Diveto Antwoorden Van snack tot dieet. Voeren gezelschapsdieren. B. Swanenberg R. Broekhuis J. van Gilst R. de Weijer J.



Vergelijkbare documenten
Module Voeding 93007_voeding.indd :39

Diveto. Van snack tot dieet

.. G E I N S P I R E E R D D O O R D E N AT U U R

Van snack tot dieet Voeren gezelschapsdieren

Eiwitten. Voeding en Welzijn

Gastro-Intestinal Diet

WELLNESS CATFOOD DOG & CAT WELLNESS DOGFOOD HI-TEC BALANCED NUTRITION

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB. minitoets bij opdracht 1

voor uw kat Caro Croc Gewoon goed Productbrochure Bepaal eenvoudig welk voer het beste bij uw kat past

Gastro-Intestinal Low Fat Diet

Lezing Rijpaardenfokvereniging Limburg

3D Voeding paard. 10 min bespreken opdracht 20 min lezen opdracht en maken zelftoets 45 min maken praktijkopdracht 15 min nabespreken opdracht

is e r n ie t! Bewust Beter Betaalbaar

productbrochure CaroCroc, sinds 1932 Gewoon Goed Wat geef ik mijn kat De breuken Productinformatie Caro Croc

Droogvoeding Verpakking van 1,5kg en 3,5kg

Module Voedermiddelen varkens

RENAL DIET VOOR DE HOND

simply perfect hondenvoeding

CALM DIET VOOR DE KAT

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW HOND normen en hoeveelheid. over houden van huisdieren

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW HOND normen en hoeveelheid. over houden van huisdieren

Samenvatting Biologie H2: Voedsel en vertering

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 4. Gezonde voeding

FIBRE RESPONSE DIET. Droogvoeding Verpakking van 2kg, 7,5kg en 14kg

Sensitivity Control Diet voor de hond

landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB minitoets bij opdracht 1 A B X C D foto 1 foto 2

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB. minitoets bij opdracht 1

Wat zijn vetten? Soorten vetten Onverzadigde vetten Verzadigde vetten Transvetten Vetpercentages Tips

Eet smakelijk René de Groot

De lever bij kat en hond

Obesity Management Diet

KIPPENSNACKS. KORENSCHOOFJES Voedermiddel voor kippen en sierhoenders. Houdt uw kippen actief!

PRIVATE LABEL PETFOOD CATALOGUS

Diabetic. Waarschuwing Het Diabetic dieet is niet geschikt voor pups, teven tijdens dracht en lactatie en honden met een verhoogde energie-behoefte.

Leveraandoeningen bij de hond

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW KAT normen en hoeveelheid. over houden van huisdieren

Samenvatting Biologie H7 Biologie Eten

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW KAT normen en hoeveelheid. over houden van huisdieren

Ruwvoer, een essentieel onderdeel van het rantsoen

Obesity Management Diet

De nieren bij kat en hond

Productbrochure. GEWOON GOED VOOR JE KAT Bepaal eenvoudig welk voer het beste bij je kat past. carocroc.nl

Moeten mensen er echt mee leren leven of... zou het ook aan onze voeding kunnen liggen?

Gezond leven betekent dat je; - voldoende beweegt - gezond eet

Voeding schapen algemeen. Voeding en vertering. Vertering schaap schematisch

Speciaal voor actieve stadshonden URBAN LIFE LIFESTYLE HEALTH NUTRITION. Gezondheidsvoeding voor iedere levensstijl LIFESTYLE HEALTH NUTRITION

Private Label Diervoeders. Vers Vlees

Royal Canin (early) cardiac diet

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB. minitoets bij opdracht 1

Urinary S/O Moderate Calorie Diet

Dieetvoeding

HEPATIC DIET VOOR DE KAT

Stikstof. Aardappelschillen ingekuild 3,2 20 0,6 Aardappelsnippers, vers 2,6 16 0,5 Aardappelsnippers,

SKIN CARE DIET VOOR DE HOND

Mini-symposium. Diëtisten

3C Voeding herkauwer

Wie ben ik? Naam: Maud van der Meer. Plaats: Eindhoven. Sport: wedstrijdzwemmen ( EK, WK en OS) Studie: (sport) voedingsdeskundige

HYPOALLERGENIC DIET VOOR DE KAT

Inhoudsopgave. Met uitzondering van Arion Salmon & Rice alle soorten 35,00 per zak Arion Salmon & Rice: 38,00 per zak

HYPO ALLERGEEN SUPER PREMIUM HOND & KATTENVOER

Bij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice

2.2 De Weende-analyse bij veevoeding

X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB. minitoets bij opdracht 1

Voedingsadvies bij Diabetes Mellitus. Bij gebruik van GLP-1-analoog

Wij, Nederlanders, hebben er ook veel nieuwe eetgewoontes bij gekregen. Dat komt door drie dingen:

Spijsverteringsstoornissen

Module Dieetvoeding 93008_Dieetvoeding.indd :30

Tinlo BV Wilgenlaan 3e 2651TA Berkel en Rodenrijs

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Premium DOG- & CAT Food

"Als je weet wat je eet kan je bewuster keuzes gaan maken en een gezondere lifestyle ontwikkelen."

Met veel enthousiasme wil ik onze nieuwe partner WOOF 4 all voorstellen, een uniek concept hondenvoer dat ons een bron van inkomsten kan geven.

Dia 1. Dia 2 Wat is voeding: Dia 3. Voeding - Alles over voeding - Voeding in de praktijk - Voedingsschema. Koolhydraten

Prijslijst KIVO-Petfood Dogs outdoor adventure 15 maart 2016 Bestelling kunt u doorgeven: contact@dogsoutdooradventure.nl

Canex Dynamic hondenvoeding

STADSBOERDERIJ VOEREN VAN DIEREN

VOCHT- EN ZOUTBEPERKING GOEDE EIWITINNAME EN FOSFORBEPERKING AVVZ-DIEET (ARM AAN VERZADIGDE VETTEN) DIABETES-DIEET

Dr. Ronald Jan Corbee

specifieke voedingsbehoeften van elke hond en elke kat

Urinary S/O Diet Small Dog

Aflamperiode. goed voor dieren Schapenvoer

Catfood. Product-informatie. een product van. goed voor dieren

Speciaal voor pups. Gezondheidsvoeding voor zeer grote honden tot 18/24 maanden GIANT. Honden volwassen gewicht vanaf 45kg

De Weende-analyse bij veevoeding. Scheikunde voor VE41, Auteur: E. Held; bewerkt : door H. Hermans

Nieraandoeningen bij kat en hond

Dierenkliniek Goeree Overflakkee

voor gezonde huisdieren én honden en katten met een speciale voedingsbehoefte Een goede gezondheid begint met de juiste voeding!

Topsport en Voeding V R I J D A G 2 8 M A A R T Z N B A S A R A I P A N N E K OE K S P ORTVOEDINGSADVIES

Leveraandoeningen bij de hond en kat

Inhoud. Voorwoord 3. Voeding 6. Slaap 22. Houding 30. Naar de dokter 37. Kleding 65. Mode 74. Kleding wassen 77

EcoVit Brokkenoverzicht Kattenbrokken!

Diabetes mellitus. Victoza en voeding

De Kracht van Eiwit. Hans Wassink. EFAA Fitness- & Personal Training Congres 15 Februari 2009, Noordwijkerhout

ANALLERGENIC DIET VOOR DE HOND

Overmatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de. hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het

HYPOALLERGENIC DIET VOOR DE HOND

Product met AOC/AOP label Biologisch product Nettogewicht 5 kg

Leveraandoeningen bij de kat en hond

Product met AOC/AOP label Biologisch product Type gewicht Vast ( met e) Nettogewicht 6 kg. Ja (1)

Urinary S/O Moderate Calorie Diet

Transcriptie:

Diveto Antwoorden Van snack tot dieet Voeren gezelschapsdieren B. Swanenberg R. Broekhuis J. van Gilst R. de Weijer J. Oosterwijk eerste druk, 2001

Artikelcode: 10417 2001 Ontwikkelcentrum, Ede, Nederland Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Ontwikkelcentrum. 2 VAN SNACK TOT DIEET

1 Kenmerken van voer Orienterendeopdracht 1.1 Schoolopdracht 1.2 Schoolopdracht 1.3 Praktijkopdracht 1.4 Schoolopdracht 1.5 Schoolopdracht 1.6 Schoolopdracht 1.7 Schoolopdracht 1.8 Toetsvragen maken Herkennen van ruwvoer en krachtvoer a b Ruwvoer bestaat uit grovere deeltjes dan krachtvoer. Het voelt ook veel stengeliger aan. c Ja, je kunt ze verdelen in vochtige en droge producten. d Wanneer het voer is samengesteld uit verschillende grondstoffen en aangevuld met mineralen en vitaminen. Herkennen van voer en het maken van een voerkaart Herkennen van voersoorten Vragen over voer a Herkauwers hebben ruwvoer nodig voor het herkauwproces. Bij andere dieren stimuleert het de werking van maag en darm. b Mengvoer en volledig voer bevatten alle noodzakelijke voedingselementen. Er is dus geen toevoeging nodig. c Droogvoer is bijvoorbeeld brok, gemengd knaagdierenvoer, hooi. Vochtig voer is bijvoorbeeld blikvoer, diepvriesproducten zoals pens en hart, kuilgras. d Eigen mening van de leerling. Een zadenkaart Indelen van zaden Granen: boekweit, gerst, graszaad, haver, kanariezaad, maïs, millet/gierst, rijst, rogge, sorghum, tarwe, triticale. Peulvruchten: bonen: erwten, grondnoten, linzen, lupinen, paardenbonen. Oliehoudende zaden: hennepzaad, katoenzaad, kool/raapzaad, lijnzaad, maanzaad, nigerzaad, palmpitten, saffloerzaad, sesamzaad, sojabonen, zonnebloemzaad. Bijproducten Aardappelvezels, ontstaan bij verwerking van aardappelen tot frites, chips en dergelijke. Bierbostel, ontstaat bij de bereiding van bier uit gerst. Bietenpulp, ontstaat bij de bereiding van suiker uit suikerbieten. Maïsglutenvoer, ontstaat bij de verwerking van maïskorrels. Melasse, ontstaat bij de bereiding van suiker uit suikerbieten. Sojaschroot, ontstaat bij de bereiding van olie uit sojabonen. KENMERKEN VAN VOER 3

Praktijkopdracht 1.9 Schoolopdracht 1.10 Schoolopdracht 1.11 Schoolopdracht 1.12 Praktijkopdracht 1.13 Praktijkopdracht 1.14 Grondstoffen en hun oorsprong Dierlijke voedermiddelen Beendermeel, bloedmeel, caseïne, diermeel, melkpoeder, verenmeel, dierlijk vet, vismeel, vleesbeendermeel, weipoeder. Vragen over grondstoffen a Graan bevat vooral veel zetmeel. Peulvruchten bevatten vooral veel eiwit. Oliehoudende zaden hebben een hoog gehalte aan olie. b Een bijproduct is een restproduct dat ontstaat bij de verwerking van een grondstof. c Een bijproduct is over het algemeen niet geschikt voor menselijke consumptie. Door het te gebruiken als veevoeding ontstaan weer hoogwaardige producten als vlees en melk. d Eigen mening van de leerling. Lezen van etiketten a Het blikvoer bevat 84% water, dus 16% ds. 16% van 304 g = 48,64 g droge stof. b Het droogvoer bevat 9% water, dus 91% ds. 91% van 90 g = 81,9 g droge stof. c Bij blikvoer: 84% van 304 = 255,36 g water. Bij droogvoer: 9% van 90 g = 8,1 g water. d Bij blikvoer: 8,5% van 304 g = 25,84 g eiwit. Bij droogvoer: 27% van 90 g = 24,3 g eiwit. e Bij blikvoer: 4,5% van 304 g = 13,68 g ruw vet. Bij droogvoer: 8% van 90 g = 7,2 g ruw vet. f Bij blikvoer: 2,5% van 304 g = 7,6 g ruwe as. Bij droogvoer: 8,5% van 90 g = 7,65 g ruwe as. g Bij blikvoer: 0,5% van 304 g = 1,52 g ruwe celstof. Bij droogvoer: 2,7% van 90 g = 2,7 g ruwe celstof. h Vitamine A, D 3 en E. i Opgelost in vet. j Blikvoer bevat ten opzichte van droogvoer duidelijk meer water en ruw vet en iets meer ruw eiwit. Het bevat minder ruwe celstof. k Blikvoer kost ƒ 1,49 per 405 g = ƒ 0,004 per g. Bij een dagelijkse hoeveelheid van 304 g kost blikvoer 304 x 0,004 = ƒ 1,22 per dag. Droogvoer kost ƒ 1,79 per 300 g= ƒ 0,006 per g. Bij een dagelijkse hoeveelheid van 90 g kost droogvoer 90 x 0,006 = ƒ 0,54 per dag. Droogvoer is dus goedkoper. Voeding in de dierentuin Gehalten in vogelvoer 4 VAN SNACK TOT DIEET

Praktijkopdracht 1.15 Schoolopdracht 1.16 Schoolopdracht 1.17 Schoolopdracht 1.18 Praktijkopdracht 1.19 Schoolopdracht 1.20 Voeding, opname en behoefte van dierentuindieren Vragen over voerbestanddelen Vragen over vitaminen a Het drogestofgehalte is belangrijk bij voederwaardevergelijking en prijsvergelijking tussen producten. b Het stimuleert het maagdarmstelsel en houdt in de ontlasting vocht vast waardoor deze soepel blijft. c Energie uit koolhydraten is sneller beschikbaar dan uit vetten. Vetten bevatten per gram wel meer energie dan koolhydraten. d Leveren compacte energie; leveren essentiële vetzuren; bevatten vetoplosbare vitaminen en verhogen voor een aantal dieren de smakelijkheid van het voer. e De biologische waarde is een maat die de kwaliteit van eiwit aangeeft. De kwaliteit van een eiwit wordt bepaald door de hoeveelheid en verscheidenheid aan essentiële aminozuren en de mate waarin ze verteerbaar zijn. f Eiwitten uit plantaardig materiaal hebben over het algemeen een lagere biologische waarde dan eiwitten afkomstig uit dierlijk materiaal. g Sojaeiwit. h Omdat herkauwers in staat zijn om van nietessentiële aminozuren, essentiële aminozuren te maken. i Nee, een hond kan caroteen (provitamine A) omzetten in vitamine A. j Ja, een kat kan zelf geen vitamine A aanmaken. k Caviakorrel voeren, dit is een volledig voer voor cavia s. Vitamine C opgelost in het drinkwater. Dagelijks verse groente en fruit. l Dat het voer zowel vocht als vet moet bevatten. m Ja, het is onmisbaar om te leven. n Voorzover het vitaminen draagt wel. Verder niet, als een dier maar voldoende water drinkt naast het voer. Vragen over voerproductie a Het uitzeven van grond en stofdeeltjes, kaf, andere soorten zaad en dergelijke. b Bij het produceren van bijvoorbeeld vogelvoer. c De overeenkomst: het voer wordt ontsloten (beter benutbaar gemaakt voor de dieren). Het verschil: bij extruderen wordt brok gevormd, bij expanderen wordt geen brok gevormd. d Een geëxtrudeerde brok heeft een warmtebehandeling gehad waardoor het voer beter benutbaar is, geperste brok niet. e Het is meer werk, het grootste nadeel is echter dat je zelf nooit zo nauwkeurig de juiste hoeveelheid en verhouding voedingsstoffen kunt bepalen. Wat doet verpakking? Kwaliteit vogelzaad a Met name op schimmel. b Naast afwijkingen neem je in de beoordeling ook mee eventuele aanwezigheid van grond en stofdeeltjes, kaf en dergelijke. KENMERKEN VAN VOER 5

c d En groot percentage hoort te kiemen (± 90%). Schoolopdracht 1.21 Schoolopdracht 1.22 Afsluitendeopdracht 1.23 Lezing Vragen over kwaliteit a Koel, droog en donker. b Vooral schimmel, zuur en rans. c Vooral op de microbiologische kwaliteit van het voer. d Hij kan hiermee naar buiten treden (hij krijgt een GMPcertificaat). Meerkeuzevragen maken 6 VAN SNACK TOT DIEET

2 Voeding en gezondheid Orienterendeopdracht 2.1 Praktijkopdracht 2.2 Schoolopdracht 2.3 Praktijkopdracht 2.4 Schoolopdracht 2.5 Een collage van artikelen Gebrek en overmaat Vragen bij gebrek en overmaat a Te veel vet geeft overgewicht dat kan leiden tot verstopping van bloedvaten, hartaandoeningen, ademhalingsproblemen, gewrichtsontstekingen en dergelijke. Te veel calcium leidt bij pups tot botproblemen en kan bij oudere dieren onder andere blaasstenen veroorzaken. Te veel ijzer leidt bij grote vruchtenetende vogels tot ijzerstapeling in de lever. Te veel zout kan hoge bloeddruk veroorzaken. Te veel vetoplosbare vitaminen kunnen uiteindelijk tot vergiftiging leiden. Overmaat aan eiwit kan rottingsdiarree veroorzaken en op langere termijn de niercapaciteit verminderen. b Vitamine D bevordert de opname van calcium uit voer door de darmen. Extra vitamine D geeft dus een betere opname van calcium uit het voer. c Een calciumtekort dat spierbevingen en verstijving/verkramping van de spieren kan veroorzaken. Calciumtekort komt ook bij koeien voor en heet dan melkziekte. d Vitamine C is in water oplosbaar en kan daarom nauwelijks in het lichaam opgeslagen worden. e Natrium. Vaststellen turgor Vochtbehoefte van verschillende dieren a De antwoorden op de vragen a, b, c en d zijn te vinden in de genoemde boeken. b c d e De leerlingen kunnen elke diersoort kiezen waarover ze gegevens kunnen vinden. f De vochtbehoefte in de verschillende leeftijdsfasen en productiestadia. De hoeveelheid vocht in het voer. De staltemperatuur. Het zoutgehalte van het voer. De voeropname. De manier van waterverstrekking. g In het algemeen geldt dat bij een toename van het lichaamsgewicht de vochtbehoefte per kg lichaamsgewicht daalt. Ook gaat de ene diersoort VOEDING EN GEZONDHEID 7

efficiënter met vocht om dan de andere diersoort. Dit heeft onder andere te maken met het land van herkomst. Schoolopdracht 2.6 Praktijkopdracht 2.7 Schoolopdracht 2.8 Schoolopdracht 2.9 Schoolopdracht 2.10 Afsluitendeopdracht 2.11 Vragen over watertekort a Water is nodig bij verschillende processen in het lichaam, zoals chemische omzettingen in de cellen. Water is een bouwstof van het lichaam (een dier bestaat voor zestig tot zeventig procent uit water). Water is nodig voor transport van voedingsstoffen en afvalstoffen. Water zorgt voor de warmteregulatie. Water is nodig bij de melkvorming. b Via een infuus. Beoordelen van feces Feces Vragen over onjuiste voeding a Ze worden over het algemeen te vet (dik). b Grote honden een keer per dag voeren en/of direct na een maaltijd de hond beweging geven. c Ze moet consistent zijn (vast) voor die diergroep. De kleur moet normaal zijn (afhankelijk van het voer). Er mag geen slijm, bloed of andere ongerechtigheid in zitten. Ze moet gemakkelijk geproduceerd worden, zonder veel persen. Vragen over biest a Het dier heeft minder weerstand en is dus gevoeliger voor ziekten. Het darmpek wordt niet goed afgedreven. b Gebonden aan serumeiwit. De actualiteit 8 VAN SNACK TOT DIEET

3 Voeding op maat Orienterendeopdracht 3.1 Schoolopdracht 3.2 Schoolopdracht 3.3 Praktijkopdracht 3.4 Schoolopdracht 3.5 Wat weet je al van voeding op maat? Productinformatie dierenvoer in de dierenspeciaalzaak a Supermarkten spelen in op onestopshopping. Alles is onder een dak te krijgen. Dit spaart tijd en is makkelijk voor de consument. b Door service, onder andere in de vorm van voorlichting over het product. c De naamgeving van de producten roept iets herkenbaars op bij de klant. Een paar voorbeelden: Adult (volwassen), senior, junior, puppy geven aan dat het voer is afgestemd op de leeftijdsfase van het dier. Diner wijst op een uitgebreide, goed verzorgde maaltijd. Light, fit, balans, regular (regelmatig, correct) wijzen op niet vet, slank, gezond en dergelijke. Lam en gevogelte, croissance, zalm en forel en dergelijke duiden op exclusiviteit. d Wat voedingsstoffen betreft, is er geen verschil tussen brok en diner. e Een goed etende hond zal het niet uitmaken of hij brok of diner krijgt. Een hond die niet goed eet, bijvoorbeeld omdat hij een pijnlijke bek heeft, zal misschien beter eten als hij diner krijgt. Veel bazen vinden het leuker om diner klaar te maken. Door het toevoegen van warm water komt de geur vrij. f Zie antwoord bij e. g Er is geen verschil in de samenstelling. Gezien de naamgeving is het waarschijnlijk dat er verschil is in de grootte van de brok, maar uit deze gegevens is dat niet af te lezen. h Bij Holland Diervoeders (tel. 0302479611) kan de Gids voor de voeding van honden aangevraagd worden. Deze gids geeft nog iets meer informatie over de verschillende voeders. Op deze vraag kan niet zomaar een kort antwoord worden gegeven. Het is zinvoller om in klassenverband eerst te zoeken naar verschillen en overeenkomsten tussen de verschillende voeders. Tevens kan dan gezocht worden naar de logica daarvan. Tenslotte kan een advies per voeder worden gemaakt. Voer voor elke leeftijd Een informatiemap samenstellen Vragen bij afstemmen op leeftijd a Onderhoudsbehoefte en behoefte voor prestatie. b Overtollig eiwit in het voer dat niet direct wordt benut. c Het wordt afgebroken en de afvalstof (ureum) moet door de nieren uit het bloed worden gefilterd. Dit geeft een extra belasting van de nieren. VOEDING OP MAAT 9

d Nee, het eiwit in seniorenbrok heeft een hoge biologische waarde en voorziet de hond dus van voldoende essentiële aminozuren. Schoolopdracht 3.6 Schoolopdracht 3.7 Schoolopdracht 3.8 Schoolopdracht 3.9 Schoolopdracht 3.10 Praktijkopdracht 3.11 Praktijkopdracht 3.12 Schoolopdracht 3.13 Vragen bij vogelvoeders a Ze stimuleren de goede bacteriën in de darmflora. b Het geheel van goede en ziekteverwekkende bacteriën in de darmen. c Voor vruchten en insecteneters. d Methionine en cystine. Ze zorgen voor de vorming van keratine in de veren. Voeding van terrariumdieren Vragen bij vissenvoer a Levend voer, diepvriesvoer en droogvoer. b Gevriesdroogd voer, basisvoer en bijvoer. c Om onrust te voorkomen, vooral bij grote vissen. Om magere vissen te voorzien van extra geconcentreerd voer. Om eventuele tekorten in het droogvoer op te vangen. Intake dierenpension a Te denken valt aan: de gezondheidsstatus van het dier; het soort voer waaraan het dier gewend is; of er eventueel medicijnen aan het voer toegevoegd moeten worden. b Een grote hond eet meer en heeft een grotere kennel nodig. Ook het verschil in tijd die de vachtverzorging vraagt, zou meegenomen kunnen worden in de prijs. c Deze hond heeft suikerziekte. d Deze hond krijgt speciaal dieetvoer, moet op vaste tijden gevoerd worden en na elke maaltijd een injectie krijgen. Intake dierenpension Intake dierenpension Een muurcollage maken Rantsoenberekening honden a Basaalmetabolisme: 290 x 28 0,75 = 3 530 kj Energiebehoefte: 1,5 x 3 530 kj = 5 295 kj Energie in brok: 4 140 kcal per kg = 17 388 kj/kg (4,2 x 4 140) De teef heeft per dag nodig: 5 295 : 17 388 = 0,305 kg brok = 305 g brok. b De geadviseerde hoeveelheid is: (310 + 345) :2 = 328 g brok. De geadviseerde hoeveelheid ligt dicht bij de berekende hoeveelheid. c Energiebehoefte: 4 x 3 530 kj = 14 120 kj. Hoeveelheid brok: 14 120 kj : 17 388 kj/kg brok = 0,812 kg brok = 812 g brok. d Je moet dan een geconcentreerdere brok gaan voeren. e Basaalmetabolisme: 290 x 7 0,75 = 1 248 kj 10 VAN SNACK TOT DIEET

f Energiebehoefte: 4 x 1 248 kj = 4 992 kj Energie in brok: 3 960 kcal/kg = 16 632 kj/kg De pup heeft per dag nodig: 4 992 : 16 632 = 0,300 kg brok. Een pas gespeende pup is 8 of 9 weken. Het volwassen gewicht ligt tussen 26 kg en 30 kg. De geadviseerde hoeveelheid is dan 310 gram. Ook hier ligt de geadviseerde hoeveelheid dicht bij de berekende hoeveelheid. Praktijkopdracht 3.14 Rantsoenberekening schapen/geiten Schoolopdracht 3.15 Samenstellen van rantsoenen Afsluitendeopdracht 3.16 Wat weet je nu van voeding op maat? VOEDING OP MAAT 11

12 VAN SNACK TOT DIEET