Inleiding 11 Liesbeth de Bakker, Frans van Dam en Anne M. Dijkstra



Vergelijkbare documenten
Liesbeth de Bakker, Frans van Dam en Anne M. Dijkstra

Technology Assessment: omgang met publieke zorgen

De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch)

10 onmisbare vaardigheden voor. de ambtenaar van de toekomst. 10 vaardigheden. Netwerken. Presenteren. Argumenteren 10. Verbinden.

Wetenschap 2.0. Social media als tools voor wetenschapscommunicatie en burgerparticipatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Civiele kracht Stem geven aan verankering. 21 januari 2010

Mats Werkt! DÉ CURSUS VOOR HET BEGELEIDEN VAN MENSEN MET EEN ARBEIDSBEPERKING OP DE WERKVLOER.

Welke kansen bieden internet en sociale media (niet)?

Communiceren over wetenschap. Geert Vanpaemel KU Leuven

Proefschrift Maarten van der Sanden

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

Zorgzaam samenleven Samenvatting Beleidsplan

Bijlage 20 Zelfassessment adequaat samenwerken met ouders

Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap

Risicocommunicatie: een spel van invloed en beïnvloeden. Frank Vergeer Anne-Marie van het Erve

Journalist in Bedrijf

Werken aan persoonlijke ontwikkeling en sturen van eigen loopbaan

2 Verpleegkundige theorieën en classificatiesystemen Verpleegkundige theorieën Verpleegkundige classificatiesystemen 33

Levensloopbegeleiding

E-participatie via sociale media: hoe doe je dat? Door: Janine Bake

PARTICIPATIE VOLGENS FONTYS

Meerwaarde voor onderwijs. De Pijlers en de Plus van FLOT

ACTIEF BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIE

Deel I Communicatiekunde: theorie en achtergronden 23

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

Leren in netwerken met OpenU. Wilfred Rubens

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen

Samenspel Formeel - Informeel. Vanuit ieders waarde en nieuw verhaal schrijven, , Jolanda Elferink

EXPERTS MET KARAKTER

Externe brochure : toelichting

De Schoolwerkplaats school van nu

Hart voor je patiënt, goed in je vak, trots op je werk

1 Leren op de werkplek

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Utrecht, september 2010 Gerjoke Wilmink directeur Nibud

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen

Reflectie op besluitvorming en handelen

Beeldtaal in toekomstgericht onderwijs

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Ik ben Alice - docenten

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

De spin in het web. Handreiking. voor werkers die direct. aan de slag willen met. de sociale netwerken van. mensen met verstandelijke

Vragen Leercasus zo zijn onze manieren

Voor de definitie van een superpromoter van overheidsbeleid sluiten we zoveel mogelijk aan bij de definitie van Vogelaar:

Hoe breng ik mijn boodschap over?

Externe communicatie ambtelijke samenwerking Beemster- Purmerend

Jongeren & Social Media !"#$"#%$!"& Social Media stress JONGEREN & SOCIAL MEDIA KANSEN & RISICO S PROGRAMMA

Profiel. Hoofd Communicatie Spaarne Gasthuis. 21 mei Opdrachtgever Spaarne Gasthuis

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

Beweging in veranderende organisaties

Communicatie verenigingen KNVB 2014

Opleiding Regisseur Maatschappelijk Domein

Universiteit. Brochure. Opleidingsinstituut Dageraad

Communicatieplan WTH Vloerverwarming in het kader van de CO2-Prestatieladder

Professor dr. E van Leeuwen Dr. W Dekkers Dr. M Dees

Privacy aspecten van apps

mantelzorgers/familie 2 e 2 e masterclass IVVU 23 april 2015 Will Schutte en Cecil Scholten

Dia 1 Introductie max. 2 minuten!

Ouderschap in Ontwikkeling

R E L I G I O U S J O U R N A L I S M C O M M U N I T Y O F P R A C T I C E T I L B U R G C O B B E N H A G E N C E N T E R

Zorginnovaties en technologie

Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht

Publieksforum: 30 burgers in dialoog over genetische tests

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Strategisch leiderschapsprofiel voor specialisten

Social Strategy Masterclass 2014

Communiceren en Improviseren. Omgaan met dynamiek en complexiteit bij de ontwikkeling en implementatie van een gezondheidsinterventie W.M.A.

STAKEHOLDERS. Hoe gaan we daar mee om? Jacques van Unnik Manager Personnel Certification & Training 3 december 2015 BUSINESS ASSURANCE

Whitepaper: samenwerking communicatie en participatie

Handleiding Veiligheidsrondes

Communiceren met de achterban

Governance. Informatiemanagement. Architectuur. Gemeenschappelijk

Gespreksmodel Zicht op rollen

Anders kijken, anders leren

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

3.6 Diversiteit is meer dan verschil in cultuur Antwoorden uit de gezondheidswetenschappen

Isaac Asimov. marnix academie

STAD & LAND in de ruimtelijke ordening

VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg. een populair recept

Initiatiefvoorstel. Status: besluitvormend. Agendapunt: * Instelling Jongerenraad. Datum: 22 juni Decosnummer: 361

Keuzedilemma s van de klant verhinderen het zicht op de waarde van de financieel planner.

Science Education and Communication (SEC) Welkom!! Fer Coenders Anne Dijkstra

Verklaring van Mentors op de Werkplek.

Voor het Huis voor democratie en rechtsstaat wordt geëxperimenteerd met proeftuinen

MET DEZE 6 KEUZES WORDT DUURZAME INZETBAARHEID WÉL EEN SUCCES

Beheer- en OntwikkelModel voor Open Standaarden (BOMOS) versie 2 - DEEL 1: DE BASIS

Programma Zelfbouw Rotterdam

Begrijpen Verbinden Meedoen communicatieplan transities sociaal domein Rivierenland

Help, ik zit in de OR! Meer dan 200 Gouden tips voor de ondernemingsraad

TECHNOLOGIE IN DE ZORG

Trainingen en workshops maart - juni 2019

Jaarplan schooljaar

VERANDERINGEN BINNEN HET

COMMUNICEREN VANUIT JE KERN

LEIDERSCHAP IN DE CORPORATE JUNGLE. Bagage voor een succesvolle reis naar je eigen doel. Een training met wortels in de praktijk.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties

Transcriptie:

I nhoud Voorwoord 9 Inleiding 11 Liesbeth de Bakker, Frans van Dam en Anne M. Dijkstra 1 In vogelvlucht 17 Anne M. Dijkstra, Liesbeth de Bakker en Frans van Dam Leerdoelen 17 1.1 Inleiding 17 1.2 Voedende wetenschapsdomeinen 20 1.3 De veranderende relatie tussen wetenschap, technologie en de samenleving 21 1.4 Mondiale trends 25 1.5 Veranderende rollen binnen wetenschaps communicatie 28 1.6 Tot slot 29 Literatuur 31 2 Beelden van wetenschap 33 Edwin Koster en Frank Kupper Leerdoelen 33 2.1 Inleiding 33 2.2 Common sense als beeld van wetenschap 36 2.3 Nieuwe beelden van wetenschap: incidentele oorzaken? 38 2.4 Nieuwe beelden van wetenschap: structurele oorzaken? 41 2.5 De vermaatschappelijking van wetenschap 45 2.6 Geloofwaardigheid en vertrouwen 47 2.7 Een zelfreinigend systeem door feedback mechanismen en aangescherpte normen 49 2.8 Maatschappelijk robuuste wetenschap: uitbreiding van het forum van deskundigen 52 2.9 Tot slot 54 Literatuur 56

6 Wetenschapscommunicatie 3 Communicatieprocessen 57 Caroline Wehrmann en Anne M. Dijkstra Leerdoelen 57 3.1 Inleiding 57 3.2 Basiselementen van een communicatieproces 57 3.3 Voorbeelden van de verschillende benaderingen binnen de wetenschapscommunicatie 69 3.4 Ontwikkelingen in wetenschapscommunicatie nader bekeken 74 3.5 Tot slot 80 Literatuur 82 4 Wetenschap in dialoog 85 Roald Verhoeff en Frank Kupper Leerdoelen 85 4.1 Inleiding 85 4.2 Complexe vraagstukken 86 4.3 Publieke participatie 89 4.4 Dialoog in de praktijk 100 4.5 Ethisch en maatschappelijk onderzoek 106 Literatuur 109 5 Informele wetenschaps educatie 111 Anne Land-Zandstra en Liesbeth de Bakker Leerdoelen 111 5.1 Inleiding 111 5.2 Formele versus informele wetenschapseducatie 113 5.3 De kracht van informele educatie 118 5.4 Informele wetenschapseducatie binnen wetenschapscommunicatie 119 5.5 Theoretische opvattingen over leren 119 5.6 Voorbeelden van informele wetenschapseducatie 127 5.7 Tot slot 135 Literatuur 138 6 Wetenschap in de media 141 Mark Bos en Belinda van der Gaag Leerdoelen 141 6.1 Inleiding 141 6.2 De professor in de media 144 6.3 De taal van de media 145 6.4 Trends en werkwijzen binnen de wetenschaps journalistiek 154

Inhoud 7 6.5 Fouten bij wetenschap in het nieuws 158 6.6 Tips voor journalisten 161 6.7 Een kansrijke omgang met de media 162 6.8 Tot slot 164 Literatuur 165 7 Risicocommunicatie 167 Henk Mulder en Erwin van Rijswoud Leerdoelen 167 7.1 Inleiding 167 7.2 Risico als kans x effect? 169 7.3 Het risicocommunicatieperspectief van de beleidsmaker 177 7.4 Rol van media en belangengroepen 178 7.5 Responsief proces 180 7.6 Sturen of responsief voorlichten? 184 7.7 Tot slot 188 Literatuur 189 8 Gezondheidscommunicatie 191 Madelief Bertens, Arend Jan Waarlo en Mark Bos Leerdoelen 191 8.1 Inleiding 191 8.2 Gezondheid: een veelzijdig en dynamisch begrip 193 8.3 Gezondheidscommunicatie via gezondheids bevordering en ziektepreventie 194 8.4 Patiëntenvoorlichting en erfelijkheidsvoorlichting 198 8.5 Planmatig en systematisch communiceren 199 8.6 Theoriegebaseerde communicatie 200 8.7 Een voorbeeld van een succesvolle interventie 204 8.8 Tot slot 206 Literatuur 208 9 Ontwerpen van communica tiestrategieën en -middelen 211 Maarten van der Sanden en Caroline Wehrmann Leerdoelen 211 9.1 Inleiding 211 9.2 Een systematisch en planmatig ontwerpproces 212 9.3 Het ontwerpen van oplossingen voor zeer complexe problemen 215 9.4 Voorbeelden uit de praktijk 216 9.5 Tot slot 226 Literatuur 227

8 Wetenschapscommunicatie 10 Op de werkvloer 229 Caroline Wehrmann en Arend Jan Waarlo Leerdoelen 229 10.1 Inleiding 229 10.2 Een waaier van functies en taken 230 10.3 Drie voorbeelden 233 10.4 Bèta-achtergrond? 240 10.5 Competenties 241 10.6 Professionaliseren 244 Literatuur 251 Trefwoordenregister 253 Over de auteurs 259

I nleiding Liesbeth de Bakker, Frans van Dam en Anne M. Dijkstra Een nanotechnoloog die blogt over zijn vakgebied, een campaigner die zijn zorgen uit over biotechnologie in de landbouw, brugklassers die een bezoek brengen aan een science centre, burgers die discussiëren over de voor- en nadelen van nieuwe ICT, bedrijven die nieuwe technologische hoogstandjes ontwikkelen; ze hebben gemeenschappelijk dat ze communiceren over wetenschap en technologie. De een wil leren, de ander zoekt draagvlak voor zijn onderzoek of probeert politiek en beleid te beïnvloeden. Veel mensen communiceren om uiteenlopende redenen over wetenschap of technologie: in hun dagelijks leven, op school of in verband met hun beroep. Wetenschapscommunicatie ook wetenschaps- en technologiecommunicatie (wtc) genoemd is de afgelopen decennia van een veelzijdige activiteit uitgegroeid tot een volwaardig vakgebied en breed werkveld met een grote diversiteit aan professionals, publieken en doelen. De dynamische interactie tussen wetenschap, technologie en maatschappij is het waard om te bestuderen en vormt voor velen een aantrekkelijk werkveld. Vandaar dat vanaf 2003 aan verschillende universiteiten in Nederland masterstudies ontstonden die zich richten op wetenschapscommunicatie. Omdat het vakgebied complex is en gevoed wordt door vele andere disciplines, waaronder de educatie en communicatie, en een actueel (leer)boek over het vakgebied zelf ontbrak, is dit boek ontstaan. Dit boek is bedoeld voor starters in het vakgebied wetenschapscommunicatie. Heb je als (bachelor)student of anderszins interesse in de communicatie over wetenschap en technologie of werk je op dit terrein, dan vind je in dit boek de basiskennis van het brede vakgebied. We belichten in de verschillende hoofdstukken de diversiteit en veelvormigheid van de wetenschapscommunicatie, haar werkveld, beoefenaars en publieken. Zo geven we je inzicht in de basisaspecten die van invloed zijn op de wetenschapscommunicatie en haar ontwikkeling.

12 Wetenschapscommunicatie Wetenschap en technologie zijn verweven met de samenleving. Sterker nog, de moderne mens zou niet kunnen overleven zonder technologie en de wetenschap erachter. Waar zouden we zijn zonder de wasmachine en de mobiele telefoon? Tegelijkertijd kan toepassing van nieuwe kennis ons ook narigheid brengen: atoombommen en milieuvervuiling zijn voor zich sprekende voorbeelden. Wetenschap en technologie zijn namelijk niet neutraal. Onze bedoelingen of motieven zijn aanwezig in de kennis zelf, het gebruik van die kennis en onze communicatie erover. Zo wil een ziekenhuis patiënten goed voorlichten over ziektes en heeft een bedrijf er belang bij dat de technologie die het ontwikkelt, wordt geaccepteerd door de maatschappij. Ook gaat communicatie over wetenschap en technologie niet vanzelf goed. Het is geen toverstokje. Het motief achter een nieuwe publiekswebsite over de ins en outs van nanotechnologie mag nog zo nobel zijn het neutraal informeren van geïnteresseerden over deze nieuwe ontwikkeling, daarmee zal de acceptatie van nanotechnologie onder de bevolking niet vanzelf toenemen. De voorstanders van maatschappelijke controversiële toepassingen, zoals genetisch gemodificeerde voeding, reageren vaak met we moeten ze meer informatie geven, dan volgt de acceptatie vanzelf. Echter, publieksonderzoek laat zien dat meer informatie in dit soort gevallen niet vanzelfsprekend bijdraagt aan acceptatie. Wel weten mensen vaak beter waarom ze voor of tegen een nieuwe technologie zijn wanneer er over maatschappelijke impact van een technologie wordt gesproken. Wie systematisch en effectief over wetenschap wil communiceren, moet dus tal van aspecten in het oog houden. Zo is het van belang om te weten wie er communiceert, wat de boodschap precies is, op welke manier die het beste overgebracht of ontwikkeld kan worden, wie de gesprekspartners zijn en welk effect je wilt bereiken. Het klinkt heel simpel, maar het kost tijd en moeite deze aspecten helder in beeld te krijgen, zeker als het gaat om aan wetenschap en technologie gerelateerde onderwerpen. Nog complexer wordt het wanneer je tweerichtingscommunicatie, ofwel transactie, op gang wilt brengen. Inzicht in de verwevenheid van wetenschap en technologie met onze maatschappij, de mens, en in communicatieprocessen kan daarbij een helpende hand bieden. Vandaar dat de laatste twintig jaar wetenschapscommunicatie is uitgegroeid tot een apart vakgebied, met professionals die zich wetenschapscommunicator noemen en met eigen communicatiemiddelen, aparte evenementen, verenigingen, eigen onderzoek en gespecialiseerde wetenschappelijke tijdschriften.

Inleiding 13 Het vakgebied wordt gevoed door verschillende domeinen ofwel onderzoeksgebieden: het domein van de (natuur)wetenschap en de onderzoeksgebieden van de communicatie, de (bèta-)educatie en de interactie tussen samen leving en wetenschap en technologie. Aspecten van deze vier domeinen vloeien samen in wetenschapscommunicatie. Afhankelijk van welke aspecten dominant zijn, zijn er verschillende werkvelden en professionals ofwel beroepsprofielen te onderscheiden. Zo werkt een educatief medewerker van een dierentuin als Artis op het snijvlak van educatie en communicatie, en put een beleidsadviseur voor wetenschap en technologie vooral kennis uit de deeldomeinen wetenschap en de interactie tussen samenleving en wetenschap en technologie. Als professional kun je verschillende rollen aannemen die afhankelijk zijn van je doel, je doelgroep en wie je bent als persoon. Voor welke waarden sta je? Wil je puur informeren of eigenlijk beïnvloeden? Wil je modereren, kennis vertalen zoals een journalist, of speel je in communicatieprocessen graag de rol van de advocaat van de duivel? Inzicht in je eigen rol én in die van je publieken verheldert wat er gebeurt in communicatieprocessen over wetenschap en technologie. Steeds vaker zien we namelijk dat het publiek niet langer meer de wetenschapper in zijn 1 rol als DE expert accepteert. Het publiek zelf wordt nog vaak gezien als ontvanger van de informatie, maar meer en meer eist het een actieve rol op in het gesprek. Publieken willen meepraten en het liefst op gelijke voet. De discussie over opslag van CO 2 in de grond onder Barendrecht of elders in Nederland is hiervan een illustratie, evenals de onrust in Groningen over verzakte huizen ten gevolge van de aardbevingen door de gaswinning ter plaatse. Ook bezorgde ouders die moeten beslissen of ze hun kind wel of niet laten inenten tegen een nieuwe variant van de griep willen gehoord en serieus genomen worden. Worden betrokkenen niet gezien, mogen ze niet meedoen in de besluitvorming, dan gaan plannen vaak niet door. Onder meer aan de hand van voorbeelden, zoals de inenting tegen het humaan papillomavirus en de publieke discussie over de acceptatie van genetisch gemodificeerd voedsel in Europa, belichten we in dit boek verschillende perspectieven op de wetenschapscommunicatie en laten we vervolgens zien wat de verkregen inzichten betekenen voor professionals. 1 Overal waar in het boek hij of hem is geschreven wordt tegelijkertijd zij of haar bedoeld.

14 Wetenschapscommunicatie Leeswijzer Ruwweg is het boek in drieën te delen. Lees het eerste gedeelte, hoofdstuk 1 tot en met 4, als je vooral de basiskennis wilt verwerven die relevant is voor de wetenschapscommunicatie. Voor de verdieping kun je het beste terecht in deel twee, hoofdstuk 5 tot en met 8, want daar worden vier belangrijke deelgebieden van de wetenschapscommunicatie besproken. Deel drie, hoofdstuk 9 en 10, heeft de meest praktische insteek. Je kunt dat deel het beste lezen als je meteen aan de slag wilt gaan. In het eerste deel leiden we je in vier hoofdstukken door de basis van wetenschaps- en technologiecommunicatie. In hoofdstuk 1 ga je in vogelvlucht door het wtc-veld heen. Hier worden de ontwikkelingen in de wtc gekoppeld aan mondiale trends, zoals die van de opkomst van sociale media en de kennissamenleving. Hoofdstuk 2 gaat in op de verschillende beelden die mensen van wetenschap hebben en wat dat betekent voor de wetenschapscommunicatie. Ook de geloofwaardigheid van wetenschappers komt aan de orde. Hoofdstuk 3 beschrijft de processen van communicatie en in hoofdstuk 4 behandelen we dialoog over en participatie in wetenschap. De vier belangrijke toepassingsgebieden van wtc komen aan de orde in deel twee. Informele wetenschapseducatie, beschreven in hoofdstuk 5, focust op het leren over wetenschap dat spontaan en uit vrije wil plaatsvindt buiten de klaslokalen. In hoofdstuk 6 lees je meer over de wetenschapsjournalistiek, een terrein waarin vanouds veel wtc ers hun brood verdienen en dat, met de komst van nieuwe media, sterk onder druk staat. Communicatie over risico s, behandeld in hoofdstuk 7, heeft een aparte plaats binnen de wtc. Enerzijds kan wetenschap risico s verminderen, anderzijds kan nieuwe technologie nieuwe risico s oproepen. In hoofdstuk 8 over gezondheidscommunicatie ligt het accent op persuasieve communicatie: hoe overtuig je mensen van de noodzaak om gezonder te leven? In deel 3 ten slotte, gaan we aan de slag. Hoofdstuk 9 laat je zien dat er heel wat komt kijken bij het ontwerpen van je communicatiestrategie. In hoofdstuk 10 gaan we de werkvloer op en staan we stil bij de vraag wat de wtc-professional nu precies doet in zijn dagelijkse werk en wat je daarvoor moet kennen, kunnen en willen.

Dit boek geeft je zicht op de belangrijke aspecten die wetenschapscommunicatie beïnvloeden. Gewapend met die kennis kun je makkelijker goede producten en processen ontwikkelen. De uitdaging hierbij is een vruchtbare koppeling te maken tussen theorie en praktijk. Wij wensen je er veel succes mee. Inleiding 15