Permanente bewoning van recreatiewoningen. handhaving en vergunningverlening



Vergelijkbare documenten
Grondexploitatiewet. vraag & antwoord

Model Inkoopbeleid voor de (semi)overheid

Cultureel erfgoed en ruimte

Awb en ruimte. mr. L.H.J. Baars. mr. T.H.H.A. van der Schoot (eindredactie)

Externe veiligheid en Ruimte

ABC voor Raadsleden INKIJKEXEMPLAAR

Introductie Ruimtelijke Ordening

Prof. mr. drs. F.C.M.A. Michiels Mr. A.G.A. Nijmeijer Mr. J.A.M. van der Velden. Het wetsvoorstel Wabo

Cultureel erfgoed en ruimte. gebieds- en ontwikkelingsgerichte erfgoedzorg in de ruimtelijke ordening

De ruimtelijke beheersverordening. het bevroren bestemmingsplan als levend ruimtelijk instrument

BOUWBESLUIT 2012 EN REGELING BOUWBESLUIT mr. A. de Jong ir. J.W. Pothuis

Leidraad inbrengwaarde

Ruimtelijke ordening voor raadsleden en bestuurders

Bestuursrechtspraak op thema e geheel herziene en geactualiseerde druk

Uitzonderingen Aanbestedingsrecht. klassieke overheden

Opstal en erfpacht als juridische instrumenten voor meervoudig grondgebruik

Onderzoek als project

Werken met de Omgevingswet;

Milieu en ruimte in het buitengebied

Belastingwetgeving 2015

Asbest. Toezicht en handhaving

Planschade en nadeelcompensatie

Illegaal grondgebruik

Belastingwetgeving 2015

Leidraad inbrengwaarde (2 e druk) drs. ing. F.H. de Bruijne MRICS RTsv ir. ing. T.A. te Winkel MRICS RTsv RMT

Juridische handreiking relatie BIM-protocol en de DNR 2011 (voor adviseurs en opdrachtgevers) prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis

Vergunningvrij bouwen: regels 2014 EEN PRAKTISCHE UITLEG VAN DE WET MET VERHELDERENDE JURISPRUDENTIE

Privaatrechtelijke Bouwregelgeving Editie 2013

Hoofdlijnen omgevingsrecht Tweede, geheel herziene druk

Luchtkwaliteit en omgeving

De basis van het Boekhouden

Projectontwikkeling onder de Crisis- en herstelwet Een praktische handleiding

opgaven- en werkboek GECONSOLIDEERDE JAARREKENING Henk Fuchs 1e druk

Handhaving. naleving, toezicht en sanctionering na de wabo

Periodeafsluiting. Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren OPGAVEN- EN WERKBOEK. Tweede druk

Juridische aspecten van ketensamenwerking. Naar een multidisciplinaire benadering

Jaarrekening. Henk Fuchs OPGAVEN- EN WERKBOEK. Tweede druk

Preadviezen Content.indd :55:32

Hou het eenvoudig Effectief communiceren in organisaties

Boekhouden geboekstaafd Opgaven

Praktische toelichting op de UAV 2012

UAV 2012 Toegelicht. Handleiding voor de praktijk. prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis. Eerste druk

Check je en brief

Basiskennis Calculatie

Elementaire praktijk van de Financiering Werkboek

Bestuursrecht, en internet Bestuursrechtelijke normen voor elektronische overheidscommunicatie

Beschouwingen naar aanleiding van het wetsvoorstel Aanbestedingswet

Gebruik ruimte. Over het herverdelen van gebruiksruimte in het omgevingsplan en de verbinding met het beleidsconcept gebruiksruimte

De hybride vraag van de opdrachtgever

Bedrijfsadministratie MBA

Handboek Afvalstoffenrecht

Praktisch Verbintenissenrecht

Fiscale Jaarrekening. Henk Fuchs Yvonne van de Voort UITWERKINGEN. Tweede druk

Praktijkboek verjarings- en vervaltermijnen in de bouw

M.e.r. en ruimte. mr. drs. G.A.J.M. Hoevenaars. mr. T.H.H.A. van der Schoot (eindredactie)

Bedrijfsadministratie

Naar een andere verdeling van verantwoordelijkheid in de bouw

Praktische toelichting op de UAV 2012 (2 e druk)

Serie: Elementaire theorie accountantscontrole. Auditing & Assurance: Bijzondere opdrachten. Hoofdredactie Prof. dr. G.C.M.

Woord vooraf. Zoetermeer, augustus 2005

Wetgeving sociaal recht 2009 / 2010

Elementaire praktijk van de Bedrijfsadministratie

Zwart op wit Praktische schrijfvaardigheid voor volwassenen. Extra les: Wonen. Dorothé Pietersma. u i t g e v e r ij coutinho.

Bedrijfsadministratie MBA

i n s t a p b o e k j e

Boekhouden geboekstaafd

Beleidsregels. oude onrechtmatige bewoning. recreatiewoningen

Basisstudie in het boekhouden

Bedrijfseconomie. Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren UITWERKINGEN. Tweede druk

Bijzonder geschikt voor het werk

Boekhouden geboekstaafd

De Kleine Gids Omgevingsvergunning 2011

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek

TEKST & TOELICHTING WET WERK EN ZEKERHEID

Arbeidsovereenkomst 2016/2017

POLITIE ALMANAK

WIJZIGINGSBLAD A2. BORG 2005 versie 2 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.2. Publicatiedatum : 31 maart Ingangsdatum : 1 april 2010

12 merken, 13 ongelukken

WIJZIGINGSBLAD A2. Regeling Brandmeldinstallaties 2002 BMI 2002 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 april 2012

Permanente bewoning vakantiehuisjes

De Kern van Veranderen

Permanente bewoning vakantiehuisjes

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRAND- VEILIGHEID Specifieke normen en verwijzingen

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007

Arbo- en verzuimbeleid

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRANDVEILIGHEID Goed- en afkeurcriteria bouwkundige brandveiligheid

INSPECTIE BOUWKUNDIGE BRAND- VEILIGHEID Specifieke normen en verwijzingen

Belastingrecht MBA 2014

Belastingrecht voor het ho 2012

Blommaert. Bedrijfseconomische Analyses OPGAVEN. Blommaert & Bedrijfseconomie vanuit managementperspectief. Zevende druk

Praktische toelichting op de UAV-GC 2005

Belastingrecht voor het ho 2014

GECONSOLIDEERDE JAARREKENING

Financiële rapportage en analyse MBA

Transcriptie:

Permanente bewoning van recreatiewoningen handhaving en vergunningverlening

Permanente bewoning van recreatiewoningen handhaving en vergunningverlening mr. P.W.M. de Laat mr. T.H.H.A. van der Schoot (eindredactie)

permanente bewoning van recreatiewoningen Berghauser Pont Publishing Postbus 14580 1001 LB Amsterdam www.berghauserpont.nl Grafisch vormgeving: ZEDline Druk: Scan Laser BV, Zaandam 1ste druk 2013 ISBN: 978-94-91073-67-0 NUR: 823 2013 Berghauser Pont Publishing Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg besteed is, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en uitgever geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele (druk) fouten en onvolledigheden, noch voor gevolgen hiervan. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced in any form, by print, photo print, microfilm or any other means, without the publishers prior written pemission.

VOORWOORD Voorwoord Het in strijd met de recreatieve bestemming wonen in recreatieverblijven, ook wel permanente bewoning genoemd, vormt voor gemeenten al jarenlang een groot handhavingsprobleem. Voor veel bestuurders en ambtenaren een doorn in het oog. De bewijsvoering vergt veel tijd en aandacht. Tijdens procedures strandt de gemeente vaak op kleine missers. Dat werkt natuurlijk niet motiverend. Niet voor de ambtenaren en zeker ook niet voor de bestuurders die toch al vaak hun bedenkingen hebben bij deze vorm van handhaving. Men wordt er als bestuurder nu eenmaal niet echt populair van dat men mensen uit hun woning zet. De misser valt de betrokken ambtenaren echter vaak niet te verwijten. Specifieke kennis is in dit geval een vereiste maar de ambtenaren hebben meestal niet de tijd om zich werkelijk in dit probleem te verdiepen. Immers de behandeling van deze dossiers vormt vaak maar een zeer beperkt deel van hun brede takenpakket. Bovendien is er nauwelijks literatuur over deze specifieke vorm van handhaving te vinden zodat men veel tijd kwijt is met het zoeken naar informatie. Daarom dit boek. Vanuit mijn eigen ervaring hoop ik hiermee een bundeling aan praktische informatie te geven voor gemeentelijk handhavers over de wijze waarop een handhavingsdossier opgebouwd kan worden, dat de toetst der kritiek van de Raad van State kan doorstaan. Zo komen aan de orde de overtreders, de verschillende bewijsvormen, de controles door de toezichthouder en enkele aandachtspunten bij het opleggen van een last onder dwangsom. Maar ook de persoonsgebonden omgevingsvergunning wordt behandeld en de daarop betrekking hebbende VNG-beleidsregel. Paulien de Laat Januari 2013 RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN v

VOORWOORD vi RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

INHOUD Inhoud Voorwoord v Lijst van afkortingen xi Inleiding 1 1 Bewijslast, overtreding en de overtreder 5 1.1 De bewijslast 5 1.2 De term permanente bewoning 6 1.3 De overtreding 7 1.3.1 Het strijdig gebruik 7 1.3.2 Bestemmingsplanregels en hun invloed op de handhaving 8 1.4 De overtreder 14 1.4.1 De normadressaat 14 1.4.2 Gebruiksverboden in het bestemmingsplan 15 1.4.3 Gebruiksverbod Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) 16 1.4.4 De eigenaar als medepleger en dus overtreder 19 2 Een goed begin is het halve werk: de controles ter plaatse 25 2.1 Inleiding 25 2.2 De toezichthouder: aanwijzing en bevoegdheid 25 2.2.1 Toezichthouder bij recreatieverblijf = ambtenaar 25 2.2.2 Publicatie aanwijzingsbesluit 26 2.2.3 Inschakelen toezichthouder werkzaam bij extern bureau 27 2.2.4 Onbevoegd optreden: controlerapporten toch bruikbaar? 28 2.2.5 Bevoegdheden toezichthouder 29 2.3 De controlerapporten 33 2.3.1 Frequentie van de controles 33 2.3.2 Inhoudelijke eisen controlerapport 37 RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN vii

INHOUD 3 Gegevens aanwezig binnen het gemeentehuis 41 3.1 Inleiding 41 3.2 Het verwerken van persoonsgegevens 42 3.3 Gegevens binnen het gemeentehuis 44 3.4 Het nachtregister 46 3.5 De gemeentelijke basisadministratie (GBA) 47 3.6 De ambtshalve inschrijving in GBA: artikel 47 Wet GBA 52 4 Externe bewijsgegevens 55 4.1 Inschrijving bij Kamer van Koophandel 55 4.2 Internet, telefoon en andere openbare gegevens 55 4.3 Kentekens van (motor)voertuigen 56 4.4 Gegevens over het energieverbruik (gas, licht en water) 56 4.5 Hypotheekrenteaftrek 57 5 Handhaving bij bewoning door arbeidsmigranten 61 5.1 Inleiding 61 5.2 Categorie van arbeidsmigrant bepalend voor aanpak 62 5.2.1 De permanente vestigers 63 5.2.2 Tijdelijke huisvesting arbeidsmigranten geen recreatief gebruik 63 5.3 Handhaving richten op uitzendbureau en/of eigenaar 67 6 De last onder dwangsom 71 6.1 Het voornemen tot handhavend optreden 71 6.1.1 Bestuursdwang of dwangsom 71 6.1.2 Adressering 72 6.1.3 Kennis vergaren en voldoende motivering 73 6.2 De last onder dwangsom 75 6.2.1 Omschrijving van de last 76 6.2.2 De begunstigingstermijn 78 6.2.3 De juiste overtreder? 82 6.2.4 Hoogte van de dwangsom 83 6.2.5 Controlefrequentie bijstellen 86 viii RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

INHOUD 7 De persoonsgebonden omgevingsvergunning voor permanente bewoning van recreatieverblijven 87 7.1 De geschiedenis van de persoonsgebonden omgevingsvergunning 87 7.1.1 Het begin: de Motie Van Gent/Biesheuvel 87 7.1.2 Introductie peildatum 31 oktober 2003 90 7.1.3 De vrijstelling voor permanente bewoning ex artikel 20 Bro 93 7.1.4 De ontheffing ex artikel 4.1.1 eerste lid, onderdeel j Besluit ruimtelijke ordening (Bro) 96 7.1.5 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) 98 7.1.6 Wetsvoorstel Wet vergunning onrechtmatige bewoning recreatiewoningen 99 7.1.7 De VNG-beleidsregel 101 7.2 Het beoordelen van een aanvraag voor de persoonsgebonden omgevingsvergunning 103 7.2.1 Voorbereidende handelingen 103 7.2.2 Aandachtspunten bij inhoudelijke beoordeling aanvraag 106 7.2.3 Gevolgen vergunning: Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) 110 7.2.4 De VNG-beleidsregels beschouwt vanuit de praktijk van de vergunningverlening 111 Bijlagen 117 Controlerapport: par. 2.3.2 117 Brief minister van VROM aan gemeenten d.d. 19 januari 2004 over de gegevensuitwisseling met de Belastingdienst + het standaardformulier: par. 4.5 119 Motie Van Gent/Biesheuvel, TK 1999/2001, 26800 XI, nr. 21: par. 7.1.1 126 Brief minister van VROM d.d. 15 januari 2001, TK 2000/01, 27 400 XI, nr. 47: par. 7.1.1 127 Motie van Gent. c.s. d.d. 18 april 2001, TK 2000/01, 27400-XI, nr. 61: par. 7.1.1 134 Brief minister van VROM d.d. 19 juli 2001, TK, 2000/01, 27 867, nr. 1: par. 7.1.1 135 RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN ix

INHOUD Brief minister van VROM d.d. 15 november 2002, TK 2002/03, 27867, nr. 4: par. 7.1.1 140 Motie Van Gent/Van der Ham, TK 2002/03, 28600 XI, nr. 50: par. 7.1.1 144 Brief minister van VROM d.d. 11 november 2003, TK 2003/04, 29200 XI, nr. 22: par. 7.1.2 145 Brief minister van VROM d.d. 17 november 2004, 29800 XI, nr. 101-b5: par. 7.1.2 153 Motie Veendendaal c.s., TK 2004/05, 29800 XI, nr. 120: par. 7.1.2 157 Brief minister van VROM d.d. 29 november 2005, TK 2005/06, 30 300 XI, nr. 69: par. 7.1.2 158 Brief minister van VROM, d.d. 27 december 2007, TK 2007/08, 31200 XI, nr. 83: par. 7.1.1, par. 7.1.4, par. 7.1.6 165 Brief minister van VROM d.d. 20 maart 2008 gericht aan gemeenten (kenmerk 2008016293: par. 7.1.6 173 Motie Motie Nepperús/Vermeij, TK 2007/08, 31200 XI, nr. 105: par. 7.1.6 176 Brief minister van VROM van 3 juli 2008, kenmerk 2008041596: par. 7.1.6 177 VNG-beleidsregel, begeleidende brief en toelichting: par. 7.1.6 en 7.1.7 179 Trefwoordenregister 191 x RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

LIJST VAN AFKORTINGEN Lijst van afkortingen AB ABRvS art. Awb B&W BR BW EVRM GBA GS Gst. HR JB LJN m.nt. MvA MvT Rb. RvS Wabm Wabo WED Wet GBA WPBR WOR WRO Wro Wm Wet RvS WRO Wro WOZ Administratiefrechtelijke Beslissingen Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State artikel Algemene wet bestuursrecht burgemeester en wethouders Bouwrecht Burgerlijk Wetboek Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden Gemeentelijke basis administratie Gedeputeerde Staten Gemeentestem Hoge Raad Jurisprudentie Bestuursrecht Landelijk Jurisprudentie Nummer (rechtspraak.nl) met noot memorie van antwoord memorie van toelichting Rechtbank Raad van State Wet algemene bepalingen milieuhygiëne Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet op de economische delicten Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens Wet op de particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus Wet op de openluchtrecreatie Wet op de Ruimtelijke Ordening Wet ruimtelijke ordening Wet milieubeheer Wet op de Raad van State Wet op de Ruimtelijke Ordening Wet ruimtelijke ordening Wet waardering onroerende zaken RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN xi

LIJST VAN AFKORTINGEN xii RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

INLEIDING Inleiding Het handhaven tegen de onrechtmatige bewoning van recreatiewoningen ook wel permanente bewoning genoemd, blijkt in de praktijk nog vaak moeizaam te verlopen. Het is zeker niet ongewoon dat één dossier een doorlooptijd van vier jaar of meer kent. Dat is dan gerekend inclusief een procedure bij de Raad van State. Het is ook zeker niet ongebruikelijk dat eenzelfde geval meerdere keren bij de Raad van State komt: de last onder dwangsom wordt vernietigd en de gemeente moet weer opnieuw beginnen. Dit leidt bij de betrokken handhavers en gemeentebestuurders vanzelfsprekend tot frustraties en weerzin om dit soort handhavingsdossiers op te pakken. Voor de betrokken gebruikers van de recreatieverblijven leidt het tot jarenlange onduidelijkheid en spanningen. Met dit boek hoop ik handhavers een verzameling aan praktische informatie te geven voor het opbouwen van een juridisch houdbaar handhavingsdossier. Het tegengaan van onrechtmatige bewoning betreft nu eenmaal een zeer specifiek stuk handhaving dat op sommige punten een andere aanpak vraagt dan bijvoorbeeld het handhaven in geval van een illegaal bouwwerk. Verder komt de persoonsgebonden omgevingsvergunning en de daarop betrekking hebbende voorbeeldbeleidsregel van de VNG aan de orde. Problemen bij de handhaving kunnen gedeeltelijk voorkomen worden door te zorgen voor handhaafbare bepalingen in bestemmingsplannen en een eenduidig beleid. Afstemming tussen de verschillende vakafdelingen op dit punt is dan ook van groot belang. Ook daaraan wordt in dit handboek aandacht besteed. Bij het schrijven van dit boek is er vanuit gegaan dat de lezer beschikt over basiskennis wat betreft handhaving. Daarom wordt niet diep ingegaan op algemene handhavingsvraagstukken zoals het overtredersbegrip, het opleggen van de last en de wijze van invorderen. RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN 1

INLEIDING Daar is voldoende literatuur over te vinden, zoals bijvoorbeeld Bestuursdwang en dwangsom van P.J.J. van Buuren, G.T.J.M. Jurgens en F.C.M.A. Michiels. Zachte heelmeesters maken stinkende wonden: dat geldt ook voor de handhaving bij onrechtmatige bewoning. Gemeenten treden niet doortastend genoeg op met als gevolg dat eigenaren keer op keer hun huisjes weer verhuren voor permanente bewoning. Om succesvol te handhaven zal de gemeente ten volle gebruik moeten maken van haar bevoegdheden en daardoor nieuwe bewoners en eigenaren afschrikken. Dat men als gemeente en bestuurder, niet echt populair wordt door handhavend op te treden is bekend en vormt soms reden voor gematigder optreden. Voorts is deze vorm van handhaving erg kostbaar vanwege de langlopende dossiers. Om financiële argumenten kiest men dan voor beperkt handhaven. Door zichtbaar en doortastend op te treden op verschillende recreatieparken ontstaat een soort olievlekwerking. Andere bewoners op de recreatieparken worden zich ervan bewust dat de gemeente echt werk maakt van de handhaving en durven het risico misschien niet langer te nemen en vertrekken. Door gerichte communicatie kan de gemeente ook veel bereiken bijvoorbeeld door regelmatig artikelen te plaatsen in de lokale kranten, het versturen van brieven naar eigenaren van recreatieparken en recreatieverblijven maar zeker ook door diegenen die zich inschrijven in de GBA direct uit te nodigen voor een gesprek waarna vervolgens handhavend optreden volgt. De Tweede Kamer heft regelmatig een verwijtende vinger op richting gemeenten: men zou onvoldoende handhaven. Het is echter een illusie om te denken dat gemeenten ooit het probleem van onrechtmatige bewoning echt in de vingers gaan krijgen als niet tevens iets aan de werkelijke oorzaak gedaan wordt. Onze recreatieverblijven voorzien kennelijk in een duidelijke en structurele behoefte: er is onvoldoende woonruimte voor starters en voor de tijdelijke opvang bij calamiteiten zoals een echtscheiding of financiële problemen. Het is ook algemeen bekend dat de politie recreatiewoningen gebruikt 2 RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

INLEIDING voor tijdelijke huisvesting van bijvoorbeeld slachtoffers van huiselijk geweld. Jammer genoeg blijft de politiek dat ontkennen, althans gepaste maatregelen om daar iets aan te doen worden niet genomen. Het opsteken van een verwijtende vinger blijkt gemakkelijker. Zolang de oorzaak niet aangepakt wordt blijft het voor gemeenten dus dweilen met de kraan open. Natuurlijk kunnen gemeenten meer doen om de handhaving te verbeteren: doortastender optreden, zorgen voor betere afstemming en uitwisseling van gegevens tussen de verschillende vakafdelingen binnen het gemeentehuis, maar ook door in gesprek te gaan met recreatieondernemers om te komen tot een gezamenlijke aanpak. Veel van de bewoonde recreatieverblijven zijn verouderd en voldoen geheel niet meer aan de vraag van de hedendaagse recreant. Investeren in revitalisering van recreatieparken is dan ook van belang waarbij men niet ontkomt aan de vraag of er nog wel behoefte is aan de bestaande hoeveelheid recreatieverblijven in Nederland. Een meer structurele oplossing zal door de centrale overheid geboden moeten worden, bijvoorbeeld in de vorm van voldoende betaalbare woonruimte voor starters en een ontheffings- of vergunningsmogelijkheid op basis waarvan op legale wijze recreatiewoningen tijdelijk gebruikt mogen worden voor bewoning. Gedacht kan worden aan een systeem waarbij een eigenaar gedurende bijvoorbeeld voor een periode van tien jaar drie keer voor maximaal één jaar zijn recreatiewoning voor bewoning beschikbaar mag stellen. Een ander probleem dat zich steeds meer manifesteert is de huisvesting van arbeidsmigranten. Daar waar men collectief tegen permanente bewoning is laten gemeenten en provincies wél de huisvesting van arbeidsmigranten toe. Dat is meten met twee maten. Voor de handhavers is het ook erg lastig om dit te verklaren aan de Nederlandse bewoners. Huisvesting van arbeidsmigranten op recreatie parken heeft nadelen en kan tot gevolg hebben, dat de recreanten vertrekken met bijgevolg nog meer permanente bewoning, omdat de eigenaren inkomsten nodig hebben. RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN 3

INLEIDING Succesvolle handhaving tegen permanente bewoning vergt samenwerking, doortastendheid en beleid met een duidelijke visie: van gemeenten, provincie, maar zeker ook van de Tweede Kamer en de regering. 4 RUIMTELIJK RELEVANT PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN