Titel: Werkwijze goedgekeurde opdracht (GO) Procesdeskundige: IV (KEB) Procesbeheerder: Procesbeheerder KEB AM Publicatiedatum:

Transcriptie

1 Omschrijving Titel: Werkwijze goedgekeurde opdracht (GO) Proceseigenaar: IV TM (KEB) Procesdeskundige: IV (KEB) Procesbeheerder: Procesbeheerder KEB AM Publicatiedatum: Reviewdatum: Afdeling: Service Provider (SP) Documenttype: WRK Versienummer: 2.01 Documentnummer: TVWI-001 Referentie Referenties: T2-H.8: Beschrijving processchema's T2-H.9: Beheer grensoverschrijdende verbindingen Doel Beschrijven op welke wijze er gewerkt moet worden wanneer er een goedgekeurde opdracht van toepassing is. Toepassingsgebied Deze procedure is van toepassing op alle elektrische installaties in beheer bij TenneT. Werkwijze 1. Voorbereiding Referenties: T2-H.5: Bedieningshandelingen T2-H.13: Beleidskaders m.b.t. nieuwbouw en modificatie TVWI-002: Beheer grensoverschrijdende verbinding T3-TIB-012: Uitgangspunten en voorwaarden bij werkplannen De planning van de voorgenomen werkzaamheden vindt plaats volgens het vastgestelde VNBproces/werkvoorbereiding. Volgens deze planning krijgt de de opdracht om de werkzaamheden voor te bereiden. Zo ja zie TVWI-002 /H1. Voorbereiding Zo nee, zie 1.1: opstellen van het werkplan Pagina 1 van 22

2 Is er sprake van een nieuwe en/of gewijzigde installatie? Zo ja zie H5. Opheffen van blokkeringen en vergrendelingen Zo nee, zie 1.1: opstellen van het werkplan 1.1 Opstellen van het werkplan Vóór aanvang van alle werkzaamheden waarvoor een goedgekeurde opdracht (GO) noodzakelijk is, moet de een schriftelijk werkplan opstellen. Dit werkplan moet voldoen aan de minimale vereisten zoals is beschreven in T3-TIB-012. Vooraf aan het opstellen van een werkplan, zal de moeten vaststellen of er sprake is van beheer grensoverschrijdende verbindingen. Wanneer dit het geval is zal er deels gehandeld moeten worden volgens TVWI-002 en deels volgens de werkwijze. Deze momenten worden steeds aangegeven in deze beschrijving. Daarbij zal de ook voorafgaand moeten vaststellen of er tijdens de werkzaamheden er wijzigingen in de installatie zich zullen voordoen. Bijvoorbeeld bij het vervangen van componenten en/of bij nieuwbouw en modificaties. Wanneer dat het geval is, zal bij de inbedrijfname de voorwaarden die in Deel 2-H 13 staan beschreven gaan gelden. Het opgestelde werkplan wordt ter goedkeuring aangeboden aan de OIV op basis van het 4-ogen principe. Na goedkeuring is stap 1.2 van toepassing. Wanneer het werkplan wordt afgekeurd zal de OIV overleggen met wat noodzakelijk is om het werkplan alsnog goed te keuren. Opmerking: Tijdens urgente storingssituaties mag er met een door de OIV goedgekeurd mondeling werkplan worden gewerkt (zie T3-TIB-012). Opmerking: Bij afwijkingen ten opzichte van het werkplan moet er gestopt worden met de werkzaamheden. Daarna moet er overlegd worden tussen en OIV hoe verder te handelen. Verbindingen In situaties waarbij verre-bediening niet mogelijk is, zal de -verbindingen een verzoek moeten indienen aan de -stations om een werkplan te schrijven voor veiligheidsmaatregelen op het station. De -verbindingen is dan bevoegd om op basis van zijn werkplan en het werkplan van stations de voor zijn deel de benodigde veiligheidsmaatregelen uit te voeren. Dit betekent het bedienen van de lijn/kabelscheiders en het aanbrengen van KSV aarders t.b.v. deze lijn/kabelscheiders. 1.2 Verzoek opstellen bedieningsplan De zal de verzoeken om op basis van het goedgekeurde werkplan een bedieningsplan op te stellen. De zal een bedieningsplan opstellen en volgens het 4-ogen principe ter goedkeuring aanbieden aan een tweed. Het uiteindelijk goedgekeurde bedieningsplan wordt doorgestuurd naar de OIV. 1.3 Coördinerend werkverantwoordelijke Wanneer er meerdere werkzaamheden in hetzelfde netschakel plaatsvinden of bij werkzaamheden met verschillende serviceproviders moet er door de OIV een coördinerend werkverantwoordelijke worden benoemd. Omdat de werkvoorbereiding het overzicht heeft van alle werkzaamheden, kan de werkvoorbereiding een advies geven over wie er het beste de C kan zijn. De uitgangspunten hierbij zijn: de met de langstlopende werkzaamheden; de met werkzaamheden op het hoogste spanningsniveau; anders te bepalen door bijvoorbeeld de complexiteit van de werkzaamheden. De OIV blijft verantwoordelijk voor het benoemen van een C. In situaties waarbij meerdere OIV n (verschillende serviceproviders) betrokken zijn, zullen de OIV n onderling overleggen welke partij de C levert. De partij die de C levert, zal worden beschouwd als de initiatiefnemer en is verantwoordelijk om de andere partij te informeren bij eventuele wijzigingen. Pagina 2 van 22

3 De C coördineert de veiligheidsmaatregelen. Hij is verantwoordelijk dat ploegen onderling niet gevaar komen wanneer bijvoorbeeld één ploeg zijn eigen veiligheidsmaatregelen wil gaan maken. De C zal het concept werkplan aanbieden aan de OIV. 1.4 Goedkeuren van de samenhang van werkplan en bedieningsplan De OIV beoordeelt de samenhang van het werkplan met het bedieningsplan. Zo nodig overlegt hij met: de VNB groep over de eventuele niet beschikbaarheid van het bedrijfsmiddel; de ; de IV; de (C ); een veiligheidskundige. Wanneer de OIV akkoord is met de samenhang van het werkplan en het bedieningsplan parafeert hij voor akkoord. Een goedgekeurd samenhang van het werkplan & bedieningsplan blijft na parafering maximaal 3 maanden geldig. Zie ook T3-TIB-012. In storingssituaties: De OIV toetst ook de samenhang van een mondeling bedienings- en werkplan en geeft ook de vrijgave hiervan. Zie ook T3-TIB Bedienen voordat de werkzaamheden starten Referenties: T1-H Communicatie TVWI-002: Beheer grensoverschrijdende verbinding TVWI-022: Bedienen buiten de vergrendelingen om TVWI-005: Blokkeringen SWI/AOW TVWI-015: Inmelden, waarschuwen en V&G coördinatie 2.1 Uitvraag of bedieningshandelingen mogelijk zijn Op het geplande tijdstip zal de contact opnemen met de of de geplande werkzaamheden door kunnen gaan. De bepaalt of het gevraagde netschakel uit bedrijf kan en zal dit aan de meedelen. De zal het personeel dat op de werkplek aanwezig is hierover informeren. Het aanspreekpunt van de is dan de. Wanneer het uit bedrijf nemen van het gevraagde netschakel niet mogelijk is, dan informeert de dit aan de OIV. Er zal dan overleg gaan plaatsvinden tussen alle betrokkenen, waarbij de OIV de coördinatie heeft. In situaties waarbij er een C van toepassing is geldt dat de C het contactpersoon is met de en de overige 'n. Zo ja, dan moeten de stappen van TVWI-002 t/m 2.1 zijn uitgevoerd. Ga verder met 2.2: Realiseren overdracht situatie door de vanuit het LBC. Zo nee, zie 2.2: realiseren overdracht situatie door de vanuit het LBC 2.2 Realiseren overdracht situatie door de vanuit het LBC Direct vooraf aan de start van de bedieningshandelingen zal de de medewerkers op de werkplek informeren over de voorgenomen bedieningshandelingen. Zie hiervoor ook TVWI-015. Opmerking: Wanneer er een SWI/AOW geblokkeerd moet worden geldt TVWI-005. Pagina 3 van 22

4 2.2.1 Wanneer verre bedienbaar mogelijk is Wanneer de te bedienen componenten verre bedienbaar zijn, dan realiseert de de door de gevraagde overdracht situatie. Als een lijn of kabel aan beide zijden voorzien is van een verre bedienbare scheider en aarder, dan wordt de verbinding altijd overgedragen met de lijn resp. kabelaarder aan beide zijden ingeschakeld. Als een transformator is voorzien van een verre bedienbare scheider en aarder, dan wordt dit netdeel geaard aan de zijde met de hoogste bedrijfsspanning Wanneer lokale bediening (niet verre bedienbaar; afstand- en handbediening) van toepassing is Als één of meerdere railscheiders en/of lijn- resp. kabelscheiders niet verre bedienbaar zijn, en de schakelfout vergrendelingen functioneren volgens het ontwerp, dan worden de daarvoor nodige bedieningshandelingen verricht door een tenminste samen met een tenminste ter plaatse na toestemming en onder aansturing van de. De bedieningshandelingen worden door de teruggemeld aan de. Het desbetreffende installatiedeel wordt dan door de in gescheiden toestand overgedragen aan de. Het inzetten van de niet verre bedienbare aarders worden uitgevoerd volgens punt 3: 'treffen van veiligheidsmaatregelen'. Opmerking: In deze stap wordt er gesproken over een en niet over een PL omdat een ook PL mag zijn. Daarbij mag een geen bedieningshandelingen en/of veiligheidsmaatregelen uitvoeren Bedieningshandelingen buiten de schakelfout vergrendeling om Wanneer componenten moeten worden bediend buiten de schakelfout vergrendeling om, zal er altijd toestemming nodig zijn van de OIV. Zie hiervoor ook TVWI-022. Wanneer dit vooraf is voorzien zal dit zijn vastgelegd in een goedgekeurd werk- en bedieningsplan. In storingssituaties mag de OIV toestemming per telefoon geven wanneer de situatie daarom vraagt. Wanneer de OIV geen toestemming hiervoor geeft zal er overleg moeten plaatsvinden tussen, en IV. Voorbeelden van deze situaties zijn wanneer een vergrendeling niet functioneert of dat er een noodbediening moet plaatsvinden. Wanneer de installatie is voorzien van een sleutelvergrendeling kan de OIV dit vooraf goedkeuren in het werkplan. Al deze handelingen worden in opdracht van de uitgevoerd door een samen met een tenminste. Communicatie vindt uitsluitend plaats tussen en. De uitgevoerde bedieningshandelingen worden door de teruggemeld aan de. Het inzetten van de niet verre bedienbare aarders worden uitgevoerd volgens punt 3: treffen van veiligheidsmaatregelen. Na het realiseren van de bedieningshandelingen moet er een formele overdracht tussen en plaatsvinden. 2.3 Overdracht van naar Tijdens de overdracht van de aan de wordt er onderscheid gemaakt tussen de situatie met- en zonder een C. De communicatie tussen alle medewerkers moet plaatsvinden op basis van het principe hoor- en wederhoor (zie KEB-deel 1-H4.3.2) De overdracht van naar de meldt aan de dat het betreffende installatiedeel in de gevraagde overdracht situatie is gebracht; dit gebeurt telefonisch. Als de zelf op locatie aanwezig is, dan moet hij zich overtuigen van de actuele schakeltoestand. De schakeltoestand moet overeenkomen met hetgeen dat is aangevraagd en bevestigt dat hij akkoord is. Als de niet zelf op de locatie aanwezig is, dan laat hij de zich overtuigen van de actuele schakeltoestand. De bevestigt aan de dat hij akkoord is. In de communicatie tussen en moeten opdrachten en terugmeldingen over en weer worden herhaald om zeker te stellen dat aan beide zijden dezelfde boodschap correct is begrepen/ overgekomen; de bevestigt aan de dat hij akkoord is; Pagina 4 van 22

5 de draagt het betreffende installatiedeel over aan de en zet het desbetreffende installatiedeel op naam van de, door het aanbrengen van een markering (TAG) in het SCADA/EMS systeem; de legt dit moment vast op een controlelijst. Opmerking: In KEB deel 2 staat de definitie van het overtuigen van de actuele schakeltoestand De overdracht van naar C De is op de werkplek aanwezig wanneer er een C van toepassing is. de meldt aan de C dat het betreffende installatiedeel in de gevraagde overdracht situatie is gebracht; dit gebeurt telefonisch. De C aan de hand van zijn werkplan of dit overeenstemt met hetgeen is aangevraagd; de C vraagt aan alle betrokken n of de overdrachtssituatie overeenkomt met de gevraagde situatie; de -verbindingen overtuigt zichzelf aan één zijde ter plaatse ervan dat de aangeboden overdracht situatie voor zijn werkzaamheden overeenstemt met de gevraagde situatie overeenkomt en bevestigt aan de C dat hij het installatiedeel in de aangeboden overdracht situatie accepteert; de C bevestigt aan de dat hij akkoord is. De draagt het betreffende installatiedeel over aan de C en zet het desbetreffende installatiedeel op naam van de C, door het aanbrengen van een markering (TAG) in het SCADA/EMS systeem; de C draagt aan de 'n die tegelijkertijd in dezelfde netschakel werkzaamheden gaan verrichten hun gedeelte van de installatie over; de C en alle n leggen dit moment vast op een controlelijst. Zo ja, zie stap 2.2 van TVWI-002 (beide 'n overleg over overgedragen situatie). Zo nee, zie H.3: Treffen veiligheidsmaatregelen. 3. Treffen veiligheidsmaatregelen Referenties: T2-H : Houden van start/werk vergaderingen TVWI-002: Beheer grens overschrijdende verbinding TVWI-004: op de werkplek t.b.v. de veilige overdracht van een veilige werkplek TVWI-005: Werkwijze m.b.t. SWI/AOW TVWI-020: Aanvullende werkinstructies kabelverbindingen TVWI-027: Aanbrengen- en verwijderen aardingen TVWI-042: Testen van hoogspanningskabels Algemene uitgangspunten Bij het treffen van veiligheidsmaatregelen wordt ten aanzien van bevoegdheden onderscheid gemaakt tussen het aanbrengen van een kortsluitvaste- en/of werkaarding en het blokkeren en/of vergrendelen van de componenten. Het blokkeren en/of vergrendelen mag na opdracht van de worden uitgevoerd door een tenminste en het aanbrengen van een kortsluitvaste- en/of werkaarding door een tenminste een samen met een tenminste. In lijnverbindingen geldt een uitzondering. Zie hiervoor TVWI-027. Na de overdracht van de aan de zullen de veiligheidsmaatregelen als volgt worden uitgevoerd: De wijze van het aanbrengen van sloten mag een serviceprovider zelf bepalen waarbij de voorwaarde Pagina 5 van 22

6 geldt dat dit binnen die serviceprovider op een eenduidige manier wordt uitgevoerd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de kleur van een slot in combinatie van een functie In sommige situaties moet de zelf op de werkplek aanwezig zijn t.b.v. een veilige overdracht. Welke situaties dit zijn staat in TVWI-004 beschreven. Zo ja dan moet 2.2 van TVWI-002 zijn uitgevoerd (beide akkoord met overgedragen situatie). Ga verder met H.3: Blokkeren en vergrendelen van de componenten. Zo nee, zie H.3: Treffen veiligheidsmaatregelen. 3 Blokkeren en vergrendelen van de componenten Omdat er verschillen bestaan in de wijze van het treffen van veiligheidsmaatregelen tussen stations en verbindingen, is de beschrijving opgesplitst in paragraaf 3.1 en 3.2. Stations Blokkeren en vergrendelen stations De volgende handelingen moeten na opdracht van de in deze volgorde door tenminste een worden uitgevoerd: wanneer aanwezig; moet de werkschakelaar op veldniveau worden omgezet om de bediening te blokkeren; het blokkeren en met unieke sloten vergrendelen van de door de aan overgedragen componenten; op alle bedienplaatsen moet een vergrendeling worden aangebracht. Deze vergrendeling kan variëren van het plaatsen van een bordje: schakelen verboden tot het digitaal blokkeren van bijvoorbeeld een VBS Kortsluitvaste aarding- en/of werkaarding aanbrengen stations Aanbrengen van een kortsluitvaste aarding Het aanbrengen van een kortsluit vaste aarding mag na opdracht van de worden uitgevoerd door een en een tenminste op de door in TVWI-027 voorgeschreven wijze. De uitvoering van het aarding aanbrengen moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Aanbrengen van werkaarding Het aanbrengen van een werkaarding mag na opdracht van de worden uitgevoerd door een en tenminste. Zie hiervoor TVWI Aanvullende veiligheidsmaatregelen stations Een tenminste samen met tenminste een, treffen de eventueel op het werkplan genoemde uit de risicoinventarisatie voortkomende aanvullende veiligheidsmaatregelen. Aanbrengen van een afbakening of markering De werkplek afbakenen of markeren met een rood/witte kunststof ketting en wanneer noodzakelijk de nodige afschermingen aanbrengen. Bij een afbakening zorgen voor een eenduidige in/uitgang en rij- en/of looproute. Opmerking: Wanneer de stappen 3.1.2, en zijn uitgevoerd wordt dit vastgelegd door de en op een veiligheidscontrolelijst. Het aantal en plaats van de werkaardingen moet ook worden vastgelegd. Pagina 6 van 22

7 3.2 Verbindingen Blokkeren en vergrendelen in het station & andere zijde Blokkeren en vergrendelen in het station De volgende handelingen moeten na opdracht van de in deze volgorde door tenminste een worden uitgevoerd: wanneer aanwezig; moet de werkschakelaar op veldniveau omzetten om de bediening te blokkeren; het blokkeren en met unieke sloten vergrendelen van de door de aan overgedragen componenten; op alle bedienplaatsen moet een vergrendeling worden aangebracht. Deze vergrendeling kan variëren van het plaatsen van een bordje: schakelen verboden tot het digitaal blokkeren van bijvoorbeeld een VBS. Blokkeren en vergrendelen aan de andere zijde Het blokkeren en vergrendelen aan de andere zijde mag na opdracht van de gerealiseerd worden door: door elk lid van de ploeg (tenminste ), de sleutel wordt meegenomen naar de plek waar de werkzaamheden moeten worden verricht; een niet tot de ploeg behorende medewerker, met tenminste de aanwijzing. Deze houdt de sleutel van de sloten bij zich. Deblokkeren mag slechts in opdracht van de gebeuren. Opmerking: In situaties waarbij er in een lijnverbinding een scheider is aangebracht, zal dit moeten worden gezien als het blokkeren en vergrendelen aan de andere zijde Aanbrengen van KSV- aarding Het aanbrengen van een kortsluitvaste aarding mag na opdracht van de worden uitgevoerd door een en tenminste op de door in TVWI-027 voorgeschreven wijze. De uitvoering van het aanbrengen aarding moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd Aanvullende veiligheidsmaatregelen verbindingen Een tenminste samen met tenminste een, treffen de eventueel op het werkplan genoemde uit de risicoinventarisatie voortkomende aanvullende veiligheidsmaatregelen. Overbruggen van een overspanningsbeveiliging Als wordt gewerkt aan een kabel waarvan de mantel aan één zijde door middel van een overspanningsbeveiliging aan aarde ligt, dan moet deze overspanningsbeveiliging vóór de aanvang van de werkzaamheden met een werkaarding worden overbrugd. Verwijderen van smeltpatronen, of uitschakelen van automaten van spanningstransformatoren Als werkzaamheden tussen het station en de eerste mast van de verbinding moet plaatsvinden, en als zich een spanningstransformator bevindt tussen de eerste mast en het hoogspanningsstation, dan bestaat het risico, dat door terug voeding via de spanningstransformator het uitgeschakelde circuit onder spanning kan komen. In dat geval moeten maatregelen worden getroffen om terug voeding via spanningstransformatoren te voorkomen. Daarvoor moeten in het station de smeltpatronen worden verwijderd, of de aanwezige automaten worden uitgezet. Bordjes plaatsen op de plek waar de smeltpatronen zijn verwijderd, of automaten zijn uitgezet. Wanneer deze handelingen zijn uitgevoerd meldt de uitvoerende dit terug aan de. Pagina 7 van 22

8 Opmerking: Wanneer de stappen 3.2.1, en zijn uitgevoerd wordt dit vastgelegd door de en op een veiligheidscontrolelijst. Het aantal en plaats van de werkaardingen moet ook worden vastgelegd. Opmerking: Wanneer er een SWI/AOW geblokkeerd moet worden geldt TVWI Betreft het een kabelverbinding? Tijdens het treffen van veiligheidsmaatregelen is er onderscheid gemaakt tussen lijn- en kabelverbindingen. Wanneer het een kabelverbinding betreft geldt paragraaf 3.3. Wanneer het een lijnverbinding betreft geldt paragraaf en paragraaf Aanbrengen markeringsvlaggen Na opdracht van de mag een tenminste de markeringsvlaggen aanbrengen Aanbrengen van eerste werkaarding en overige werkaarding De eerste werkaarding (valaarder) en de overige werkaardingen (valaarders) moeten worden aangebracht volgens TVWI-027. Het aantal en plaats van de aangebrachte werkaardingen moet worden vastgelegd op een veiligheidscontrolelijst. Kabelverbinding Aanvullende maatregelen tijdens het veilig stellen van een kabelverbinding Wanneer er sprake van een kabelverbinding gelden de onderstaande aanvullende maatregelen die alleen na opdracht en in het bijzijn van de en de mogen worden uitgevoerd. Hierbij moet worden gewerkt volgens TVWI-020. Het betreft de volgende werkzaamheden: het selecteren van een kabel (vaststellen juiste kabel waaraan gewerkt moet worden); het knippen/en/of onderbreken van kabels (vaststellen afwezigheid van de bedrijfsspanning); het verplaatsen van kabels. Voor zogenaamde gasdrukpijpkabel geldt een aparte werkinstructie voor het vaststellen van de afwezigheid van de bedrijfsspanning en de methode van onderbreken van de omhulling. Overbruggen metalen mantel Van het voor werkzaamheden te onderbreken gedeelte van de kabel moet de metalen mantel voorzien worden van een deugdelijke overbrugging. 3.3 Gereed melding het nemen van veiligheidsmaatregelen Nadat alle veiligheidsmaatregelen genomenzijn, meldt de dit aan de. De en leggen dit moment vast op een veiligheidscontrolelijst. Zo ja zie TVWI-002 /H.3.2: Overleg 'n over getroffen veiligheidsmaatregelen. Zo nee, zie 3.4: Wel of geen C van toepassing? Zo ja, dan moet 3.2 van TI-002 zijn uitgevoerd (beide 'n akkoord met de getroffen veiligheidsmaatregelen). Zo nee, zie 3.4: Wel of geen C van toepassing? Pagina 8 van 22

9 3.4 Wel of geen C van toepassing? Wanneer er een C van toepassing is geldt paragraaf 3.4. Wanneer er geen C van toepassing is geldt paragraaf Gereed melden genomen veiligheidsmaatregelen aan C De meldt aan de C dat alle veiligheidsmaatregelen genomen zijn Vrijgeven installatiedelen door C Nadat de C van alle 'n de terugmelding heeft gekregen en zich ervan heeft overtuigd dat de desbetreffende installatie veilig kan worden overgedragen aan de PL geeft de C het installatiedeel vrij aan de. 3.5 Controle en overdracht van de werkplek voor uitvoering van de werkzaamheden Voordat de vrijgave en overdracht van een veilige werkplek plaatsvindt moeten de volgende controlehandelingen worden uitgevoerd: de en PL leggen dit moment in een veiligheidscontrolelijst als zijnde een akkoordverklaring m.b.t. de genomen veiligheidsmaatregelen. Als de niet zelf ter plekke is, dan wordt door zowel op afstand, als de PL, samen met een tenminste, een veiligheidscontrolelijst ingevuld. In de communicatie tussen en PL moeten opdrachten en terugmeldingen over en weer worden herhaald om zeker te stellen dat aan beide zijden dezelfde boodschap correct is begrepen/overgekomen. de instrueert de ploeg d.m.v. een start/werkvergadering ploeg wanneer: de voorwaarden volgens TVWI-004 gelden ( op de werkplek t.b.v. een veilige overdracht). Maar ook wanneer de dit zelf noodzakelijk vindt. Zie hiervoor deel 2-H6.13.5; bij werkzaamheden waarbij leken betrokken zijn, wordt vooraf door de de aard van het toezicht bepaald en in het werkplan vastgelegd. 4. Uitvoering werkzaamheden Referenties: TVWI-002: Beheer grens overschrijdende verbinding 4.1: Overdracht van verantwoordelijkheid door wisseling van personen/bevoegdheden Wisselingen van rollen in combinatie met personen en dus een overdracht van verantwoordelijkheden moet zoveel mogelijk worden beperkt. Alle voorziene wisselingen overdrachten moeten in het werkplan worden vastgelegd Wisseling van de C Door het wisselen van de C moet er een formele overdracht van de verantwoordelijkheid plaatsvinden. Hierbij moeten de volgende acties worden ondernomen: de oorspronkelijke C vraagt de OIV om goedkeuring; de oorspronkelijke C informeert de 'n en over de voorgenomen wisseling; het werkplan en de actuele schakeltoestand en de stand van de werkzaamheden worden overgedragen aan de nieuwe C, daarna past de nieuwe C het werkplan aan; de en de betrokken n worden door de nieuwe C geïnformeerd; het gewijzigde werkplan wordt door de nieuwe C op de werkplek(ken) beschikbaar gesteld; de formele overdracht van de C moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Pagina 9 van 22

10 Stap Wisseling van de Door het wisselen van de moet er een formele overdracht van de verantwoordelijkheid plaatsvinden. Hierbij moeten de volgende acties worden ondernomen: de oorspronkelijke vraagt de OIV om goedkeuring; de oorspronkelijke informeert de PL en de over de voorgenomen wisseling; het werkplan en de actuele schakeltoestand en de stand van de werkzaamheden worden overgedragen aan de nieuwe, daarna past de nieuwe het werkplan aan; de C (wanneer van toepassing) wordt geïnformeerd door de oorspronkelijke ; de betrokken PL's worden door de nieuwe geïnformeerd; het gewijzigde werkplan wordt door de nieuwe op de werkplek(ken) beschikbaar gesteld; de formele overdracht van de moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Stap Wisseling van de PL Door het wisselen van de PL moet er een formele overdracht van de verantwoordelijkheid plaatsvinden. Hierbij moeten de volgende acties worden ondernomen: de oorspronkelijke PL stelt de op de hoogte; de oorspronkelijke PL draagt de verantwoordelijkheid over aan de nieuwe PL; de oorspronkelijke PL stelt alle leden van de ploeg op de hoogte. De formele overdracht van de PL moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Stap 4.2 Tussentijdse beëindiging van de werkzaamheden Een tussentijdse beëindiging van de werkzaamheden kan voorkomen door: de noodzaak tot het in bedrijf nemen van het betrokken installatiedeel; slechte weersomstandigheden; andere redenen. Afhankelijk wie de werkzaamheden tussentijds wil beëindigen (, C en ), zal degene die dit initiatief neemt alle betrokken medewerkers moeten informeren. De zal in deze situaties de C en/of informeren. De C en/of zal de PL informeren en verzoeken om het desbetreffende netschakel weer gereed te maken voor inbedrijfname. Hierbij moet rekening worden gehouden dat de maximale teruggave tijd die vooraf door de VNB-groep is afgegeven in acht wordt genomen. Wanneer de n en/of C akkoord is/zijn, kan het desbetreffende netschakel weer in bedrijf worden genomen volgens normaal geldende procedure. De OIV zal achteraf worden geïnformeerd over deze situatie. Stap 4.3 Uitloop van werkzaamheden Als tijdens het verloop van de werkzaamheden één van de betrokken PL s merkt, dat zijn werkzaamheden dreigen uit te lopen, dan wordt door de de eventuele C geïnformeerd. De informeert vervolgens de OIV en de. De OIV zal met overleggen op welke wijze er verder gehandeld moet worden. 4.4 Beëindiging van de werkzaamheden Waarschuwing personeel Na beëindiging van de werkzaamheden zorgt de PL ervoor dat de werkplek is opgeruimd en dat alle medewerkers de werkplek hebben verlaten. Daarna meldt de PL dit aan de. Dit moment moet worden vastgelegd op een veiligheidscontrolelijst. Pagina 10 van 22

11 4.5 Terugmelden wanneer er een C van toepassing is Wanneer er een C van toepassing is gelden de volgende paragrafen. Wanneer er geen C van toepassing is kan er verder worden gegaan naar opheffen veiligheidsmaatregelen Informeren C Nadat de PL de installatie heeft overgedragen aan de moet en alle 'n de C informeren dat 'zijn' installatiedeel weer gereed is voor het inbedrijf nemen. De C heeft van de de volgende informatie ontvangen: dat de werkzaamheden van de verschillende ploegen zijn beëindigd; dat alle ploegen de werkplek(ken) hebben verlaten Vrijgave aan Wanneer alle 'n de C hebben geïnformeerd dat 'hun' installatiedelen weer gereed zijn voor inbedrijfname en de C is ervan overtuigd dat de inbedrijfname ook veilig kan plaatsvinden, zal hij alle 'n toestemming geven om de veiligheidsmaatregelen op te heffen. 5. Opheffen veiligheidsmaatregelen Referenties: T1-H.4.3.2: Communicatie T2-H.13: TenneT beleidskaders m.b.t. nieuwbouw en modificatie TVWI-002: Beheer grens overschrijdende verbinding TVWI-027: Aanbrengen- en verwijderen aardingen Zo ja zie TVWI-002 /H.5.1: Overleg met beide 'n derde over opheffen veiligheidsmaatregelen. Zo nee, zie 5.1: Stations Is er sprake van een nieuwe en/of gewijzigde installatie? Zo ja zie T2-H.13/ T3-TIB-0013: Werkwijze bij nieuwbouw en modificatie Zo nee, zie 5.1: Stations. Zo ja, dan moet 5.1 van TI-002 zijn uitgevoerd (beide 'n overleg en akkoord over opheffen veiligheidsmaatregelen). Zo nee, zie 5.1: Stations Het opheffen van blokkeringen en vergrendelingen mag alleen na opdracht van de aan de. Wanneer er een C van toepassing is, alleen na opdracht van de C aan de, die vervolgens weer de opdracht aan de verstrekt. De communicatie tussen alle medewerkers moet plaatsvinden op basis van het principe hoor- en wederhoor (zie KEB-deel 1-H4.3.2). Deze overdrachten moeten op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Pagina 11 van 22

12 Omdat er verschillen bestaan in de wijze van het treffen van veiligheidsmaatregelen tussen stations en verbindingen, is de beschrijving opgesplitst in paragraaf 5.1 en Stations Na opdracht van de aan de mogen de veiligheidsmaatregelen worden opgeheven. Dit moment moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd Verwijderen van werkaarding Na opdracht van de mogen de werkaardingen worden verwijdert door een samen met een tenminste. Aardingen moeten worden verwijdert volgens TVWI-027. verwijderen van alle werkaardingen en noteren op een veiligheidscontrolelijst; Stap Opheffen van blokkeringen en vergrendelingen stations Het opheffen van blokkeringen en vergrendelingen mag worden uitgevoerd door een tenminste in opdracht van tenminste een. verwijderen van afbakening /markering/ afschermingen; verwijderen van de tegen ongewilde werking aangebrachte vergrendeling en blokkering van de scheiders en van de op afstand te schakelen aarders; verwijderen van de aangebrachte waarschuwingsborden (borden pas verwijderen als de installatie vrij van aarde is); wanneer aanwezig: inzetten van de werkschakelaar. Opmerking: Het kan zijn dat niet alle genoemde maatregelen in en van toepassing zijn geweest of niet van toepassing zijn in verband de veiligheid van andere ploegen als er een C van toepassing is Verwijderen van aarding en opheffen van overige veiligheidsmaatregelen Nadat is uitgevoerd mogen de aardingen en overige veiligheidsmaatregelen worden verwijderd. Dit moet worden uitgevoerd door een samen met een tenminste. Aardingen moeten worden verwijderd volgens TVWI-027. opheffen van de eventueel verder in het werkplan genoemde uit de risico-inventarisatie voortkomende aanvullende veiligheidsmaatregelen; uitzetten en/of verwijderen van op de werkplek ingeschakelde/aangebrachte aarders of verwijderen kortsluitvaste aardsnoeren en noteren op een veiligheidscontrolelijst; vanuit de bedieningsruimte de aarders uitschakelen en noteren op een veiligheidscontrolelijst; Opmerking: Het kan zijn dat niet alle genoemde maatregelen in en van toepassing zijn geweest of niet van toepassing zijn in verband de veiligheid van andere ploegen als er een C van toepassing is Melding van de opgeheven veiligheidsmaatregelen De meldt aan de dat: afbakeningen/ afschermingen zijn verwijderd; alle werkaardingen zijn verwijderd; de eventueel in het werkplan genoemde aanvullende veiligheidsmaatregelen zijn opgeheven de op de werkplek aarders verwijderd zijn; sloten zijn verwijderd, aantal en/of plaats noemen; Pagina 12 van 22

13 de vanuit de bedienruimte uit te schakelen aarders zijn uitgeschakeld; de waarschuwingsbordjes zijn verwijderd; aanwezige de werkschakelaars weer zijn ingezet; na deze melding draagt de het installatiedeel over aan de. Dit moment moet worden vastgelegd in een veiligheidscontrolelijst. Stap 5.2 Verbindingen Stap Opheffen veiligheidsmaatregelen onderweg Na opdracht van de aan de PL mogen de veiligheidsmaatregelen 'onderweg' worden opgeheven. Dit moment moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Het opheffen van de veiligheidsmaatregelen onderweg, zoals het verwijderen van de werkaardingen in masten, moet worden uitgevoerd volgens TVWI-027. Het verwijderen van de markeringsvlaggen mag worden uitgevoerd door leken na opdracht van de PL. Het opheffen van de veiligheidsmaatregelen onderweg mag alleen worden uitgevoerd na opdracht van de PL. Na het uitvoeren van de veiligheidsmaatregelen onderweg meldt de PL dit aan de. Dit moment moet worden vastgelegd op een veiligheidscontrolelijst. Stap Opheffen van blokkeringen en vergrendelingen in de stations Na opdracht van de aan de kunnen de volgende blokkeringen en vergrendelingen door een tenminste worden opgeheven: verwijderen van afbakening /markering/ afschermingen; verwijderen van de tegen ongewilde werking aangebrachte vergrendeling en blokkering van de scheiders en van de op afstand te schakelen aarders; verwijderen van de aangebrachte waarschuwingsborden (borden pas verwijderen als de installatie vrij van aarde is); wanneer aanwezig: inzetten van de werkschakelaar. Dit moment moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd Verwijderen van aarding en opheffen van de overige veiligheidsmaatregelen Nadat is uitgevoerd mogen de aardingen en overige veiligheidsmaatregelen worden verwijdert. Dit moet worden uitgevoerd door een samen met een tenminste. Aardingen moeten worden verwijdert volgens TVWI-027. verwijderen van alle werkaardingen en noteren op een veiligheidscontrolelijst; opheffen van de eventueel verder in het werkplan genoemde uit de risico-inventarisatie voortkomende aanvullende veiligheidsmaatregelen; uitzetten en/of verwijderen van op de werkplek ingeschakelde/aangebrachte aarders of verwijderen kortsluitvaste aardsnoeren en noteren op een veiligheidscontrolelijst; vanuit de bedieningsruimte de aarders uitschakelen en noteren op een veiligheidscontrolelijst; Opmerking: Het kan zijn dat niet alle genoemde maatregelen in 5.2.1, en van toepassing zijn geweest of niet van toepassing zijn in verband de veiligheid van andere ploegen als er een C van toepassing is. Stap Melding van de opgeheven veiligheidsmaatregelen Na het opheffen van de veiligheidsmaatregelen meldt de aan de dat: de eventueel aangebrachte overbrugging van een overspanningsafleider is verwijderd; Pagina 13 van 22

14 de eventueel in het werkplan genoemde uit de risico-inventarisatie voortkomende aanvullende veiligheidsmaatregelen voor zijn werkzaamheden zijn opgeheven; alle sloten en blokkeringen t.b.v. van zijn werkzaamheden in de stations zijn verwijderd; de op afstand te schakelen aarders of handbediende aarders zijn uitgeschakeld; waarschuwingsbordjes zijn verwijderd; smeltpatronen van spanningstransformatoren zijn teruggeplaatst, of automaten van spanningstransformatoren weer zijn ingeschakeld; dat de SWI van de naastliggende verbinding is ingeschakeld (wanneer dit alleen maar ter plaatse bediend kan worden); de eventueel aanwezige werkschakelaar weer is ingezet. Het kan zijn dat niet alle genoemde maatregelen van toepassing zijn geweest of niet van toepassing zijn in verband de veiligheid van andere ploegen. Na de melding van de voorheen genoemde maatregelen draagt de (het deel van) het circuit over aan de. Dit moment moet op een veiligheidscontrolelijst worden vastgelegd. Zo ja, dan moet 5.2 van TI-002 zijn uitgevoerd (beide 'n overleggen na controle m.b.t. opheffen veiligheidsmaatregelen). Zo nee, zie 5.3: Overdracht van naar. Zo ja, dan moet 5.2 van TI-002 zijn uitgevoerd (beide 'n akkoord na controle over opheffen veiligheidsmaatregelen). Ga verder met 5.3: Overdracht van naar. Zo nee, zie 5.3: Overdracht van naar. 5.3 Overdracht van naar Deze overdracht voor zowel stations als verbindingen kan plaatsvinden wanneer er wel of wanneer er geen C van toepassing is De overdracht wanneer er geen C van toepassing is, gaat als volgt: De meldt aan de de volgende zaken: dat alle werkzaamheden zijn beëindigd; de eventueel voor zijn werkzaamheden aangebrachte verre bediening blokkering kan worden opgeheven resp. markeringen (TAG s) kunnen worden verwijderd; de eventueel op afstand uitgeschakelde weder inschakeling (SWI/ AOW) van de naastliggende circuits wat betreft zijn werkzaamheden kan worden ingeschakeld; dat het betreffende installatiedeel/ netschakel gereed is voor het in bedrijf nemen; draagt het installatiedeel/ netschakel over aan de. Dit moment wordt door de vastgelegd in een veiligheidscontrolelijst De overdracht wanneer er wel C van toepassing is, gaat als volgt: De C moet van alle andere betrokken 'n in dezelfde netschakel over de volgende zaken een terugmelding hebben ontvangen: dat alle werkaardingen zijn verwijderd; dat alle eventuele markeringsvlaggen zijn verwijderd; Pagina 14 van 22

15 dat alle eventuele losse kortsluit vaste aardsnoeren zijn verwijderd; dat alle aanvullende veiligheidsmaatregelen zijn opgeheven. Na bevestiging en goedkeuring van het voorgaande meldt de C aan de dat: alle werkzaamheden zijn beëindigd; de op afstand uitgeschakelde weder inschakeling (SWI/ AOW) van naastliggende circuits weer kan worden ingeschakeld; de eventueel via verre bediening aangebrachte blokkering kan worden opgeheven, dan wel de in het EMS/SCADA aangebrachte markeringen (TAG s) kunnen worden verwijderd; het betreffende installatiedeel/ netschakel gereed is voor het in bedrijf nemen; draagt het installatiedeel/ netschakel over aan de. Dit moment wordt door de C vastgelegd in een veiligheidscontrolelijst. 6. Bedienen nadat werkzaamheden gereed zijn. Referenties: T2-H.13: TenneT beleidskaders m.b.t. nieuwbouw en modificatie TVWI-002: Beheer grens overschrijdende verbinding TVWI-022: Bedienen buiten de vergrendelingen om Vanaf het moment dat de overdacht vanuit punt 5 heeft plaatsgevonden is de verantwoordelijk voor het herstellen van de normale bedrijfssituatie. Zo ja, dan moet 5.3 van TVWI-001 zijn uitgevoerd (overdracht van naar ). Zo nee, zie 6.2: Wanneer verre bediening mogelijk is. Zo ja, dan moet 6.1 van TVWI-002 zijn uitgevoerd akkoord n m.b.t. uitvoeren bedieningshandelingen). Ga verder met 6.2. Zo nee, zie 6.1: Sprake van een gewijzigde installatie? Stap 6.1 Sprake van een gewijzigde installatie? Is er sprake van een nieuwe en/of gewijzigde installatie? Zo ja zie T2-H.13/ T3-TIB-0013: Werkwijze bij nieuwbouw en modificatie Zo nee, zie 6.2: Wanneer verre bediening mogelijk is. Stap 6.2 Wanneer verre bediening mogelijk is De realiseert vanuit het LBC de normale bedrijfssituatie. Stap 6.3 Lokale bediening (niet verre bedienbaar; afstand- en handbediening) van toepassing is In opdracht van de realiseert een tenminste samen met een de in opdracht gegeven schakelhandelingen. Stap 6.4 Bedieningshandelingen buiten de schakelfout vergrendeling om Pagina 15 van 22

16 Wanneer componenten moeten worden bediend buiten de schakelfout vergrendeling om, zal er altijd toestemming nodig zijn van de OIV. Zie ook TVWI-022. Wanneer dit is voorzien zal dit zijn vastgelegd in een goedgekeurd werk- en bedieningsplan. In storingssituaties zal de OIV toestemming per telefoon geven. Voorbeelden van deze situaties zijn wanneer een vergrendeling niet functioneert of dat er een noodbediening moet plaatsvinden. Wanneer de installatie is voorzien van een sleutelvergrendeling kan de OIV dit goedkeren in het werkplan. Al deze handelingen worden in opdracht van de uitgevoerd door een samen met een tenminste. Communicatie vindt uitsluitend plaats tussen en. De ter plekke uitgevoerde bedieningshandelingen worden door de teruggemeld aan de. Na het realiseren van de bedieningshandelingen moet er een formele overdracht tussen en plaatsvinden. 7. Oplevering Wanneer de normale bedrijfssituatie niet volgens planning wordt gerealiseerd, moet de de OIV informeren. Bijlagen: Flowcharts Pagina 16 van 22

17 VNB proces/werkvoorbereiding GO-H1-V0.19 Start 1. Voorbereiding Naar TVWI- 002/H.1 voorbereiding Sprake van beheer grens overschrijdende verbinding? Voor inbedrijfname zie TVWI-001/ H. 5 Sprake van gewijzigde installatie? 1.1 Opstellen werkplan 1.1 Goedkeuren werkplan OIV 1.1 Werkplan akkoord? OIV 1.2 verzoek aan opstellen bedieningsplan 1.2 Opstellen & controleren bedieningsplan Sprake van een C? OIV 1.3 Benoemen van een C OIV 1.4 Goedkeuren van de samenhang van WP en BP OIV Gemotiveerd retour naar / 1.4 Samenhang WP & BP akkoord? OIV 1.3 Geldt ook in storingssituaties Goedgekeurd WP + BP Naar 2: Bedienen voordat de werkzaamheden starten Pagina 17 van 22

18 Van hoofdstuk 1: Voorbereiding GO-H2-V Bedienen voordat de werkzaamheden starten 2.1 Uitvraag of bedieningshandelingen mogelijk zijn 2.1 terugmelden aan OIV en () Overleg over de wijze hoe te handelen Van TVWI- 002/2.1 (bed. handelingen mogelijk) 2.1 Bedieningshandelingen mogelijk? 2.2 Informeren medewerkers over starten bedieningshandelingen 2.2 Verrebediening mogelijk? Toestemming bedienen buiten vergrendeling om? OIV 2.2 Lokale bediening mogelijk? Bedienen buiten de schakelfout vergrendeling om Lokale bediening Verre-bediening Realiseren bedieningshandelingen Realiseren bedieningshandelingen Realiseren bedieningshandelingen 2.3 Is er sprake van een C? Overdracht van naar C C C Overdracht van C naar s Overdracht van naar Naar TVWI- 002/2.2 (overleg beide n) Sprake van beheer grens overschrijdende verbinding? Naar 3:Treffen van veiligheidsmaatregelen Pagina 18 van 22

19 Van hoofdstuk 2: Bedieningshandelingen Van TVWI- 002/2.2 (akkoord beide n) 3. Treffen van veiligheidsmaatregelen GO-H3-V Betreft het verbindingen? Blokkeren en vergrendelen in het station1) en/of andere zijde2) Blokkeren en vergrendelen stations 1) / 2) Aanbrengen van KSV- aarding Aanbrengen van KSV- & werkaarding Aanvullende maatregelen in het station bij verbindingen en/of andere zijde Aanvullende veiligheidsmaatregelen stations Betreft het een kabelverbinding? Aanvullende maatregelen kabelverbindingen Aanbrengen van markeringsvlaggen Aanbrengen van de eerste werkaarding1) en overige werkaarding2) 1) PL/ 2) / 3.3 Gereedmelding nemen van veiligheidsmaatregelen aan Naar TVWI- 002/3.1 (akkoord beide n) 3.3 Sprake van beheer grens overschrijdende verbinding? Van TVWI- 002/ Is een C van toepassing? n Gereedmelding veiligheidsmaatregelen aan C C Vrijgave C aan voor een veilige overdracht aan PL 3.5 Controle/overdracht werkplek PL Zie 4: Uitvoering werkzaamheden Pagina 19 van 22

20 Van hoofdstuk 3: Treffen van veiligheidsmaatregelen 4. Uitvoering werkzaamheden GO-H4-V Wisseling van rollen? Overdracht C realiseren OIV Overdracht realiseren PL OIV Overdracht PL realiseren PL 4.2 Tussentijdse beëindiging? 4.2 Informeren PL OIV OIV PL 4.3 Informeren 4.3 Uitloop van werkzaamheden? PL 4.4 Melden beëindiging werkzaamheden aan PL Naar TVWI- 002/H TenneT initiatief nemende partij? 4.4 Sprake van beheer grens overschrijdende verbinding? n Informeren C Verzoek van derde partij om weer in bedrijf te nemen 4.5 Is een C van toepassing? n C Vrijgave aan Zie 5: Opheffen veiligheidsmaatregelen Pagina 20 van 22

21 Van hoofdstuk 4:Uitvoering werkzaamheden Van TVWI- 002/H5.1 (overleg beide n) 5. Opheffen veiligheidsmaatregelen GO-H5-V0.22 Naar T2-H.13/ T2-TIB-013 Betreft het wijzigingen in de installatie? 5. Opdracht C opheffen veiligheidsmaatregelen 5 C van toepassing? C C 5 Betreft het verbindingen? 5.2 Opdracht opheffen veiligheidsmaatregelen onderweg 5.1 Opdracht opheffen veiligheidsmaatregelen PL Opheffen veiligheidsmaatregelen in verbindingen onderweg Verwijderen van werkaarding PL Melding van PL naar opheffen veiligheidsmaatregelen onderweg gereed PL Opdracht opheffen blokkeringen en vergrendelingen in de stations Opheffen vergrendelingen en blokkeringen in de stations Opheffen blokkeringen en vergrendelingen stations Verwijderen van aarding en opheffen van overige veiligheidsmaatregelen Verwijderen van aarding en opheffen van overige veiligheidsmaatregelen Melding van naar Melding van naar Naar TVWI- 002/H Sprake van beheersgrens overschrijdende verbinding? Van TVWI- 002/H Is sprake van C? 5.3 Overdracht van naar C 5.3 Overdracht van naar Naar hoofdstuk 6: Bedienen nadat werkzaamheden gereed zijn Pagina 21 van 22

22 Van hoofdstuk 5: Opheffen veiligheidsmaatregelen 6. Bedienen nadat de werkzaamheden gereed zijn GO-H6/7-V0.15 Naar TVWI- 002/H.6.1 Sprake van beheer grens overschrijdende verbinding? Van TVWI- 002/H.6.1 IV Naar T2-H.13/ T3-TIB-013 Sprake van een gewijzigde installatie? 6.2 Verrebediening mogelijk? 6.4 Toestemming verlenen om te bedienen buiten de schakelfout vergrendeling om 6.3 Lokale bediening mogelijk? OIV Bedienen buiten de schakelfout vergrendeling om Lokale bediening Verre-bediening 6.4 Realiseren bedieningshandelingen 6.3 Realiseren bedieningshandelingen 6.2 Realiseren bedieningshandelingen 7. Oplevering 7 Zijn er afwijkingen tav het werkplan? W V 7 OIV informeren Einde = veiligheidscontrolelijst waarop bepaalde momenten in het proces wordt vastgelegd = verantwoordelijk voor deze stap en/of opdrachtgever voor uitvoering = (mede) uitvoerende (verplicht) / informeren Pagina 22 van 22