Leerplandoelen Drama (GO)

Vergelijkbare documenten
Accent op verhaal. Aan al deze doelen wordt gewerkt, toch duidt u best aan welke u in de verf wil zetten.

Secundair Onderwijs Eindtermen Artistieke Opvoeding 1ste graad

Wat een feest! Eerste graad Tweede graad Derde graad

Accent op verhaal. Aan al deze doelen wordt gewerkt, toch duidt u best aan welke u in de verf wil zetten.

Leerplan GO! Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

basiscompetenties 2de graad woordkunst-drama

Accent op improvisatie

Accent op improvisatie en taal

OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN

1 x x 2 x x 3 x x 4 x x 5 x x 6 x x 7 x x 8 x x 9 x x 10 x x

leerlijn muzische 2de, 3de en 4de leerjaar.xls 1 van 10 Werken aan een degelijk en samenhangend onderwijsaanbod

Cultuureducatie met Kwaliteit Nijmegen - Vaardigheidslijn Drama -

eindtermen basisonderwijs

Lesidee: niet stunten op straat

Dans & drama o.b.s. De Eiber Dedemsvaart Januari 2015

MUZISCHE VORMING LEERPLAN. Autonome Raad voor het Gemeenschapsonderwijs Belliardstraat BRUSSEL

Leerplan OVSG. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

Accent op verhaal. Aan al deze doelen wordt gewerkt, toch duidt u best aan welke u in de verf wil zetten.

Inleiding Drama met kinderen Elk bouwdeel heeft zijn eigen map met lessen, in totaal zijn er dus 4 mappen. Vier Modules Inleiding

basiscompetenties 2de graad beeldende en audiovisuele kunsten

basiscompetenties 2de graad muziek

Piramide 4: muzische vorming

Inhoudsopgave curriculum drama op de basisschool. 1. Definitie. 2. Visie. 3. Doelen. 4. Werkvormen. 5. Leerlijnen. 6. Materialen. 7.

leerlijn muzische kleuters en 1ste lj.xls 1 van 10 Werken aan een degelijk en samenhangend onderwijsaanbod

Registratieblad aanbod doelen SLO groep 1 en 2

Sint-Nicolaas, de bisschop van Myra

Accent op improvisatie

Accent op beweging. Aan al deze doelen wordt gewerkt, toch duidt u best aan welke u in de verf wil zetten.

Verbondenheid met zichzelf, anderen, gemeenschappen, natuur en cultuur

Trainingsdoelen voor 21 e eeuw

Accent op improvisatie en taal

Piratenmaal. (2de graad) (75 )

De Vakman. De leerling hanteert de muzikale parameters en componenten. De leerling leest en schrijft de muziektaal

Klankmakerij - lesdoelen

basiscompetenties 3de graad beeldende en audiovisuele kunsten

Kunst en cultuur (PO-vmbo)

DOELSTELLINGEN BUURT IN ZICHT

Accent op materiaal. Aan al deze doelen wordt gewerkt, toch duidt u best aan welke u in de verf wil zetten.

ATTITUDINALE DOELEN VOOR DE KLEUTERSCHOOL Klas : Schooljaar : Thema's I II III trimester

Moet Je Doen Drama Lessen per spelvorm

DOELSTELLINGEN OP ZOEK NAAR HET COUDENBERGPALEIS

Eindtermen: Activiteiten + 10 jaar The Outsider Vlaamse Ardennen

WO-NAT De leerlingen nemen gericht waar met al hun zintuigen. WO-NAT De leerlingen noteren hun waarnemingen op een systematische wijze.

Spelend leren en ontdekken

Eindtermen: Activiteiten + 12 jaar The Outsider Vlaamse Ardennen

Kunst en cultuur (PO-havo/vwo)

Gezien het bovenstaande zijn kunstvakken direct of indirect betrokken bij het nastreven van vakoverschrijdende

basiscompetenties 3de graad woordkunst-drama

Onderwijskundige doelen

Elk onderdeel wordt in de klas geobserveerd en minstens tweemaal per jaar wordt dit geëvalueerd in het rapport..

Klasbezoek bibliotheek 2de-3de kleuter

Moet Je Doen Drama - Lessen per groep

Thema 3de leerjaar Activiteit OD/ET VVKBaO OVSG GO Extra

Bijlage 3: Citaten uit leerplannen Nederlands

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

Muzische opvoeding. Muzikale opvoeding. klas: doelen deelleerplan VSKO 1999

ET 1.1. De leerlingen kunnen gericht waarnemen met alle zintuigen en kunnen waarnemingen op een systematische wijze noteren.

Drama: verdeling vakinhoud leerlijn groep 1-8

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo

Leerlijn domein mondelinge taalvaardigheid

DOELSTELLINGEN EN VOET BUURTAMBASSADEURS

Programma van Toetsing en Doorstroming De lln krijgen een halfjaar lessen Drama

EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum. A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010

Eindtermen: Activiteiten + 10 jaar The Outsider Vlaamse Ardennen

Over het boek: Over deze lestips: Over de makers:

Theater/Bioscoop De Nieuwe Kolk

Accent op improvisatie en taal

THEMA SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING Kern Subkern 0-4 groep 1-2 groep 3-6 groep 7-8 Onderbouw vo Bovenbouw vmbo Bovenbouw havo-vwo

3 LEERPLANDOELEN. De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding:

Blocks 2+ Puppet Theatre Maribor (Slovenië)

De lat hoog voor iedereen! Conferentie Steunpunt GOK

Eindtermen: Activiteiten + 6 jaar The Outsider Vlaamse Ardennen

Thema kinderportretten

EEN BELEID VOOR MUZISCHE VORMING

OVERZICHT VAN DE NAGESTREEFDE EINDTERMEN EN LEERPLANDOELEN

Vliegende Koe de Stilte (Nederland)

Klik, voor meer info, op een onderwerp in de pedagogische cirkel.

Aanbod natuur & avontuur en de eindtermen: informatie voor leerkrachten

Eerste periode: Hierin wordt middels een praktijktoets en een theorietoets Blok 2: Fysiek theater getoetst.

Accent op materiaal. Titel les/thema Vingerpopjes Graad: 3 Aan al deze doelen wordt gewerkt, toch duidt u best aan welke u in de verf wil zetten.

A Mano 6+ El Patio Teatro (Spanje)

VOLO 1 visietekst muzische domeinen

Nederlands. Mondeling onderwijs

Shadow Games T42 (Zwitserland)

Lichtbende TUTU projectietheater (Nederland)

basiscompetenties 3de graad muziek

Bekijk het maar! met Suus & Luuk

Kerndoel 3: De leerling leert zich beter uitdrukken, zich in te leven in andermans situatie en ontwikkelt zijn voorstellingsvermogen.

NLP & INKOOP. Dam Inkoopadvies & Training 2018

Kunstproject Wereldverhalen voor het VMBO

A Mano 6+ El Patio Teatro (Spanje)

Lichtbende TUTU projectietheater (Nederland)

de leerling is geconcentreerd en toont zin voor afwerking de leerling communiceert over zijn/haar kunstbeleving

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING Vak: Kunstvakken II drama. Inleiding

JA BUKA! Trešnja Municipal Theatre (Kroatië)

basiscompetenties 2de graad dans

Deze les voor Saved by the bell (lager onderwijs) voldoet aan meerdere eindtermen. Een aantal eindtermen zijn gebundeld in onderstaande lijst.

Accent op materiaal. onderdeel: schimmenspel. Titel les/thema Schaduwbeelden Graad: 2. Leerplandoelnummer Leerplandoel uitgeschreven

Piramide 4: muzische vorming

Je culturele vermogens, hoe werk je eraan?

Transcriptie:

Leerplandoelen Drama (GO) 1ste graad 3.1 De leerlingen kunnen door kijken naar, inspelen op en zelf spelen, plezier beleven aan eenvoudige dramatische situaties. a. toneelvoorstellingen of poppentheater actief bijwonen; b. spontaan inspelen en/of ingaan op aangeboden meespeelmogelijkheden; c. het verschil ontdekken tussen spel en werkelijkheid; d. spelen en improviseren met hand- en/of stokpoppen. 3.2 De leerlingen kunnen via spel ervaren dat woord en beweging elkaar aanvullen. a. exploreren van fantasiespel, jabbertalk, poppenspel, vertelpantomime; b. eenvoudige emoties en handelingen spelen. 3.3 De leerlingen kunnen geconcentreerd luisteren naar een gesproken tekst. a. korte verhalen actief beluisteren; b. gefantaseerde en echt gebeurde gegevens herkennen en onderscheiden; c. mondeling inhoudelijk navertellen van beluisterde verhalen of vertelde situaties; d. verhaal beeldend verwerken. 3.4 De leerlingen kunnen vanuit hun eigen belevingswereld eenvoudige spelgegevens hanteren. a. vanuit een verhaal of een leesles, korte fragmenten dramatisch benaderen; b. korte fragmenten uit de eigen leefwereld mimisch uitbeelden; c. korte gedichten voordragen; d. kleine, korte conflictsituaties uit schoolse ervaring naspelen en bespreken. 3.5 De leerlingen kunnen een eigen fantasiewereld ontwikkelen en zich daarin dramatisch uitleven. a. impulsen die hun gevoelens en/of fantasieën prikkelen uiten via lichaamstaal en spelimprovisatie. 3.6 De leerlingen kunnen - met creatief stem-en taalgebruik, expressief reageren en belevenissen uitbeelden; - zich verbaal uiten in spel. a. individueel of in groep, dramatisch reageren op teksten, inhouden, belevenissen en menselijke activiteiten met behulp van eenvoudig creatief stem- en taalgebruik. 3.7 De leerlingen kunnen hun aandacht richten op en genieten van zowel hun eigen dramatische bewegingen als die van anderen. a. hun eigen spel en dat van anderen bespreken en waarderen; b. een algemene indruk weergeven omtrent de totaliteit van een dramatisch gebeuren.

2de graad 3.1 De leerlingen kunnen kinderboeken, afbeeldingen en voorstellingen inspirerend gebruiken om hun taal en speelmogelijkheden te ontdekken. a. actief bijwonen van een toneelvoorstelling, film of ballet; b. uit taal en beeld informatie en inspiratie opdoen om dramatisch te verwerken; c. herkennen en benoemen van fictie en non-fictie. 3.2 De leerlingen kunnen - technisch moeilijker(e) spelvormen waarnemen; - via spel zich ervan bewust worden dat woord en beweging elkaar beïnvloeden. a. waarnemen van poppenspel, vertelpantomime, rollenspel, schimmenspel; b. - emoties en handelingen dramatiseren; - bekijken en beluisteren van een aantal spelvormen; c. emoties en handelingen herkennen en bespreken na het bekijken en beluisteren van een aantal spelvormen. 3.3 De leerlingen kunnen geconcentreerd luisteren naar een gesproken tekst en de inhoud hiervan verbaal en/of beeldend verwerken. a. langere verhalen actief beluisteren; b. verhalen vergelijken naar inhoud, fictie en non-fictie, personages, gevoelens en sfeer; c. mondeling en schriftelijk verwerken van de inhoud van een verhaal; d. verhaal beeldend verwerken. 3.4 De leerlingen kunnen vanuit hun onmiddellijke omgeving dramatisch vorm geven aan persoonlijke ervaringen en fantasieën, alsook aan onderwijsleersituaties. a. improvisatiemogelijkheden putten uit diverse belevingsbronnen; b. expressief voordragen van gedichten; c. improvisatiemogelijkheden putten uit leersituaties. 3.5 De leerlingen kunnen de eigen fantasiewereld uitbreiden en zich daarin dramatisch uitleven. a. impulsen die hun gevoelens, ideeën en/of fantasieën prikkelen, omzetten in lichaamstaal en spelimprovisatie; b. ontdekken dat de kracht- en spanningsbogen in beweging en in taal, de intensiteit van het spel beïnvloeden; c. het ritme in spel herkennen en gebruiken.

3.6 De leerlingen kunnen - gebruik maken van het stemvolume, de articulatie, de intonatie, het tempo en de emotie bij het spelen; - zich verbaal en non-verbaal uiten in spel. (in combinatie met lichaamstaal en beweging) a. een verstaanbaar en hoorbaar stemvolume ontwikkelen en gebruiken; b. alles duidelijk uitspreken en articuleren; c. een aangepaste intonatie gebruiken; d. een aangepast tempo hanteren; e. emoties overdragen en opwekken door middel van stemgebruik. 3.7 De leerlingen kunnen - eigen speelkwaliteiten en van die van hun groepsgenoten verwoorden en ervan genieten; - rekening houden met ieders eigenheid. a. hun eigen spel en dat van anderen bespreken en waarderen; b. in hun waardering rekening houden met de dramatische en creatieve mogelijkheden alsook met de eigenheid van elk individu.

3de graad 3.1 De leerlingen kunnen genieten van een gevarieerd aanbod van voor hen bestemde culturele activiteiten. a. actief en creatief bijwonen van een toneelvoorstelling, figurentheater, een film of ballet; b. uit taal, beeld en eigen fantasie, informatie en inspiratie putten om er zelf dramatisch mee te werken; c. verschillen herkennen tussen fictie en non-fictie. 3.2 De leerlingen kunnen spelvormen waarnemen en inzien dat de juiste verhouding tussen woord en beweging de expressie kan vergroten. a. waarnemen van en reflecteren over mime, rollenspel, schimmenspel, situatiespel; b. emoties en handelingen dramatiseren; c. emoties en handelingen herkennen in een aantal spelvormen en bespreken naar stemgebruik, mime, tempo en beweging. 3.3 De leerlingen kunnen geconcentreerd luisteren naar een gesproken tekst (verteld of voorgelezen) en die mondeling, schriftelijk, beeldend of dramatisch weergeven. a. moeilijkere verhalen actief beluisteren; b. verhalen vergelijken naar inhoud, fictie en non-fictie, personages, gevoelens, sfeer en situering in tijd en ruimte; c. mondeling en schriftelijk verwerken van de inhoud van een verhaal; d. verhaal beeldend verwerken; e. verhaal dramatisch verwerken in welke spelvorm ook. 3.4 De leerlingen kunnen spelvormen in een sociale en maatschappelijke context hanteren. a. impressies vanuit andere culturen en landen dramatisch verwerken; b. impressies vanuit andere tijden dramatisch verwerken; c. impressies vanuit andere muzische domeinen en kunstdisciplines dramatisch verwerken. 3.5 De leerlingen kunnen ervaringen, gevoelens, ideeën, fantasieën,... uiten in spel. a. impulsen die hun ervaringen, gevoelens, ideeën en/of fantasieën prikkelen omzetten in lichaamstaal, improvisatie en spel; b. ontdekken dat de kracht- en spanningsbogen in beweging, taal en stilte, de intensiteit van het spel beïnvloeden; c. het ritme in spel herkennen en gebruiken.

3.6 De leerlingen kunnen een aan de speelsituatie aangepaste en aangename spreektechniek ontwikkelen (articulatie, adembeheersing, tempo, toonhoogte) en verschillende verbale en nonverbale spelvormen improviseren. a. actief en met een aangepaste spreek- en speltechniek, deelnemen aan dramatische verwerkingen; b. zowel verbaal als non-verbaal omgaan met wisselende emoties in een spelsituatie. 3.7 De leerlingen kunnen genieten van, praten over en kritisch staan tegenover het eigen spel en dat van anderen, de keuze van spelvormen, onderwerpen, de beleving. a. hun eigen spel en dat van anderen kritisch benaderen en waarderen; b. ten overstaan van zichzelf, omgaan met een positieve kritische benadering door anderen; c. kritisch staan tegenover de totaliteit van een dramatisch gebeuren.