RJ-Uiting. Inleiding. bevat Richtlijn. Richtlijn. aanleiding. kostprijs. of lagere. aanpassingen van. alinea 113



Vergelijkbare documenten
RJ-Uiting : Richtlijn 290 Financiële instrumenten (2013) Ten geleide

ANBI Publicatie Stichting De Nijensteen, Heerde

ANBI Publicatie Stichting DOB Equity, Amsterdam

Nieuwe richtlijn financiële instrumenten. Hoofdlijnen RJ 290

Stichting Yourney te Amsterdam. Rapport inzake de jaarrekening 2012/2013

Financiële instrumenten Hedge Accounting. Eric de Weerdt Anne-Claire van den Wall Bake

RJ-Uiting : ontwerp-richtlijn 290 Financiële instrumenten (2013)

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

Ophorst Van Marwijk Kooy Vermogensbeheer N.V. Gouda

3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare

Internet Publicatiebalans 2015

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

Stichting Marthas Institute for Performing Arts gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de Jaarrekening 1 september 2016 tot en met 31 augustus 2017

3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare

Stichting Vrienden van het Mauritshuis te s-gravenhage

Stichting Healthcare Christian Fellowship International Centre, Voorthuizen

Hedge accounting Actualiteitensessie controllers. 27 mei 2014

Balans per 31 december 2013

Stichting GIST / GIST Foundation. Jan van Goyenkade HR AMSTERDAM. Jaarrekening 2015

Financieel verslag Stichting De Nijensteen, Heerde

SPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016

AEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN. Jaarverslag april 2012

Financieel verslag 2015/2016 Stichting Foundation for the Advancement of the Study of International Taxation 's-gravenhage

Stichting Healthcare Christian Fellowship International Centre, Voorthuizen

Balans per 31 december 2017

STICHTING VRIENDEN PROXIMA TERMINALE ZORG TE NIEUWEGEIN

Stichting Fonds Welzijnswerk p/a Esscheweg NA SINT-MICHIELSGESTEL. Publicatiebalans 2017

CTOUCH Europe B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven. Publicatierapport 2015

J A A R STUKKEN Pertax BV Ede

Kingdom Ministries De heer A. van der Laak Klaproosstraat WD OMMEN Publicatiebalans 2014

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

RJ-Uiting : Ontwerp-alinea s RJ 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta

Financiële instrumenten

BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA

Stichting Alfred Heineken Fondsen gevestigd te Amsterdam. Jaarverslag Concept

Stichting Openbaar Museum Modelbouw Leyenseweg BC BILTHOVEN. Financieel verslag 2014

CTOUCH Services & Training B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven

Jaarverslag Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. (HZH) 2017

NLNet gevestigd te Nijkerk. Financiële verantwoording 2018

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

De Veste Vermogensbeheer B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2017

NLNet gevestigd te Nijkerk. Jaarrekening 2016

NLNet gevestigd te Nijkerk. Financiële verantwoording 2017

verbonden partij; en die nodig is voor het verschaffen van inzicht in de financiële positie van de rechtspersoon.

Financieel verslag Stichting Waga Winschoten. Fin verslag Stichting Waga 2018.xlsx

Jaarrekening 2016 Stichting Piloot met Missie Gouda

213.1 Hoofdstuk 213 / Vastgoedbeleggingen

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister

Finquiddity Vermogensbeheer B.V., Hilversum Nummer kamer van koophandel: Gegenereerd op 10:40 25 mei 2016

J A A R STUKKEN Pertax BV Ede

inventaris en machines overige vorderingen bank, rekening-courant overige banken

Stichting Maryknoll Zusters van St. Dominicus

RJ-Uiting : Richtlijn Microrechtspersonen

CTOUCH Holding B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven. Publicatierapport 2015

Handelsregister Kamer van Koophandel te Woerden, dossiernummer

WINKELFONDS DUITSLAND 7 N.V. TE EINDHOVEN. Enkelvoudige halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

Handelsregister Kamer van Koophandel te Plaats KvK, dossiernummer

Jaarrekening 2016 Stichting Actieve Senioren 'S-HERTOGENBOSCH

HALFJAARBERICHT januari 30 juni 2013

RAPPORT INZAKE DE JAARREKENING 2014 VAN STICHTING INSCHRIJVING OP NAAM TE UTRECHT

Vaste activa Materiële vaste activa

Kingdom Ministries De heer A. van der Laak Klaproosstraat WD OMMEN Publicatiebalans 2016

J A A R STUKKEN Energiek BV. Permar Energiek BV Ede

Stichting Openbaar Museum Modelbouw Postbus AE DE BILT. Financieel verslag (t.b.v. website) 2015

Jaarrekening Opdracht 1.1 Samenstellingsverklaring Resultaatvergelijking Meerjarenoverzicht 4

Verslaggeving voor derivaten onder RJ 290 Financiële instrumenten

BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA MATERIËLE VASTE ACTIVA

JAARREKENING thuis VASTGOED BV

Jaarrekening 2017 Stichting Actieve Senioren 'S-HERTOGENBOSCH

RAPPORT INZAKE DE JAARREKENING 2016 VAN STICHTING INSCHRIJVING OP NAAM TE UTRECHT

Publicatiestukken van 19 november 2014 t/m 31 december 2015

Rapport inzake jaarstukken 2015 van Stichting Jazz NL Leusden

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2016

Stichting Medische Kampen India (MKI) Mw. M. C. Bryson Koppelingpad NM AMSTERDAM. Publicatiebalans Vastgesteld door het bestuur d.d..

Jaarrekening 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016 Stichting Evenementen Liliane Fonds 'S-HERTOGENBOSCH

RAPPORT INZAKE DE JAARREKENING 2011 VAN STICHTING INSCHRIJVING OP NAAM TE UTRECHT

De Veste B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2018

Sher foundation Stichting. Jaarrekening 2017

PUBLICATIEBALANS 2017

OVMK Paraplufonds Gouda

NE-iT Hosting B.V. De Tienden 26c 5674 TB NUENEN. Publicatierapport Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer

Stichting Touwmuseum De Baanschuur Postbus DA Oudewater. Jaarcijfers

Stichting Charlotte s'jacob Fonds. Financieel jaarverslag

STICHTING SPRINT SCHIEDAM TE SCHIEDAM. Rapport inzake jaarstukken 2012

STICHTING HOOP VOOR ALBANIË TE MAASDIJK. Rapport inzake jaarstukken mei 2018

STICHTING HOOP VOOR ALBANIË TE MAASDIJK. Rapport inzake jaarstukken augustus 2017

WINKELVASTGOEDFONDS DUITSLAND N.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015

BIJLAGE. Jaarlijkse verbeteringen in IFRSs cyclus

Sytse Duiverman 12 februari 2019

Stichting Mary`s Meals Nederland Het Bestuur Melkerstraat SL ERP. Jaarrekening 2015

Steunstichting SBWU. Boekjaar Steunstichting SBWU Utrecht. 2 april 2015

Steunstichting SBWU. Boekjaar Steunstichting SBWU Utrecht. 19 januari 2016

STICHTING HOOP VOOR ALBANIË TE MAASDIJK. Rapport inzake jaarstukken mei 2016

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 1 juli 2010

Steunstichting SBWU. Boekjaar Steunstichting SBWU Utrecht. 23 mei 2018

RAPPORT INZAKE DE JAARREKENING 2012 VAN STICHTING INSCHRIJVING OP NAAM TE UTRECHT

Ophorst Van MaÏawijk Kooy Vermogensbeheer N.V.

Transcriptie:

RJ-Uiting 2011-3: Richtlijn 290 Financiële instrumenten Inleiding Deze RJ-Uitininclusief verwerking van de ontwerp-alinea s zoals opgenomen inn de RJ-bundel editie 2010. Naar bevat Richtlijn 290 Financiële instrumenten, die d gebaseerd is op de Richtlijn aanleiding van ontvangen commentaren enn ervaringenn uit de praktijk heeft de Raad besloten dat deze definitieve Richtlijn met onmiddellijke ingang toegepast mag worden. Belangrijkste wijzigingen in de bepalingenn van Richtlijn 290 De wijzigingen hebben betrekking op het volgende: 1 In alinea 513 en 541 is verduidelijkt hoe resultaten voortvloeiendee uit tegen kostprijs gewaardeerde derivaten worden verwerkt. 2 De valuta-elementen in derivaten worden volgens het principe kostprijs of lagere marktwaarde verwerkt in plaats van tegen periode-eind de koers. Dit heeft geleid tot aanpassingen van alinea 113 in hoofdstuk 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta, en van alineaa 514, 634 en 635 in hoofdstuk 290 Financiële instrumenten. In bepaalde gevallen moet hierbijij de hedge-documentatie wordt geboden om beursgenoteerde obligaties tegen kostprijs te waarderen, indienn ze niet voor handelsdoeleinden worden aangehouden. Dit D heeft geleid tot aanpassingen in alinea 409, 410, 415, 504,, 512, 513, 517 en 518. 4 In alinea 537a en 537b wordt een vereenvoudigd alternatief geboden voor bijzondere waardevermindering dat aansluit bij de grondslag kostprijs of lagere marktwaarde. worden herzien. 3 De mogelijkheid 5 In alinea 1009 tot en met 1011 zijn de overgangsbepalingen opgenomen, behorende bij bovenstaande wijzigingen. Gelijktijdig is ontwerp-alinea 113 van hoofdstuk 122 Prijsgrondsl lagen voor vreemde valuta, zoals opgenomen in de RJ-bundel editie 2010 definitief geworden onder intrekking van de in deze bundel opgenomen alinea 113. 1

Ingangsdatum Deze Richtlijn 290 Financiële instrumenten vervangt Richtlijn 290 Financiële instrumenten (aangepast 2009) en is van kracht voor verslagjaren die aanvangen op of na 1 januari 2012 waarbij eerdere toepassing is toegestaan. Amsterdam, 28 februari 2011 2

290 Financiële instrumenten Deze Richtlijn 290 vervangt Richtlijn 290 (aangepast 2009) en is van kracht voor verslagjaren die aanvangen op of na 1 januari 2012. Eerdere toepassing is toegestaan. 290.1 Inleiding Wegwijzer 101 Dit hoofdstuk bevat voorschriften voor de verwerking, waardering, resultaatbepaling, presentatie en toelichting van financiële instrumenten in de jaarrekening. 102 Financiële instrumenten omvatten zowel primaire financiële instrumenten zoals vorderingen en schulden, als afgeleide financiële instrumenten, ook wel derivaten genoemd, zoals opties, termijncontracten en swaps. De in dit hoofdstuk gebruikte begrippen zijn opgesomd in paragraaf 4. 103 Voor de voorschriften inzake de waardering en resultaatbepaling van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de verschillende hoofdstukken waarin de waardering en resultaatbepaling van specifieke financiële activa en financiële verplichtingen worden behandeld. In deze specifieke hoofdstukken worden de algemene regels van dit hoofdstuk verder toegespitst op het desbetreffende financiële instrument. De specifieke hoofdstukken betreffen: hoofdstuk 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta; hoofdstuk 214 Financiële vaste activa; hoofdstuk 222 Vorderingen; hoofdstuk 226 Effecten; hoofdstuk 228 Liquide middelen; hoofdstuk 254 Schulden; hoofdstuk 270 De winst- en verliesrekening (alinea 125-127 inzake rentebaten); hoofdstuk 273 Rentelasten. 104 Indien een rechtspersoon niet alleen primaire financiële instrumenten kent, maar ook transacties in derivaten afsluit of hedgetransacties doet, is het noodzakelijk daarvoor kennis te nemen van de bepalingen inzake waardering en resultaatbepaling in paragraaf 5 van dit hoofdstuk en hedge accounting in paragraaf 6 van dit hoofdstuk. 105 Voorts moet van dit hoofdstuk kennis worden genomen voor de classificatie van financiële instrumenten als eigen vermogen of als financiële verplichting (zie paragraaf 8) en voor de toelichting inzake financiële instrumenten (zie paragraaf 9). 1

Indeling van dit hoofdstuk 106 Het in dit hoofdstuk opgenomen raamwerk voor de verwerking, waardering en presentatie van en de toelichting op financiële instrumenten bestaat uit de volgende onderdelen: het toepassingsgebied dat aangeeft waarop dit hoofdstuk wel en niet betrekking heeft (paragraaf 2); de relevante wettelijke bepalingen (paragraaf 3); de definities van de in dit hoofdstuk gebruikte begrippen (paragraaf 4); de waardering en resultaatbepaling van financiële instrumenten (paragraaf 5); de toepassing van hedge accounting (paragraaf 6); de regels aangaande het verwerken en niet langer verwerken van financiële instrumenten in de balans (paragraaf 7); de presentatie van financiële instrumenten, in het bijzonder: de classificatie van financiële instrumenten als financiële verplichtingen en/of eigen-vermogensinstrumenten en de presentatie van daaraan gerelateerde rente, dividenden en overige baten en lasten in de winst- en verliesrekening of in het eigen vermogen (paragraaf 8); de omstandigheden waaronder financiële activa en financiële verplichtingen worden gesaldeerd (paragraaf 8); de omstandigheden waarin een embedded derivaat afzonderlijk van het contract waarin het is besloten, moet worden gepresenteerd en gewaardeerd (paragraaf 8); De informatieverschaffing over financiële instrumenten, in het bijzonder: de factoren die van invloed zijn op het bedrag, het tijdstip en de zekerheid van de toekomstige kasstromen met betrekking tot financiële instrumenten en de grondslagen voor financiële verslaggeving die op die instrumenten moeten worden toegepast (paragraaf 9); de aard en omvang van het gebruik van financiële instrumenten door de rechtspersoon, de bedrijfsdoelstellingen die ze dienen, de risico s die ermee verband houden en het beleid van het management voor de beheersing van deze risico s; zie ook artikel 2:391 lid 3 BW (paragraaf 9). In de bijlagen worden enkele voorbeelden uitgewerkt: de effectieve-rentemethode (bijlage A); een samengesteld instrument (bijlage B); hedge accounting (bijlage C); een embedded derivaat, uitwerking van alinea 825 en verder (bijlage D); embedded derivaten en de noodzaak deze af te splitsen conform alinea 825 en verder (bijlage E). 2

290.2 Toepassingsgebied 201 Dit hoofdstuk is van toepassing op alle categorieën financiële instrumenten, waaronder met name: contracten tot aankoop van derivaten op aandelen van rechtspersonen die kwalificeren als groepsmaatschappijen, overige deelnemingen waarop invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, en joint ventures; contracten tot aankoop of verkoop van niet-financiële activa (commodities), waarbij elk van de partijen het recht heeft op nettobasis af te rekenen in liquide middelen of een ander financieel instrument of door ruil van financiële instrumenten; rechten en verplichtingen die voortvloeien uit verzekeringscontracten die in hoofdzaak financiële risico s in plaats van verzekeringsrisico s overdragen en deze contracten voldoen aan de definitie van een financieel actief, een financiële verplichting of een derivaat; contracten betreffende financiële garanties, waarbij er op grond van deze garanties betalingen moeten worden verricht naar aanleiding van wijzigingen in een bepaalde rentevoet, prijs van een financieel instrument, commodityprijs, valutakoers, index van prijzen of rentevoeten, kredietwaardigheid of andere variabele (soms de onderliggende waarde genoemd). Voorts is dit hoofdstuk van toepassing op: de presentatie van financiële instrumenten als eigen vermogen en/of als financiële verplichting in de geconsolideerde jaarrekening; informatieverschaffing over vorderingen en schulden uit hoofde van leasecontracten (hoofdstuk 292 Leasing) die financiële instrumenten zijn; informatieverschaffing over toezeggingen tot het verstrekken van leningen indien en voor zover die toezeggingen niet op nettobasis kunnen worden afgewikkeld of tegen reële waarde kunnen worden gewaardeerd. 202 Dit hoofdstuk is niet van toepassing op: belangen in groepsmaatschappijen, zoals gedefinieerd in hoofdstuk 214 Financiële vaste activa, paragraaf 1; belangen in overige deelnemingen waarop invloed van betekenis wordt uitgeoefend op het zakelijke en financiële beleid, zoals gedefinieerd in hoofdstuk 214 Financiële vaste activa, paragraaf 1, en belangen in joint ventures, zoals gedefinieerd in hoofdstuk 215 Joint ventures; rechten en verplichtingen uit hoofde van lease-overeenkomsten waarvoor hoofdstuk 292 Leasing geldt (zie ook alinea 201); rechten en verplichtingen van werkgevers uit hoofde van pensioenen en soortgelijke regelingen voor het personeel, waarop hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen van toepassing is; rechten en verplichtingen die voortvloeien uit verzekeringscontracten (zie ook alinea 201); door de rechtspersoon uitgegeven eigen-vermogensinstrumenten (zie hoofdstuk 240 Eigen 3

vermogen); contracten betreffende financiële garanties (zie ook alinea 201); verplichtingen tot betaling van een voorwaardelijke vergoeding door een overnemende partij bij een fusie of overname (zie hoofdstuk 216 Fusies en overnames); rechten tot ontvangst van een voorwaardelijke vergoeding door een overnemende partij bij een fusie of overname; contracten die een betaling vereisen die is gebaseerd op klimatologische, geologische of andere fysieke variabelen; toezeggingen tot het verstrekken van leningen indien en voor zover die toezeggingen niet op nettobasis kunnen worden afgewikkeld of tegen reële waarde kunnen worden gewaardeerd (zie ook alinea 201); commoditycontracten die zijn afgesloten en worden gehouden in verband met de ontvangst of levering van een niet-financieel goed overeenkomstig de verwachte in- of verkopen of gebruiksbehoeften van de rechtspersoon. Dergelijke commoditycontracten worden gezien als een normale inkoop of verkoop van goederen en worden als zodanig verwerkt; financiële instrumenten uit hoofde van op aandelen gebaseerde betalingen die binnen het toepassingsgebied van hoofdstuk 275 Op aandelen gebaseerde betalingen vallen. 290.3 Wettelijke bepalingen Waardering en resultaatbepaling 301 Dit hoofdstuk is mede gebaseerd op de volgende wettelijke bepalingen met betrekking tot waardering en resultaat bepaling van financiële activa en financiële verplichtingen. Deze bepalingen zijn opgenomen in hoofdstuk 900 Wetteksten en 910 Modellen en besluiten: artikel 2:384 lid 1, 2, 7 en 8 BW; en artikel 10 Besluit actuele waarde. Presentatie 302 Dit hoofdstuk is mede gebaseerd op de volgende wettelijke bepalingen met betrekking tot presentatie van financiële instrumenten. Deze bepalingen zijn opgenomen in hoofdstuk 900 Wetteksten: artikel 2:367 BW; artikel 2:370 BW t/m artikel 2:372 BW; artikel 2:373 lid 1 BW; en artikel 2:375 BW. Artikel 2:368 lid 1 BW vereist dat het verloop van elk der posten, behorende tot de vaste activa, gedurende het boekjaar, in een sluitend overzicht wordt weergegeven. 4

Toelichting 303 Dit hoofdstuk is mede gebaseerd op de volgende wettelijke bepalingen met betrekking tot toelichting op financiële instrumenten. Deze bepalingen zijn opgenomen in hoofdstuk 900 Wetteksten: artikel 2:376 BW; artikel 2:381 BW; artikel 2:381a BW; en artikel 2:381b BW. Jaarverslag 304 Dit hoofdstuk is mede gebaseerd op de volgende wettelijke bepaling met betrekking tot toelichting op financiële instrumenten en financiële risico s in het jaarverslag. Deze bepaling is opgenomen in hoofdstuk 900 Wetteksten: artikel 2:391 lid 3 BW. 290.4 Definities en categorieën 401 De volgende begrippen worden in dit hoofdstuk gebruikt. De betekenis van deze begrippen is omschreven in hoofdstuk 940 Begrippen: actieve markt; afgedekte positie; bindende overeenkomst; derivaat; effectieve-rentemethode; effectieve rentevoet; eigen-vermogensinstrument; financieel actief; financieel instrument; financiële verplichting; geamortiseerde kostprijs; hedge-effectiviteit; hedge-instrument; investeringen in eigen-vermogensinstrumenten; kasstroomrisico; kredietrisico; liquiditeitsrisico; marktrisico; prijsrisico; portefeuille; 5

reële waarde; renterisico; transactiekosten; valutarisico; verwachte toekomstige transactie; en volgens standaard marktconventies afgewikkelde inkoop of verkoop. Financiële instrumenten 402-406 (vervallen) Classificatie van financiële activa 407 Dit hoofdstuk onderscheidt vijf categorieën financiële activa: financiële activa die deel uitmaken van een handelsportefeuille; derivaten; gekochte leningen en obligaties; verstrekte leningen en overige vorderingen; investeringen in eigen-vermogensinstrumenten. 6 Richtlijn 290 Financiële instrumenten De rechtspersoon kan bij de presentatie van de financiële activa in de balans voor deze categorieën andere benamingen en/of nadere uitsplitsingen gebruiken. 408 De categorie Financiële activa die deel uitmaken van een handelsportefeuille omvat alle financiële activa, primaire en afgeleide, die worden aangehouden voor handelsdoeleinden. Een financieel actief wordt aangehouden voor handelsdoeleinden indien het financiële actief: a. hoofdzakelijk wordt verworven of aangegaan met het doel het actief op korte termijn te verkopen; of b. deel uitmaakt van geïdentificeerde financiële instrumenten die gezamenlijk worden beheerd en waarvoor aanwijzingen bestaan van een recent, feitelijk patroon van winstnemingen op korte termijn. 409 Financiële activa die voldoen aan de definitie van een derivaat en die geen onderdeel uitmaken van een handelsportefeuille zijn onderdeel van één van de volgende subcategorieën: a. aangehouden vanwege hedgingdoeleinden; b. overige derivaten met beursgenoteerde aandelen als onderliggende waarde; c. overige derivaten met een andere onderliggende waarde dan beursgenoteerde aandelen. 410 Gekochte leningen en obligaties die geen onderdeel uitmaken van een handelsportefeuille, zijn primaire (niet-afgeleide) financiële activa met vaste of bepaalbare betalingen. Van derden gekochte vorderingen maken deel uit van deze categorie. De volgende

7 Richtlijn 290 Financiële instrumenten twee subcategorieën worden onderscheiden: a. tot het einde van de looptijd aangehouden. De rechtspersoon is stellig voornemens en zowel contractueel als economisch in staat deze aan te houden tot het einde van de looptijd; b. overige gekochte leningen en obligaties. 411 Verstrekte leningen en overige vorderingen die geen onderdeel uitmaken van een handelsportefeuille, zijn primaire financiële activa met vaste of bepaalbare betalingen die niet op een actieve markt zijn genoteerd. 412 Investeringen in eigen-vermogensinstrumenten die geen onderdeel uitmaken van een handelsportefeuille, zijn onderdeel van één van de volgende subcategorieën: a. beursgenoteerd; b. niet-beursgenoteerd. Classificatie van financiële verplichtingen 413 Dit hoofdstuk onderscheidt drie categorieën financiële verplichtingen: financiële verplichtingen die deel uitmaken van een handelsportefeuille; derivaten; overige financiële verplichtingen. De rechtspersoon kan bij de presentatie van de financiële verplichtingen in de balans voor deze categorieën andere benamingen en/of nadere uitsplitsingen gebruiken. 414 De categorie Financiële verplichtingen die deel uitmaken van een handelsportefeuille omvat alle financiële verplichtingen, primaire en afgeleide, die worden aangehouden voor handelsdoeleinden. Een financiële verplichting wordt aangehouden voor handelsdoeleinden indien de financiële verplichting: a. hoofdzakelijk wordt verworven of aangegaan met het doel de verplichting op korte termijn te verkopen of af te wikkelen; of b. deel uitmaakt van geïdentificeerde financiële instrumenten die gezamenlijk worden beheerd en waarvoor aanwijzingen bestaan van een recent, feitelijk patroon van winstnemingen op korte termijn. 415 Financiële verplichtingen die voldoen aan de definitie van een derivaat en die geen onderdeel uitmaken van een handelsportefeuille zijn onderdeel van één van de volgende subcategorieën: a. aangehouden vanwege hedgingdoeleinden; b. overige derivaten met beursgenoteerde aandelen als onderliggende waarde; c. overige derivaten met een andere onderliggende waarde dan beursgenoteerde aandelen.

8 Richtlijn 290 Financiële instrumenten 416 Overige financiële verplichtingen omvat alle financiële verplichtingen die niet deel uitmaken van een handelsportefeuille of voldoen aan de definitie van derivaat. 417-432 (vervallen) 290.5 Waardering en resultaatbepaling Eerste waardering van financiële activa en financiële verplichtingen 501 Indien een financieel actief of financiële verplichting voor het eerst in de balans wordt verwerkt, dient de rechtspersoon dit actief of deze verplichting te waarderen tegen de reële waarde. De transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving of uitgifte van financiële instrumenten dienen al dan niet in de eerste waardering te worden opgenomen, afhankelijk van de gekozen waardering na de eerste verwerking: in geval van waardering na de eerste verwerking tegen reële waarde met verwerking van de waardeveranderingen via de winst- en verliesrekening, dienen de transactiekosten in de eerste periode van waardering in de winst- en verliesrekening te worden verwerkt; in geval van waardering na de eerste verwerking tegen reële waarde met verwerking van de waardeveranderingen via het eigen vermogen, dienen de transactiekosten te worden verwerkt in de eerste waardering. Op het moment van de overdracht van het actief aan een derde en door opname van de rentebaten op basis van de effectieverentemethode (in geval van een rentedragend financieel actief) dienen de transactiekosten in de winst- en verliesrekening te worden verwerkt; in geval van waardering na de eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs, dienen de transactiekosten te worden verwerkt in de eerste waardering. Door toepassing van de effectieve-rentemethode worden de transactiekosten als onderdeel van de amortisatie in de winst- en verliesrekening verwerkt. Waardering en resultaatbepaling van financiële instrumenten na de eerste verwerking 502 Financiële activa en financiële verplichtingen dienen individueel of op portefeuillebasis te worden toegedeeld naar (sub)categorieën. Per (sub)categorie dient één grondslag voor waardering en resultaatbepaling te worden toegepast. De waardering van financiële instrumenten na de eerste verwerking hangt af van de classificatie van het betreffende financiële instrument in overeenstemming met paragraaf 4 Definities. Financiële instrumenten kunnen, afhankelijk van het gebruik door de rechtspersoon, onderdeel uitmaken van verschillende categorieën in overeenstemming met paragraaf 4. Wijziging van de grondslag voor waardering en resultaatbepaling van een subcategorie houdt een

stelselwijziging in. Voor de regels voor de verwerking van een stelselwijziging wordt verwezen naar hoofdstuk 140 Stelselwijzigingen. 503 Financiële activa en financiële verplichtingen dienen in beginsel ongesaldeerd te worden gepresenteerd, ook indien ze voor managementdoeleinden onderdeel uitmaken van slechts een enkele portefeuille. Financiële activa en verplichtingen dienen alleen gesaldeerd gepresenteerd te worden indien wordt voldaan aan de vereisten van alinea 837. 504 In het navolgende overzicht zijn de algemene regels voor de waardering en resultaatbepaling na eerste verwerking van de onderscheiden categorieën activa en de onderscheiden categorieën verplichtingen samengevat. Hierbij wordt opgemerkt dat verzekeringscontracten niet vallen binnen de reikwijdte van dit hoofdstuk. Verder is van belang dat de keuze van de waarderingsgrondslagen voor financiële instrumenten invloed kan hebben op de herwaarderingsreserve. Voor verdere regels aangaande de herwaarderingsreserve wordt verwezen naar hoofdstuk 240 Eigen vermogen. 9

Categorie/ Type Financieel instrument Subcategorie Waardering na eerste verwerking Verwerking van waardeveranderingen in winst- en verliesrekening Handelsportefeuille (financiële activa en financiële verplichtingen). Alinea 508 en 509. Reële waarde Direct in winst- en verliesrekening. Derivaten (activa en passiva). Alinea 510 tot en met 513. Geen onderdeel handelsportefeuille. Hedging Reële waarde Volgens de hedge-accountingmodellen zoals beschreven in alinea 619 tot en met 632 en in alinea 640. Kostprijs Volgens alinea 633 tot en met 640 samen met de afgedekte positie in winst- en verliesrekening. Indien de afgedekte positie tegen reële waarde wordt verwerkt, verandert de rechtspersoon ook de waardering van het derivaat naar reële waarde en past hij reële-waarde- of kasstroomhedge-accounting toe. Overig met beursgenoteerde Reële waarde Direct in winst- en verliesrekening. aandelen als onderliggende waarde Overig met een Kostprijs Gerealiseerde baten en lasten in winst- en verliesrekening andere onderliggende conform alinea 513, alsmede bij overdracht aan een derde of bij waarde dan beursgenoteerde een bijzondere waardevermindering. aandelen 10

Categorie/ Type Financieel instrument Subcategorie Waardering na eerste verwerking Reële waarde Verwerking van waardeveranderingen in winst- en verliesrekening Direct in winst- en verliesrekening Gekochte leningen en obligaties. Alinea 515 tot en met 518. Geen onderdeel handelsportefeuille. Tot het einde van de looptijd aangehouden Overig Geamortiseerde kostprijs Geamortiseerde kostprijs Effectieve rente in winst- en verliesrekening. Bijzondere waardevermindering direct in winst- en verliesrekening. Effectieve rente in winst- en verliesrekening. In winst- en verliesrekening bij overdracht aan een derde of bij een bijzondere waardevermindering. Reële waarde Direct in winst- en verliesrekening. Eerst via de herwaarderingsreserve, bij realisatie in winst- en verliesrekening. Effectieve rente in winst- en verliesrekening. Waardeverminderingen onder de (geamortiseerde) kostprijs direct in winst- en verliesrekening. Verstrekte leningen en overige vorderingen. Alinea 519. Geen onderdeel van een handelsportefeuille Geamortiseerde kostprijs Effectieve rente in winst- en verliesrekening. In winst- en verliesrekening bij overdracht aan een derde of bij een bijzondere waardevermindering. 11

Investering in eigenvermogensinstrumenten. Alinea 520 tot en met 522. Geen onderdeel van een handelsportefeuille Beursgenoteerd Geen onderdeel van een handelsportefeuille Niet-beursgenoteerd Reële waarde Kostprijs Richtlijn 290 Financiële instrumenten Direct in winst- en verliesrekening. Eerst via eigen vermogen (herwaarderingsreserve), bij realisatie in winst- en verliesrekening. Waardeverminderingen onder de kostprijs direct in winst- en verliesrekening. In winst- en verliesrekening bij overdracht aan een derde of bij een bijzondere waardevermindering. Reële waarde Direct in winst- en verliesrekening. Eerst via eigen vermogen (herwaarderingsreserve), bij realisatie in winst- en verliesrekening. Waardeverminderingen onder de kostprijs direct in winst- en verliesrekening. Overige financiële verplichtingen. Alinea 523. Geen onderdeel van een handelsportefeuille Geamortiseerde kostprijs Effectieve rente in winst- en verliesrekening. 12

Bij dit overzicht worden de volgende aanvullende opmerkingen geplaatst: in alinea 541 van dit hoofdstuk zijn de regels opgenomen voor bijzondere waardevermindering van op kostprijs gewaardeerde derivaten; op de in de tabel genoemde financiële activa en financiële verplichtingen zijn de regels ten aanzien van bijzondere waardevermindering van toepassing; voor alle monetaire posten in vreemde valuta gelden de regels van hoofdstuk 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta. Dit betekent dat in geval van kostprijswaardering van financiële activa en verplichtingen in vreemde valuta deze posten dienen te worden omgerekend tegen de koers per balansdatum; indien rentedragende financiële activa deel uitmaken van een (sub)categorie die tegen reële waarde met herwaardering in de winst- en verliesrekening wordt gewaardeerd, is de verwerking van de rentebaten volgens de effectieve-rentemethode niet nodig en kan het resultaat gecombineerd worden weergegeven. In geval van herwaardering via de herwaarderingsreserve wordt de effectieve rente in de winst- en verliesrekening verantwoord; de baten en lasten van herwaardering tegen reële waarde met herwaardering in de winst- en verliesrekening behoeven niet verder te worden uitgesplitst. 505 Van de waardering tegen reële waarde wordt afgeweken indien deze niet voldoende betrouwbaar is te bepalen. Waardering van het financiële instrument vindt dan plaats tegen kostprijs. 506 De volgende baten en lasten van financiële activa en financiële verplichtingen (voor zover deze niet tegen reële waarde worden gewaardeerd waarbij de reële waarde veranderingen in het resultaat worden verwerkt) worden indien van toepassing altijd direct in de winst- en verliesrekening verwerkt: lasten uit hoofde van bijzondere waardeverminderingen van financiële activa; baten en lasten uit hoofde van omrekening van monetaire financiële activa en financiële verplichtingen in vreemde valuta (zie hoofdstuk 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta); rente bepaald volgens de effectieve-rentemethode; dividenden te ontvangen op eigen-vermogensinstrumenten (deze worden in de winst- en verliesrekening verwerkt op het moment dat de rechtspersoon het recht heeft verkregen op ontvangst van de dividenden); baten en lasten te verantwoorden op het moment dat de financiële activa of de financiële verplichtingen niet langer in de balans worden opgenomen (bijvoorbeeld door verkoop, realisatie of aflossing van het instrument). 507 De onderscheiden categorieën financiële activa en verplichtingen zijn relevant voor de waardering in de balans en de verwerking van baten en lasten in de winst- en verliesrekening. De algemene regels samengevat in het overzicht van alinea 504 worden in de volgende alinea s nader 13

uitgewerkt. Financiële instrumenten (activa en verplichtingen) die deel uitmaken van een handelsportefeuille 508 Na de eerste waardering dient de rechtspersoon financiële instrumenten die deel uitmaken van een handelsportefeuille in de balans te waarderen tegen reële waarde zonder aftrek van eventuele transactiekosten bij vervreemding. 509 Baten of lasten die voortvloeien uit veranderingen in de reële waarde van financiële instrumenten die deel uitmaken van een handelsportefeuille dienen te worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. Derivaten (activa en passiva) 510 Voor derivaten (of voor portefeuilles van derivaten) dient een keuze van de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling na eerste waardering gemaakt te worden die afhankelijk is van de subcategorie waartoe het derivaat behoort. In paragraaf 4 zijn de subcategorieën opgenomen. 511 Voor derivaten aangehouden vanwege hedgingdoeleinden komen als waarderingsgrondslag in aanmerking kostprijs en reële waarde. Paragraaf 6 geeft regels voor de verwerking van de elementen van hedgerelaties. 512 Overige derivaten met beursgenoteerde aandelen als onderliggende waarden dienen te worden gewaardeerd tegen reële waarde. Baten of lasten die voortvloeien uit veranderingen in de reële waarde van dergelijke derivaten dienen te worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. 513 Voor overige derivaten met een andere onderliggende waarde dan beursgenoteerde aandelen, komen als waarderinggrondslag in aanmerking kostprijs en reële waarde. Indien derivaten die tot deze subcategorie behoren worden gewaardeerd tegen reële waarde, dienen de baten en lasten die voortvloeien uit veranderingen van de reële waarde te worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. Voor het al dan niet vormen van een een herwaarderingsreserve, wordt verwezen naar alinea 224b van hoofdstuk 240 Eigen vermogen. Indien derivaten die tot deze subcategorie behoren worden gewaardeerd tegen kostprijs, dienen de gerealiseerde baten en lasten die voortvloeien uit deze derivaten aan de opeenvolgende verslagperioden te worden toegerekend en in de jaarrekening te worden verwerkt. 14

Een voorbeeld is een renteswap die wordt gewaardeerd tegen kostprijs zonder dat kostprijshedgeaccounting wordt toegepast. Uit deze renteswap volgt een periodieke renteafrekening, die wordt toegerekend aan de desbetreffende verslaggevingsperiode waarop zij betrekking heeft, met inachtneming van een eventuele bijzondere waardevermindering. 514 (vervallen) Gekochte leningen en obligaties 515 Na de eerste waardering dient de rechtspersoon gekochte leningen en obligaties, voor zover deze activa geen deel uitmaken van een handelsportefeuille afhankelijk van de subcategorie waartoe deze behoren te waarderen. 516 Indien gekochte leningen en obligaties deel uitmaken van de subcategorie Tot het einde van de looptijd aangehouden, dient de rechtspersoon deze conform artikel 10 lid 3 van het Besluit actuele waarde te waarderen tegen geamortiseerde kostprijs. 517 (vervallen) 518 Voor iedere (sub)categorie van overige gekochte leningen en obligaties dient de rechtspersoon een keuze te maken om deze in de balans te verwerken tegen geamortiseerde kostprijs of reële waarde. Indien de rechtspersoon kiest voor verwerking tegen reële waarde, dient hij per (sub)categorie een keuze te maken om baten en lasten die voortvloeien uit veranderingen in de reële waarde van deze instrumenten: a. direct in de winst- en verliesrekening te verantwoorden; of b. voor zover het resultaat van een individueel financieel actief cumulatief positief is, tot het moment van realisatie van dit actief direct in het eigen vermogen te verwerken. Op het moment dat desbetreffende activa niet langer in de balans worden verwerkt, dient het cumulatieve resultaat dat voorheen in het eigen vermogen was opgenomen, te worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. In geval van een cumulatieve waardevermindering tot onder de kostprijs dient deze waardever-mindering onmiddellijk in de winst- en verliesrekening te worden verantwoord, omdat slechts cumulatief positieve herwaarderingen direct in het eigen vermogen worden verwerkt. Verstrekte leningen en overige vorderingen 519 Verstrekte leningen en overige vorderingen, voor zover deze activa geen deel uitmaken van een handelsportefeuille, dienen conform artikel 10 lid 3 van het Besluit actuele waarde te worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. 15

Investeringen in eigen-vermogensinstrumenten 520 Na de eerste waardering dient de rechtspersoon investeringen in eigenvermogensinstrumenten die geen onderdeel uitmaken van een handelsportefeuille te waarderen afhankelijk van de subcategorie waartoe deze behoren. 521 Investeringen in eigen-vermogensinstrumenten met een beursnotering dienen in de balans tegen reële waarde te worden gewaardeerd waarbij de rechtspersoon per (sub)categorie een keuze dient te maken om baten en lasten die voortvloeien uit veranderingen in de reële waarde van deze instrumenten: a. direct in de winst- en verliesrekening te verantwoorden; óf b. voor zover het resultaat van een individueel financieel actief cumulatief positief is, tot het moment van realisatie van dit betreffende actief direct in het eigen vermogen te verwerken. Op het moment dat desbetreffende activa niet langer in de balans worden verwerkt, dient het cumulatieve resultaat dat voorheen in het eigen vermogen was opgenomen, te worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. In geval van een cumulatieve waardevermindering tot onder de kostprijs dient deze waardevermindering onmiddellijk in de winst- en verliesrekening te worden verantwoord, omdat slechts cumulatief positieve herwaarderingen direct in het eigen vermogen worden verwerkt. 522 Voor iedere (sub)categorie van investeringen in eigen-vermogensinstrumenten zonder beursnotering dient de rechtspersoon een keuze te maken om deze in de balans te verwerken tegen kostprijs of reële waarde. Indien de rechtspersoon kiest voor verwerking tegen reële waarde, dient hij per (sub)categorie een keuze te worden gemaakt om baten en lasten die voortvloeien uit veranderingen in de reële waarde van deze instrumenten: a. direct in de winst- en verliesrekening te verantwoorden; óf b. voor zover het resultaat van een individueel financieel actief cumulatief positief is, tot het moment van realisatie van dit betreffende actief direct in het eigen vermogen te verwerken. Op het moment dat desbetreffende activa niet langer in de balans worden verwerkt, dient het cumulatieve resultaat dat voorheen in het eigen vermogen was opgenomen, te worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. In geval van een cumulatieve waardevermindering tot onder de kostprijs dient deze waardevermindering onmiddellijk in de winst- en verliesrekening te worden verantwoord, omdat slechts cumulatief positieve herwaarderingen direct in het eigen vermogen worden verwerkt. Overige financiële verplichtingen 523 Overige financiële verplichtingen dienen in de balans tegen geamortiseerde kostprijs te worden gewaardeerd. Baten en lasten uit hoofde van amortisatie dienen volgens de effectieve-rentemethode te worden verantwoord in de winst- en verliesrekening. 16

Overwegingen met betrekking tot de bepaling van de reële waarde 524 Indien financiële instrumenten worden gewaardeerd tegen de actuele waarde, komt daarvoor in aanmerking de reële waarde. Indien niet direct een betrouwbare reële waarde voor de financiële instrumenten is aan te wijzen, wordt de reële waarde benaderd: a. door deze af te leiden uit de reële waarde van zijn bestanddelen of een soortgelijk instrument indien voor de bestanddelen ervan of een soortgelijk instrument wel een betrouwbare reële waarde is aan te wijzen; of b. met behulp van algemeen aanvaarde waarderingsmodellen en waarderingstechnieken. Deze bepalingen zijn in overeenstemming met artikel 10 van het Besluit actuele waarde. 525 Aan de definiëring van de reële waarde ligt de veronderstelling ten grondslag dat er sprake is van continuering van de bedrijfsactiviteiten zonder enige intentie of noodzaak tot liquidatie, belangrijk inkrimpen van activiteiten of aangaan van een transactie onder ongunstige voorwaarden. De reële waarde is derhalve niet de waarde die de rechtspersoon zou ontvangen of betalen indien er sprake zou zijn van een gedwongen transactie, onvrijwillige liquidatie of executoriale verkoop. Bij de bepaling van de reële waarde van zijn financiële activa en zijn financiële verplichtingen houdt de rechtspersoon echter wel rekening met de actuele omstandigheden waarin hij verkeert. De reële waarde van een financieel actief waarvan de rechtspersoon heeft besloten om het in de nabije toekomst te verkopen, wordt bijvoorbeeld bepaald door de verwachte verkoopopbrengst. De opbrengst uit een dergelijke verkoop wordt beïnvloed door factoren als de actuele liquiditeit en omvang van de markt voor de activa. 526 Als een financieel instrument wordt verhandeld op een actieve markt, verschaft de genoteerde marktprijs de beste aanwijzing voor de reële waarde. 527 Het is mogelijk dat genoteerde marktprijzen geen goede indicatie zijn van de reële waarde van het instrument. Dit is onder meer het geval indien: er geen sprake is van een actieve markt; of de markt niet goed ontwikkeld is; of er geringe volumes worden verhandeld in verhouding tot het aantal eenheden van het te waarderen financiële instrument. In dergelijke omstandigheden, alsook wanneer er geen genoteerde marktprijs beschikbaar is, kunnen schattingsmethoden worden gehanteerd om de reële waarde voldoende betrouwbaar te bepalen. Technieken die veel gehanteerd worden in financiële markten, zijn onder meer vergelijking met de actuele waarde van een ander financieel instrument met vergelijkbare kenmerken, contantewaardeberekeningen en optiewaarderingsmodellen. Bij toepassing van contantewaardeberekeningen gebruikt de rechtspersoon een disconteringsvoet die gelijk is aan de geldende 17

marktrente voor financiële instrumenten, met vergelijkbare voorwaarden en kenmerken, inclusief de kredietwaardigheid van de debiteur, de resterende periode waarvoor de overeengekomen rentevoet is gefixeerd, de resterende looptijd en de valuta waarin de betalingen moeten worden gedaan. 528 De reële waarde van een financieel actief of een financiële verplichting ontleend aan de genoteerde marktprijs of bepaald op een andere wijze, houdt geen rekening met mogelijke transactiekosten voor de rechtspersoon. Transactiekosten zijn de kosten die verbonden zijn aan het ruilen of het afwikkelen van het onderliggende financiële instrument. Transactiekosten kunnen betrekking hebben op belastingen en heffingen, provisies betaald aan tussenpersonen, adviseurs, brokers of handelaren en heffingen door toezichthoudende instanties of beurzen. 529 De boekwaarde op basis van historische kosten van debiteuren en crediteuren onderworpen aan normale handelskredietvoorwaarden, benadert in het algemeen de reële waarde. Evenzo is de reële waarde van een depositoverplichting zonder een bepaalde resterende looptijd gelijk aan het onmiddellijk opeisbare bedrag op balansdatum. 530 De reële waarde van een financiële verplichting met een kenmerk van directe opeisbaarheid (bijvoorbeeld een direct opvraagbaar deposito) is minimaal gelijk aan het onmiddellijk opeisbare bedrag. 531 Indien er voor een financieel actief of een financiële verplichting waarvoor geen betrouwbare waarderingsmethode beschikbaar was, alsnog een dergelijke methode beschikbaar komt en het actief of de verplichting bij beschikbaarheid van een betrouwbare waarderingsmethode tegen reële waarde dient te worden gewaardeerd, dient het actief of de verplichting tegen de reële waarde te worden geherwaardeerd. Deze eenmalige herwaardering dient direct in het eigen vermogen te worden verwerkt. Herclassificaties 532 Ten aanzien van herclassificaties van financiële instrumenten van de ene (sub)categorie naar de andere (sub)categorie geldt dat dit niet kan leiden tot het verwerken van baten of lasten op het moment van herclassificatie. Op het moment van herclassificatie dienen dergelijke baten of lasten: a. in geval van een herclassificatie van een kostprijs (sub)categorie naar een reële waarde (sub)categorie, pas in de winst- en verliesrekening te worden verwerkt op het moment dat het desbetreffende financiële instrument niet meer in de balans wordt verwerkt; b. in geval van een herclassificatie van een reële waarde (sub)categorie naar een kostprijs (sub)categorie, opgenomen te worden als onderdeel van de eerste waardering in de nieuwe (sub)categorie (de reële waarde op het moment van herclassificatie is gelijk aan de veronderstelde kostprijs ( deemed cost )). 18