ONTWERP FEBEM REACTIE VLAMAB (06/05/2011)

Transcriptie

1 FEBEM vzw Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer FEGE asbl Fédération des Entreprises de Gestion de L'Environnement ONTWERP FEBEM REACTIE VLAMAB (06/05/2011) Algemeen: FEBEM wil OVAM feliciteren met het geleverde werk en is blij gehoord te worden bij de totstandkoming van deze teksten. Is het mogelijk om wijzigingen in ontwerpversies inzichtelijk te maken? Belangrijk blijft de afstemming met VLAREBO en VLAREOP. Hoofdstuk I: Algemene bepalingen Wat is de verhouding tussen de begrippen Met Huishoudelijk Afval Vergelijkbaar Bedrijfsafval (52 ) en Gemengd Stedelijk Afval (ontwerpdecreet,art.3, 6 )? We merken dat in het eerste begrip de parameter Hoeveelheid van belang is (qua aard, samenstelling EN HOEVEELHEID vergelijkbaar..) en dat in het GSA enkel de aard en de samenstelling telt. O.i. is het eerste begrip relevant in de afbakening van de bevoegdheden van de gemeenten en het twee speelt een rol in de zelfvoorzieningsdiscussie. Kan dit ook niet verduidelijkt worden in VLAMAB? Verschil tussen vervoerder en inzamelaar (zie ontwerpdecreet,art.3, 18 ). Wanneer is transporteur aan 't inzamelen? Dit is niet altijd even duidelijk; Verschil tussen inzamelaar en verwerker. Is sorteerder nog verwerker of enkel inzamelaar? Dit is niet altijd even duidelijk. 1 afgewerkte olie: wat met biologische oliën? (definitie dus ruimer stellen dan enkel mineraal, synthetisch of industrieel). Inzamelaar, handelaar en makelaar worden gelijk behandeld HIM lijkt leuke afkorting Hoofdstuk II: afbakening van de afvalfase Art De producent brengt de afnemer van de grondstof op de hoogte van de gebruiksvoorwaarden. Hierbij best verwijzen naar de gebruiksvoorwaarden uit Hoofdstuk V. Afdeling 2.3 specifieke criteria voor meststof-bouwstof-bodem-waterglas wij stellen voor om deze bepalingen samen te voegen met de bepalingen uit afdeling 5.3 (nu moet je op 2 plaatsen kijken, beter staat dit allemaal in Hoofdstuk 2 ofwel in Hoofdstuk 5) ; Het rubbergranulaat komt in onderafdeling plots daarbij, zonder chemische voorwaarden. Wij suggereren ook om de verplichtingen van de onderlagen te wijzigen in een opbouw uit zand (min 40 cm) OF zand + lava (minstens 40 cm samen). De lava mag geen SBR bevatten. Bij het gebruik van andere onderlaagmaterialen dan zand en lava moet de ph van het onderlaagmateriaal minimaal ph=6,5 zijn. Wij vragen ook de expliciete opname van de bepaling dat bij toepassing van SBR infill, er geen gebruik mag worden gemaakt van een systeemopbouw waarbij sprake is van een directe afwatering van regenwater naar de omgeving (bijvoorbeeld door gebruik van een niet-

2 drainerende onderlaag die horizontaal afwatert). Verder zagen we ook graag de mogelijkheid voor het gebruik van rubbergranulaat in de wegenbouw. Vlaanderen is momenteel een van de weinige Europese regio s die de nuttige toepassing van banden in grond-, water- en wegenbouwsector weigert. Onderafdeling We stellen vast dat de voorwaarden zoals massa- en volumepercentages voor niet steenachtige materialen en organisch materiaal voor gebruik als bouwstof verdwenen zijn. Dat is een positieve evolutie, want zo heb je geen dubbele analyseverplichting meer (volgens VLAREA en volgens ENproductnormen). Deze bepalingen zijn nu opgenomen in het eenheidsreglement (art.7.6.3a) - Toetsingswaarden: vlottende verontreiniging: 5 cm³/kg niet-vlottende verontreinigingen: 1,0 % (m/m) Voorzien jullie dat deze normen op termijn terug opgenomen worden in VLAMAB? De asbestnorm van 100 mg/kg is zeer streng (gezien de grote fluctuaties in de meetresultaten). Wij pleiten ervoor dat eerst de resultaten van de AMI-controle worden geëvalueerd vooraleer er een norm wordt opgenomen die misschien niet realistisch is. Onderafdeling 2.3.3: waarom verwijst men voor bagger- en ruimingsspecie niet naar VLAREBO? Dit schept verwarring, zeker op het terrein waar het verschil tussen natte en droge grond niet altijd evident te maken is. Wij pleiten ervoor dat voor alle afvalstoffen er hier een verwijzing naar VLAREBO is. We merken wel dat de verwijzing naar VLAREBO enkel betrekking heeft op technische voorwaarden en niet op de administratieve procedure. Vroeger was een gebruikscertificaat nodig voor de toepassing als bodem van sommige afvalstoffen - dat is nu dus weggevallen (geen grondstofverklaring nodig, wel voor baager- en ruimingsspecie een analyse en een studie uitgevoerd door ebsd volgens een CvGP, zie onderafdeling 5.3.4), dus geen toezicht meer hierop door OVAM! We vragen een schrapping van alle specifieke artikels over bagger- en ruimingsspecie (artikel 5.3.4). Opletten dat de administratief eenvoudige VLAMAB (tov grondverzet volgens VLAREBO) de discussie grond met stenen of stenen met grond? niet opnieuw doet oplaaien. Art kwaliteitsborgingsysteem (ikv grondstofverklaring) en art kwaliteitsborgingsysteem (ikv inzamelaar/handelaar/makelaar van gevaarlijke afvalstoffen) - zal er geen spraakverwarring ontstaan? De eerst gaat over een productkwaliteit, de tweede over een dienstkwaliteit. Bovendien zijn we vragende partij dat dit systeem niet voor dubbel werk zorgt (in geen van de twee gevallen). Heel wat info (bv werkplan) wordt door de bedrijven al doorgegeven aan andere overheidsdiensten. We vragen dan ook dat in de memorie van toelichting wordt opgenomen dat OVAM gebruik maakt van informatie die al beschikbaar is bij andere administraties (bv. vergunningen). In punt 2 wordt gevraagd naar monitoring van emissies, geur- en lawaaihinder. Dit is eerder VLAREM-materie! Kan dit geschrapt worden? Hoofdstuk III: uitgebreide producentenverantwoordelijkheid Suggestie voor het onderbrengen van volgende stromen in artikel 3.1.1: tapijten, matrassen, keramische vezels, cellenbeton, gips, asbest, gasflessen. Vraag naar relevantie van opname papierafval Positief dat de landbouwfolies zijn opgenomen Pagina 2 van 5

3 FEBEM is vragende partij dat volgende aspecten expliciet worden opgenomen: 1. de beheersorganisaties kunnen als vzw geen operationele afvaldiensten uitvoeren; 2. indien beheersorganisaties hogere resultaten halen dan wettelijk voorzien dan moeten ze toch instaan voor de globale financiering van de behaalde resultaten (en zich dus niet beperken tot wat ze wettelijk moesten halen te financieren); 3. de beheersorganisaties moeten systemen oprichten die niet interfereren in de relatie tussen afvalproducent en afvalophaler; Art en 2 bevatten tegenstrijdige info over het al dan niet noodzakelijk zijn dat de consument een vervangend product aanschaft of 1-0 formule ; paragrafen herformuleren: 1 Indien de consument product aanschaft... 2 Indien de consument geen vervangend product aanschaft... Art : wie moet de 55% recyclage halen : producenten of invoerders? Graag verduidelijken. Opname van de recyclageverplichting voor ruiten afkomstig van autowrakken aub cfr.europese regels Hoofdstuk IV: algemene bepalingen over beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen Art Energie-efficiëntie 0.60 of 0.65 hoe zit dat bij hervergunning? Art Regiefunctie voor composteerderes/vergisters. We begrijpen dat OVAM GFT- en groenafval zoveel mogelijk naar materiaalrecyclage wil laten gaan. Maar is het hier de bedoeling om al het bedrijfsmatig groen- en GFT-afval verplicht naar de composteerders/vergisters te laten gaan? Dit is praktisch niet werkbaar (logistiek!?). Er zijn andere manieren om de compostering te ondersteunen. Art 4.5. Stort- en verbrandingsverboden: FEBEM vraagt dat in afwachting van de uitwerking van een globale visie op de toekomst van de stortplaatsen er niets wijzigt aan de stortverboden. Art Graag verduidelijken dat ook zeefoverloop van de composteringsinstallaties kan worden verbrand. Coördinatie tussen verschillende dossiers! Graag hier integratie van de sorteervoorwaarden zoals afgesproken binnen de zelfvoorzieningsdiscussie (dus enkel hout en metalen uitsorteren uit gemengde stromen als ze via sorteercentra gaan). Hoofdstuk V: Bepalingen over het beheer van specifieke materiaalkringlopen en afvalstoffen Art Waarom is het KGA op een containerpark geen GA? Graag deze paragraaf schrappen. Hoofdstuk VI: inzamelen en vervoeren van afvalstoffen Art Identificatieformulier - bij het vervoer van een afvalstof van A naar B, is de producent of de verwerker of de aard van verwerking niet steeds gekend ; de chemische samenstelling van de gevaarlijke afvalstof is vaak onbekend (geen analyses voorhanden) wat bedoelt men eigenlijk met chemische samenstelling? Pagina 3 van 5

4 Art Afgiftebewijs - zou dat niet beter een overzichtsstaat zijn met de sommatie van het tonnage van de verschillende vrachten van een bepaalde afvalstof die van een bepaalde klant (A) naar een plaats (B) vervoerd zijn binnen een bepaald tijdsbestek (bijvoorbeeld maandelijks overzicht)? De acceptatiestap en het kantelmoment waarbij de afvalstof van eigenaar wisselt, is dus iets dat contractueel moet vatsgelegd worden door elke verwerker? Art , 2 : we blijven heel wat vragen hebben bij het kwaliteitsborgingssysteem en in het bijzonder de manier waarop de overheid dit gaat gebruiken. OVAM moet zich de vraag stellen hoe het instrument van de registratie een hulp kan zijn om echt op te treden tegen malafide bedrijven en hen te stoppen. Het opleggen van een kwaliteitssysteem voor bedrijven actief in het gevaarlijk afval gaat oi enkel leiden tot het nog extra controleren van bedrijven die nu al goed werken. Veel beter wordt de mogelijkheid geschapen dat OVAM sectoren kan selecteren en hen een systeem kan opleggen waarin eisen worden opgelegd die specifiek voor die sectoren relevant zijn (bv. tracering, kwaliteit, veiligheid ). De minister moet bijkomende stromen kunnen aanduiden waarvoor zo n systeem nodig is. Hoe dan ook is er nu een discriminatie van bedrijven die zowel Gevaarlijk Afval (GA) als Niet Gevaarlijk Afval (NGA) inzamelen tegenover zij die enkel NGA inzamelen. De eerste categorie moet zowel voor het GA als NGA een systeem voorzien! Art Keuring - wie gaat dat doen? Mag dat wegvallen als je ISOgecertificeerd (9001 of 14001) bent? In- en uitvoer (afdeling 6.2): bankgaranties moeten kunnen worden aangepast aan het effectieve risico, niet het theoretische. Hoofdstuk VII: registreren en rapporteren Art Gegevens verschaffen aan OVAM - kan verlopen in de vorm van IMJV maar dus ook in een andere vorm? Moet dat niet beperkt worden? Art Register van de afvalstoffenproducent - de verwerking is door de producent niet steeds geweten, evenals de gegevens van de verwerker. Mag de hoeveelheid geschat worden? Art Register van de inzamelaar - de producent is niet altijd gekend Art Register van de gemeenten - afvalstoffencodelijst, waarom niet de EURAL-code? ; geen R/D-code voor de gemeentelijke registers? Art Register van de verwerker - de producent is niet altijd gekend Art Eerste alinea is onbegrijpelijk (er ontbreekt om na grondstoffenproducenten ) Bijlage voorwaarden voor het gebruik als meststof of bodemverbeterend middel EOX is weggevallen en de samenstellingsnorm voor minerale olie is opgesplist in C10-C20 en C20-C40 (tot 5600 ppm! Waar komt deze norm vandaan?) analoog voor doseringsnorm Bijlage B (voor grondstoffen met < 2% droge stof / verse stof) is nieuw Bijlage E - dit zijn nieuwe waarden voor de omrekening wordt verwezen naar VLAREBO bijlage II Pagina 4 van 5

5 Bijlage voorwaarden voor gebruik als bodem De norm voor minerale olie voor gebruik in of als bouwstof bedraagt 1000 ppm. De acceptatievoorwaarden voor het storten op een categorie 3 stortplaats voor inerte materialen bedraagt voor minerale olie 500 ppm. Het zou logisch zijn moest de norm voor bouwstof maximaal even hoog zijn als deze voor inerte materialen. Pagina 5 van 5