Functiewijzer Domotica voor een bestaand zorgcentrum Transformatie naar kern PGzorg met zwevende zorgwoningen voor PG-zorg als satellieten



Vergelijkbare documenten
Functiewijzer Domotica voor een bestaand zorgcentrum Transformatie naar kern PGzorg met zwevende zorgwoningen voor PG-zorg als satellieten

Functiewijzer Domotica voor dementiezorg

Functiewijzer Domotica voor dementiezorg

Functiewijzer Domotica in het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie

ehealth en sensortechnologie Johan van der Leeuw Senior adviseur zorgtechnologie Vilans, Kenniscentrum Langdurende Zorg

Functiewijzer Domotica voor somatische zorg

Domotica voor Korsakov. Korsakov Kenniscentrum 12 juni Johan van der Leeuw Vilans, Kenniscentrum Langdurende Zorg

Implementatie van Ambient Intelligent Technology / slimme zorgtechnologie in Nederland

Kleinschalig wonen met domotica Matchmaking Event. 4 augustus 2009 Johan van Dijkhuizen

State of the art zorgdomotica

Functiewijzer Domotica/zorg op afstand voor thuiswonende mensen met dementie

Functiewijzer Domotica voor de intramurale dementiezorg Versie 3.0 November 2017

Verslag bezoek 12 maart demonstratiewoning domotica Zorgpalet Baarn-Soest

Technologie voor mensen met dementie in groepswoningen

Presentatie gebruikerservaringen met domotica(klassiek en SOS) in De Enk Marian Kors, 17 Maart 2015

Notitie scheiden van wonen en zorg Kenmerk 13s043

Een gezonde zorgexploitatie van uw woonzorglocatie. Jacqueline van Ginneken Bureau Ouderenzorg. drs. J.H.M. van Ginneken 7 juni 2011

Gewoon een veilig gevoel.

Carinova. Woonzorg. Vertrouwd dichtbij.

Zorg op Afstand bij Dementerenden

Technologie voor mensen met dementie Leefstijlmonitoring. Johan van der Leeuw Vilans, Kenniscentrum Langdurende Zorg

Functiewijzer domotica/zorg op afstand voor zelfstandig wonende ouderen

Meeuwen, R. van. Geachte mevrouw/mijnheer,

Ontwikkelingen in de markt en de technologie voor bewaking en alarmering van ouderen en mensen met beperkingen

STANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING

In- en exclusiecriteria voor cliënten Schutse Zorg Tholen

In en exclusiecriteria

5 % VERSTORING 26 BEZOEKEN 80% TIJD. 17 x MINDER CLIËNTEN IN PLAATS VAN PER NACHT EVENTS PER NACHT INTERVENTIES ALARMEN

Scheiden van wonen en zorg

Innovatieve zorgpakketten

5 % VERSTORING 26 BEZOEKEN 80% TIJD. 17 x MINDER BEWONERS

Intramurale Zorg. Gastvrij - Aandacht - Vertrouwen - Eerbied

wonen met zorg vanuit een nieuw perspectief

Oplossingen voor het sleutelprobleem in de zorg

Onderzoek in uitvoering. Wieke Bockstael Pauline Mourits

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over de gevolgen van extramuralisering voor zorgaanbieders (2013Z05339).

Praktijkvoorbeeld. Pagina 1 van 5

Woonzorgconcepten. Over huisvestingsconcepten, zorgconcepten en financieringsvarianten. drs. J.H.M. van Ginneken 30 november 2016

WONEN PLUS ZORG AAN HUIS HOGE VEER RIVIERZICHT HOGE VEER COMPLEX HET HOGE VEER

Scheiden van wonen en zorg

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 13 november 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Gevolgen van het regeerakkoord voor de zorg Herman Klein Tiessink

Kleinschalig Wonen met Domotica: Evaluatie

Producten overzicht van Antroz antroposofische ouderenzorg. ten behoeve van de woon-/zorglocaties. Huize Valckenbosch en het Leendert Meeshuis

AANBOD ZORGARRANGEMENTEN OP DE VERPLEEGAFDELING.

HOF VAN BATENSTEIN WONEN MET ZORG

Extramuraliseren lichte ZZP s

Transities in de langdurende zorg. Lizette de Laat Rens de Haas

Overgangsrecht van AWBZ cliënten en beleid Versie december 2014

Basisarrangement 10. Beschermd verblijf met intensieve palliatief-terminale zorg CIZ-indicatie: zorgzwaartepakket 10 (ZZP VV10)

TINZ START PROJECT MET NIEUWE TECHNOLOGIE OM ALLEENWONENDE MENSEN MET DEMENTIE EN HUN MANTELZORGERS TE ONDERSTEUNEN

Rapport sluiting verzorgingshuizen

I Q M E S S E N G E R N O V E M B E R Whitepaper VALKENHOF IMPLEMENTEERT SLIMME SENSORTECHNOLOGIE

ZZP-Productenboek Verzorging en Verpleging

Memo Wonen en Zorg Scholeneiland Bunnik Inleiding

Basisarrangement 3. Beschut wonen met begeleiding en intensieve verzorging CIZ-indicatie: zorgzwaartepakket 3 (ZZP VV3)

Zorgcontractering AWBZ 2015 Zorgkantoor Utrecht

Leo Polak, Amsterdam. Assen, 24 april 2008

1. Alle dagbesteding inclusief vervoer gaat naar de gemeente (Wmo en Jeugdwet). Ook de dagbesteding van cliënten met een hoog zzp.

Zetacom Zorgconcept. Een totaalconcept voor communicatie. Juni Zorgsystemen. zetacom.nl

Intramurale Zorg. Gastvrij - Aandacht - Vertrouwen - Eerbied

Verpleeghuiszorg voor mensen met dementie

Openbare zienswijze. Concentratie. Stichting Lentis Prof. dr. G. Heymansstichting

- 9 JULI I~~ Cj. De extramuralisering versnelt. De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer \dir/cb. Geachte heer, mevrouw,

DC thema Wijzigingen. 1 Inleiding. 2 De AWBZ

ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT)

Slimme zorgtechnologie bij Coloriet. Een verslag van 2 pilots - deel van het rapport met betrekking tot het SOS systeem van OpenXS

Technologie voor thuiswonende mensen met dementie

Veranderingen in de zorg

ZLP-> ZZP s en Cliëntagenda s

Welkom! André Vermaas. Workshop Ruimtelijke Ordening :27. Informatie of wensen: 1

Maatschappelijke kosten-baten analyse voor implementatie van het UAS bewakingssysteem bij een zorgorganisatie

Zetacom Zorgconcept. Een totaalconcept voor communicatie. Juni Zorgsystemen. zetacom.nl

SmarterCare White Paper

Kennismaking met Woonzorgcentrum

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

Strategisch samenwerken wonen, welzijn, zorg Tympaan 30 september

Even voorstellen: Peter Eggens WELKOM

Niko Projects: uw partner voor intelligente gebouwen, van comfort tot zorg

Memo. Datum : 25 mei 2010 Aan : Gemeente Hellevoetsluis Van : Careyn en Maasdelta Betreft : Wijzigingen Vliedberg

Basisarrangement 5. Beschermd wonen met intensieve dementiezorg CIZ-indicatie: zorgzwaartepakket 5 (ZZP VV5) Voor elkaar WoonZorgcentra Haaglanden

Zorgzwaartepakket- en productenoverzicht. Stichting Antroz. Woonzorglocaties Huize Valckenbosch en Leendert Meeshuis

Intelligent waarnemen Geautomatiseerd herkennen van gedrag en incidenten

Jacintha Engelhart Manager Zorg aan huis en Dagcentra. Zorgpalet Baarn-Soest

Zorgzwaartepakketten Sector V&V

69 Zorgzwaartepakketten

PRODUCTENBOEK September 2012

Sociaal plan voor cliënten Spelregels bij veranderingen herontwerp

BESCHERMD WONEN MET ZEER INTENSIEVE ZORG, VANWEGE SPECIFIEKE AANDOENINGEN, MET DE NADRUK OP BEGELEIDING (voorheen ZZP 7)

!7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG

Inhoudsopgave Wet langdurige zorg... 2 De huisarts en de WLZ... 6

Evaluatieonderzoek van het UAS-project van Zorgpalet Baarn-Soest, Zorg aan huis. Eindrapportage. Vilans in samenwerking met Hogeschool Utrecht

!7": ZORG 6ERPLEGING EN 6ERZORGING

Wonen in De IJsvogel

Zorgpact Teylingen

Zorg in vrijheid. Vrijheidsbeperkende maatregelen Informatie over beleid Voor cliënten en familie. Versie 4

BESCHERMD WONEN MET INTENSIEVE DEMENTIEZORG (voorheen ZZP 5) GEBRUIKERSINFORMATIE ZORGPROFIELEN V&V PROTEION

ZORGSERVICE MELDKAMER

Wijzer in de Zorg Referentieprojecten

Programma. Voorbereiding. We willen de brandveiligheid binnen ons bezit verbeteren. Welke gebouwen bezitten we eigenlijk? Waar starten we?

Transcriptie:

Functiewijzer Domotica voor een bestaand zorgcentrum Transformatie naar kern PGzorg met zwevende zorgwoningen voor PG-zorg als satellieten Informatie voor de werkgroep die het Functioneel programma van eisen opstelt Versie 1.0 Johan van der Leeuw Postbus 8228, 3503 RE Utrecht Telefoon: 06-22810656, e-mail: j.vanderleeuw@vilans.nl Website: www.vilans.nl Utrecht, februari 2013

Colofon Auteur: Johan van der Leeuw Deze functiewijzer is tot stand gekomen in co-creatie met een werkgroep van de zorgorganisatie Savant te Helmond. Voor één locatie is tevens een business case opgesteld. Datum: februari 2013 Over Vilans Vilans ontwikkelt en verspreidt praktisch toepasbare kennis en informatie. Hiermee kunnen aanbieders in de zorg, welzijn en wonen hun diensten goed afstemmen op de vraag van cliënten en de kwaliteit van hun aanbod verhogen en bewaken. Tegelijkertijd wil Vilans bereiken dat cliënten en hun naasten in staat zijn om hun vraag en behoefte duidelijk te maken, te kijken wat hun eigen mogelijkheden zijn en de weg te vinden naar het best passende aanbod. Kennis delen tussen consumenten en aanbieders is nodig om vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen. Vilans heeft een integrale visie op zorg, wonen en welzijn en wil vanuit die visie alle betrokkenen partijen verbinden. Het beoogde eindresultaat hiervan is dat de kwaliteit van leven van kwetsbare ouderen en mensen met een beperking of chronische ziekte verbetert en dat zij zo goed mogelijk kunnen deelnemen aan de samenleving. 2013 Vilans Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotografie, microfilm of op enig andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.

Nota bene: SYSTEEMWIJZER & BUSINESS CASE Alleen bij deze functiewijzer in de reeks functiewijzers domotica hoort een systeemwijzer en een business case. Wat betreft de systeemwijzer: Er zijn momenteel nog maar een beperkt aantal domoticasystemen waarmee de beschreven functies voor de PG-afdeling én voor de omliggende woningen/plaatsen gerealiseerd kunnen worden. Bovendien is een bepaald type oplossing aan strikte voorwaarden verbonden. De systeemwijzer beschrijft de voor- en nadelen van de beschikbare systemen en zet deze tegen elkaar af. De systeemwijzer is niet op een openbare website beschikbaar vanwege de bedrijfsgevoelige informatie. Het document is in ieder geval wel beschikbaar via www.domoticawonenzorg.nl, het deel van de website dat voor abonnees van de Kenniscirkel Domotica voor Wonen en Zorg/Zorg op afstand toegankelijk is. De business case zet voor een bepaalde voorbeeldlocatie de (maatschappelijke) opbrengsten van het concept zoals beschreven in hoofdstuk 2 af tegen de kosten. Het gaat dan om zowel de kosten van de zorg als om de kosten van de technologie. Wat betreft de technologie worden de kosten van de verschillende opties uit de systeemwijzer tegenover elkaar en tegenover de opbrengsten gezet. Omdat ook dit document bedrijfsgevoelige informatie bevat in de vorm van een kostenvergelijking tussen de verschillende opties komt dit document beschikbaar via de website van het Kenniscirkel Domotica voor Wonen en Zorg, het deel dat alleen toegankelijk is voor abonnees.

Inhoud Nota bene: SYSTEEMWIJZER & BUSINESS CASE...3 1.Inleiding...5 1.1 De functiewijzer als instrument voor de domoticawerkgroep....6 1.2 Leeswijzer...6 1.3 Meer informatie en vragen...7 2. Concept transformatie van bestaand zorgcentrum naar PG-kern met zwevende zorgwoningen als satellieten...8 2.1 Waarom deze transformatie?...8 2.2 Het concept...9 2.3 In relatie tot ZZP 4...9 3.Functiegroepen domotica PG-afdeling... 11 3.1 Inleiding... 11 3.2 Aanzet en samenvattend overzicht... 11 4.PG-afdeling: De functies nader uitgewerkt... 16 4.1 Groep 1. Bewakingsfuncties op mogelijke noodsituaties s nachts en overdag... 16 4.1.1 Functie 1a. Opsta-alarmering (uitbedmelding)... 16 4.1.2 Functie 1b. Verlaten kamer-melding... 20 4.1.3 Functie 1c Mogelijkheid tot plaatsing van zorgoproep, niet standaard... 21 4.1.4 Functie 1e. Verificatie van de situatie via cameratechnologie en de mogelijkheid tot video-observatie... 22 4.1.5 Functie 2. Permanente bewaking toiletten (dag en nacht)... 23 4.1.6 Functie 3. Cameratoezicht in de huiskamer (overdag)... 24 4.1.7 Functie 4. Bewaking van bewoner overdag, s avonds en s nachts in zijn woon-/slaapvertrek... 24 4.2 Groep 2. Preventie en detectie op dwalen bij dementie... 25 4.2.1. Functie 5. Bij bewoners met expliciet wegloopgedrag: gesloten houden van strategische deur(en) en melding... 25 4.3. Groep 3. Functies omtrent licht... 28 4.3.1. Functie 6. Voldoende licht alleen bij (ver)nieuwbouw... 28 4.3.2 Functie 7. Automatische verlichting in de badkamer en toiletruimtes 29 4.3.3 Functie 8. Nachtoriëntatieverlichting met melding als de bewoner niet binnen een bepaald tijdsbestek terug in bed is... 29 4.3.4 Functie 9. Biologische klok stimulerende verlichting... 30 4.4 Groep 4. Algemeen... 31 4.4.1 Functie 10. Mogelijkheid tot nood-/assistentieoproep door het zorgpersoneel... 31 4.4.2 Functie 11. Doormelding naar zorgpersoneel van brandmelding... 32 4.4.3 Functie 12. Toegangscontrole op de buitendeuren en videodeurtelefonie... 32 4.4.4 Functie 13. Interne toegangscontrole... 32 4.4.5. Functie 14. Afgesloten kast op de kamer met materiaal en medicatie voor de cliënt, alleen toegankelijk voor de zorgmedewerker met een pasje/tag... 33 4.4.6 Functie 15. Centrale bediening zonneschermen... 33 5.Zwevende zorgwoningen als satellieten van de PG-afdeling... 35 5.1 Inleiding... 35 5.2 Overzicht functies zowel voor de PG-afdeling als voor de satellietwoningen... 35 VILANS 11-03-2013 / Toolkit Zorg met ICT onderdeel: functiewijzer domotica in het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie

5.3 Functies die wijzigen voor de satellietwoningen... 37 5.3.1. Functie 5 dwaaldetectie en eventueel lokalisatie... 37 5.3.2. Functie 13 Interne toegangscontrole... 38 5.4 Groep 5: Functie voor alleen de satellietwoningen... 39 6.Bedieningsscherm... 41 7.Technische opzet in hoofdlijnen... 43 7.1 Algemeen... 43 Bijlage 1: Ondersteuningsaanbod bij deze functiewijzer... 45 VILANS 11-03-2013 / Toolkit Zorg met ICT onderdeel: functiewijzer domotica in het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie

1.Inleiding Steeds vaker zetten zorgorganisaties domotica in ter ondersteuning van de zorg en de verbetering van de kwaliteit van leven in bijvoorbeeld een complex kleinschalig wonen voor mensen met dementie. Het aanschaffen en implementeren van domotica is echter een complex traject en is voor veel zorgorganisaties nieuw. Deze functiewijzer ondersteunt zorgorganisaties en eventueel betrokken woningcorporaties die domotica willen implementeren. Het is een hulpmiddel bij het maken van een functioneel programma van eisen voor domotica, een essentiële stap in het begin van het traject. Dit document is onderdeel van de Toolkit zorg met ICT van Vilans, Actiz en TNO (www.kcwz.nl/toolkit_zorg_met_ict) en is terug te vinden bij stap 3 van de toolkit. Het is tevens opgenomen op de website www.domoticawonenzorg.nl. Er zijn ook functiewijzers beschikbaar voor de volgende doelgroepen en woonsituaties: Domotica voor zelfstandig wonende ouderen Domotica voor kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie Domotica voor bestaande woonzorgcentra: transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG-zorg als satellieten Domotica voor bestaande verpleeghuizen PG en bestaande zorgcentra bij transformatie volledig zorgcentrum naar zwaardere PG-zorg. Domotica voor (bestaande) verpleeghuizen somatiek en bestaande zorgcentra bij transformatie volledig zorgcentrum naar zwaardere somatische zorg. Domotica voor thuiswonende chronisch zieken Tip: lees ook het document Een Functioneel programma van Eisen, wat is het en hoe stel je het op van de toolkit. De functiewijzer zoekt een balans tussen wat mogelijk nuttig en zinvol is en wat op redelijk korte termijn technisch haalbaar is. Beide zijn continu in ontwikkeling. Dit leidt voortdurend tot nieuwe technische oplossingen. De functiewijzers in de toolkit zijn dan ook een momentopname van de technische oplossingen die momenteel worden toegepast ter ondersteuning van de intra- en extramurale zorg. Houd goed in de gaten of u de laatste versies gebruikt of informeer bij Vilans. Deze functiewijzer is een product van een ontwikkelproces dat loopt vanaf 2003. Enerzijds gaat het om de ontwikkeling van domotica voor het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie. De domotica voor de PG-afdeling in een zorgcentrum is hiervan een afgeleide. Anderzijds om technologieontwikkeling door bijvoorbeeld TNO en via Europees projecten onder bijvoorbeeld de regeling Ambient Assisted Living (AAL, vanaf 2008). Als voornaamste doelstellingen voor bijvoorbeeld de inzet van domotica in het kleinschalig wonen voor mensen met dementie zijn geformuleerd: Verbetering van de kwaliteit van leven van de bewoners Terugdringen van het gebruik van fysieke maatregelen van vrijheidsbeperking Ondersteuning van de zorg. Uitgebreid beschreven voorbeeldprojecten, evaluatieonderzoeken evenals een verder overzicht van de systemen die de hier beschreven domotica kunnen realiseren zijn opgenomen in de website www.domoticawonenzorg.nl (zie verder: Kenniscirkel domotica voor wonen en zorg van Vilans). transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 5

1.1 De functiewijzer als instrument voor de domoticawerkgroep. Om een weloverwogen keuze te maken van domoticafuncties voor het functioneel programma van eisen is het belangrijk dat de werkgroep die het functioneel programma van eisen opstelt, de informatie in dit document tot zich neemt. Alleen dan kunnen zij zich een mening vormen over welke domotica wel en niet wenselijk is voor de cliënten van de organisatie. Naast de beknopte beschrijvingen in deze functiewijzer kan ook externe expertise worden ingehuurd voor het begeleiden van de discussie en leveren van advies en informatie op maat. N.B: Naast deze functiewijzer als onderlegger voor het voeren van discussies in een team van mensen vanuit verschillende achtergronden is kennis nodig van de verschillende manieren waarop de domotica functies technisch kunnen worden ingevuld. Als projectleider is het van belang dat u voorafgaand aan gesprekken met aanbieders en het aanvragen van offertes een globaal beeld heeft van de technische mogelijkheden en de voor- en nadelen hiervan. Leveranciers bieden u vaak het systeem van hun voorkeur aan. Daarmee wordt eigenlijk het proces in omgekeerde volgorde doorlopen: vanuit het systeem wordt gekeken hoe uw wensen binnen de kaders van de technologie zoveel mogelijk kunnen worden ingevuld. Het is de vraag of u dan uiteindelijk de technologie in huis haalt die ook aan alle belangrijke wensen van de werkgroep voldoet en die het beste bij de situatie van uw organisatie past. Daarom adviseren wij sterk om na (of tijdens) het vaststellen van het functioneel programma van eisen ook eerst een beeld te vormen van de gewenste basistechnologie. Hierna kunt u gerichter de leveranciers uitkiezen met wie u in gesprek gaat om een offerte aan te vragen voor het invullen van de gewenste domoticafuncties. Voor specifiek deze functiewijzer is van belang is dat alleen bij deze functiewijzer een systeemwijzer hoort. Zie de N.B. aan het begin van dit document. 1.2 Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt eerst ingegaan op het concept van de transformatie van een bestaand zorgcentrum naar een kern bestaande uit de huidige PG-unit/PGafdeling en hier rondom zwevende zorgwoningen voor PG-zorg. Dit concept is een antwoord op de per eind 2012 voorgenomen extramuralisatie van ook ZZP 3 en ZZP 4 (regeerakkoord Rutte 2) In hoofdstuk 3 geven we de aanzet voor een functioneel Programma van Eisen voor de PG-unit/PG-afdeling, in hoofdstuk 4 wordt deze uitgewerkt. In hoofdstuk 5 wordt de aanzet beschreven voor een functioneel Programma van Eisen voor de zwevende zorgwoningen/satellietwoningen voor PG-zorg. Hierbij wordt uitgegaan van extra plaatsen ZZP 5 buiten de huidige PG-afdeling, eventueel voor de huidige ZZP 4. De functies die anders zijn of nieuw zijn in vergelijking met de functies voor de PG-unit/PG-afdeling worden beschreven. Hoofdstuk 6 beschrijft de technische opzet in hoofdlijnen. De functies voor de PG-afdeling en voor de zwevende zorgwoningen PG verschillen enigszins van elkaar door het verschil in setting. Maar het dient geboden te kunnen worden door één geïntegreerd systeem. Tot slot beschrijven we In hoofdstuk 7 het bedieningsscherm dat toegepast kan worden om het zorgpersoneel diverse voorzieningen op cliëntniveau in- en uit te laten schakelen. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 6

1.3 Meer informatie en vragen Heeft u vragen over deze functiewijzer of heeft u interesse in een vrijblijvend gesprek over ondersteuning op maat, neem dan contact op met Vilans en informeer naar de mogelijkheden. Wij zijn u graag van dienst! In bijlage 1 is deze ondersteuning nader beschreven Johan van der Leeuw: J.vanderLeeuw@vilans.nl Jan Thie: J.Thie@vilans.nl Een mogelijkheid is ook een abonnement op de Kenniscirkel Domotica voor Wonen en Zorg van Vilans. Zie www.domoticawonenzorg.nl transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 7

2. Concept transformatie van bestaand zorgcentrum naar PG-kern met zwevende zorgwoningen als satellieten Specifiek voor dit hoofdstuk herhaald: 2013 Vilans Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotografie, microfilm of op enig andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Vilans. 2.1 Waarom deze transformatie? Het concept komt voort uit de beleidsvoornemens ten aanzien van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Na het extramuraliseren per 1-1-2013 van cliënten die ZorgZwaartePakket 1 en ZZP 2 is nu het voornemen ook ZZP 3 en ZZP 4 te extramuraliseren. ZZP 3 per 1-1-2014 voor nieuwe cliënten. De extramuralisering van ook ZZP 4 is een onderdeel van het regeerakkoord Rutte II. Extramuraliseren behelst dat cliënten die voorheen een verblijfsindicatie zouden krijgen een dergelijke verblijfsindicatie niet meer krijgen. Men kan alleen een aanspraak maken op de extramurale zorg. Daarnaast is het bij deze extramurale zorgfuncties het voornemen dat de verpleging naar de zorgverzekeringswet gaat en de verzorging naar de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en daarmee naar de gemeenten. Vanuit het perspectief van een zorgcentrum: nu valt de gehele zorg, dienstverlening en huisvesting voor bijna het gehele zorgcentrum (exclusief de aanleunwoningen) onder de intramurale AWBZ. Bij het doorvoeren van de beleidsvoornemens blijven alleen de zwaardere zorgzwaartepakketten over: ZZP 5 en hoger. ZZP 5 omvat de meer intensieve dementiezorg. Meestal omvat een zorgcentrum een (gesloten) PG-verpleegafdeling voor ZZP 5 en 7. Dit is dan het enige wat er overblijft van het huidige zorgcentrum (verzorgingshuis) na de voorgenomen extramuralisatie. Er zijn volgens het Ministerie van VWS 1 drie opties: 1. Het verzorgingshuis/zorgcentrum niet meer door exploiteren 2. Overgaan op cliënten met een indicatie voor de hogere zorgzwaartepakketten, mits hiervoor de ruimte is. 3. De vrijkomende appartementen gaan verhuren aan cliënten met een indicatie voor extramurale zorg. Deze keuze wordt enerzijds bepaald door het aanbod van cliënten met hogere indicaties en de bereidheid van zorgkantoren voor het maken van productieafspraken voor deze cliënten. Anderzijds speelt de verhuurbaarheid van de appartementen een grote rol. Het concept dat hier beschreven wordt is in eerste instantie een uitwerking van optie 2 voor die situaties waarbij het zorgkantoor geen toestemming geeft om het gehele zorgcentrum (exclusief aanleunwoningen) te bestemmen voor de zwaardere ZZP s. Daarnaast is het concept ook bedoeld voor cliënten met de huidige ZZP 4, waar veelal ook mensen toe behoren met dementie (zie verder). 1 Presentatie Jacqueline van Ginneken, bureau Ouderenzorg van VWS voor ActiZ, december 2012 transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 8

2.2 Het concept Het concept behelst: De PG-afdeling voor ZZP 5 en ZZP 7 blijft gehandhaafd en vormt de kern van het getransformeerde zorgcentrum. In het overige deel van het zorgcentrum wordt extra capaciteit ZZP 5 gerealiseerd in de vorm van zwevende zorgwoningen. De ZZP-5 plaatsen kunnen verspreid door het gebouw worden gerealiseerd. ZZP 5 is intensieve dementiezorg voor mensen met gevorderde dementie. Het verblijven van deze cliënten elders in het zorgcentrum buiten de gesloten PG-afdeling betekent dat deze cliënten in principe in hun appartement blijven en niet zoals de bewoners van de PG-afdeling overdag en in de avond in een gezamenlijke woonkamer verblijven. Hoewel dit afhankelijk is van de exacte invulling van de zorgkant van het concept. Het biedt wel de mogelijkheid een alternatief te bieden aan mensen met dementie die van oudsher meer op zich zelf zijn en minder passen in een groepssetting. Dit is alleen mogelijk onder de voorwaarde dat de bewaking op mogelijke noodsituaties en dwalen (weglopen uit de woning) overdag, s avond en in de nacht zo optimaal mogelijk is. Opvolging van meldingen vindt plaats vanuit de PG-afdeling. Andersom dient ook de bewaking met name in de nacht van de cliënten met ZZP 5 en ZZP 7 die op de afdeling verblijven ook zo optimaal mogelijk te zijn. Met name in de nacht opdat zorgmedewerkers de gesloten PG-afdeling durven en willen verlaten om te reageren op een melding elders in het gebouw. Dit is te realiseren met domotica. Het is bijvoorbeeld mogelijk gebleken mensen met gevorderde dementie en een verpleeghuisindicatie (ZZP 5) met verpleeghuiszorg aan huis aanzienlijk langer in de eigen woning te laten wonen. Het voorgestelde concept is in principe minder risicovol dan deze setting: binnen de reikwijdte van de verpleegafdeling PG. In relatie tot de exploitatie: afhankelijk van de situatie is het mogelijk dit te realiseren zonder de nachtzorgbezetting van de PG-afdeling uit te breiden. Bij de domoticaprojecten in het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie is gebleken dat met adequate domotica het aantal cliënten per nachtzorgmedewerker kan worden uitgebreid van 1 op 24 naar op 1 op 36. Dit laatste betekent dat bij een PG-verpleegafdeling van 24 plaatsen ZZP 5 en ZZP 7 er 12 extra plaatsen ZZP 5 kunnen worden toegevoegd zonder uitbreiding van de nachtzorg bij toepassing van adequate domotica bij alle plaatsen/woningen. De zorgverlening voor de cliënten met ZZP 5 buiten de PG-afdeling kan vormgegeven worden onder de AWBZ-regeling Volledig Pakket Thuis (VPT). Deze regeling biedt de mogelijkheid verpleeghuiszorg aan huis te leveren aan mensen met een verblijfsindicatie. De voorwaarde is dat de uitvoerende zorgorganisatie de cliëntveiligheid kan borgen. Met de moderne bewakingsdomotica is deze cliëntveiligheid ook bij mensen met dementie in het gevorderde stadium te garanderen. De domotica voor de cliënten met ZZP 5 buiten de PG-afdeling heeft de vorm van overal plaatsbare en verplaatsbare domoticapakketten die ingezet kunnen worden daar waar het nodig is. Dit geeft de basis voor de zwevende zorgwoningen als satellieten van de PG-afdeling. Dit maakt het geheel flexibel. 2.3 In relatie tot ZZP 4 Uit de presentatie van VWS (december 2012, zie noot 1): Vooral cliënten met een ZZP 4 hebben te maken met een beginnend tot ernstig regieverlies, waardoor intensieve begeleiding noodzakelijk is. Daarnaast hebben transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 9

deze cliënten over het algemeen veel geplande en ongeplande hulp nodig als het gaat om alle dagelijkse activiteiten zoals hulp bij wassen en aankleden, het naar toilet gaan, eten en drinken, huishoudelijke verzorging et cetera. Vanwege het regieverlies zal een groot deel van deze cliënten c.q. familie er uiteindelijk zelf voor kiezen om te verhuizen naar een veilige, beschermde omgeving met alle benodigde voorzieningen binnen handbereik. Omdat deze bewoners in de toekomst alleen een indicatie krijgen voor de zorgfuncties, komen de kosten van de aanvullende dienstverlening voor rekening van de bewoner. In de beschrijvingen van de zorgzwaartepakketten voor 2013 is voor zowel ZZP 3 als voor ZZP 4 opgenomen dat er een wakende wacht moet zijn en dat de zorg voortdurend in de nabijheid zou moeten zijn. Het ministerie van VWS stelt voor aan de toekomstige cliënten die onder de huidige ZZP 3 en ZZP 4 zouden vallen servicepakketten te bieden. Waarbij er nog vele vragen per begin 2013 niet beantwoord zijn. Eén van de services die er toe kan en zou moeten behoren is 24 uurs opvolging bij een melding van een bewakingssysteem of zorgoproep/personenalarmering (met name bij somatische cliënten) Onder ZZP 4 vallen nu veel cliënten met dementie in het dementiestadium ( matig dementieel syndroom ) en/of cliënten PG-meerzorg in het verzorgingshuis. Het concept van de zwevende zorgwoningen met overal plaatsbare en verplaatsbare domotica kan ook binnen deze (mogelijke) servicepakketten gegoten worden. De domotica zoals hier omschreven is vooral gericht op mensen met dementie in het midden en het gevorderde stadium. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 10

3.Functiegroepen domotica PG-afdeling 3.1 Inleiding Dit onderdeel van een verzorgingshuis of zorgcentrum kenmerkt zich meestal doordat hier mensen verblijven met een gevorderde dementie. De zorg voor deze doelgroep is overeenkomstig met die in een verpleeghuis: ZZP 5 en ZZP 7. Relevante kenmerken van belang voor de toe te passen technologie: De cliënten staan in principe onder 24 uurs toezicht vanwege hun grote zorgvraag en risico s die voortkomen uit de cognitieve beperkingen. Meestal is een dergelijke PG-afdeling of PG-unit gesloten. Dat wil zeggen dat de cliënten de afdeling niet af mogen en zich in de rest van het zorgcentrum mogen begeven. Deze cliëntengroep valt onder het werkingsgebied van de BOPZ. Het gaat hier overigens wel om een vrijheidsbeperking. Overeenkomstig de praktijk in een verpleeghuis of kleinschalig wonen voor mensen met dementie is men overdag en in de avond meestal in een gemeenschappelijke kamer. De cliënten zijn in vergelijking met de overige bewoners van een zorgcentrum minder in hun eigen vertrek. Overeenkomstig de praktijk in een verpleeghuis of kleinschalig wonen voor mensen met dementie is er bij deze cliëntengroep in de nacht vaak sprake van nachtelijke onrust. Deze onrust treedt vaak op vanaf het midden stadium van dementie. Als er sprake is van een valrisico kan dit nopen tot vrijheidsbeperkende maatregelen, waarvoor domotica een lichter alternatief kan bieden. De zogenoemde opsta-alarmering of uitbedmelding is dan ook een kenmerkende functie voor de PG-afdeling. Het betekent namelijk wel dat zodra een cliënt opstaat uit bed er op gereageerd moet worden. Dit vergt op zijn beurt intensievere zorg. 3.2 Aanzet en samenvattend overzicht De handreiking voor een functioneel PvE zoals in dit hoofdstuk omschreven is afgeleid van het functioneel PvE zoals dat door Vilans en diens voorgangers is opgesteld voor het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie in een nieuwbouwsetting. Aan die handreiking voor een functioneel PvE wordt gewerkt vanaf 2003. De setting van een nieuw te bouwen kleinschalige groepswoning maakt technisch dingen mogelijk die in een bestaande situatie niet of nauwelijks te realiseren zijn. In het onderstaande overzicht zijn daarom een aantal met sterretje (*) gemarkeerde functies opgenomen die in principe alleen in een nieuwbouw of verbouwsetting te realiseren zijn. Het gaat om een opsomming van mogelijk te realiseren functies. Er kan op basis van de opsomming een keuze gemaakt worden. Zinvolheid/nut is daarbij vooralsnog het leidende criterium. Kostprijs is dat in principe ook, maar wordt hier niet als direct leidend genomen 2. 2 In dit document wordt verder niet op de kosten ingegaan. Informatie over bijvoorbeeld de kosten en financiering van voorbeeldprojecten is opgenomen in de website www.domoticawonerzorg.nl. In het deel dat voor organisaties met een abonnement op de Kenniscirkel Domotica voor Wonen en Zorg/Zorg op Afstand toegankelijk is. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 11

Hieronder gaat het om een opsomming van mogelijk te realiseren functies. Op basis van die opsomming kunt u een keuze maken voor de functies die u echt wil realiseren. Zinvolheid en nut van de domotica is daarbij vooralsnog het leidende criterium. En ook de kostprijs speelt een rol. Bij de indeling van de domotica kunnen we vijf groepen onderscheiden: Groep 1: Bewakingsfuncties op mogelijke noodsituaties overdag, s avonds en/of s nachts Groep 2: Preventie en detectie op dwalen Groep 3: Functies omtrent licht Groep 4: Algemeen Groep 5: Functie specifiek voor de zwevende zorgwoningen voor PG/satellietwoningen Een aantal functies is per bewoner in te stellen. Deze individuele instelbaarheid is bij voorkeur opgenomen in een bewonersprofiel dat integraal onderdeel is van een zorgleefplan en regelmatig wordt bijgehouden. Dit kan technisch gekoppeld worden aan de domotica zelf. Zie hoofdstuk 7 bedieningsscherm. Onderstaand een schematisch overzicht van de mogelijke functies. In het schema is tevens aangegeven welke functies beschouwd kunnen worden als basisfuncties (B) en welke als optionele functies (O). Die verdeling is afgeleid van discussies die zijn gevoerd met werkgroepen binnen zorgorganisaties. Het is afhankelijk van de uiteindelijke kosten, de opbrengsten en financieringsmogelijkheden 3 of ook de optionele functies deels kunnen worden gerealiseerd. Bij gebruik van deze functiewijzer kan echter een andere overweging worden gemaakt. Groep 1 Bewakingsfuncties op mogelijke noodsituaties overdag, s avonds en/of s nachts Specifiek voor de nacht: 1a. Opsta-alarmering (uitbedmelding) -> B Met mogelijkheid tot melding vanaf het moment van recht op zitten in bed/op de rand van het bed zitten, maar ook met de mogelijkheid tot instelbare vertraging van de melding: pas een melding als bijvoorbeeld na 15 minuten nog niet terug in bed. Specifiek voor de nacht: 1b. Verlaten kamer-melding -> B Met de mogelijkheid tot instelbare vertraging van de melding: pas een melding als bijvoorbeeld na 15 minuten nog niet terug op de kamer. Dit is toepasbaar bij een toilet op de gang. 1c. Mogelijkheid tot plaatsing (niet standaard) van zorgoproep met eveneens mogelijkheid tot spreekluisterverbinding -> B 3 Oftewel de maatschappelijke business case: zie verder de Toolkit Zorg met ICT transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 12

1d. Verificatie van de situatie via cameratechnologie en de mogelijkheid tot video-observatie -> B Dit wordt in vergelijking met de functiewijzer voor het kleinschalig wonen hier als basisfunctie aangemerkt. Dit in verband met de satellietwoningen naast de PG-afdeling en de setting dat de enige aanwezige nachtzorgmedewerker de PG-afdeling kan verlaten voor opvolging van een melding vanuit een satellietwoning. Elders in het complex kan deze nachtzorgmedewerker een melding krijgen vanuit de PG-afdeling. Deze moet dan op afstand geverifieerd kunnen worden. 2. Afhankelijk van de situatie: Permanente bewaking toiletten (dag en nacht) -> B 3. Cameratoezicht in de huiskamer (overdag) -> O 4. Bewaking van de bewoner overdag, s avonds en s nachts in zijn woon- /slaapvertrek -> B In vergelijking met de functiewijzer voor het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie is deze functie zwaarder aangezet en als een basisfunctie aangeduid. Het concept met de satellietwoningen behelst of kan dit behelzen dat zorgpersoneel de PG-afdeling verlaat om te reageren op meldingen vanuit de satellietwoningen. Dit betekent een zo optimaal mogelijke technische bewaking van de achterblijvende cliënten op de PGafdeling. Groep 2 Preventie en detectie op dwalen bij dementie 5. Bij bewoners met expliciet wegloopgedrag: gesloten houden van strategische deur(en) en melding -> schilbeveiliging op deuren naar buiten en/of naar andere delen van een zorggebouw -> O De meer uitgebreide variant hiervan, toe te passen afhankelijk van de situatie, wordt het leefcirkelconcept genoemd. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 13

Groep 3 Functies omtrent licht 6 * (alleen bij vernieuwbouw) Voldoende licht overdag en s avonds -> B 7 * (alleen bij vernieuwbouw) Automatische verlichting in badkamer en toiletruimte -> B 8. * (alleen bij vernieuwbouw) Nachtoriëntatieverlichting met melding als de bewoner niet binnen een bepaald tijdsbestek terug in bed is -> B 9. Verlichting die de biologische klok stimuleert -> O Als dit wordt toegepast ligt het meer voor de hand ook voor de PG-afdeling, functie 15 toe te passen in de vorm van slaapmonitoring: heeft de toepassing van biologische klok stimulerende verlichting bij een individuele cliënt effect op zijn slaap/waakritme? Groep 4 Algemeen 10.Mogelijkheid tot nood/assistentieoproep door het zorgpersoneel, inclusief bepaling positie binnen het zorggebouw -> B 11. Doormelding naar zorgpersoneel van brandmelding -> B 12. Toegangscontrole op de buitendeuren of videodeurtelefonie -> O 13. Interne toegangscontrole -> O Eventueel uitbreidbaar tot op kamerniveau. Met dan ook de mogelijkheid actieve sensoren in de kamer automatisch uit te laten schakelen als zorgpersoneel betreedt via een tag/pasje ter voorkoming van valse meldingen. Zie verder de functie omschrijving 14. Afgesloten kast op de kamer met materiaal en medicatie voor de cliënt, alleen toegankelijk voor de zorgmedewerker met een pasje/tag -> O 15. Centrale bediening zonwering -> O Groep 5 Functie specifiek voor de satellietwoningen PG 16. Zorg op maat door uitgebreidere leefstijl/leefpatroon monitoring of meer beperkte slaapmonitoring -> O Opmerking : leefpatroonmonitoring is transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 14

alleen toepasbaar bij alleenwonenden en vooral relevant bij (mogelijke) dementie en/of de Ziekte van Parkinson Zie hoofdstuk 5 voor verdere uitwerking De functies worden in het volgende hoofdstuk in eerste instantie abstract omschreven. In de toelichting wordt het verder uitgewerkt en concreet gemaakt, waarbij ook wordt aangegeven om welke techniek het gaat. De technische vormgeving die wordt omschreven gaat uit van het principe van proven technology : alleen technologie die minimaal 1 jaar in de zorgpraktijk heeft gefunctioneerd (binnen een pilot bijvoorbeeld) met een evaluatieonderzoek wordt meegenomen. Dit kan overigens ook buiten de ouderenzorg zijn, bijvoorbeeld de gehandicaptenzorg. Functiegroep 5, de functie specifiek voor de satellietwoningen, wordt in hoofdstuk 5 verder omschreven. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 15

4.PG-afdeling: De functies nader uitgewerkt 4.1 Groep 1. Bewakingsfuncties op mogelijke noodsituaties s nachts en overdag 4.1.1 Functie 1a. Opsta-alarmering (uitbedmelding) Inleidend Omdat mensen met dementie in het midden en gevorderde stadium s nachts onrustig kunnen zijn en er een valrisico kan zijn, is opsta-alarmering een belangrijke functie in de dementiezorg. Ook omdat de opsta-alarmering (net als de verlaten kamer-melding) een lichter alternatief is voor fysieke vrijheidsbeperkende maatregelen als bedhekken en onrustbanden die in de dementiezorg s nachts worden toegepast. Omschrijving functie Op het moment dat een bewoner opstaat uit bed wordt een melding gemaakt naar het dienstdoende zorgpersoneel. Ook melding vanaf het moment van het opzitten in bed of op de rand van het bed dient mogelijk te zijn (zie verder onder vormgeving). Deze bewaking dient individueel geactiveerd en gedeactiveerd te kunnen worden door het zorgpersoneel en eventueel door een centrale binnen of buiten de zorgorganisatie. Deze melding wordt verzonden naar de handsets (DECT of smartphone) of PDA s of tablet PC s van het zorgpersoneel en/of naar vaste schermen ( zorgkast, kiosk ) of naar een centrale in de functie van achterwacht. De opsta-alarmering is ook instelbaar met een vertraging, bij voorkeur traploos: dan wordt pas een melding gegenereerd als de cliënt niet binnen een ingestelde tijd is teruggekeerd in bed. De zorgmedewerkers dienen voor zowel de activering als deactivering als deze instellingen de beschikking te hebben over een user interface. Tevens dient mogelijk te zijn het instellen van een bepaalde tijdsperiode (in de nacht) gedurende welk de bewaking actief is. In de melding wordt omschreven welke bewoner/kamer het betreft en om welk type alarm het gaat (opsta-alarmering/uitbed melding). Meldingen, het activeren/deactiveren van deze voorziening en wijzigingen in de instellingen (bijvoorbeeld wijziging in de ingestelde periode per etmaal van activatie) dienen gelogd te worden. Opmerking: De huidige voorhanden en gebruikte technologie maakt pas een melding bij het opstaan uit bed of direct na het opstaan. De eis tot een melding (instelbaar) vanaf het moment van opzitten of op de rand van het bed zitten is relevant in verband met de wens tot een minder gebruik van bedhekken. Een aanvullende eis is dat het bed wel verplaatsbaar moet zijn binnen het woonslaapvertrek, zonder ingewikkelde handelingen binnen het domoticasysteem. Huidige invulling opsta-alarmering: niet meer te belopen aantal meldingen Voor de opsta-alarmering wordt nu in PG-verpleeghuizen, PG-afdeling in zorgcentra en kleinschalig wonen voor mensen met dementie veelal een enkelvoudige infraroodbewegingsmelder gebruikt. Meestal op een standaard. Deze wordt dan aangesloten op een verpleegoproepsysteem en is dan ook randapparatuur van een verpleegoproepsysteem. Uit onderzoek en uit de praktijk zijn er signalen dat deze voorziening s nachts een groot aantal meldingen kan genereren, die deels vals /niet-zorggerelateerd transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 16

zijn. Bijvoorbeeld uit het onderzoek Van fixaties naar domotica? (EMGO+/VUmc en NIVEL, december 2010): ''Een tweede beperking is dat verzorgenden niet kunnen garanderen dat zij snel ter plekke zijn. Zij vertellen dat het aantal signalen dat ze krijgen niet altijd te belopen is. Wanneer verschillende bewoners tegelijkertijd onrustig zijn, gaan er te veel signalen af om adequaat te kunnen reageren. Verzorgenden moeten dan kiezen welke bewoner het meest urgent hulp nodig heeft.'' Hierbij is wel opgemerkt dat de trend is om de capaciteit van het nachtzorgpersoneel terug te brengen. Bijvoorbeeld van 1 nachtzorgmedewerker op 24 cliënten naar 1 op 36 cliënten. Hiervoor wordt dan domotica toegepast. Maar als deze niet goed genoeg is (lees: enkelvoudige bewegingsmelders dicht bij het bed) ontstaan hier de gemelde problemen. Daarnaast is er het beleid van het terugdringen van het gebruik van bedhekken. De meest gebruikte enkelvoudige bewegingsmelders dichtbij en naast het bed zijn aan de ene kant niet in staat een melding te genereren als de cliënt opzit in bed of op de rand van het bed zit. Aan de andere kant kunnen ze meestal ook niet geprogrammeerd worden met een tijdsvertraging, indien dit gewenst is: bijvoorbeeld pas een melding als de cliënt niet binnen 10 minuten terug in bed is. Met name bij cliënten die veel uit bed komen levert dit veel meldingen op die niet vals zijn, maar wel kunnen leiden tot de situatie van het niet meer te belopen aantal meldingen. De niet-zorggerelateerde meldingen zijn voornamelijk te herleiden tot een niet goed functionerende opsta-alarmering in de vorm van een enkelvoudige bewegingsmelder bij het bed. De oorzaak voor de valse meldingen lijkt de volgende te zijn, maar zeker is dat niet: een infraroodbewegingsmelder reageert op beweging van een warmtebron met de temperatuur van het menselijk lichaam. In de loop van de nacht warmt de deken op tot de lichaamstemperatuur. Als deze vervolgens deels van het bed afglijdt (ten gevolge van de nachtelijke onrust bij dementie bijvoorbeeld) en in het detectieveld van de bewegingsmelder komt, ontstaat vervolgens de niet-zorggerelateerde melding. En er is nog een probleem met de enkelvoudige bewegingsmelder bij het bed: er ontstaan relatief eenvoudig niet zorggerelateerde meldingen als zorgpersoneel per ongeluk voor de melder langs loopt. Een oplossing die al in de praktijk wordt toegepast is een infraroodbewegingsmelder bij de deur die de opsta-alarmering automatisch uitschakelt bij binnenkomst van de zorgmedewerker. Ook kan de medewerker de deur openen met een kaart/tag die dan de opsta-alarmering automatisch uitschakelt (zie ook de functie interne toegangscontrole). Deze werken allebei. Maar ook als deze oplossingen toegepast worden, blijven er nietzorggerelateerde meldingen ontstaan: meldingen die wel verzonden worden, maar waarbij de cliënt niet daadwerkelijk uit bed komt. Andere kenmerken/nadelen van de opsta-alarmering via een enkelvoudige infraroodbewegingsmelder: Het dient ge(de)activeerd te worden door het zorgpersoneel, hetgeen een extra handeling vergt. Maar dat geldt ook voor de hieronder beschreven alternatieve oplossingen. Uit het onderzoek Van fixaties naar domotica? (EMGO+/VUmc & NIVEL, december 2010): ''Sommige apparaten gaan snel kapot en andere (sensoren) moeten heel precies geplaatst worden om goed te functioneren. Dat geeft aanleiding tot veel valse meldingen en dientengevolge onzekerheid bij de verzorgenden. Door het gebrek aan vertrouwen in de apparatuur voelen sommige verzorgenden zich ook genoodzaakt extra rondes te lopen om te kijken of alle apparatuur goed werkt.'' transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 17

Algemeen: de situatie met een niet goed functionerende opsta-alarmering wordt kritisch als er in de nachtzorg met 1 zorgmedewerker op 36 cliënten gewerkt wordt. Alternatieve oplossingen voor de opsta-alarmering Voor het probleem van het niet meer te belopen aantal meldingen zijn voor het beschreven concept transformatie van een zorgcentrum twee oplossingsrichtingen 4. De eerste is technisch van aard. De tweede oplossingsrichting is meer organisatorisch van aard: Oplossing 1: specifieke producten/slimme sensoren Oplossing 2: akoestische bewaking met een bemenste nachtzorgcentrale als filter tussen de cliënt en de zorgmedewerkers. Lees meer over de achtergrond en ontwikkelingen van alle oplossingsrichtingen: op de website www.domoticawonenzorg.nl. Deze site is toegankelijk voor organisaties met een abonnement op de Kenniscirkel Domotica voor Wonen en Zorg van Vilans. Er heeft in 2012- februari 2013 een project van Zorgpalet Baarn-Soest, TNO en Vilans gelopen waar een aantal oplossingen in de vorm van specifieke producten/slimme sensoren naast elkaar zijn toegepast op één locatie. Dit onder de naam UAS-Kleinschalig GroepsWonen 5. In de loop van 2012 2013 zijn er nog meer oplossingen voor (onder andere) de opsta-alarmering/uitbed melding tot ontwikkeling gekomen. Deze konden niet meer mee in het voornoemde TNO-project. Vilans volgt wel de ontwikkelingen en biedt een overzicht via de Kenniscirkel Domotica voor Wonen en Zorg. Hierbij wordt uitgegaan van het principe van proven technology : een bepaald type sensor wordt pas toepasbaar geacht in de zorg als het minimaal 1 jaar in de praktijk van de langdurige zorg op enige schaal is toegepast met een positieve evaluatierapportage. Hieronder een globale beschrijving van de diverse oplossingen. Er worden geen voor- en nadelen van de diverse oplossingsrichtingen benoemd omdat deze nog worden onderzocht. Deze zijn in de loop van 2013 wel te vinden op de website www.domoticawonenzorg.nl. * Alternatieve oplossing 1 voor de opsta-alarmering: specifieke producten/slimme sensoren Er zijn en worden specifieke producten ontwikkeld voor de opsta-alarmering in de vorm van slimme sensoren. In het eerder genoemde project UAS-Kleinschalig GroepsWonen (maart 2012 februari 2013) zijn drie van deze specifieke slimme sensoren naast elkaar in 4 Voor (ver)nieuwbouw projecten kleinschalig groepswonen, bestaande verpleeghuizen en voor zorgcentra die in hun geheel worden bestemd voor zwaardere PG-zorg is er nog een derde oplossingsrichting voor de opstaalarmering/uitbedmelding: een camerasysteem met bewegingsdetectie in beeld. Deze is hier niet opgenomen omdat deze oplossing gevoelig is voor de exacte plaatsing van de camera s. Binnen een intramurale setting is hier grotere controle op. Zie verder functiewijzer Domotica voor het kleinschalig groepswonen voor mensen met dementie (nieuwbouwsetting). 5 UAS staat voor Unattended Autonomous Surveillance. Een bewakingstechnologie voor thuiswonende ouderen, in het bijzonder voor thuiswonende mensen met dementie, in ontwikkeling bij TNO vanaf 2002. Met betrokkenheid van Vilans vanaf 2004. Een grootschalige pilot in de thuissituatie bij Zorgpalet Baarn- Soest in de periode 2007 2009. Een verdere doorontwikkeling onder het Europese project ROSETTA in de periode 2009 2012. Het project UAS- Kleinschalig GroepsWonen is de aanpassing van het extramurale UAS bewakingssysteem naar de intramurale setting van met name het kleinschalig groepswonen. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 18

de zorgpraktijk getest. Slechts één van deze drie functioneerde binnen het project goed en is bruikbaar in de zorg, dat wil zeggen bestand tegen de handelingen die in de praktijk rond een bed worden verricht. Daarnaast zijn er nog circa 4 sensoren in ontwikkeling die (onder andere) de functie opsta-alarmering/uit bed melding vormgeven (situatie begin 2013). De geteste en goed bevonden sensor (stand van zaken begin 2013): Optex Secnurse, van Nederlandse producent De bovenstaande sensor is een ander type sensor dan de veel gebruikte infrarood bewegingsmelder. Het ziet en interpreteert specifieke situaties, hetgeen een verdergaande technologie is dan de infrarode bewegingsmelder. Het is specifiek ontwikkeld voor de dementiezorg. De gevoeligheid is instelbaar: een melding kan verzonden worden op het moment dat een cliënt op de rand van het bed is gaan zitten of pas nadat deze is opgestaan. Het kan ook zo ingesteld worden dat pas een melding wordt gemaakt als de cliënt na een instelbare tijd niet is teruggekeerd naar bed. Opmerking: deze sensor kan in principe aangesloten worden op een bestaand verpleegoproepsysteem. Voor het concept van de PG-afdeling met satellietwoningen voor ZZP-5 is het sterk aan te raden het in te bedden in een meer geavanceerd domoticasysteem, waarin bijvoorbeeld verificatie via camerabeeld geïntegreerd is opgenomen. * Alternatieve oplossing 2 voor de opsta-alarmering: akoestische bewaking met een nachtzorgcentrale als filter tussen cliënt en zorgmedewerker In met name de gehandicaptenzorg wordt al jarenlang gewerkt met de technologie van de akoestische bewaking en bemenste nachtzorgcentrales. Gedurende de nacht worden bewoners in hun woon-/slaapvertrek bewaakt door middel van een microfoon. Op het niveau van de individuele cliënt zijn drempelwaarden instelbaar. Bijvoorbeeld het volume en de duur van het geluid. Bij het overschrijden van deze drempelwaarden wordt een melding gemaakt. Bij de technologie van de akoestische bewaking is de inzet van een professioneel bemenste nachtzorgcentrale gespecialiseerd in akoestische bewaking ten zeerste aanbevolen vanwege een vrij hoog aantal van niet-zorggerelateerde meldingen. Deze professioneel bemenste centrales met centralisten die alléén die functie vervullen en daartoe getraind zijn- zijn te vinden bij een aantal organisaties in de gehandicaptenzorg, maar zijn niet breed ingevoerd in de gehandicaptenzorg. Een dergelijke centrale verifieert de melding van de akoestische bewaking eerst, voordat de melding wordt doorgezet naar de nachtzorg. De reden voor deze verificatie is dat de akoestische bewaking veel meldingen afgeeft. Goed getrainde centralisten vangen dit nadeel goeddeels op. Verificatie vindt plaats door het direct inluisteren via de microfoon en het terugluisteren van het geluid dat de melding heeft veroorzaakt. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 19

Een voordeel van een bemenste nachtzorgcentrale is ook dat een nachtwacht ruggespraak kan voeren met de centralist. Bij veel kleinschalig wonen complexen en ook PG-afdelingen is er namelijk 's nachts meestal maar één nachtwacht. Er zijn een paar voorbeelden bekend waarbij een nachtzorgcentrale van de gehandicaptenzorg s nachts een PG-afdeling of kleinschalig wonen voor PG bewaakt. Zie voor voorbeeldprojecten: www.domoticawonenzorg.nl. Voor het kunnen verifiëren van de situatie bij het gebruik van opsta-alarmering is het wel noodzaakzakelijk dat er camera s aanwezig zijn in het woon- /slaapvertrek en op de gang. Zie functie 1d. Als akoestische bewaking wordt toegepast is de volgende functieomschrijving van toepassing: Gedurende de nacht worden bewoners in hun woon-/slaapvertrek bewaakt door middel van een microfoon. Deze bewaking dient individueel geactiveerd en gedeactiveerd te kunnen worden door het zorgpersoneel en door een centrale. Op het niveau van de individuele cliënt zijn drempelwaarden instelbaar: het volume en de duur van het geluid. Bij het overschrijden van deze drempelwaardes wordt een melding gemaakt. Deze drempelwaardes zijn traploos instelbaar door zowel zorgmedewerkers als centralisten. De zorgmedewerkers en de centrale dienen voor zowel de activering als deactivering en voor deze instellingen de beschikking te hebben over een user interface. Tevens dient mogelijk te zijn het instellen van een bepaalde tijdsperiode (in de nacht) gedurende welk de bewaking actief is. Meldingen van deze bewaking worden verzonden naar een centrale. In de meldingen staat welke bewoner/kamer het betreft. De bewaking kan s nachts ook geactiveerd zijn in de andere ruimtes, zoals de gemeenschappelijke huiskamers en de looproute tussen woon-/slaapvertrek en de gemeenschappelijke huiskamer. Verificatie vindt plaats door het direct inluisteren via de microfoon en het terugluisteren van het geluid dat de melding heeft veroorzaakt. Dit op een mobiel device en op een vast scherm 6. Meldingen, het activeren/deactiveren van deze voorziening en wijzigingen in de instellingen dienen gelogd te worden. 4.1.2 Functie 1b. Verlaten kamer-melding Inleidend De verlaten kamer-melding is een alternatief voor de opstaalarmering/uitbedmelding verder van het bed. Omschrijving van de functie Als een bewoner s nachts zijn/haar woon-/slaapvertrek wil verlaten dan geeft deze voorziening een omschreven melding (welke kamer/melding verlaten kamer) die wordt verzonden naar de handsets (DECT of smartphone) of PDA s of tablet PC s van het zorgpersoneel en/of naar vaste schermen ( zorgkast, kiosk ) of naar een centrale in de functie van achterwacht. Bij bewoners die hun woon- /slaapvertrek mogen verlaten is er de keuze bij hen wel of geen melding te laten maken. Bij het wel genereren van een melding kan het zorgpersoneel afspreken hier niet op te reageren, maar bijvoorbeeld afspreken om wel te reageren op het moment dat er twee bewoners tegelijkertijd hun kamer verlaten. Deze bewaking dient individueel geactiveerd en gedeactiveerd te kunnen worden 6 Dit geldt ook voor verificatie via camerabeelden, ondergebracht in functie 1d transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 20

door het zorgpersoneel en door een centrale. Tevens dient mogelijk te zijn het instellen van een bepaalde tijdsperiode (in de nacht) gedurende welk de bewaking actief is. Meldingen, het activeren/deactiveren van deze voorziening en wijzigingen in de instellingen (bijvoorbeeld wijziging in de ingestelde periode per etmaal van activatie) dienen gelogd te worden. Nadere invulling verlaten kamer-melding De verlaten kamer-melding wordt bij voorkeur als volgt vormgegeven via een combinatie van sensoren om valse meldingen zoveel als mogelijk te reduceren: 1. Een infrarood bewegingssensor aan het plafond 2. Een zogenoemde gordijn infrarood bewegingssensor (sensor met een smal detectieveld) boven de deur aan de binnenzijde. Niet aan de buitenzijde, omdat dan langslopend personeel deze sensor kan activeren. Bij deze combinatie van sensoren verstuurt het systeem alleen een melding als eerst sensor 1 iets registreert en vervolgens sensor 2. Niet andersom, als bijvoorbeeld het zorgpersoneel de kamer binnen komt. Bij één van de systemen (zie verder de bij deze functiewijzer horende systeemwijzer) is het mogelijk dat er bij de verlaten kamer melding geen valse meldingen ontstaan door in- en weer uitlopend zorgpersoneel. Zoals het hiervoor omschreven is ontstaat een valse melding als zorgpersoneel de kamer binnenkomt (dan geen melding), maar wel als deze de kamer weer verlaat. Onder functie 13 toegangscontrole is omschreven dat tags/pasjes voor toegangscontrole tot op kamerniveau kunnen worden toegepast. Als hiervoor wordt gekozen is kan vervolgens een oplossing zijn voor voornoemde valse meldingen dat de sensoren actief in de kamer automatisch worden uitgeschakeld als het zorgpersoneel de kamer ontsluit door een pasje/tag. Hij/zij dient dan wel bij het verlaten van de kamer de bewaking weer te activeren met het pasje/tag. Bij het voorgenoemde ene systeem is dit niet nodig (zie de systeemwijzer). 4.1.3 Functie 1c Mogelijkheid tot plaatsing van zorgoproep, niet standaard Inleidend In de opsomming van mogelijke functies voor domotica voor de PG-afdeling is de functie voor een zorgoproep of verpleegoproep opgenomen als mogelijkheid tot plaatsing, niet standaard. Hetzelfde geldt ook voor de spreek/luisterverbinding. Beide functies behoren echter wel standaard tot een verpleegoproepsysteem zoals die toegepast worden in verzorgingshuizen en (woon)zorgcentra. De functies worden gerealiseerd door middel van de vaste wandunits die als onderdeel van een verpleegoproepsysteem standaard in elke kamer zijn aangebracht. De reden voor het beperken tot mogelijkheid tot plaatsing, niet standaard is dat opname op een PG-afdeling alleen plaatsvindt bij die bewoners die zich al in het midden of het gevorderde stadium van dementie bevinden. Door cognitieve beperkingen zijn deze cliënten meestal niet meer in staat zelf een rode knop voor de zorgoproep te bedienen. Of zij drukken bijvoorbeeld herhaaldelijk op de knop. De stem uit de muur bij een spreekluisterverbinding is voor een dementerende vaak verwarrend. Ook het toepassen van een aanvullende halszender heeft meestal geen zin. In veel verpleeg- en verzorgingshuizen wordt de oproepunit van het verpleegoproepsysteem op de kamers ook gebruikt voor de afmelding van een oproep. Het is dan de van oudsher gebruikelijke procedure om op de kamer van de cliënt die de oproep heeft gedaan de oproep af te melden. De kamerunits van de verpleegoproepsystemen zijn daarvoor ook ontworpen. Het is echter mogelijk deze afmelding door het zorgpersoneel via de handsets van het zorgpersoneel te laten verlopen. transformatie naar kern PG en zwevende zorgwoningen voor PG als satelliet. 21