Besluit. College van bestuur. Hogeschool Leiden. Postbus 382 2300 AJ LEIDEN



Vergelijkbare documenten
Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus RM GRONINGEN

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van de Haagse Hogeschool

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus RM GRONINGEN

Besluit. College van Bestuur van de. Hogeschool INHOLLAND. Postbus CN DEN HAAG

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM. 1. Inleiding

De NVAO beoordeelt het onderwerp doelstellingen opleiding derhalve voldoende.

Besluit. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus GB ZWOLLE

Besluit. Aan het bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen b.v. (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

2. Bevindingen met betrekking tot het VBI-rapport

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen. Postbus KB ENSCHEDE

College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM. 1. Inleiding

Besluit. College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM

De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 27 oktober 2005 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling:

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool Zeeland. Postbus AJ VLISSINGEN

De NVAO heeft op 11 april 2005 een gesprek gevoerd met de LOI om over een aantal aspecten van de opleiding een nadere toelichting te krijgen.

2. Bevindingen met betrekking tot het VBI-rapport

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool Rotterdam. Postbus HA ROTTERDAM

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de hbo-bachelor HBO-Rechten van Capabel Hogeschool

2. Bevindingen met betrekking tot het VBI-rapport

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool Rotterdam. Postbus HA ROTTERDAM

luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

De NVAO heeft op 11 april 2005 een gesprek gevoerd met de LOI om over een aantal aspecten van de opleiding een nadere toelichting te krijgen.

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Communicatie van de NHL Hogeschool

Besluit. College van bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen Enschede. Postbus KB ENSCHEDE

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

Besluit. Fontys Hogescholen. Raad van bestuur Postbus AH EINDHOVEN

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Logistiek Management van de Hogeschool Rotterdam

Besluit. Hogeschool Schoevers. T.a.v. mevrouw drs. R. van t Klooster Algemeen directeur Europalaan KR UTRECHT

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Notenboom. Postbus AH EINDHOVEN

De NVAO heeft op 20 juni 2005 een gesprek gevoerd met de NHL om over een aantal aspecten van de opleiding een nadere toelichting te krijgen.

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791).

: 29 april 2016 : 17 mei 2016

hbo-bachelor Sociaal-Juridische Dienstverlening (240 ECTS) 22 oklober 2012 voltijd, deeltijd

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Notenboom. Postbus AH EINDHOVEN

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Utrecht Postbus AN UTRECHT

{nvao. Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Technische Informatica van de Hogeschool Dirksen B.V.

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool van Utrecht

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Besluit strekkende tot een positief oordeel van een aanvraag toets nieuw Associatedegreeprogramma. : Sales en Accountmanagement

Besluit. College van Bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus RM GRONINGEN

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

De NVAO heeft op 11 april 2005 een gesprek gevoerd met de LOI om over een aantal aspecten van de opleidingen een nadere toelichting te krijgen.

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw

Besluit. Aan het bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

: 8 maart 2016 : 3 juni 2016

Almere augustus juli 2017

Besluit. Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

15 november januari Kader voor de uitgebreide toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

Vanuit de NVAO werd het panel ondersteund door lic. Rik Belmans, beleidsmedewerker.

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master Engineering van de Hogeschool Utrecht

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie (na herstel) aan de opleiding hbobachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit. Hogeschool NCOI. T.a.v. Drs. R.A. van Zanten Postbus AK HILVERSUM

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam

27 november oktober januari april 2015

Datum locatiebezoek : 29 februari 2016 Datum paneladvies : 18 april 2016 Instellingstoets kwaliteitszorg : ja, positief besluit van 18 februari 2014

es Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de NHL Hogeschool

Chemie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt, 2014, nr 36791).

juli juli 2015

Technische Universiteit Eindhoven College van bestuur Postbus MB EINDHOVEN. Geacht college,

: 120 : niet van toepassing : 13 oktober : 5 februari 2016 : 30 maart 2016

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master SZ van de Capabel Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-master Physician Assistant van de Hogeschool Rotterdam

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Rechten van de Stichting Hogeschool NHA

es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Maritiem Officier van de Hogeschool Rotterdam

: Niet van toepassing : 16 november 2015 : 8 maart 2016 : 29 juli 2016 : 30 januari 2017 : Niet van toepassing : 8 mei 2017

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Biologie van de Vrije Universiteit Amsterdam

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de uitgebreide toets nieuwe opleiding van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791).

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Bedrijfskunde van de Stichting Hogeschool NHA

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw. Gegevens : Christelijke Hogeschool Windesheim : Commerciële Economie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Oefentherapie Cesar van de Hogeschool Utrecht

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de uitgebreide toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt.2014, nr. 9832).

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bedrijfskunde van de Stichting LOI Hoger Onderwijs

Datum locatiebezoek(en) : 31 mei 2017 Datum paneladvies : 21 juni 2017 Instellingstoets kwaliteitszorg : ja, positief besluit van 17 oktober 2013

es luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Epidemiologie van de Vrije Universiteit Amsterdam

Ad: Doelstellingen van de opleiding Het Certiked-panel, hierna: het panel, komt tot de volgende afwegingen.

sluit Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Communicatie van Avans Hogeschool

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de Haagse Hogeschool

: 120 : 25 april 2016 : 2 mei : 13 mei 2016 : 28 mei 2016

Advies van het visitatiepanel Samenvatting bevindingen en overwegingen van het panel.

: 6 december 2016 : 5 maart Beoordelingskader Beoordelingskader voor de uitgebreide toets nieuwe opleiding van de NVAO (Start. 2014, nr 36791).

hbo-bachelor Lerarenopleiding basisonderwijs deeltijd Leiderdorp 240 ja, positief besluit van 18 februari 2014 niet van toepassing 30 juli 2012

Transcriptie:

College van bestuur Hogeschool Leiden Postbus 382 2300 AJ LEIDEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Personeel en Arbeid van de Hogeschool Leiden datum 25 oktober 2005 onderwerp Definitief besluit accreditatie hbo-bachelor Personeel en Arbeid Hogeschool Leiden ons kenmerk NVAO/20052842/CT bijlagen 2 1. Inleiding Bij brief van 17 juni 2005 heeft de heer A. J. Ouwerkerk, voorzitter van het college van bestuur van de Hogeschool Leiden te Leiden bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) een aanvraag om accreditatie, als bedoeld in artikel 5a.9 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, hierna WHW (Stb.2002, 302), voor de opleiding hbo-bachelor Personeel en Arbeid ingediend. Het betreft een opleiding met een voltijd- en deeltijdvariant die blijkens de aanvraag te Leiden wordt verzorgd. Ter ondersteuning van de aanvraag heeft de Hogeschool Leiden een rapport overgelegd van een door haar ingeschakelde Visiterende en Beoordelende Instantie (VBI): Hobéon. Het rapport van Hobéon, hierna het VBI-rapport, is van februari 2005 en heeft de NVAO ontvangen op 20 juni 2005. De visitatie van de opleiding heeft plaatsgevonden op 23 september 2004. Het VBI-rapport is opgebouwd aan de hand van het Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor] van de NVAO, Stcrt. 2003, 120, hierna: het Accreditatiekader. 2. Bevindingen Op grond van het toepasselijke Accreditatiekader wordt een opleiding beoordeeld aan de hand van zes onderwerpen, te weten: doelstellingen van de opleiding, programma, inzet van personeel, voorzieningen, interne kwaliteitszorg en resultaten. Doelstellingen opleiding Het panel stelt in het rapport dat de opleiding de eindkwalificaties ontleent aan het landelijk beroepsprofiel Format P&A 2000+ en de opvolger daarvan Format P&A 2004+ dat is opgesteld in nauw overleg met de andere P&A. Het format P&A 2000+ is door de opleiding P&A van de Hogeschool Leiden uitgewerkt in een (opleidingseigen) opleidingskader, dat in 2000 door de beroepenveldcommissie van de opleiding is vastgesteld. Volgens het panel blijkt uit de notulen van de beroepenveldcommissie dat zij het landelijk opleidingsprofiel Inlichtingen Axel Aerden 070 312 23 40 a.aerden@nvao.net Parkstraat 28 Postbus 85498 2508 CD Den Haag P.O. Box 85498 2508 CD The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 F +31 (0)70 312 2301 info@nvao.net www.nvao.net

pagina 2 van 8 Format 2004+ nog te weinig bedrijfsmatig acht. In het curriculum van de opleiding aan de Hogeschool Leiden is er meer aandacht voor de bedrijfsmatige aspecten. Het panel geeft e- HRM als voorbeeld hiervan. De opleiding heeft het landelijk format dus vertaald naar eigen opleidingscompetenties en deze ingedeeld in drie verschillende categorieën: professionele expertise (taken en beroepsvraagstukken van de professional), professionele standaard (die het niveau van de afgestudeerde aangeven in termen van de hbo competenties en Dublin descriptoren) en persoonlijke standaard (die de persoonlijke competenties beschrijven waaraan de afgestudeerde moet voldoen). Per competentie zijn er indicatoren uitgewerkt. Het panel heeft daarnaast kunnen vaststellen dat het landelijke beroepsprofiel en de Leidse inkleuring daarvan (nog) geen sterke internationale invalshoek hebben. Het panel stelt dat waar aanpassing van het bestaande onderwijs nodig is als gevolg van nieuwe ontwikkelingen binnen het werkveld, deze aanpassingen worden opgenomen in de management review van de opleiding en uitgewerkt in een plan van aanpak. Daarnaast is er aldus het panel een jaarlijkse evaluatie die onder de opdrachtgevers van afstudeeropdrachten wordt gehouden. Hieruit blijkt dat de externe opdrachtgevers (beroepenveld) positief oordelen over de kwalificaties van studenten en dat deze voldoen aan het niveau dat men mag verwachten van een beginnende professional in het P&A werkveld. Er is aldus het panel sprake van een evoluerend curriculum dat jaarlijks wordt afgestemd op grond van externe signalen. De NVAO beoordeelt het onderwerp doelstellingen als voldoende. Programma Het panel stelt in het rapport dat in het programma gebruik wordt gemaakt van actuele vakliteratuur. Actuele ontwikkelingen in de beroepspraktijk zijn volgens het panel aantoonbaar in het programma verwerkt in alle studieonderdelen. Door de gekozen onderwijskundige opzet, het werken met beroepsopdrachten aan studenten en het maken van beroepsproducten door studenten, ontwikkelt de student in de directe beroepscontext zijn professionele vaardigheden. Het panel heeft geconstateerd dat de student de ontwikkelingen van deze vaardigheden bijhoudt in zijn portfolio. Volgens het panel is het programma van de opleiding een directe vertaling van het eigen opleidingsprofiel met de bijbehorende beroepscompetenties en niveaubeschrijvingen. Analyse van het opleidingsprogramma laat volgens het panel zien dat de eindkwalificaties het expliciete referentiepunt vormen voor de opleiding (voltijd en deeltijd). Het panel stelt verder dat er bij de inrichting van het programma op gelet is dat alle kwalificaties/competenties in voldoende mate worden afgedekt. Het programma is ingedeeld in onderwijseenheden, elke onderwijseenheid bestaat uit een aantal samenhangende inhoudelijke modulen, verdeeld over verschillende leerlijnen. De kern wordt, aldus het panel, steeds gevormd door de integrale modulen, de overigen modulen zijn inhoudelijk ondersteunend aan de integrale lijn. De samenhang zowel per leerjaar/fase als tussen de leerjaren/fasen wordt in de dagelijkse praktijk bewaakt door het hoofd opleiding en in het reguliere overleg tussen betrokken docenten en door de stage- en afstudeercoördinator. Uit het rapport blijkt verder dat er tijdens de individuele of groepsgewijze studiebegeleiding eventuele belemmerende factoren van de individuele student aan bod komen. Genomen maatregelen worden geregistreerd in het van alle studenten aanwezige persoonlijk

pagina 3 van 8 studentdossier. Studenten hebben aan het panel aangeven dat het programma goed studeerbaar is. Verder blijken de uitkomsten van een onderzoek van de opleiding erop te wijzen dat de inrichting van de propedeuse goed aansluit op de kenmerken van de instromende student en dit wat betreft inhoud en gehanteerde werkvormen. De aansluiting tussen vooropleiding in het HAVO en VWO en de propedeuse blijken volgens hetzelfde onderzoek ruim voldoende. Het panel stelt dat de werkvormen zijn gekozen op grond van de eigen vertaling van het didactisch concept en specifiek zijn toegesneden op de leerlijnen van het programma. Uit de studentenevaluaties komt volgens het rapport naar voren dat de studenten de verschillen in didactische benadering en de variëteit aan werkvormen globaal positief waarderen. Het toetsingsbeleid en bijbehorende instrumentarium van de opleiding P&A zijn volgens het rapport beschreven in de nota Toetsinstrumentarium P&A. Deze nota wordt volgens het panel jaarlijks herijkt, zodat actuele onderwijskundige ontwikkelingen met betrekking tot beoordelen en toetsen worden gevolgd en de kwaliteit van het toetsen wordt ondersteund. Per leerlijn en per studieonderdeel is zo vastgelegd welke (soorten) toetsen gebruikt worden. De NVAO beoordeelt het onderwerp programma als voldoende. Inzet van personeel Het panel stelt in het rapport dat uit het personeelsplan van de opleiding en de curricula vitae van docenten blijkt dat bijna alle docenten afkomstig zijn uit het relevante beroepenveld. Zo combineert 50% van de docenten het werken in het onderwijs met een functie in het relevante beroepenveld (hoofd HRM, P&O adviseur, trainer/coach, arboadviseur). Door structurele contacten met sleutelfiguren in het beroepenveld en met andere P&A opleidingen en MBO instellingen in de beroepskolom is de opleiding op de hoogte van de inhoudelijke ontwikkelingen in het beroepenveld. Uit het rapport blijkt dat de student-docent ratio onderbouwd is en overeenkomstig de beoogde ratio is. Het gaat om een ratio van 1:26,7. Dit wijkt volgens het panel niet significant af van die van andere hogescholen. Daarvoor verwijst het naar Hogeschool Management Informatie 2003: Kengetallen Domein Personeel, gepubliceerd door de HBO raad in april 2004. Verder stelt het panel dat de docenten allen een relevante vakinhoudelijke en didactische scholing op minimaal HBO niveau hebben gevolgd. Het hoofd van de afdeling formuleert volgens het panel jaarlijks een kwalitatief personeelsplan. Hierin worden de kwalificaties voor de docenten overeenkomstig de ontwikkelingen in het onderwijs en in het beroepenveld afgeleid en vergeleken met de aanwezige kwalificaties. Deze vergelijking vormt volgens het panel een belangrijke input voor het aannamebeleid en het scholingsbeleid. De NVAO beoordeelt het onderwerp personeel als voldoende.

pagina 4 van 8 Voorzieningen Het panel stelt in het rapport dat uit gesprekken met studenten en medewerkers van de opleiding P&A blijkt dat men in het algemeen tevreden is over de huidige huisvesting en de materiële voorzieningen. Studenten uiten blijkbaar wel kritiek op de computerfaciliteiten. Het panel heeft verder de mediatheek bezocht en vastgesteld dat deze toegang biedt tot alle relevante wetenschappelijke, nationale en internationale literatuur en (vak)tijdschriften. De onderwijsruimtes zijn, aldus het panel, nieuw en overeenkomstig de daarvoor gestelde criteria ingericht. Uit het rapport blijkt verder dat studiebegeleiding in alle fasen van de opleiding door docenten wordt uitgevoerd en onderdeel uitmaakt van elke leerlijn. De studievoortgang wordt volgens het panel met elke student door de verantwoordelijke docent besproken tijdens de functioneringsgesprekken, aan de hand van het zogenaamde Persoonlijk Competentie Ontwikkel Plan, het portfolio en de cijferregistratie op de vooraf vastgestelde momenten aan het eind van elk semester. De NVAO beoordeelt het onderwerp voorzieningen als voldoende. Interne kwaliteitszorg Het panel stelt in het rapport dat de opleiding periodiek wordt geëvalueerd in het Management Review. In de Management Review wordt volgens het panel elk facet beschreven ten opzichte van de beoogde kwaliteit. De Management Reviews van de hogeschool en van de opleiding zijn opgesteld volgens de EFQM systematiek omdat de kwaliteitszorg van de hogeschool aan de hand van dit systeem is opgezet. Bij de beschrijving van de kwaliteitsonderwerpen uit EFQM is volgens het panel een verwijzing opgenomen naar de onderwerpen en facetten uit de systematiek van de NVAO zodat de uitspraken in de Management Review binnen beide benaderingen kunnen worden gebruikt. Uit het rapport blijkt dat op basis van de uitkomsten van de evaluatieonderzoeken verbeterplannen worden opgesteld. Het panel geeft een hele reeks van voorbeelden van uitkomsten van evaluatieonderzoeken die tot één of meerdere verbetermaatregelen hebben geleid. Ten slotte stelt het panel dat medewerkers, studenten, alumni en afnemend veld aantoonbaar actief betrokken zijn bij het verbeteren van de kwaliteit van de opleiding. Studenten en medewerkers zijn daarnaast ook samen betrokken vanuit hun participatie in de Opleidingscommissie. De NVAO beoordeelt het onderwerp interne kwaliteitszorg als voldoende. Resultaten Het panel stelt in het rapport dat de opleiding periodiek en op verschillende manieren informatie van alumni en het beroepenveld verzamelt over de vraag of de gerealiseerde eindkwalificaties overeenkomen met zowel de nagestreefde vakinhoudelijke als de algemene HBO-kwalificaties.

pagina 5 van 8 Uit de cijfers van HBO-Monitor en uit eigen enquêtes blijkt dat de recent afgestudeerden, de stagebegeleiders en opdrachtgevers van de afstudeeropdrachten de opleiding in het algemeen positief waarderen. De opleiding scoort in de HBO-monitor wat hoger dan andere P&A opleidingen op de facetten breedte, aansluiting op de functie en praktijkgerichtheid. De opleiding scoort iets minder op diepgang en eventuele keuze voor dezelfde opleiding. De stagebegeleiders en opdrachtgevers van de afstudeeropdrachten suggereren volgens het panel om in de opleiding meer aandacht te besteden aan beheersinstrumenten en aan arbeidsrechtelijke en bedrijfseconomische kennis. Het panel stelt inzage te hebben gehad in een aantal afstudeerwerkstukken. Deze zijn volgens het panel wat betreft probleemstelling van voldoende diepgang en complexiteit. Het panel concludeert hieruit dat de afstudeerders beschikken over een kennisniveau en analytisch vermogen dat normaliter van HBO studenten mag en moet worden geëist. Verder blijkt uit het rapport dat de opleiding zowel ten aanzien van de instroom als ten aanzien van de doorstroom en het rendement op beperkte schaal streefcijfers heeft geformuleerd. Bij een deel van die cijfers wordt volgens het rapport een vergelijking gemaakt met andere relevante HBO opleidingen. Het panel heeft vastgesteld dat de rendementscijfers wat betreft studieduur schommelen rond het streefcijfer, dat het rendement wat betreft tussentijdse uitval schommelt rond het landelijk gemiddelde en dat het rendement uitgedrukt in percentage gediplomeerden zowel voor de voltijd als voor de deeltijd boven het landelijk gemiddelde ligt. De NVAO beoordeelt het onderwerp resultaten als voldoende.

pagina 6 van 8 3. Besluit Ingevolge het bepaalde in artikel 5a.10, tweede lid, van de WHW heeft de NVAO het college van bestuur van de Hogeschool Leiden te Leiden in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op het voornemen tot besluit van 20 september 2005 naar voren te brengen. Van deze gelegenheid is geen gebruik gemaakt. De NVAO besluit dat accreditatie wordt verleend aan de hbo-bachelor Personeel en Arbeid (voltijd en deeltijd) van de Hogeschool Leiden te Leiden. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 5a.9, vierde lid, van de WHW, treedt dit besluit in werking met ingang van de dag waarop het vorige accreditatiebesluit vervalt (accreditatie van rechtswege tot en met 31 december 2005), derhalve op 1 januari 2006, en ingevolge het bepaalde in het zesde lid van genoemd artikel vervalt dit besluit zes jaren na de dag van inwerkingtreding. Den Haag, 25 oktober 2005 Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie Guy Aelterman (bestuurslid) Tegen dit besluit kan op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht door een belanghebbende bezwaar worden gemaakt bij de NVAO. De termijn voor het indienen van bezwaar bedraagt zes weken. Bijlage 1: overzicht van beoordelingen van het panel Bijlage 2: samenstelling van het panel

pagina 7 van 8 Bijlage 1: Overzicht van beoordelingen in het VBI-rapport (Hobéon) Onderwerp Facet Voltijd Deeltijd 1. Doelstellingen 1. domeinspecifieke eisen G G 2. niveau bachelor/master V V 3. oriëntatie hbo/wo V V 2. Programma 1. eisen hbo/wo V V 2. doelstellingen progr. V V 3. samenhang programma V V 4. studielast V V 5. instroom V V 6. duur V V 7. vorm-inhoud V V 8. beoordeling en toetsing V V 3. Inzet personeel 1. eisen hbo/wo V V 2. kwantiteit personeel V V 3. kwaliteit personeel V V 4. Voorzieningen 1. materiele voorziening. V V 2. studiebegeleiding V V 5. Interne kwaliteitszorg 1. evaluatie resultaten V V 2. maatregelen verbeter. V V 3. betrokkenheid V V 6. Resultaten 1. onderwijsrendement V V 2. gerealiseerd niveau V V EINDBEOORDELING POSITIEF POSITIEF

pagina 8 van 8 Bijlage 2: Samenstelling van het panel Ir. Peter Lemaire, Voorzitter, jarenlang actief op het terrein van kwaliteitsmanagement als auditor (INK en ISO), consultant en docent in het (post) hoger onderwijs; Mr. Hans de Ruiter, directeur Personeel & Organisatie voor Heineken Nederland; Drs. Hans Stoltenborg, ervaring met post-hbo en vormen van maatschappelijke dienstverlening en werkzaam in het (strategisch) marktonderzoek; Lars Munne, student Nederlandse taal en cultuur aan de Universiteit van Amsterdam.