Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

Competentiekaart Praktijkleren Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Aequor Ede, december 2008 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 1 van 22

30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 2 van 22

Inleiding Als u zich wel eens hebt afgevraagd hoe u een deelnemer binnen het bedrijf beter kunt begeleiden bij het leerproces, dan bieden Competentiekaarten Praktijkleren mogelijk uitkomst. Het is een hulpmiddel om tijdens het leren in de praktijk te gebruiken. Dit document bevat de competentiekaart voor de Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent. De deelnemer voert niet alleen (beroeps)taken uit, maar dient zich ook correct te gedragen naar de klant en de collega s. Dit alles in de dagelijkse beroepssituatie. Welke handelingen en gedragingen belangrijk zijn, hebben wij op een rij gezet. Daarbij kijkt u vooral naar de ontwikkeling van de zogenoemde competenties. U kunt daarvoor de competentiekaart gebruiken en hierop aantekeningen maken. Competentiekaarten zijn gebaseerd op de nieuwe competentiegerichte kwalificatiestructuur, die binnen het scholenveld wordt gebruikt. Binnen deze kwalificatiestructuur zijn kwalificatiedossiers ontwikkeld die de diplomavereisten voor alle reguliere MBO-opleidingen beschrijven. In het stappenplan leest u hoe de kaarten gebruikt kunnen worden. Houd er wel rekening mee dat in de kaarten beschreven wordt wat het gewenste gedrag is aan het einde van de opleiding! Heeft u een extra exemplaar nodig voor een volgende deelnemer dan kunt u deze via onze website www.aequor.nl printen. Ga naar Downloadcentrum en kies competentiekaarten. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 3 van 22

Stappenplan voor de begeleiding van deelnemers 1. start met de leerdoelen Bespreek bij het begin van de stageperiode met de deelnemer wat zijn leerdoelen zijn en hoe hij die denkt waar te maken. Motiveer de deelnemer om zijn ambities waar te maken maar wees wel realistisch. Laat de deelnemer zijn leerdoelen benoemen in Uitwerking deel 1: leerdoelen. Geef de deelnemer een exemplaar en houd er ook een voor uzelf. 2. competenties ontwikkelen Begeleid stap voor stap. Leg de lat na iedere stap wat hoger om een volgend doel te halen. De competentiekaarten in uitwerking deel 2 kunnen u daarbij helpen: ze geven de essentie weer van het hele beroep. Ze gaan uit van kerntaken, onderverdeeld in werkprocessen. Een overzicht van deze kerntaken en werkprocessen vindt u op bladzijde 3. Deze werkprocessen bestaan uit (beschrijvingen van) competenties. Bespreek met de deelnemer en eventueel de begeleider van school aan welk(e) werkproces(sen) (of welke competenties daarbij) hij in een bepaalde periode gaat werken. Geef de deelnemer meerdere malen feedback (minimaal 3 beoordelingsmomenten) bij de diverse werkprocessen. U kunt uw beoordeling kwijt op de competentiekaarten zelf. Moedig de deelnemer aan, help/ondersteun hem indien nodig en geef hem voldoende complimenten als blijk van waardering (al gaat iets nog niet helemaal zoals het moet). Ook verbeterpunten zijn belangrijk om te noemen, maar wees niet te kritisch. Als de deelnemer een werkproces nog onvoldoende beheerst bij een beoordelingsmoment, blijft het een doelstelling voor de volgende periode. Bedenk dat een startende deelnemer nu nog niet op het gewenste niveau is en de ervaring heeft die later verwacht kan worden. De competentiekaarten geven u een algemeen en schematisch beeld van het beroep. De beroepsbeschrijving vindt u op bladzijde 4. Uw eigen bedrijfssituatie kan daar van afwijken. U kunt zo nodig onderwerpen toevoegen of andere accenten leggen. Besteed regelmatig tijd aan de persoonlijke leerdoelen van de deelnemer, zoals vermeld in uitwerking deel 1. 3. beeld over het totaal Kijk steeds na afloop van een periode naar het totale beeld: Hoe ver is de deelnemer? Wat is zijn ontwikkelproces? Voer hierbij een voortgangsgesprek met de deelnemer om uw bevindingen aan de deelnemer duidelijk te maken, almede om de deelnemer zijn ervaringen te laten vertellen. U kunt uw totaalbeeld weergeven in Uitwerking deel 3: beeld over het totaal. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 4 van 22

Begeleiding van deelnemers aan de opleiding tot arbeidsmarktgekwalificeerd assistent (AKA), niveau 1 De doelgroep van de AKA-opleiding De AKA-opleiding is gericht op jongeren die het niet (meer) redden in het reguliere (v)mbo onderwijssysteem. Ze zijn vaak tussen de 16 en 23 jaar. De brochure Het perspectief van AKA: tussen opleiding en werk onderscheidt vijf type deelnemers: 1. De Niet-Kunner; heeft niet de capaciteiten om een diploma niveau 2 te halen 2. De Verhinderde; kampt met complexe persoonlijke problemen* 3. De Zoeker; weet niet goed wat hij wil wat betreft opleiding* 4. De Anders-kiezer; wil graag werken i.p.v. leren* 5. De Herstarter; is 23 jaar of ouder en maakt een nieuwe start* (vaak een reïntegratietraject) * maar heeft wel de capaciteiten op een diploma op niveau 2 te halen. Ook jongeren met beperkingen zoals autisme, epilepsie, doof-/slechthorendheid, blind- /slechtziendheid en lichamelijke beperkingen kunnen deel uitmaken van de doelgroep. De doelstellingen van de AKA-opleiding Het leren functioneren in een werkomgeving is het uitgangspunt, met vooral aandacht voor gedragsvaardigheden (zoals leren samenwerken, leren met regels omgaan of het krijgen van zelfvertrouwen). Vakinhoudelijke competenties komen op de tweede plaats. De opleiding bestaat uit twee delen: een kerndeel en een deel dat specifiek is voor de uitstroom in een bepaalde richting (in dit geval: voedsel en leefomgeving) Tips voor omgang met een AKA-deelnemer Voordat het praktijkleren begint: Bespreek met deelnemer en begeleider van school wat men van elkaar verwacht om zodoende tot afspraken te komen over: - de inhoud (wat gaat de deelnemer leren en op welke moment?) - de begeleiding (vooral structuur: hoe, en door wie wordt de deelnemer begeleid, op welke momenten, bij wie kan de deelnemer terecht bij vragen of problemen) - de organisatie (huisregels, werktijden, pauzes, werkplek, planning, ziekmelding) Organiseer een moment waarbij u even alleen met de begeleider van school kunt spreken. Vraag de begeleider of er nog zaken zijn waar rekening mee gehouden moet worden (heeft de deelnemer bijvoorbeeld al een specifiek begeleidings- of coachingstraject lopen) en of hij nog tips heeft m.b.t. omgang en aanpak van de deelnemer. Stel alle begeleiders of collega s waar de deelnemer mee te maken krijgt ook op de hoogte van de gemaakte afspraken. Tijdens het praktijkleren: Zorg in het begin dat de deelnemer handelingen onder begeleiding en/of toezicht uitvoert, zodat de deelnemer in eigen tempo de handelingen eigen kan maken zonder zichzelf direct verantwoordelijk te voelen. Geef de deelnemer duidelijke, eenduidige en beknopte instructies en check ook regelmatig of de deelnemer het begrijpt (zie je het terug in zijn handelen?). Bouw moeilijkere opdrachten langzaam op. Zorg voor een vast dagelijks ritme, dat helpt dit type deelnemer om zich thuis te voelen, zichzelf zeker te voelen en gedrag aan te leren. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 5 van 22

Evalueer tussentijds regelmatig met de begeleider van school en stel elkaar op de hoogte als u iets hoort over/van de deelnemer of iets ziet aan de deelnemer wat aandacht behoeft en waar de ander ook bij gebaat is. Feedback geven aan de AKA-deelnemer Feedback is een terugkoppeling aan iemand over de manier waarop hij heeft gehandeld; je kunt er positief over zijn (als je vindt dat de ander juist heeft gehandeld), of je kunt er niet positief over zijn (als je vindt dat je ander niet juist heeft gehandeld of dat de manier van handelen nog verbeterd kan worden). De kunst is, als je niet positief bent over iemands gedrag, om het op een effectieve en tactvolle wijze te benoemen naar de ander en er weloverwogen mee om te gaan. Hieronder is opgenomen wat je beter wel en beter niet kan doen in zo n situatie. WEL DOEN: Bespreek het ongewenste gedrag tijdig: tijdens of vrij kort na de situatie waarin het gedrag zich voordeed. Handig is daarbij: de methode MC feedback burger - Beginnen met een positieve opmerking - Verdergaan met een verbeterpunt - Afsluiten met een positieve opmerking Op die manier zit de feedback verpakt (net als de hamburger in een broodje) en leg je de nadruk op datgene wat de deelnemer al wél goed doet. Neem de deelnemer mee naar een aparte ruimte. Dat is veiliger dan de werkplek, waar klanten of collega s bij zijn. Spreek in de ik-vorm: ik zie dat jij Neem Feiten als uitgangpunt. > Ik zie dat jij je teruggetrokken opstelt. > Ik merk dat je vaak te laat komt. Geef duidelijk aan wat je vindt, waarom je dat vindt en hoe het beter kan. Laat de deelnemer in zijn waarde en geef hem de ruimte om te reageren. Luister goed en vraag indien nodig door om erachter te komen wat de gedachte of het gevoel van de deelnemer is. Geef de deelnemer de tijd om van fouten te leren. Kom samen met de deelnemer tot afspraken over hoe hij gaat werken aan verbetering. Ga na of de deelnemer heeft begrepen dat zijn gedrag niet wenselijk was, waarom niet en hoe hij het in het vervolg beter kan doen. NIET DOEN: Reageer niet (te snel) vanuit boosheid, ergernis of teleurstelling. De deelnemer kan dan schrikken, boos worden, onzeker worden of zichzelf schuldig gaan voelen. Ga niet zelf interpreteren: > Ik zie dat jij niet durft. > Ik merk dat jij geen moeite doet op tijd te komen. (Misschien heeft de deelnemer wel een andere reden om iets niet te doen of te laat te komen.) Probeer de deelnemer niet als persoon te veranderen (i.p.v. zijn gedrag) Geef niet teveel feedback tegelijk aan de deelnemer; deze deelnemers hebben al vaak al de nodige negatieve ervaringen achter de rug. Bouw feedback daarom langzaam op. Wees niet dwingend naar de deelnemer en dring hem niets op; Dit kan de deelnemer tegen gaan staan, waardoor hij zijn motivatie kan verliezen. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 6 van 22

Communicatie met de AKA-deelnemer Geef niet teveel informatie in één keer. Maak korte duidelijke zinnen. Gebruik geen moeilijke woorden. Check of de deelnemer heeft begrepen wat u bedoelt. Let goed op de non-verbale reactie van de deelnemer. Visualiseer indien nodig en mogelijk met plaatjes of symbolen of teken dingen uit. Indien de deelnemer onvoldoende Nederlands basisonderwijs heeft gehad: Realiseer dat de deelnemer vaak wel dingen begrijpt, maar niet op hetzelfde niveau terug kan spreken. Pas uw taalgebruik niet aan het incorrecte/kromme taalgebruik van de deelnemer. Ga niet overdreven kinderlijk/simplistisch praten. Articuleer duidelijk en spreek langzaam. Ga echter niet harder praten. Motiveren van de AKA-deelnemer Iedereen heeft behoefte aan aandacht en erkenning, ook de deelnemer. Als u de deelnemer niet erkent, zal dat zijn inzet negatief beïnvloeden met als gevolg dat de deelnemer niet het maximale uit zichzelf kan halen en mogelijk een negatieve werk- en leerhouding ontwikkelt. Bovendien kan u op die manier ook niet het maximale uit de deelnemer halen. Tips om te motiveren: Probeer een leuke band/leuk contact met de deelnemer op te bouwen; Toon bijvoorbeeld belangstelling voor de leefwereld en interesses van de deelnemer en maak zo nu en dan een leuk praatje; Geef de deelnemer een volwaardige plaats in het team. Betrek hem bijvoorbeeld bij werkoverleg en sociale activiteiten (zoals uitjes of etentjes). Ga uit van een positieve bedoeling van de deelnemer (ook bij ongewenst gedrag) en laat de deelnemer weten dat u iets aan hem heeft. Stel samen met de deelnemer haalbare doelstellingen op (leg de lat niet te hoog). Laat zien dat u vertrouwen heeft in de deelnemer. Geef hem eigen taken en verantwoordelijkheden (op zijn niveau). Zoek samen met de deelnemer naar hindernissen en benoem het concreet; Waarom lukt iets (nog) niet. Laat de deelnemer zoveel mogelijk het werk doen waar hij plezier in heeft en waar hij goed is in. Zoek eventueel passende hulpmiddelen voor de deelnemer en sluit dit met hem kort. Blijf de deelnemer steunen, stimuleren in de uitvoering. Als het niet lukt help je. Die hulp kun je in de loop van de tijd af gaan bouwen. Laat de deelnemer ervaren dat fouten maken niet erg is; eigenlijk zelfs heel normaal. Laat merken dat het belangrijk is om (beide) geduld te hebben. Maak complimenten of beloon de deelnemer als iets goed gaat of beter gaat. Laat datgene wat de deelnemers pas heeft geleerd, vaak herhalen. Op die manier kan het automatisme worden en krijgt de deelnemer zelfvertrouwen. Maak collega s er ook op attent om de deelnemer te motiveren, te complimenteren en daar waar nodig (extra) te helpen. Meer informatie Informeer bij uw bedrijfsadviseur maar mogelijkheden voor cursussen over de opleiden van deelnemers (in het algemeen of m.b.t. een bepaalde type deelnemer), als u daar behoefte aan heeft. Of kijk op www.kenniscentrumcrossover.nl onder de map werk en handicap voor informatie over diverse beperkingen van jongeren en de invloed daarvan op het kunnen uitvoeren ven werkzaamheden. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 7 van 22

Overzicht kerntaken en werkprocessen Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Legenda: K1: Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Kerntaak Werkproces K1 Kerntaak 1: Assisteert bij eenvoudige uitvoerende werkzaamheden in een arbeidsorganisatie 1.1 Bereidt de werkzaamheden voor en verdeelt deze in stappen 1.2 Voert de werkzaamheden uit x 1.3 Evalueert en bespreekt de uitvoering en het resultaat van zijn werkzaamheden 1.4 Rondt de werkzaamheden af x x x Voor meer informatie kijk op: www.kwalificatiesmbo.nl Klik op kwalificatiedossier Klik op cohort 2008-2009 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 8 van 22

Beroepsbeschrijving Er zijn vier contexten voor de arbeidsmarktgekwalificeerd assistent: Economie en Handel Voedsel en Leefomgeving Techniek Zorg en Welzijn De context Voedsel en Leefomgeving De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent in de dierverzorging is werkzaam in diverse omgevingen waar dieren zijn gehuisvest, zoals kinderboerderijen, asiels, dierenpensions, kennels, dierenparken, veehouderijbedrijven, paardenhouderij- en paardensportbedrijven en dierenspeciaalzaken. De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent in de groene detailhandel is onder andere werkzaam in de ambulante handel, bloemendetailhandel, bloemengroothandel of het tuincentrum. De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent in natuur en leefomgeving is onder andere werkzaam binnen een hoveniersbedrijf of de groenvoorziening, bos- en natuurbeheer, land, water en milieutechniek of binnen een (groentechnisch) recreatiebedrijf. De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent in de plantenteelt is werkzaam in de primaire sector op een arbeidsintensief plantenteeltbedrijf. De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent in de voedingsindustrie is werkzaam in grote, middelgrote of kleine ondernemingen in de voedingsindustrie of vleesbranche. De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent heeft een uitvoerende en assisterende rol. Hij voert zijn werkzaamheden uit onder toezicht, eindverantwoordelijkheid en begeleiding van zijn leidinggevende en/of ervaren collega( s). De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. De uitvoering van de werkzaamheden vraagt van de arbeidsmarktgekwalificeerd assistent toepassing van standaardprocedures. Hij moet opdrachten binnen de gestelde tijd en van de gewenste kwaliteit uitvoeren. Hij moet zichzelf motiveren om de werkzaamheden met een constante kwaliteit uit te voeren. Bij afwijkingen in de werkzaamheden zal de arbeidsmarktgekwalificeerd assistent begeleid worden. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 9 van 22

30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 10 van 22

Uitwerking Deel 1. Persoonlijke leerdoelen Deel 2. Competentiekaart Deel 3. Beeld over het totaal 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 11 van 22

30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 12 van 22

Deel 1. Persoonlijke leerdoelen Op deze pagina kunt u samen met de deelnemer opschrijven wat de deelnemer op uw bedrijf goed wil oefenen en leren beheersen. Het kan gaan om onderwerpen waarmee de deelnemer nog wat moeite heeft of onderwerpen die heel belangrijk zijn. Het is goed voor uzelf en voor de deelnemer om te weten waar de deelnemer aan wil werken en waar zijn interesse ligt. Iedere keer als u met de deelnemer een leerdoel hebt besproken kunt u uw paraaf zetten. Leerdoelen van: Datum 1 Datum 2 Datum 3 Ik wil tijdens deze praktijkperiode werken aan. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 13 van 22

30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 14 van 22

Deel 2. Competentiekaart 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 15 van 22

Kerntaak 1 Kerntaak 1 Assisteert bij eenvoudige uitvoerende werkzaamheden in een arbeidsorganisatie Werkproces 1.1 Bereidt de werkzaamheden voor en verdeelt deze in stappen Omschrijving: De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent ontvangt van de leidinggevende/ervaren collega gerichte opdrachten en/of werkinstructies om te assisteren bij eenvoudige uitvoerende werkzaamheden. Hij luistert actief naar de leidinggevende/ervaren collega die met hem bespreekt welke werkzaamheden uitgevoerd gaan worden en de criteria waaraan het werkresultaat moet voldoen. Indien hij meer informatie nodig heeft dan vraagt hij door, en/of schakelt hulp in en/of leest relevante informatie. Hij gaat na wanneer, hoe en waarmee zijn werkzaamheden starten en wanneer die werkzaamheden klaar zijn. Hij kiest op basis van prioriteiten een volgorde voor zijn eigen werkzaamheden. Hij stemt dit met de leidinggevende/ervaren collega af. Hij verzamelt op een zorgvuldige wijze de benodigde materialen en (hulp)middelen, controleert deze op de standaardeisen en vult de (eventueel) vereiste documenten in. Bij onvoorziene omstandigheden en/of (vermoedelijke) problemen informeert/waarschuwt hij de leidinggevende/ ervaren collega. Beheersingscriteria Datum 1 Datum 2 Datum 3 Hij toont bereidheid om instructies en aanwijzingen van de leidinggevende/ervaren collega op te volgen, zodat de werkzaamheden volgens regels en procedures worden voorbereid. Hij verzamelt op een voorgeschreven wijze materialen en (hulp)middelen die geschikt zijn voor het uitvoeren van de werkzaamheden, zodat met de materialen en middelen verantwoord wordt omgegaan en dat deze heel blijven. Hij accepteert dat werkzaamheden kunnen veranderen, kan flexibel omgaan met wisselende of nieuwe werkomgevingen en/of wisselende of nieuwe opdrachten en richt zich op het uit te voeren werk, zodat hij zich in zo kort mogelijke tijd optimaal kan motiveren voor de voorbereiding. Hij plant op basis van instructies, afspraken en prioriteiten een logische volgorde voor zijn werkzaamheden, zodat duidelijk is wanneer hij welke werkzaamheden gaat uitvoeren. Hij overlegt met de leidinggevende/ervaren collega over de te verrichten werkzaamheden en vraagt om verduidelijking of hulp wanneer hij de opdracht/instructie niet begrijpt, zodat hij weet wat hij moet gaan doen en hoe hij dit moet gaan doen. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 16 van 22

Feedback Datum 1 Datum 2 Datum 3 Complimenten Verbeterpunten 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 17 van 22

Werkproces 1.2 Voert de werkzaamheden uit Omschrijving: De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent voert eenvoudige werkzaamheden uit. Wanneer hij tijdens het uitvoeren van zijn werk ergens over twijfelt, iets onduidelijk is of als het werk anders verloopt dan hij had gepland, dan bespreekt hij dit met zijn collega of met de leidinggevende. Hij legt duidelijk uit wat ten opzichte van de procedure en de bedoeling het probleem is of wat onduidelijk is en draagt eventueel zelf een oplossing aan. Soms werkt hij samen met een collega. In dat geval stemt hij de verdeling van de werkzaamheden met zijn collega af. Hij informeert de leidinggevende volgens afspraak na een afgeronde werkprocesstap. Beheersingscriteria Datum 1 Datum 2 Datum 3 Hij schenkt aandacht aan anderen en doet moeite om anderen te begrijpen, zodat hij in zijn werk daarmee rekening kan houden en erop kan reageren, zijn werk op de juiste wijze kan uitvoeren en een goede verstandhouding met collega s opbouwt. Hij werkt volgens instructies van de leidinggevende/ ervaren collega ordelijk en volgt gedisciplineerd instructies, afspraken, planning en bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften op om te voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. Hij werkt met materialen en (hulp)middelen die geschikt zijn voor het uitvoeren van de werkzaamheden, zodat de materialen en middelen niet stuk gaan, er zo min mogelijk wordt verspild, middelen gedurende de verwachte levensduur te gebruiken zijn en het werk veilig wordt uitgevoerd. Hij accepteert dat werkzaamheden kunnen veranderen, kan flexibel omgaan met wisselende werkomgevingen en/of wisselende of aangepaste opdrachten en richt zich op het uit te voeren werk, zodat hij zich in zo kort mogelijke tijd optimaal kan motiveren om de werkzaamheden uit te voeren. Hij helpt de klant (intern, extern, cliënt, opdrachtgever) zoveel mogelijk binnen zijn verantwoordelijkheid. Hij vraagt tijdig extra verduidelijking, tips en hulp van collega s, zodat hij zijn werk volgens (bedrijfs-) procedures en in een vlot tempo kan uitvoeren. Daarnaast heeft hij inzicht in de werkzaamheden van collega s en past zich daarop aan door hulp te bieden, als hem dat gevraagd wordt. 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 18 van 22

Hij gebruikt passende lichamelijke kracht, snelheid, precisie, coördinatie, heeft uithoudingsvermogen en hanteert hierbij de passende methodiek en/of techniek. Feedback Datum 1 Datum 2 Datum 3 Complimenten Verbeterpunten 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 19 van 22

Werkproces 1.3 Evalueert en bespreekt de uitvoering en het resultaat van zijn werkzaamheden Omschrijving: De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent evalueert met de leidinggevende/ervaren collega het proces, het tussentijdse resultaat en het eindresultaat van zijn werkzaamheden aan de hand van voorschriften en gemaakte afspraken. Zo nodig past hij de volgorde van de werkzaamheden en/of de wijze van werken aan. Beheersingscriteria Datum 1 Datum 2 Datum 3 Hij neemt de ontvangen feedback van de leidinggevende/ collega s ter harte, geeft aan de leidinggevende/ervaren collega aan wat hij zal aanpassen, zodat zijn beroepshouding en de kwaliteit van het werk verbetert. Hij bespreekt met zijn leidinggevende/ervaren collega tijdig en met regelmaat de uitgevoerde werkzaamheden waarin hij duidelijk zijn mening geeft en eventuele problemen kenbaar maakt, zodat de leidinggevende/ervaren collega op de hoogte is van stand van zaken en hij zich kan ontwikkelen. Feedback Datum 1 Datum 2 Datum 3 Complimenten Verbeterpunten 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 20 van 22

Werkproces 1.4 Rondt de werkzaamheden af Omschrijving: De arbeidsmarktgekwalificeerd assistent ruimt na afloop van de werkzaamheden conform voorschriften en huisregels de werkplek, inclusief het materieel en de materialen, op. Indien van toepassing maakt hij schoon. Op eigen initiatief meldt hij aan de leidinggevende/ervaren collega de afronding van de opdracht/werkzaamheden, de eventuele onvolkomenheden en dat hij aan nieuwe werkzaamheden kan beginnen. Beheersingscriteria Datum 1 Datum 2 Datum 3 Hij ruimt op en maakt schoon waarbij hij gedisciplineerd instructies, aanwijzingen en bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften opvolgt om fouten te voorkomen en risico s te beperken. Hij maakt de werkplek vrij van restanten en afval waarbij hij materialen en (hulp)middelen veilig opbergt, zodat de werkplek schoon en veilig is en de materialen en middelen een volgende keer gebruikt kunnen worden. Hij meldt uit zichzelf aan de leidinggevende/ ervaren collega dat de opdracht/werkzaamheden klaar zijn en informeert over eventuele bevindingen, zodat de leidinggevende/ervaren collega op de hoogte is van afgeronde werkzaamheden. Feedback Datum 1 Datum 2 Datum 3 Complimenten Verbeterpunten 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 21 van 22

Deel 3. Beeld over het totaal Wat is uw algemene indruk van de deelnemer t.a.v. het uitoefenen van het (gehele) beroep? Naast uw indruk m.b.t. het beheersen van (een aantal) van de zojuist geschetste werkprocessen die het beroep kenmerken, kunt u in uw oordeel meenemen in hoeverre een deelnemer rekening kan houden met bepaalde omstandigheden. De Assistent staat voor de opgave om tijdens de uitvoering van zijn werkzaamheden rekening te houden met de volgende omstandigheden: als zich een probleem voordoet, moet hij beslissen of hij het probleem zelf kan oplossen of dat hij moet overleggen met zijn collega; als het werk minder interessant is, moet hij een afweging maken tussen het bedrijfsbelang en zijn eigen belang. Hij moet zichzelf motiveren om de opdracht toch uit te voeren binnen de gestelde tijd en met de gewenste kwaliteit; hij moet ermee om kunnen gaan dat iemand anders zijn werkzaamheden bepaalt en de prioriteiten vaststelt; als de veiligheid of de kwaliteit van de werkzaamheden door zijn handelen of door een ander in het gedrang komt, moet hij een keuze maken dit te melden of het voor zich te houden; hij moet zich flexibel opstellen als een collega vraagt om tussendoor even een andere klus te doen. Datum 1: Datum 2: Datum 3: 30 mei 2013 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent cohort 2008-2009 pagina 22 van 22