afstand van staafzijde tot aan het oppervlak van het onderdeel.tekla Structures controleert de afstand van staafuiteinde tot aan het oppervlak van het onderdeel niet.als de balk door een oppervlakte van het onderdeel heen gaat, wordt er een clash gerapporteerd, zelfs als de balk zich helemaal binnen een betonelement of stort bevindt. Als u het selectievakje uitschakelt, controleert Tekla Structures de dekkingsdikte niet. Tabblad Tekla Structures gebruikt de gegevens op het tabblad Componenten wanneer het onderdelen met componenten maakt. Componenteigenschappen die in componentdialoogvensters zijn gemaakt, overschrijven deze instellingen.tekla Structures gebruikt deze instellingen alleen als de corresponderende vakken in de componentdialoogvensters leeg zijn. Als u hier instellingen wijzigt, past Tekla Structures de nieuwe instellingen alleen toe op componenten die u daarna maakt.componenten die zijn gemaakt voordat de voorkeuren werden gewijzigd, blijven ongewijzigd. Bestanden en mappen in Tekla Structures 21 Bestanden die opties en variabelen opslaan

22 De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Optie Profielnamen Bouten Onderdelen Hiermee definieert u de prefix voor platen.het is van belang dat profielnamen correct worden ingesteld, zodat u filters en wizards effectief kunt gebruiken. Profielnamen moeten voorkomen in de profieldatabase.als u een parametrisch profiel zonder naam in de database wilt gebruiken, moet u het eerst aan de Profielendatabase toevoegen en het vervolgens hier invoeren.tekla Structures gebruikt de prefix Gezette plaat als u de gezette platen in componenten gebruikt. In componenten gebruikt Tekla Structures de velden Factor bout-randafstand en Vergelijk randafstand met om te controleren of de gemaakte bouten zich niet te dicht bij de rand van een onderdeel bevinden. Tekla Structures waarschuwt u als dat het geval is.controleer of de optie Factor bout-randafstand is ingesteld volgens de standaard die u gebruikt.de standaardinstelling voor de afstand van de rand is afhankelijk van uw omgeving. Vergelijk randafstand met definieert of de randafstandcontroles zijn gebaseerd op een bout- of gatdiameter. Om de standaard bouteigenschappen te definiëren die in verbindingen moeten worden gebruikt, selecteert u een Boutnorm en een Boutdiameter. Met Materiaal van onderdelen definieert u de standaardkwaliteit van het materiaal van het onderdeel. Onderdeel start nummers definieert de startnummers voor onderdelen die Gelast aan hoofdonderdeel en Gelast aan aangelast onderdeel, Losse onderdelen en Merk no. los onderdeel zijn. Controleer deze instellingen met de nummeringsserie die u definieert om er zeker van te zijn dat ze niet overlappen.als ze overlappen, kan Tekla Structures twee niet-identieke onderdelen met hetzelfde onderdeelnummer maken.hierdoor wordt een fout gegenereerd in het logbestand numbering.history. Tabblad Tekening maatlijnen De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Verbreden Optie Deze instelling definieert de standaardwaarde voor Maximale maat voor verbreden maatlijnen en Verschaling verbreding. Als u de verbreding van de maatlijnen inschakelt, wordt een maatlijn in de tekening, die smaller is dan de ingestelde Bestanden en mappen in Tekla Structures 22 Bestanden die opties en variabelen opslaan

23 Optie Absolute maten Maten in tags Voeg label aan wapening toe Maatlijn grenswaarde, vergroot.in Maximale maat voor verbreden maatlijnen definieert u de standaardwaarde voor deze limiet. In Verschaling verbreding definieert u of u Afhankelijk van vensterschaal of Model als de verbredingslimiet gebruikt: Als u Papier selecteert, wordt de verbredingslimiet vermenigvuldigd met de vensterschaal. Als u Modelselecteert, en de schaal is 1:10, worden alle maatlijnen die kleiner zijn dan 10 mm verbreed, ongeacht de schaal van de tekening. Toon nul in absolute maatvoering --> Ja geeft nul weer bij het nulpunt van absolute maten. Teken absolute maatlijnteksten parallel met de maatlijn --> Ja geeft de maten parallel aan maatlijnen in absolute maten weer. Eenheden, Decimalen en Nauwkeurigheid definiëren de standaardeenheid, -decimalen en -nauwkeurigheid die in maatlijntags worden gebruikt. Beschikbare eenheden: mm, cm, m, voet - inch, cm/m, inch, voet. Beschikbare opmaken: ###, ###[.#], ###.#, ###[.##], ###.##, ###[.###], ###.###, ### #/# en ## # /##.## #. Beschikbare nauwkeurigheden: 0.00, 0.50, 0.33, 0.25, 1/8, 1/16, 1/32, 1/10, 1/100, 1/1000 Toon maten in middelste tag van automatische maten definieert of u dubbele maatlijntags in merk-, onderdeel-, betonelement- of overzichttekeningen wilt hebben. Als Tekla Structures de tekening maakt, voegt het de onderste maatlijntag in de geselecteerde eenheid, decimalen en nauwkeurigheid toe. Instellingen maatlijnlabel en Instellingen voor maatlijnlabel met tags definiëren de vooraf ingestelde bestanden met eigenschappen die voor maatlijnlabels en maatlijnlabels met tags worden gebruikt. Met Lengte van aanhaallijnen van maatlijnen voor lijnpijl definieert u de lengte van de lijnverlengingen voor maatlijnen met lijnpijlen. Lijnverlengingen worden niet toegepast op maatlijnen die andere pijlen hebben dan lijnpijlen en bepaalde typen referentiepunten. Raadpleeg voor meer informatie over maatlijnen: Automatic drawing-level dimensioning Bestanden en mappen in Tekla Structures 23 Bestanden die opties en variabelen opslaan

24 Automatic view-specific dimensions Adding dual dimensions manually Adding predefined reinforcement dimensions Creating exaggerated dimensions. Adding tags to dimensions Tekeningobjecten De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Vellingkant Algemeen Optie Met Lijn kleur definieert u de standaard lijnkleur van de vellingkanten in tekeningen. Met Lijn type definieert u het standaard lijntype van de vellingkanten in tekeningen. Deze waarden worden overschreven door de waarden die in het dialoogvenster Vellingkant Eigenschappen zijn ingesteld. Raadpleeg voor meer informatie over vellingkanten Edge chamfers in drawings De Autosave-instellingen op deze pagina zijn gebruikerspecifiek.alle andere instellingen zijn modelspecifiek. Verberg lijnen Autosave Optie Met Niet gestippeld definieert u dat verborgen lijnen niet gestippeld zijn. Met Andere delen stippelen definieert u dat verborgen lijnen in andere onderdelen gestippeld zijn. Met Alle onderdelen gestippeld definieert u dat verborgen lijnen in alle onderdelen gestippeld zijn. Met Solid bouten definieert u dat de bouten als massieve objecten worden weergegeven. Met Geen bouten definieert u dat de bouten niet als massieve objecten worden weergegeven. Autosave interval:autosave na iedere xx modeleer- of bewerkcommando's definieert hoe vaak Tekla Structures een model en een tekening automatisch opslaat. Dit getal geeft het aantal door u gegeven commando's weer.als u bijvoorbeeld veel objecten zonder onderbreking maakt (Esc of Bewerken --> Interrupt) wordt het als één commando geteld. Bestanden en mappen in Tekla Structures 24 Bestanden die opties en variabelen opslaan

25 Optie Standaard aanpasbaarheid Met Autosave na genereren iedere xx tekeningen definieert u het aantal tekeningen waarna Tekla Structures automatisch uw werk opslaat. Raadpleeg voor meer informatie: Saving a model Autosaving in multi-user mode Uit betekent dat aanpasbaarheid niet is gedefinieerd. Met Relatief definieert u dat handles hun relatieve afstand tot de dichtstbijzijnde onderdeelvlakken in verhouding tot de totale grootte van het onderdeel behouden. Met Vast definieert u dat handles hun absolute afstand tot de dichtstbijzijnde onderdeelvlakken behouden. U kunt de instellingen voor de aanpasbaarheid ook voor elk onderdeel apart wijzigen.deze wijzigingen overschrijven de standaardinstellingen in het dialoogvenster Opties. Raadpleeg voor meer informatie over wapening en aanpasbaarheid Modifying the shape of a reinforcement using adaptivity Lasten modelleren Gebruik de instellingen op de tabbladen van deze pagina om de bouwcode en veiligheidsfactoren te definiëren die Tekla Structures in de belastingcombinatie gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie over belastingcombinaties Combining loads. De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Muisinstellingen De instellingen op deze pagina zijn gebruikerspecifiek. Optie Toon snap symbool Activeer snappen op stramien wanneer snappen vrij aan is Verbergt of toont de snapsymbolen. Activeert het snapstramien.u kunt de tussenruimte interval van het stramien en de offset voor de oorsprong van het snappen op het stramien definiëren. Raadpleeg voor meer informatie: Other snap switches Defining a snap grid Nummering De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Bestanden en mappen in Tekla Structures 25 Bestanden die opties en variabelen opslaan

26 Optie Posnummer scheidingsteken Scheidingsteken voor het positienummer wapening Posnummer type Hiermee definieert u het standaard scheidingsteken voor het positienummer.de opties zijn punt (.), komma (,), slash (/) en verbindingsstreepje (-). Hiermee definieert u het standaard scheidingsteken voor het positienummer van wapeningsstaven.de opties zijn punt (.), komma (,), slash (/) en verbindingsstreepje (-). Hiermee definieert u het standaardtype voor het onderdeelnummer.de opties zijn Posnummer en Gecombineerd merk-/ posnummer. Pagina met oriëntatiesymbolen De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Optie Noorden Met Project noord (graden tegen de klok in t.o.v. globale x) definieert u in het model welke richting het noorden is.geef de waarde op in graden tegen de klok in vanaf de globale x-as. Hoeklimiet Hoeklimiet ligger Hoeklimiet kolom Bepaalt vanuit welke richting onderdelen worden bekeken in tekeningen. Tekla Structures gebruikt limiethoeken om te bepalen of een onderdeel bij het maken van oriëntatiesymbolen een ligger of een kolom is.tekla Structures behandelt onderdelen buiten deze limieten als windverbanden. Voorkeurslocatie voor label Onderdelen die meer dan 80 schuin staan, zijn kolommen. Onderdelen die minder dan 10 schuin staan, zijn liggers. Definieert de locatie van onderdeellabels in tekeningen naar het linker of rechter uiteinde van het onderdeel. Bestanden en mappen in Tekla Structures 26 Bestanden die opties en variabelen opslaan

27 Optie Label altijd op midden van kolom Deze instelling is alleen van invloed op kolommen. Ja plaatst onderdeellabels in het midden van kolommen in aanzichten.als u de oriëntatie van het onderdeel wilt aangeven, neemt u de kompasrichting (Aanzichtsrichting) op in het onderdeellabel. Nee plaatst onderdeellabels op dezelfde flens in overzicht- en merktekeningen. Raadpleeg voor meer informatie Displaying orientation marks (north marks) Displaying compass direction Mark location Setting viewing direction for columns in assembly drawings Setting viewing direction for beams and bracings in assembly drawings... Eenheden en decimalen Eenheden en decimalen die op de tabbladen Modelleren en Databases zijn opgegeven, zijn van invloed op de invoer. De eenheden en decimalen die op het tabblad Berekeningsresultaten zijn opgegeven, zijn van invloed op de uitvoergegevens. De instellingen op het tabblad Modelleren zijn van invloed op de gegevens die worden gebruikt als u aan het modelleren bent, bijvoorbeeld kopiëren, verplaatsen, stramienen maken, punten maken, enzovoort. Instellingen op het tabblad Databases zijn van invloed op de gegevens in de profiel- en materiaaldatabases. De instellingen op de pagina Eenheden en decimalen hebben geen enkele invloed op tekeningen of lijsten, of op de tools Informatie en Meten. Het getal aan de linkerkant van iedere optie geeft het aantal decimalen aan. Het aantal decimalen is van invloed op de invoer- en opslagnauwkeurigheid. Gebruik altijd voldoende decimalen. De instellingen op deze pagina zijn modelspecifiek. Lengte Hoek Optie mm, cm, m, in (decimaal), ft (decimaal), ft-in o, rad Bestanden en mappen in Tekla Structures 27 Bestanden die opties en variabelen opslaan

28 Veerconstante Optie Rotatieveer constant Factor Kracht Voer een waarde met de pijltoetsen in. Bestanden en mappen in Tekla Structures 28 Bestanden die opties en variabelen opslaan

29 Verdeelde last Optie Oppervlakte belasting Moment Verdeeld moment Temperatuur Deformatie o C, o F, K Bestanden en mappen in Tekla Structures 29 Bestanden die opties en variabelen opslaan

30 Optie Profiel afmetingen Hoek Gebied o, rad Weerstandsmoment Traagheidsmoment Traagheidsradius mm4, cm4, in4 Constante torsie Buig constante Verfoppervlak mm4, cm4, in4 mm6, cm6, in6 Bestanden en mappen in Tekla Structures 30 Bestanden die opties en variabelen opslaan

31 Sterkte Optie Modulus Dichtheid Bestanden en mappen in Tekla Structures 31 Bestanden die opties en variabelen opslaan

32 Gewicht Optie Spanning o/oo, % Thermische uitz. coëf. 1/ o C, 1/ o F, 1/K Ratio o/oo, % Volume Lengte Hoek Wapeningsgebied mm, cm, m, in (decimaal), ft (decimaal), ft-in o, rad Dwarswapening Gewicht Massa/lengte Bestanden en mappen in Tekla Structures 32 Bestanden die opties en variabelen opslaan

33 Volume Optie Kracht Verdeelde last Oppervlakte last Moment Temperatuur o C, o F, K Bestanden en mappen in Tekla Structures 33 Bestanden die opties en variabelen opslaan

34 Spanning Optie Deformatie Zie ook Bestanden die opties en variabelen opslaan op pagina 19 Door variabelen gedefinieerde instellingen Variabelen kunnen gebruiker-, model-, systeem- of rolspecifiek zijn: Gebruikerspecifieke variabelen worden opgeslagen in uw lokale bestand options.bin dat zich standaard in C:\Users\<user>\AppData\Local \Tekla Structures\<version>\UserSettings bevindt en werken op de opgegeven manier in alle modellen die u hebt. De map kan worden gewijzigd met de variabele XS_USER_SETTINGS_DIRECTORY. In het dialoogvenster Geavanceerde opties is het type USER. Sommige gebruikerspecifiek variabelen vereisen het opnieuw starten van Tekla Structures nadat de waarde is gewijzigd. Modelspecifieke variabelen werken alleen in het huidige model op de opgegeven wijze. Deze worden opgeslagen in options_model.db en options_drawings.db onder de modelmap. In het dialoogvenster Geavanceerde opties is het type MODEL of DRAWING. Sommige speciale modelspecifieke opties, die niet in het dialoogvenster Bestanden en mappen in Tekla Structures 34 Bestanden die opties en variabelen opslaan

35 Geavanceerde opties zichtbaar zijn, kunnen worden gewijzigd vanuit het options.ini-bestand in de modelmap. Systeemspecifieke variabelen zijn algemeen voor alle sessies van Tekla Structures en werken op de gedefinieerde manier voor alle gebruikers en in alle modellen. In het dialoogvenster Geavanceerde opties is het type SYSTEM. Een systeemspecifieke variabelen kan in options.ini onder de modelmap worden opgeslagen door naast de optie op SYSTEM te klikken en dit te wijzigen naar MODEL(SYSTEM). De gewijzigde waarde werkt alleen voor het huidige model. Een variabele MODEL(SYSTEM) kan weer naar SYSTEM worden gewijzigd door het naar SYSTEM te wijzigen en in dat geval wordt het uit het bestand options.ini onder modelmap verwijderd. Sommige systeemspecifieke variabelen vereisen het opnieuw starten van Tekla Structures nadat de waarde is gewijzigd. De systeemspecifieke variabelen worden uit de.ini-omgevingsbestanden gelezen. Globale systeeminstellingen worden gelezen vanuit het algemene bestand env_global_default.ini in..\programdata\tekla Structures \<version>\environments\common\. Deze instellingen worden in alle omgevingen gebruikt. Omgevingsspecifieke systeeminstellingen worden gelezen vanuit env_<environment>.ini in uw omgevingsmap. Hiermee worden alle instellingen overschreven die op globaal niveau zijn gedefinieerd in env_global_default.ini. Rolspecifieke systeeminstellingen worden gelezen vanuit role_<role>.ini in de omgevingsmap. Met de rolspecifieke instellingen worden alle instellingen overschreven die zijn gedefinieerd op een algemeen en omgevingsniveau in env_global_default.ini en env_<environment>.ini. Systeemspecifieke systeeminstellingen op bedrijfsniveau overschrijven alle andere systeemspecifieke variabelen. U kunt ze opslaan in de bedrijfs- of projectmappen door de mappen voor variabelen XS_FIRM en XS_PROJECT in te stellen. De opties SYSTEM(ROLE) zijn typisch rolspecifiek. De instellingen worden uit het.inibestand gelezen en worden niet in de databases opgeslagen. Als deze worden gewijzigd of als het type wordt gewijzigd, wordt de optie modelspecifiek en opgeslagen in de databases. De MODEL/DRAWING(ROLE)-opties zijn SYSTEM(ROLE)-opties waarvan het type en/of de instelling is gewijzigd. De wijziging wordt gebruikt als u wilt dat de optie SYSTEM(ROLE) met het model in options_model.db en options_drawings.db onder de modelmap wordt opgeslagen. Deze instellingen kunnen worden teruggezet naar SYSTEM(ROLE) waardoor de standaardwaarde in gebruik wordt genomen. Zie ook XS_FIRM XS_PROJECT Gebruikelijke initialisatiebestanden en hun leesvolgorde op pagina 10 Bestanden en mappen in Tekla Structures 35 Bestanden die opties en variabelen opslaan

36 Lijst met gebruikerspecifieke variabelen In Tekla Structures worden de instellingen voor de gebruikerspecifieke variabelen in het bestand options.bin opgeslagen, dat zich in de map..\users\<user>\appdata \Local\Tekla Structures\<version>\UserSettings (Windows 7 en Windows Vista) of in de map..\documents and Settings\<user> \Application Data\Tekla Structures\<version>\UserSettings (Windows XP) bevindt. Hieronder volgt een lijst met gebruikerspecifieke opties: RPC_WAIT_TIME TEXT_X_SIZE TEXT_Y_SIZE XS_ALWAYS_CONFIRM_SAVE_WHEN_CLOSING_DRAWING XS_ALWAYS_CONFIRM_SAVE_WHEN_EXIT XS_AUTOMATIC_NEW_MODEL_NAME XS_AUTOMATIC_USER_FEEDBACK_SENDING_INTERVAL XS_AUTOSAVE_DIRECTORY XS_BACKGROUND_COLOR1 XS_BACKGROUND_COLOR2 XS_BACKGROUND_COLOR3 XS_BACKGROUND_COLOR4 XS_BASICVIEW_HEIGHT XS_BASICVIEW_POSITION_X XS_BASICVIEW_POSITION_Y XS_BASICVIEW_WIDTH XS_BLACK_DRAWING_BACKGROUND XS_CHAMFER_DISPLAY_LENGTH_FACTOR XS_CHANGE_DRAGGED_DIMENSIONS_TO_FIXED XS_CHANGE_DRAGGED_MARKS_TO_FIXED XS_CHANGE_DRAGGED_NOTES_TO_FIXED XS_CHANGE_DRAGGED_TEXTS_TO_FIXED XS_CHANGE_DRAGGED_VIEWS_TO_FIXED XS_CHECK_BOLT_EDGE_DISTANCE_ALWAYS XS_CIS_DEP1_EXPRESS_FILE XS_CLONING_TEMPLATE_DIRECTORY XS_COMPONENT_CATALOG_COLLECTION_NAME_LENGTH XS_COMPONENT_CATALOG_THUMBNAIL_SIZE XS_CREATE_ALSO_BIG_HTML_REPORT_PICTURES Bestanden en mappen in Tekla Structures 36 Bestanden die opties en variabelen opslaan

37 XS_CREATE_DRAWING_PREVIEW_AUTOMATICALLY XS_DEFAULT_FONT XS_DEFAULT_FONT_SIZE XS_DEFAULT_FONT_SIZE_GRID XS_DISABLE_ANALYSIS_AND_DESIGN XS_DISABLE_CIS2 XS_DISABLE_CLASSIFIER_FOR_MODIFIED_PARTS XS_DISABLE_MASTER_DRAWING_CATALOG XS_DISABLE_PARTIAL_REFRESH XS_DISABLE_REBAR_MODELING XS_DISABLE_TEMPLATE_DOUBLE_CLICK XS_DISPLAY_DIMENSIONS_WHEN_CREATING_OBJECTS XS_DISPLAY_DIMENSIONS_WHEN_SELECTING_OBJECTS XS_DO_NOT_CREATE_ASSEMBLY_DRAWINGS_FOR_CONCRETE_PARTS XS_DO_NOT_CREATE_ASSEMBLY_DRAWINGS_FOR_LOOSE_PARTS XS_DO_NOT_CREATE_BOLT_MARKS_IN_ALL_INCLUDED_SINGLE_VIEWS XS_DO_NOT_CREATE_PART_MARKS_IN_ALL_INCLUDED_SINGLE_VIEWS XS_DO_NOT_DISPLAY_CHAMFERS XS_DONT_SHOW_POLYBEAM_MID_EDGES XS_DRAW_CUT_FACES_WITH_RED_COLOR XS_DRAWING_ALLOW_SNAPPING_TO_DISTANT_POINTS XS_DRAWING_CHECK_PARTS_IN_UPDATE XS_DRAWING_SHEET_HEIGHT XS_DRAWING_SHEET_POSITION_X XS_DRAWING_SHEET_POSITION_Y XS_DRAWING_SHEET_WIDTH XS_DRAWING_UDAS_MODIFY_ALL_DRAWING_TYPES XS_DRAWING_VIEW_DIRECTION_MARK_SYMBOL_BACK XS_DRAWING_VIEW_DIRECTION_MARK_SYMBOL_BOTTOM XS_DRAWING_VIEW_DIRECTION_MARK_SYMBOL_FRONT XS_DRAWING_VIEW_DIRECTION_MARK_SYMBOL_TOP XS_DSTV_WRITE_BEHIND_FACE_FOR_PLATE XS_DUPLICATE_CHECK_LIMIT_FOR_COPY_AND_MOVE XS_ENABLE_AUTODRAWINGS_IN_MENU XS_ENABLE_DOUBLE_BUFFERING_IN_DRAWINGS XS_ENABLE_POUR_MANAGEMENT XS_ENABLE_SOLID_ERROR_DIALOG Bestanden en mappen in Tekla Structures 37 Bestanden die opties en variabelen opslaan

38 XS_EXPORT_CODEPAGE XS_EXPORT_LINE_TYPE_DEFINITION_FILE XS_EXPORT_TO_MODELSPACE_AND_PAPERSPACE XS_FAILED_SOLID_COLOR XS_GRID_COLOR XS_GRID_COLOR_FOR_WORK_PLANE XS_GRID_DIMENSION_OVERALL_LENGTH XS_HANDLE_SCALE XS_HIDDEN_USE_BOLT_PLANES XS_HIDE_OTHER_PARTS_IN_ASSEMBLY_AND_CAST_UNIT_VIEWS XS_HIDE_WORKAREA XS_HIGHLIGHT_ASSOCIATIVE_DIMENSION_CHANGES XS_HIGHLIGHT_MARK_CONTENT_CHANGES XS_HTML_REPORT_LEAVE_INTERMEDIATE_FILES XS_IMPERIAL_DATE XS_IMPERIAL_INPUT XS_IMPERIAL_TIME XS_IMPORT_MODEL_LOG XS_INTELLIGENT_MESSAGES_ALLOWED XS_KEEP_AUTOSAVE_FILES_ON_EXIT_WHEN_NOT_SAVING XS_KEYIN_ABSOLUTE_PREFIX XS_KEYIN_DEFAULT_MODE XS_KEYIN_RELATIVE_PREFIX XS_MACRO_LOG XS_MDIBASICVIEWPARENT XS_MDIVIEWPARENT XS_MDIZOOMPARENT XS_MIS_SEQUENCE XS_MODEL_TEMPLATE_DIRECTORY XS_NO_AUTO_DISPLAY_VIEWS XS_NO_CHAMFERS_IN_EXACT_MODE XS_OBJECT_SELECTION_CONFIRMATION XS_OPEN_DRAWINGS_MAXIMIZED XS_PILOTING_EXTENSIONS XS_PIXEL_TOLERANCE XS_POP_MARK_EDGE_DISTANCE XS_PRINT_REPORT_FONT Bestanden en mappen in Tekla Structures 38 Bestanden die opties en variabelen opslaan

39 XS_PROFILE_ANALYSIS_CHECK_ALL XS_PROFILE_ANALYSIS_VALUE_DIFF_LIMIT XS_PROFILE_DISPLAY_INCH_MARK_AFTER_FRACTIONS_IN_REPORTS XS_RECREATE_UNMODIFIED_DRAWINGS XS_REDRAW_VIEWS_AFTER_SELECTED_NUMBERING XS_REFERENCE_CACHE XS_REFERENCE_USE_RENDERED_CLIPPING XS_RENDERED_CURSOR_LINE_WIDTH XS_RENDERED_FIELD_OF_VIEW XS_RENDERED_FOG_END_VALUE XS_RENDERED_FOG_START_VALUE XS_RUN_AT_STARTUP XS_SDNF_IMPORT_MIRROR_SWAP_OFFSETS XS_SHOW_PROGRESS_BAR_FOR_PROJECT_STATUS_VISUALIZATION XS_SHOW_REVISION_MARK_ON_DRAWING_LIST XS_SHOW_TEMPLATE_LOG_MESSAGES XS_SMRT_SEPARATE_MEMORY_POOL_FOR_SOLIDS XS_SMRT_SOLID_POOL_PAGE_SIZE XS_SNAPSHOT_DIRECTORY XS_SOLID_BUFFER_SIZE XS_THUMBNAIL_FONT XS_USE_COLOR_DRAWINGS XS_USE_DRAWING_NAME_AS_PLOT_TITLE XS_USE_MULTI_NUMBERING_WHEN_COPYING_DRAWING_VIEWS XS_USE_SMOOTH_LINES XS_USE_SOFTWARE_RENDERING XS_VIEW_DIM_LINE_COLOR XS_VIEW_DIM_TEXT_COLOR XS_VIEW_FAST_BOLT_COLOR XS_VIEW_HEIGHT XS_VIEW_PART_LABEL_COLOR XS_VIEW_POSITION_X XS_VIEW_POSITION_Y XS_VIEW_WIDTH XS_VISUALIZE_VIEW_NEIGHBOUR_PART_EXTENSION XS_VISUALIZE_VIEW_IN_ANOTHER_VIEWS XS_VISUALIZE_VIEW_IN_FATHER_VIEW_ONLY Bestanden en mappen in Tekla Structures 39 Bestanden die opties en variabelen opslaan

40 XS_ZOOM_STEP_RATIO XS_ZOOM_STEP_RATIO_IN_MOUSEWHEEL_MODE XS_ZOOM_STEP_RATIO_IN_SCROLL_MODE Zie ook Door variabelen gedefinieerde instellingen op pagina 34 Instellingen voor variabelen wijzigen op pagina 40 Instellingen voor variabelen wijzigen Gebruik variabelen om Tekla Structures te configureren en aan te passen aan uw werkwijze of om te voldoen aan specifieke projectvereisten of industrienormen. Wijzig de variabelen alleen in het dialoogvenster Geavanceerde opties. De instellingen in het dialoogvenster Geavanceerde opties overschrijven de instellingen in andere initialisatiebestanden. U wijzigt een variabele als volgt: 1. Klik op Extra --> Opties --> Geavanceerde opties... om het dialoogvenster Geavanceerde Opties te openen. 2. Blader door de categorieën om de variabele te vinden die u wilt instellen. U kunt een zoekterm ook in het vak Zoeken invoeren. Als u de zoekterm in alle categorieën wilt zoeken, selecteert u In alle categorieën. U kunt ook jokers gebruiken. Als u bijvoorbeeld alle variabelen wilt zoeken die de woorden anker en filter bevatten en willekeurige tekens tussen deze twee woorden hebben, dan voert u anker*filter in. 3. Stel de variabele in op de gewenste waarde door de waarde in te voeren of door in de lijst te selecteren. U kunt het type rolspecifieke variabele van SYSTEM (ROLE) naar MODEL (ROLE) of DRAWING(ROLE) wijzigen en andersom in de lijst naast het optietype. Als u de het optietype naar SYSTEM(ROLE) wijzigt, wijzigt de waarde automatisch naar de standaardwaarde. Als u een waarde voor een SYSTEM (ROLE)-optie invoert, wijzigt deze naar MODEL (ROLE) of DRAWING(ROLE). U kunt het type systeemspecifieke variabele van SYSTEM naar MODEL(SYSTEM) wijzigen, waardoor de waarde wordt opgeslagen in het bestand options.ini in de modelmap. Als u de variabele terugzet naar SYSTEM, wordt deze uit het bestand options.ini verwijderd. Bij bepaalde variabelen kunt u knoppen gebruiken, bijvoorbeeld om de inhoud van labels te definiëren: %TPL:PROJECT.NUMBER%. Als u een mappad moet invullen, voert u aan het einde van het mappad een backslash in. Bestanden en mappen in Tekla Structures 40 Bestanden die opties en variabelen opslaan

41 4. Klik op Toepassen of OK. TIP Als u een complete lijst van variabelen in een tekstbestand wilt maken, klikt u op Naar bestand schrijven. De lijst geeft de naam van de variabele samen met de huidige waarde en het huidige type weer. Zie ook Door variabelen gedefinieerde instellingen op pagina Invoerbestanden Tekla Structures gebruikt invoerbestanden om dialoogvensters te beheren en voor het definiëren hoe componenten werken. Alle invoerbestanden hebben de extensie inp. Invoerbestanden die u bijvoorbeeld voor het aanpassen van Tekla Structures kunt gebruiken, worden hieronder weergegeven. Bestand analysis_design_config.inp fltprops.inp objects.inp pop_mark_parts.inp privileges.inp profitab.inp rebar_config.inp rebar_schedule_config.inp Bevat instellingen voor analysis & design. Bevat materialen en afmetingen van de beschikbare strippen. Wordt gebruik om gebruikersattributen te beheren. Bevat instellingen voor centerpunten. Wordt gebruikt om toegangsrechten te beheren. Bevat beschikbare parametrische profielen. Bevat instellingen voor wapeningslabels. Bevat interne buigtypen van wapeningsstaven en de toewijzing ervan aan gebiedsspecifieke buigcodes. De Staafvormmanager is een uitgebreidere manier om buigvormen voor wapeningsstaven te definiëren. Zie ook Analysis model properties Reinforcement settings for drawings Reinforcement in templates Gebruikersattributen aanpassen Veel dialoogvensters bevatten gebruikersattributen voor diverse objecten, waaronder liggers, kolommen, bouten en tekeningen. Tekla Structures geeft deze velden weer als u op de knop Bestanden en mappen in Tekla Structures 41 Invoerbestanden

42 Gebruikersattributen... klikt. U kunt de waarden van de gebruikersattributen in lijsten en tekeningen gebruiken. De definities van een gebruikersattribuut zijn uniek, wat betekent dat een gebruikersattribuut niet verschillende definities voor verschillende objecttypen kan hebben, zoals liggers en kolommen. Als u een nieuw gebruikersattribuut wilt definiëren, maakt u uw eigen objects.inpbestand in het model, het project of de bedrijfsmap. WARNING Kopieer geen objects.inp-bestand in de map..\environments\common \inp\. Het kopiëren van het bestand maakt onnodige duplicaten en latere door Tekla uitgevoerde updates van het objects.inp-bestand kunnen verloren gaan. Tekla Structures leest de objects.inp-bestanden in de volgende volgorde: 1. modelmap 2. projectmap 3. bedrijfsmap 4. systeemmap 5. inp-map De bestanden worden samengevoegd, zodat gebruikersattributen die in de bestanden zijn gedefinieerd, worden weergegeven in de gebruikersinterface. Tekla Structures verwijdert dubbele attributen tijdens het samenvoegen. Als Tekla Structures dezelfde attribuutnaam in verschillende objects.inp-bestanden aantreft, wordt het attribuut uit het eerst gelezen bestand objects.inp gebruikt. Zie ook Definities van gebruikersattributen in een model bijwerken op pagina 43 Het omgevingsdatabesbestand op pagina 42 Objects.inp-eigenschappen op pagina 43 Voorbeeld: Een gebruikersattribuut maken en bijwerken op pagina 45 Het omgevingsdatabesbestand Het omgevingsdatabesbestand (environment.db) bevat de in het model gebruikte definities van de gebruikersattributen om een consistent modelgedrag te garanderen als een model met verschillende structuren wordt gebruikt. Als u een nieuw model maakt, voegt Tekla Structures de definities van uw objects.inpbestanden samen met het environment.db-bestand. Als u later nieuwe Bestanden en mappen in Tekla Structures 42 Invoerbestanden

43 gebruikersattributen aan het objects.inp-bestand toevoegt, worden de definities in environment.db opgeslagen wanneer u het model opent. U kunt uw gebruikersattributen in een objects.inp-bestand wijzigen, maar de gewijzigde definities worden niet automatisch van kracht. Als er conflicten zijn, winnen de definities in environment.db. U moet het commando Controleer en wijzig de attribuutdefinities uitvoeren om de conflicten tussen environment.db en objects.inp te bekijken en de attribuutdefinities te selecteren die u wilt bijwerken. Zie ook Gebruikersattributen aanpassen op pagina 41 Definities van gebruikersattributen in een model bijwerken op pagina 43 Voorbeeld: Een gebruikersattribuut maken en bijwerken op pagina 45 Definities van gebruikersattributen in een model bijwerken Als u de definities van een gebruikersattribuut hebt gewijzigd door het bestand objects.inp te wijzigen, moet u de definities in het model bijwerken. U werkt als volgt de definities van gebruikersattributen bij nadat u het bestand objects.inp hebt gewijzigd: 1. Open het model. 2. Klik op Extra --> Controleer & Repareer Model --> Controleer en wijzig de attribuutdefinities. Het dialoogvenster Controleer en wijzig de attribuutdefinities wordt geopend. 3. Selecteer een attribuut in de lijst aan de linkerzijde om de vergelijking tussen huidige definities en de objects.inp-definities te bekijken. 4. Selecteer in de lijst Verschillen tussen objectklassen met Objects.inp en de huidige instellingen de definities die u wilt bijwerken. 5. Klik op Wijzig de huidige instellingen naar de geselecteerde Objects.inp-instellingen. Zie ook Gebruikersattributen aanpassen op pagina 41 Het omgevingsdatabesbestand op pagina 42 Objects.inp-eigenschappen op pagina 43 Voorbeeld: Een gebruikersattribuut maken en bijwerken op pagina 45 Bestanden en mappen in Tekla Structures 43 Invoerbestanden

44 Objects.inp-eigenschappen In het onderstaande voorbeeld worden de hoofdeigenschappen van objects.inp weergegeven. Eigenschap In dit voorbeeld attribute of unique_attribute attribute attribute is een a standaardattribuut, dat met andere onderdeeleigenschappen wordt gekopieerd. unique_attribute is een attribuut dat niet kan worden gekopieerd. De waarde van het attribuut wordt nooit naar een ander onderdeel gekopieerd. Attributen voor het controleren van de status van onderdelen kunnen doorgaans niet worden gekopieerd. attribute_name MY_INFO_1 Attribuutnaam, gebruikt om de attribuutwaarde te vinden. Zorg ervoor dat de attribuutnaam die u gebruikt nog niet in Tekla Structures wordt gebruikt. Voeg zo nodig een prefix toe om zeker te zijn dat de naam uniek is, bijvoorbeeld uw initialen of een afkorting van uw bedrijfsnaam. Gebruik geen spaties of gereserveerde tekens in attribuutnamen. De maximale lengte van de naam kan 19 tekens groot zijn. Als u het attribuut in een lijst of template wilt opnemen, voegt u de naam van het attribuut toe aan uw opmaak in de Template Editor. Wanneer u een lijst uitvoert of een tekening maakt, geeft Tekla Structures de huidige waarde van het attribuut weer. label_text My Info 1 Het label dat Tekla Structures in het dialoogvenster weergeeft. Sommige standaardattributen hebben prompts als j_comment, wat betekent dat de prompt afkomstig is uit het berichtenbestand joints.ail. value_type string integer of float voor getallen string voor tekst string_not_modifiable voor tekst waarvan wijziging wordt voorkomen. Een veld met Bestanden en mappen in Tekla Structures 44 Invoerbestanden

45 Eigenschap In dit voorbeeld de eigenschap string_not_modifiable wordt altijd gedimd weergegeven en kan niet worden in- of uitgeschakeld. De waarde in het veld wordt niet opgeslagen wanneer u op de knop Toepassen klikt en wordt niet aangepast wanneer u op de knop Wijzig klikt. option voor lijsten date voor datum met kleine kalender date_time_min voor datum en tijd [12:00] met kleine kalender date_time_sec voor datum en tijd [12:00:00] met kleine kalender field_format %s De definitie van de veldindeling in het dialoogvenster. %s voor tekenreeksen %d voor getallen special_flag no no of yes check_switch none none attribute_value_max attribute_value_min Voor onderdelen: rekening mee houden bij het nummeren Voor tekeningen: geef de attribuutwaarde in de tekeningenlijst weer Voor andere elementen: geen effect Deze optie wordt niet gebruikt. Deze optie wordt niet gebruikt. Deze optie wordt niet gebruikt. Voorbeeld: Een gebruikersattribuut maken en bijwerken Dit voorbeeld geeft weer hoe u uw eigen gebruikersattribuut maakt en het model bijwerkt om de gewijzigde attribuutdefinitie te gebruiken. U kunt als volgt een gebruikersattribuut maken en bijwerken: Bestanden en mappen in Tekla Structures 45 Invoerbestanden

46 Een nieuw gebruikersattribuut maken 1. Maak een nieuw model en sla dit op. De gebruikersattributen in het model worden uit objects.inp-bestanden samengevoegd en Tekla Structures slaat de attribuutdefinities op in het bestand environment.db in de modelmap. 2. Sluit het model. 3. Maak met een standaardteksteditor in de modelmap een invoerbestand dat objects.inp heet. 4. Voer de volgende gegevens in objects.inp in. OPMERKING Als u een gebruikersattribuut wilt maken dat ook op nummering van invloed is, stelt u de eigenschap special_flag van het attribuut in op yes (in het onderstaande voorbeeld is dit no). Net als in het bovenstaande voorbeeld moet de definitie van tab_page zich in het gedeelte part en het gedeelte column bevinden (beam enzovoort) hoeft hier alleen een referentie naar te hebben. 5. Sla objects.inp op. Bestanden en mappen in Tekla Structures 46 Invoerbestanden

47 Het gebruikersattribuut testen 1. Open het model. 2. Maak een stalen kolom. 3. Dubbelklik op de stalen kolom om het eigenschappendialoogvenster te openen. 4. Klik op Gebruikersattributen. 5. Ga naar het tabblad Mijn UDA. 6. Voer in het vak Mijn UDA een waarde in. 7. Klik op Wijzig. 8. Kopieer de stalen kolom. 9. Controleer het vak Mijn UDA van de nieuwe stalen kolom. De attribuutwaarde is ook gekopieerd. 10. Sluit het model. Het gebruikersattribuut wijzigen 1. Open het bestand objects.inp in de modelmap met een standaardteksteditor. 2. Voer unique_ vóór het gebruikersattribuut in. Dit maakt het gebruikersattribuut uniek, wat inhoudt dat de waarde van het gebruikersattribuut niet naar een ander onderdeel wordt gekopieerd. 3. Sla objects.inp op. Bestanden en mappen in Tekla Structures 47 Invoerbestanden

48 Het unieke gebruikersattribuut testen 1. Open het model. 2. Voer in het vak Mijn UDA een waarde voor een stalen kolom in en klik op Wijzigen. 3. Kopieer de stalen kolom. 4. Controleer het vak Mijn UDA van de nieuwe kolom. 5. De waarde is gekopieerd, dus het gebruikersattribuut in het model is niet uniek. Er is een conflict is tussen de definities in environment.db en objects.inp. De definities van de gebruikersattributen bijwerken 1. Klik op Extra --> Controleer & Repareer Model --> Controleer en wijzig de attribuutdefinities. Het dialoogvenster Controleer en wijzig de attribuutdefinities wordt geopend. 2. Selecteer Mijn UDA in het gebied Attribuut aan de linkerzijde. U kunt zien dat Mijn UDA niet uniek is in de huidige instellingen, maar het is in objects.inp op uniek ingesteld. 3. Selecteer de definities in het gebied aan de rechterkant. 4. Klik op Wijzig de huidige instellingen naar de geselecteerde Objects.inp-instellingen. De definitie van het gebruikersattribuut is nu in het model bijgewerkt. Als u nu een stalen kolom kopieert die een waarde heeft voor Mijn UDA, wordt de waarde niet naar de nieuwe kolom gekopieerd. Zie ook Definities van gebruikersattributen in een model bijwerken op pagina 43 Gebruikersattributen aanpassen op pagina 41 Objects.inp-eigenschappen op pagina 43 Platen als strippen weergeven in tekeningen en lijsten In Tekla Structures kunt u platen weergeven als het equivalent voor de strippen voor fabricage. Tekla Structures geeft de platen als strippen weer in lijsten en tekeningen. U geeft platen als volgt als strippen weer: 1. Stel de variabele XS_USE_FLAT_DESIGNATION op TRUE in. Bestanden en mappen in Tekla Structures 48 Invoerbestanden

49 2. Geef de prefix op die u wilt gebruiken voor strippen met de variabele XS_FLAT_PREFIX. Bijvoorbeeld: XS_FLAT_PREFIX=FLAT. 3. Stel indien nodig de overige plaatwerkgerelateerde variabelen in. 4. Definieer materialen, dikte en breedte van beschikbare strips in het bestand Fltprops.inp. TIP Als u wilt voorkomen dat Tekla Structures het profiel in metrische eenheden in de US Imperial-versie weergeeft, voegt u de stripprefix als parametrisch profiel aan het bestand profitab.inp toe. Zie ook Bekijk ook pagina Plaatwerk in het dialoogvenster Geavanceerde opties voor meer informatie over variabelen in relatie tot plaatwerk. Stripformaten definiëren met Fltprops.inp op pagina 49 Stripformaten definiëren met Fltprops.inp Gebruik het bestand..\environments\your_environment\profil \Fltprops.inp om de dikte, de breedte en het materiaal van de strip te definiëren. OPMERKING Kopieer het bestand Fltprops.inp naar een model-, project- of bedrijfsmap en wijzig vervolgens indien nodig het bestand in de nieuwe locatie. De eerste rij in het bestand bevat de materiaaldefinities van de strip (tussen aanhalingstekens " ") gevolgd door de dikte van de plaat. Als u geen materiaal definieert, kunt u alle materialen voor alle strippen gebruiken. De volgende rijen definiëren de breedte van beschikbare strips. De eenheden zijn millimeters. Voorbeeld Fltprops.inp bevat de volgende gegevens: Met bovenstaande gegevens geeft Tekla Structures de volgende platen als strips weer: Plaat Materiaal 5x40, 5x45, 6x50, 6x55 Alle materialen Bestanden en mappen in Tekla Structures 49 Invoerbestanden

50 Plaat 8x60, 8x65, 10x70, 10x75 S235 10x100, 10x110, 15x200, 15x220 S275J0 Materiaal De strippen krijgen de prefix die in de variabele XS_FLAT_PREFIX is ingesteld. Zie ook Platen als strippen weergeven in tekeningen en lijsten op pagina 48 Parameters voor uitslagen definiëren De parameters voor uitslagen definiëren de locatie van de neutrale as wanneer een profiel wordt uitgeslagen. De neutrale as is een lijn die langs de lengte van een profiel loopt waar de spanning gelijk aan nul is. Met deze parameters maakt Tekla Structures NC-bestanden en worden uitgeslagen profielen in onderdeeltekeningen weergegeven. Als u parameters voor uitslagen wilt definiëren, wijzigt u het bestand unfold_corner_ratios.inp, dat zich in de systeemmap bevindt, met een standaard teksteditor. U kunt het bestand unfold_corner_ratios.inp naar een model-, project- of bedrijfsmap kopiëren en vervolgens indien nodig het bestand in de nieuwe locatie wijzigen. Tekla Structures zoekt naar dit bestand in de standaardzoekvolgorde. OPMERKING De instellingen in unfold_corner_ratios.inp hebben geen effect als de variabele XS_USE_OLD_POLYBEAM_LENGTH_CALCULATION is ingesteld. Zie ook Zoekvolgorde voor mappen op pagina 88 Eigenschappen van parameters voor uitslagen op pagina 50 Eigenschappen van parameters voor uitslagen Hieronder ziet u een voorbeeld van parameters voor uitslagen in unfold_corner_ratios.inp en de beschrijving van de parameters. 1 HE300A S235JR Bestanden en mappen in Tekla Structures 50 Invoerbestanden

51 Eigenschap In dit voorbeeld Type 1 1 is polyprofielen 2 is platen die als polyprofielen zijn gemodelleerd (bijvoorbeeld PLT) 3 is voor onderdelen die niet zijn uitgeslagen en de oude polyprofielberekening volgen (de lijn 3 L* * schakelt bijvoorbeeld het uitslaan van L-profielen uit) Profiel HE300A U kunt ook jokertekens met een profielen gebruiken, bijvoorbeeld HE300*. Materiaal S235JR U kunt ook jokertekens met materiaal gebruiken, bijvoorbeeld S235*. Rotatie/dikte min. 0 Voor polyprofielen: de minimale hoek wanneer het profiel rond zijn lengteas is geroteerd. Voor platen: de minimale dikte van de plaat. Rotatie/dikte max. 180 Voor polyprofielen: de maximale hoek wanneer het profiel rond zijn lengteas is geroteerd. Voor platen: de maximale dikte van de plaat. Vlag 2 Deze eigenschap definieert welke soort onderdelen door de volgende twee eigenschappen worden beïnvloed. 1 is scherpe vouwen. Alleen polyprofielen met rechte afwerkingen worden beïnvloed. 2 is gebogen bochten. Alleen polyprofielen met gebogen afwerkingen worden beïnvloed. Hoek/radius min. 0 Voor scherpe vouwen: de minimale hoek. Voor gebogen bochten: de minimale radius. Hoek/radius max Voor scherpe vouwen: de maximale hoek. Voor gebogen bochten: de maximale radius. Ratio.7 Definieert hoe ver het profiel uitrekt of inkrimpt wanneer het wordt uitgeslagen. Ratio = (1 - de relatieve locatie van de neutrale as). Als alleen het binnenvlak van het profiel inkrimpt, is de ratio 1. Als alleen het buitenvlak van het profiel uitrekt, is de ratio 0. De ratio is standaard 0,5 voor lengteberekening en 0,0 voor buigradiusberekening. Tekla Structures past de ratio voor uitslagen toe als de profieleigenschappen binnen het bereik van de minimale en de maximale waarde liggen. Bestanden en mappen in Tekla Structures 51 Invoerbestanden

52 TIP Om de rotatiehoek te definiëren, stelt u het werkvlak in op de eerste drie punten van het polyprofiel. Stelt de rotatiehoek in het vak Rotatie in het dialoogvenster Ligger eigenschappen in. Zie ook Parameters voor uitslagen definiëren op pagina Databestanden Databestanden bevatten bijvoorbeeld gegevens die in bepaalde onderdelen worden gebruikt. WARNING Deze bestanden zijn van invloed op de werking van componenten. Bewerk de hier weergegeven bestanden niet, tenzij u een beheerder bent. Bestand joints.dat railings.dat steps.dat std_flange_plates.dat std_stiffener_plates.dat marketsize.dat import_macro_data_types.dat Bevat gegevens die worden gebruikt in de componenten Leuning (1024) en Balusters (S76). Wordt gebruikt in de optie Baluster verbindingstype. Bevat de gegevens die worden gebruikt in Leuning (1024). Wordt gebruikt in de optie Baluster verbindingstype. Bevat de gegevens voor Trap (S82) en Trap (S71). Wordt gebruikt in de opties Tredeprofiel en Trede database. Bevat de gegevens voor Plaatkolom (S99). Wordt gebruikt in de opties: Flensplaat buiten Flensplaat binnen Bovenkant plaat profiel Bevat de gegevens die gebruikt worden in Plaatkolom (S99). Wordt gebruikt in het vak Horizontale verstijvingsprofielen. Bevat beschikbare marktmaten voor bepaalde materiaalkwaliteit. Kan worden gebruikt met de functie fmarketsize() in de gebruikerscomponenteditor. Bevat de gebruikersattributen die u kunt opnemen in een invoerbestand in attribuutimport. Bestanden en mappen in Tekla Structures 52 Databestanden

53 Zie ook Stripformaten definiëren met Fltprops.inp op pagina Berichtenbestanden Tekla Structures gebruikt de informatie in de berichtenbestanden om berichten in de gebruikersinterface weer te geven. Berichtenbestanden, bijvoorbeeld tekst die in dialoogvensters wordt gebruikt. Berichtenbestanden bevinden zich in de map..\tekla Structures\<version> \messages (berichtenbestanden met de extensie.ail) en in de map..\tekla Structures\<version>\messages\DotAppsStrings (berichtenbestanden met de extensie.xml). De bestanden bevatten tekst in talen waarin het gebruikersinterface van Tekla Structures beschikbaar is. Zie ook Berichtenbestanden aanpassen op pagina 53 Voorbeeld: Een bericht bewerken op pagina 53 Berichtenbestanden aanpassen U kunt de berichten die Tekla Structures in het gebruikersinterface weergeeft aanpassen. U bewerkt berichten als volgt: 1. U kunt het volgende doen: Als u een.ail-berichtenbestand wilt wijzigen, gaat u naar de map..\tekla Structures\<version>\messages. Als u een.xml-berichtenbestand wilt wijzigen, gaat u naar de map..\tekla Structures\<version>\messages\DotAppsStrings. 2. Open het berichtenbestand dat u met de standaard teksteditor wilt aanpassen. 3. Bewerk indien nodig het bericht. 4. Sla het berichtenbestand op. Zie ook Voorbeeld: Een bericht bewerken op pagina 53 Bestanden en mappen in Tekla Structures 53 Berichtenbestanden

54 Voorbeeld: Een bericht bewerken In dit voorbeeld wijzigt u een bericht dat Tekla Structures voor vulplaten in tekeningen gebruikt. U wilt dat Tekla Structures (NS) in plaats van (N/S) weergeeft. U bewerkt het bericht als volgt: 1. Ga naar de map..\tekla Structures\<version>\messages. 2. Open by_number.ail met een standaard teksteditor. Het bestand by_number.ail bevat zowel prompts als standaardtekst die Tekla Structures in tekeningen gebruikt. 3. Blader naar het volgende gedeelte: string by_number_msg_no_675 {... entry = ("enu", "(N/S)"); }; 4. Wijzig (N/S) in (NS) in de invoerrij. 5. Sla het bestand op en sluit het. Zie ook Berichtenbestanden op pagina Standaardbestanden Standaardbestanden zijn eigenschapsbestanden die Tekla Structures standaard gebruikt. Deze eigenschappen worden in de dialoogvensters van verschillende objecten zoals liggers, kolommen of platen weergegeven als u de optie standaard in de lijst naast de knop Laad selecteert en op de knop Laad klikt. De standaardbestanden worden in de map..\teklastructuresmodels \<model_name>\attributes opgeslagen.deze worden standard.* genoemd waarbij het symbool * de bestandsextensie is.het bestand standard.clm wordt bijvoorbeeld gebruikt voor kolomeigenschappen. Als u een set standaardbestanden in de modelmap wilt opslaan, klikt u op Extra --> Defaults --> Save defaults. Zie ook Instellingen in het dialoogvenster Opties op pagina 20 Bestanden en mappen in Tekla Structures 54 Standaardbestanden

55 Een lijst van standaardbestanden die met het commando Save defaults is opgeslagen Tekla Structures slaat een set standaardbestanden in de map attributes in de huidige modelmap op als u op Extra --> Defaults --> Save Defaults klikt. U kunt deze standaardbestanden voor toekomstig gebruik naar project- of bedrijfsmappen kopiëren om Tekla Structures zo in te stellen dat het past bij de manier waarop u werkt. Bestand standard.cpl standard.fpl standard.prt standard.clm standard.crs standard.dia standard.scr standard.wld standard.prf standard.ler standard.fms standard.num standard.mvi Dialoogvenster Willekeurige plaat-eigenschappen Gezette plaat-eigenschappen Ligger eigenschappen Kolom eigenschappen Eigenschappen orthogonale ligger Dubbel profiel eigenschappen Bout eigenschappen Las eigenschappen Projecteigenschappen Lagen eigenschappen Kaders plotten Nummering instelling Modelvenstereigenschappen Zie ook Project- en bedrijfsmappen op pagina Eigenschappenbestanden In Tekla Structures wordt een aantal bestanden, die allemaal objecteigenschappen bevatten, opgeslagen in de huidige modelmap. Tekla Structures maakt deze eigenschappenbestanden wanneer u in dialoogvensters op Opslaan of Opslaan als klikt. Voorbeeld U wijzigt de standaardkolomeigenschappen om een nieuw type kolom te maken dat u custom1 noemt. Als u op Opslaan als klikt, maakt Tekla Structures het bestand custom1.clm in de huidige modelmap. Zie ook Bestanden en mappen in Tekla Structures 55 Eigenschappenbestanden

56 3.8 Databasebestanden Tekla Structures gebruikt ASCII- bestanden en binaire bestanden om profiel-, materiaal-, wapeningsstaaf-, bout- en boutsamenstellingendatabases te beheren. Elke omgeving heeft zijn eigen map waar de bestanden, die betrekking hebben op de verschillende databases, worden opgeslagen. Het pad..\environments\uk\profil\ bevat bijvoorbeeld de bestanden voor het beheren van databases die in het Verenigd Koninkrijk worden gebruikt. In de volgende tabel worden de bestanden en bestandstypen weergegeven die betrekking hebben op databases. Bestandst ype Bestandsnaam Gebruikt voor Bevindt zich in.inp profitab.inp Definieert de namen die u voor parametrische profielen kunt gebruiken..cnv rebar_database. inp mesh_database.i np matexp_<softwar e>.cnv prfexp_<softwar e>.cnv Bevat details van de wapening die in betonstructuren wordt gebruikt. Bevat zowel de standaardbuigradii als de standaardhaakafmetin gen. Bevat details van de wapeningsnetten die in betonstructuren worden gebruikt. Bevat gegevens om materiaalnamen te converteren wanneer modelinformatie wordt overgedragen met behulp van links. Converteert bijvoorbeeld S235JR naar FE360B voor DSTV. Bevat gegevens om profielnamen te converteren wanneer modelinformatie wordt overgedragen met..\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil..\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil..\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil..\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil..\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil Bestanden en mappen in Tekla Structures 56 Databasebestanden

57 Bestandst ype.clb.lis Bestandsnaam Gebruikt voor Bevindt zich in Bijvoorbeeld RU_CF.clb U kunt de bestandsnaam tijdens het exporteren definiëren. behulp van links. Converteert bijvoorbeeld HEA100 naar HE100A voor DSTV. Bevat de definities van parametrische profielen die worden gebruikt in profitab.inp. Wordt gemaakt als u bout-, profiel- en materiaaldatabases exporteert..db assdb.db De boutsamenstellingenda tabase...\programdata\tekla Structures\<version> \environments\common \inp U kunt de map definiëren waarheen de bestanden moeten worden geëxporteerd...\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil screwdb.db De boutendatabase...\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil.bin profdb.bin De profielendatabase...\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil Zie ook matdb.bin De materialendatabase...\programdata\tekla Structures\<version> \environments \<environment>\profil 3.9 Lettertypebestanden U kunt de locatie van lettertypebestanden definiëren met de variabele DXK_FONTPATH in het teklastructures.ini- of uw omgevingsinitialisatiebestand. U kunt bijvoorbeeld lettertypen gebruiken die beschikbaar zijn in de map..\programdata\tekla Bestanden en mappen in Tekla Structures 57 Lettertypebestanden

58 Structures\<version>\environments\common\fonts. Deze map bevat de volgende lettertypen: Lettertype fixfont.fon romco.fon romsim.fon romsim8.fon GOST type A.ttf GOST type B.ttf Lettertype Tekla Structures grafische lettertypen Tekla Structures grafische lettertypen Tekla Structures grafische lettertypen Tekla Structures grafische lettertypen True Type-lettertype (Cyrillisch) True Type-lettertype (Cyrillisch) Lettertypen worden geconverteerd met lettertypeconversiebestanden die in dezelfde map beschikbaar zijn. Bestand template_fonts.cnv dxf_fonts.cnv Wordt gebruikt om Tekla Structureslettertypen aan Windows-lettertypen toe te wijzen. Wordt gebruikt bij het exporteren van tekeningen. Zie ook Initialisatiebestanden op pagina Symboolbestanden Symbolen worden bijvoorbeeld op verschillende plaatsen in tekeningen gebruikt, bijvoorbeeld als aparte object en in labels. U kunt symbolen maken met de Symbooleditor. De bestandsextensie is in dit geval.sym. U kunt ook symbolen met het formaat.dwg gebruiken. Symboolbestanden van Tekla Structures bevinden zich standaard in de map.. \environments\common\symbols. Zie ook Bestanden en mappen in Tekla Structures 58 Symboolbestanden

59 3.11 Bestanden die aan templates, lijsten en tekeningen gerelateerd zijn Tekla Structures heeft meerdere bestanden die aan templates, lijsten, tekeningen en printen zijn gerelateerd. rpt tpl lay Bestand of bestandstype Locatie plotdev.bin xdproc xdproc.master xdproc.master.png xdproc.png Zie ook Lijsten die met de Template Editor zijn gemaakt Tekeningtemplates die met de Template Editor zijn gemaakt Opmaakdefinities die met het commando Tekeningen & lijsten --> Instellingen Tekening --> Opmaak Tekening... zijn gemaakt. Definities van afdrukapparaat die met het commando Bestand --> Afdrukken... --> Printerdatabase... zijn gemaakt. Voorwaarde Tekeningendatabase Hoofdtekeningbestand Tekeningendatabase Voorbeeld weergavebestanden Tekeningendatabase Miniatuurweergavebestanden Tekeningendatabase...\environments \<your_environment> \system\ en zijn rolspecifieke submappen..\environments \<your_environment> \template...\environments \<your_environment> \system\ en zijn rolspecifieke submappen..\environments \<your_environment \system...\environments \<your_environment> \system\ en zijn rolspecifieke submappen...\environments \<your_environment> \system\ en zijn rolspecifieke submappen...\environments \<your_environment> \system\ en zijn rolspecifieke submappen...\environments \<your_environment> \system\ en zijn rolspecifieke submappen Bestanden en mappen in Tekla Structures 59 Bestanden die aan templates, lijsten en tekeningen gerelateerd zijn

60 3.12 Weergavebestanden Tekla Structures gebruikt op meerdere plaatsen weergavebestanden: In templates in tekeningen In snapshots in tekeningen In dialoogvensters van componenten en miniatuurweergaven In lijntypen in tekeningen In het oppervlaktedialoogvenster In de Tekeningendatabase voor miniatuurweergaven en voorbeeldafbeeldingen In dialoogvensters voor profieleigenschappen De volgende formaten voor afbeeldingsbestanden worden in Tekla Structures ondersteund: In templates: bmp, gif, grd, jpg, ppm, pgm, rle, tiff en xkrl In snapshots in tekeningen en in miniaturen en voorbeeldafbeeldingen voor de Tekeningendatabase: png Andere situaties: bmp Zie ook Adding images in a template Creating and viewing drawing snapshots Adding sample and thumbnail images to master drawings Defining customized line types 3.13 Logbestanden In Tekla Structures worden gegevens in logbestanden geschreven als u bijvoorbeeld een model nummert of een model opslaat. TIP Alle logbestanden bevinden zich in de huidige modelmap. Bestand analysis.log check_database.log In Tekla Structures worden in dit bestand gegevens opgeslagen wanneer u de berekening uitvoert.het bestand bevat ook gegevens over de fouten die zijn opgetreden tijdens de verdeling van de belasting. In Tekla Structures worden in dit bestand gegevens opgeslagen wanneer u het commando Extra --> Controleer & Repareer Model --> Repareer Model uitvoert. Bestanden en mappen in Tekla Structures 60 Weergavebestanden

61 Bestand ClashCheck.log conflict.log drawing_cloning.log drawing_history.log dstv_nc.log filetranerror.log numbering.history save_history.log TeklaStructures.log wizard.log Bevat clashes die tijdens de meest recente clash check zijn gevonden. Bevat conflicten die in de multi-user modus zijn opgetreden wanneer meer dan één gebruiker een object heeft gewijzigd. Bevat informatie over gekloonde tekeningen. Bevat informatie over de historie van tekeningen.gebruik de variabele XS_DRAWING_HISTORY_LOG_TYPE om de inhoud van het bestand te definiëren. Elke keer als u een NC-bestand maakt, worden in Tekla Structures in dit bestand gegevens over de verwerkte merken opgeslagen. Dit bestand wordt alleen gebruikt voor koud gewalste componenten zoals Albion, Ayrshire en Hispan.Als de Bestandsoverdracht-componenten niet werken zoals u verwacht, slaat Tekla Structures foutmeldingen in dit bestand op. Dit bestand bevat de volledige gegevens van elke nummeringsessie die op het model is uitgevoerd.elke sessie is een apart blok in het bestand. In Tekla Structures worden in dit bestand elke keer als u een model opslaat gegevens opgeslagen. Bevat gegevens over de hele sessie van Tekla Structures, vanaf het openen tot het sluiten van het model.het bestand bevat bijvoorbeeld fouten en informatie over welke databases zijn gebruikt. In Tekla Structures worden in dit bestand gegevens opgeslagen als u een set met tekeningvoorwaarden (wizard) uitvoert.het bestand bevat bijvoorbeeld fouten en het aantal gemaakte tekeningen. Zie ook Een logbestand weergeven op pagina 61 XS_DRAWING_HISTORY_LOG_TYPE XS_CNC_CUT_PLANE_HEIGHT XS_LOG_FILE_NAME Een logbestand weergeven U geeft een logbestand als volgt weer: 1. Open het model waarvan u de loghistorie wilt weergeven. Bestanden en mappen in Tekla Structures 61 Logbestanden

62 2. Klik op Extra --> Toon Logbestand en selecteer een logbestand dat u wilt onderzoeken. De opties zijn: Logbestand sessiehistorie (TeklaStructures.log) Logbestand historie nummeren (numbering.history) Logbestand tekeninghistorie (drawing_history.log) Logbestand historie opslaan (save_history.log) Logbestand historie clash check (ClashCheck.log) Logbestand analysehistorie (analysis.log) TIP Als u de logbestanden wilt weergeven in een viewer die aan een bestandstype is gekoppeld, bijvoorbeeld in Microsoft Kladblok, selecteert u Extra --> Toon Logbestand --> Met externe viewer. Als u de logbestanden ook op een werkbalk onder aan het venster van Tekla Structures wilt weergeven, selecteert u Extra --> Werkbalken --> Meldingsscherm. Zie ook Logbestanden op pagina 60 Het logbestand numbering.history op pagina 63 Onderdelen weergeven die in een logbestand staan De onderdelen die in een logbestand staan, kunnen in het model worden weergegeven. U geeft onderdelen die in een logbestand staan als volgt weer: 1. Klik op Extra --> Toon Logbestand. 2. Selecteer een logbestand dat u wilt onderzoeken. 3. Selecteer in het logbestand een rij die een onderdeel of een merk bevat. Onderdelen en merken hebben de prefix id. Het onderdeel wordt in het model van Tekla Structures gemarkeerd. Als er zich meerdere onderdelen of merken op een rij bevinden en u die rij selecteert, markeert Tekla Structures alle onderdelen in dat model. U kunt ook onderdelen op verschillende rijen selecteren. TIP U kunt het contextmenu van onderdelen of merken vanuit het logbestand openen door met de rechtermuisknop op een rij, die een onderdeel of een merk bevat, te kikken. Tekla Structures geeft hetzelfde contextmenu weer als wanneer u met de rechtermuisknop op een onderdeel of een merk in het model klikt. Bestanden en mappen in Tekla Structures 62 Logbestanden

63 Zie ook Logbestanden op pagina 60 Het logbestand numbering.history Het logbestand numbering.history bevat de volledige gegevens van elke nummeringsessie die op het model is uitgevoerd. Elke nummeringsessie bevindt zich in een ander blok van het bestand. OPMERKING Als u het logbestand numbering.history verwijdert, genereert Tekla Structures een nieuw bestand met dezelfde naam wanneer u de volgende keer een nummering uitvoert. Het nieuwe bestand bevat geen historie van voorgaande nummeringsessies. Voorbeeld Hieronder ziet u een voorbeeld van de inhoud van een logbestand numbering.history. Gebruikersnaam, datum en tijd van de nummering. Nummeringsmethode Modified numbering wordt weergegeven als u het commando Nummer gewijzigde Onderdelen uitvoert. Modified numbering for selected series wordt weergegeven als u het commando Reeks van geselecteerde objecten nummeren uitvoert. Diagnose & Repair Numbering: All wordt weergegeven als u het commando Diagnose & Repair Numbering: Alle uitvoert. Diagnose & Repair Numbering: Series of selected objects wordt weergegeven als u het commando Diagnose & Repair Numbering: Reeks van geselecteerde objecten uitvoert. Renumber all wordt weergegeven als u de optie Hernummer alles in het dialoogvenster Nummering instelling selecteert. Sommige Vergelijk-opties die in het dialoogvenster Nummering instelling zijn ingesteld, worden alleen in het logbestand numbering.history weergegeven als ze anders zijn ingesteld dan de standaardwaarde: Compare modified to old parts Bestanden en mappen in Tekla Structures 63 Logbestanden

64 Zie ook Compare new to old part No holes comparing No part name comparing Beam orientation Column orientation Sommige Vergelijk-opties worden helemaal niet weergegeven: Stekken Instortvoorzieningen Oppervlakte Nummeringsopties. Use old numbers wordt alleen weergegeven als u de optie Hergebruik vervallen nummers in het dialoogvenster Nummering instelling hebt geselecteerd. Check for standard parts wordt alleen weergegeven als u de optie Controleer op standaard onderdelen in het dialoogvenster Nummering instelling hebt geselecteerd. Toleranties worden in het dialoogvenster Nummering instelling ingesteld. Wijzigingen in de positienummers en de nummerseries tijdens één nummeringsessie. Daarnaast: Als nummerseries elkaar overlappen, worden de fouten naar het logbestand geschreven. Nummeringreeksen in het logbestand numbering.history op pagina 64 Onderdelen weergeven die in een logbestand staan op pagina 62 Nummeringreeksen in het logbestand numbering.history Tekla Structures geeft informatie weer over de genummerde onderdelen en merken in het logbestand numbering.history. Voorbeeld 1 Het logbestand numbering.history is na één betonligger B/20 gemaakt en genummerd: Bestanden en mappen in Tekla Structures 64 Logbestanden

65 Voorbeeld 2 Positienummer van onderdeel. Het onderdeel met het GUID ID510F595D is een onderdeel van de nummeringreeks Concrete_B-20/1. Het onderdeel wordt het eerste onderdeel in de nummeringreeks: Concrete_B-20/0 -> Concrete_B-20/1. Merkpositienummer. Het merk-id van het onderdeel is ID510F595D F Het onderdeel behoort tot de nummeringreeks voor het merk B/20, die ook de nummeringreeks voor het betonelement is. De onderdeel krijgt het merkpositienummer: B/20: B/0 -> B/20. Het logbestand numbering.history is na een andere betonligger B/21 gemaakt en genummerd: Bestanden en mappen in Tekla Structures 65 Logbestanden

66 Zie ook Het onderdeelpositienummer van het nieuwe onderdeel. Het onderdeel met het ID ID510F595D is onderdeel van de nummeringreeks Concrete_B-20/1. Het onderdeel wordt het tweede onderdeel in de nummeringreeks: Concrete_B-20/0 -> Concrete_B-20/2. Merkpositienummer. Het merk-id van het onderdeel is ID510F595D F Het onderdeel behoort tot de nummeringreeks voor het merk B/20, die ook de nummeringreeks voor het betonelement is. De onderdeel krijgt het merkpositienummer: B/20 B/0 -> B/21. Het logbestand numbering.history op pagina 63 Onderdelen weergeven die in een logbestand staan op pagina Modelmapbestanden en bestandsextensies The following table lists the folders, files and file name extensions of files located in a Tekla Structures model folder. Files in the Tekla Structures model folder *.db1 *.db2 Bestand of bestandsextensie environment.db xslib.db1 *.idrm xslib.db2 options_model.db en options_drawings.db Model database De nummeringdatabase Database voor definities van gebruikersattributen Bevat gegevens over gebruikersverbindingen en -details, en standaardbeschrijvingen van componenten. Toewijzingsbestand dat ID's verwerkt.niet wijzigen. Bevat nummeringsinformatie. Bevatten waarden voor modelspecifieke opties vanuit het dialoogvenster Opties en waarden voor modelspecifieke variabelen vanuit het dialoogvenster Geavanceerde opties.als er een model wordt gemaakt, leest Tekla Structures modelspecifieke opties en Bestanden en mappen in Tekla Structures 66 Modelmapbestanden en bestandsextensies

67 Bestand of bestandsextensie history.db xsdb.xs xs_user.<username> save_history.log notification_report.xsr TeklaStructuresModel.xml dotlog.txt *.locked opties voor variabelen vanuit het bestand standard.opt en de.ini-bestanden in de omgevingsmappen en slaat deze in deze twee databases op. Model history database for Tekla Model Sharing and multi-user models. Bestand dat voor het weergeven van de naam van het model in het dialoogvenster Openen worden gebruikt. Bevat door de gebruiker opgegeven interface-instellingen. Each time a model is saved, an xs_user.<username> file is created or updated. These settings are user specific. If the xs_user.<username> file is not found in the model folder when you open the model, Tekla Structures searches for the xs_user.default file in the following folder search order: model, model \attributes, project, firm, system. If this file is not found, Tekla Structures default settings will be used. This file contains settings for many of the switches on the Tools --> Options menu and the settings for the icons on the Selecting and Snapping toolbars. In Tekla Structures worden elke keer wanneer het model wordt opgeslagen de gegevens in dit bestand opgeslagen.het bestand bevat de tijd van opslaan, de datum en informatie over fouten tijdens het opslaan. Het bestand wordt gebruikt om een meldingsrapport van toewijzingen weer te geven wanneer u een model opent. Bevat gegevens over de sessie van Tekla Structures, bijvoorbeeld over het openen, sluiten en welke databases worden gebruikt. Een logbestand dat gegevens bevat over de Tekla Open API-applicatie die in gebruik is. Een tijdelijk bestand dat de modelmapbestanden vergrendelt om wijzigingen te voorkomen terwijl het model in gebruik is. Bestanden en mappen in Tekla Structures 67 Modelmapbestanden en bestandsextensies

68 *.bak Bestand of bestandsextensie assert.txt ClashCheck.txt ClashCheck.history wizard.txt *.lis *.tsc.this_is_multiuser_model ComponentCatalog.xml <user>_componentcataloguserse ttings.xml Worktypes.xml Een back-up van de modeldatabase. Een logbestand dat gegevens over fouten bevat. Een logbestand dat gegevens bevat over de in de meest recente clash check gevonden clashes en de datum en tijd van de clash check. Een logbestand dat gegevens bevat over alle clashes in alle clash checks en de datums en tijden van de clash checks. In Tekla Structures worden in dit bestand gegevens opgeslagen als u een set met tekeningvoorwaarden (wizard) uitvoert.het bestand bevat bijvoorbeeld informatie over fouten, het aantal gemaakte tekeningen en informatie over welke commando's zijn gebruikt. Different catalogs can be exported from and imported to different Tekla Structures models as *.lis files. These include profile, material and bolt catalogs. Shapes can be exported from and imported to different Tekla Structures models as *.tsc files. Bevat gegevens over de pc waarop de multiuser server van Tekla Structures wordt uitgevoerd. In normale omstandigheden moet u dit bestand niet wijzigen of verwijderen.als u een model naar een andere server verplaatst, moet u dit bestand verwijderen.in Tekla Structures wordt een nieuw bestand met dezelfde naam gegenereerd. Contains the model level catalog definitions of the Applications and Components catalog. Lists the recently used applications and components, and their location in the Applications and Components catalog structure. Geeft beschikbare taaktypen weer.wordt gemaakt wanneer u de Taakmanager opstart. Bestanden en mappen in Tekla Structures 68 Modelmapbestanden en bestandsextensies

69 Bestand of bestandsextensie WorkTypeProperties.xml.tmp.cnv Geeft de toegestane eigenschapstypen en hun eenheden weer. Een bestand om tijdelijke gegevens in op te slaan. Een bestand waarmee profiel- en materiaalnamen van Tekla Structures worden toegewezen aan namen die in andere software worden gebruikt. Files in the \Analysis folder Bestand of bestandsextensie *.ifc *.stp *.map analysis_results.db5 *.db6 Het rekenmodel geëxporteerd in IFC-formaat. Het rekenmodel geëxporteerd in CIS/2- formaat. Een bestand voor het verwijderen van fouten in rekenmodellen. Database voor het berekenen van de resultaten van belastingcombinaties. Rekenmodeldatabase. Files in the \attributes folder *.rop *.rop.more *.m *.m *.ncf *.ExportIFC.MainDialog *.m *.m *.m *.m *.m *.m *.m *.SObjGrp *.OrgObjGrp Gebruikersattribuuteigenschappen referentieobject Eigenschappen referentieobject Eigenschappen Fabtrol XML-import Eigenschappen importattribuut Eigenschappen NC-bestand Eigenschappen IFC-export Eigenschappen 3D DWG/DXF-export Eigenschappen 3D DGN-export Eigenschappen FEM-export Eigenschappen export CIS-rekenmodel Eigenschappen export CIS-fabricagemodel Eigenschappen CAD-export Eigenschappen dekkingexport Eigenschappen selectiefilter objectgroep Object group filter properties Bestanden en mappen in Tekla Structures 69 Modelmapbestanden en bestandsextensies

70 *.grd *.grd.more *.grdp *.grdp.more *.mvi Stramien eigenschappen Eigenschappen gebruikersattribuutstramien Stramienlijn eigenschappen Eigenschappen stramienlijn gebruikersattribuut De modelvenstereigenschappen die u voor het model hebt opgeslagen. Bestanden voor de vensterinstellingen van standaard 3D, onderdelen, componenten, gebruikerscomponenten, merken en betonelementen moeten worden opgeslagen met namen die in de algemene omgeving worden gebruikt. 3D-venster:basic_view 3D-onderdeelvenster:part_basic_view Vooraanzicht onderdeel:part_front_view Bovenaanzicht onderdeel:part_top_view Eindaanzicht onderdeel:part_end_view Perspectiefvenster onderdeel:part_persp_view 3D-componentvenster:joint_basic_view Vooraanzicht component:joint_front_view Bovenaanzicht component:joint_top_view Eindaanzicht component:joint_end_view Perspectiefvenster component:joint_persp_view Vooraanzicht gebruikerscomponent:custom_object_editor_ front_view Bovenaanzicht gebruikerscomponent:custom_object_editor_ top_view Eindaanzicht gebruikerscomponent:custom_object_editor_ end_view 3D-venster gebruikerscomponent:custom_object_editor_ perspective_view Bestanden en mappen in Tekla Structures 70 Modelmapbestanden en bestandsextensies

71 *.gvi *.rep *.clm *.clm.more *.prt *.prt.more *.crs *.crs.more *.dia *.dia.more *.cpl *.cpl.more *.ips *.ips.more *.cpf *.cpf.more *.csf *.csf.more 3D-venster voor merken of betonelementen:assembly_basic_view Vooraanzicht merk of betonelement:assembly_front_view Bovenaanzicht merk of betonelement:assembly_top_view Eindaanzicht merk of betonelement:assembly_end_view Achteraanzicht merk of betonelement:assembly_back_view Onderaanzicht merk of betonelement:assembly_bottom_view Assembly or cast unit perspective view: assembly_persp_view Opgeslagen eigenschappen voor het maken van vensters langs stramienlijnen Eigenschappen objectweergave Eigenschappen van stalen kolommen Gebruikersattribuuteigenschappen stalen kolom Eigenschappen van stalen liggers Gebruikersattribuuteigenschappen stalen ligger Orthogonale ligger eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen orthogonale ligger Dubbel profiel eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen dubbele profiel Willekeurige plaat eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen willekeurige plaat Itemeigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen item Betonblok eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen betonblok Betonstrook eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen betonstrook Bestanden en mappen in Tekla Structures 71 Modelmapbestanden en bestandsextensies

72 *.ccl *.ccl.more.*.cbm *.cbm.more *.csl *.csl.more *.cpn *.cpn.more *.ipc *.ipc.more *.rbr *.rbr.more *.rbg *.rbg.more *.rcu *.rci *.rbm *.rbm.more *.rbs *.rbs.more *.rsp *.rsp.more *.admodel *.admodel.more *.lm1 *.lm2 *.lm3 Eigenschappen betonkolom Gebruikersattribuuteigenschappen betonkolom Eigenschappen betonbalk of betonnen polyprofiel Gebruikersattribuuteigenschappen betonbalk of betonnen polyprofiel Betonplaat eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen betonplaat Betonwand eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen betonwand Eigenschappen betonitem Gebruikersattribuuteigenschappen betonitem Wapeningsstaafeigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen wapeningsstaaf Eigenschappen van wapeningsstaafgroepen Gebruikersattribuuteigenschappen wapeningsstaafgroep Eigenschappen gebogen wapeningsstaafgroep Eigenschappen van de groep ronde beugels Eigenschappen wapeningsnet Gebruikersattribuuteigenschappen wapeningsnet Eigenschappen wapeningsstrengpatroon Gebruikersattribuuteigenschappen wapeningsstrengpatroon Wapeningsstaven overlap eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen overlap wapeningsstaven Eigenschappen rekenmodel Gebruikersattribuuteigenschappen rekenmodel Eigenschappen puntbelasting Eigenschappen lijnbelasting Eigenschappen oppervlaktebelasting Bestanden en mappen in Tekla Structures 72 Modelmapbestanden en bestandsextensies

73 *.lm4 *.m *.lm6 *.lco *.adnode *.adnode.more *.prt_ad, *.prt_design *.crs_ad, *.crs_design *.clm_ad, *.clm_design *.dia_ad, *.dia_design *.cpl_ad, *.cpl_design Eigenschappen uniforme belasting Eigenschappen windbelasting Eigenschappen temperatuursbelasting Eigenschappen lastencombinatie Eigenschappen knooppunten Gebruikersattribuuteigenschappen knooppunt Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een stalen ligger zijn gekoppeld.*.prt_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.prt_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de stalen ligger is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een orthogonale stalen ligger zijn gekoppeld.*.crs_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.crs_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de orthogonale stalen ligger is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een stalen kolom zijn gekoppeld.*.clm_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.clm_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de stalen ligger is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een stalen dubbel profiel zijn gekoppeld.*.dia_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.dia_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van het stalen dubbele profiel is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een willekeurige plaat zijn gekoppeld.*.cpl_ad bevat informatie die Bestanden en mappen in Tekla Structures 73 Modelmapbestanden en bestandsextensies

74 *.cpf_ad, *.cpf_design *.csf_ad, *.csf_design *.ccl_ad, *.ccl_design *.cbm_ad, *.cbm_design *.csl_ad, *.csl_design aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.cpl_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de willekeurige plaat is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een betonblok zijn gekoppeld.*.cpf_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.cpf_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van het betonblok is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een betonstrook zijn gekoppeld.*.csf_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.csf_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de betonstrook is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een betonkolom zijn gekoppeld.*.ccl_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.ccl_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de betonkolom is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een betonbalk zijn gekoppeld.*.cbm_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.cbm_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de betonbalk is gekoppeld. Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een betonplaat zijn gekoppeld.*.csl_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.csl_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de plaat is gekoppeld. Bestanden en mappen in Tekla Structures 74 Modelmapbestanden en bestandsextensies

75 *.cpn_ad, *.cpn_design *.srf *.srf.more *.cha *.cha.more.scr.scr.more *.wld *.wld.more *.m *.m *.num *.rpr *.4d standard.opt Bestandstypen die aan de instellingen van berekeningseigenschappen van een betonwand zijn gekoppeld.*.cpl_ad bevat informatie die aan de eigenschappen van rekenonderdelen is gekoppeld en *.cpl_design bevat informatie die aan het werkelijke ontwerp van de betonwand is gekoppeld. Oppervlakte eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen oppervlakte Vellingkant eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen vellingkant Bout eigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen bout Laseigenschappen Gebruikersattribuuteigenschappen las Eigenschappen controlenummer Eigenschappen vergrendeling controlenummer Eigenschappen nummeringsetup Eigenschappen lijst Eigenschappen weergave projectstatus Instellingen worden alleen in standard.opt in de map \attributes opgeslagen als u uw eigen instellingen in het dialoogvenster Opties opslaat met Opslaan. Er is in de omgevingsmap een bestand standard.opt dat de eerste waarde geeft die moet worden geladen als een model wordt gemaakt. Component properties files in the \attributes folder Eigenschappenbestanden voor componenten die in de Componenten database beschikbaar zijn, bijvoorbeeld *.j voor 2L Splice (63) componenteigenschappen. Deze bestanden worden opgeslagen in de map attributes onder de modelmap. Bestanden en mappen in Tekla Structures 75 Modelmapbestanden en bestandsextensies

76 Object level drawing settings, saved in \attributes folder Bestand of bestandsextensie *.dprt *.dim *.pm *.jm *.sm *.rm *.mrms.pom *.surfm *.note *.wls *.lev *.rev *.drmsh *.drbr.po *.sc *.srf *.dgr *.sbl *.wls *.drtxt *.gln *.grt *.gci *.gar *.gpl *.gpg Eigenschappen onderdeel objectniveau Eigenschappen maatlijn objectniveau Eigenschappen label objectniveau Eigenschappen verbindingslabel objectniveau Eigenschappen boutlabel objectniveau Eigenschappen wapeningslabel objectniveau Eigenschappen gecombineerd wapeningslabel objectniveau Pour object mark properties Eigenschappen oppervlaktelabel objectniveau Eigenschappen associatieve opmerking objectniveau Eigenschappen laslabel objectniveau Eigenschappen peilmaatlabel objectniveau Eigenschappen revisielabel objectniveau Eigenschappen wapeningsnet objectniveau Eigenschappen wapening objectniveau Object level pour object properties Eigenschappen bouten objectniveau Eigenschappen oppervlakte objectniveau Eigenschappen stramien objectniveau Eigenschappen symbool objectniveau Eigenschappen laslabel objectniveau Eigenschappen tekst objectniveau Eigenschappen lijn objectniveau Eigenschappen rechthoek objectniveau Eigenschappen cirkel objectniveau Eigenschappen boog objectniveau Eigenschappen polylijn objectniveau Eigenschappen polygoon en wolk objectniveau View level drawing settings, saved in \attributes folder *.vi Bestand of bestandsextensie Eigenschappen aanzichtniveau Bestanden en mappen in Tekla Structures 76 Modelmapbestanden en bestandsextensies

77 Bestand of bestandsextensie *.vi.copt *.vpm *.vsm *.vnpm *.vsurfm *.vjm *.vrm *.vnrm.vpom *.vp *.vs *.vnp *.vsurf *.vw *.vr *.vnr *.vrmp.vpo *.vg *.vf *.vnf Gedetailleerde objectniveau-instellingen vensterniveau Eigenschappen onderdeellabel vensterniveau Eigenschappen boutlabel vensterniveau Eigenschappen aansluitend onderdeellabel vensterniveau Eigenschappen oppervlaktelabel vensterniveau Eigenschappen verbindingslabel vensterniveau Eigenschappen wapeningslabel vensterniveau Labeleigenschappen van aansluitende wapening op aanzichtniveau View level pour object mark properties Eigenschappen onderdeel vensterniveau Eigenschappen bout vensterniveau Eigenschappen aansluitend onderdeel vensterniveau Eigenschappen oppervlakte vensterniveau Eigenschappen lassen vensterniveau Eigenschappen wapening vensterniveau Eigenschappen van aansluitende wapening op aanzichtniveau Eigenschappen referentieobjecten vensterniveau View level pour object properties Eigenschappen stramien vensterniveau Eigenschappen filter vensterniveau Eigenschappen filter aansluitend onderdeel vensterniveau Files related to single-part drawings, drawing level properties, saved in \attributes folder Bestand of bestandsextensie *.wd *.wd.copt *.wd.more *.wdf Eigenschappen onderdeeltekening Onderdeeltekening gedetailleerde objectniveau-instellingen Gebruikersattributen onderdeeltekening Eigenschappen filter onderdeeltekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 77 Modelmapbestanden en bestandsextensies

78 Bestand of bestandsextensie *.wdnf *.wdl *.wdl.more *.wdv *.wdv.more *.wdc *.wdc.more *.wdd *.wdd.more *.wdcd *.wdcd more *.wpm *.wsm *.wnpm *.wdsurfm *.wdsurfm.more *.wjm *.wdp *.wds *.wds.more *.wdnp *.wdnp.more *.wdsrf *.wdsrf.more Eigenschappen filter onderdeeltekening aansluitend onderdeel Eigenschappen opmaak onderdeeltekening Gebruikersattributen opmaak onderdeeltekening Eigenschappen aanzicht onderdeeltekening Gebruikersattributen aanzicht onderdeeltekening Eigenschappen doorsnede onderdeeltekening Gebruikersattributen doorsnede onderdeeltekening Eigenschappen maatlijn onderdeeltekening Gebruikersattributen maatlijn onderdeeltekening Eigenschappen bemating onderdeeltekening Gebruikersattributen bemating onderdeeltekening Eigenschappen onderdeellabel onderdeeltekening Eigenschappen boutlabel onderdeeltekening Eigenschappen label aansluitend onderdeel onderdeeltekening Eigenschappen oppervlaktelabel onderdeeltekening Gebruikersattributen oppervlaktelabel onderdeeltekening Eigenschappen verbindingslabel onderdeeltekening Eigenschappen onderdeel onderdeeltekening Eigenschappen bouten onderdeeltekening Gebruikersattributen bouten onderdeeltekening Eigenschappen aansluitend onderdeel onderdeeltekening Gebruikersattributen aansluitend onderdeel onderdeeltekening Eigenschappen oppervlakte onderdeeltekening Gebruikersattributen oppervlakte onderdeeltekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 78 Modelmapbestanden en bestandsextensies

79 Bestand of bestandsextensie *.wdgr *.wdgr.more *.wdr *.wdr.more Eigenschappen stramien onderdeeltekening Gebruikersattributen stramien onderdeeltekening Eigenschappen beveiliging onderdeeltekening Gebruikersattributen beveiliging onderdeeltekening Files related to assembly drawings, drawing level properties, saved in \attributes folder Bestand of bestandsextensie *.ad *.ad.more *.adf *.adnf *.adl *.adl.more *.adv *.adc *.add *.add.more *.adcd *.adcd.more *.apm *.asm *.anpm *.adsurfm *.adsurfm.more *.ajm *.adp *.adp.more *.ads *.adnp Eigenschappen merktekening Gebruikersattributen merktekening Eigenschappen merktekeningfilter Eigenschappen merktekeningfilter aansluitend onderdeel Eigenschappen merktekening-layout Gebruikersattributen layout merktekening Eigenschappen aanzicht merktekening Eigenschappen doorsnede merktekening Eigenschappen maatlijn merktekening Gebruikersattributen maatlijn merktekening Eigenschappen bemating merktekening Gebruikersattributen bemating merktekening Eigenschappen onderdeellabel merktekening Eigenschappen boutlabel merktekening Eigenschappen aansluitend onderdeellabel merktekening Eigenschappen oppervlaktelabel merktekening Gebruikersattributen oppervlaktelabel merktekening Eigenschappen verbindingslabel merktekening Eigenschappen onderdeel merktekening Gebruikersattributen onderdeel merktekening Eigenschappen bouten merktekening Eigenschappen aansluitend onderdeel merktekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 79 Modelmapbestanden en bestandsextensies

80 Bestand of bestandsextensie *.adnp.more *.adsrf *.adsrf.more *.adw *.adw.more *.adgr *.adgr.more *.adr Gebruikersattributen aansluitend onderdeel merktekening Eigenschappen oppervlakte merktekening Gebruikersattributen oppervlakte merktekening Eigenschappen lassen merktekening Gebruikersattributen lassen merktekening Eigenschappen stramien merktekening Gebruikersattributen stramien merktekening Eigenschappen beveiliging merktekening Files related to cast unit drawings, drawing level properties, saved in \attributes folder Bestand of bestandsextensie *.cud *.cud.copt *.cud.more *.cudl *.cudl.more *.cudv *.cudv.more *.cudc *.cudc.more *.cudd *.cudd.more *.cudcd *.cudcd.more *.cupm *.cusm *.cunpm *.cudsurfm *.cudsurfm.more Betontekening eigenschappen Gedetailleerde objectniveau-instellingen betontekening Gebruikersattributen betontekening Eigenschappen layout betontekening Gebruikersattributen layout betontekening Eigenschappen aanzicht betontekening Gebruikersattributen aanzicht betontekening Eigenschappen doorsnede betontekening Gebruikersattributen doorsnede betontekening Eigenschappen maatlijn betontekening Gebruikersattributen maatlijn betontekening Eigenschappen bemating betontekening Gebruikersattributen bemating betontekening Eigenschappen onderdeellabel betontekening Eigenschappen boutlabel betontekening Eigenschappen aansluitend onderdeellabel betontekening Eigenschappen oppervlaktelabel betontekening Gebruikersattributen oppervlaktelabel betontekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 80 Modelmapbestanden en bestandsextensies

81 Bestand of bestandsextensie *.cudrm *.cudrm.more *.cudp *.cudp.more *.cuds *.cuds.more *.cudnp *.cudnp.more *.cudsrf *.cudsrf.more *.cudr *.cudr.more *.cudw *.cudw.more *.cudgr *.cudgr.more *.cudrp *.cudrp.more *.cuf *.cunf Eigenschappen wapeningslabel betontekening Gebruikersattributen wapeninglabel betontekening Eigenschappen onderdeel betontekening Gebruikersattributen onderdeel betontekening Bouteigenschappen betontekening Gebruikersattributen bouten betontekening Eigenschappen aansluitend onderdeel betontekening Gebruikersattributen aansluitend onderdeel betontekening Eigenschappen oppervlakte betontekening Gebruikersattributen oppervlakte betontekening Eigenschappen wapening betontekening Gebruikersattributen wapening betontekening Eigenschappen lassen betontekening Gebruikersattributen lassen betontekening Eigenschappen stramien betontekening Gebruikersattributen stramien betontekening Eigenschappen beveiliging betontekening Gebruikersattributen beveiliging betontekening Eigenschappen filter betontekening Eigenschappen filter aansluitend onderdeel betontekening Files related to general arrangement drawings, drawing level properties, saved in \attributes folder Bestand of bestandsextensie *.gd *.gd.copt *.gd.more *.gdl Overzichttekening eigenschappen General arrangement drawing detailed object level settings Gebruikersattributen overzichttekening Eigenschappen layout overzichttekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 81 Modelmapbestanden en bestandsextensies

82 Bestand of bestandsextensie *.gdl.more *.gdv *.gdv.more *.gdd *.gdd.more *.gdcd *.gdcd.more *.gpm *.gsm *.gnpm *.gdsurfm *.gdsurfm.more *.gjm *.gdrm *.gdrm.more *.gnrm *.gpom *.gdp *.gdp.more *.gds *.gds.more *.gdnp *.gdnp.more Gebruikersattributen layout overzichttekening Eigenschappen aanzicht overzichttekening Gebruikersattributen aanzicht overzichttekening Eigenschappen maatlijn overzichttekening Gebruikersattributen maatlijn overzichttekening Eigenschappen bemating overzichttekening Gebruikersattributen bemating overzichttekening Eigenschappen onderdeellabel overzichttekening Eigenschappen boutlabel overzichttekening Eigenschappen aansluitend onderdeellabel overzichttekening Eigenschappen oppervlaktelabel overzichttekening Gebruikersattributen oppervlaktelabel overzichttekening Eigenschappen verbindingslabel overzichttekening Eigenschappen wapeningslabel overzichttekening Gebruikersattributen wapeninglabel overzichttekening General arrangement drawing neighbor reinforcement mark properties General arrangement drawing pour object mark properties Eigenschappen onderdeel overzichttekening Gebruikersattributen onderdeel overzichttekening Eigenschappen bouten overzichttekening Gebruikersattributen bouten overzichttekening Eigenschappen aansluitend onderdeel overzichttekening Gebruikersattributen aansluitend onderdeel overzichttekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 82 Modelmapbestanden en bestandsextensies

83 Bestand of bestandsextensie *.gdsrf *.gdw *.gdw.more *.gdr *.gdr.more *.gnr *.gpo *.gpbr *.gdrmp *.gdrmp.more *.gdgr *.gdgr.more *.gdrp *.gdrp.more *.gdf *.gdnf Eigenschappen oppervlakte overzichttekening Eigenschappen lassen overzichttekening Gebruikersattributen lassen overzichttekening Eigenschappen wapening overzichttekening Gebruikersattributen wapening overzichttekening General arrangement drawing neighbor reinforcement properties General arrangement drawing pour object properties General arrangement drawing pour break properties Eigenschappen referentieobjecten overzichttekening Gebruikersattributen referentiemodel overzichttekening Eigenschappen stramien overzichttekening Gebruikersattributen stramien overzichttekening Eigenschappen beveiliging overzichttekening Gebruikersattributen beveiliging overzichttekening Eigenschappen filter overzichttekening Eigenschappen filter aansluitend onderdeel overzichttekening Files related to multidrawings, drawing level properties, saved in \attributes folder Bestand of bestandsextensie *.md *.md.more *.mdl *.mdl.more *.mdr *.mdr.more Eigenschappen verzameltekening Gebruikersattributen verzameltekening Eigenschappen layout verzameltekening Gebruikersattributen layout verzameltekening Eigenschappen beveiliging verzameltekening Gebruikersattributen beveiliging verzameltekening Bestanden en mappen in Tekla Structures 83 Modelmapbestanden en bestandsextensies

84 Files common to all drawings, and files in the \drawings folder Bestand of bestandsextensie *.dg *.ldb *.ldr *.cs *.detail *.fas *.fhl.dsf *.GridsDimXml *.ShapeDimXml *.HolesDimXml *.FilterDimXml *.OverallDimXml *.RecessesDimXml *.SecPartsDimXml *.dg.dpm Tekeningbestanden Eigenschappen tekeningexportlayer Eigenschappen tekeninglink Eigenschappen doorsnedesymbool Eigenschappen detailsymbool Eigenschappen tekstbestand Eigenschappen hyperlink Eigenschappen tekeningselectiefilter. Dit bestand wordt opgeslagen wanneer u TekeningSelectiefilter in het venster Filter of in het dialoogvenster Filtereigenschappen selecteert. Dimensioning rules Drawing snapshot files created with the snapshot tool in \snapshots subfolder Files related to IFC export in \IFC folder *.ifc Bestand of bestandsextensie Exported IFC files Files related to NC in the \DSTV_Profiles folder *.nc1 Bestand of bestandsextensie NC-bestanden (Numerical Control) Files in the \ModelSharing folder Bestand of bestandsextensie ModelSharingService.key Key file that is needed to perform sharing in Tekla Model Sharing. FileSharing.ini File sharing settings in Tekla Model Sharing. Bestanden en mappen in Tekla Structures 84 Modelmapbestanden en bestandsextensies

85 Bestand of bestandsextensie FileSharing.xml File needed for file sharing in Tekla Model Sharing. Files in the \ProjectOrganizer folder *.db Bestand of bestandsextensie Created when Organizer is opened for the first time. Contains all property template and category information used in the model. The database name shows the version of the database, for example, ProjOrg db. Files related to reports in the \Reports folder *.xsr Bestand of bestandsextensie Lijsten in Tekla Structures Files in the \SessionFileRepository folder Bestand of bestandsextensie Files in the SessionFileRepository folder SessionFile.db.storage Backup copies of the files that are updated or deleted in Tekla Model Sharing read in. Database for managing model folder files in Tekla Model Sharing. Configuration file of SessionFile.db. Files related to shapes in the \ShapeGeometries and \Shapes folders *.xml *.xml Bestand of bestandsextensie Shape geometry descriptions in the \ShapeGeometries folder Shape descriptions in the Shapes folder Files in the \screenshots folder *.png Bestand of bestandsextensie Een screenshot dat in Tekla Structures is gemaakt. Files related to Unitechnik export in the \UT_files folder *.uni Bestand of bestandsextensie Exported Unitechnik files Bestanden en mappen in Tekla Structures 85 Modelmapbestanden en bestandsextensies

86 Files related to Web Viewer in the \PublicWeb folder Bestand of bestandsextensie Model.xml index.html Model.zsol Bestanden in de map css Bestanden in de map dll Bestanden in de map help Bestanden in de map images Web Viewer-model in XML-formaat Indexbestand voor het Web Viewer-model Bevat informatie over massieve objecten in het Web Viewer-model Bevat Cascading Style Sheet (CSS)- bestanden voor het Web Viewer-model Bevat DLL-bestanden (Dynamic Link Libraries) voor het Web Viewer-model Bevat Web Viewer-help en css-bestanden. Bevat grafische bestanden die in Web Viewer worden gebruikt 3.15 Tekla Structures-bestanden en maplocaties controleren en wijzigen Directory Browser is een tool die u helpt bij het zoeken en wijzigen van de locatie van de verschillende Tekla Structures-bestanden en mappen, en het aanpassen van gebruikersinstellingen. OPMERKING Normaalgesproken konden alleen de beheerders deze instellingen wijzigen. Als u deze zelf wijzigt, u hetzelfde model met andere gebruikers deelt en uw instellingen van degenen van het project afwijken, hebt u problemen. Het toevoegen of wijzigen van bestanden in enkele van deze mappen kan ook beheerrechten vereisen. Zo zoekt u bestanden en mappen, en past u uw Tekla Structures-instellingen aan: 1. Klik op de knop Applicaties en componenten in de rechterbovenhoek van het Tekla Structures-hoofdvenster om de database Applicaties en componenten te openen. 2. Klik op de pijl naast Applicaties om de lijst met applicaties te openen. 3. Dubbelklik op DirectoryBrowser. Het dialoogvenster Directory Browser wordt weergegeven. Hier kunt u de meest algemene mappaden controleren en de instellingen in uw user.ini-bestand of in het gebruikerspecifieke of modelspecifieke options.ini-bestand aanpassen. Bestanden en mappen in Tekla Structures 86 Tekla Structures-bestanden en maplocaties controleren en wijzigen

87 4. Controleer de mappaden en wijzig deze indien nodig door op de knoppen aan de linkerzijde van het tabblad Basis te klikken. Als u op de knop Project of Bedrijf klikt en u uw bedrijfs- en projectmap niet hebt ingesteld, vraagt Tekla Structures u dat te doen en de definitie van het pad naar de map aan uw user.ini-bestand toe te voegen. 5. Controleer de instellingen in de bestanden user.ini en options.ini en wijzig deze indien nodig door op de knoppen aan rechterzijde van het tabblad Basis te klikken. 6. Ga naar het tabblad Geavanceerd en definieer de mappaden voor extra mappen waar u naartoe wilt bladeren, zoals gebruikers componenten en macro s. Voorbeeld Als u de locatie van uw eigen instellingen wilt weergeven, klikt u op Gebruikersinstellingen aan de linkerzijde. Als u de inhoud van één van de gebruikersinstellingenbestanden wilt controleren of wijzigen, klikt u op de knop Gebruikersinstellingen (user.ini) of Gebruikersspecifieke instellingen (options.ini) om het bestand te openen. Bestanden en mappen in Tekla Structures 87 Tekla Structures-bestanden en maplocaties controleren en wijzigen