INHOUD 1 INLEIDENDE BEPALINGEN 1 2 BEPALINGEN BIJ DE BESTEMMINGEN 10 3 BEPALINGEN BIJ DE DUBBELBESTEMMINGEN 44 4 ALGEMENE BEPALINGEN 50 VOORSCHRIFTEN

Transcriptie

1 INHOUD VOORSCHRIFTEN 1 INLEIDENDE BEPALINGEN 1 ARTIKEL 1 BEGRIPSBEPALINGEN 1 ARTIKEL 2 WIJZE VAN METEN 9 2 BEPALINGEN BIJ DE BESTEMMINGEN 10 ARTIKEL 3 WONEN (W) 10 ARTIKEL 4 CENTRUMVOORZIENINGEN (C) 14 ARTIKEL 5 DETAILHANDEL (D) 17 ARTIKEL 6 HORECA (H) 20 ARTIKEL 7 ZAKELIJKE DIENSTVERLENING (Z) 23 ARTIKEL 8 MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING (M) 25 ARTIKEL 9 BEDRIJVEN (B) 28 ARTIKEL 10 BEDRIJVENTERREIN (BT) 31 ARTIKEL 11 SPORTVOORZIENINGEN (S) 34 ARTIKEL 12 RECREATIEVE VOORZIENINGEN (R) 35 ARTIKEL 13 AGRARISCH GEBIED (A) 36 ARTIKEL 14 GROEN (G) 38 ARTIKEL 15 GROENSINGEL (GS) 39 ARTIKEL 16 BOS (BO) 40 ARTIKEL 17 WATER (WA) 41 ARTIKEL 18 VERKEERSGEBIED (V) 41 ARTIKEL 19 GARAGEBOXEN (GB) 42 ARTIKEL 20 NUTSVOORZIENINGEN (NV) 43 I SAB EINDHOVEN BESTEMMINGSPLAN KERNEN MAASDONK 3 BEPALINGEN BIJ DE DUBBELBESTEMMINGEN 44 ARTIKEL 21 GRONDWATERBESCHERMINGSGEBIED 44 ARTIKEL 22 BEHEERS- EN BESCHERMINGSZONE WATERGANG 45 ARTIKEL 23 BESCHERMING KARAKTERISTIEK DORPSGEZICHT 46 ARTIKEL 24 BESCHERMING KARAKTERISTIEKE DORPSLINTEN 47 ARTIKEL 25 STRAALVERBINDING 47 ARTIKEL 26 VEILIGHEIDSZONE LPG-INSTALLATIE 48 ARTIKEL 27 MOLENBIOTOOP 48 4 ALGEMENE BEPALINGEN 50 ARTIKEL 28 ALGEMENE GEBRUIKSBEPALING 50 ARTIKEL 29 GEBRUIKSBEPALINGEN BESTEMMINGSPLAN HEIDUINEN 51 ARTIKEL 30 ALGEMENE VRIJSTELLING 51 ARTIKEL 31 ALGEMENE WIJZIGINGEN 52 ARTIKEL 32 ONDERGRONDS BOUWEN 55 ARTIKEL 33 AANBRENGEN OPPERVLAKTEVERHARDINGEN 56 ARTIKEL 34 BEELDBEPALENDE BOUWWERKEN 57 ARTIKEL 35 DUBBELTELBEPALING 57 ARTIKEL 36 BESTAANDE AFMETINGEN, AFSTANDEN EN PERCENTAGES 57 ARTIKEL 37 UITSLUITING AANVULLENDE WERKING BOUWVERORDENING 58

2 II 5 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN 59 ARTIKEL 38 OVERGANGSBEPALING VOOR BOUWWERKEN 59 ARTIKEL 39 OVERGANGSBEPALING VOOR GEBRUIK 59 ARTIKEL 40 PROCEDUREBEPALING 60 ARTIKEL 41 TITEL 60 BIJLAGE 1 1 STAAT VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN 1 BIJLAGE 2 1 STAAT VAN HORECA-ACTIVITEITEN 1 BIJLAGE 3 1 STAAT VAN LPG-INSTALLATIES 1 BIJLAGE 4 1 DEELKAARTEN 1 DE PLANKAART plankaart met verklaring tekeningnummer: MD-II-0318

3 1 INLEIDENDE BEPALINGEN artikel 1 BEGRIPSBEPALINGEN In deze voorshriften wordt verstaan onder: het plan het estemmingsplan Kernen Maasdonk van de gemeente Maasdonk, vervat in de plankaart (estaande uit zeven kaartladen) en ijehorende verklaring met tekeningnummer MD-II-0318 en deze voorshriften en ijehorende ijlagen en deelkaarten; aan huis geonden edrijf een edrijf, dat door de ewoner(s) van een woning in of vanuit die woning of een ijehorend ijgeouw wordt uitgeoefend, waarij de woning in hoofdzaak de woonfuntie ehoudt; aan huis geonden eroep een eroep of het eroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, maatshappelijk, juridish, (para)medish, therapeutish, lihaamsverzorgend, ontwerptehnish of kunstzinnig of hiermee gelijk te stellen geied, dat door de ewoner(s) van een woning in of vanuit die woning of een ijehorend ijgeouw wordt uitgeoefend, waarij de woning in hoofdzaak de woonfuntie ehoudt; aanouw een geouw dat als afzonderlijke ruimte is geouwd aan een hoofdgeouw waarmee het in direte verinding staat, dat door zijn vorm ondersheiden kan worden van het hoofdgeouw en in arhitetonish opziht ondergeshikt is aan het hoofdgeouw; aanlegvergunning een vergunning als edoeld in artikel 14 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening; ahtererf het gedeelte van het erf, dat is gelegen ahter de ahtergevelrooilijn van het hoofdgeouw; ahtergevelrooilijn de lijn langs de ahtergevel van het hoofdgeouw en het verlengde daarvan; ahterste ouwgrens de van de weg afgekeerde en aan de zijde van het ahtererf gelegen ouwgrens; afhankelijke woonruimte een aanouw of ijgeouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin (een gedeelte van) een huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is;

4 2 Algemene Plaatselijke Verordening de Algemene Plaatselijke Verordening, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Maasdonk op 18 deemer 2001, zoals deze luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; Algemene wet estuursreht Wet van 4 juni 1992 (St. 315), houdende algemene regels van estuursreht, zoals deze luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; ander-werk een werk, geen ouwwerk zijnde, of werkzaamheid; eouwingsperentage de gezamenlijke oppervlakte van geouwen en arports op een nader in deze voorshriften omshreven deel van het estemmingsvlak, in proenten van de oppervlakte van dat deel van het estemmingsvlak; edrijf een inrihting of instelling geriht op het edrijfsmatig voortrengen, vervaardigen, ewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het edrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis geonden eroepen daaronder niet egrepen; edrijfsvloeroppervlak de oppervlakte van de inpandige en overdekte ruimte die wordt enut voor de uitoefening van een edrijf, daarij niet meegerekend de oppervlakte van dienstwoningen; Besluit externe veiligheid inrihtingen Besluit van 27 mei 2004 (St. 250), houdende milieukwaliteitseisen voor externe veiligheid van inrihtingen milieueheer, zoals dit luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; estemmingsgrens een op de plankaart aangeduid lijn, die de grens aanduidt van een estemmingsvlak; estemmingsvlak een op de plankaart door estemmingsgrenzen omsloten vlak, waarmee gronden zijn aangegeven met eenzelfde estemming; indien twee estemmingsvlakken door middel van een op de plankaart aangegeven aanduiding "koppelteken" met elkaar zijn veronden, gelden die estemmingsvlakken ij de toepassing van deze voorshriften als één estemmingsvlak; eurs tentoonstelling waarij meerdere gelijkwaardige onafhankelijke aanieders hun produten presenteren en verkopen; ijgeouw een op zihzelf staand, al dan niet vrijstaand geouw, zonder direte verinding met het hoofdgeouw, dat door zijn vorm ondersheiden kan worden van het hoofdgeouw en in arhitetonish opziht ondergeshikt is aan het hoofdgeouw;

5 ouwen het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprihten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een ouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprihten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats; ouwgrens een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens aanduidt van een ouwvlak; ouwklasse een op de plankaart aangegeven letterode, die de in deze voorshriften toegelaten maximale goothoogte en ouwhoogte van hoofdgeouwen van woningen aangeeft; ouwlaag een oven het peil gelegen en doorlopend gedeelte van een geouw, dat door op gelijke of ij enadering gelijke hoogte liggende vloeren of alklagen is egrensd, zulks met inegrip van de egane grond en met uitsluiting van onderouw en zolder; ouwpereel een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze voorshriften één ouwwerk of meerdere ij elkaar ehorende ouwwerken zijn toegestaan; 3 ouwvlak een op de plankaart door ouwgrenzen omsloten vlak, waarmee gronden zijn aangegeven waarop ingevolge deze voorshriften epaalde ouwwerken zijn toegestaan; ouwwerk elke onstrutie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij diret of indiret met de grond veronden is, hetzij diret of indiret steun vindt in of op de grond; arport een overkapping, al dan niet een geouw zijnde, die dient voor de stalling van een motorvoertuig; dagrereatie rereatieve ativiteiten, geriht op het vermaken van het ezoekend puliek, waarij geen gelegenheid wordt geoden tot overnahting, zoals een speeltuin, zwemad of kinderoerderij; detailhande l het edrijfsmatig te koop aanieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of (af)leveren van goederen aan diegenen die deze goederen kopen voor geruik en/of verruik of aanwending anders dan in de uitoefening van eroeps- of edrijfsativiteiten; detailhandel gerelateerde dienstverlening het edrijfsmatig verlenen van diensten, daaronder egrepen reparatie, reiniging en verhuur van goederen alsmede uiterlijke verzorging van mensen, in een vorm of op een wijze die gelijkenis vertoont met detailhandel, zoals een shoenmakerij, een stomerij, een videotheek of een kapsalon;

6 4 detailhandel in volumineuze goederen detailhandel die vanwege de omvang van de aangeoden artikelen een groot verkoopvloeroppervlak nodig heeft, zoals detailhandel in auto's, oten, aravans, tuininrihtingsartikelen, grove ouwmaterialen, meuels, witgoed, keukens en sanitair; dienstverlenend edrijf een kantoor of een edrijf met een pulieksgerihte funtie dat in hoofdzaak is geriht op het ter plaatse edrijfsmatig verlenen van diensten aan of ten gerieve van edrijven en/of personen, zoals een voorlihtings-, advies-, reis- en uitzendureau, een makelaars- en/of verzekeringskantoor of ank; dienstwoning een woning in of ij een geouw of op een terrein, die is edoeld voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de estemming van de grond, noodzakelijk is; Flora- en faunawet Wet van 25 mei 1998 (St. 402), houdende regels ter esherming van in het wild levende planten- en diersoorten, zoals deze luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; geouw elk ouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; gevelvlak het vlak dat de gevel van een geouw eslaat, inlusief de tot hetzelfde geouw ehorende overkapte uitsparingen in of aan die gevel; (groot)handel het edrijfsmatig te koop aanieden, waaronder egrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of (af)leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan edrijven, instellingen of personen ter aanwending in een edrijfsativiteit; halfvrijstaande woning een woning, waarvan het hoofdgeouw slehts met één zijgevel, aan het hoofdgeouw van een andere woning is aangeouwd; hoofdgeouw een geouw dat gelet op de estemming en door zijn onstrutie en/of afmetingen als elangrijkste ouwwerk op een ouwpereel is aan te merken; hoekwoning een woning die, door haar ligging op een straathoek, aan twee zijden een naar de weg gekeerde gevel heeft; hoeksituatie een pereel dat, door zijn ligging op een straathoek, aan twee zijden een naar de weg gekeerde pereelsgrens heeft;

7 horea een edrijf, waar edrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor geruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin edrijfsmatig logies wordt verstrekt, één en ander al dan niet in ominatie met een vermaaksfuntie, nader te ondersheiden in lihte horea, middelzware horea, zware horea, hotels en seksinrihtingen; 5 horeavloeroppervlak het totale vloeroppervlak van een horeaedrijf, dat voor het ezoekende puliek toegankelijk is; hotel horea die tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies; Inrihtingen- en vergunningenesluit milieueheer esluit van 5 januari 1993 (St. 50), houdende de uitvoering van de hoofdstukken 1 en 8 van de Wet milieueheer en hoofdstuk V van de Wet geluidhinder, zoals dit luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; kampeermiddel een tent, tentwagen, een kampeerauto of een aravan; enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelten daarvan, voor zover geen ouwwerk zijnde; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele lijvend zijn estemd of geouwd dan wel worden of kunnen worden geruikt voor rereatief nahtverlijf; kas een geouw, estaande uit glas of ander lihtdoorlatend materiaal dienend tot het kweken, trekken, vermeerderen, opkweken of verzorgen van vruhten, loemen, planten of omen; kwetsaar ojet een kwetsaar ojet als edoeld in ijlage 2 van het Besluit externe veiligheid inrihtingen, te ondersheiden in: a kwetsaar ojet: woonestemmingen; onderwijsinstellingen; gezondheidsinstellingen; kinderopvang- en dagverlijven; gevangenissen; eperkt kwetsaar ojet: kantoren, edrijven en instellingen zonder ewoning; sport- en rereatieaommodatie; stadions; aanleghavens voor passanten en jahthavens; volkstuinen; kampeerterreinen; dagrereatiegeieden; winkels; horea; parkeerterrein;

8 6 stations; kerken; theaters, iosopen, zalenentra en uurthuizen; rematoria en uitvaartentra; randweerkazernes; ojeten met hoge infrastruturele waarde; lihte horea horea die in eginsel uitsluitend gedurende de winkelopeningstijden en/of in de avonduren is geopend, zoals genoemd in de staat van horea-ativiteiten; maatshappelijke voorzieningen voorzieningen, estemd voor medishe en verzorgende, soiaal-ulturele, religieuze, militaire, eduatieve en openare dienstverlenende instellingen, waaronder egrepen ejaarden- en verzorgingstehuizen; mantelzorg het ieden van zorg aan een ieder die hulpehoevend is op het fysieke, psyhishe en/of soiale vlak, op vrijwillige asis en uiten organisatorish verand; modeshow, demonstratie, presentatie en tentoonstelling een modeshow, demonstratie, presentatie en/of tentoonstelling van produten en/of goederen, waarij ter plaatse geen verkoopativiteiten plaatsvinden of koopeslissingen worden genomen, ook niet in de vorm van kooptransaties of -eslissingen waarij de finaniële afwikkeling elders en/of op een later tijdstip plaatsvindt; Monumentenwet 1988 Wet van 23 deemer 1988 (St. 638), tot vervanging van de Monumentenwet, zoals deze luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; nadere eis een nadere eis als edoeld in artikel 15, eerste lid, su van de Wet op de Ruimtelijke Ordening; onderouw een gedeelte van een geouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de ovenkant minder dan 1,20 m oven het peil is gelegen; ondergeshikte ouwdelen ouwdelen van eperkte afmetingen, die uiten de hoofdmassa van het geouw uitsteken, zoals shoorstenen, antennemasten, windvanen, vlaggenmasten en andere, daaraan gelijk te stellen dakopouwen; ondergronds eneden het peil; peil a voor geouwen: de hoogte van de ovenzijde van de afgewerkte egane grondvloer; voor andere ouwwerken: de (gemiddelde) hoogte van het aansluitende, afgewerkte terrein ter plaatse van het ouwpereel;

9 prostitutieedrijf een inrihting of instelling geriht op het tegen etaling doen plaatsvinden van seksuele omgang met prostituees op een naar uiten toe kenare wijze, zoals een ordeel of esortservie; sheidingslijn milieuategorie een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens aanduidt tussen gronden innen een estemmingsvlak, waarop ingevolge deze voorshriften vershillende milieuategorieën, als edoeld in de staat van edrijfsativiteiten, zijn toegestaan; seksinri hting een voor het puliek toegankelijke, esloten ruimte waarin edrijfsmatig, of in een omvang alsof zij edrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verriht of vertoningen van erotish-pornografishe aard plaatsvinden. Onder een seksinrihting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutieedrijf, een seksiosoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenlu of een erotishe massagesalon, al dan niet in ominatie met elkaar; staat van edrijfsativiteiten een als ijlage ij deze voorshriften ehorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van edrijven en instellingen; 7 staat van horea-ativiteiten een als ijlage ij deze voorshriften ehorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van horeaedrijven; staat van LPG-installaties een als ijlage ij deze voorshriften ehorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van LPG-installaties; tussenwoning een woning, waarvan het hoofdgeouw met eide zijgevels aan het hoofdgeouw van een andere woning is aangeouwd; uitouw een geouw dat als vergroting van een estaande ruimte is geouwd aan een hoofdgeouw, dat door zijn vorm ondersheiden kan worden van het hoofdgeouw en in arhitetonish opziht ondergeshikt is aan het hoofdgeouw; veiling openare verkopingen ij opod of afslag van produten of goederen met een hoge verkoopwaarde (zoals huizen, failliete oedel e.d.) die normaliter niet in de winkel te verkrijgen zijn; verharden van wegen en andere oppervlakteverhardingen het aanrengen van een dihte deklaag in de vorm van ijvooreeld klinkers, asfalt of eton; verkoopvloeroppervlak het totale vloeroppervlak van een winkel, dat voor het winkelend puliek toegankelijk is;

10 voorerf het gedeelte van het erf, dat is gelegen vóór de voorgevelrooilijn van het hoofdgeouw; 8 voorgevel de naar de weg gekeerde gevel van een geouw; ij hoekwoningen en geouwen op hoeksituaties is de voorgevel uitsluitend de naar de weg gekeerde gevel, welke door de gevelindeling en/of de situering van de oprit en/of de voortuin als meest representatieve gevel van het geouw dient te worden aangemerkt; voorgevelrooilijn de lijn langs de voorgevel van het hoofdgeouw en het verlengde daarvan; vrijstaande woning een woning, waarvan het hoofdgeouw niet aan het hoofdgeouw van een andere woning is aangeouwd; vrijstelling een vrijstelling als edoeld in artikel 15, eerste lid su a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening; Wet op de Ruimtelijke Ordening wet van 5 juli 1962 (St. 286), houdende de vaststelling van nieuwe voorshriften omtrent de ruimtelijke ordening, zoals deze luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; Wet geluidhinder wet van 16 feruari 1979 (St. 99), houdende de regels inzake het voorkomen of eperken van geluidhinder, zoals deze luidt op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; woning een (gedeelte van een) geouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden; wijziging een wijziging als edoeld in artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening; zijerf het gedeelte van het erf, dat is gelegen tussen de zijgevel van het hoofdgeouw of de lijn in het verlengde daarvan en de zijdelingse (ouw)pereelsgrens; zware horea horea die in eginsel in de avond- en (vroege) nahturen is geopend, zoals genoemd in de staat van horea-ativiteiten. 1.2 In deze voorshriften wordt mede verstaan onder: geruiken het doen geruiken, laten geruiken en in geruik geven; uitvoeren het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven.

11 artikel 2 WIJZE VAN METEN Bij de toepassing van deze voorshriften wordt als volgt gemeten: afstand van een ouwwerk tot de (zijdelingse) (ouw)pereelsgrens 9 tussen de (zijdelingse) grens van het (ouw)pereel en een epaald punt van het ouwwerk, waar die afstand, gemeten op het peil, het kortst is; ouwhoogte van een ouwwerk van het peil tot aan het hoogste punt van het ouwwerk, met dien verstande dat voor wat etreft geouwen daarij niet worden meegerekend de ondergeshikte ouwdelen; goothoogte van een ouwwerk van het peil tot aan de ovenkant van de goot dan wel de druiplijn, het oeioord of een daaraan gelijk te stellen onstrutiedeel; horizontale diepte van een ouwwerk tussen het voorste en het ahterste punt van het ouwwerk, gemeten ten opzihte van de voorgevel en tussen de uitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van gemeenshappelijke sheidsmuren dan wel sheidslijnen en op het peil; inhoud van een ouwwerk tussen de uitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van gemeenshappelijke sheidsmuren en de dakvlakken (zulks met inegrip van erkers en dakkapellen) en oven het peil; ij (dienst)woningen worden aanouwen en uitouwen wel meegerekend voor de inhoud, doh ijgeouwen niet; oppervlakte van een ouwwerk tussen de uitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van gemeenshappelijke sheidsmuren en: a op het peil voor wat etreft het ovengrondse (deel van het) ouwwerk; op de ovenzijde van de afgewerkte vloer van het ondergrondse (deel van het) ouwwerk; vertiale diepte van een ondergronds ouwwerk van het peil tot aan de ovenzijde van de afgewerkte vloer van het ondergrondse (deel van het) ouwwerk.

12 2 BEPALINGEN BIJ DE BESTEMMINGEN 10 artikel 3 WONEN (W) 3.1 Doeleinden De op de plankaart voor "wonen (W)" aangewezen gronden zijn estemd voor: a wonen in de suestemmingen: W1 W2 W3 W4 W5 vrijstaande woningen; duele woningen; aaneengeouwde woningen; gestapelde woningen; ruimte voor ruimte woning; daar waar deze suestemmingen op de plankaart zijn aangegeven, met dien verstande dat het aantal woningen in een ouwvlak niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande aantal dan wel het op de plankaart aangegeven grotere aantal; en tevens voor: aan huis geonden eroepen, mits: de woonfuntie als primaire funtie gehandhaafd lijft; de (mede) daarvoor in geruik te nemen vloeroppervlakte niet meer edraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de woning tot een maximum van 35% van de oppervlakte van de egane grond van de woning; geen horea en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een eperkte detailhandel ondergeshikt aan de uitoefening van het aan huis geonden eroep, mits de te koop aangeoden goederen en/ of produten een relatie heen met het aan huis geonden eroep; voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; geen vanaf het openaar geied zihtare relame-uitingen worden aangeraht, tenzij het een relame-uiting etreft die voldoet aan het epaalde in de Algemene Plaatselijke Verordening en die niet is aan te merken als een ouwwerk; een aan huis geonden edrijf, daar waar dat met een aanduiding op de plankaart is aangegeven, mits: het edrijf ehoort tot ten hoogste milieuategorie 2 volgens de staat van edrijfsativiteiten, dan wel voor wat etreft de aard en omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt, gelijk gesteld kan worden aan een edrijf ehorende tot ten hoogste milieuategorie 2; de edrijfsvloeroppervlakte niet meer edraagt dan 60 m 2 ; geen horea en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een eperkte detailhandel ondergeshikt aan de uitoefening van het aan huis geonden edrijf mits de te koop aangeoden goederen en/ of produten een relatie heen met het aan huis geonden edrijf; voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; geen vanaf het openaar geied zihtare relame-uitingen worden aangeraht, tenzij het een relame-uiting etreft die voldoet aan het epaalde in de Algemene Plaatselijke Verordening en die niet is aan te merken als een ouwwerk;

13 d een praktijk voor fysiotherapie als nevenfuntie, daar waar dat met een aanduiding "(f)" op de plankaart is aangegeven, mits: de (mede) daarvoor in geruik te nemen vloeroppervlakte niet meer edraagt dan 175 m 2 ; geen vanaf het openaar geied zihtare relame-uitingen worden aangeraht, tenzij het een relame-uiting etreft die voldoet aan het epaalde in de Algemene Plaatselijke Verordening en die niet is aan te merken als een ouwwerk; e stalling van aravans en/of landouwvoertuigen als nevenfuntie in een op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande opslagloods, daar waar dat met een aanduiding "opslag en stalling" op de plankaart is aangegeven; f uitsluitend een geluidswal met een (ouw)hoogte van minimaal 5,4 m en maximaal 6 m daar waar dat met een aanduiding op de plankaart is aangegeven; g uitsluitend een groensingel daar waar dat met een aanduiding op de plankaart is aangegeven; met ijehorende: h hoofdgeouwen; i aan- en uitouwen en ijgeouwen; j ouwwerken, geen geouw zijnde; k erven en tuinen Bouwen Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 3.1 omshreven doeleinden Voor hoofdgeouwen gelden de volgende epalingen: a hoofdgeouwen mogen uitsluitend innen de ouwvlakken worden geouwd; de ouwhoogte van hoofdgeouwen mag niet meer edragen dan: in ouwklasse A 10 m; in ouwklasse B 8 m; in ouwklasse C 4,5 m; in ouwklasse D 6,5 m; in ouwklasse E zie plankaart; de goothoogte van hoofdgeouwen mag niet meer edragen dan: in ouwklasse A 6,5 m; in ouwklasse B 4,5 m; in ouwklasse C 4,5 m; in ouwklasse D 6,5 m in ouwklasse E zie plankaart; d de afstand van hoofdgeouwen tot de zijdelingse (ouw)pereelsgrens dient ij halfvrijstaande woningen aan één zijde en ij vrijstaande woningen aan eide zijden minimaal 3 m te edragen. e de afstand van hoofdgeouwen tot de zijdelingse (ouw)pereelsgrens dient ij woningen in de suestemming W5 aan eide zijden minimaal 5 m te edragen Voor aan- en uitouwen en ijgeouwen gelden de volgende epalingen: a aan- en uitouwen en ijgeouwen mogen uitsluitend op een afstand van minimaal 2 m ahter de voorgevelrooilijn worden geouwd; ijgeouwen in de suestemming W5 mogen uitsluitend worden geouwd innen het ouwvlak voor ijgeouw zoals aangeduid op de plankaart;

14 12 d in afwijking van het epaalde onder a is het toegestaan het hoofdgeouw vóór de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker, mits: de horizontale diepte van de uitouw niet meer dan 1,25 m edraagt; ij een hoofdgeouw in één ouwlaag de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van deze ene ouwlaag; ij een hoofdgeouw in twee ouwlagen de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de tweede ouwlaag; ij een uitouw in één ouwlaag de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van het hoofdgeouw; ij een uitouw in twee ouwlagen de uitouw een reedte heeft van maximaal 30% van de reedte van de voorgevel van het hoofdgeouw; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; in afwijking van het epaalde onder a en is het toegestaan het hoofdgeouw vóór de voorgevelrooilijn en op een afstand van minder dan 2 m ahter de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker om de hoek, mits: de horizontale diepte van de uitouw vóór de voorgevelrooilijn niet meer dan 1,25 m edraagt; de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste ouwlaag van het hoofdgeouw; de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van het hoofdgeouw; de afstand van de uitouw tot de zijdelingse pereelsgrens niet minder dan 2 m edraagt; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; e ij vrijstaande woningen dient het zijerf aan één zijde over een reedte van 3 m, f g h i j k gemeten uit de zijdelingse (ouw)pereelsgrens, vrij te lijven van aan- en uitouwen en ijgeouwen, tot een afstand van 6 m ahter de ahtergevelrooilijn; ij hoekwoningen dient het naar de weg gekeerde zijerf over een reedte van 3 m, gemeten uit de zijdelingse (ouw)pereelsgrens, vrij te lijven van aan- en uitouwen en ijgeouwen; de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitouwen en ijgeouwen op de gronden gelegen op het zij- en ahtererf uiten het ouwvlak mag niet meer edragen dan 60 m 2 met dien verstande dat minimaal 30 m 2 van de gronden gelegen op het zij- en ahtererf oneouwd moet lijven; indien de oppervlakte van het zij- en ahtererf, voor zover gelegen ahter de voorgevelrooilijn, meer edraagt dan 200 m 2 mogen de onder f genoemde maximale gezamenlijke oppervlakten van aan- en uitouwen en ijgeouwen worden vermeerderd met 10% van de oppervlakte oven die 200 m 2, tot een maximum van 90 m 2 ; de ouwhoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 5 m; in afwijking van het epaalde onder h, mag de ouwhoogte van aan- en uitouwen en aangeouwde ijgeouwen op het zijerf worden verhoogd tot maximaal 5,5 m, indien de aan- en uitouwen en/of aangeouwde ijgeouwen twee hoofdgeouwen met elkaar verinden, waardoor een gesloten straatwand ontstaat; de goothoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer dan 3 m edragen.

15 3.2.4 Voor ouwwerken, geen geouw zijnde, gelden de volgende epalingen: a de ouwhoogte van erfafsheidingen mag niet meer edragen dan: d e 2 m voor zover de erfafsheiding wordt geouwd op minimaal 1 m ahter de voorgevelrooilijn; 1 m voor overige erfafsheidingen; de ouwhoogte van tuinmeuilair, speelvoorzieningen en pergola's, voor zover geouwd ahter de voorgevelrooilijn, mag niet meer edragen dan 3 m; de ouwhoogte van een als zodanig op de plankaart aangegeven geluidswal moet minimaal 5,4 m en mag maximaal 6 m edragen; de ouwhoogte van overige ouwwerken, geen geouw zijnde, mag niet meer edragen dan 1 m; zwemaden mogen uitsluitend ahter de voorgevelrooilijn worden geouwd, waarij de oppervlakte niet meer mag edragen dan 50 m In afwijking van het epaalde in lid en lid mogen arports worden opgeriht, mits zij voldoen aan de volgende epalingen: a de oppervlakte van arports mag niet meer edragen dan 20 m 2 ; de ouwhoogte van arports mag niet meer edragen dan 3 m; het eouwingsperentage van het (ouw)pereel mag niet meer edragen dan 50; d voor zover een arport vóór de voorgevelrooilijn wordt geouwd mag deze geen tot e f de onstrutie zelf ehorende wanden heen; voor zover een arport ahter de voorgevelrooilijn wordt geouwd mag deze maximaal drie wanden heen, waarvan er maximaal twee tot de onstrutie zelf mogen ehoren; ij hoekwoningen dient het naar de weg gekeerde zijerf over een reedte van 3 m, gemeten uit de zijdelingse (ouw)pereelsgrens, vrij te lijven Vrijstelling Burgemeester en wethouders zijn evoegd vrijstelling te verlenen van: a het epaalde in lid 3.1, voor het uitoefenen van een aan huis geonden edrijf in een aanouw en/of een ijgeouw, mits: het edrijf ehoort tot ten hoogste milieuategorie 2 volgens de staat van edrijfsativiteiten, dan wel, voor wat etreft de aard en omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt, gelijk gesteld kan worden aan een edrijf ehorende tot ten hoogste milieuategorie 2; de edrijfsvloeroppervlakte niet meer edraagt dan 60 m 2 ; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen; geen horea en geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een eperkte detailhandel ondergeshikt aan de uitoefening van het aan huis geonden edrijf en ter plaatse vervaardigde produten; voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein; geen vanaf het openaar geied zihtare relame-uitingen worden aangeraht, tenzij het een relame-uiting etreft die voldoet aan het epaalde in de Algemene Plaatselijke Verordening en die niet is aan te merken als een ouwwerk; het epaalde in lid 3.2.3f voor het ouwen van aan- en uitouwen en ijgeouwen ij hoekwoningen tot aan de naar de openare weg gekeerde zijdelingse (ouw)pereelsgrens, mits: de ouw daarvan ter plaatse stedenouwkundig aanvaardaar is;

16 14 de ouw daarvan toelaataar is vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid; het epaalde in lid 3.2.3j en 3.2.3k, voor het ouwen van aan- en uitouwen tot een ouwhoogte van maximaal 6 m, mits: die ouwhoogte noodzakelijk is voor een uitreiding van het woongedeelte van de woning op de verdieping van de aan- of uitouw; het aantal woningen niet toeneemt; die ouwhoogte stedenouwkundig aanvaardaar is, waarij in elk geval geldt dat geen sprake mag zijn van een shijnare visuele uitreiding van het hoofdgeouw op het (aangrenzende) ouwpereel of een hoogtevershil van meer dan 2 m ten opzihte van naijgelegen vergelijkare aan- en/of uitouwen op aangrenzende perelen; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen; Op de toepassing van een vrijstellingsevoegdheid als edoeld in lid is de in artikel 40 genoemde proedure van toepassing. artikel 4 CENTRUMVOORZIENINGEN (C) 4.1 Doeleinden De op de plankaart voor "entrumvoorzieningen (C)" aangewezen gronden zijn estemd d voor: a detailhandel en aan detailhandel gerelateerde diensten, met uitzondering van detailhandel in volumineuze goederen en met dien verstande dat het verkoopvloeroppervlak per detailhandelsedrijf niet meer mag edragen dan 500 m 2, dan wel zoveel meer als aanwezig is op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan; lihte horea, als vermeld in de staat van horea-ativiteiten; dienstverlenende edrijven; maatshappelijke voorzieningen; en tevens voor: e wonen als nevenfuntie, daar waar dat met een aanduiding "w"op de plankaart is f aangegeven, met dien verstande dat het aantal woningen niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande aantal dan wel het op de plankaart, al dan niet voor meerdere estemmings- of ouwvlakken gezamenlijk, aangegeven grotere aantal; een meuelstoffeerderij, daar waar dat met een aanduiding ms op de plankaart is aangegeven; met ijehorend(e): g geouwen; h ouwwerken, geen geouw zijnde; i erven en tuinen; j nutsvoorzieningen; k parkeervoorzieningen; l water en voorzieningen ten ehoeve van de waterhuishouding; m overige ijehorende voorzieningen. 4.2 Bouwen

17 4.2.1 Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 4.1 omshreven doeleinden Voor geouwen gelden de volgende epalingen: a geouwen mogen uitsluitend innen de ouwvlakken worden geouwd; de goothoogte en de ouwhoogte van geouwen mogen niet meer edragen dan de op de plankaart aangegeven goothoogte en ouwhoogte; de inhoud van een woning mag, exlusief aan- en ijgeouwen, niet meer edragen dan 550 m In afwijking van het epaalde in lid gelden voor aan- en uitouwen en ijgeouwen, ehorende ij een woning, de volgende epalingen: a aan- en uitouwen en ijgeouwen mogen uitsluitend op een afstand van minimaal d e f 2 m ahter de voorgevelrooilijn worden geouwd; in afwijking van het epaalde onder a is het toegestaan de woning vóór de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker, mits: de horizontale diepte van de uitouw niet meer dan 1,25 m edraagt; ij een woning in één ouwlaag de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van deze ene ouwlaag; ij een woning in twee ouwlagen de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de tweede ouwlaag; ij een uitouw in één ouwlaag de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van de woning; ij een uitouw in twee ouwlagen de uitouw een reedte heeft van maximaal 30% van de reedte van de voorgevel van de woning; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; in afwijking van het epaalde onder a en is het toegestaan de woning vóór de voorgevelrooilijn en op een afstand van minder dan 2 m ahter de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker om de hoek, mits: de horizontale diepte van de uitouw vóór de voorgevelrooilijn niet meer dan 1,25 m edraagt; de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste ouwlaag van de woning; de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van de woning; de afstand van de uitouw tot de zijdelingse pereelsgrens niet minder dan 2 m edraagt; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; ij hoekperelen dient het naar de weg gekeerde zijerf over een reedte van 3 m, gemeten uit de zijdelingse (ouw)pereelsgrens, vrij te lijven van aan- en uitouwen en ijgeouwen; de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitouwen en ijgeouwen op de gronden gelegen op het zij- en ahtererf uiten het ouwvlak mag niet meer edragen dan 20 m 2 voor woningen op de verdiepingen; 60 m 2 voor overige woningen; met dien verstande dat minimaal 30 m 2 van de gronden gelegen op het zij- en ahtererf oneouwd moet lijven; indien de oppervlakte van het zij- en ahtererf, voor zover gelegen ahter de voorgevelrooilijn, meer edraagt dan 200 m 2 mogen de onder genoemde maximale ge- 15

18 16 g h zamenlijke oppervlakten van aan- en uitouwen en ijgeouwen worden vermeerderd met 10% van de oppervlakte oven die 200 m 2, tot een maximum van 90 m 2 ; de ouwhoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 5 m; de goothoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 3 m Voor ouwwerken, geen geouw zijnde, gelden de volgende epalingen: a de ouwhoogte van erfafsheidingen mag niet meer edragen dan: 2 m voor zover de erfafsheiding wordt geouwd op minimaal 1 m ahter de voorgevelrooilijn; 1 m voor overige erfafsheidingen; de ouwhoogte van overige ouwwerken, geen geouw zijnde, mag niet meer edragen dan 1 m. 4.3 Vrijstelling Burgemeester en wethouders zijn evoegd vrijstelling te verlenen van: a het epaalde in lid 4.1a, voor een vergroting van het verkoopvloeroppervlak per detailhandelsedrijf, mits: de vergroting niet meer edraagt dan 30% van het op asis van lid 4.1a maximaal toegestane verkoopvloeroppervlak; de vergroting niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau in de etreffende kern; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen; het epaalde in lid 4.1a, voor de vestiging van een detailhandelsedrijf in volumineuze goederen, mits: het detailhandel in volumineuze goederen etreft die naar zijn aard past in het entrumgeied; de vestiging van het detailhandelsedrijf in volumineuze goederen niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau in de etreffende kern; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; het epaalde in lid 4.2.2a, voor een uitreiding van de gezamenlijke oppervlakte van de geouwen op een (ouw)pereel, mits: de oppervlakte van de uiten het ouwvlak te realiseren geouwen niet meer edraagt dan 30% van de oppervlakte van het op het ouwpereel gelegen (deel van het) ouwvlak; de uitreiding niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau in de etreffende kern; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen Op de toepassing van een vrijstellingsevoegdheid als edoeld in lid is de in artikel 40 genoemde proedure van toepassing.

19 4.4 Wijziging Burgemeester en wethouders zijn evoegd een ouwvlak op de plankaart te vergroten, ten ehoeve van een uitreiding van de geouwen en/of een uitreiding van het verkoopvloeroppervlak op een ouwpereel met meer dan 30%, mits: a de uitreiding niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau d in de etreffende kern; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu op aangrenzende perelen Op de toepassing van een wijzigingsevoegdheid als edoeld in lid is de in artikel 40 genoemde proedure van toepassing. artikel 5 DETAILHANDEL (D) 5.1 Doeleinden De op de plankaart voor "detailhandel (D)" aangewezen gronden zijn estemd voor: a detailhandel en aan detailhandel gerelateerde diensten, met uitzondering van detailhandel in volumineuze goederen en met dien verstande dat het verkoopvloeroppervlak per estemmingsvlak niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande verkoopvloeroppervlak; 17 en tevens voor: uitsluitend detailhandel in volumineuze goederen, daar waar dat met een aanduiding d e f (v) op de plankaart is aangegeven, met dien verstande dat het verkoopvloeroppervlak per aanduiding niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande verkoopvloeroppervlak; ondergeshikte horea daar waar dit staat aangegeven op de plankaart middels een arering tot een maximale oppervlakte van 200 m 2 ; een verkooppunt voor motorrandstoffen, daar waar dat met een aanduiding op de plankaart is aangegeven; uitsluitend een parkeerterrein ehorende ij een detailhandelsvestiging, daar waar dat met een aanduiding "p" op de plankaart is aangegeven; wonen als nevenfuntie, daar waar dat met een aanduiding "w" op de plankaart is aangegeven, met dien verstande dat het aantal woningen niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande aantal; met ijehorend(e): g geouwen; h ouwwerken, geen geouw zijnde; i erven en tuinen; j nutsvoorzieningen; k parkeervoorzieningen; l water en voorzieningen ten ehoeve van de waterhuishouding; m overige ijehorende voorzieningen. 5.2 Bouwen Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 5.1 omshreven doeleinden.

20 Voor geouwen gelden de volgende epalingen: a geouwen mogen uitsluitend innen de ouwvlakken worden geouwd; de goothoogte en de ouwhoogte van geouwen mogen niet meer edragen dan de op de plankaart aangegeven goothoogte en ouwhoogte; de inhoud van een woning mag niet meer edragen dan 550 m In afwijking van het epaalde in lid gelden voor aan- en uitouwen en ijgeouwen, ehorende ij een woning, de volgende epalingen: a aan- en uitouwen en ijgeouwen mogen uitsluitend op een afstand van minimaal d e f 2 m ahter de voorgevelrooilijn worden geouwd; in afwijking van het epaalde onder a is het toegestaan de woning vóór de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker, mits: de horizontale diepte van de uitouw niet meer dan 1,25 m edraagt; ij een woning in één ouwlaag de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van deze ene ouwlaag; ij een woning in twee ouwlagen de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de tweede ouwlaag; ij een uitouw in één ouwlaag de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van de woning; ij een uitouw in twee ouwlagen de uitouw een reedte heeft van maximaal 30% van de reedte van de voorgevel van de woning; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; in afwijking van het epaalde onder a en is het toegestaan de woning vóór de voorgevelrooilijn en op een afstand van minder dan 2 m ahter de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker om de hoek, mits: de horizontale diepte van de uitouw vóór de voorgevelrooilijn niet meer dan 1,25 m edraagt; de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste ouwlaag van de woning; de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van de woning; de afstand van de uitouw tot de zijdelingse pereelsgrens niet minder dan 2 m edraagt; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; ij hoekperelen dient het naar de weg gekeerde zijerf over een reedte van 3 m, gemeten uit de zijdelingse (ouw)pereelsgrens, vrij te lijven van aan- en uitouwen en ijgeouwen; de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitouwen en ijgeouwen op de gronden gelegen op het zij- en ahtererf uiten het ouwvlak mag niet meer edragen dan 20 m 2 voor woningen op de verdiepingen; 60 m 2 voor overige woningen; met dien verstande dat minimaal 30 m 2 van de gronden gelegen op het zij- en ahtererf oneouwd moet lijven; indien de oppervlakte van het zij- en ahtererf, voor zover gelegen ahter de voorgevelrooilijn, meer edraagt dan 200 m 2 mogen de onder genoemde maximale gezamenlijke oppervlakten van aan- en uitouwen en ijgeouwen worden vermeerderd met 10% van de oppervlakte oven die 200 m 2, tot een maximum van 90 m 2 ;

21 g h de ouwhoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 5 m; de goothoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 3 m Voor ouwwerken, geen geouw zijnde, gelden de volgende epalingen: a de ouwhoogte van erfafsheidingen mag niet meer edragen dan: 2 m voor zover de erfafsheiding wordt geouwd op minimaal 1 m ahter de voorgevelrooilijn; 1 m voor overige erfafsheidingen; de ouwhoogte van overige ouwwerken, geen geouw zijnde, mag niet meer edragen dan 1 m. 5.3 Vrijstelling Burgemeester en wethouders zijn evoegd vrijstelling te verlenen van: a het epaalde in lid 5.1a en 5.1, voor een uitreiding van het verkoopvloeroppervlak op een estemmingsvlak, mits: de uitreiding maximaal 10% edraagt ten opzihte van het in lid 5.1a en 5.1 toegestane verkoopvloeroppervlak; de uitreiding maximaal 30% edraagt ten opzihte van het in lid 5.1a en 5.1 toegestane verkoopvloeroppervlak voor zover de detailhandel is gelegen in Nuland of Vinkel of in de noordelijke randzone als aangegeven op deelkaart 3 (Dorpstraat, Kerkstraat, Kloosterstraat) in Geffen; de uitreiding niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau in de etreffende kern; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen; niet reeds een uitreiding van het verkoopvloeroppervlak is gerealiseerd op asis van een met toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening verleende vrijstelling van het voorheen geldende estemmingsplan; het epaalde in lid 5.2.2a, voor een uitreiding van de gezamenlijke oppervlakte van de geouwen op een (ouw)pereel, mits: de oppervlakte van de uiten het ouwvlak te realiseren geouwen niet meer edraagt dan 10% van de oppervlakte van het op het (ouw)pereel gelegen (deel van het) ouwvlak; de oppervlakte van de uiten het ouwvlak te realiseren geouwen niet meer dan 30% edraagt van de oppervlakte van het op het (ouw)pereel gelegen (deel van het) ouwvlak voor zover de detailhandel is gelegen in Nuland of Vinkel of in Geffen is gelegen in het geareerde geied (Dorpstraat, Kerkstraat, Kloosterstraat) zoals aangegeven op deelkaart 3; de uitreiding niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau in de etreffende kern; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen; niet reeds een uitreiding van de gezamenlijke oppervlakte van de geouwen is gerealiseerd op asis van een met toepassing van artikel 19 van de Wet op de 19

22 Ruimtelijke Ordening verleende vrijstelling van het voorheen geldende estemmingsplan Op de toepassing van een vrijstellingsevoegdheid als edoeld in lid is de in artikel 40 genoemde proedure van toepassing. 5.4 Wijziging Burgemeester en wethouders zijn evoegd een ouwvlak op de plankaart te vergroten, ten ehoeve van een uitreiding van de geouwen op een ouwpereel in Vinkel (kaartlad 6 en 7) met meer dan 30%, mits: a uitreiding niet leidt tot een duurzame ontwrihting van het voorzieningenniveau in d de etreffende kern; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu op aangrenzende perelen Op de toepassing van een wijzigingsevoegdheid als edoeld in lid is de in artikel 40 genoemde proedure van toepassing. artikel 6 HORECA (H) 6.1 Doeleinden De op de plankaart voor "horea (H)" aangewezen gronden zijn estemd voor: a horea in de suestemmingen: H H(z) H() H(h) H(s) lihte horea, als vermeld in de staat van horea-ativiteiten; lihte en zware horea, als vermeld in de staat van horea-ativiteiten; afetaria/snakar hotel met daarij ehorend afé, restaurant en zalenexploitatieentrum voor feesten en partijen; seksinrihting; daar waar deze suestemmingen op de plankaart zijn aangegeven met dien verstande dat het horeavloeroppervlak per estemmingsvlak niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande verkoopvloeroppervlak; en tevens voor: uitsluitend een parkeerterrein ehorende ij een horeavestiging, daar waar dat met een aanduiding "p" op de plankaart is aangegeven; wonen als nevenfuntie, daar waar dat met een aanduiding "w"op de plankaart is aangegeven, met dien verstande dat het aantal woningen niet meer mag edragen dan het op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan estaande aantal; met ijehorend(e): d geouwen; e ouwwerken, geen geouwen zijnde; f terrassen, mits voldaan wordt aan het epaalde in de Algemene Plaatselijke Verordening; g erven en tuinen;

23 h i j k nutsvoorzieningen; parkeervoorzieningen; water en voorzieningen ten ehoeve van de waterhuishouding; overige ijehorende voorzieningen. 6.2 Bouwen Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 6.1 omshreven doeleinden Voor geouwen gelden de volgende epalingen: a geouwen mogen uitsluitend innen de ouwvlakken worden geouwd; de goothoogte en de ouwhoogte van geouwen mogen niet meer edragen dan de op de plankaart aangegeven goothoogte en ouwhoogte; de inhoud van een woning mag niet meer edragen dan 550 m In afwijking van het epaalde in lid gelden voor aan- en uitouwen en ijgeouwen, ehorende ij een woning, de volgende epalingen: a aan- en uitouwen en ijgeouwen mogen uitsluitend op een afstand van minimaal d e 2 m ahter de voorgevelrooilijn worden geouwd; in afwijking van het epaalde onder a is het toegestaan de woning vóór de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker, mits: de horizontale diepte van de uitouw niet meer dan 1,25 m edraagt; ij een woning in één ouwlaag de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van deze ene ouwlaag; ij een woning in twee ouwlagen de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de tweede ouwlaag; ij een uitouw in één ouwlaag de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van de woning; ij een uitouw in twee ouwlagen de uitouw een reedte heeft van maximaal 30% van de reedte van de voorgevel van de woning; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; in afwijking van het epaalde onder a en is het toegestaan de woning vóór de voorgevelrooilijn en op een afstand van minder dan 2 m ahter de voorgevelrooilijn uit te reiden met een uitouw in de vorm van een erker om de hoek, mits: de horizontale diepte van de uitouw vóór de voorgevelrooilijn niet meer dan 1,25 m edraagt; de ouwhoogte van de uitouw maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste ouwlaag van de woning; de uitouw een reedte heeft van maximaal 80% van de reedte van de voorgevel van de woning; de afstand van de uitouw tot de zijdelingse pereelsgrens niet minder dan 2 m edraagt; de afstand van de uitouw tot de naar de weg gekeerde estemmingsgrens, niet zijnde een zijdelingse pereelsgrens, niet minder dan 3 m edraagt; ij hoekperelen dient het naar de weg gekeerde zijerf over een reedte van 3 m, gemeten uit de zijdelingse (ouw)pereelsgrens, vrij te lijven van aan- en uitouwen en ijgeouwen; de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitouwen en ijgeouwen op de gronden gelegen op het zij- en ahtererf uiten het ouwvlak mag niet meer edragen dan 20 m 2 voor woningen op de verdiepingen; 21

24 22 f g h 60 m 2 voor overige woningen; met dien verstande dat minimaal 30 m 2 van de gronden gelegen op het zij- en ahtererf oneouwd moet lijven; indien de oppervlakte van het zij- en ahtererf, voor zover gelegen ahter de voorgevelrooilijn, meer edraagt dan 200 m 2 mogen de onder genoemde maximale gezamenlijke oppervlakten van aan- en uitouwen en ijgeouwen worden vermeerderd met 10% van de oppervlakte oven die 200 m 2, tot een maximum van 90 m 2 ; de ouwhoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 5 m; de goothoogte van aan- en uitouwen en ijgeouwen mag niet meer edragen dan 3 m Voor ouwwerken, geen geouw zijnde, gelden de volgende epalingen: a de ouwhoogte van erfafsheidingen mag niet meer edragen dan: 2 m voor zover de erfafsheiding wordt geouwd op minimaal 1 m ahter de voorgevelrooilijn; 1 m voor overige erfafsheidingen; de ouwhoogte van overige ouwwerken, geen geouw zijnde, mag niet meer edragen dan 1 m. 6.3 Vrijstelling Burgemeester en wethouders zijn evoegd vrijstelling te verlenen van: a het epaalde in lid 6.1a, voor een uitreiding van het horeavloeroppervlak op een estemmingsvlak, mits: de uitreiding maximaal 10% edraagt ten opzihte van het in lid 6.1a toegestane horeavloeroppervlak; de uitreiding maximaal 30% edraagt ten opzihte van het in lid 6.1a toegestane horeavloeroppervlak voor zover het horeaedrijf is gelegen in Nuland of Vinkel of in het geareerde geied zoals aangegeven op deelkaart 3 (Dorpstraat, Kerkstraat, Kloosterstraat) in Geffen; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving; voldoende parkeergelegenheid eshikaar is; geen onevenredige shade wordt toegeraht aan het woonmilieu of de geruiksfuntie op aangrenzende perelen; niet reeds een uitreiding van het horeavloeroppervlak is gerealiseerd op asis van een met toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening verleende vrijstelling van het voorheen geldende estemmingsplan; het epaalde in lid 6.2.2a, voor een uitreiding van de gezamenlijke oppervlakte van de geouwen op een (ouw)pereel, mits: de oppervlakte van de uiten het ouwvlak te realiseren geouwen niet meer edraagt dan 10% van de oppervlakte van het op het ouwpereel gelegen (deel van het) ouwvlak; de oppervlakte van de uiten het ouwvlak te realiseren geouwen niet meer dan 30% edraagt van de oppervlakte van het op het (ouw)pereel gelegen (deel van het) ouwvlak voor zover de horeagelegenheid is gelegen in Nuland of Vinkel of in Geffen is gelegen in het geareerde geied (Dorpstraat, Kerkstraat, Kloosterstraat) zoals aangegeven op deelkaart 3; de noodzaak van de uitreiding voor de ontinuïteit van de horeagelegenheid wordt aangetoond; voldaan wordt aan de geldende milieuregelgeving;