SECUNDAIR ONDERWIJS. eerste en tweede leerjaar
|
|
- Barbara Gerritsen
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm: ASO Graad: derde graad Jaar: eerste en tweede leerjaar BASISVORMING SPECIFIEK GEDEELTE Economie-wetenschappen Grieks-wetenschappen Latijn-wetenschappen Moderne talen-wetenschappen Wetenschappen-sport Wetenschappen-topsport Wetenschappen-wiskunde Vak(ken): AV Biologie Basisvorming Specifiek gedeelte 1/1 lt/w 0/+1 lt/w Leerplannummer: 2006/037 (vervangt 2004/060) Nummer inspectie: 2004 / 62 // 1 / I / BS / 2H / III / / D/ (vervangt 2004 / 62 // 1 / I / SG / 1 / III / / V/06)
2 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 1 INHOUD Visie... 2 Beginsituatie... 4 Algemene doelstellingen... 5 Gemeenschappelijke doelstellingen... 7 Leerplandoelstellingen / Leerinhouden Pedagogisch-didactische wenken Algemene pedagogisch-didactische wenken Specifieke pedagogisch-didactische wenken Minimale materiële vereisten Evaluatie Bibliografie Bijlagen Vakgebonden eindtermen biologie Specifieke eindtermen wetenschappen (DSET) Vakoverschrijdende eindtermen... 80
3 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 2 VISIE Biologie als kennisdomein Het vakdomein van de biologie richt zich tot de vraagstelling betreffende het leven. Zoals in andere natuurwetenschappen wordt een beroep gedaan op wetenschappelijke methoden: observeren, beschrijven en experimenteren hetgeen toelaat hypothesen, modellen en wetten te formuleren en te verifiëren. De kennis die op deze wijze tot stand komt leidt tot het op een adequate wijze zoeken naar antwoorden op fundamentele vragen. De vooruitgang in deze wetenschap gedurende de laatste decennia heeft geleid tot revolutionaire inzichten over het leven en tot een exponentiële groei van toepassingsgebieden zoals de biotechnologie en biomedische wetenschappen. Deze inzichten en toepassingsgebieden hebben onvermijdelijk een invloed op ons dagelijks leven en zullen in de toekomst ongetwijfeld nog in belang toenemen. Binnen de natuurwetenschappen neemt biologie een unieke plaats in. Ze verschaft inzicht in de complexiteit van de levende natuur. Ze stelt de mens in staat zich een beeld te vormen van zijn betekenis enerzijds als individu en anderzijds als onderdeel binnen een groter geheel. Op deze wijze laat de biologie toe om een meer rationele en kritische visie te verkrijgen op tal van hedendaagse maatschappelijke problemen zoals milieuverstoring en -verontreiniging, racisme, overbevolking, bio-ethiek en gezondheid. Een goed gefundeerde basiskennis betreffende biologie kan leiden tot correcties van onze conventionele visie op mens en natuur vanuit economische theorieën en van een eenzijdige interpretatie van vooruitgang. De biologie als wetenschap: ontwerpt specifieke methoden om levende organismen te bestuderen en past deze toe; bevordert het verwerven van attituden tegenover de levende natuur; beschrijft bouw en functies van levende wezens (cytologie, histologie, morfologie, fysiologie, voortplanting); ontrafelt ultrastructuur en basisfuncties van leven (moleculaire biologie); beschrijft interacties tussen levende organismen onderling en interacties met hun omgeving (ecologie, ethologie); formuleert verklaringen voor het ontstaan en de ontwikkeling van levensvormen (genetica en evolutie). Biologie als onderwijsvak De inhouden van het biologieonderwijs worden mee bepaald door maatschappelijke ontwikkelingen (politieke, sociale en economische). De tendens van een biowetenschappelijk naar een meer biomaatschappelijk onderwijs is een tegemoetkoming aan de huidige maatschappelijke noden. Het wordt steeds duidelijker dat wetenschappelijke en technologische vooruitgang geen voldoende voorwaarde is voor een gezonde samenleving. Een correct en voorzichtig gebruik van recente wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen en een wijziging van het hedendaagse referentiekader voor vooruitgang zijn cruciaal voor het tot stand komen en behouden van een gezonde samenleving. Hiervoor echter is de medewerking en vooral een mentaliteitsverandering van de gehele bevolking vereist. Die mentaliteitsverandering kan mee bewerkstelligd worden door een biologieonderwijs dat de verwezenlijking hiervan als een belangrijke opdracht beschouwt. Hierdoor biedt het biologieonderwijs een waardenkader aan voor het verdere leven. Een biomaatschappelijk onderwijs vormt zowel didactisch als natuurwetenschappelijk een verantwoord uitgangspunt voor het aanleren van essentiële biologische begrippen en concepten. Het verhoogt tevens de intrinsieke motivatie en de interesse van de leerlingen. In het biologisch onderzoek wordt gebruik gemaakt van verschillende werkwijzen waarbij zowel objectief als intuïtief te werk wordt gegaan. Beide aspecten zouden hun plaats moeten krijgen in het biologieonderwijs. Wat echter het vertrekpunt ook is, steeds wordt gestreefd naar rationele antwoorden op een gesteld probleem. Meestal gebeurt dit via de wetenschappelijke methode. Hierin staat het opstellen van hypothesen centraal. De waarde ervan wordt onderzocht door het verzamelen van bewijsmateriaal. Dit bewijsmateriaal wordt geleverd door waarnemingen of experimenten, door logisch redeneren en door het toetsen van voorspellingen en reële feiten die uit de hypothese kunnen worden afgeleid.
4 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 3 Het bijbrengen van een onderzoeksattitude en het ontdekkend leren staan bijgevolg centraal in het biologieonderwijs. Dit heeft tot gevolg dat er voldoende tijd wordt voorzien voor zelfactiviteit en (inter)actieve kennisopbouw door de leerlingen. Leerlingen vullen soms, vanuit hun persoonlijk referentiekader en opgedane ervaringen, concepten en begrippen verkeerd in. Men spreekt in dit verband van alternatieve concepties of misconcepties. Daarom moet in het biologieonderwijs bijzondere aandacht gaan naar situaties waarbij nieuwe ervaringen worden opgedaan. Hierdoor kunnen deze alternatieve concepties worden afgebouwd en de nieuwe concepten en begrippen beter verankerd. Dit moet leiden tot een nieuwe en meer precieze invulling van door de leerlingen geconstrueerde modellen. Om een dergelijke conceptuele verandering te bewerkstelligen wordt gestreefd naar een coherente verticale samenhang en een uitdiepende uitbouw van de leerstof in de derde graad. Rekening houdend met de verschillende benaderingen van wetenschap kunnen de eindtermen uit de verschillende kerndomeinen van de biologie op verschillende wijzen met toegepaste, praktische, maatschappelijke of actueel wetenschappelijke contexten worden verbonden. In de derde graad worden algemeen biologische verschijnselen behandeld. Vanuit voorbeelden worden processen en structuren aangereikt die kenmerkend zijn voor alle levende wezens. De cel wordt beschouwd als de bouwsteen van levende organismen. Opeenvolgende stadia in de voortplanting worden vooral bij de mens onderzocht. De overdracht van erfelijk materiaal en de wetten die deze beheersen en mechanismen die de evolutie van biologische soorten, met inbegrip van de mens in de geologische tijd beschrijven, worden eveneens in de derde graad onderzocht.
5 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 4 BEGINSITUATIE Bepaling van de leerlingengroep Dit leerplan AV Biologie is bestemd voor de studierichtingen met de pool wetenschappen met 1 lestijd/week (1e leerjaar) en 2 lestijden per week (2e leerjaar) van de derde graad ASO. Eventueel kan voor een extra lestijd AV Biologie in het complementaire gedeelte gekozen worden. Voor de leerlingen uit studierichtingen met de pool wetenschappen gelden nl. zowel de vakgebonden eindtermen biologie van de basisvorming (in het leerplan aangeduid met ETb), als de decretale specifieke eindtermen (in het leerplan aangeduid met DSET). Om de veiligheid bij het uitvoeren van leerlingenproeven niet in het gedrang te brengen is het aangewezen dat het aantal leerlingen niet meer dan 20 bedraagt. De leraar oordeelt of hij, rekening houdend met het aantal leerlingen, met de uitrusting van zijn laboratorium en de aard van de te gebruiken toestellen en producten, de door het leerplan voorgeschreven demonstratieen leerlingenproeven zonder gevaar kan uitvoeren of laten uitvoeren. Indien hij oordeelt dat de beschikbare uitrusting gevaar voor hemzelf of voor de leerlingen oplevert, verwittigt hij de directeur, die de nodige maatregelen treft om de proeven in de toekomst veilig te laten doorgaan. Beginsituatie Als beginsituatie wordt uitgegaan van het feit dat de leerlingen die de derde graad aanvatten de minimumdoelstellingen van de tweede graad ASO hebben bereikt. In de tweede graad werd de fysiologie van de dieren verfijnd met o.a. de uitgebreide studie van het zenuwstelsel en het hormonaal stelsel. De bestudering van de biologische levensgemeenschappen, die al in het basisonderwijs op een eerder intuïtief niveau was gestart en in de eerste en de tweede graad verder werd ontwikkeld, wordt nu in ecologie meer systematisch behandeld. Voorbeelden De leerlingen kunnen lichamelijke en sociaal-emotionele veranderingen in de puberteit bij jongens en meisjes herkennen. (Eerste graad SO: biologie, eindterm 7.) De leerlingen kunnen hormonale klieren situeren en de functie van hun hormonen beschrijven. (Tweede graad SO: natuurwetenschappen, eindterm B 15.) De leerlingen kunnen voorbeelden geven van interacties tussen organismen en hun omgeving en van interacties tussen organismen onderling. (Tweede graad SO: natuurwetenschappen, eindterm B 20.)
6 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 5 ALGEMENE DOELSTELLINGEN Deze algemene doelstellingen zijn gebaseerd op de gemeenschappelijke eindtermen, de algemene vakgebonden eindtermen en de decretale specifieke eindtermen wetenschappen. Deze doelstellingen worden op een voor de derde graad aangepast beheersingsniveau aangeboden. Algemeen kunnen we stellen dat de verwezenlijking van de doelstellingen bijdraagt tot de persoonlijke ontwikkeling van de leerling als burger en als toekomstig gebruiker van wetenschappelijke kennis. Dit betekent dat de leerlingen binnen het kennisdomein van de basisvoming een grotere diepgang van bepaalde onderwerpen verwerven, dat zij een groter aantal contexten behandelen en dat zij meer begeleide experimenten en zelfstandige opdrachten uitvoeren. De gemeenschappelijke doelstellingen zijn geformuleerd binnen drie domeinen: onderzoeksvaardigheden, technisch-technologische vaardigheden en probleemoplossende vaardigheden. Onderzoeksvaardigheden In het domein van de onderzoeksvaardigheden wordt ontwikkeling die gestart is in de tweede graad voortgezet en uitgebreid. De leerlingen krijgen de mogelijkheid om meer zelfstandig te werken bv zelf een onderzoeksplan opstellen, eigen onderzoeksvragen formuleren... Leerlingen kunnen in toenemende mate van zelfstandigheid: o voorbereiden van het onderzoek: doel van het onderzoek formuleren; onderzoeksvraag correct verwoorden; eventueel hypothesen opstellen; een methode of plan opstellen; keuze en uitleg bij de meetinstrumenten. o uitvoeren en verwerken: waarnemingen doen en de meetwaarden overzichtelijk noteren rekening houdend met de meet nauwkeurigheid van het meettoestel; de meetwaarden ordenen in een tabel en voorstellen in een grafiek. o besluit en evaluatie formuleren: uit de meetwaarden conclusies trekken en de meetmethode evalueren; verslag maken: doel, opstelling, meetresultaten, besluit. Technisch-technologische vaardigheden In het domein van de technisch-technologische vaardigheden maken de leerlingen kennis met verschillende toepassingen van wetenschappelijke kennis en vanuit deze context worden een aantal technischtechnologische vaardigheden ingeoefend. De vaardigheden die de leerlingen nastreven worden zo veel mogelijk geïntegreerd in de leerinhouden aangeboden. Leerlingen kunnen in toenemende mate van zelfstandigheid: de effecten van techniek op de mens en samenleving illustreren en het belang van wetenschappelijke kennis in verschillende toepassingen en beroepen herkennen; het gebruik van eenvoudige instrumenten inoefenen en het doel van apparaten aangeven; bij het raadplegen, verwerken en presenteren van informatie gebruik maken van ICT; de eigenheid van een technisch ontwerp herkennen en omschrijven.
7 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 6 Probleemoplossende vaardigheden In het domein van de probleemoplossende vaardigheden wordt de ontwikkeling van de verworven vaardigheden van de tweede graad ASO verder gezet. Bij het inoefenen van de fysische begrippen en wetten toetsen de leerlingen hun kennis door het oplossen van kennis-, inzicht- en toepassingsvragen. Zij ontwikkelen door het oplossen van een beperkt aantal oefeningen een beginnersniveau van het probleemoplossend gedrag. Leerlingen kunnen in toenemende mate van zelfstandigheid: formules gebruiken voor het oplossen van eenvoudige vragen of vraagstukken en rekening houden met het aantal beduidende cijfers voor de schrijfwijze van het resultaat; bij analyse van het probleem de gegevens noteren met symbolen, een oplossingsformule afleiden en uitwerken tot een resultaat; in een bepaalde probleemsituatie de biologische context herkennen en een oplossingsplan opstellen en uitwerken.
8 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 7 GEMEENSCHAPPELIJKE DOELSTELLINGEN Deze gemeenschappelijke doelstellingen stemmen overeen met de gemeenschappelijke eindtermen (ETg) voor de natuurwetenschappelijke vakken. De individuele leerkracht kan zelf beslissen op welk tijdstip van het jaar en aan de hand van welke onderwerpen hij of zij deze doelstellingen zal aanreiken. Bij elk van de ETg wordt hierna een voorbeeld gegeven dat illustreert hoe zo n eindterm in de lessen biologie kan worden aangebracht. GEMEENSCHAPPELIJKE EINDTERMEN VOOR WETENSCHAPPEN (Geconcretiseerd voor BIOLOGIE) Onderzoekend leren Met betrekking tot een concreet natuurwetenschappelijk of toegepast natuurwetenschappelijk probleem, vraagstelling of fenomeen, kunnen de leerlingen: relevante parameters of gegevens aangeven, hierover informatie opzoeken en deze 1 oordeelkundig aanwenden. een eigen hypothese (bewering, verwachting) formuleren en aangeven hoe deze kan worden onderzocht. voorwaarden en omstandigheden die een hypothese (bewering, verwachting) weerleggen of ondersteunen, herkennen of aangeven. ideeën en informatie verzamelen om een hypothese (bewering, verwachting) te testen en te illustreren. omstandigheden die een waargenomen effect kunnen beïnvloeden, inschatten. aangeven welke factoren een rol kunnen spelen en hoe ze kunnen worden onderzocht. 2 Wanneer de overervingswijze (dominant, recessief, autosomaal, geslachtsgebonden...) van een kenmerk niet gegeven is, dan zal de leerling hierover zelf een hypothese formuleren en deze uittesten op een gegeven stamboom. 3 Om de overervingswijze van een bepaald kenmerk af te leiden uit een stamboom, beperken de leerlingen zich niet tot het testen van één hypothese, ook niet wanneer de geteste hypothese niet strijdig is met de gegevens in de stamboom. 4 De leerlingen bestuderen de verschillende stadia van een 'celdeling' en kunnen op basis van relevante gegevens afleiden of het om een mitotische of meiotische deling gaat ( als het een mitotische deling betreft dan... ). 5 Wanneer leerlingen met het oog op microscopie preparaten maken van de worteltop van de ajuin, blijkt dat er niet altijd celdelingen zijn opgetreden. Zij gaan na onder welke omstandigheden celdelingen al dan niet optreden (bijv. verschil voor- en namiddag, voorafgaandelijke afkoeling...) 6 De leerlingen geven mogelijke oorzaken aan voor het feit dat sommige vrouwen bijvoorbeeld moeilijk zwanger worden en zij geven aan hoe de mogelijke oorzaken ervan kunnen worden onderzocht (bijv. hormoonspiegel in het bloed bepalen...) resultaten van experimenten en waarnemingen afwegen tegenover de verwachte, rekening houdende met de omstandigheden die de resultaten kunnen beïnvloeden. 7 Bij de extractie van DNA uit een ajuin, nagaan met een herkenningsreactie of het bekomen product inderdaad DNA is. Zij gaan na wat er fout gelopen met de extractieprocedure indien blijkt dat het niet om DNA gaat. resultaten van experimenten en waarnemingen 8 Op basis van onderzoek van verschillende plantaardige en verantwoord en bij wijze van hypo- dierlijke weefsels besluiten dat plantaardige cellen in te- these, veralgemenen. genstelling tot dierlijke een celwand bezitten.
9 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 8 experimenten of waarnemingen in klassituaties 9 Kennis van de overervingswijze van daltonisme toepassen met situaties uit de leefwereld verbin- op de stamboom van een familie waar het verschijnsel van den. kleurenblindheid voorkomt. doelgericht, vanuit een hypothese of verwachting, waarnemen. waarnemings- en andere gegevens mondeling en schriftelijk verwoorden en weergeven in tabellen, grafieken, schema's of formules. alleen of in groep, een opdracht uitvoeren en er een verslag over uitbrengen. 10 In een gekleurd preparaat, op basis van de kleur de celkern onderscheiden van andere organellen. 11 De essentiële verschillen tussen de mitose en meiose schematisch weergeven. De duplicatie van DNA schematisch weergeven. 12 Leerlingen kunnen individueel of in groepsverband een beperkt literatuuronderzoek uitvoeren over de problematiek van GGO s en deze gegevens verwerken in de vorm van een geschreven verslag dat ze vervolgens presenteren voor leeftijdsgenoten. Wetenschap en samenleving De leerlingen kunnen met betrekking tot vakinhouden van de vakspecifieke eindtermen: voorbeelden geven van mijlpalen in de historische en conceptuele ontwikkeling van de natuurwetenschappen en ze in een tijdskader plaatsen. 13 Technische ontwikkelingen als licht- en elektronenmicroscopie hebben voor een doorbraak gezorgd voor de studie van planten- en dierenanatomie. Harveys onderzoek van de bloedsomloop kan min of meer als het beginpunt van de experimentele fysiologie worden gezien. met een voorbeeld verduidelijken hoe de genese en de acceptatie van nieuwe begrippen en theorieën verlopen. de wisselwerking tussen de natuurwetenschappen, de technologische ontwikkeling en de leefomstandigheden van de mens met een voorbeeld illustreren. een voorbeeld geven van positieve en nadelige (neven)effecten van natuurwetenschappelijke toepassingen. met een voorbeeld sociale en ecologische gevolgen van natuurwetenschappelijke toepassingen illustreren. 14 Darwin, zelf in oorsprong een creationist, baseerde zich op uitgebreid feitenmateriaal (kennis van domesticatie bij dieren, geografische verspreiding van organismen, kennis van intraspecifieke variabiliteit...) bij de ontwikkeling van zijn theorie over evolutie door natuurlijke selectie. De aanvaarding van de theorie verliep echter moeizaam en wordt pas algemeen wanneer rond 1930 de toenemende kennis over de erfelijkheid Darwins theorie ondersteunt. 15 Door de kennis over de hormonale regeling van de menstruele cyclus is men erin geslaagd een hormonale contraceptiepil te ontwikkelen. Bloedtransfusies konden pas veilig worden uitgevoerd vanaf de ontdekking van het bestaan van bloedgroepen. 16 De positieve effecten van de ontdekking van de polymerase kettingreactie (PCR) in verband kunnen brengen met de toepassing ervan bij DNA onderzoek. 17 De sociale gevolgen van de ontwikkeling van de anticonceptiepil illustreren. De mogelijke ecologische gevolgen van genetisch gemanipuleerde gewassen kunnen inschatten.
10 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 9 met een voorbeeld illustreren dat economische en ecologische belangen de ontwikkeling van de natuurwetenschappen kunnen richten, bevorderen of vertragen. 18 Het einde van de twintigste eeuw wordt gekenmerkt door en zeer snelle opmars van de biotechnologie. Genetisch gemanipuleerde gewassen verhogen sterk de landbouwopbrengst (en hierdoor de winsten van grote multinationals). Hierdoor werden bedrijven gestimuleerd om de nieuwe technologie op punt te stellen. De Europese consument stond echter erg kritisch tegenover deze producten en stelde zich vragen over de gezondheids- en ecologische risico s van genetisch gemanipuleerde organismen (GGO s) waardoor de doorbraak van deze producten op onze markt sterk werd afgeremd. met een voorbeeld de wisselwerking tussen natuurwetenschappelijke en filosofische opvattingen over de werkelijkheid illustreren. 19 De ideeën van de econoom Malthus over de relatie tussen de bevolkingsaangroei en de dreigende hongersnood, hebben Darwin geïnspireerd bij de ontwikkeling van zijn theorie over evolutie door natuurlijke selectie. met een voorbeeld verduidelijken dat natuurwetenschappen behoren tot cultuur, nl. verworven opvattingen die door meerdere personen worden gedeeld en die aan anderen overdraagbaar zijn. 20 In wetenschappelijke publicaties wordt de onderzoeksmethode steeds uitvoerig beschreven zodat de resultaten ook door onafhankelijke onderzoekers te verifiëren zijn. Ook leerlingen moeten aangemoedigd worden om de werkwijze uitvoerig te beschrijven in verslagen en scripties. Ook bronvermelding gebeurt op een min of meer gestandaardiseerde wijze. met een voorbeeld de ethische dimensie van natuurwetenschappen illustreren. 21 Is het ethisch verantwoord om embryo's die door IVF zijn ontstaan, eerst te testen op erfelijke 'afwijkingen' vooraleer ze in de baarmoeder in te brengen? Is het ethisch verantwoord dat verzekeringsmakelaars een verplichte DNA-screening eisen vooraleer ze een cliënt verzekeren? Attitudes De leerlingen zijn gemotiveerd om een eigen mening te verwoorden. *22 Leerlingen worden aangemoedigd om tijdens een discussie over IVF met argumenten hun mening te verwoorden rond de vraag of het ethisch verantwoord is te experimenteren met 'overtollige' embryo's. De leerlingen houden rekening met de mening van anderen. De leerlingen zijn bereid om resultaten van zelfstandige opdrachten objectief voor te stellen. De leerlingen zijn bereid om samen te werken. *23 Zij houden tijdens de discussie rond de overtollige embryo's rekening met de argumenten die door medeleerlingen worden aangebracht en zijn bereid deze te confronteren met hun eigen argumenten. *24 De leerlingen gaan spontaan op zoek naar valide argumenten bij het uitvoeren van zelfstandige opdrachten. *25 Leerlingen zoeken bij het bestuderen van mitose in de worteltop samen naar een bepaalde fase van de celdeling. Zij voeren argumenten aan waarom ze het niet eens zijn met de bevindingen van een klasgenoot. Op deze manier komen eventueel misvattingen aan de oppervlakte.
11 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 10 De leerlingen onderscheiden feiten van meningen of vermoedens. De leerlingen beoordelen eigen werk en werk van anderen kritisch en objectief. De leerlingen trekken conclusies die ze kunnen verantwoorden. De leerlingen hebben aandacht voor het correct en nauwkeurig gebruik van wetenschappelijke terminologie, symbolen, eenheden en data. zijn ingesteld op het veilig en milieubewust uitvoeren van een experiment. De leerlingen houden zich aan de instructies en voorschriften bij het uitvoeren van opdrachten. *26 De leraar moedigt de leerlingen steeds aan om argumenten te geven die een bepaalde mening ondersteunen. *27 Tijdens een microscopieoefening over de herkenning van de fasen van de celdeling luistert een leerling kritisch naar de argumenten van een medeleerling en confronteert deze met zijn eigen bevindingen. *28 Leerlingen gaan spontaan na of een getrokken conclusie berust op voldoende en valide argumenten. *29 Leerlingen gebruiken spontaan de juiste terminologie of zoeken die indien nodig op. *30 Bij het uitvoeren van experimenten worden steeds de veiligheidsvoorschriften nageleefd en worden de afvalstoffen deskundig en volgens de geldende milieuwetgeving verwijderd. *31 Leerlingen voeren de experimenten uit op de manier zoals ze in de klas werd uitgelegd of zoals ze in de instructies staan uitgelegd.
12 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 11 OVERZICHT VAN DE LEERLINGENPRACTICA (minstens 7 lestijden) Een keuze wordt gemaakt uit onderstaande leerlingenproeven. Deze lijst is niet limitatief. lichtmicroscopische preparaten maken, bestuderen en tekenen osmose- en dialyseproeven aantonen van sachariden (bijv. met fehlingsreagens, om het reducerend karakter aan te tonen, optische activiteit ) aantonen van proteïnen met verschillende methoden (bijv. xanthoproteïneproef, millonsproef) enzymproeven, gebruik van ICT is hier wenselijk fotosyntheseproeven: dunnelaagchromatografie van de bladgroenpigmenten, fotofluorescentieproef... ademhalingsproeven: kiemen van zaden (ICT), gistingsproef (ICT) werken met handmicrotomen bij maken van stengelpreparaat tellen van huidmondjes van mono- en dicotyle planten microscopie van mitose in cellen van worteltop microscopie verschillende soorten cellen: spiercel, neuron... conditietesten (bijv. Ruffier-Dickson test, e.a.) ECG maken (ICT) ecologieproeven: meten van parameters (ICT), onderzoek van ongewervelden, analyse van water, bodem, vegetatiestudies (transect- of proefvlakkenmethode) ELISA test (immunologie) microscopie van reuzenchromosomen eigen DNA-analyse of DNA-analyse van ui, kiwi elektroforese van DNA microscopie van verschillende embryonale stadia simulatie PCR techniek simulatie DNA-sequencing simulatieoefening erfelijke ziekten simulatieoefeningen van (populatie)genetica opstellen van stambomen op basis van morfologische kenmerken (simulatiespelen) vergelijkende studie van het skelet van mensaap en mens
13 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 12 OVERZICHT VAN DE LEERINHOUDEN VOOR HET EERSTE LEERJAAR (ca. 50 lestijden) Opmerking: voor de richtingen met de pool wetenschappen: eerste jaar 1 lestijd biologie: leerinhouden: zie het fundamenteel gedeelte van leerplan voor 2 lestijden; het optioneel gedeelte zou dan aan bod moeten komen in de vrije ruimte, vermits ook de specifieke doelstellingen (DSET) bereikt moeten worden. FUNDAMENTEEL DEEL (ca. 26 lestijden) (de timing is louter indicatief en inclusief de minimum 7 lestijden leerlingenpractica) Algemene principes F-I CELLEER (ca. 10 lestijden) 1 Lichtmicroscopische bouw van cellen 1.1 Lichtmicroscopisch onderzoek 1.2 Algemene bouw (synthese) 2 Elektronenmicroscopische bouw van cellen 2.1 Eenheidsmembraan 2.2 Elektronenmicroscopische bouw van de eukaryote cel F-2 STOF- EN ENERGIEWISSELING (ca. 16 lestijden) 1 Stoffen in de cel 1.1 Water en mineralen 1.2 Sachariden 1.3 Lipiden 1.4 Proteïnen 1.5 Enzymen 1.6 ATP 2 Energetische omzettingen in een cel 2.1 Fotosynthese 2.2 Chemosynthese 2.3 Aërobe ademhaling 2.4 Anaërobe ademhaling 3 Overzicht van het celmetabolisme OPTIONEEL DEEL (ca. 24 lestijden) SAMEN TE STELLEN UIT: O-1 HISTOLOGIE EN ANATOMIE HOGERE PLANTEN (ca. 6 of 12 lestijden) 1 Histologie 1.1 Meristemen 1.2 Permanente weefsels 2 Anatomie 2.1 Wortel 2.2 Stengel 2.3 Blad O-2 FYSIOLOGIE VAN DE MENS (ca. 6 of 12 lestijden) 1 De zenuwcel 1.1 Bouw van het neuron 1.2 Soorten neuronen 1.3 Prikkel en impulsgeleiding 1.4 Impulsoverdracht en neurotransmitters
14 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 13 2 De spiercel 2.1 Bouw van een skeletspier 2.2 Bouw en fysiologische eigenschappen van de soorten spiercellen 2.3 Werking van een dwarsgestreepte spiercel 2.4 Spiercontractie en aërobe energieproductie 2.5 Anaërobe spierarbeid 3 De hartspiercel 3.1 Bouw en werking van een hartspiercel 3.2 Elektrocardiogram (ECG) 3.3 Regelende centra 3.4 Hartritme in rust en na inspanning O-3 ECOLOGIE (ca. 6 of 12 lestijden) Studie van een biotoop (dagexcursie ecologisch practicum) 1 Abiotische factoren 1.1 Topografische gegevens 1.1 Meten van relevante parameters 1.2 Ecologische betekenis abiotische factoren 2 Biotische factoren 2.1 Inventarisatie en biodiversiteit 2.2 Populatiedichtheid/bedekkingsgraad 2.3 Relaties tussen organismen 2.4 Invloed van de mens op de biotoop 3 Biogeochemische cycli van N en P 4 Energieflux O-4 HOMEOSTASE (ca. 6 lestijden) 1 Begrippen 2 Homeostatische controlemechanismen 2.1 Thermoregulatie 2.2 Osmoregulatie 2.3 Excretie 2.4 Zuur-baseregulatie O-5 IMMUNOLOGIE (ca. 6 lestijden) 1 Eerstelijnsafweer 2 Afweer op het tweede niveau 3 Afweer van binnenin 3.1 Celafhankelijke reacties 3.2 Humorale reacties 3 Falen van het immunologisch systeem 4 Toepassingen
15 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 14 OVERZICHT VAN DE LEERINHOUDEN VOOR HET TWEEDE LEERJAAR (ca. 50 lestijden) (de timing is louter indicatief en inclusief de minimum 7 lestijden leerlingenpractica) F-3 ERFELIJKE INFORMATIE IN DE CEL (ca. 12 lestijden) 1 Algemene bouw prokaryote en eukaryote cel 2 Erfelijke informatie in de eukaryote cel 2.1 De cel in interfase Bouw van de kern Nucleïnezuren DNA als codesysteem DNA-replicatie DNA en eiwitsynthese Genmutaties en eiwitsynthese 2.2 De delende cel Vorming van de chromosomen Celcyclus Mitose Meiose F-4 VOORTPLANTING EN ONTWIKKELING BIJ DE MENS (ca. 10 lestijden) 1 Bouw en werking van de voortplantingsorganen 1.1 Mannelijke voortplantingsorganen 1.2 Vrouwelijke voortplantingsorganen 2 Gametogenese 2.1 Spermatogenese 2.2 Ovogenese 3 Bevruchting 4 Embryonale ontwikkeling 5 Geboorte 6 Lactatie 7 Prenatale zorg 7.1 Genetisch advies 7.2 Prenatale begeleiding met zwangerschapstesten 8 Kunstmatige voortplantingstechnieken 8.1 Onvruchtbaarheid 8.2 Kunstmatige inseminatie 8.3 In-vitrofertilisatie 9 Anticonceptie 9.1 Bij de man 9.2 Bij de vrouw
16 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 15 F-5 ERFELIJKHEIDSLEER (ca. 14 lestijden) 1 Basisbegrippen 2 Wetten van Mendel 3 Verdere erfelijkheidsbegrippen 3.1 Terugkruising 3.2 Gekoppelde genen, overkruising, recombinantie en genenkaart 3.3 Seksratio en geslachtsgebonden overerving 3.4 Polygenie 3.5 Pleiotropie 3.6 Hypostasie en epistasie 3.7 Penetrantie 3.8 Expressiviteit 3.9 Cryptomerie 3.10 Letale factoren 4 Erfelijkheidsonderzoek bij de mens 4.1 Moeilijkheden bij de studie van de menselijke erfelijkheid 4.2 Onderzoeksmethoden 5 Enkele erfelijke afwijkingen bij de mens 5.1 Erfelijke afwijkingen ten gevolge van genmutaties 5.2 Erfelijke afwijkingen ten gevolge van chromosoommutaties 5.3 Erfelijke afwijkingen ten gevolge van genoommutaties 5.4 Gentherapie 6 Populatiegenetica 6.1 Wat is een populatie? 6.2 Formules van Hardy-Weinberg 6.3 Geldigheidsvoorwaarden voor de formules van Hardy-Weinberg 6.4 Genetische drift, stichtereffect en inteelt F-6 BIOTECHNOLOGIE (ca. 6 lestijden) 1 Natuurlijke genenoverdracht 2 Principe van recombinant-dna-technologie 3 Genetische identificatie via doelgerichte recombinant-technieken 4 Mogelijke toepassingen van recombinant-technieken 5 Ethische vragen in verband met biotechnologie
17 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV + SG) 16 F-7 EVOLUTIELEER (ca. 8 lestijden) 1 Aanwijzingen voor evolutie 2 Verloop van de evolutie 3 Evolutietheorieën 4 Afstamming van de mens Omwille van de leesbaarheid worden de leerplandoelstellingen en de leerinhouden in afzonderlijke cellen geplaatst per hoofdstuk. Binnen deze cellen werd getracht de horizontale lezing zo veel als mogelijk door te trekken. Daarom dient elk blok als een geheel te worden beschouwd. De vakgebonden eindtermen voor biologie worden opgenomen in de eerste kolom, voorafgegaan door ETb. De gemeenschappelijke eindtermen voor de wetenschapsvakken biologie, chemie en fysica worden aangeduid met ETg. De decretale specifieke eindtermen voor de studierichting wetenschappen worden aangeduid met DSET. Dit zijn de specifieke eindtermen voor de studierichtingen waar twee (of meer) wekelijkse lestijden worden georganiseerd. Het behalen van deze eindtermen wordt gespreid over de tweede en derde graad. In dit leerplan zijn deze specifieke eindtermen geconcretiseerd tot leerplandoelstellingen De niet-verplichte uitbreidingsdoelstellingen zijn met de letter U aangeduid. Wegens de uitgebreidheid worden specifieke pedagogisch-didactische wenken en voorstellen van timing in een aparte rubriek opgenomen. Voor meer informatie, o.a. richtlijnen, lesmateriaal, nuttige links, zie:
18 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 17 LEERPLANDOELSTELLINGEN / LEERINHOUDEN DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb 1 ETg 14 ETb 2 ETg 21 ETb 3 ETg 19 ETg 22 ETb 4 ETg 10 ETb 5 ETg 11 ETb 6 ETg 4 ETb 7 ETb 8 1 kenmerken van een gezonde levenswijze verklaren; 2 illustreren dat biologisch verantwoord handelen noodzakelijk is voor het individu; 3 een kritisch oordeel formuleren over de wisselwerking tussen biologische en maatschappelijke ontwikkelingen; 4 macroscopische en microscopische observaties verrichten in het kader van experimenteel biologisch onderzoek; 5 biologische verbanden in schema's of andere ordeningsmiddelen weergeven; 6 informatie op gedrukte en elektronische dragers opzoeken, raadplegen en zelfstandig verwerken; 7 studie- en beroepsmogelijkheden opnoemen waarvoor biologische kennis noodzakelijk is; 8* aandacht opbrengen voor de eigen gezondheid en die van anderen. ALGEMENE PRINCIPES De doelstellingen hiernaast stemmen overeen met de algemene eindtermen biologie. Dit zijn vakgebonden eindtermen die niet aan een welbepaalde vakinhoud zijn gebonden. Ze worden in de volgende hoofdstukken geïntegreerd.
19 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 18 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb 9 DSET 1 DSET 2 F-1 celorganellen, zowel op lichtmicroscopisch als op elektronenmicroscopisch niveau, benoemen en functies ervan aangeven; 1.1 cellen bekijken met de lichtmicroscoop, tekenen en onderdelen ervan benoemen; CELLEER 1 Lichtmicroscopische bouw van cellen 1.1 Lichtmicroscopisch onderzoek DSET de algemene bouw van de cel, gezien door de lichtmicroscoop, bespreken; 1.2 Algemene bouw ETg 1-12 ETg LP lichtmicroscopisch onderzoek van cellen uitvoeren; Leerlingenpracticum: Lichtmicroscopie DSET 3 DSET 4 DSET verschillen tussen prokaryote en eukaryote cellen aangeven; de bouw van het eenheidsmembraan weergeven; de verschillende manieren van transport doorheen membranen verklaren; 2 Elektronenmicroscopische bouw van cellen 2.1 Eenheidsmembraan 2.2 Elektronenmicroscopische bouw van eukaryote cellen de samenstelling van de cytosol geven; celorganellen herkennen, hun structuur beschrijven en functies ervan opnoemen; DSET 1 ETg 1-12 ETg LP transport doorheen membranen onderzoeken; Leerlingenpracticum: Transport doorheen membranen
20 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 19 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb 1 ETb 10 ETb 10 ETb 10 ETb 10 ETb 1 ETb 10 ETb 10 ETb 1 ETb 10 F het belang van water en mineralen voor de celstructuur en het celmetabolisme toelichten; de chemische structuur van sachariden herkennen en verduidelijken; het belang van sachariden toelichten; de chemische structuur van lipiden herkennen en verduidelijken; het belang van lipiden toelichten; de chemische structuur van proteïnen herkennen en verduidelijken; het belang van proteïnen toelichten; de chemische structuur van enzymen herkennen en verduidelijken en de werking van de enzymen aantonen; het belang van enzymen toelichten; de chemische structuur van adenosinetrifosfaat (ATP) herkennen en verduidelijken; het belang van ATP toelichten; STOF- EN ENERGIEWISSELING 1 Stoffen in de cel 1.1 Belang van water en mineralen voor de cel 1.2 Chemische structuur en belang van sachariden 1.3 Chemische structuur en belang van lipiden 1.4 Chemische structuur en belang van proteïnen 1.5 Chemische structuur en belang van enzymen 1.6 Chemische structuur en belang van ATP
21 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 20 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETg 1-12 ETg LP experimenteel werken met biomoleculen; Leerlingenpracticum: Biomoleculen DSET 6 DSET 9 DSET het fotosyntheseproces aan de hand van eenvoudige schema s beschrijven, indelen in foto- en thermochemische reacties, situeren in de chloroplast; 2.2 het begrip chemosynthese verwoorden, met voorbeelden illustreren en verschilpunten aangeven met het fotosyntheseproces; 2.3 de aërobe ademhaling aan de hand van eenvoudige schema s beschrijven; 2 Energetische omzettingen in een cel 2.1 Fotosynthese 2.2 Chemosynthese 2.3 Aërobe ademhaling 2.4 Anaërobe ademhaling 2.4 de anaërobe ademhaling beschrijven en de verschilpunten aantonen met de aërobe ademhaling; ETg 1-12 ETg LP proeven i.v.m. energieomzettingen in de cel uitvoeren; Leerlingenpracticum: Energieomzettingen in de cel (bijv. fotosynthese, ademhaling) ETb 5 3 een eenvoudig schema opstellen van de celstofwisseling en de relaties tussen de verschillende processen toelichten; 3 Overzicht van het celmetabolisme
22 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 21 DECR. NR. De leerlingen kunnen O-1 LEERPLANDOELSTELLINGEN 1.1 de begrippen primair en secundair meristeem uitleggen aan de hand van voorbeelden; de bouw van diverse permanente weefsels beschrijven; de functie(s) van diverse permanente weefsels verwoorden; LEERINHOUDEN HISTOLOGIE EN ANATOMIE VAN HOGERE PLANTEN 1 Histologie 1.1 Meristemen 1.2 Permanente weefsels ETg 1-12 ETg LP microscopische preparaten maken en onderzoeken; Leerlingenpracticum: ETb 9 DSET 15 een tekening maken van de onderzochte preparaten; Microscopische preparaten
23 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 22 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN de bouw van een dwarse doorsnede van een monocotyle wortel toelichten; de bouw van een dwarse doorsnede van een dicotyle wortel toelichten; de bouw van een dwarse doorsnede van een primaire monocotyle stengel toelichten; de bouw van een dwarse doorsnede van een primaire dicotyle stengel toelichten; 2.3 de bouw van een dwarse doorsnede van een secundaire dicotyle stengel toelichten; 2.4 de bouw van een dwarse doorsnede van een blad toelichten; LEERINHOUDEN 2 Anatomie 2.1 Wortel 2.2 Primaire weefsels in de stengel 2.3 Secundaire weefsels in de dicotyle stengel 2.4 Blad ETg 1-12 ETg LP microscopische preparaten maken en onderzoeken; Leerlingenpracticum: ETb 9 DSET 15 een tekening maken van de onderzochte preparaten; Microscopische preparaten
24 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 23 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN O op een tekening of een afbeelding van een neuron de delen aanduiden; 1.2 het verband uitleggen tussen de soorten neuronen en hun functie; 1.3 de omzetting van prikkel naar impuls en van rustpotentiaal naar actiepotentiaal uitleggen; 1.4 de mechanismen van impulsoverdracht uitleggen; FYSIOLOGIE VAN DE MENS 1 De zenuwcel 1.1 Bouw van het neuron 1.2 Soorten neuronen 1.3 Prikkel en impulsgeleiding 1.4 Impulsoverdracht en neurotransmitters 2.1 op een schema de delen van een skeletspier aanduiden; 2.2 de verschillen aangeven tussen de soorten spiercellen (bouw, fysiologie); 2.3 de werking van de dwarsgestreepte spiercel uitleggen; 2.4 de relatie tussen spiercontractie en aërobe energieproductie uitleggen; 2.5 de spiercontractie bij anaërobe werking van een skeletspier uitleggen; 2 De spiercel 2.1 Bouw van een skeletspier 2.2 Bouw en fysiologische eigenschappen van de soorten spiercellen 2.3 Werking van een dwarsgestreepte spiercel 2.4 Spiercontractie en aërobe energieproductie 2.5 Anaërobe spierarbeid
25 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 24 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 3.1 de verschillen tussen een hartspiercel en een skeletspiercel geven; 3.2 de relatie tussen een ECG en de fasen van de hart werking bespreken; 3.3 de relatie tussen de werkingsfasen van het hart en de regelende centra uitleggen; 3.4 het hartritme in rust en na inspanning bepalen; 3 De hartspiercel 3.1 Bouw en werking van een hartspiercel 3.2 Elektrocardiogram (ECG) 3.3 Regelende centra 3.4 Hartritme in rust en na inspanning ETg 1-12 ETg LP de werking van het hart onderzoeken; microscopisch onderzoek van verschillende soorten spiercellen uitvoeren; Leerlingenpracticum: Hartwerking (bijv. ECG) Spiercellen ETg O de biotoop lokaliseren op kaart en het omringende landschap beschrijven; ECOLOGIE: biotoopstudie 1 Abiotische factoren 1.1 Topografische gegevens 1.2 technieken toepassen om de abiotische factoren van een biotoop te meten; 1.3 de ecologische betekenis beschrijven van de gemeten abiotische factoren; 1.2 Meten van relevante parameters: temperatuur, wind, licht, lucht druk, luchtvochtigheid, organische en anorganische bestanddelen van water of bodem en ph 1.3 Ecologische betekenis abiotische factoren
26 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 25 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETg ETg technieken toepassen om de aanwezige organismen te inventariseren; 2.2 technieken toepassen om de populatiedichtheid/bedekkingsgraad in een biotoop te bepalen; 2.3 de relaties beschrijven tussen de biotische factoren; 2.4 de invloed van de mens op de biotoop bespreken; 2 Biotische factoren 2.1 Inventarisatie en biodiversiteit 2.2 Populatiedichtheid/bedekkingsgraad 2.3 Relaties tussen organismen 2.4 Invloed van de mens op de biotoop DSET 19 3 de biogeochemische cycli van stikstof en fosfor beschrijven; 3 Biogeochemische cycli van N en P DSET 6 4 de energieflux in een biotoop bespreken; 4 Energieflux ETg 1-12 ETg LP ecologieproeven uitvoeren; Leerlingenpracticum: Ecologieproeven, o.a.: meten van parameters (ICT), onderzoek van ongewervelden, analyse van water, bodem, vegetatiestudies (transect- of proefvlakkenmethode.
27 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 26 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN DSET 13 O-4 1 met voorbeelden het begrip homeostase illustreren; HOMEOSTASE 1 Begrippen 2.1 met voorbeelden de thermoregulatie bespreken; 2.2 met voorbeelden de osmoregulatie bespreken; 2 Homeostatische controlemechanismen 2.1 Thermoregulatie 2.2 Osmoregulatie 2.3 met voorbeelden de excretie bespreken; 2.3 Excretie 2.4 met voorbeelden de zuur-baseregulatie bespreken; 2.4 Zuur-baseregulatie O-5 IMMUNOLOGIE DSET structuren beschrijven die betrokken zijn bij de herkenning en de afweer van non-self -materiaal; 1 Eerstelijnsafweer 1.2 functies van de secreties inzake afweer beschrijven en herkennen; 2.2 vrijstelling van histamines en het inductieproces van het complement beschrijven; 2 Afweer op tweede niveau 2.3 het proces van heling en herstel beschrijven; 2.4 een algemene ontstekingsreactie schematisch weergeven;
28 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 27 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 3 celcelafhankelijke reacties onderscheiden van humorale reacties; 3 Afweer van binnenin 3.1 Celafhankelijke reacties 3.2 Humorale reacties 4.1 verschillende types van allergische reacties beschrijven; 4.2 beschrijven wat er gebeurt wanneer het afweersysteem faalt aan de hand van een voorbeeld (aids, kanker...); 4 Falen van het immunologisch systeem DSET 27 5 de verworven kennis kaderen in een aantal praktisch gerichte contexten (bloedtransfusie, transplantaties, vaccinaties, verhouding foetus en moeder, borstvoeding...); 5 Toepassingen F de algemene bouw van de prokaryote en eukaryote cel bespreken; ERFELIJKE INFORMATIE IN DE CEL 1 Algemene bouw van de prokaryote en eukaryote cel 1.2 het verschil tussen prokaryote en eukaryote cel aangeven;
29 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 28 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb 10 ETb 12 ETb de bouw van de kern in de interfase bespreken; de bouw van de nucleïnezuren DNA en RNA bespreken en vergelijken; het DNA als codesysteem bespreken; in een celcyclus van de DNA-replicatie situeren en het verloop ervan uitleggen; het mechanisme van de eiwitsynthese bespreken; de invloed van genmutaties op de eiwitsynthese uitleggen; 2 Erfelijke informatie in de eukaryote cel 2.1 De cel in de interfase Bouw van de kern Nucleïnezuren DNA en RNA DNA als codesysteem DNA-replicatie DNA en eiwitsynthese Genmutaties en eiwitsynthese ETg 1-12 ETg LP DNA aantonen; Leerlingenpracticum: DNA analyse
30 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 29 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb de vorming van chromosomen beschrijven; de celcyclus aan de hand van een schema bespreken; het verloop en de betekenis van de mitose weergeven; het verloop en de betekenis van de meiose weergeven en vergelijken met de mitose; 2.2 De delende cel Vorming van de chromosomen Celcyclus Mitose Meiose ETg 1-12 ETg LP de celdeling onderzoeken; Leerlingenpracticum: Celdeling F-4 VOORTPLANTING EN ONTWIKKELING BIJ DE MENS ETb 14 ETb 14 ETb de primaire en secundaire geslachtskenmerken bij de man bespreken en hun biologische betekenis toelichten; de primaire en secundaire geslachtskenmerken bij de vrouw bespreken en hun biologische betekenis toelichten; de rol van geslachtshormonen bij de menstruatiecyclus toelichten; 1 Bouw en werking van de voortplantingsorganen 1.1 Mannelijke voortplantingsorganen 1.2 Vrouwelijke voortplantingsorganen
31 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 30 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb de spermatogenese bespreken en de rol van geslachtshormonen toelichten; 2.2 de ovogenese bespreken; 2 Gametogenese 2.1 Spermatogenese 2.2 Ovogenese ETb 17 3 het mechanisme van de bevruchting uitleggen; 3 Bevruchting 4.1 de opeenvolgende stadia in de kiembladvormingbespreken; 4 Embryonale ontwikkeling 4.2 het ontstaan van meerlingen uitleggen; 4.3 het verloop van de bevruchting, de ontwikkeling van de vrucht en de geboorte beschrijven; ETb enkele negatieve invloeden op de embryonale ontwikkeling opnoemen; ETb 17 5 de bevalling beschrijven; 5 Geboorte 6 de hormonale regeling en het belang van de lactatie uitleggen; 6 Lactatie
32 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 31 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN U U 7.1 het belang en het verloop van genetisch advies aangeven; 7.2 het belang van prenatale testen uitleggen; 7 Prenatale zorg 7.1 Genetisch advies 7.2 Prenatale begeleiding met zwangerschapstesten U 8 enkele oorzaken van onvruchtbaarheid en mogelijke oplossingen aangeven; 8 Kunstmatige voortplantingstechnieken 8.1 Onvruchtbaarheid en kunstmatige voortplantingstechnieken 8.2 In-vitrofertilisatie ETb 16 ETg 15 ETb 16 ETg 15 F de voorbehoedmiddelen voor de man bespreken en 9.2 de voorbehoedmiddelen voor de vrouw bespreken en hun betrouwbaarheid aangeven; 1 de basisbegrippen gen, genlocus, allel, homozygoot, heterozygoot, multiple allelen, genotype, fenotype, dominant, recessief en co-dominant (intermediair) fenotype formuleren en met een voorbeeld illustreren; 9 Anticonceptie 9.1 Bij de man 9.2 Bij de vrouw ERFELIJKHEIDSLEER 1 Basisbegrippen
33 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 32 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETg ETb 18 2 de drie wetten van Mendel formuleren; de wetten toepassen in een aantal erfelijkheidsoefeningen over mono- en dihybride kruisingen, ook bij de mens; de wetten toepassen bij het ontleden van stambomen; 2 Wetten van Mendel 3.1 het begrip testkruising formuleren met behulp van een eenvoudig voorbeeld; 3 Verdere erfelijkheidsbegrippen 3.1 Terugkruising ETb 19 ETb 19 ETb het verschil formuleren tussen gekoppelde en nietgekoppelde genen; aantonen dat er tijdens de meiose door overkruising genen uitgewisseld kunnen worden tussen homologe chromosomen; toelichten dat de kans op overkruising groter wordt naarmate gekoppelde genen zich verder van elkaar bevinden op het chromosoom; hieruit de conclusie trekken dat genen aan de hand van overkruisingsfrequenties ten opzichte van elkaar gelokaliseerd kunnen worden op een genenkaart; aan de hand van een tabel met overkruisingsfrequenties een genenkaart opstellen; 3.2 Gekoppelde genen, overkruising, recombinantie en genenkaart
34 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 33 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETb de seksratio bespreken aan de hand van een kruisingsschema; de overerving van geslachtgebonden kenmerken met voorbeelden illustreren; 3.4 het begrip polygenie formuleren en illustreren met voorbeelden; 3.3 Seksratio en geslachtsgebonden overerving 3.4 Polygenie U U 3.5 het begrip pleiotropie formuleren en illustreren met een voorbeeld; 3.6 de begrippen hypostasie en epistasie formuleren en illustreren met een voorbeeld; 3.5 Pleiotropie 3.6 Hypostasie en epistasie U U 3.7 het begrip penetrantie formuleren en illustreren met een voorbeeld; 3.8 het begrip expressiviteit formuleren en illustreren met een voorbeeld; 3.7 Penetrantie 3.8 Expressiviteit U U 3.9 het begrip cryptomerie formuleren en illustreren met een voorbeeld; 3.10 het begrip letale factoren formuleren en illustreren met een voorbeeld; 3.9 Cryptomerie 3.10 Letale factoren
35 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 34 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN ETg enkele factoren die het erfelijkheidsonderzoek bij de mens bemoeilijken aangeven; 4.2 enkele genetische onderzoeksmethoden bij de mens beschrijven; 4 Erfelijkheidsonderzoek bij de mens 4.1 Moeilijkheden bij de studie van de menselijke erfelijkheid 4.2 Onderzoeksmethoden ETb 20 ETb 20 ETb 20 U 5.1 uitleggen hoe een genmutatie tot een erfelijke ziekte bij de mens kan leiden; een voorbeeld beschrijven van een autosomaal-dominante, een autosomaal-recessieve en een geslachtsgebonden ziekte bij de mens; 5.2 enkele types van chromosoommutaties opsommen; voorbeelden beschrijven van een chromosoommutatie bij de mens; 5.3 uitleggen wat een genoommutatie is; voorbeelden van genoommutatie bij de mens beschrijven; 5.4 verklaren hoe men door gentherapie bepaalde erfelijke ziekten kan bestrijden aan de hand van een voorbeeld; 5 Enkele erfelijke afwijkingen bij de mens 5.1 Erfelijke afwijkingen ten gevolge van genmutaties 5.2 Erfelijke afwijkingen ten gevolge van chromosoommutaties 5.3 Erfelijke afwijkingen ten gevolge van genoommutaties 5.4 Gentherapie
36 ASO 3e graad pool wetenschappen (BV +SG) 35 DECR. NR. De leerlingen kunnen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN U 6.1 een definitie formuleren van het begrip populatie; 6 Populatiegenetica U U 6.2 de formules van Hardy-Weinberg opstellen en toe passen in oefeningen; 6.3 opsommen welke voorwaarden vereist zijn voor toe pasbaarheid van de formules van Hardy-Weinberg; 6.1 Wat is een populatie? 6.2 Formules van Hardy-Weinberg 6.3 Geldigheidsvoorwaarden voor de formules van Hardy-Weinberg U 6.4 de begrippen genetische drift, stichtereffect formule ren; 6.4 Genetische drift, stichtereffect en inteelt ETg 1-12 ETg LP erfelijke kenmerken onderzoeken; Leerlingenpracticum: Erfelijkheid
SECUNDAIR ONDERWIJS ASO. derde graad. eerste en tweede leerjaar ASO. WW-l. (vervangt 94002) Onderwijsvorm: Graad: Jaar: Studiegebied:
SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm: ASO Graad: derde graad Jaar: eerste en tweede leerjaar Studiegebied: ASO Vak(ken): AV Biologie 2/2 lt/w Vakkencode: WW-l Leerplannummer: 2004/060 (vervangt 94002) Nummer
Nadere informatieSecundair onderwijs - Tweede graad ASO/KSO/TSO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen
Eindtermen educatief project Korstmossen, snuffelpalen van ons milieu 2 de en 3 de graad SO Secundair onderwijs - Tweede graad ASO/KSO/TSO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen I. Gemeenschappelijke
Nadere informatieSECUNDAIR ONDERWIJS. eerste en tweede leerjaar
SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm: ASO Graad: derde graad Jaar: eerste en tweede leerjaar BASISVORMING Studierichtingen: Economie-moderne talen Economie-wiskunde Grieks-Latijn Grieks-moderne talen Grieks-wiskunde
Nadere informatieTV Toegepaste biologie
LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS Vak: TV Toegepaste biologie Specifiek gedeelte 2/2 lt/w Studierichting: Studiegebied: Onderwijsvorm: Graad: Leerjaar: Sociale en technische wetenschappen Personenzorg TSO derde
Nadere informatieVakoverschrijdende eindtermen die van toepassing zijn tijdens de klimaatexcursie
Vakoverschrijdende eindtermen die van toepassing zijn tijdens de klimaatexcursie Context 4: Omgeving en duurzame ontwikkeling. De leerlingen: 1. participeren aan milieubeleid en -zorg op school; 2. herkennen
Nadere informatieWaar biologie de grens met ethiek raakt deel A
Waar biologie de grens met ethiek raakt deel A An Quaghebeur Leraar biologie VLTI - Torhout Vakbegeleider biologie-natuurwetenschappen Bisdom Brugge 1 Waar biologie de grens met ethiek raakt Situering
Nadere informatieASO. Bijzondere wetenschappelijke vorming. derde graad LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS. derde leerjaar. (vervangt 97385) Vak: AV Biologie 2 lt/w
LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS Vak: AV Biologie 2 lt/w Studierichting: Bijzondere wetenschappelijke vorming Onderwijsvorm: Graad: Leerjaar: ASO derde graad derde leerjaar Leerplannummer: 2007/087 (vervangt
Nadere informatieERFELIJKE INFORMATIE IN DE CEL
DE CEL 1. INLEIDING... 3 2. ONDERDELEN VAN DE CEL...4 2.1. CYTOPLASMA... 4 2.2. CELMEMBRAAN... 4 2.2.1. Functies van het celmembraan...5 2.2.2. Bouw van het celmembraan (eenheidsmembraan)...5 2.2.3. Transportmogelijkheden
Nadere informatieEINDTERMEN Bosbiotoopstudie
EINDTERMEN Bosbiotoopstudie Eerste graad A-stroom Vakgebonden eindtermen aardrijkskunde De mens en het landschap Het landelijk landschap 22 milieueffecten opnoemen die in verband kunnen gebracht worden
Nadere informatieEerste graad A-stroom
EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Vijverbiotoopstudie Eerste graad A-stroom Vakgebonden eindtermen aardrijkskunde Het natuurlijk milieu Reliëf 16* De leerlingen leren respect opbrengen voor de waarde van
Nadere informatieOnderwijsinspectie Vlaanderen
1. Doel practica in ASO, KSO en TSO Onderwijsinspectie Vlaanderen Hoe is het in de praktijk gesteld met het uitvoeren van leerlingenproeven? Het empirisch karakter van het vak tot uiting brengen Leerlingen
Nadere informatieGelijkwaardig verklaarde eindtermen natuurwetenschappen Voor de tweede graad ASO
Gelijkwaardig verklaarde eindtermen natuurwetenschappen Voor de tweede graad ASO Federatie Steinerscholen Vlaanderen v.z.w. Gitschotellei 188 2140 Borgerhout Februari 2013 Gelijkwaardig verklaarde eindtermen
Nadere informatieExamenprogramma biologie havo
Examenprogramma biologie havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A1 Vaardigheden Domein A2 Analyse
Nadere informatieDE CEL - SUBMICROSCOPISCH
DE CEL - SUBMICROSCOPISCH 1. INLEIDING...3 2. ONDERDELEN VAN DE CEL...4 2.1. CYTOPLASMA...4 2.2. CELMEMBRAAN...5 2.2.1. Functies van het celmembraan...5 2.2.2. Bouw van het celmembraan...5 2.2.3. Transportmogelijkheden
Nadere informatieExamenprogramma biologie vwo
Examenprogramma biologie vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Structuren
Nadere informatieSECUNDAIR ONDERWIJS TSO. derde graad. eerste en tweede leerjaar. Chemie. Chemie. (Vervangt 97009) Onderwijsvorm: Graad: Jaar: Studiegebied: Optie(s)
SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm: TSO Graad: derde graad Jaar: eerste en tweede leerjaar Studiegebied: Chemie Optie(s) Chemie Vak(ken): TV Toegepaste biologie 1/1 lt/w Vakkencode: WW-L Leerplannummer:
Nadere informatieENERGIEOMZETTINGEN IN DE CEL
BOUW VAN DE CEL 1. INLEIDING... 3 2. ONDERDELEN VAN DE CEL...4 2.1. CYTOPLASMA... 4 2.2. CELMEMBRAAN... 5 2.2.1. Functies van het celmembraan...5 2.2.2. Bouw van het celmembraan...5 2.2.3. Transportmogelijkheden
Nadere informatieBiologie inhouden (PO-havo/vwo): Dynamisch evenwicht
Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Dynamisch evenwicht kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen
Nadere informatieAVL-nascholing NW02. KU Leuven
Toelichtingen en praktische didactische tips bij de leerplandoelstellingen genetica in het Leerplan D/2017/13.758/009 Aardrijkskunde/Natuurwetenschappen 3 graad kso/tso; sept 2017: Leerplan van het Secundair
Nadere informatie1 Eindtermen. 1.1 Onderzoekend leren. 1.2 Wetenschap en samenleving
1 Eindtermen Hieronder volgt een opsomming van eindtermen voor de tweede graad (nl. onderzoekend leren (eindtermen 1 t.e.m. 12), wetenschap en samenleving (eindtermen 13 t.e.m. 21) en attitudes (22* t.e.m.
Nadere informatieClimate Clash. eindtermen
Climate Clash eindtermen 1 1. vakoverschrijdende eindtermen die van toepassing zijn tijdens de Climate Clash Tweede en derde graad Context 1: Lichamelijke gezondheid en veiligheid. De leerlingen: 5. maken
Nadere informatieExamenprogramma biologie vwo
Bijlage 4 Examenprogramma biologie vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 1
Samenvatting Biologie Thema 1 Samenvatting door Naap 910 woorden 4 jaar geleden 9,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou 1 Organismen: levende wezens Organismen vertonen levensverschijnselen
Nadere informatieExamenprogramma biologie havo
Bijlage 3 Examenprogramma biologie havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein
Nadere informatieJAARPLAN NATUURWETENSCHAPPEN tweede jaar
JAARPLAN NATUURWETENSCHAPPEN tweede jaar DEEL 1 Organismen vormen een levensgemeenschap Hoofdstuk 1 Voedselrelaties Hoofdstuk 2 Foto DEEL 2 Organismen planten zich voort Hoofdstuk 1 Voortplanting bij bloemplanten
Nadere informatieExamenprogramma biologie havo
Examenprogramma biologie havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A1 Vaardigheden Domein A2 Analyse
Nadere informatieBIOTOOPSTUDIE HET BOS
BIOTOOPSTUDIE HET BOS DOELEN Met dit educatief pakket, ontwikkeld door de natuur- en milieueducatie dienst van de Provincie West-Vlaanderen worden belangrijke doelen en leerplandoelstellingen bereikt in
Nadere informatie3 Factoren die het watergehalte van organismen 40 bepalen. 3.1 Bepalende factoren voor watergehalte 40 3.2 Belang van water voor levende wezens 41
3 1 Functionele morfologie van de cel 1 De cel gezien door de lichtmicroscoop 06 2 De cel gezien door de elektronenmicroscoop 09 2.1 Bouw en functie van het eenheidsmembraan 10 2.2 Overzicht van de celorganellen
Nadere informatieWelke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?
Biologie Vraag 1 Celorganellen en levensprocessen bij levende cellen zijn: 1. Ribosomen 2. ATP synthese 5. DNA polymerase 3. Celmembranen 6. Fotosynthese 4. Kernmembraan 7. Mitochondria Welke van de bovenstaande
Nadere informatiePedagogische begeleiding wiskunde oktober 2016 Pagina 1
Pedagogische begeleiding SO Vakbegeleiding wiskunde ONDERZOEKSCOMPETENTIES WISKUNDE DERDE GRAAD AS0 Specifieke eindtermen i.v.m. onderzoekscompetenties (SETOC) Wat? Leerplan a derde graad aso VVKSO De
Nadere informatieEindtermen Natuurwetenschappen. Voor de eerste graad van het secundair onderwijs.
Voor de eerste graad van het secundair onderwijs. 11 januari 2010 MOTIVERING VOOR HET INDIENEN VAN VERVANGENDE EINDTERMEN NATUURWETENSCHAPPEN Een belangrijk onderscheid tussen de door de Vlaamse regering
Nadere informatieDOELSTELLINGEN LESPAKKET OVERAL DNA
DOELSTELLINGEN LESPAKKET OVERAL DNA HOE TE GEBRUIKEN Als leerkracht kun je kiezen hoe je dit lespakket gebruikt in de klas. Je kunt de verschillende delen los van elkaar gebruiken, afhankelijk van de beschikbare
Nadere informatieAanbod natuur & avontuur en de eindtermen: informatie voor leerkrachten
Aanbod natuur & avontuur en de eindtermen: informatie voor leerkrachten Beste leerkracht, De missie van de Hoge Rielen is om ruimte te scheppen voor het opdoen van nieuwe ervaringen, te ontdekken, te activeren
Nadere informatieBiologie (jaartal onbekend)
Biologie (jaartal onbekend) 1) Bijgevoegde fotografische afbeelding geeft de elektronenmicroscopische opname van een organel (P) van een cel. Wat is de belangrijkste functie van dit organel? A. Het transporteren
Nadere informatieSamenvatting Biologie Inleiding in de biologie
Samenvatting Biologie Inleiding in de biologie Samenvatting door C. 1469 woorden 27 september 2016 4,5 6 keer beoordeeld Vak Biologie H1 - Inleiding in de Biologie 1. Wat is Biologie? Doel Je moet in een
Nadere informatieWelke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?
Biologie Vraag 1 Celorganellen en levensprocessen bij levende cellen zijn: 1. Ribosomen 2. ATP synthese 5. DNA polymerase 3. Celmembranen 6. Fotosynthese 4. Kernmembraan 7. Mitochondria Welke van de bovenstaande
Nadere informatieSTUDIEGEBIED CHEMIE (tso)
(tso) Tweede graad... Techniek-wetenschappen Derde graad Techniek-wetenschappen Studierichting Techniek-wetenschappen de graad Een woordje uitleg over de studierichting... Logisch denken Laboratoriumwerk
Nadere informatieJuli blauw Biologie Vraag 1
Biologie Vraag 1 Bij bijen komt parthenogenese voor. Dit is de ontwikkeling van een individu uit een onbevruchte eicel. Bij bijen ontstaan de darren (mannelijke bijen) parthenogenetisch. De koningin en
Nadere informatieJuli geel Biologie Vraag 1
Biologie Vraag 1 Bij bijen komt parthenogenese voor. Dit is de ontwikkeling van een individu uit een onbevruchte eicel. Bij bijen ontstaan de darren (mannelijke bijen) parthenogenetisch. De koningin en
Nadere informatieOnderzoekscompetenties (OC) in de 1e graad
Onderzoekscompetenties (OC) in de 1e graad Wat zijn OC's? Een eenvoudige definitie van OC is niet voorhanden. Op het internet vind je maar liefst 16 betekenissen voor 'onderzoek' en 31 voor 'competentie'!
Nadere informatieScheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid
Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 44: De leerlingen leren
Nadere informatieSecundair onderwijs - Tweede graad ASO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen
Secundair onderwijs - Tweede graad ASO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen I. Gemeenschappelijke eindtermen voor wetenschappen Gemeenschappelijke eindtermen gelden voor het geheel van de wetenschappen.
Nadere informatieKennismaking met natuurwetenschappen
Kennismaking met natuurwetenschappen 1 De natuurwetenschappen 5 1.1 De natuurwetenschap en de levende natuur 7 1.2 De natuurwetenschap en de niet-levende natuur 8 1.3 De natuurwetenschappelijke methode
Nadere informatieScheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Energie
Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Energie kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 44: De leerlingen leren bij producten uit hun eigen
Nadere informatieWelke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?
Biologie Vraag 1 Celorganellen en levensprocessen bij levende cellen zijn: 1. Ribosomen 2. ATP synthese 5. DNA polymerase 3. Celmembranen 6. Fotosynthese 4. Kernmembraan 7. Mitochondria Welke van de bovenstaande
Nadere informatieBIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.10.1
BIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEAMEN 2016 V15.10.1 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor de afname van
Nadere informatieHoe kan de school in het algemeen werk maken van het nieuwe concept (stam + contexten)?
Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel VOET EN STUDIEGEBIED ASO STUDIERICHTING : ECONOMIE Hoe kan de school in het algemeen werk maken van het nieuwe concept
Nadere informatie2 Voortplanten met organen Bouw en werking van geslachtsorganen Werking van geslachtshormonen Afsluiting 31
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Voortplanten van genen 9 1.1 Genetica 9 1.2 Kruisingen 13 1.3 Crossing-over en mutatie 16 1.4 Erfelijkheid en praktijk 17 1.5 Inteelt en inteeltdepressie 21 1.6 Afsluiting
Nadere informatieWelke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?
Biologie Vraag 1 Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk? Microtubuli Microfilamenten Intermediaire filamenten Microvilli Biologie: vraag 1 Biologie Vraag 2
Nadere informatieWelke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?
Biologie Vraag 1 Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk? Microvilli Microtubuli Microfilamenten Intermediaire filamenten Biologie: vraag 1 Biologie Vraag 2
Nadere informatieOplossingen Biologie van 2000
www. Oplossingen Biologie van 2000 Disclaimer: Alle uitwerkingen zijn onder voorbehoud van eventuele fouten. Er is geen enkele aansprakelijkheid bij de auteur van deze documenten. Vraag 1 Om deze vraag
Nadere informatieWelke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct?
Biologie Vraag 1 Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct? ribosoom en synthese van eiwitten kern en fotosynthese mitochondrion en fotosynthese ribosoom
Nadere informatieEINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum. A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010
EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum Derde graad LO A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010 Lichamelijke opvoeding Motorische competenties 1.1 De motorische basisbewegingen
Nadere informatieScheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Materie
Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Materie kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 42: De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde vwo
Examenprogramma scheikunde vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Stoffen
Nadere informatieInhoud Een verhaal over het leven
Inhoud Een verhaal over het leven 1 2 3 Menselijke voortplanting 1 Voortplantingsorganen en gameten 1.1 Waarom voortplanting noodzakelijk is 1.2 Vrouwelijke voortplantingsorganen en de vorming van eicellen
Nadere informatieSamenvatting Biologie Erfelijkheid & Evolutie (Hoofdstuk 7 & 8.1)
Samenvatting Biologie Erfelijkheid & Evolutie (Hoofdstuk 7 & 8.1) Samenvatting door CÃ line 1065 woorden 5 juli 2016 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Biologie P4 Hoofdstuk 7 1 Uniek Eigenschappen
Nadere informatieLatijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen
Tweede graad aso In de tweede graad aso kies je voor een bepaalde richting. Ongeacht je keuze, blijft er een groot gemeenschappelijk basispakket van 26 lesuren algemene vakken. Het niveau van deze vakken,
Nadere informatieLeerlijn Biologie inhouden (PO-havo/vwo)
Leerlijn Biologie inhouden (PO-havo/vwo) Voor meer informatie zie: Kerndoelen onderbouw Vakportaal Mens & maatschappij Vakportaal Natuur & techniek kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo
Nadere informatieProfilering derde graad
De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,
Nadere informatieOnderzoekend leren/leren onderzoeken DBOC,15/03/2011 1
Onderzoekend leren/leren onderzoeken DBOC,15/03/2011 1 1. Kennis maken met + gebruik maken van de natuurwetenschappelijke methode: 1. Probleem 2. Onderzoeksvraag 3. Hypothese 4. Verzamelen informatie,
Nadere informatieOnderzoekscompetenties. Schooljaar 2015-2016. GO! atheneum Campus Kompas Noordlaan 10 9230 Wetteren 09 365 60 60
GO! atheneum Campus Kompas Noordlaan 10 9230 Wetteren 09 365 60 60 Schooljaar 2015-2016 E-mail: ka.wetteren@g-o.be atheneum@campuskompas.be Website: www.campuskompas.be/atheneum Scholengroep Schelde Dender
Nadere informatieEindtermen Techniek De leerlingen onderzoeken waarneembare eigenschappen van courante materialen en grondstoffen i.f.v. een technisch proces.
Eindtermen Techniek Inzicht ontwikkelen in technische systemen en processen en hun relatie tot verschillende technologische domeinen en tot andere domeinen (wetenschappen, wiskunde ). 6.35 De leerlingen
Nadere informatieStudiegebied. (tso) Tweede graad... Techniek-wetenschappen. Derde graad...
Studiegebied (tso) Tweede graad... Techniek-wetenschappen Derde graad... Techniek-wetenschappen STUDIEGEBIED CHEMIE Studierichting Techniek-wetenschappen de graad Een woordje uitleg over de studierichting...
Nadere informatieSint-Jan Berchmanscollege
Sint-Jan Berchmanscollege Infobrochure Wetenschappen (2de en 3de graad ASO) Leerlingprofiel Ben je een leerling die: sterk geïnteresseerd is in de verschillende wetenschappelijke disciplines: aardrijkskunde,
Nadere informatieAansluiting op het actuele curriculum (2014)
Aansluiting op het actuele curriculum (2014) De verschillende modules van GLOBE lenen zich uitstekend om de leerlingen de verschillende eindtermen en kerndoelen aan te leren zoals die zijn opgesteld door
Nadere informatieSchuilt er een onderzoeker in jou?
Schuilt er een onderzoeker in jou? Bijlage: Lesdoelen en leerplandoelen INHOUD 1 Eerste kennismaking met Inagro en zijn activiteiten... 3 1.1 Lesdoelen... 3 1.2 Leerplandoelen... 3 1.2.1 Leerplan wereldoriëntatie
Nadere informatieWerkplan Leerjaar: 4H Sectie: Biologie Verantwoordelijke docent: E van Rhijn, MJ vd Voort
Werkplan 2016-2017 Leerjaar: 4H Sectie: Biologie Verantwoordelijke docent: E van Rhijn, MJ vd Voort N.B. De kleuren in de kantlijn staan voor de vier lesperiodes te, mu en O&O in de brugklassen HAVO/VWO
Nadere informatieSECUNDAIR ONDERWIJS TSO. derde graad. eerste en tweede leerjaar. Land- en tuinbouw. Biotechnische wetenschappen Tuinbouwtechnieken.
SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm: TSO Graad: derde graad Jaar: eerste en tweede leerjaar Studiegebied: Land- en tuinbouw Optie(s) Biotechnische wetenschappen Tuinbouwtechnieken Vak(ken): TV Toegepaste
Nadere informatie<A> Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. <B> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine.
Biologie Vraag 1 Welke uitspraak is correct? Thymine is een pyrimidinebase en vormt 3 waterstofbruggen met adenine. Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Cytosine
Nadere informatie<A> Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. <B> Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine.
Biologie Vraag 1 Welke uitspraak is correct? Adenine is een purinebase en vormt 2 waterstofbruggen met thymine. Guanine is een pyrimidinebase en vormt 2 waterstofbruggen met cytosine. Thymine
Nadere informatieNieuwe leerplandoelstellingen voor Opmerkingen. Inhoud leerwerkboeken
Inhoud leerwerkboeken e leerplandoelstellingen voor 2015-2016 D/2015/7841/015 EUREKA!1A Thema 1 Zintuigen 1 Inleiding 1.1 Prikkel, reactie en zintuig B52 Uit waarnemingen afleiden of illustreren dat spierbewegingen
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: Eukaryote cel 7/2/2015. dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: Eukaryote cel 7/2/2015 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) en studenten van forum http://www.toelatingsexamen-geneeskunde.be
Nadere informatieBijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1
Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1 Bijlage 1: Het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs: Stadium van het instructie model Oriëntatiefase
Nadere informatieBiologie 1997 Augustus
www. Biologie 1997 Augustus Vraag 1 In de onderstaande tekening is de elektronenmicroscopische afbeelding van een cel van een traanklier van een mens weergegeven. Het afgescheiden traanvocht bevat een
Nadere informatieNanotechnologie lespakket Inhoud, situering, doelgroep en doelstellingen
Nanotechnologie lespakket Inhoud, situering, doelgroep en doelstellingen 1 Doelstelling Dit lespakket wil via een actueel en vernieuwend thema interesse wekken van leerlingen voor vakken als wetenschap
Nadere informatieBiologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding
Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor
Nadere informatieSECUNDAIR ONDERWIJS. eerste en tweede leerjaar. Basisvorming en specifiek gedeelte. Wetenschappen Wetenschappen-topsport. (vervangt 2002/034)
SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm: ASO Graad: tweede graad Jaar: eerste en tweede leerjaar Basisvorming en specifiek gedeelte Wetenschappen Wetenschappen-topsport Vak(ken): AV Biologie 2/2 lt/w Leerplannummer:
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde havo
Examenprogramma scheikunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Kennis
Nadere informatieCitizen science Waterkwaliteit en de aansluiting bij het onderwijs. Reina Kuiper - SME Advies
Citizen science Waterkwaliteit en de aansluiting bij het onderwijs Reina Kuiper - SME Advies Inhoud Onderwijsontwikkeling Relevante vakken Kerndoelen Begrippen en concepten Waarde voor het onderwijs Onderwijsontwikkeling
Nadere informatieASO - studierichtingen in VIA-TIENEN
ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN De onderwijsvorm ASO is een breed algemeen vormende doorstroomrichting waarin de leerlingen zich voorbereiden op een academische of professionele bacheloropleiding.
Nadere informatiekleuteronderwijs lager onderwijs secundair onderwijs 1 ste graad A- stroom en B-stroom eindtermen en en ontwikkelingsdoelen techniek
1 kleuteronderwijs lager onderwijs secundair onderwijs 1 ste graad A- stroom en B-stroom eindtermen en ontwikkelingsdoelen techniek 2 Ontwikkelingsdoelen techniek Kleuteronderwijs De kleuters kunnen 2.1
Nadere informatieAV Biologie ASO. Sport. tweede graad LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS. 2/2 lt/w. Sport. eerste en tweede leerjaar. (vervangt 2006/006)
LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS Vak: AV Biologie Basisvorming 2/2 lt/w Studierichting: Studiegebied: Onderwijsvorm: Graad: Leerjaar: Sport Sport ASO tweede graad eerste en tweede leerjaar Leerplannummer:
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9161 26 mei 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 april 2011, nr. VO/289008, houdende
Nadere informatieSamenvattingen. Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid. Basisstof 1. Basisstof 2. Erfelijke eigenschappen:
Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid Basisstof 1 Erfelijke eigenschappen: - Genotype: o genen liggen op de chromosomen in kernen van alle cellen o wordt bepaald op moment van de bevruchting - Fenotype: o
Nadere informatieWelke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?
Biologie Vraag 1 Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk? Microtubuli Microfilamenten Intermediaire filamenten Microvilli Biologie: vraag 1 Biologie Vraag 2
Nadere informatieSamenvatting Biologie Hoofdstuk 4 Erfelijkheid
Samenvatting Biologie Hoofdstuk 4 Erfelijkheid Samenvatting door een scholier 1431 woorden 17 jaar geleden 6,6 99 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Bas.1 wanneer zijn eigenschappen
Nadere informatieSamenvatting Biologie Thema 1 inleiding in de
Samenvatting Biologie Thema 1 inleiding in de biologie Samenvatting door E. 1726 woorden 5 november 2013 7,7 20 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie hoofdstuk 1, wat is biologie?
Nadere informatie1: Wat is biologie? 2: Organisatieniveaus van de biologie
1: Wat is biologie? - Een organisme (o.a. dieren, planten en mensen) vertoont levensverschijnselen, zoals voortplanting en stofwisseling: alle chemische reacties in een organisme. - Organismen kunnen ook
Nadere informatieSTUDIEGEBIED ALGEMENE VORMING
STUDIEGEBIED ALGEMENE VORMING Modulaire opleiding Moderne Talen - Wetenschappen AO AV 009 Versie 1.0 BVR Pagina 1 van 27 Inhoud Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 23 november 2006 1 Deel 1 Opleiding...
Nadere informatieBiologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie
Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke
Nadere informatieExamenprogramma natuur, leven en technologie vwo vanaf schooljaar 2014-2015
Examenprogramma NLT vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen en technologie
Nadere informatieT G7091. G1-fase en bevat A chromosomen en B DNA. M-fase en bevat 1 2 A chromosomen en 1 2 B DNA. S-fase en bevat A chromosomen en 1 2 B DNA
. Tijdens welke fase van de celcyclus gebeurt DNA-replicatie van het genoom? Hoeveel chromosomen en hoeveel DNA bevat een cel onmiddellijk na de mitose als je weet dat het aantal chromosomen van die cel
Nadere informatieVerslag over de opvolgingsdoorlichting van het Don Bosco-Instituut ASO/TSO/BSO te Dilbeek
Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL doorlichtingssecretariaat@ond.vlaanderen.be www.onderwijsinspectie.be Verslag
Nadere informatieNatuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden (bètaprofielniveau)
BIJLAGE 1 Examenprogramma NLT havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen
Nadere informatieDialogen voor conceptcartoons. Verband genotype/fenotype, dominant/recessief
Dialogen voor conceptcartoons Verband genotype/fenotype, dominant/recessief 1 Is dit ons kind? (Zie conceptcartoon Horst Wolter op deze site.) Leermoeilijkheid (misconcept): Uiterlijke eigenschappen weerspiegelen
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11101 6 juni 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 28 april 2012, nr. VO/389632, houdende
Nadere informatieSTUDIEGEBIED ALGEMENE VORMING
STUDIEGEBIED ALGEMENE VORMING Modulaire opleiding Economie - Moderne Talen AO AV 006 Versie 1.0 BVR Pagina 1 van 28 Inhoud Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap 23 november 2006 1 Deel 1 Opleiding... 5
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde havo
Examenprogramma scheikunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A1 Vaardigheden Domein A2
Nadere informatie