Handleiding. PROJECTEN VOOR DE PROEFTUIN WONINGRENOVATIE: innovatie bij energiezuinig verbouwen
|
|
- Leona Timmermans
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Handleiding PROJECTEN VOOR DE PROEFTUIN WONINGRENOVATIE: innovatie bij energiezuinig verbouwen Versie december 2013 Correcties ten opzichte van Handleiding versie november 2013: p 14: voor non-profit organisaties gelden dezelfde basiscriteria als voor bedrijven, wat betreft extra-steun als kleine of middelgrote onderneming. Specificaties: zie voor O&O bedrijfssteun. Koning Albert II -laan 35, bus 16 B-1030 Brussel Tel.: +32 (0) Fax: +32 (0) info@iwt.be Web:
2 PROJECTFICHE Basiskenmerken van de proeftuin woningrenovatie: innovatie bij energiezuinig verbouwen Het doel van de proeftuin is opschaalbare en reproduceerbare renovatietechnieken te stimuleren om zo tot betaalbare oplossingen te komen voor belangrijke delen van het gebouwenbestand. Verregaande coördinatie van de actoren in de bouwketen dient te leiden tot kwalitatieve, geïntegreerde, maar vooral ook reproduceerbare, opschaalbare en betaalbare oplossingen. In de proeftuin worden onderzoeks-, ontwikkelingsals demonstratie-activiteiten uitgevoerd aan de hand van reële renovatietrajecten.. Een proeftuin is een gestructureerde testomgeving waarin bedrijven of organisaties innovatieve technologieën, producten, diensten en concepten kunnen testen, gebruik makend van een representatieve groep van individuen (of organisaties), de testpopulatie, die als testers worden ingezet in hun eigen leef- en werkomgeving De proeftuin Woningrenovatie: innovatie bij energiezuinig verbouwen wil bijdragen tot betere marktcondities voor grondige renovaties van woningen door: - De ontwikkeling van opschaalbare en reproduceerbare renovatieconcepten; - Het stimuleren van samenwerking tussen leveranciers, ontwerpers en uitvoerders; - Het versterken van de vraagzijde via een groepsgewijze aanpak en via alternatieve financieringsvormen; - Het aantonen van de haalbaarheid van kostenoptimale energieprestatieniveaus. De proeftuin woningrenovatie bestaat uit een infrastructuur van (groepen) wooneenheden, representatief voor het Vlaamse residentiële gebouwenbestand: bijv. een wijk (verkaveling, sociale woningen ), appartementsgebouw, straat rijwoningen, verspreide systeembouw woningen. Op deze infrastructuur (met sterke betrokkenheid van eigenaars en/of bewoners als testpopulatie) vormen concrete renovatietrajecten de platformen, waarop de proeftuinprojecten worden uitgevoerd. De proeftuin omvat naast de verschillende proeftuinprojecten ook een overkoepelend coördinatie- en kennisplatform. Het centraal coördinatie- en kennisplatform is verantwoordelijk voor de afstemming en opvolging van de projecten, de kwaliteitsbewaking (incl. prestatiemonitoring analyse) en het kennisbeheer (verzamelen, bundelen, verspreiden). De proeftuin heeft een economische en bredere maatschappelijke finaliteit. Op maatschappelijk vlak gaat de aandacht zowel naar de kostenefficiëntie van energiezuinige renovaties t.b.v. eigenaars en/of bewoners (met behoud van wooncomfort en uitzicht op levenslang wonen) als naar het zetten van noodzakelijke stappen in functie van het klimaatbeleid (renovatiegraad van de woningenstock). Voor de proeftuin worden parallel twee oproepen gelanceerd. Voor de oproep voor proeftuinprojecten is een budget van 3 miljoen euro voorzien. In het Uitvoeringsplan Strategisch Actieplan Limburg² (SALK) wordt bijkomend 2 miljoen euro SALK middelen voorzien voor proeftuinprojecten de proeftuin woningrenovatie, voor projecten met zwaartepunt in de provincie Limburg. De Vlaamse regering dient hierover nog een beslissing te nemen. De oproep voor een project coördinatie- en kennisplatform voorziet een budget van 1 miljoen euro. De financiering van de projecten loopt maximaal 4 jaar, voor het coördinatie- en kennisplatform max. 5 jaar. Voor de proeftuin projectvoorstellen kunnen de aanvragende consortia opgebouwd zijn uit overheidsinstellingen (besturen), bedrijven en non-profit organisaties met activiteiten relevant voor de bouwsector. Onderzoeksorganisaties kunnen voor eigen voordeel mee aanvrager zijn, of betrokken worden als onderaannemer/onderzoekspartner/onderaannemer. Voor het coördinatie- en kennisplatform zijn de aanvragers Vlaamse Innovatiesamenwerkingsverbanden (VIS) en/of collectieve centra, met VIS, collectieve centra en/of onderzoeksorganisaties als uitvoerders. Koning Albert II -laan 35, bus 16 B-1030 Brussel Tel.: +32 (0) Fax: +32 (0) info@iwt.be Web:
3 Documentenoverzicht Deze handleiding; Oproepdocument met specifieke modaliteiten en de timing; De aanvraagdocumenten; Kostenmodel en de MS Excel-template voor de berekening van de kosten. Al deze documenten zijn beschikbaar op 3/20
4 INHOUD 1. ALGEMENE SITUERING EN PROBLEEMSTELLING De uitdaging: een volumemarkt voor woningrenovaties Innovatieve woningrenovaties: de proeftuin als antwoord Positionering van de proeftuin in Vlaanderen EEN PROEFTUIN OP MAAT VAN DE VLAAMSE BOUWPRAKTIJK Doelstellingen van de proeftuin Reële renovatietrajecten als proeftuinplatform Stakeholders Onderzoeksvragen PROGRAMMAKENMERKEN EN MODALITEITEN VOOR INDIENING Structuur van de proeftuin Consortia en stakeholders Opbouw van en activiteiten in het proeftuinproject Projectduur, begroting en subsidie Aanvaardbare kosten IPR en valorisatie BEHANDELING VAN DE AANVRAAG Algemeen Voorbespreking en infosessie Indiening aanvraag Ontvankelijkheid Evaluatieprocedure UITVOERING EN MONITORING Uitvoering Uitbetaling Opvolging /20
5 1. ALGEMENE SITUERING EN PROBLEEMSTELLING 1.1. De uitdaging: een volumemarkt voor woningrenovaties De duurzame en energetisch doorgedreven renovatie van het bestaande patrimonium van residentiële gebouwen in Vlaanderen, zowel appartementsgebouwen als woningen, op een betaalbare manier, vormt een sociaal-maatschappelijke prioriteit. Het is tegelijk een van de grootste uitdagingen voor de bouwsector 1, in zijn transitie naar een competitieve bouw-milieu-energie cluster 2. Om de huidige renovatiegraad van 1% per jaar (incl. vervangende nieuwbouw) op termijn te kunnen opkrikken naar 2,5% in 2050, vormt innovatie een essentiële factor. Hoewel meer en meer nieuwe technologieën en systemen, concepten en tools worden ontwikkeld, zijn er nog te weinig marktklare oplossingen voor geïntegreerde renovatietoepassingen die geschikt zijn voor opschaling en daardoor kostenefficiënter. De toepassing en vermarkting van innovatieve oplossingen voor renovatie is nog te beperkt, versnipperd en kleinschalig, met ad hoc oplossingen en maatwerk 3. Hefbomen naar een volumemarkt voor doorgedreven renovaties kunnen pas tot stand komen via opschaalbare technologische vernieuwingen, verbeterde kwaliteitsgaranderende processen, en innovatieve businessconcepten en diensten. Dit moet leiden tot meer betaalbare oplossingen, die aansluiten op de Vlaamse bouwpraktijk en de totale bouwketen Innovatieve woningrenovaties: de proeftuin als antwoord Een mogelijke wijze om zulke innovaties te stimuleren en faciliteren is het ter beschikking stellen van een proeftuin in dit domein. Daarom besliste de Vlaamse Regering, op initiatief van Minister Ingrid Lieten, bevoegd voor innovatie, om een proeftuin Woningrenovatie: innovatie bij energiezuinig verbouwen te lanceren. Een proeftuin is een gestructureerde testomgeving waarin bedrijven of organisaties innovatieve technologieën, producten, diensten en concepten kunnen testen, gebruik makend van een representatieve groep van individuen (of organisaties), de testpopulatie, die als testers worden ingezet in hun eigen leefen werkomgeving. De proeftuin woningrenovatie bestaat uit een infrastructuur van (groepen) wooneenheden, representatief voor het Vlaamse residentiële gebouwenbestand. Op deze infrastructuur (met sterke betrokkenheid van eigenaars en/of bewoners als testpopulatie) vormen concrete renovatietrajecten de platformen, waarop de proeftuinprojecten worden uitgevoerd Positionering van de proeftuin in Vlaanderen In verschillende Europese landen werden reeds gelijkaardige initiatieven ontwikkeld, bijv. het Nederlandse Energiesprong ( en het Franse Fondation Bâtiment Energie ( De proeftuin woningrenovatie is geïnspireerd op zulke buitenlandse initiatieven, maar vertrekt vanuit het perspectief van de specifieke Vlaamse bouwpraktijk en marktsituatie. Het proeftuin initiatief is verder complementair aan reeds bestaande onderzoeks- en innovatieprojecten rond duurzaam en energetisch bouwen en verbouwen, evenals bijv. de lopende pilootprojecten innovatief 1 Innovatie in de bouw. Een strategische langetermijnvisie voor de sector. Eindrapport Innovatieregiegroep Bouw (maart 2012) en Advies van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie (VRWI) van 1 maart Witboek Innovatie (2011), Vlaamse Confederatie Bouw 3 Inventarisatie van doorgedreven energetische renovaties van woongebouwen (feb. 2012), door VITO en Passiefhuisplatform uitgevoerd in opdracht van VEA 5/20
6 aanbesteden ( Energieneutraal bouwen zonder meerkost, ). - Proeftuinprojecten kunnen steeds aansluiten op of samenwerken met zulke projecten. Ook is wisselwerking c.q. kruisbestuiving mogelijk tussen projecten en innovaties in de proeftuin met collectieve (partiele) renovatie-acties in het kader van regionale of lokale (klimaat)actieplannen. Tenslotte sluit de proeftuin aan bij verschillende, lopende strategische beleidsoefeningen gericht op de bouwsector, o.m. in het energiebeleid (Actieplan Bijna-Energieneutrale Gebouwen van het VEA), het actieplan dat momenteel door OVAM uitgewerkt wordt ( Materiaalbewust bouwen in kringlopen ), het nieuwe ruimtelijk beleid (met o.m. metropool Vlaanderen ) In dit kader is ook een geïntegreerd overheidsbeleid in ontwikkeling (via de Werkgroep DUWOBO Vlaamse Overheid), gericht op een systeeminnovatie aanpak voor de bouwsector, die niet louter focust op technologische en economische karakteristieken van de innovaties. De resultaten van de proeftuin zullen, via het coördinatie- en kennisplatform, ook expliciet teruggekoppeld worden naar het beleid. 6/20
7 2. EEN PROEFTUIN OP MAAT VAN DE VLAAMSE BOUWPRAKTIJK 2.1. Doelstellingen van de proeftuin De proeftuin woningrenovatie moet de realisatie van betere marktcondities stimuleren door innovaties uit te testen a.d.h. van concrete renovatieprojecten van (groepen van) wooneenheden, representatief voor het Vlaamse residentiële gebouwenbestand. Actoren over de hele bouwketen worden hierbij uitgedaagd hun waardeketen te herorganiseren, en een innovatief en prijsgefocust voorstel inclusief prestatiegarantie te kunnen aanbieden aan de eindklant. Lokale besturen, huisvestingsmaatschappijen e.a. kunnen hierbij actief betrokken worden, als vertegenwoordiger van, of samen met de klanten en eindgebruikers (eigenaars en bewoners). De doelstellingen van de proeftuin zijn: De ontwikkeling van opschaalbare en reproduceerbare renovatietechnieken die betaalbare oplossingen mogelijk maken voor omvangrijke delen van het residentiële gebouwenbestand. Doorgedreven renovaties worden nu veelal uitgewerkt op maat van één wooneenheid of één gebouweigenaar. Er is nood aan meer universele concepten, toepasbaar op een diversiteit van woningen (cfr mass customisation concept). Het stimuleren van samenwerking tussen leveranciers, ontwerpers en uitvoerders, via nieuwe business modellen en innovatieve diensten die een ketenbenadering voorstaan. Verregaande coördinatie en innovatieve vormen van samenwerking van de actoren in de bouwketen dienen te leiden tot kwalitatieve, geïntegreerde, maar vooral ook reproduceerbare, opschaalbare en betaalbare (totaal)oplossingen en uitvoeringswijzen. Het versterken van de vraagzijde via een groepsgewijze aanpak en via alternatieve financieringsvormen. Doorgedreven renovaties zijn zoals vermeld nog vaak ad hoc oplossingen per wooneenheid en daardoor duur. Door te zoeken naar gemeenschappelijke oplossingen (voor een gebouwtype, voor een straat of wijk, voor een categorie van eindgebruiker, ) en de doelgroep als geheel te benaderen, ontstaan er opportuniteiten voor efficiëntiewinsten en kostenbesparing. Daarenboven kunnen innovatieve businessmodellen en het aantrekken van financiële ondersteuning een antwoord bieden aan de nood voor prefinanciering van renovatieprojecten. Lokale besturen kunnen hierin een belangrijke rol vervullen. Het aantonen van de haalbaarheid van kostenoptimale energieprestatieniveaus (minstens gelijk aan de huidige regelgeving) via gevalideerde oplossingen door monitoring en opvolging van de reële energieprestaties. Het comfort van de bewoners (bijv. binnenklimaat), het algemene duurzaam karakter (bijv. materialenkeuze) en aandacht voor levenslang wonen en nieuwe bouwvormen (bijv. aanpasbare, flexibele woningen of kangoeroewoningen) zijn hierbij belangrijke randvoorwaarden. Kennisdeling en kennisverspreiding i.v.m. de resultaten en praktijkervaringen is, naast de verbetering van de marktcondities, een belangrijke motivatie voor het steunen van een proeftuin. Het is niet enkel de bedoeling om via voorbeeld cases innovatievoorlopers (aan vraag- en aanbodzijde) verder aan te moedigen, maar de proeftuin projecten vormen ook hefbomen naar om de bredere bouwpraktijk (in casu innovatievolgers) naar een hoger niveau te trekken en zo de nodige opschaling te realiseren om de innovaties op termijn een ruimere impact op de economie en de samenleving te geven Reële renovatietrajecten als proeftuinplatform De proeftuin woningrenovatie bestaat uit een infrastructuur van (groepen) wooneenheden, representatief voor het Vlaamse residentiële gebouwenbestand: bijv. een wijk (verkaveling, sociale woningen ), appartementsgebouw, straat rijwoningen, verspreide systeembouw woningen. Op deze infrastructuur (met sterke betrokkenheid van eigenaars en/of bewoners als testpopulatie) vormen concrete renovatietrajecten de platformen, waarop de proeftuinprojecten (onderzoeks- ontwikkelings- en demonstratie-activiteiten) worden uitgevoerd. 7/20
8 De keuze van te renoveren wooneenheden kan zowel op wijkniveau als op collectief (residentieel) gebouwniveau gebeuren. Het is ook mogelijk om een hogere efficiëntie te bereiken door een structurele benadering van weliswaar geografisch verspreide maar constructief gelijkaardige woningen. Systeembouw is immers een typisch Belgisch en Vlaams fenomeen. Logischerwijze dienen gebouweigenaars en bewoners, als eindgebruikers, ook betrokken te worden bij het uitwerken en financieren van concrete renovatieprojecten. Het doel is evenwel niet om op maat van een individuele renovatie te werken. Een coördinerende partij op groeps niveau kan dus nodig zijn. Een privaatrechterlijke rechtspersoon of overheidsinstantie kan zich engageren om een representatieve groep gebouwen/wooneenheden ter beschikking te stellen voor renovatie in het kader van de proeftuin. De rol van deze coördinerende partij bestaat er onder meer in om (particuliere) eigenaars te overtuigen (op basis van een concreet aanbod) tot een vorm van renovatie groepsaankoop. Deze rol kan vervuld worden rechtstreeks als (publieke of private) gebouweigenaar, maar ook vanuit een positie als meer onafhankelijk bemiddelaar. Voorbeelden van de eerste categorie zijn bijvoorbeeld woonmaatschappijen en projectontwikkelaars. In de tweede categorie zouden bijvoorbeeld lokale besturen, sociale verhuurkantoren (SVK), professionele syndici of middenveldorganisaties kunnen optreden. De renovatietrajecten zelf kunnen grondige renovaties zijn, maar ook (de start van) gefaseerde renovaties die aandacht hebben voor vermijden van het lock-in effect 4 of die inspelen op zowel de doorgedreven energetische maatregelen als de hiermee samengaande niet-energetische voordelen (bv. comfort). In bijlage 1 worden een aantal mogelijke scenario s beschreven Stakeholders De waardenketen bij duurzame renovatie omvat een grote variëteit aan betrokken actoren en stakeholders. Zij komen niet allemaal in aanmerking voor steun (afhankelijk van hun rol in de proeftuin projecten en van hun rechtspersoonlijkheid) maar zijn wel betrokken bij het eigenlijk renovatieproject. Aanbodzijde: - Bouwbedrijven, toeleveranciers van bouwproducten, architecten- advies- en studiebureaus;esco s (Energy Service Companies - nieuwe financieringsmodellen), Vraagzijde: - Sociale Verhuurkantoren (SVK), stedelijke ontwikkelingsmaatschappijen (semi-overheid, e.a.), bouwbeheer (syndicus), projectontwikkelaars, articuliere eigenaars, huurders Andere stakeholders - Kennisinstellingen, energiebedrijven, beroepsverenigingen, banken, kredietverstrekkers, lokale overheden (steden/gemeenten), 4 Lock-in effect: een typisch fenomeen bij renovaties is dat deze slechts éénmalig door eenzelfde eigenaar gebeuren, de tijd tussen renovaties bedraagt dan ook vaak meer dan 30 jaar 8/20
9 2.4. Onderzoeksvragen De onderzoeksvragen die in de proeftuin aan bod kunnen komen, hebben betrekking op: - Opschaalbaarheid en reproduceerbaarheid: Hoe opschaalbare ( universele ) concepten ontwikkelen die tegelijk toegepast kunnen worden op meerdere wooneenheden en toch rekening houden met individuele verschillen? - Samenwerking: Hoe ketensamenwerking tussen verschillende commerciële partners (gebouwenschil, technieken, projectbegeleiding, financiering ) structureren tot een innovatief business model en dienstenaanbod voor groepsrenovaties? - Versterking vraagzijde: Hoe de vraagzijde overtuigen met een geïntegreerd en collectief aanbod, en een collectief proces op gang brengen voor individuele woningeigenaar, m.b.v;sensibilisatie, participatie, financieringsmodellen - Ambitieniveau: Wat is realiseerbaar (technologie/proces) aan betaalbare kost? o Hoe verschillende technologieën en gebouwdimensies (isolatie, verwarming, ventilatie, ICT ) combineren tot geïntegreerde (en betaalbare) energie-performante oplossingen? o Hoe de technologische vernieuwingen realiseren via geïntegreerde kwaliteitsvolle processen, en met oog voor duurzaamheid op vlak van materialen en levenslang wonen?? o Hoe ontwerp- en evaluatietools beter afstemmen op het realiseren van de beoogde energieprestaties, met behoud van klimaatcomfort? Deze onderzoeksvragen gaan uit van een economische finaliteit, maar de antwoorden op deze vragen zijn zeker ook maatschappelijk relevant (als ondersteuning voor betaalbaar kwaliteitsvol wonen). Ook ter ondersteuning van toekomstige beleidskeuzes voor het stimuleren van renovatie en duurzaam (ver)bouwen in het algemeen zijn de te verwerven inzichten van belang. De specifieke regelgeving, omgeving en organisatie van de bouw in Vlaanderen hebben tot gevolg dat het vertalen van een concept dat toegepast wordt in het buitenland naar de Vlaamse situatie een belangrijk onderzoekselement zou kunnen bevatten. Dergelijke vertaling van in het buitenland reeds uitgeteste of toegepaste concepten kan bijgevolg in aanmerking komen voor subsidie, mits een positieve evaluatie volgens de evaluatiecriteria vermeld in 4.5. van deze handleiding. 9/20
10 3. PROGRAMMAKENMERKEN EN MODALITEITEN VOOR INDIENING 3.1. Structuur van de proeftuin De proeftuin is opgebouwd uit verschillende proeftuinprojecten, gebaseerd op reële renovatietrajecten, en een overkoepelend coördinatie- en kennisplatform. Dit platform wordt opgezet om m de verschillende proeftuinprojecten te coördineren en om de inzichten en lessen uit de projecten te verzamelen, bundelen, analyseren en verspreiden naar de bouwsector. Er worden hiervoor in parallel twee oproepen gelanceerd, enerzijds een oproep voor proeftuinprojecvoorstellenn en anderzijds een oproep voor de selectie van een coördinatie- en kennisplatform. is een centraal coördinatie- en kennisplatform 3.2. Consortia en stakeholders Aanvragers Een proeftuinproject kan opgezet worden door (een consortium van) bedrijven, VZW s, overheidsinstanties (bijv. lokale besturen), onderzoeksinstellingen en eventueel andere organisaties, zoals coöperatieven van eigenaars of huurders van woningen. De projectaanvragers zijn de intitatiefnemers voor het proeftuinproject en zijn de formele begunstigden van de subsidie aan een project. De mogelijke types projectaanvragers zijn: - Bedrijven en non-profit: organisaties 5 met rechtspersoonlijkheid, die geen onderzoeksinstelling zijn. Onder deze categorie vallen zowel (i) de ondernemingen die hun economische activiteit op een duurzame wijze uitoefenen door middel van een vestiging in het Vlaams Gewest als (ii) non-profit organisaties 6 met activiteiten relevant voor de bouwsector, gevestigd in het Vlaams Gewest. - Overheidsorganisaties (bijv lokale besturen) uit het Vlaams Gewest (enkel de besturen), - Onderzoeksorganisaties (voor activiteiten die als onderzoekstaken voor eigen voordeel beschouwd kunnen worden (zie verder). Onderzoeksorganisaties kunnen ook als onderzoekspartner (in onderaanneming) meewerken aan het project. Per project wordt één hoofdaanvrager aangesteld, die een projectleider aanduidt. De projectleider moet werkzaam zijn bij de hoofdaanvrager en treedt op als eerste contactpersoon voor IWT en het coördinatieen kennisplatform. Er zijn weinig a priori regels over de samenstelling en omvang van het consortium. - Het consortium dient nadien in te staan voor de verdere opschaling van de resultaten naar de bouwpraktijk. Dit impliceert de aanwezigheid van bedrijven 7 die de verworven kennis kunnen valoriseren. 5 Tenzij hiervan uitdrukkelijk wordt afgeweken in dit programma, geldt voor de categorie organisaties verder de FAQ op de IWT-website betreffende de aanvrager voor O&O-Bedrijfssteun. 6 In het geval van een organisatie met een rechtsvorm naar publiek recht is vereist dat de actviteiten waarvoor in dit programma steun wordt aangevraagd te situeren zijn buiten het valorisatiegebied van het wettelijk monopolie van deze organisatie. 7 Een bedrijf dient hier geïnterpreteerd te worden als een vennootschap zoals gedefinieerd in het wetboek van vennootschappen. 10/20
11 - Het consortium moet voldoende groot zijn om een brede toepasbaarheid mogelijk te maken, maar moet ook manageable blijven. Niet alle uitvoerders van het renovatietraject zijn per definitie aanvragers in het proeftuinproject. - Het consortium dient in staat te zijn om het project financieel te dragen. Elke aanvrager zal minstens zijn eigen kosten minus de subsidie moeten kunnen dragen. - Consortia kunnen ook onderzoeksorganisaties als kennispartners omvatten, die mee instaan voor de technisch-wetenschappelijke ondersteuning, zoals de monitoring en opvolging van de reële energieprestaties, indoor comfort en andere duurzaamheidsparameters. Ze staan mee in voor de kennisdeling en werken nauw samen met het overkoepelende coördinatie- en kennisplatform. De aanvragers dienen onderling een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten. Naast overheden kunnen ook privaatrechterlijke rechtspersonen, opgericht met het specifiek doel te voorzien in behoeften van algemeen belang met uitsluiting van commerciële activiteiten, met publiekrechterlijke verplichtingen geconfronteerd worden bij het opzetten en uitvoeren van een proeftuinproject. Dit in verband met publieke marktprocedures (wet overheidsopdrachten WOVO), behoorlijk bestuur en openbaarheid van bestuur. (zie hierover ook het toelichtingsdocument op de website). Onderaannemers De aanvragers kunnen zelf instaan voor de uitvoering van de activiteiten, maar kunnen daarnaast ook onderaannemers inschakelen die specifieke expertise inbrengen (bijv. kennisinstellingen, bedrijven, non-profit organisaties, ). Hierbij dient de betrokken aanvrager/begunstigde de geleverde prestaties van de onderaannemer volledig te vergoeden (voor meer informatie: zie verder onder 3.5 en FAQ op Opbouw van en activiteiten in het proeftuinproject Het proeftuinproject is gebaseerd op de renovatie van een aantal wooneenheden (zie 2.). De proeftuin moet leiden tot kennisopbouw en innovatie, en omvat onderzoeks en ontwikkelings (en demonstratie-)activiteiten. Een proeftuinproject omvat dus activiteiten (additioneel aan de eigenlijke renovatie), cfr. de onderzoeksvragen, met betrekking tot het kennis- en leertraject van de consortia. De aard van de steunbare innovatie-activiteiten in de proeftuin wordt bepaald door het O&O-besluit 8. De verbouwactiviteiten zelf (evenals de materialenkost) kunnen niet gesteund worden binnen de proeftuin. Dit zijn immers investeringen door de eigenaar, die (en/of de eventuele huurder) ook de baten van de investering (bv. lagere energiekost) zal genieten. De innovatieprojecten in de proeftuin lopen parallel met het eigenlijke renovatietraject. Naargelang de verschillende fases van de renovatie kunnen in het proeftuinproject drie verschillende deelprojecten of werkpakketten onderscheiden worden: - Deelproject 1: Fase voortraject van het renovatieproject coördinatie, studie- en onderzoekswerk, planning, uitwerken van een business concept en geïntegreerd aanbod, ook het adviseren, sensibiliseren en overtuigen van (bijkomende) particuliere eigenaars om in het renovatieproject te stappen kan deel uitmaken van de steunbare activiteiten niet steunbaar zijn: gedetailleerde lastenboeken, bestekken, aanbestedingen 8 Besluit van de Vlaamse regering van 12 december 2008 (BS ) tot regeling van de steun aan projecten van onderzoek en ontwikkeling van het bedrijfsleven in Vlaanderen 11/20
12 - Deelproject 2: Fase uitvoering van de renovatie Coördinatie en documenteren van ( prototype ) de toepassing van de innovatieve processen en de implementatie van de nieuwe samenwerkingsvormen. - Deelproject 3: Fase oplevering en opvolging van de renovatie evaluatie ( assessment ) van de projectresultaten i.f.v opschaalbaarheid, processen en samenwerking, validatie door opvolging en monitoring van de reële energieprestaties (i.s.m. een centraal coördinatie- en kennisplatform) en link naar kostenefficiëntie kennistransfer en verspreiding i.s.m. coördinatie- en kennisplatform, Het proeftuinproject moet minstens deelprojecten 2 en 3 omvatten. Renovatietrajecten die reeds in de steigers staan (concept en studie reeds uitgewerkt, woningen en woningeigenaars geworven ) kunnen dus ook als platform dienen voor een proeftuinproject met enkel delen 2 en 3. De materiële infrastructuur (gebouwen) van elk platform en project dient zich in het Vlaams Gewest te bevinden. Samenwerking met initiatieven en partners uit andere regio s en het buitenland wordt evenwel aangemoedigd. Samenwerking met andere (privé) initiatieven wordt eveneens aangemoedigd. Proeftuinprojecten kunnen aansluiten op lopende O&O-programma s en projecten rond collectieve renovaties, zowel lokaal (bijv. VIS-traject) als internationaal (bijv. Intelligent Energy Europe - IEE). Het energetisch ambitieniveau, de mate van integratie en samenwerking, de graad van kostenefficiëntie en opschaalbaarheid vormen belangrijke criteria voor de selectie van en steun aan de projecten. Tevens vormen de aandacht voor duurzaam materialen- en grondstoffengebruik en uitvoeringstechnieken evenals voor nieuwe bouw- en woonvormen die inspelen op demografische noden belangrijke pluspunten. De vergaarde kennis en ervaring in de gesteunde projecten dienen via een degelijk opvolgingssysteem gecentraliseerd (en gesynthetiseerd) te worden, met het oog op een brede kennisdiffusie. Elk project moet nauw samenwerken met het centraal coördinatie- en kennisplatform (zie verder). Deze vereisten dienen duidelijk te zijn voor alle aanvragende bedrijven. Als initiatiefnemers hebben zij een (tijdelijk) kennisvoordeel en aansluitend naar vermarkting van hun oplossingen hebben ze baat bij de belangstelling gegenereerd door de voorbeeldprojecten. In ruil hiervoor moeten zij ook bereid zijn om hun ervaringen te documenteren en de opgebouwde kennis te delen 3.4. Projectduur, begroting en subsidie Projectduur Het gehele renovatietraject van voorbereiding over uitvoering tot monitoring kan meerdere jaren vergen. De uitvoeringsfase van de renovatie kan mogelijk enkel starten na het verkrijgen van een bouwvergunning. De derde fase geeft daarenboven een belangrijke meerwaarde aan de proeftuin: door de energetische performantie na afloop van de renovatie te meten en te vergelijken en door de gebruikerservaringen in kaart te brengen, wordt het leertraject ( proeftuin ) in belangrijke mate ingevuld. De steun aan de consortia voor het opzetten van de proeftuinplatformen en uitvoeren van de projecten wordt voor een periode van maximaal 4 jaar toegekend. Indien noodzakelijk voor het behalen van de resultaten kan, ingeval van onvoorziene omstandigheden, een verlenging binnen het toegekende budget aangevraagd worden. Begroting De totale steun aan de proeftuinprojecten bedraagt maximum 3 miljoen euro. 12/20
13 Bijkomend kunnen 2 miljoen euro SALK middelen voorzien worden 9. De Vlaamse regering moet hierover nog een beslissing nemen. De steun per individueel consortium of project is beperkt tot 1 miljoen euro. Subsidiepercentage Proeftuinprojecten zullen deels gesteund worden onder het O&O-besluit, en deels onder de vorm van rechtstreekse subsidie aan overheidsinstellingen en onderzoeksinstellingen, conform het Besluit van de Vlaamse Regering houdende toekenning van een subsidie aan het IWT voor steunverlening aan de proeftuin Woningrenovatie: innovatie bij energiezuinig verbouwen 1) Als organisaties (bedrijven of non-profit organisaties) begunstigde zijn van een project zullen ze een subsidie toegekend krijgen die conform het O&O-besluit is. Dit betekent dat het subsidiepercentage afhankelijk is van het ontwikkelings/onderzoeksgehalte van de projecten, de eventuele samenwerking met kmo s en de aard van de onderneming. Voor de projecten zal worden uitgegaan van een 40/60 verhouding tussen onderzoek en ontwikkeling, waardoor het basissubsidiepercentage 35% bedraagt. Verder wordt een extra subsidie van 15% voor samenwerking toegekend. Dit geldt enkel indien er in het project een samenwerking (niet via onderaanneming) is tussen minstens 2 onafhankelijke organisaties (bedrijven of non-profit organisaties), waarbij minstens 1 organisatie een kmo is en geen enkele organisatie meer dan 70% van de in aanmerking komende kosten van het samenwerkingsverband voor haar rekening neemt. Naast de extra subsidie voor samenwerking, kunnen kleine ondernemingen (ko s) 20% extra subsidie krijgen en kunnen middelgrote ondernemingen 10% extra subsidie krijgen (geldig voor bedrijven en non-profit organisaties). Onderstaande definities worden hierbij gehanteerd (voor meer informatie: zie ook voor IWT-bedrijfssteun): - Een middelgrote onderneming (mo) is een zelfstandige onderneming met niet meer dan 250 werknemers én met een jaaromzet van minder dan 50 miljoen óf een balanstotaal van minder dan 43 miljoen) - Een kleine onderneming (ko) is een zelfstandige onderneming met niet meer dan 50 werknemers én met een jaaromzet van minder dan 10 miljoen of een balanstotaal van minder dan 10 miljoen. De subsidie voor een organisatie die als aanvrager/begunstigde deelneemt aan een proeftuinproject zal zich bijgevolg situeren tussen 50% en 70% (afhankelijk van de grootte van de onderneming), indien een voldoende samenwerking kan aangetoond worden. Indien een project andere financiële steun geniet van een publiekrechtelijk persoon, dient er voor de berekening van het maximale subsidiepercentage rekening gehouden te worden met de samengestelde subsidie. Het gaat hierbij om financiële steun voor dezelfde activiteiten. 2) Overheidsorganisaties (bijv. lokale besturen) die begunstigde zijn van een proeftuinproject, kunnen 80% subsidie verwerven voor hun deelname aan een proeftuinproject. Het betreft hier enkel de besturen zelf. Entiteiten die verbonden zijn aan de publieke sector maar (deels) werken met marktmiddelen, worden als organisatie (bedrijf of non-profit organisatie) beschouwd. Overheidsinstellingen kunnen enkel gesteund worden voor hun deelname aan projecten die geen rechtstreekse economische exploitatie door de overheid beogen, maar uitgevoerd worden in samenwerking met bedrijven met een lange termijn oogmerk voor economische benutting. In de 9 Uitvoeringsplan Strategisch Actieplan Limburg² (SALK) Beslissing Vlaamse Regering 15 juli 2013 (VR DOC.0813/1) 13/20
14 finale subsidieovereenkomst zullen de nodige clausules opgenomen worden om te vrijwaren dat geen indirecte staatsteun wordt verleend aan de betrokken bedrijven. 3) Onderzoeksorganisaties kunnen aan een proeftuinproject deelnemen onder verschillende steunmodaliteiten: - als onderzoekspartner in onderaanneming. Voor hun geleverde prestaties worden de kennisinstellingen voor 100% vergoed door de aanvrager/begunstigde waarvoor ze onderaannemer zijn. Het subsidiepercentage waarop de aanvrager/begunstigde een beroep kan doen voor deze onderaannemer is hetzelfde als voor alle andere projectkosten van de begunstigde. (cfr. O&O-besluit) - als onderzoeksorganisatie, enkel voor die activiteiten die als onderzoekstaken voor eigen voordeel beschouwd kunnen worden (met dus eigen kennisverwerving), en onder voorwaarde dat deze activiteiten afgescheiden zijn van economische activiteiten (cfr. Communautaire Kaderregeling 10 ), aan 100% steun, en dat de instelling voldoet aan de voorwaarden om als onderzoeksinstelling erkend 11 te worden. De 100% steun geldt in principe niet voor investeringen. Het subsidiepercentage waarop de aanvrager/begunstigde een beroep kan doen voor een onderaannemer is hetzelfde als voor alle andere projectkosten van de begunstigde en volgt bijgevolg de subsidiepercentages die hierboven zijn weergegeven (80% voor overheidsorganisaties en 50-70% voor organisaties) Aanvaardbare kosten De algemene principes voor de opmaak van de begroting (geldig voor de proeftuinprojecten en het project coördinatie- en kennisplatform) worden beschreven in het IWT-kostenmodel (beschikbaar op de website). De begroting dient opgemaakt te worden in de Excel-template die beschikbaar gesteld werd op Kort samengevat geldt het volgende: - Een projectbegroting wordt per jaar en per aanvrager opgesteld. - De aanvaardbare personeelskosten vormen de basis. Ze moeten steeds na het project verantwoord kunnen worden, zowel naar geleverde prestaties op het project, als naar uitgevoerde betalingen. De personeelskosten verwijzen naar de directe loonkost van de personen die bij de aanvrager het project uitvoeren. Indien een bepaalde persoon niet voltijds actief is op het project, zullen de prestaties slechts a rato van de geleverde inspanning in rekening worden gebracht. Technisch personeel is slechts aanrekenbaar voor zover het taken uitvoert die noodzakelijk zijn voor het project, zoals het uitvoeren van testen en gelijkaardige activiteiten. Personeel voor ondersteunende taken zoals secretariaat, boekhouding, aankoop, onderhoud, enz. kan hier niet ingebracht worden (wel bij de overige kosten). Algemeen leidinggevend en toezichthoudend personeel wordt ook niet tot het directe personeel gerekend. - De overige kosten bestaan enerzijds uit de directe kosten voor werkingsmiddelen en uitrustingsgoederen (afschrijving van computer, test- en analyse apparatuur) en anderzijds uit indirecte kosten. Dit zijn algemene kosten die weliswaar uit de projectactiviteiten voortvloeien, maar die ofwel niet direct toewijsbaar zijn, of kosten van algemeen ondersteunende aard zijn. De overige kosten 10 Communautaire Kaderregeling (Nr. 2006/C 323/01) van 30 december 2006 inzake Staatssteun voor Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie. 11 Een formele erkenning als onderzoeksorganisatie wordt niet verleend door Europa. Wel kan op basis van een doorlichting aangegeven worden dat een organisatie in het algemeen algemeen aan de voorwaarden voldoet. Ingeval van een onderzoek door de EC kan deze doorlichting van pas komen, maar of organisatie zich daadwerkelijk ook als een onderzoeksorganisatie gedraagt wordt geval per geval bekeken. 14/20
15 worden berekend als een standaardkost per voltijds equivalent (VTE). Deze standaardkost moet overeenkomen met een reële kost. - Onderaannemingen vallen onder de overige kosten. Een onderaanneming vanaf euro kan afzonderlijk gebudgetteerd worden, maar in dat geval dient een raming van de kosten ingesloten te worden. - Kosten kunnen in rekening gebracht worden vanaf de startdatum van het project. Dit is ten vroegste de eerste dag van de maand volgend op de uiterste indiendatum. - Organisaties die niet (100%) BTW-plichtig zijn, kunnen de niet-recupereerbare BTW mee opnemen in hun projectbegroting. Verder dienen onderzoeksorganisaties, en overheidsorganisaties (besturen) een duidelijke boekhouding te voeren die toelaat de niet-economische activiteiten te scheiden van de eventuele economische activiteiten. Bij de goedkeuring van een projectaanvraag zullen concrete engagementen moeten beschikbaar zijn voor de financiering van het eigen aandeel door elke aanvrager (totale kosten van de desbetreffende aanvrager minus de subsidie). Een projectbegroting wordt per jaar en per aanvrager opgesteld IPR en valorisatie IPR De intellectuele eigendomsrechten (IPR) behoren toe aan de begunstigden, volgens de regels gangbaar in O&O-bedrijfsprojecten 12., of desgevallend aan de onderzoeksorganisaties indien deze voor eigen voordeel gefinancierd worden. In de samenwerkingsovereenkomst dienen duidelijke afspraken te worden gemaakt over de achtergrondkennis en de nieuw opgebouwde IPR. Er dient onderzocht te worden of er eventuele belemmeringen zijn naar het gebruik van de kennis. Valorisatie In de projectaanvraag moet duidelijk vermeld worden welke toegevoegde waarde de aanvragers verwachten van hun deelname aan het /project. Afhankelijk van de aard van de aanvrager, kan deze toegevoegde waarde economisch of maatschappelijk zijn. De potentiële omvang van de toepasbaarheid van de resultaten van de proeftuin (na opschaling van de innovaties en na kennistransfer) is een evaluatiecriterium bij de selectie. De deelnemende bedrijven moeten ook een eigen valorisatieplan voorleggen, en dienen in principe een voldoende economische meerwaarde aan te tonen (investeringen en tewerkstelling in Vlaanderen). Het consortium zal actief ervaringen en kennis delen en ter beschikking stellen aan het centrale kennisplatform dat voor ruimere verspreiding instaat df 15/20
16 4. BEHANDELING VAN DE AANVRAAG 4.1. Algemeen Voor de proeftuin woningrenovatie worden in parallel twee oproepen geörganiseerd: enerzijds een oproep voor proeftuinprojecten, en anderzijds een oproep voor een project coördinatie- en kennisplatform. De tijdslijnen voor deze oproepen worden vermeld in het oproepdocument, dat beschikbaar is op Het IWT zal een evaluatie en selectie van de ingediende projectaanvragen en ingediende aanvragen voor het project coördinatie- en kennisopbouw organiseren, met inbreng van externe deskundigen. Indien na selectie van proeftuinprojecten uit de oproep niet alle steunmiddelen uitgeput zijn, kan een aanvullende oproep naar proeftuinprojecten georganiseerd worden Voorbespreking en infosessie Na de lancering van de oproep worden door het IWT infosessies georganiseerd. De data hiervan zijn opgenomen in het oproepdocument. Tijdens de infosessies wordt belangrijke informatie gegeven over de kenmerken van deze oproep, de evaluatieprocedure en criteria, alsook nuttige tips voor de indiening van een aanvraag. Aansluitend op de infosessies wordt de mogelijkheid geboden om een (korte) voorbespreking met een IWT-adviseur aan te vragen. Er is ook gelegenheid tot matchmaking. Er wordt ten zeerste aanbevolen een (uitgebreide) voorbespreking aan te vragen bijhet IWT vooraleer een aanvraag op te stellen. Tijdens een voorbespreking wordt advies gegeven over o.a. het opstellen van een aanvraag, de aanvaardbare kosten, de ontvankelijkheids- en selectiecriteria, de mogelijke samenwerking met derden enz. Aanvragen tot voorbespreking worden gericht via mail aan met een korte samenvatting van het projectvoorstel en de eventuele vragen Op de website is een FAQ voorzien waar aanvragers vragen/antwoorden over de proeftuin kunnen raadplegen 4.3. Indiening aanvraag De aanvraag moet worden ingediend volgens de modaliteiten beschreven in de aanvraagdocumenten, die beschikbaar gesteld werden op De aanvraag wordt in het Nederlands opgesteld Ontvankelijkheid Na de indiening gaat het IWT na of de projectaanvragen formeel ontvankelijk zijn. Volgende ontvankelijkheidscriteria worden gehanteerd voor proeftuinprojecten: - er is voldaan aan de algemene administratieve voorwaarden m.b.t. timing en vorm van de indiening en de deelnemende organisaties; - het proeftuinproject past qua doelstelling en aanpak binnen de oproep, en dit wordt onderbouwd door een activiteiten- en financieringsplan; - er is voldaan aan specifieke in de oproep vastgelegde regels i.v.m. maximum steunbedrag, omvang en samenstelling consortium; - de aanvraagtemplate is ingevuld en de nodige verklaringen zijn ondertekend. - Er is geen probleem bij de projectindieners op vlak van de financiële draagkracht, het voldoen aan overheidsverplichtingen, of het gedrag naar aanleiding van vorige projectvoorstellen. 16/20
17 Het IWT kan contact opnemen met de aanvrager(s) tijdens de ontvankelijkheidsanalyse ter vervollediging van de aanvraag. Na de beslissing omtrent de (on)ontvankelijkheidsverklaring van een voorstel voor een project wordt de hoofdaanvrager hiervan op de hoogte gebracht. Projecten die niet ontvankelijk worden bevonden, nemen niet deel aan de verdere evaluatie- en selectieprocedure. De ontvankelijkheidscriteria blijven gelden tijdens de ganse behandelingsprocedure Evaluatieprocedure Evaluatieproces Na ontvankelijkheid zal IWT met de aanvragers een gesprek organiseren en indien nodig bijkomende informatie opvragen. De mogelijke data voor deze gesprekken worden vermeld in het oproepdocument. De aanvragen worden beoordeeld door IWT met advies van externe deskundigen. De deskundigen geven een advies op basis van de evaluatiecriteria tijdens een besloten mondeling college. Bij de samenstelling van de colleges van deskundigen, zal IWT instaan voor een optimale samenstelling en er rekening mee houden dat belangenvermenging vermeden wordt. De raad van bestuur van IWT beslist vervolgens over de steun aan de proeftuinprojecten en het project coördinatie- en kennisplatform. Onafhankelijk van de evaluatieprocedure kan een negatieve beslissing genomen worden of kunnen aanvullende voorwaarden gesteld worden, op basis van onvoldoende financiële draagkracht van de aanvragers, het niet voldoen aan overige verplichtingen of vergunningen vanwege de overheid of nietcorrect gedrag naar aanleiding van vorige aanvragen (inzake informatieverstrekking, inhoudelijke en financiële verplichtingen of verslaggeving). Selectiecriteria Bij de beoordeling van de proeftuin projectvoorstellen worden volgende evaluatiecriteria gehanteerd: 1. Relevantie van het proeftuinproject: o duidelijkheid van het doel van het proeftuinproject en aansluiting bij de doelstellingen van de oproep (opschaalbaarheid, samenwerking, versterking vraagzijde, energetische performantie); o omvang en bereik van de doelgroep, in functie van de representativiteit van de renovatiecase en de opschaalbaarheid van de resultaten; o o o complementariteit met andere initiatieven m.b.t. innovatiestimulering; verwachte economische en maatschappelijke toegevoegde waarde in het algemeen en in Vlaanderen in het bijzonder, in aansluiting bij de verwachtingen van de oproep economisch toegevoegde waarde in termen van tewerkstelling en investeringen; maatschappelijk toegevoegde waarde in termen van energieprestatie- en kostenefficiëntieniveau; Aandacht voor duurzaamheid materialen- en grondstoffengebruik en uitvoeringstechnieken, evenals voor nieuwe bouw- en woonvormen en levenslang wonen vormen belangrijke pluspunten; mate waarin de specifieke risico s m.b.t. de valorisatie worden erkend en beheerd. 2. Kwaliteit van de uitvoering: o duidelijkheid en relevantie van het werkplan, met inbegrip van opvolgingsindicatoren; o relevantie en track record van de betrokken organisaties, compleetheid en competentie van het aanvragend consortium en kwaliteit van de organisatie van de samenwerking;; 17/20
18 o kwaliteit van het organisatorisch en financieel plan met inbegrip van de omvang van en zekerheid over de materiële en financiële engagementen van de betrokken organisaties; o mate waarin de specifieke risico s m.b.t. de uitvoering worden erkend en beheerd. 3. Administratieve en financiële draagkracht van de deelnemende organisaties Na de beslissing De projectfiche met de besluitvorming wordt aan de aanvrager overgemaakt bij bekendmaking van de beslissing. De aanvragers kunnen steeds een nabespreking aanvragen. In het geval van een positieve beslissing wordt een overeenkomst opgemaakt tussen het IWT en de aanvragers. In het geval van een negatieve beslissing kan een verzoek tot herziening van de beslissing bij het IWT ingediend worden. De vraag tot herziening moet gebaseerd zijn op duidelijke en verfieerbare argumenten, zoals concrete elemeneten die volgens de aanvragers niet correct geapprecieerd werden. Bij ontevredenheid over de manier van behandeling door het IWT kan daarover steeds schriftelijk, mondeling of elektronisch klacht ingediend worden. Klachten worden binnen de 45 werkdagen na ontvangst behandeld. Geheimhouding Alle personeelsleden van het IWT, externe deskundigen en leden van de raad van bestuur zijn er toe gebonden alle informatie vertrouwelijk te behandelen en geen gegevens aan derden mee te delen of aan te wenden ten voordele van zichzelf. 18/20
19 5. UITVOERING EN MONITORING 5.1. Uitvoering De verantwoordelijkheid voor de goede uitvoering van het proeftuinproject ligt bij de begunstigden. Bij de start zullen een aantal voorwaarden worden vastgelegd. Daarvoor zijn de volgende documenten essentieel: de overeenkomst tussen de begunstigden en IWT, op basis van de algemene bepalingen m.b.t. IWTsubsidie, aangevuld met projectspecifieke bepalingen; de samenwerkingsovereenkomst tussen alle betrokken partijen, die de onderlinge rechten en plichten regelt, o.m. met betrekking tot de aansturing, de taken, de verdeling van de kosten en de IPR. Deze samenwerkingsovereenkomst wordt opgesteld door de betrokken partijen en ter goedkeuring voorgelegd aan het IWT Uitbetaling De uitbetaling van de subsidie gebeurt in zesmaandelijkse voorschotten, bij het begin van de periode waarop deze betaling betrekking heeft. De voorschotten worden uitbetaald na vervulling van de noodzakelijke voorwaarden, zoals voorzien in de IWT-overeenkomst. Van het totale bedrag wordt 20% ingehouden tot na afsluiting van het project Opvolging De opvolging van de projecten wordt vastgelegd bij de start. De basisprincipes zijn: Er dienen afspraken gemaakt te worden tussen de consortia voor de proeftuinprojecten enerzijds en het consortium van het coördinatie- en kennisplatform anderzijds om de opvolging zo efficiënt mogelijk te laten verlopen. Jaarlijks wordt een operationeel verslag overgemaakt aan IWT, dat minstens volgende aspecten behandelt: o afwijkingen ten op zichte van het aanvaarde werkprogramma; o afwijkingen ten op zichte van het vooropgestelde innovatiedoel; o wijzigingen in de maatschappelijke en/of economische valorisatieperspectieven van het project; o overzicht van de ingezette middelen door de begunstigden en in het bijzonder prestatiestaten van het ingezette personeel over het voorbije jaar; o specifieke aandachtspunten voor het volgende jaar. Na afloop van de gesteunde periode zullen de begunstigden een eindverslag opstellen dat de hoger vermelde punten behandelt en daarnaast meer expliciet aandacht geeft aan de toegevoegde waarde van de activiteiten van het project. Tevens zal ook een financieel verslag ingediend worden, op basis waarvan de financiële eindverificatie door IWT kan gebeuren. 19/20
20 Bijlage 1: Voorbeelden proeftuin scenario s De algemene aanpak is om steun te verlenen aan initiatieven ontwikkeld door de aanvragers zelf. Om de leesbaarheid van de nota te bevorderen, worden hierna enkele concrete scenario s geschetst van mogelijke projecten waarvan het realiteitsgehalte bij meerdere actoren in de bouw- en vastgoedsector werd getoetst. Een consortium van bouwmaterialenleveranciers en aannemers ontwikkelt een vernieuwend systeem voor gevelrenovatie/isolatie (eventueel ook met integratie technieken). Samen met een professionele syndicus brengt dit consortium enkele appartementsgebouwen in kaart waar dit systeem van toepassing zou zijn. De professionele syndicus overtuigt één of meerdere bewonersverenigingen om voor hun appartementsgebouw te kiezen voor een doorgedreven renovatie i.p.v. een eenvoudige vervanging van verwarmingsinstallatie en beglazing. IWT steunt de ontwikkeling van het gevelsysteem, de energiestudies van de appartementsgebouwen, sensibilisering en bemiddeling evenals monitoring en kennisdeling. Een gemeente initieert de renovatie van een groep gelijkaardige woningen (straat/wijk), werft particuliere eigenaars die willen meedoen en coördineert voor de bewoners. Ze kan dit bijvoorbeeld ook doen i.s.m. een vastgoedbeheer bedrijf ( Syndic appartementsgebouw). Ze werkt samen met een consortium van lokale adviesbureaus en evt. bouwbedrijven een groepsaankoop bestek uit. IWT steunt activiteiten als sensibilisering, bemiddeling, delen van het studiewerk, naast opvolging/monitoring en kennistransfer. Een systeembouwer i.s.m. adviesbureau ontwikkelt een renovatie-aanbod voor de eigenaars van de woningen. Voordelen door schaal-aanpak ( groepsaankoop ) met vrijwaring van bepaalde keuzesop-maat voor de eigenaars. IWT steunt de prototypering van het systeem-aanbod, sensibilisering, opvolging en monitoring. Een Sociaal Verhuurkantoor (SVK) identificeert samen met een energetisch studiebureau een reeks woningen die gekenmerkt worden door een problematiek van hoog energieverbruik. Het energetisch studiebureau identificeert per woning doorgedreven energie-besparingsmaatregelen en bezorgt aan het SVK een dossier op basis waarvan het de onderhandeling met een eigenaar kan opstarten. Daarin wordt bijvoorbeeld een formule uitgewerkt waarbij de energiebesparing (en investering van de eigenaars) wordt vertaald in een verhoging van de huurprijs. SVK onderhandelt op basis van dit dossier en onder begeleiding van het studiebureau met eigenaars en huurders. Voor de huurders daalt de energiekost meer dan de stijging in de huurprijs. De particuliere eigenaars winnen door de waardestijging van hun eigendom. Ook hier kunnen voordelen spelen door schaalaanpak ( groepsaankoop ) met vrijwaring van bepaalde keuzes-op-maat voor de eigenaars. IWT steunt de energiestudies en de bemiddelingsactiviteiten van het SVK en het energiestudiebureau. Ook met sociale bouwmaatschappijen zijn proeftuinprojecten mogelijk, waarbij bijv. samen met adviesbureaus en/of innovatieve systeemaanbieders geïntegreerde technologische oplossingen worden uitgewerkt en nadien (prestatiegericht) aanbesteed. IWT steunt het studiewerk, de monitoring en de kennisverspreiding (publicatie resultaten). 20/20
HANDLEIDING INDIVIDUELE O&O-HAALBAARHEIDSSTUDIES VERSIE _ MAART 2011
agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie VERSIE _ MAART 2011 HANDLEIDING INDIVIDUELE O&O-HAALBAARHEIDSSTUDIES Deze handleiding heeft betrekking op het instrument van de individuele O&O-haalbaarheidsstudies.
Nadere informatieVan bouwsector naar woonsector
Van bouwsector naar woonsector donderdag - 24 04 2014-12:23 Van bouwsector naar woonsector De bouw ondergaat vandaag een grote transformatie: naar een sector die inspeelt op de behoefte aan betaalbare
Nadere informatieHandleiding Haalbaarheidsstudies voor Clusters
Handleiding Haalbaarheidsstudies voor Clusters VERSIE JULI 2017 Handleiding Haalbaarheidsstudies voor Clusters versie juli 2017 VLAIO.be 2 Agentschap Innoveren & Ondernemen Handleiding Haalbaarheidsstudies
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: ontwerpbesluit tot regeling van steun aan projecten van collectief O&O en collectieve kennisverspreiding
Nadere informatieHandleiding. COÖRDINATIE- EN KENNISPLATFORM VOOR DE PROEFTUIN WONINGRENOVATIE: innovatie bij energiezuinig verbouwen
Handleiding COÖRDINATIE- EN VOOR DE PROEFTUIN WONINGRENOVATIE: innovatie bij energiezuinig verbouwen Versie november 2013 Koning Albert II -laan 35, bus 16 B-1030 Brussel Tel.: +32 (0)2 432 42 00 Fax:
Nadere informatieproeftuin elektrische voertuigen oproep door IWT op initiatief van de Vlaamse Regering
proeftuin elektrische voertuigen oproep door IWT op initiatief van de Vlaamse Regering informatiesessie, 5 januari 2011 Jozef Ghijselen samenvatting doel van de proeftuin elektrische voertuigen economisch
Nadere informatieHandleiding BIJKOMENDE PROJECTEN VOOR DE PROEFTUIN ZORGINNOVATIERUIMTE VLAANDEREN
Handleiding BIJKOMENDE PROJECTEN VOOR DE PROEFTUIN ZORGINNOVATIERUIMTE VLAANDEREN Versie 2013 Koning Albert II -laan 35, bus 16 B-1030 Brussel Tel.: +32 (0)2 432 42 00 Fax: +32 (0)2 432 43 99 E-mail: info@iwt.be
Nadere informatieHANDLEIDING GEGROEPEERDE O&O-HAALBAARHEIDSSTUDIES VERSIE _ SEPTEMBER 2011
agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie VERSIE _ SEPTEMBER 2011 HANDLEIDING GEGROEPEERDE O&O-HAALBAARHEIDSSTUDIES Deze handleiding heeft betrekking op het instrument van de gegroepeerde
Nadere informatie1. Doelstelling van ICON
//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// ICON steuninstrument Kader en regels
Nadere informatieAlgemene principes van de uitvoering van een project en de verslaggeving
IWT Ellipsgebouw Koning Albert II-laan 35, bus 16 1030 Brussel tel. +32 (0)2 432 42 00 fax +32 (0)2 432 43 99 website : www.iwt.be e-mail : bedrijfssteun@iwt.be Toelichtingsdocument kmo-innovatieprojecten
Nadere informatieToelichtingsdocument ICON projecten. Overeenstemming Kaderregeling O&O&I
Toelichtingsdocument ICON projecten Overeenstemming Kaderregeling O&O&I Versie: april 2018 1. Situering ICON projecten, ook samenwerkingsverbanden genoemd, zijn samenwerkingsprojecten tussen ondernemingen
Nadere informatieTOELICHTING. BIJ DE 2de OPROEP VOOR DE OPSTART VAN PIO-TRAJECTEN SAMEN SNELLER EN SLIMMER INNOVEREN 27 SEPTEMBER 2017
27 SEPTEMBER 2017 PROGRAMMA INNOVATIEVE OVERHEIDSOPDRACHTEN SAMEN SNELLER EN SLIMMER INNOVEREN TOELICHTING BIJ DE 2de OPROEP VOOR DE OPSTART VAN PIO-TRAJECTEN 1 3 2. Het PIO-aanbod 4 3. Aanvraagprocedure
Nadere informatieHANDLEIDING ONDERZOEKS - & ONTWIKKELINGSPROJECTEN VOOR BEDRIJVEN
VERSIE _ JULI 2009 HANDLEIDING ONDERZOEKS - & ONTWIKKELINGSPROJECTEN VOOR BEDRIJVEN Bischoffsheimlaan 25 B - 1000 Brussel Tel : +32 02 209 09 00 Fax : +32 02 223 11 81 e-mail : info@iwt.be web : www.iwt.be
Nadere informatieCOOCK. Collectief Onderzoek & Ontwikkeling. en Collectieve Kennisverspreiding
COOCK Collectief Onderzoek & Ontwikkeling en Collectieve Kennisverspreiding Agenda Algemeen Doel en doelgroepen Activiteiten Omvang/duur/steunpercentage Aanvragers/uitvoerders/begunstigden Intellectuele
Nadere informatieSteun aan jonge innovatieve ondernemingen
Steun aan jonge innovatieve ondernemingen Reglement Oproep van mei 2013 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing
Nadere informatieToelichtingsdocument kmo-innovatieprojecten en kmo-haalbaarheidsstudies: uitvoering en opvolging
Optredend voor het Hermesfonds Koning Albert II laan 35 bus 12 1030 Brussel T 0800 20 555 info@vlaio.be www.vlaio.be Contact KMO-projecten: T +32 (0)2 432 43 14 bedrijfsinnovatiesteun@vlaio.be www.iwt.be/subsidies/kmo-innovatie/documenten
Nadere informatieAlgemene principes van de uitvoering van een project en de verslaggeving
Koning Albert II laan 35 bus 12 1030 Brussel T 0800 20 555 info@vlaio.be www.vlaio.be Contact O&O-bedrijfsprojecten: T +32 (0)2 432 42 24 bedrijfsinnovatiesteun@vlaio.be www.iwt.be/subsidies/oeno-bedrijfsproject
Nadere informatieInnovatiesubsidies & Begeleiding van aanvragers. Innovatiecentrum Kristine Debruyne & Kim Smets 13 juni 2017
Innovatiesubsidies & Begeleiding van aanvragers Innovatiecentrum Kristine Debruyne & Kim Smets 13 juni 2017 Innovatiesubsidies Diverse steunkanalen voor Innovatie EFRO, ESF, Etc. Hoe kiezen? Doel programma
Nadere informatieExperimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten
Experimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten I. SITUERING Op 14 juli 2017 heeft de Vlaamse minister bevoegd voor Cultuur zijn conceptnota Een langetermijnvisie voor aanvullende financiering en
Nadere informatieBesluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten
Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 21 december 2001 houdende
Nadere informatieRICHTLIJNEN VOOR DE AANVRAAG VAN FINANCIELE STEUN BIJ CSR-PROJECTEN
RICHTLIJNEN VOOR DE AANVRAAG VAN FINANCIELE STEUN BIJ CSR-PROJECTEN INHOUD 1 Algemene bepalingen... 2 1.1 Inleiding... 2 1.2 Welke projecten komen in aanmerking?... 2 2 Voorwaarden... 2 2.1 Criteria...
Nadere informatieVIS-trajecten voor innovatievolgers. VIS-trajecten IV. infosessie oproep
VIS-trajecten voor innovatievolgers VIS-trajecten IV infosessie oproep 2017-2018 Diffusie van innovatie (product, proces en/of diensten) K l o o f Innovatietrekkers vroege gebruikers vroege en late innovatievolgers
Nadere informatieRise- Innovatieve start-ups
Rise- Innovatieve start-ups Reglement Oproep van mei 2017 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing van een strategisch
Nadere informatieBeoordelings- en selectiecriteria. Flanders FOOD projecten Oproep Met de steun van de Vlaamse Regering
Beoordelings- en selectiecriteria Flanders FOOD projecten Oproep 2009 Met de steun van de Vlaamse Regering 1. INLEIDING Het Flanders FOOD collectief, sectorspecifiek/-overschrijdend en vraaggedreven onderzoek
Nadere informatieToelichtingsdocument. Innovatie-initiatief Vlaamse Regering - lichte structuur
Toelichtingsdocument voor het indienen van een aanvraag voor een Innovatie-initiatief Vlaamse Regering - lichte structuur Versie april 2012 Maak gebruik van de template voor opmaak van uw erkenningsaanvraag
Nadere informatieOndersteunende richtlijnen voor het indienen van een project
Ondersteunende richtlijnen voor het indienen van een project Koolmijnlaan 31/3-4, 3580 BERINGEN tel: 011 45 66 15 fax: 011 43 22 72 E-mail: info@pwaberingen.be website: www.pwaberingen.be Laatste versie:
Nadere informatieProgramma Innovatieve Media. Handleiding OPROEP 2009. Indiendatum doorlopend vanaf 01 januari 2009
Programma Innovatieve Media Handleiding OPROEP 2009 Indiendatum doorlopend vanaf 01 januari 2009 Programma Innovatieve Media - IWT - 22 januari 2009.doc PROJECTFICHE Het Programma Innovatieve Media (PIM)
Nadere informatieProjectoproep Overkop Huizen voor Jongeren Infosessie 17/1/2017
Huisstijl Projectoproep Overkop Huizen voor Jongeren Infosessie 17/1/2017 Medialaan wil de mediakracht ter beschikking stellen van het publiek om jongeren te helpen de weg te vinden naar hulp. Hoe zal
Nadere informatieSubsidies voor innovatie. VEERLE DESMET Adviseur Innovatiesteun & Accountmanager Speerpuntcluster Logistiek
Subsidies voor innovatie VEERLE DESMET Adviseur Innovatiesteun & Accountmanager Speerpuntcluster Logistiek https://www.vlaio.be/nl/ondernemersverhalen rechtstreeks via partners voor de (kandidaat ) ondernemer
Nadere informatieVERSCHILLEN TUSSEN COÖPERATIEVE PROJECTEN
VERSCHILLEN TUSSEN COÖPERATIEVE PROJECTEN INLEIDING De subsidiepercentages voor coöperatieve projecten zijn onder voorbehoud en gebaseerd op de informatie die Flanders FOOD momenteel heeft (november 2014).
Nadere informatieSBO economisch programmadeel Handleiding voor de participatie van bedrijven
SBO economisch programmadeel Handleiding voor de participatie van bedrijven Versie september 2014 1. Situering van deze handleiding Voorliggende handleiding is bedoeld voor bedrijven die wensen te participeren
Nadere informatieOproep Innovatieve BedrijfsNetwerken. Clusterbeleid. Infosessie Oproep Innovatieve BedrijfsNetwerken. 26 oktober 2015 30 oktober 2015
Oproep Innovatieve edrijfsnetwerken Clusterbeleid Infosessie Oproep Innovatieve edrijfsnetwerken 26 oktober 2015 30 oktober 2015 Inhoud Verwelkoming Clusterbeleid Globale context Doelstelling, doelgroep,
Nadere informatieBIJLAGEN DOCUMENT VOOR EEN JAARVERSLAG, EEN EINDVERSLAG EN EEN FINANCIEEL VERSLAG VAN EEN O&O-BEDRIJFSPROJECT
VERSIE 2.0 _ SEPTEMBER 2004 BIJLAGEN DOCUMENT VOOR EEN JAARVERSLAG, EEN EINDVERSLAG EN EEN FINANCIEEL VERSLAG VAN EEN O&O-BEDRIJFSPROJECT Bischoffsheimlaan 25 B - 1000 Brussel Tel : +32 02 209 09 00 Fax
Nadere informatieProjectindiening. demonstratie- en disseminatieproject. duurzame technologieën op vlak van WATER OPROEP 4. Concepten voor efficiënt waterbeheer
Projectindiening demonstratie- en disseminatieproject duurzame technologieën op vlak van WATER OPROEP 4 Concepten voor efficiënt waterbeheer Bij het invullen van de aanvraag gelden de volgende principes:
Nadere informatieOproepdocument Interclusterprojecten
Oproepdocument Interclusterprojecten OPROEP JULI 2017 Documenten voor opmaak en indiening van een projectaanvraag: http://www.vlaio.be/artikel/documenten-voor-projectwerking-van-clusters 1. Situering Het
Nadere informatieTransitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling
Transitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling I. SITUERING Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering
Nadere informatieTRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING
TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING Versie / 3.01.2018 cjm.vlaanderen.be 1 SITUERING Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde
Nadere informatieDE VLAAMSE MINISTER VAN ECONOMIE, BUITENLANDS BELEID, LANDBOUW EN PLATTELANDSBELEID,
Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2013 tot toekenning van strategische transformatiesteun aan ondernemingen in het Vlaamse Gewest DE VLAAMSE MINISTER
Nadere informatieHandleiding. Ontwikkelen van inleidende opleidingssessies rond innovatie voor kmo s. Opmaak en indiening van een projectaanvraag:
Handleiding Ontwikkelen van inleidende opleidingssessies rond innovatie voor kmo s Opmaak en indiening van een projectaanvraag: oproepdocument en aanvraagtemplate op www.iwt.be Koning Albert II-laan 35,
Nadere informatieBesluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten
Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 21 december 2001 houdende
Nadere informatieHandleiding PLATFORMEN VOOR DE PROEFTUIN ELEKTRISCHE VOERTUIGEN
Handleiding PLATFORMEN VOOR DE PROEFTUIN ELEKTRISCHE VOERTUIGEN Versie 22/12/2010 Koning Albert II -laan 35, bus 16 B-1030 Brussel Tel.: +32 (0)2 432 42 00 Fax: +32 (0)2 432 43 99 E-mail: proeftuinev@iwt.be
Nadere informatiePrioriteit 2. Versterken van het concurrentievermogen van kmo s. Oproep FICHE
ESIF Doelstelling Investeren in groei en werkgelegenheid Operationeel programma EFRO Vlaanderen 2014 2020 Prioriteit 2. Versterken van het concurrentievermogen van kmo s Oproep FICHE Specifieke doelstelling
Nadere informatieArtikel 2 De subsidies worden toegekend per werkjaar. Een werkjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
GEMEENTEBESTUUR WEVELGEM TOELAGEREGLEMENT TER ONDERSTEUNING VAN DE GEWONE PROJECTENSTEUN, LANGDURIGE PROJECTEN- STEUN, NOODHULP EN WERELDPARTNER 11.11.11. (goedgekeurd in de gemeenteraad van 17 april 2009)
Nadere informatieagentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie Gebruikersgroep TETRA
agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie Gebruikersgroep TETRA 1 Overzicht IWT Missie Aanbod TETRA Projectkenmerken RollenTETRA
Nadere informatieSBO economisch programmadeel Handleiding voor de participatie van bedrijven (versie januari 2016)
SBO economisch programmadeel Handleiding voor de participatie van bedrijven (versie januari 2016) 1. Situering van deze handleiding Voorliggende handleiding is bedoeld voor bedrijven die wensen betrokken
Nadere informatieInstituut voor de Aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen
Instituut voor de Aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen Instituut voor de Aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen -opleiding -advies over
Nadere informatieHandleiding VIS-TRAJECTEN. Opmaak en indiening van een projectaanvraag:
Handleiding VIS-TRAJECTEN Versie juli 2014 Opmaak en indiening van een projectaanvraag: oproepdocument en aanvraagtemplate op: www.iwt.be/subsidies/vis-trajecten/documenten Voor VIS-trajecten voor innovatievolgers
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Programma Innovatieve Overheidsopdrachten : stand van zaken en vraag tot vastlegging van de middelen voor
Nadere informatieTURING MARKTCONSULTATIE WELKOM
TURING MARKTCONSULTATIE WELKOM Marktconsultatie Turing 27 februari 2019 An Schrijvers Wat zijn innovatieve overheidsopdrachten? Innovatieve overheidsopdrachten richten zich op: ONTWIKKELEN en van INNOVATIEVE
Nadere informatieStrategisch Personeelsmanagement Advies. Pilootproject voor KMO s Agentschap Ondernemen KMO Portefeuille oktober 2014
Strategisch Personeelsmanagement Advies Pilootproject voor KMO s Agentschap Ondernemen KMO Portefeuille oktober 2014 De essentie Via het pilootproject "strategisch personeelsmanagementadvies" geeft het
Nadere informatieFAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten
FAQ Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 Wie kan aanvragen?... 4 1.1 Kan een feitelijke vereniging indienen? 4 1.2 Kan eenzelfde aanvrager
Nadere informatieagentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie
agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie IWT-programma s en inbreuken op de wetenschappelijke integriteit van het onderzoek KVAB,
Nadere informatieBEN-NORM IN OVERHEIDSGEBOUWEN
BEN-NORM IN OVERHEIDSGEBOUWEN Inleiding programma Achtergrond: EPB-eisen Wat is BEN? Actieplan in 5 domeinen Innovatie Integraal kwaliteitskader Communicatie Financiering Energiebeleid BEN-advies voor
Nadere informatieAgentschap Ondernemen Steun voor strategisch advies. via de kmo-portefeuille
Agentschap Ondernemen Steun voor strategisch advies via de kmo-portefeuille S t e u n v o o r s t r a t e g i s c h a d v i e s v i a d e k m o - p o r t e f e u i l l e Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Wie
Nadere informatieProjectoproep- en selectieprocedure
ESIF Doelstelling Investeren in groei en werkgelegenheid Operationeel programma EFRO Vlaanderen 2014 2020 Projectoproep- en selectieprocedure 1. Algemeen In het kader van de uitvoering van het EFRO-programma
Nadere informatieDE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 8 juli 2016;
Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vaststelling van de procedure en de voorwaarden volgens welke het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap bijzondere subsidies kan verlenen DE VLAAMSE
Nadere informatieToelichting bij het begrip onderneming binnen de call voor kleine en middelgrote windturbines
Toelichting bij het begrip onderneming binnen de call voor kleine en middelgrote windturbines De voorwaarden waaraan voldaan moet worden in het kader van de steunregeling voor kleine en middelgrote windturbines,
Nadere informatieBesluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten
Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 21 december 2001 houdende
Nadere informatieBIJLAGEN DOCUMENT VOOR EEN JAARVERSLAG, EEN EINDVERSLAG EN EEN FINANCIEEL VERSLAG VAN EEN O&O-BEDRIJFSPROJECT
VERSIE 2.0 _ SEPTEMBER 2004 BIJLAGEN DOCUMENT VOOR EEN JAARVERSLAG, EEN EINDVERSLAG EN EEN FINANCIEEL VERSLAG VAN EEN O&O-BEDRIJFSPROJECT Bischoffsheimlaan 25 B - 1000 Brussel Tel : +32 209 09 00 Fax :
Nadere informatiePositionering van het SBO-programma
Instituut voor de Aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen Positionering van het SBO-programma Marianne Claessens, IWT Brussel, april 2013 Overzicht 1.Basiskenmerken van
Nadere informatieHandleiding. VIS-Haalbaarheidsstudies en Samenwerkingsprojecten
Handleiding VIS-Haalbaarheidsstudies en Samenwerkingsprojecten versie maart 2009 Opmaak en indiening van een projectvoorstel: aanvraag-template op http://www.iwt.be/subsidies/vis-hbstudies/documenten PROJECTFICHE
Nadere informatieVITO/ENERGYVILLE VOOR BEDRIJVEN
VITO/ENERGYVILLE VOOR BEDRIJVEN Johan Vangrunderbeek, Business Developer KMO 27/06/2018 1 WIJ ZIJN ER VOOR U! OVER VITO VITO is een onafhankelijke, klantgerichte onderzoeksorganisatie. Wij reiken wetenschappelijk
Nadere informatieOPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen
OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019 Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen Deze oproep tot het indienen van voorstellen past in de uitvoering van het
Nadere informatieREGLEMENT VAN ORDE VAN DE GEBRUIKERSGROEP
PROJECT : PRISMA is een project met steun van het IWT, ter bevordering van de online marketing in de autocarsector. (IWT projectnummer «130828») De gebruikersgroep REGLEMENT VAN ORDE VAN DE GEBRUIKERSGROEP
Nadere informatieProvinciaal impulsreglement voor toekenning van projectsubsidie aan initiatieven binnen de provinciale beleidsdoelstellingen welzijn
Provinciaal impulsreglement voor toekenning van projectsubsidie aan initiatieven binnen de provinciale beleidsdoelstellingen welzijn Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Artikel 1 - De Provincie West-Vlaanderen
Nadere informatieProjectoproep voor de lancering van een Belgisch platform «Digitalisering voor ontwikkeling» (Digital for Development, D4D)
Projectoproep voor de lancering van een Belgisch platform «Digitalisering voor ontwikkeling» (Digital for Development, D4D) 1 Inleiding Meer dan ooit is onze toekomst digitaal. Op Europees niveau speelt
Nadere informatieSUBSIDIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN VOOR EEN CULTUURPROJECT EN CULTUURWERKING: Intergemeentelijke culturele samenwerking
SUBSIDIEREGLEMENT DEPARTMENT CULTUUR Cultuurloket SUBSIDIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN VOOR EEN CULTUURPROJECT EN CULTUURWERKING: Intergemeentelijke culturele samenwerking Goedgekeurd door de provincieraad
Nadere informatieReglement met betrekking tot het subsidiëren van projecten ter bevordering van een goede studiekeuze in het secundair onderwijs
directie Onderwijs & Vorming Reglement met betrekking tot het subsidiëren van projecten ter bevordering van een goede studiekeuze in het secundair onderwijs Artikel 1 Definities Voor de toepassing van
Nadere informatieREGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN
/ reglement REGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN /18.04.2019 cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 SITUERING... 3 2 DOELSTELLING... 3 3 PROJECTSUBSIDIES VOOR INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN... 3 3.1 Definities 3 3.2
Nadere informatieVlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus 10 1030 Brussel
Evaluatie van beleid en beleidsinstrumenten Protocol tussen de entiteit 1 verantwoordelijk voor de (aansturing van de) evaluatie en (de instelling verantwoordelijk voor) het beleidsinstrument Vlaamse overheid
Nadere informatieHieronder vindt u de lijst met evaluatiecriteria voor de kandidaatsdossier voor de projecten geïntegreerde zorg
Hieronder vindt u de lijst met evaluatiecriteria voor de kandidaatsdossier voor de projecten geïntegreerde zorg FORMELE EVALUATIECRITERIA 1 Het kandidaatsdossier werd ingediend binnen de 30 dagen na de
Nadere informatieInfosessie - 28 april 2017 ELKE SPELTINCX
Infosessie - 28 april 2017 ELKE SPELTINCX Verkenning van het traject om valkuilen te vermijden Het traject voorbereiding binnen organisatie Voortraject PIOtraject startpunt: aanvraag indienen Voortraject:
Nadere informatieAanvraagtemplate VIS-TRAJECTEN. Lees ook het oproepdocument en de handleiding op : www.iwt.be/subsidies/vis-trajecten/documenten
Aanvraagtemplate VIS-TRAJECTEN versie juli 2012 Lees ook het oproepdocument en de handleiding op : www.iwt.be/subsidies/vis-trajecten/documenten Koning Albert II-laan 35, bus 16 B-1030 Brussel Tel.: +32
Nadere informatieFinancieringsreglement Projectsubsidie Opvoedingsondersteuning
Financieringsreglement Projectsubsidie Opvoedingsondersteuning Artikel 1 Wat is de doelstelling van een projectsubsidie? De stad Antwerpen kan, onder de voorwaarden bepaald in dit reglement en binnen de
Nadere informatieMEDEDELING AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT MEDEDELING AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: 9 de oproep inzake het indienen van een aanvraag tot onderhandelingen omtrent de totstandkoming van
Nadere informatieFinancieringsvoorwaarden ondersteuning regionale allianties 2014-2016
1. Inleiding In september 2013 is door een groot aantal partijen, waaronder de Rijksoverheid, werkgevers- en werknemersorganisaties, natuur- en milieuorganisaties, financiële instellingen en de VNG, het
Nadere informatieStedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van het interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleven in Gent
Stedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van het interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleven in Gent Goedgekeurd in de gemeenteraad van 15 december 2009 Bekendgemaakt
Nadere informatieBesluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring van projecten ter uitvoering van het actieplan Clean power for transport
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring van projecten ter uitvoering van het actieplan Clean power for transport DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Energiedecreet van 8 mei 2009, artikel
Nadere informatie18 APRIL 2017 PROGRAMMA INNOVATIEVE OVERHEIDSOPDRACHTEN SAMEN SNELLER EN SLIMMER INNOVEREN TOELICHTING OPROEP VOOR PROJECTEN
18 APRIL 2017 PROGRAMMA INNOVATIEVE OVERHEIDSOPDRACHTEN SAMEN SNELLER EN SLIMMER INNOVEREN TOELICHTING OPROEP VOOR PROJECTEN 1. Situering van de oproep 1. Situering van de oproep 3 2. Modaliteiten 5 3.
Nadere informatieVR DOC.1027/2
VR 2015 0910 DOC.1027/2 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het subsidiëren van operationele groepen inzake het Europees Partnerschap voor Innovatie - netwerk voor de productiviteit en duurzaamheid
Nadere informatie18 APRIL 2017 PROGRAMMA INNOVATIEVE OVERHEIDSOPDRACHTEN SAMEN SNELLER EN SLIMMER INNOVEREN TOELICHTING OPROEP VOOR PROJECTEN
18 APRIL 2017 PROGRAMMA INNOVATIEVE OVERHEIDSOPDRACHTEN SAMEN SNELLER EN SLIMMER INNOVEREN TOELICHTING OPROEP VOOR PROJECTEN 1. Situering van de oproep 3 2. Modaliteiten 5 3. Hoe begin je eraan? 9 4. Wat
Nadere informatieGids voor de federale subsidies inzake gelijkheid van kansen. Federale gelijkekansenadministratie FOD Justitie
Gids voor de federale subsidies inzake gelijkheid van kansen Federale gelijkekansenadministratie FOD Justitie Deel I Subsidies 1. Een subsidie verkrijgen De subsidies worden toegekend binnen de grenzen
Nadere informatieRenovatiepact. Agenda 4/02/ Doel en proces renovatiepact. 2. Opdracht en aanpak werkgroep BEN defintie
Renovatiepact Werkgroep BEN definitie Startvergadering 29 januari 2015, Brussel Ann Collys Wina Roelens Agenda 1. Doel en proces renovatiepact 2. Opdracht en aanpak werkgroep BEN defintie 3. Vandaag: Markt
Nadere informatieCall for ideas: sollicitatiefeedback
Call for ideas: sollicitatiefeedback Probleemstelling Een centrale component in de dienstverlening van VDAB is de bemiddeling naar werk. VDAB leidt geschikte kandidaten toe naar werkgevers die hun vacatures
Nadere informatieReglement Innovatieve partnerprojecten
FAQ Reglement Innovatieve partnerprojecten I. AANVRAAG Q: Kan ik een dossier enkel digitaal indienen? A: De subsidiedossiers kunnen enkel worden ingediend via de KIOSK-applicatie, door de culturele partner
Nadere informatieGeïntegreerde zorg voor
Geïntegreerde zorg voor een betere gezondheid Toelichting KB geïntegreerde zorg financiering pilootprojecten Plenaire Sessie Pilootprojecten - 10 februari 2017 Ontwerp KB pilootprojecten geïntegreerde
Nadere informatieMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING VLAAMS MINISTER VAN BESTUURSZAKEN, BUITENLANDS BELEID, MEDIA EN TOERISME
MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING VLAAMS MINISTER VAN BESTUURSZAKEN, BUITENLANDS BELEID, MEDIA EN TOERISME VLAAMS MINISTER VAN FINANCIEN EN BEGROTING EN RUIMTELIJKE ORDENING NOTA AAN DE VLAAMSE
Nadere informatieReglement met betrekking tot de toekenning van subsidies voor lokale besturen ter ondersteuning van de detailhandel.
directie Economie, Landbouw & Platteland, Europese en Internationale samenwerking dienst Economie, Europese & Internationale samenwerking Reglement met betrekking tot de toekenning van subsidies voor lokale
Nadere informatieBijlage 1. Oproep tot deelname aan de proefomgeving voor experimentele woonvormen als vermeld in artikel 1
Bijlage 1. Oproep tot deelname aan de proefomgeving voor experimentele woonvormen als vermeld in artikel 1 De Vlaamse Regering lanceert een oproep tot indiening van projectaanvragen voor experimentele
Nadere informatieHANDLEIDING: INNOVATIEVE BEDRIJFSNETWERKEN
HANDLEIDING: INNOVATIEVE BEDRIJFSNETWERKEN Versie november 2015 Opmaak en indiening van een projectaanvraag: aanvraagtemplate op: http://www.agentschapinnoverenenondernemen.be/clusters.html Uiterste indieningsdatum
Nadere informatieVR DOC.1268/2
VR 2016 2511 DOC.1268/2 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring van een vernieuwend en verbreed laagdrempelig initiatief inzake gezinsondersteuning voor aanstaande gezinnen en gezinnen
Nadere informatieVLAAMS BELEID Bijna-energieneutrale gebouwen. Maarten De Groote - Vlaams Energieagentschap De toekomst van de bouw, Kamp C, 20 maart 2014
VLAAMS BELEID Bijna-energieneutrale gebouwen Maarten De Groote - Vlaams Energieagentschap De toekomst van de bouw, Kamp C, 20 maart 2014 Vlaamse energieprestatieregelgeving sinds 2006 Nieuwbouw moet gezond
Nadere informatieRaadscommissie milieu, energie, duurzaamheid, slimme stad, mondiaal beleid en onderwijs. Bespreking Europees project BE REEL!
Raadscommissie milieu, energie, duurzaamheid, slimme stad, mondiaal beleid en onderwijs Bespreking Europees project BE REEL! 24/04/2019 Algemeen BE REEL!: Belgium renovates for energy efficient living
Nadere informatieInnovatie? Innovatiesteun? Koen Verhaeghe
Innovatie? Innovatiesteun? Koen Verhaeghe PROFESSIONALISERING KENNISPSRONG TRANSFORMATIE Front office van Agentschap Innoveren en Ondernemen Sensibiliseren/ondersteuning van het instrumentarium Subsidiebegeleiding
Nadere informatieInclusief onderwijs Maak het vanzelfsprekend!
1 Projectoproep Inclusief onderwijs Maak het vanzelfsprekend! Deelnemingsformulier 2015 Hart voor Handicap streeft naar een warme en inclusieve samenleving. Een samenleving waar iedereen van tel is. Een
Nadere informatieKinderopvang en MFC s realiseren samen inclusieve kinderopvang voor elk kind en elke ouder
Open oproep Pionieren in samenwerking Kinderopvang en MFC s realiseren samen inclusieve kinderopvang voor elk kind en elke ouder INLEIDING Vlaams minister Jo Vandeurzen streeft naar een sterkere samenwerking
Nadere informatie2018-2024 www.be-reel.be Dit is BE REEL! Het LIFE geïntegreerd project BE REEL! zal door middel van vijf hefbomen een forse impuls geven aan de realisatie van de ambitieuze Vlaamse en Waalse renovatiestrategieën
Nadere informatiePaul Zeeuwts Directievoorzitter. Symposium VVBB 24 oktober 2005
Instituut voor de Aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen Paul Zeeuwts Directievoorzitter Symposium VVBB 24 oktober 2005 1 IWT kort Agentschap Vlaamse overheid sinds 1991
Nadere informatieUitnodiging voor een stakeholderoverleg aangaande het Energierenovatieprogramma 2020 en de Europese Richtlijn energie-efficiëntie van 25 oktober 2012
Uitnodiging voor een stakeholderoverleg aangaande het Energierenovatieprogramma 2020 en de Europese Richtlijn energie-efficiëntie van 25 oktober 2012 1. Het Energierenovatieprogramma 2020 van de Vlaamse
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: ontwerpbesluit voor steun aan consortia van ondernemingen voor projecten van onderzoek en ontwikkeling ingebed
Nadere informatie