PIJPLIJN GROEIT IN RAP TEMPO

Transcriptie

1 PIJPLIJN GROEIT IN RAP TEMPO Publicatie Datum: :30 Bron: Pharmaprojects en Axon Volgens een rapport van Pharmaprojects steeg het aantal medicijnen in de pijplijn vorig jaar met 11,5 procent. Hoewel preklinische medicijnen grotendeels verantwoordelijk zijn voor de groeispurt, vestigde de groei van het aantal fase I- en fase III-middelen een record. Voor overheden betekent dit dat de budgetdruk door nieuwe medicijnen de komende jaren waarschijnlijk aanhoudt. Door Sytse Buruma Pharmaprojects heeft een overzicht gepubliceerd van de huidige pijplijn van de farmaceutische industrie. Pharmaprojects beheert een database waarin alle experimentele medicijnen worden opgenomen. Zodoende heeft het bedrijf een goed overzicht van ontwikkelingen in de pijplijn. Anderzijds doet het rapport weinig moeite om serieus genomen te worden komen; er worden Oscars beloofd aan lezers die het juiste groeipercentage hadden geraden en GSK wordt vergeleken met Robert Downey jr. Kwantitatief Het rapport analyseert de pijplijn allereerst vanuit een kwantitatief perspectief. In januari 2016 bevonden zich experimentele medicijnen in de pijplijn. Dat waren er 1418 meer dan in januari 2015, wat een groei van 11,5 procent betekent. Hiermee wordt het groeipercentage van het voorgaande jaar overtroffen; in 2014 steeg het aantal experimentele medicijnen met 8,8 procent. Preklinisch Dit nieuws dient enigszins genuanceerd te worden, want het overgrote gedeelte van de nieuwe medicijnen betrof preklinische middelen. In fase I, II en III is de groei meer bescheiden.

2 Klinisch Toch is ook de groei in de klinische fases indrukwekkend. Het aantal fase I-middelen nam vorig jaar met 11,4 procent toe. In fase II lag het groeicijfer op 5,1 procent en in fase III op 18,1 procent. Fase I en fase III noteren daarmee het hoogste groeicijfer van het afgelopen decennium.

3 Bedrijven Welke bedrijven dragen het meeste bij aan de groeispurt van de pijplijn? GSK heeft de meeste experimentele medicijnen, gevolgd door Novartis en AstraZeneca. Novartis zag zijn pijplijn het sterkst groeien in het afgelopen jaar en wordt daarbij gevolgd door GSK en Pfizer. Indicaties Oncologie blijft de grootste indicatie binnen de pijplijn; de indicatie is verantwoordelijk voor bijna een derde van het aantal experimentele medicijnen. Bovendien groeit de indicatie snel met een

4 groeicijfer van 15,9 procent. Het rapport werpt de vraag op of de groei van oncologie andere indicatiegebieden verdringt. Zo groeide het aantal experimentele middelen tegen cardiovasculaire aandoeningen met slechts vier procent, terwijl zij wereldwijd tot de belangrijkste doodsoorzaken behoren. Conclusie De bevindingen van het rapport komen niet als een verrassing. Het aantal goedgekeurde medicijnen stijgt de laatste jaren fors en er zijn dus al langer signalen dat de pijplijn productiever wordt. Voor patiënten is dit goed nieuws, maar de rijk gevulde pijplijn kan overheden ook kopzorgen bezorgen. Een grote stroom nieuwe medicijnen betekent immers een stijgend geneesmiddelenbudget. In Nederland is deze trend al langer waarneembaar. De Nederlandse farmaceutische markt had het jarenlang moeilijk, maar de omzet steeg in 2015 fors. Nieuwe medicijnen waren daarbij met afstand de belangrijkste groeifactor. Zij genereren jaarlijks een marktgroei van meer dan vijf procent; dit percentage is sinds 2006 niet meer zo hoog geweest. Als we uitgaan van de cijfers van Pharmaprojects, lijkt het een veilige conclusie dat het aantal nieuwe medicijnen de komende jaren significant zal blijven. Minister Schippers lijkt daar in haar geneesmiddelenvisie ook van uit te gaan. De discussie over geneesmiddelen richt zich vooralsnog echter primair op de prijs. Toch is de vraag of het realistisch is om een geneesmiddelenbudget na te streven dat niet of nauwelijks groeit. Ook als de prijzen significant dalen, zal de toestroom van nieuwe geneesmiddelen het budget doen stijgen. Daar ligt dan ook een belangrijke taak voor de farmaceutische industrie: ten tijde van toenemende prijsdruk is het aan bedrijven om uit te leggen hoe een stijgend geneesmiddelenbudget elders binnen de zorg voor lagere kosten zorgt. Op die manier hoeft het paradepaardje van minister Schippers (beperkte stijgende zorguitgaven) wellicht niet in gevaar te komen.

5