Groene vlammen op ijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Groene vlammen op ijs"

Transcriptie

1 Groene vlammen op ijs 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Hoe kunnen we een ijsklontje in brand steken zodat we groene vlammen krijgen? b. Hypothese: Ethanol Methanol Ethanol + boorzuur 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: - Gevarensymbolen - Brandbaarheid b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - IJsblokjes - Ethanol - Boorzuur - Lepel - Petrischaaltje - Maatbeker - Lucifers c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Boorzuur mag volgens de COS-brochure gebruikt worden bij demonstratieproeven en leerlingenproeven in de eerste graad. Ethanol mag volgens de COS-brochure gebruikt worden bij demonstratieproeven en leerlingenproeven in de eerste graad. Deze 2 stoffen hebben allebei WGK 1. Boorzuur H 3BO 3 Gevaar CAS H 360FD P Ethanol CH 3CH 2OH Gevaar CAS H 225 P 210 d. Opstelling (foto):

2 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Meet 100 ml ethanol af in een maatbeker. Voeg aan de ethanol een lepel boorzuur toe. Roer goed zodat de boorzuur oplost in de ethanol. Leg een paar ijsblokjes in een petrischaal. Overgiet de ijsblokjes met de ethanol en het boorzuur. Steek het in vuur met behulp van lucifers. b. Waarneming + foto s: Er ontstaat een groene vlam als we het in brand steken. 4. Reflectie a. Besluit proef: Het ijs gaat overgoten zijn met ethanol. Als we er een lucifer bijhouden dan gaat het in brand schieten omdat ethanol brandbaar is. Hierdoor lijkt het alsof het ijs in brand staat. De vlammen zijn groen omdat de vlamkleur van boorzuur groen is. C 2 H 5 OH + 3O 2 => 2CO H 2 O b. Koppeling aan leerplan: - Aggregatietoestanden - Verbrandingsreactie - Verbranding van een alcohol c. Tips en trucs: Gebruik voldoende boorzuur want anders krijg je geen groene vlam. Je kan ethanol ook vervangen door methanol. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten):

3 Mysterieuze ijsblokken 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: In welke stof gaat het ijsblokje zinken? b. Hypothese: Water Ethanol 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: - Dichtheid - Gevarensymbolen b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - 2 maatbekers - 2 ijsblokjes - Water - Ethanol c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Ethanol mag volgens de COS-brochure gebruikt worden bij demonstratieproeven en leerlingenproeven in de eerste graad. Ethanol heeft WGK 1. Ethanol CH 3CH 2OH Gevaar CAS H 225 P 210 d. Opstelling (foto): 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Neem een maatbeker. Vul de maatbeker met water. Neem de tweede maatbeker. Vul deze maatbeker met ethanol.

4 Doe in beide maatbekers een ijsblokje. b. Waarneming + foto s: Het ijsblokje zinkt in ethanol en blijft drijven in water. 4. Reflectie a. Besluit proef: De dichtheid van ijs is 0,9 gram per ml, van water 1 gram per ml en van ethanol 0,79 gram per ml. Omdat de dichtheid van ijs kleiner is dan water gaat het ijsblokje blijven drijven. Omdat de dichtheid van ijs groter is dan dat van ethanol gaat het ijsblokje zinken naar de bodem. b. Koppeling aan leerplan: - Aggregatietoestanden - Dichtheid c. Tips en trucs: Vul de bekers goed zodat je duidelijk het verschil ziet. Je kan ook methanol gebruiken want dat heeft een dichtheid van 0,79 gram per ml. Je kan ook iso-propanol gebruiken want dat heeft een dichtheid van 0,78 gram per ml. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten): Dracula ijs 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Hoe kunnen we ijs maken met bloed? b. Hypothese: waterstofperoxide water ethanol 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: - Gevarensymbolen b. Materiaal + stoffen (bereidingen):

5 - Bril - Handschoenen - Beker - Bloed - Waterstofperoxide 30% - Maatcilinder - Pipet c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Waterstofperoxide 30% mag gebruikt worden in de demonstratieproeven in de eerste graad en bij de leerlingen proeven in de derde graad. Het heeft een WGK-code 1. Waterstofperoxide H 2O 2 Gevaar CAS H P d. Opstelling (foto): 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Neem een maatcilinder. Meet 10 ml bloed af. Pipetteer 2 ml waterstofperoxide 30%. Doe handschoenen aan om dit te doen. Neem een beker. Doe hier de 2 ml waterstofperoxide 30% in. Voeg stelselmatig het bloed erbij. b. Waarneming + foto s: Er ontstaat een schuim.

6 4. Reflectie a. Besluit proef: Het waterstofperoxide ontleedt zich in water en zuurstof. De vrijgekomen zuurstof heeft een sterk oxiderende kracht. De eiwitten in het bloed houden die zuurstof vast. Hierdoor krijgen we schuim. Je moet bloed gebruiken en niet gewoon eiwitten. Bij bloed zit er naast eiwitten ook Fe 3 in. De Fe 3 heeft een katalyserende werking waardoor de reactie kan plaatsvinden. b. Koppeling aan leerplan: - Oxidatie reacties c. Tips en trucs: Doe altijd eerst de waterstofperoxide in de beker en dan pas het bloed. Je kan het ook met biefstuk of lever doen maar dan krijg je niet zo een goed resultaat. Als je bloed gebruikt den moet je vers bloed hebben. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten): Ijs laat water koken 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Hoe kan water koken bij een lagere temperatuur dan het kookpunt? b. Hypothese: ijs verwarming onderdruk 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - Water - Ijs - Glazen fles - Waterkoker - Thermometer c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): d. Opstelling (foto):

7 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Neem een glazen fles. Doe kokend water in de glazen fles. Zie dat de fles tot boven is gevuld. Doe een thermometer in het kokend water. Sluit de fles. Leg een ijsblokje op de metalen deksel van de fles. b. Waarneming + foto s: Het water kookt bij een lagere temperatuur. 4. Reflectie a. Besluit proef: Er komen gasbellen tevoorschijn. De temperatuur gaat dalen. De temperatuur is onder de 100 C en het water kookt nog steeds. De gevormde waterdamp heeft geen invloed op de fles. De fles werd tot de top gevuld met water, zodat het nauwelijks lucht is in het systeem. Door het ijsblokje ontstaat er een onderdruk waardoor het water nog kan koken bij een lagere temperatuur. Dit word onder andere bepaald door de druk op een vloeistof. Op een bergtop is de luchtdruk lager, waardoor de temperatuur van het koken verlaagd wordt. Een snelkook pan gebruikt dit principe heel handig: De druk in de pan wordt verhoogd en het water kookt op een hogere temperatuur.

8

9 b. Koppeling aan leerplan: - Aggregatietoestanden - Invloed druk op water c. Tips en trucs: De glazen fles moet helemaal gevuld zijn, want als er lucht in de fles zit dan heeft dit een effect op het resultaat. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten):

10 Het maken van een chemische thermometer Kobaltchloride thermometer 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Hoe functioneert Kobaltchloride als thermometer? b. Hypothese: - Bij een bepaalde temperatuur verandert de Kobaltchloride van kleur. - Het volume van de stof gaat stijgen bij een bepaalde temperatuur. 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: / b. Materiaal + stoffen (bereidingen): -proefbuizen -statief en klemmen -warm waterbad (bekerglas van 1000 ml en kookplaat) -ijsbad (bekerglas van 1000 ml en ijs) -pipetten -2 bekers van 100 ml -CoCl 2.6H 2 O 1 mol /l -isopropanol c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Kobalt(II)chloride (0 aq) CoCl 2 Gevaar CAS H 350i-360F-EUH P Mag gebruikt worden voor demonstratieproeven van de eerste graad. Leerlingenproeven zijn niet toegelaten. Propan-2-ol CH 3CH(OH)CH 3 Gevaar CAS H P d. Opstelling (foto):

11 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Los in een proefbuisje 1 g CoCl 2.6H 2 O op in 10 ml isopropanol. De oplossing wordt blauw. Druppel nu water toe totdat de oplossing lichtrood wordt. Breng nu de oplossing in warm water. De rode kleur verdwijnt vlug en wordt vervangen door een blauwe kleur. Brengt men de proefbuis in koud water dan komt terug de rode kleur te voorschijn. Dit proces is omkeerbaar. Brengt men de proefbuis half in ijs, dan krijgt men 2 kleuren. b. Waarneming + foto s:

12 Wanneer we de proefbuis in warm water brengen, verdwijnt de rode kleur en wordt deze vervangen door een blauwe kleur. Wanneer we de proefbuis in koud water brengen, dan krijgt de oplossing een rode kleur. Dit proces iso ok steeds omkeerbaar. 4. Reflectie a. Besluit proef: De kobaltchloride kan gebruikt worden om extreme koude of extreme warmte aan te duiden. Door kleurverandering. Bij koude temperatuur kleurt de oplossing rood en in een warme omgeving, kleurt deze blauw. Er is sprake van een evenwichtsreactie : CoCl 2.6H 2 O CoCl 2 + 6H 2 O Bij stijging van de temperatuur zal isopropanol het water onttrekken en zal er een blauwe kleur ontstaan. Deze reactie is omkeerbaar en dan verschijnt de roze kleur weer. b. Koppeling aan leerplan: B25 Uit experimenteel onderzoek en uit dagelijkse waarnemingen afleiden dat stoffen uitzetten of inkrimpen bij temperatuursverandering. c. Tips en trucs: Meet de temperatuur van de oplossing terwijl je de proef uitvoert, zo krijg je een nauwkeuriger beeld van de temperatuur waarbij een kleurverandering optreedt. Je zou de proef kunnen uitvoeren in een lange glazen opstelling met aan het ene einde een koude temperatuur en aan het andere einde een warme. Zo kan je het verschil duidelijk zien. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten):

13 Nauwkeurige thermometer 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Wat is de temperatuur waarbij de oplossing van kleur verandert. b. Hypothese: 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: / b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - CoCl 2.6H 2 O 1 mol/l - Ethanol - Proefbuisjes - Bad van 15 C en bad van 25 C c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Kobalt(II)chloride (6 aq) 1M CoCl 2 Gevaar CAS H 350i-360F-EUH P De stof mag gebruikt worden voor demonstratieproeven vanaf de eerste graad. Leerlingenproeven zijn niet toegelaten. Ethanol CH 3CH 2OH Gevaar CAS H 225 P 210 Demonstratieproeven en leerlingenproeven zijn beide vanaf de eerste graad mogelijk. d. Opstelling (foto): 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Voeg een 4-tal druppels van de CoCl 2.6H mol/l toe aan 2 ml zuivere ethanol. Deze oplossing is bij 15 C rood. De oplossing wordt langzaam violet tot blauw bij 25 C. Deze omslagen zijn omkeerbaar. De oplossing is houdbaar indien afgesloten.

14 b. Waarneming + foto s: 4. Reflectie a. Besluit proef: Er treedt een verkleuring op vanaf 25 C. b. Koppeling aan leerplan: B25 Uit experimenteel onderzoek en uit dagelijkse waarnemingen afleiden dat stoffen uitzetten of inkrimpen bij temperatuursverandering. c. Tips en trucs: Net zoals bij de vorige proef zou je een lange buis kunnen gebruiken, waarbij je beide uiteinden met een verschillende temperatuur hebt. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten):

15 IJs maken door vaste stoffen te mengen? 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Hoe vormen NH 4 Cl en Ba(OH) 2.8H 2 0 ijs? b. Hypothese: - Door samenvoegen van beide stoffen wordt er ijs gevormd. - De temperatuur daalt zo hard dat er ijs kan ontstaan in de omgeving. 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen:/ b. Materiaal + stoffen (bereidingen): -Beker van 100ml -NH 4 Cl -Ba(OH) 2.8H 2 0 -rood lakmoespapiertje -houten plankje -weegschaal c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Ammoniumchloride NH 4Cl Waarschuwing CAS H P Demonstratieproeven vanaf de eerste graad. Leerlingenproeven vanaf de tweede graad. Bariumhydroxide (0 aq) Ba(OH) 2 Gevaar CAS H P Demonstratieproeven vanaf de eerste graad. Leerlingenproeven vanaf de tweede graad. d. Opstelling (foto):

16 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Maak een beker van 100ml aan de onderkant nat met water. Plaats de beker op een houten plankje. Meng in de beker 8,0 g NH 4 Cl en 16 g Ba(OH) 2 tot een vicieus vloeibaar mengsel ontstaat. Hou een lakmoespapiertje boven het reactiemengsel. b. Waarneming + foto s: Bij het mengen van de twee stoffen wordt er een vloeibaar mengsel gevormd. Het papiertje kleurt van rood naar paars. Wanneer we aan de bodem van het glas voelen, dan voelt dit koud aan. We kunnen het glas optillen en het plankje blijft aan het glas hangen. 4. Reflectie a. Besluit proef: De reactie tussen NH 4 Cl en Ba(OH) 2 zorgt ervoor dat er een sterke temperatuurdaling ontstaat. Het water dat zich aan de onderkant van het bekertje bevindt gaat dan bevriezen zodat het plankje aan het bekertje vastvriest. Bij deze reactie wordt er ook ammoniakgas gevormd. Dit kunnen we aantonen met het lakmoespapiertje. De oplossing wordt vloeibaar, doordat er water gevormd wordt bij deze endotherme reactie. Ba(OH) NH 4 Cl BaCl NH H 2 O

17 b. Koppeling aan leerplan: B25 Uit experimenteel onderzoek en uit dagelijkse waarnemingen afleiden dat stoffen uitzetten of inkrimpen bij temperatuursverandering. c. Tips en trucs: Werk in een gesloten ruimte, zodat je de leerlingen niet in contact brengt met het ammoniakgas. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten):

18 Lavalamp met een ijsblokje 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Welke stof heeft de grootste massadichtheid? b. Hypothese: Water/Ijs/Olie 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen:/ b. Materiaal + stoffen (bereidingen): -ijsklontje -glas slaolie / c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): d. Opstelling (foto): 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: Schenk een glas vol met slaolie. Breng hierin vervolgens een ijsblokje. Kijk wat er gebeurt. b. Waarneming + foto s: Het ijsblokje drijft op de olie. Het water dat gevormd wordt door het smeltende ijs, begeeft zich naar de bodem van de oplossing.

19 4. Reflectie a. Besluit proef: De massadichtheid van ijs is lager dan die van olie. De massadichtheid van olie is lager dan die van water. b. Koppeling aan leerplan: B25 Uit experimenteel onderzoek en uit dagelijkse waarnemingen afleiden dat stoffen uitzetten of inkrimpen bij temperatuursverandering. c. Tips en trucs: Gebruik voor deze proef een maatcillinder, zodat je een goed beeld krijg van hier het ijsblokje drijft en smelt in de olie. Op deze manier zie je de verschillende lagen veel beter. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten): Dichtheid van ijs en water en beweging van gesmolten ijs in water. 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Wat is het verschil in de dichtheid tussen ijs en water en op welke manier beweegt het gesmolten ijs dan in het water? b. Hypothese: Er is een verschil in de dichtheid van het ijsblokje en het water. De dichtheid van het ijsblokje is namelijk kleiner dan de dichtheid van het water. Hierdoor zal het ijsblokje op het water drijven. Door de temperatuurverschillen zal het ijsblokje smelten. Door het verschijnsel convectie zal het koude water dalen en het lauwe water stijgen, waardoor er een stroming gecreëerd wordt. 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: Dichtheid of soortelijke massa = De hoeveelheid massa van dat materiaal dat aanwezig is in een bepaald volume. Convectie = Een warmteoverdracht door stroming. b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - Bekerglazen (250ml) (2) - Water - Ijsblokjes met en zonder kleurstof

20 c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Geen gevaarlijke stoffen. d. Opstelling (foto): 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: - Voeg in beide bekerglazen ongeveer 200ml water. - Voeg in het ene bekerglas een gewoon ijsblokje en in het andere bekerglas een ijsblokje met kleurstof. b. Waarneming + foto s: - Wanneer we een gewoon ijsblokje en een ijsblokje met kleurstof in twee verschillende bekerglazen brengen met beide ongeveer 200ml water, smelten deze. In het bekerglas met het gekleurde ijsblokje zien we dat het gesmolten ijs met de kleurstof eerst naar de bodem zakt en zich nadien pas versprei. Er ontstaat dus een zichtbare stroming in het bekerglas.

21

22 4. Reflectie a. Besluit proef: Wanneer we een ijsblokje in een bekerglas brengen, zal dit op het water drijven omdat er een verschil is in de dichtheid van het ijsblokje en het water. De dichtheid van het ijsblokje is namelijk kleiner dan de dichtheid van het water. Ook zal het ijsblokje geleidelijk aan smelten door de temperatuurverschillen tussen het ijsblokje en het water. Hierdoor krijgen we te maken met het verschijnsel convectie, waarbij een warmteoverdracht plaatsvindt door stroming, waardoor het koude water (gesmolten ijsblokje) zal dalen en het lauwe water zal stijgen. Deze stroming wordt zichtbaar dankzij de kleurstof die opgelost is in het koude water (gesmolten ijsblokje). b. Koppeling aan leerplan: VVKSO BRUSSEL D/2010/7841/ De mens gebruikt wetenschappelijke principes om te voorzien in zijn behoeften B65: Uit experimentele waarnemingen en technische toepassingen afleiden dat transport van warmte-energie kan plaatsvinden door geleiding, convectie of straling. VVKSO BRUSSEL D/2012/7841/ Materie B22: Het verband tussen massa en volume experimenteel bepalen en de definitie voor massadichtheid formuleren en hanteren. c. Tips en trucs: - Verwarm het water in het bekerglas. Op die manier kan men een grotere stroming waarnemen. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten): - UC 2/11 p. 35 Kokosvet koelt bij het smelten 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Wat gebeurt er wanneer we kokosvet en witte bijenwas in verwarmd water brengen? b. Hypothese: Wanneer het kokosvet smelt, koelt het verwarmd water af en bij de witte bijenwas gebeurt dit niet. 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: Exo-energetische reactie = Een chemische reactie waarbij energie (warmte, licht, ) wordt vrijgemaakt. Endo-energetische reactie = Een chemische reactie waarbij energie (warmte, licht, )

23 wordt opgenomen. b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - Bekerglas (500ml) (1) - Bekerglazen (100ml) (2) - Kookplaat - Balans - Weegschuitjes (2) - Thermometers (2) - Water - Bijenwas - Cacaoboter c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Geen gevaarlijke stoffen. d. Opstelling (foto): 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: - Verwarm ongeveer 150ml water in een bekerglas van 600ml op de kookplaat tot ongeveer 40 C - Weeg m.b.v. de balans 5g kokosvet en 5g witte bijenwas in twee weegschuitjes af. - Voeg het kokosvet in het ene bekerglas van 100ml en de bijenwas in het andere bekerglas van 100ml. - Voeg in beide bekerglazen ongeveer 50-60ml water toe van 40 C. - Volg m.b.v. de thermometer de temperatuur in beide bekerglazen. b. Waarneming + foto s: - In het bekerglas met het kokosvet zien we het kokosvet vloeibaar worden (smelten) en daalt de temperatuur van 39 C naar 34,1 C. De temperatuur daalt dus met 4,9 C. - In het bekerglas met de witte bijenwas daalt de temperatuur van 39 C naar 37,4 C. De temperatuur daalt dus met slechts 1,5 C. (Deze daling is te wijten aan het niet voldoende isoleren van het bekerglas.)

24

25 4. Reflectie a. Besluit proef: Faseovergangen worden altijd veroorzaakt door energie. Wanneer een stof van de ene toestand naar de andere overgaat, gaat dit gepaard met de opname of afgifte van warmte. Kokosolie is een triglyceride, die is opgebouwd is uit meer dan 90% verzadigde vetzuren. Het is afkomstig van de kokosnoot - het zaad van de kokospalm - en wordt verkregen door het drogen van het kokosnootvlees. Voor gebruik als voedingsmiddel moeten de kokosolie vrije vetzuren verwijderd worden (tot 10 % ) door raffinage. Het verkregen relatief grof materiaal heeft een klein smelttraject: Kokosolie is vloeibaar bij C. Door deze lage smelttemperatuur smelt kokosolie in je hand, net als in je mond. Aangezien de verbruikte smeltwarmte onttrokken wordt uit de omgeving, geeft het smelten van kokosolie een gevoel van koelte. Ditzelfde proces treedt op in het bekerglas, waarbij de warmte onttrokken wordt aan het water en hierdoor koelt het water af. Dit noemen we een endo-energetisch proces. Omdat de energievorm hier warmte is, spreken we van een endotherm proces. b. Koppeling aan leerplan: VVKSO BRUSSEL D/2012/7841/ Chemische reacties Aspecten van een chemische reactie B17: Chemische reacties waarbij energie wordt verbruikt of vrijkomt onder vorm van warmte, licht of elektriciteit, identificeren als endo- of exo-energetisch aan de hand van experimentele waarnemingen en/of gegeven en herkenbare voorbeelden uit het dagelijks leven. c. Tips en trucs: - Gebruik isomobekers om de bekerglazen in te zetten, zodat deze beter geïsoleerd zijn en er geen temperatuursdaling gebeurt t.o.v. de omgeving. - Gebruik minder volume verwarmd water om een sterkere temperatuursdaling waar te kunnen nemen. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten): - UC 21/2010 p. 49 Exo- en endo-energetische reacties met eenzelfde stof 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Kunnen we met eenzelfde stof zowel een exo- als een endo-energetische reactie uitvoeren? b. Hypothese: Ja, natriumsulfide trihydraat veroorzaakt met magnesiumnitraat hexahydraat een endoenergetische reactie en met kopernitraat trihydraat een exo-energetische reactie.

26 2. Voorbereiden a. Te kennen begrippen: Exo-energetische reactie = Een chemische reactie waarbij energie (warmte, licht, ) wordt vrijgemaakt. Endo-energetische reactie = Een chemische reactie waarbij energie (warmte, licht, ) wordt opgenomen. b. Materiaal + stoffen (bereidingen): - Bekerglazen (100ml) (2) - Spatel - Mortier en stamper - Balans - Weegschuitjes (2) - Thermometer - Natriumsulfide trihydraat (Na 2 S. 3 H 2 O) - Magnesiumnitraat hexahydraat (Mg(NO 3 ) 2. 6 H 2 O) - Kopernitraat trihydraat (Cu(NO 3 ) 2. 3 H 2 O) c. Veiligheid (etiketten/cos-brochure/wgk): Etiketten: Natriumsulfide (x aq) Na 2S.aq Gevaar CAS H P WGK 2 Mijn instelling Magnesiumnitraat (6 aq) Mg(NO 3) 2.6H 2O Waarschuwing CAS H 272 WGK 1 Mijn instelling Koper(II)nitraat (3 aq) Cu(NO 3) 2.3H 2O Waarschuwing CAS H P WGK 2 Mijn instelling COS-brochure: Natriumsulfide trihydraat Magnesiumnitraat hexahydraat Kopernitraat trihydraat

27 D: Demonstratie-proeven, 2 de graad 1 ste graad / uitgevoerd door de leerkracht L: leerlingenproeven in 3 de graad 2 de graad / richtingen waarin chemie niet als een hoofdvak kan beschouwd worden LT: Leerlingenproeven 2 de graad 2 de graad / waarin chemie een hoofdvak is (Techniek- Wetenschappen, Chemie, Biotechnische wetenschappen, ) WGK-code 2 1 / H- en P-zinnen: Stoffen H-zinnen P-zinnen Natriumsulfide trihydraat (Na 2 S. 3 H 2 O) H290 Kan bijtend zijn voor metalen. P273 Magnesiumnitraat hexahydraat (Mg(NO 3 ) 2. 6 H 2 O) Kopernitraat trihydraat (Cu(NO 3 ) 2. 3 H 2 O) Voorkom lozing in het milieu. H301 Giftig bij inslikken. P280 Beschermende handschoen/ beschermende kleding/ oogbescherming/ gelaatsbescherming dragen. H314 H400 H319 H272 H302 Veroorzaakt ernstige brandwonden. Zeer giftig voor in het water levende organismen. Veroorzaakt ernstige oogirritatie. Kan brand bevorderen; oxiderend. Schadelijk bij inslikken. P301+ P310 P305+ P351+ P338 P305+ P351+ P338 Na inslikken: onmiddellijk een antigifcentrum of een arts raadplegen. Bij contact met de ogen: voorzichtig afspoelen met water gedurende een aantal minuten; contactlenzen verwijderen, indien mogelijk; blijven spoelen. Bij contact met de ogen: voorzichtig afspoelen met water gedurende een aantal minuten; contactlenzen verwijderen, indien mogelijk; blijven spoelen. P220 Van kleding/ / brandbare stoffen verwijderd houden/bewaren. P280 Beschermende handschoen/

28 H315 H318 Veroorzaakt huidirritatie. Veroorzaakt ernstig oogletsel. P305+ P351+ P338 beschermende kleding/ oogbescherming/ gelaatsbescherming dragen. Bij contact met de ogen: voorzichtig afspoelen met water gedurende een aantal minuten; contactlenzen verwijderen, indien mogelijk; blijven spoelen. d. Opstelling (foto):

29 3. Uitvoeren en waarnemen a. Werkwijze: - Weeg m.b.v. de balans 3,14g natriumsulfide trihydraat en 7,8g magnesiumnitraat hexahydraat in twee weegschuitjes af. - Voeg deze twee stoffen samen in een bekerglas. - Volg m.b.v. de thermometer de temperatuur van de chemische reactie die optreedt. - Weeg m.b.v. de balans 3,14g natriumsulfide trihydraat en 6,7g kopernitraat trihydraat in twee weegschuitje af. - Voeg deze twee stoffen samen in een bekerglas. - Volg m.b.v. de thermometer de temperatuur van de chemische reactie die optreedt. b. Waarneming + foto s: - Wanneer we 3,14g natriumsulfide trihydraat en 7,8g magnesiumnitraat hexahydraat samenvoegen in een bekerglas treedt er een chemische reactie op en daalt de temperatuur (ongeveer van 22,2 C naar 16,0 C). De temperatuur neemt tijdens deze chemische reactie dus af. - Wanneer we 3,14g natriumsulfide trihydraat en 6,7g kopernitraat trihydraat samenvoegen in een bekerglas treedt er een chemische reactie plaats en stijgt de temperatuur (ongeveer van 22,2 C naar 71,5 C). De temperatuur neemt tijdens deze chemische reactie dus toe.

30 4. Reflectie a. Besluit proef: Wanneer we natriumsulfide trihydraat en magnesiumnitraat hexahydraat samenvoegen, treedt er een chemische reactie op, waarbij de temperatuur daalt. Bij deze chemische reactie wordt er dus energie ontrokken en daarom spreken we van een endo-energetische reactie. Omdat de energievorm in dit geval warmte is, spreken we van een endotherme reactie. Wanneer we natriumsulfide trihydraat en kopernitraat trihydraat samenvoegen, treedt er een chemische reactie op, waarbij de temperatuur stijgt. Bij deze chemische reactie wordt er dus energie afgegeven en daarom spreken we van een exo-energetische reactie. Omdat de energievorm in dit geval warmte is, spreken we van een exotherme reactie. Reacties: Na 2 S + Mg(NO 3 ) 2 MgS + 2 NaNO 3 Na 2 S + Cu(NO 3 ) 2 CuS + 2 NaNO 3 b. Koppeling aan leerplan: VVKSO BRUSSEL D/2012/7841/ Chemische reacties Aspecten van een chemische reactie B17: Chemische reacties waarbij energie wordt verbruikt of vrijkomt onder vorm van warmte, licht of elektriciteit, identificeren als endo- of exo-energetisch aan de hand van experimentele waarnemingen en/of gegeven en herkenbare voorbeelden uit het dagelijks leven. c. Tips en trucs: - Voor een beter resultaat en een snellere chemische reactie kan men de stoffen malen m.b.v. een mortier en stamper. d. Bronnen (ook link naar filmfragmenten): - UC 1/11 p. 31

Exo- en endo-energetische reacties met eenzelfde stof

Exo- en endo-energetische reacties met eenzelfde stof Exo- en endo-energetische reacties met eenzelfde stof 1. Onderzoek: a. Onderzoeksvraag: Kunnen we met eenzelfde stof zowel een exo- als een endo-energetische reactie uitvoeren? b. Hypothese: Ja, natriumsulfide

Nadere informatie

: Kobaltcomplexen. 1. Onderzoeksvraag Welke complexen kan je met kobaltionen vormen?

: Kobaltcomplexen. 1. Onderzoeksvraag Welke complexen kan je met kobaltionen vormen? : Kobaltcomplexen 1. Onderzoeksvraag Welke complexen kan je met kobaltionen vormen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Geactiveerd complex: overgangstoestand in een chemische

Nadere informatie

Reactie propaan-2-ol, azijnzuur en zwavelzuur

Reactie propaan-2-ol, azijnzuur en zwavelzuur Reactie propaan-2-ol, azijnzuur en zwavelzuur 1. Onderzoeksvraag Wat verkrijg je wanneer je propaan-2-ol, azijnzuur en zwavelzuur samen gaat verwarmen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor

Nadere informatie

endotherme reactie met soda

endotherme reactie met soda endotherme reactie met soda 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we temperaturen behalen onder de nul graden Celsius m.b.v. dinatriumcarbonaat? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Endo-energetisch

Nadere informatie

Exo-energetische reactie: Een chemische reactie waarbij energie vrijgegeven wordt.

Exo-energetische reactie: Een chemische reactie waarbij energie vrijgegeven wordt. Onweer onder water 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een onweer onder water nabootsen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Redoxreactie: Een reactie tussen atomen, moleculen en/of

Nadere informatie

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een indicatordoekje op drie manieren van kleur doen veranderen? Dit van rood naar blauw en weer naar rood?

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een indicatordoekje op drie manieren van kleur doen veranderen? Dit van rood naar blauw en weer naar rood? Blauw op drie wijzen 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een indicatordoekje op drie manieren van kleur doen veranderen? Dit van rood naar blauw en weer naar rood? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond

Nadere informatie

De ijzer en zwavelreactie

De ijzer en zwavelreactie De ijzer en zwavelreactie Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aantonen dat we ijzersulfide (FeS) anders is dan ijzer (Fe) en zwavel (S). Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment Stofeigenschappen:

Nadere informatie

Maken van siliconen uit zand

Maken van siliconen uit zand Maken van siliconen uit zand Onderzoeksvraag Kunnen we siliconen maken uit zand? Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment exotherme reactie redoxreacties Materiaal + stoffen - oogbescherming

Nadere informatie

Chocolade: de zilverspiegel

Chocolade: de zilverspiegel Chocolade: de zilverspiegel 1. Onderzoeksvraag oe reageert chocolade met Tollensreagens? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Redoxreacties+begrippen b. Materiaal + stoffen AgNO

Nadere informatie

Druivensuiker in zetmeel

Druivensuiker in zetmeel Druivensuiker in zetmeel 1. Onderzoeksvraag Hoe kan je aantonen dat druivensuiker te bekomen is uit zetmeel? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Druivensuiker en zetmeel b. Materiaal

Nadere informatie

Verse of oude melk. 1. Onderzoeksvraag Hoe weet je of de melk vers of oud is?

Verse of oude melk. 1. Onderzoeksvraag Hoe weet je of de melk vers of oud is? Verse of oude melk 1. Onderzoeksvraag Hoe weet je of de melk vers of oud is? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Zuren, basen, zuur-base-indicator b. Materiaal + stoffen Materiaal:

Nadere informatie

Kleurrijk schilderij maken met rode koolsap

Kleurrijk schilderij maken met rode koolsap Kleurrijk schilderij maken met rode koolsap 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een kleurrijk schilderij maken met melk en rode koolsap? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment ph, zuur,

Nadere informatie

Limonade namaken. 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we limonade namaken?

Limonade namaken. 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we limonade namaken? Limonade namaken 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we limonade namaken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Tannine: Tannine is een verzamelnaam voor bepaalde chemische verbindingen.

Nadere informatie

Onderzoek 54. Aanwezigheid van calciumcarbonaat aantonen in een grondstaal

Onderzoek 54. Aanwezigheid van calciumcarbonaat aantonen in een grondstaal Onderzoek 54. Aanwezigheid van calciumcarbonaat aantonen in een grondstaal 1. Onderzoeksvraag Onder de schoenzolen van één van de verdachten werd aarde met een witte kleur gevonden. Bevat dit grondstaal

Nadere informatie

ph bepalen m.b.v. rode koolsap

ph bepalen m.b.v. rode koolsap ph bepalen m.b.v. rode koolsap 1. Onderzoeksvraag Hoe kun je rode koolsap gebruiken om te bepalen of een oplossing zuur, neutraal of basisch is? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment

Nadere informatie

Onderzoek 38: Haren laten verdwijnen

Onderzoek 38: Haren laten verdwijnen 1 Onderzoek 38: Haren laten verdwijnen 1. Onderzoeksvraag Bij de verdachten zijn verschillende bussen ontstopper gevonden met allemaal een andere concentratie. Wie van de verdachten kon de haren van het

Nadere informatie

Zijn alle zuren even sterk?

Zijn alle zuren even sterk? Zijn alle zuren even sterk? 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een verschil in zuursterkte tussen 2 verschillende zuren aantonen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment -Zuur = een

Nadere informatie

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aan de hand van chemische reacties een oplossing de kleuren van een stoplicht krijgen?

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aan de hand van chemische reacties een oplossing de kleuren van een stoplicht krijgen? Chemisch stoplicht 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aan de hand van chemische reacties een oplossing de kleuren van een stoplicht krijgen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment

Nadere informatie

CHIPS. light versus naturel

CHIPS. light versus naturel CHIPS light versus naturel 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Voedingswaarden van chips volgens de etiketten op de verpakking... 4 3. Experimenten... 5 Experiment 1: Vetgehalte van chips bepalen... 5 Experiment

Nadere informatie

1. Onderzoeksvraag Hoe verkrijgen we een mengsel met twee verschillende kleurlagen?

1. Onderzoeksvraag Hoe verkrijgen we een mengsel met twee verschillende kleurlagen? Paars kleurloos 1. Onderzoeksvraag Hoe verkrijgen we een mengsel met twee verschillende kleurlagen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Massadichtheid: De dichtheid van een stof

Nadere informatie

Kristallisatie in snel tempo

Kristallisatie in snel tempo Kristallisatie in snel tempo 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we op een snellere manier zoutkristallen maken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Neutralisatiereactie: reactietype

Nadere informatie

Onderzoek 55. Bepalen van het ijzergehalte in een grondstaal

Onderzoek 55. Bepalen van het ijzergehalte in een grondstaal Onderzoek 55. Bepalen van het ijzergehalte in een grondstaal 1. Onderzoeksvraag Onder de schoenzool van de verdachten werd aarde gevonden. Met welk staal komt dit overeen? Kunnen we door bepalen van het

Nadere informatie

Onderscheid tussen chocolade en dieetchocolade

Onderscheid tussen chocolade en dieetchocolade Onderscheid tussen chocolade en dieetchocolade 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we chocolade onderscheiden van dieetchocolade? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Scheidingstechnieken,

Nadere informatie

Schrijven met zetmeel

Schrijven met zetmeel Schrijven met zetmeel 1. Onderzoeksvraag Hoe kan je een boodschap die geschreven is met zetmeel zichtbaar maken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Oxidatie: een chemisch proces

Nadere informatie

Onderzoek 43: Chemisch onderzoek vezels

Onderzoek 43: Chemisch onderzoek vezels Onderzoek 43: Chemisch onderzoek vezels 1. Onderzoeksvraag We hebben kledingresten gevonden van de dader. We zouden graag weten uit wat voor vezels de kledingresten bestaan. Dit helpt ons de misdaad op

Nadere informatie

Deel L: Vingerafdrukken

Deel L: Vingerafdrukken Deel L: Vingerafdrukken De volgende proeven behoren allemaal tot 1 soort onderzoek: het identificeren van vingerafdrukken. In principe werkt elke proef hetzelfde: we maken de vingerafdrukken van de daders

Nadere informatie

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift ontwikkelen m.b.v. natriumcarbonaat?

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift ontwikkelen m.b.v. natriumcarbonaat? blauw geheimschrift 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift ontwikkelen m.b.v. natriumcarbonaat? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Indicator (een stof waarmee we

Nadere informatie

Vitamine C bepalen uit fruitsap

Vitamine C bepalen uit fruitsap Vitamine C bepalen uit fruitsap 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we de gehalte vitamine C in fruitsap bepalen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Zuur-basetitratie : een titratietechniek

Nadere informatie

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test.

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. Bereiding en eigenschappen van CO 2 Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. 1.1 Onderzoeksvraag Hoe kunnen we CO 2 aantonen? 1.2 Mogelijke hypothesen 1.2.1 Geen interactie: Er vormt zich

Nadere informatie

Kaarsvlam vergelijken met de vlam van een wiek

Kaarsvlam vergelijken met de vlam van een wiek Kaarsvlam vergelijken met de vlam van een wiek a. Onderzoeksvraag: Wat zorgt voor de grootste vlam? b. Hypothese: - De kaars - De wiek a. Te kennen begrippen: - Wiek b. Materiaal + stoffen (bereidingen):

Nadere informatie

Katalyse redox koperionen.

Katalyse redox koperionen. Katalyse redox koperionen. 1. Onderzoeken Onderzoeksvraag: Hoe katalyseren koperionen de reactie tussen Fe 3+ en thiosulfaatoplosing? Hypothese: - De oplossing gaat blauw worden. - De oplossing begint

Nadere informatie

Bioplastic uit zetmeel

Bioplastic uit zetmeel Bioplastic uit zetmeel 1. Onderzoeksvraag Hoe kan je uit zetmeel plastic maken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Polysachariden: zijn koolhydraten die zijn opgebouwd uit tien

Nadere informatie

1. Onderzoeksvraag Hoe kan je een vulkaan reconstrueren met water en olie?

1. Onderzoeksvraag Hoe kan je een vulkaan reconstrueren met water en olie? Vulkaan onder water 1. Onderzoeksvraag Hoe kan je een vulkaan reconstrueren met water en olie? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Oppervlaktespanning is een maat van de kracht

Nadere informatie

Wa W rm r t m e Inlage

Wa W rm r t m e Inlage Inlage Proef 1 nattigheid - 1 Erlenmeyer (nr. 10) - 1 Rubberen stop (nr. 18) - Heet water Doe wat heet water in de erlenmeyer. Doe de stop erop en kijk wat er gebeurt. Kun je dit beschrijven? Proef 2 Frisse

Nadere informatie

ontleding van bakpoeder tot soda

ontleding van bakpoeder tot soda ontleding van bakpoeder tot soda 1. Onderzoeksvraag Welk gas ontstaat er bij de thermolyse van bakpoeder? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Gasvormingsreactie (een reactie waarbij

Nadere informatie

Proef 51 Vingerafdrukken aantonen met jodiumdampen

Proef 51 Vingerafdrukken aantonen met jodiumdampen Proef 51 Vingerafdrukken aantonen met jodiumdampen 1. Onderzoeksvraag Met welke chemisch methode kan men snel een vingerafdruk vinden op een stukje papier? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond

Nadere informatie

ZETMEELFOLIE. 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we met aardappelzetmeel folie maken?

ZETMEELFOLIE. 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we met aardappelzetmeel folie maken? ZETMEELFOLIE 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we met aardappelzetmeel folie maken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment stof- en voorwerpeigenschappen viscositeit H-bruggen hydrofiel,

Nadere informatie

Onderzoekscompetenties. 3 de jaar. Hoe verlopen chemische reacties? A Tekst leerlingen: leerwerkboek

Onderzoekscompetenties. 3 de jaar. Hoe verlopen chemische reacties? A Tekst leerlingen: leerwerkboek Onderzoekscompetenties 3 de jaar Hfdst 4 Hoe verlopen chemische reacties? A Tekst leerlingen: leerwerkboek Onderzoek: het behoud van atoomsoorten in een reactiereeks Werkmethode 1. Wat onderzoeken? Probleemstelling

Nadere informatie

PROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3

PROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 HOCUS POCUS... BOEM VERSIE PR O EF DE CHEMISCHE REACTIE WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 14/04/16 20:53 HOOFDSTUK 1 CHEMISCHE REACTIES EN FYSISCHE VERSCHIJNSELEN 1.1 Chemische reactie en fysisch verschijnsel

Nadere informatie

Naam: Klas: REPETITIE STOFFEN EN MOLECULEN VWO (versie A)

Naam: Klas: REPETITIE STOFFEN EN MOLECULEN VWO (versie A) Naam: Klas: REPETITIE STOFFEN EN MOLECULEN VWO (versie A) OPGAVE 1 In de figuur hiernaast zijn de zes faseovergangen genummerd. Geef de namen van deze faseovergangen. 1: 2: 3: 4: 5: 6: OPGAVE 2 Geef de

Nadere informatie

Taurine in energiedrank

Taurine in energiedrank Taurine in energiedrank 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we de aanwezigheid van taurine aantonen in een energydrank? 2. Voorbereiding a. Begrippen as achtergrond voor experiment Aminozuur : Een organische

Nadere informatie

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom? Docentversie (24/05/2012) Natte Glazen Benodigdheden -glazen -ijsklontjes -koud water in kan of thermos of plastic flessen -maatbeker -weegschaal Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt

Nadere informatie

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald Hieronder wordt uitgelegd wat massadichtheid betekent. De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald volume. De massadichtheid is dus bijvoorbeeld

Nadere informatie

Oefentoets warmte. 2. Welk materiaal zou erg geschikt zijn om een pan van te maken?

Oefentoets warmte. 2. Welk materiaal zou erg geschikt zijn om een pan van te maken? Oefentoets warmte 1. Bij het koken van een ei wordt warmte overgedragen. Geef in een tekening aan hoe de warmte stroomt. Neem in je tekening de volgende dingen op: gasfornuis, pan, water, ei, handvat van

Nadere informatie

kleurveranderingen en reactiesoorten met soda

kleurveranderingen en reactiesoorten met soda kleurveranderingen en reactiesoorten met soda 1. Onderzoeksvraag Welke soorten reacties kunnen aangetoond worden met behulp van soda? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Gasvormingsreactie

Nadere informatie

Onderzoek 49 Vingerafdrukken op klei

Onderzoek 49 Vingerafdrukken op klei Onderzoek 49 Vingerafdrukken op klei 1. Onderzoeksvraag Welke soorten patronen vinden we terug in verschillende vingerafdrukken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment vingerafdrukpatronen:

Nadere informatie

H7 werken met stoffen

H7 werken met stoffen H7 werken met stoffen Stofeigenschappen Faseovergangen Veilig werken met stoffen Chemische reacties Stoffen Zuivere stoffen mengsels legeringen één soort moleculen opgebouwd uit een aantal verschillende

Nadere informatie

Rode wijn als indicator

Rode wijn als indicator Rode wijn als indicator 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we huishoudmiddeltjes als zuurbase-indicator gebruiken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment ph: De ph is een maat voor de

Nadere informatie

Bereiding van een tijdelijke crosslinked polymeer

Bereiding van een tijdelijke crosslinked polymeer Bereiding van een tijdelijke crosslinked polymeer 1) Materiaal 1 veiligheidsbril 1 spuitfles met water 1 maatcilinder 25 ml 1 bekerglas 100 ml 1 flesje methylrood indicator 20 ml polyvinylalcohol 5 ml

Nadere informatie

Fasen: de die toestanden waarin je water (en veel andere stoffen) kunt tegenkomen.

Fasen: de die toestanden waarin je water (en veel andere stoffen) kunt tegenkomen. Samenvatting door een scholier 873 woorden 2 maart 2016 7,6 37 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Hoofdstuk 3 1. fasen en fase-overgangen Water komt voor als: - vaste stof (ijs) - vloeistof (vloeibaar

Nadere informatie

De 'oscillerende klok' Sarah van Mierloo en Annelies vandendriessche

De 'oscillerende klok' Sarah van Mierloo en Annelies vandendriessche De 'oscillerende klok' Sarah van Mierloo en Annelies vandendriessche Academische Lerarenopleiding Chemie, K.U.Leuven, Celestijnenlaan 200 G - Bus 2104, B-3001 Leuven Heverlee I. Leerplandoelstellingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Scheikunde is overal. J.A.W. Faes (2019)

Hoofdstuk 1. Scheikunde is overal. J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 1 Scheikunde is overal J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 1 Scheikunde is overal Paragrafen 1.1 Stofeigenschappen 1.2 Veiligheid 1.3 Faseveranderingen Practica Experiment 1 Hoe werkt de gasbrander?

Nadere informatie

Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme

Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme Bij dit onderzoekje wordt het accent in hoofdzaak gelegd op het leren ontwikkelen van een onderzoeksmethode, een werkwijze,

Nadere informatie

Bereiding van alleskleverlijm

Bereiding van alleskleverlijm Bereiding van alleskleverlijm 1) Materiaal 1 veiligheidsbril 1 weegbalans 1 plastic weegschuitje 2 gram polyvinylacetaat 1 lepel 1 bekerglas 50 ml 1 glazen pipet 10 ml 1 pipetpeer 7,5 ml ethylacetaat 1

Nadere informatie

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander AAN de slag 1.1 de bunsenbrander ORiËNTEREN De bunsenbrander werd rond 1855 uitgevonden door professor Robert Wilhelm Bunsen (1811-1899) uit Heidelberg. De uitvinding diende vooral om een stabiele warmtebron

Nadere informatie

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Mol Samenvatting door een scholier 1296 woorden 9 november 2017 7,6 34 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Natuur/scheikunde overal Paragraaf 6.1: stoffen herkennen

Nadere informatie

Hoe kan je CO 2 uit eierschalen, mosselschelpen en krijt bekomen? Hypothese onderzoeksvraag: Wat denk je en waarom?

Hoe kan je CO 2 uit eierschalen, mosselschelpen en krijt bekomen? Hypothese onderzoeksvraag: Wat denk je en waarom? Hoe kan je CO 2 uit eierschalen, mosselschelpen en krijt bekomen? Hypothese onderzoeksvraag: Wat denk je en waarom? Inleiding: Gebruik van eierschalen als bemesting voor de bodem: Aangezien eischalen hoofdzakelijk

Nadere informatie

Een stof heeft altijd stofeigenschappen. Door hier gebruik van te maken, kun je stoffen makkelijk scheiden.

Een stof heeft altijd stofeigenschappen. Door hier gebruik van te maken, kun je stoffen makkelijk scheiden. Stoffen scheiden Schrijf bij elke proef steeds je waarnemingen in je schrift. Bij het doen van experimenten is het belangrijk dat je goed opschrijft wat je hebt gedaan, zodat andere mensen jouw experiment

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1)

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1) 4 Verbranding Verbrandingsverschijnselen (4.1) Bij een verbranding treden altijd een of meer van de volgende verschijnselen op: rookontwikkeling, roetontwikkeling, warmteontwikkeling, vlammen, vonken.

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Opgave 1.2 Opgave 1.3 Opgave 1.4 Stofeigenschappen en zintuigen Noem 4 stofeigenschappen die je met je zintuigen kunt waarnemen? Fysische constanten a. Methaan

Nadere informatie

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift maken in meerdere kleuren dat zichtbaar wordt door te besproeien met slechts één stof?

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift maken in meerdere kleuren dat zichtbaar wordt door te besproeien met slechts één stof? kleurrijk geschrift 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift maken in meerdere kleuren dat zichtbaar wordt door te besproeien met slechts één stof? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond

Nadere informatie

Hans Vanhoe Katrien Strubbe Universiteit Gent SLO Chemie

Hans Vanhoe Katrien Strubbe Universiteit Gent SLO Chemie Chemie in druppels Hans Vanhoe Katrien Strubbe Universiteit Gent SLO Chemie 4 Verschuiving van een chemisch evenwicht 4.1 Chemisch evenwicht Stikstofdioxide (NO 2) (roodbruin gas) kan omgezet worden tot

Nadere informatie

Bindingen. Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11

Bindingen. Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11 Bindingen Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11 1. Leg uit dat suiker een moleculaire stof is 2. Van suiker is de oplosbaarheid in water zeer hoog. Leg uit waarom suiker zo goed in water

Nadere informatie

Onderzoeksopdracht chemie

Onderzoeksopdracht chemie Onderzoeksopdracht chemie Bakpoeder en azijn Olivier Douvere SAMENVATTING Deze onderzoeksopdracht kan gebruikt worden om leerlingen begeleid onderzoek (tweede graad) of zelfstandig onderzoek (derde graad)

Nadere informatie

Practica via uitdagingen

Practica via uitdagingen Practica via uitdagingen Zaterdag 23 oktober 2010 Lerarenopleiding BASO Begeleiding: F. Poncelet Filip.Poncelet@khlim.be Uitdagingen Grootste kristal: maak de grootste kristal met 10 g keukenzout Mooiste

Nadere informatie

Wijnsoorten maken. 1. Onderzoeksvraag Hoe kun je verschillende wijnsoorten maken?

Wijnsoorten maken. 1. Onderzoeksvraag Hoe kun je verschillende wijnsoorten maken? Wijnsoorten maken 1. Onderzoeksvraag Hoe kun je verschillende wijnsoorten maken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Indicator: een stof waarmee men kan aantonen dat een bepaalde

Nadere informatie

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen Uitwerkingen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN

Nadere informatie

Opdracht chemische. eierwekker

Opdracht chemische. eierwekker Opdracht chemische eierwekker Doel: een chemische eierwekker maken waarmee je 3 minuten kunt klokken. In deze handleiding zijn de voorschriften voor twee klokreacties opgenomen. Het is de bedoeling dat

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Reac/esnelheid en evenwichten

Hoofdstuk 5 Reac/esnelheid en evenwichten Hoofdstuk 5 Reac/esnelheid en evenwichten 4HAVO periode 3 2012 Weekplanning per3, week 5 Woensdag H5.1 H5.2 theorie Vragen over H4 / tijd om hoofdstuk 4 door te nemen Donderdag PTA H432 Vrijdag Werkuur:

Nadere informatie

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie.

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 3.1 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 2. De pijl in een reactieschema (bijvoorbeeld: A + B C) betekent: - A en B reageren tot C of - Er vindt

Nadere informatie

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: R-zinnen

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: R-zinnen 1 van 8 Rzinnen & S zinnen Datum: 18032013 Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: Rzinnen R 1 R 2 R 3 R 4 R 5 R 6 R 7 R 8 R 9 R 10 R 11 R 12 R 14 R 15 R 16 R 17

Nadere informatie

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties OPGAVE 1 Geef de halfreactie waarbij 01 P 2 O 5 wordt omgezet in PH 3. 02 Jodaat, IO 3 - in neutraal milieu wordt omgezet in H 5 IO

Nadere informatie

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander AAN de slag 1.1 de bunsenbrander ORiËNTEREN De bunsenbrander werd rond 1855 uitgevonden door professor Robert Wilhelm Bunsen (1811-1899) uit Heidelberg. De uitvinding diende vooral om een stabiele warmtebron

Nadere informatie

Wat is CO2? (koolstofdioxide) een gas is dat in de lucht zit, net als zuurstof. ervaren of je CO 2

Wat is CO2? (koolstofdioxide) een gas is dat in de lucht zit, net als zuurstof. ervaren of je CO 2 Klimaatverandering 7 en 8 2 Wat is CO2? Proefjes Doelen Begrippen Materialen De leerlingen: weten dat (koolstofdioxide) een gas is dat in de lucht zit, net als zuurstof ervaren of je kan zien, ruiken en

Nadere informatie

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4.

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4. Lyceum Oudehoven Hoefslag 4 4205 NK Gorinchem Schoolexamen Leerjaar: 4 Vak: Scheikunde Datum: 26-06-2013 Tijd: 13.00 14.30 uur Uitdelen: opgavenvellen + proefwerkpapier Toegestaan: rekenmachine, potlood,

Nadere informatie

Code Voorzorgsmaatregelen Gevarenklasse Gevarencategorie

Code Voorzorgsmaatregelen Gevarenklasse Gevarencategorie Lijst van voorzorgsmaatregelen (P-zinnen) Algemeen Code Voorzorgsmaatregelen Gevarenklasse Gevarencategorie P101 P102 P103 Bij het inwinnen van medisch advies, de verpakking of het etiket ter beschikking

Nadere informatie

Experiment 1: Een wolk in een fles

Experiment 1: Een wolk in een fles Experiment 1: Een wolk in een fles Materiaal: een stevige plastic fles van 2 liter (bijvoorbeeld een colafles) drie lucifers lauwwarm water Welke stoffen gaan we op elkaar laten reageren? Wat zal het effect

Nadere informatie

Hoeveel deeltjes zijn aanwezig in één mol? Wat is de concentratie van een oplossing? molaire concentratie.

Hoeveel deeltjes zijn aanwezig in één mol? Wat is de concentratie van een oplossing? molaire concentratie. Zowel in het vat, de fles als het glas zit dezelfde soort whisky. Is er een verschil in percentage alcohol? Hoeveel deeltjes zijn aanwezig in één mol? Geef de formule die het verband weergeeft tussen de

Nadere informatie

Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties

Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties Proef door een scholier 1870 woorden 20 december 2005 5 23 keer beoordeeld Vak Scheikunde Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties Calcium (Ca)

Nadere informatie

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN 3(4) VMBO-TGK,

Nadere informatie

Proef Scheikunde Proeven

Proef Scheikunde Proeven Proef Scheikunde Proeven Proef door een scholier 973 woorden 4 december 2001 4,6 177 keer beoordeeld Vak Scheikunde Titel: De zuurstoftoevoer. Proefnummer: 1 Verbrandt papier met zuurstof? -) het brandt

Nadere informatie

Kaas maken. Handleiding leskist

Kaas maken. Handleiding leskist Kaas maken Handleiding leskist Deze leskist is ontwikkeld door Het Groene Wiel Hendrikweg 14b 6703 AW Wageningen 0317 422 041 www.groenewiel.nl info@groenewiel.nl 2 I. IN HET KORT Met deze leskist kunt

Nadere informatie

Rekenen aan reacties (de mol)

Rekenen aan reacties (de mol) Rekenen aan reacties (de mol) 1. Reactievergelijkingen oefenen: Scheikunde Deze opgaven zijn bedoeld voor diegenen die moeite hebben met rekenen aan reacties 1. Reactievergelijkingen http://www.nassau-sg.nl/scheikunde/tutorials/deeltjes/deeltjes.html

Nadere informatie

Opgave 1 Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden.

Opgave 1 Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden. Uitwerkingen Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden. Opmerking: in een ideaal gas hebben de moleculen wel een massa. Alleen

Nadere informatie

Oplosbaarheid van CO2 in water aantonen bij verschillende temperaturen 10 C 10 C

Oplosbaarheid van CO2 in water aantonen bij verschillende temperaturen 10 C 10 C Oplosbaarheid van CO 2 in water aantonen bij verschillende temperaturen Materiaal: (Titratie) A - Statief + klemmen - Buret - Thermometer - Bekerglas 250 / 500ml - Ijs - Gedestilleerd water => 10 C - Fenolftaleïne

Nadere informatie

Een neutralisatiereactie volgen (leerlingenversie)

Een neutralisatiereactie volgen (leerlingenversie) 1 Oriënteren Een neutralisatiereactie volgen (leerlingenversie) Onderzoeksvraag - hypothese Hoe kun je experimenteel een neutralisatiereactie waarnemen? 2 Voorbereiden 2.1 Achtergrondinformatie Je onderzoekt

Nadere informatie

Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders

Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders 2007 Universiteit Hasselt Chemie Inhoud INTRODUCTIE 1 De reactie van citroenzuur en natriumwaterstofcarbonaat 1 De reactie van magnesium en waterstofchloride 1 TEMPERATUURMETINGEN

Nadere informatie

Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit

Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit #VOS-038A versie 2.0 Inhoud kit: 6 x 5 DNA profielen 6 x Dader profiel 6 x 200µl loading dye (kleurloze vloeistof) 4 g agarose 400µl gel dye (1000x) 100ml elektroforese

Nadere informatie

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten (R-zinnen)

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten (R-zinnen) Document Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel Tel 02 553 03 55 - Fax 02 553 80 06 beleid@lne.vlaanderen.be Onderwerp Status versie datum auteur R-zinnen en S-zinnen

Nadere informatie

Educatief pakket. Blauw op drie wijzen. Een verrassend experiment rond redoxreacties, indicatoren en ph-berekening

Educatief pakket. Blauw op drie wijzen. Een verrassend experiment rond redoxreacties, indicatoren en ph-berekening Educatief pakket Blauw op drie wijzen Een verrassend experiment rond redoxreacties, indicatoren en ph-berekening 2 Colofon Dit project wordt ondersteund binnen het actieplan Wetenschapscommunicatie, een

Nadere informatie

Proef 50 Vingerafdrukken zoeken met behulp van cacao- en talkpoeder

Proef 50 Vingerafdrukken zoeken met behulp van cacao- en talkpoeder Proef 50 Vingerafdrukken zoeken met behulp van cacao- en talkpoeder 1. Onderzoeksvraag We nemen vingerafdrukken van 3 verdachten van de moord om deze uiteindelijk te vergelijken met de gevonden vingerafdruk

Nadere informatie

0,8 = m / 350 1 = m / 650

0,8 = m / 350 1 = m / 650 EXTRA De dichtheid van een mengsel 39 a 1L = 1000 ml 1% is dus 10 ml 35% is dan 350 ml Zo kan het ook: (1000 / 100) x 35 = 350 ml alcohol (en dus 1000-350 = 650 ml water) b alcohol water m =? V = 350 cm

Nadere informatie

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen. Hoofdstuk 17: Rekenen in molverhoudingen 17.1 Rekenen aan reacties: een terugblik én een alternatief In hoofdstuk 11 hebben we gerekend aan reacties. Het achterliggende idee was vaak, dat je bij een reactie

Nadere informatie

Samenstelling van melk

Samenstelling van melk Samenstelling van melk 1. Onderzoeksvraag Waaruit bestaat melk? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Mengsel: suspensie, emulsie Scheidingstechnieken Neerslagreacties b. Materiaal

Nadere informatie

Showdechemie2. Demonstreren met Showde. dechemie

Showdechemie2. Demonstreren met Showde. dechemie Demonstreren met Showde dechemie Programma 1. Twee demo s 2. Demonstreren kun je leren 3. Zelf aan de slag 4. Evaluatie Demonstreren kun je leren! Hoe? Kies een geschikte proef *open dag * ouderavond *

Nadere informatie

Oefenopgaven REDOX vwo

Oefenopgaven REDOX vwo Oefenopgaven REDOX vwo OPGAVE 1 Geef de halfreactie waarbij 01 P 2 O 5 wordt omgezet in PH 3. 02 Jodaat, IO 3 - in neutraal milieu wordt omgezet in H 5 IO 6. 03 Methanol in zuur milieu wordt omgezet in

Nadere informatie

R-zinnen en S-zinnen. R-zinnen... 2 Gecombineerde R-zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9

R-zinnen en S-zinnen. R-zinnen... 2 Gecombineerde R-zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9 -zinnen en S-zinnen Inhoud Pag. -zinnen... 2 Gecombineerde -zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9 -zinnen (aanduiding bijzondere gevaren, isk-zinnen) -nummer Gevarenaanduiding 1 2 3 4 5

Nadere informatie

Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.

Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. 3 Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.

Nadere informatie

H en P zinnen. Lijst van gevarenaanduidingen (H-zinnen)

H en P zinnen. Lijst van gevarenaanduidingen (H-zinnen) Lijst van gevarenaanduidingen (H-zinnen) Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren H200 Ontplofbare stoffen, instabiel H201 Ontplofbare stoffen, subklasse 1.1 H202 Ontplofbare stoffen, subklasse 1.2 H203

Nadere informatie