Casusboek Wmo Welzijn Nieuwe Stijl



Vergelijkbare documenten
Casusboek Wmo Welzijn Nieuwe Stijl

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst.

Werkboek Het is mijn leven

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Gedwongen opname met een IBS of RM *

De Budget Ster: omgaan met je schulden

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Ervaringen van mensen met verstandelijke beperkingen of psychiatrische problemen met zelfstandig wonen en deelname aan de samenleving

Weet wat je kan Samenvatting op kaarten

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

Netwerk Ouderenzorg Regio Noord

Gewoon meedoen!

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

U in het middelpunt Die migraine hè Levenservaring verzilveren

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Cultuursensitieve professionals in zorg en welzijn. Een wereld van verschil overbruggen

Dit boekje is van:..

Gezond thema: DE HUISARTS

Eerste nummer. Op kamers Eerst durfde ik de woonkamer niet naar binnen. Eetfobie. Het was moeilijk om te zien dat mijn nichtje van 5 meer at dan ik.

Ik heb een vraag over. zorg... ondersteuning... opvoeding... jeugdhulp... mijn arbeidsbeperking... mijn uitkering... werk...

De PAAZ, wat is dat? Informatie voor kinderen van 8 tot 12 jaar

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Algemene informatie Wmo

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 7-8. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

ik? Houd je spreekbeurt over GGNet

Zaken voor mannen. Verhalen van mannen met epilepsie

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

Over schulden gesproken

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

H E T V E R L O R E N G E L D

BINNENSUIS Jehudi van Dijk

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

De Driestroom Begeleiding bij zelfstandig wonen

Water Egypte. In elk land hebben mensen hun eigen gewoontes. Dat merk je als je veel reist. Ik zal een voorbeeld geven.

Thema In en om het huis.

Taboe. Door mijn verhaal te vertellen wil ik graag het taboe verbreken, dat heerst over mensen die getraumatiseerd zijn door hun verleden.

Ik heb een vraag over: Voorwoord. Ik voel me thuis niet prettig, kan ik met iemand praten?

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Probleem? Geen probleem. Met de vaardigheden die Humanitas je aanreikt, verander je je leven. Helemaal zelf. En het mooie is: iedereen kan het.

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

KLEM. Katja en Udo in de schulden. Anne-Rose Hermer

Inleiding. Veel plezier!

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden.

Bewindvoering: hoe werkt het?

Hoofdstuk 7 Dit hoofdstuk gaat over: het recht op goede zorg

3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco.

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Een goed leven voor.

De Keukentafel Uitdaging

Colofon: Inge Bramsen, Kees Willemse, Chris Kuiper & Mieke Cardol, Kenniscentrum Zorginnovatie van Hogeschool Rotterdam, 2015.

ANTES ONDERSTEUNING - FINANCIËN - WERK - GEZONDHEID - WONEN

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

KOPPen bij elkaar en schouders eronder. Informatie voor kinderen van ouders met psychiatrische problemen

Een land waar. mensen goed geïnformeerd zijn over handicaps

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Algemene brochure. voor mensen met een beperking. MEE maakt meedoen mogelijk

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

met de wmo doet iedereen gewoon mee

Judith Suyling. kindertherapie ouderbegeleiding. Poppenkast

Hoofdstuk 3 Dit hoofdstuk gaat over: het recht op zeggenschap

Wat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk?

Alvast bedankt voor het invullen!

ONDERSTEUNING VAN MENSEN MET EEN LICHAMELIJKE HANDICAP EN/OF NIET-AANGEBOREN HERSENLETSEL

ANTES ONDERSTEUNING - HUISHOUDEN - FINANCIËN - WERK - GEZONDHEID - WONEN

September 2008 Door: Charlotte Storm van s Gravesande. Bijbehorende foto's: zie onderaan de tekst. Hallo mede dierenvrienden,

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

Aan de slag met de Werk Ster!

Nieuwsbrief CliëntAanZet

Klantreis Terugval dakloosheid. Disgover

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Tips voor een goede spreekbeurt

Onze cliënten aan het woord

Jezus kreeg de straf voor onze zonden, wij ontvangen vergeving en vrede. Jesaja 53:4-6 en 1 Petrus 2:24

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

zorgen voor elkaar over mantelzorgers met een migranten achtergrond stamm

Presentatie Tranzo Zorgsalon 29 november 2012 Christine Kliphuis

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

GOED VRIENDJE? FOUT VRIENDJE?

Gebruikersgids jeugdigen met een licht verstandelijke beperking. Algemene informatie Informatie per zorgzwaartepakket (ZZP)

Hoofdstuk 9 Dit hoofdstuk gaat over: andere rechten van cliënten

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Transcriptie:

Casusboek Wmo Welzijn Nieuwe Stijl Verhalen van burgers en professionals Selecties van verhalen uit de Wmo opleidingsmodulen www.wmowerkplaatsnijmegen.nl Wmo Werkplaats Nijmegen (website) Lectoraat Lokale Dienstverlening vanuit Klantperspectief (website) Kenniscentrum HAN SOCIAAL Faculteit van Gezondheid, Gedrag en Maatschappij Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 4 november 2013 Samenstelling: Maarten Kwakernaak MSc

Verhalen vanuit klantperspectief Verhaal Herkomst (module) Blz Een tent heeft geen drempel Mensen ontmoeten, dat is belangrijk voor mij Elkaar een beetje helpen, zo hoort dat Ik heb niet veel nodig, ik voel me prima op mezelf Het meeste probeer ik zelf op te lossen In het buurtontmoetingspunt komt iedereen samen Er is geen moeten bij De schuldenproblematiek van Seif Samih wordt achtervolgd door PTSS Khaled zoekt bescherming en opvang De gemakkelijk beïnvloedbare Jetro Ayse en haar ouders met een verstandelijke beperking De gesloten leefwereld van Berat Jahan doet gewoon een beetje vreem Suraya is bang om teruggestuurd te worden Mama en papa werken en ik lees de brieven voor Diversiteit en de presentiebenadering Varsseveld: een gewoon dorp De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Gebiedsgericht werken met burgers. Verhalen van jongeren als basis voor gebiedsontwikkeling 3 4 5 6 7 8 9 10 13 16 19 21 23 25 27 29 31 33

Verhalen vanuit klantperspectief Verhaal Herkomst (module) Blz Terug naar Varsseveld Thuis met familie en vrienden Uit de Achterhoek Ik houd van levendigheid Toch durfden mensen nooit te vragen naar hoe het echt met mij ging Als mensen aan mijn lichaam konden zien hoe ziek ik ben zou ik helemaal in het gips zitten! Gebiedsgericht werken met burgers. Verhalen van jongeren als basis voor gebiedsontwikkeling. Gebiedsgericht werken met burgers. Verhalen van jongeren als basis voor gebiedsontwikkeling. Gebiedsgericht werken met burgers. Verhalen van jongeren als basis voor gebiedsontwikkeling. Gebiedsgericht werken met burgers. Verhalen van jongeren als basis voor gebiedsontwikkeling. Wie is er nou raar? Jongeren in dialoog over beeldvorming rondom mensen met een psychiatrisch probleem. Wie is er nou raar? Jongeren in dialoog over beeldvorming rondom mensen met een psychiatrisch probleem. 35 37 38 39 41 43 Ik heb geleerd om te vechten voor mijn geluk Ik voelde dat ik anders was dan mijn vriendinnen Ik ben niet eng, je kunt gewoon met mij praten Wie is er nou raar? Jongeren in dialoog over beeldvorming rondom mensen met een psychiatrisch probleem. Wie is er nou raar? Jongeren in dialoog over beeldvorming rondom mensen met een psychiatrisch probleem. Wie is er nou raar? Jongeren in dialoog over beeldvorming rondom mensen met een psychiatrisch probleem. Ik ben zoals ik ben, ik ben de beperking niet Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 51 Ik vind het fijn om me nuttig te voelen Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 54 Geniet van diversiteit Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 56 Mijn boodschap voor alle hulpverleners Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 59 Alles komt goed Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 62 Ik houd van Holland Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 64 De wij-cultuur is typisch Turks Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 67 45 47 49 Ik ging door het leven met een andere identiteit Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 70 Uiteindelijk beslist Allah Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 73 Volg je dromen Intercultureel Vakmanschap en Welzijn Nieuwe Stijl. 76

Verhalen vanuit klantperspectief Verhaal Herkomst (module) Blz Ayse vertelt Ayan vertelt Susanne vertelt Esra vertelt Korte lijnen met samenwerkingspartners Eigen kracht en een klein netwerk Onverwachte bezoeken van mijn moeder Ziekenhuisontslag pas na opruimactie Samen op reis Van zorgen naar ondersteunen Tot op het laatst verzorgd door familie Liever geen vreemden over de vloer Geld voor een kinderbedje Baas in eigen huis De ouder als ervaringsdeskundige. Informele opvoedingsondersteuning en Welzijn Nieuwe Stijl De ouder als ervaringsdeskundige. Informele opvoedingsondersteuning en Welzijn Nieuwe Stijl De ouder als ervaringsdeskundige. Informele opvoedingsondersteuning en Welzijn Nieuwe Stijl De ouder als ervaringsdeskundige. Informele opvoedingsondersteuning en Welzijn Nieuwe Stijl Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen Zichtbaar schakelen in de wijk. E-learning module voor wijkverpleegkundigen 79 80 81 83 85 87 89 91 93 95 98 101 103 105 Ik ben gelovig, maar niet kerkelijk Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 107 Als ik me niet goed voel richt ik me tot Hem Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 110 Vrouwendagen in de moskee Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 113 Als eerste naar het paradijs Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 116 Allah weet wat er in de toekomst zal gebeuren Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 118

Verhalen vanuit klantperspectief Verhaal Herkomst (module) Blz Licht Kruis Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 121 Schud ons maar eens goed door elkaar Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 123 Dan is de cirkel weer rond Competentie-ontwikkeling Interreligieuze Sensitiviteit 126

3 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. Een tent heeft geen drempel - Nelly Ik vind ons dorp prachtig. Het was zelfs het mooiste dorp van de provincie vorig jaar. Verder vind ik het een leuk dorp, waar veel te beleven is. Stel je wilt hier als vrijwilliger bij de speeltuin werken, dan kun je bijvoorbeeld in de spelweek deelnemen. Verder is er een muziekvereniging, een gymvereniging, een kerkkoor, een toneelclub en een bejaardensoos. Er is ook een open eettafel, iedere dinsdag van de maand. Bij die clubjes hoor je vanzelf wat er in het dorp gaande is. Bijvoorbeeld, ik hoorde gisteravond dat er iemand was benaderd door een stichting voor cultuur en kunst. Daar is de gemeente mee bezig omdat het Rijk aardig de duim op de knip houdt en ze die kleine dorpen toch levendig willen houden. Vanuit de clubjes kunnen we soms met anderen wat betekenen voor het dorp. Het dorp is aan het veranderen. De laatste jaren zijn er veel nieuwkomers in het dorp gekomen. Vaak zijn die mensen niet meteen op de hoogte wat er eigenlijk speelt. Toen hebben we gezegd, laten we een stratencompetitie doen om onderling kennis te maken. Dan zitten oud en nieuw gemixt. Tot nu toe is dat aardig gelukt, we mogen niet mopperen. Kennis maken en contact maken, dat gebeurt niet vanzelf. Zeker als mensen geen kinderen hebben. Als je kinderen hebt, dan gaan ze naar school en staan ouders aan het hek om de kinderen te halen. Dan komt er wel een gesprekje en later komen ze elkaar weer eens tegen bij de supermarkt. Dat helpt. De supermarkt is zoals mijn man zegt, net een bruin café. Dan zien ze elkaar weer en zeggen ze: Joh, doe ook een keer mee, dat is toch hartstikke leuk. In eerste instantie reageren ze dan vaak aarzelend, maar als de kinderen meedoen, groeit dat een beetje. Er zijn er altijd die niet meedoen, maar dat hou je toch. Op sommige gelegenheden hebben we met de vereniging een grote tent. Die hebben we gekregen van de middenstand en die is in beheer van de speeltuin. Daar wordt een biertje getapt, dan kunnen we gezellig en lekker bij elkaar zitten. Ik zeg weleens een tent heeft geen drempel. Als je tegen de mensen zegt dat het in het dorpshuis is, dan is die drempel groter. Ze moeten naar binnen om iets te beleven. Ze voelen zich verplicht om een kop koffie, biertje of glaasje fris te pakken. Wanneer datzelfde in de tent gebeurt zeggen ze we gaan eens even kijken hoor. En ze lopen erin en ze lopen eruit en ze voelen zich niet verplicht om dit of dat te nemen.

4 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. Mensen ontmoeten, dat is belangrijk voor mij Gerda Ik woon hier prima in het dorp, als weduwe van 72. Er is genoeg aanloop en mijn familie woont dichtbij. In de buurt ken ik mensen, maar alleen van groeten. De overbuurman daar deel ik wel het een en ander mee. Toen zijn vrouw nog leefde kwam ik daar regelmatig. Maar verder kom ik niet zo bij mensen. Er komen steeds weer andere mensen dus het is ook niet bij te benen. Als je buiten bent, praten we wel, maar ik ga niet zomaar bij iemand op bezoek. Heb ik ook geen behoefte aan hoor. Ik ben één of twee keer met mijn broer bij het activiteitencentrum gaan kijken. Dat trok me niet zo, door de mensen die daar waren. Dan zijn ze bijvoorbeeld aan het knutselen en dan wordt er ondertussen gesproken over allerlei dingen die ik niet hoef te horen. Daar heb ik absoluut geen zin in. Dan hou ik het liever onder de familie. Ik vind het belangrijk dat mensen in de buurt zich op hun gemak voelen. Je hoeft niet op elkaar neer te kijken. Een vriendin woont in de straat hierachter. Zij blijft altijd staan voor een praatje. Dat is toch heel normaal? Net zo als ik met de overbuurman een praatje maak. Maak een praatje met mensen, dat vinden ze geweldig, ik doe dat altijd. Mijn dochter komt af en toe hier lunchen, dan neemt ze aardbeien mee. Ze werkt hier in de buurt. Dan komt ze eventjes kletsen en een beetje helpen. Het is toch goed als mensen iets voor elkaar doen? Al is het maar voor oudere mensen een boodschap doen. Er zijn zoveel mensen thuis die niks te doen hebben. Ik vind het niet leuk dat ik slecht ter been ben. Ik kan mezelf soms lastig redden. Als ik vraag of familie wil helpen dan doen ze het wel. Maar niet op elk tijdstip waarop ik denk nou zou ik wel graag eventjes... Dan val ik ze maar lastig. Voorheen ging ik altijd één keer in de week naar mijn zus in een dorp verderop. Dan maakten we er een leuke dag van. Gingen we naar de markt en dan bleef ik daar eten. Maar nu gaat dat niet meer. Als ik alleen loop zonder steun dan kost dat veel moeite. Ik vind dat ze voor mensen die geen vervoer hebben iets voordeligs zouden kunnen regelen. Ontmoetingen met mensen, dat is toch echt héél belangrijk voor mij. Bijvoorbeeld mijn dochter die onverwachts aankomt. En mijn kleindochter natuurlijk. En mijn zus, die komt elke dag even kijken. Mijn andere zusje werkt, die brengt regelmatig een boodschapje, omdat ik aan het minimum van inkomen zit. Dat betekent heel veel voor mij.

5 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. Elkaar een beetje helpen, zo hoort dat - Frank Het hele flatblok heeft contact met elkaar. Wij wonen in een buurt die in principe bewoond is door verschillende generaties. Het bevalt mij prima. We hebben contact met de hele buurt. We kennen ze niet allemaal bij naam hoor, maar we behandelen elkaar wel met respect. Sommige mensen komen hier op de koffie. Als er wat is, help ik mensen graag. Ik zou ook graag willen dat er iemand voor mij klaarstaat als er wat is. Elkaar een beetje helpen, zo hoort dat. Hierachter woont iemand uit Italië. Hoe ze hier gekomen is weet ik niet. Ze kan eigenlijk totaal geen Engels of Nederlands. Ze zat deze winter met de verwarming in de knoop. Dus die heb ik op gang geholpen. De buurvrouw verderop heeft een kledingwinkel en op de hoek woont iemand die een zaak heeft in gereedschappen. Dus eigenlijk weet ik heel veel van de mensen die hier omheen wonen. We houden met z n allen alles goed in de gaten. Met al die diefstallen moet dat ook. Maar je moet wel toenadering zoeken, het is niet zo dat iedereen naar jou toekomt. Als je hulp nodig hebt wel, dan doen ze dat wel. Die jongen verderop heeft wel eens gereedschap nodig dat heb ik dan wel in huis. Maar je moet zelf het initiatief nemen. Ik kom uit een dorp en daar is het heel normaal dat iedereen elkaar goedendag zegt. Zelfs als ik nu nog het dorp in rijd, word ik goedendag gezwaaid. Een hoop mensen kennen mij hier wel van gezicht. Maar ik zal niet zeggen dat de hele stad hier naar elkaar loopt de zwaaien. Nee, dat is er niet bij. Qua ontmoeting heb ik op het moment genoeg. Het is wel iets wat ik de afgelopen jaren gemist heb. Maar wat ik zoek is meer aan tafel, discussies, gezamenlijk praten. Waarover maakt niet uit eigenlijk. Ik ben een nieuwe zaak aan het opzetten, maar dat loopt niet zo n vaart. Eigenlijk zou ik wel meer contact willen met mensen. Het laatste wat ik gedaan heb is een winkel. Dan praatte je met iedereen die binnenkwam. Dat heb ik de laatste jaren wel gemist. Door omstandigheden moest ik de winkel verkopen. En dan doe je ineens niet meer mee. Als je thuis zit ben je snel van je vrienden af. Dat heb ik zelf meegemaakt. Op een gegeven moment hoor je er niet meer bij. Als er ergens iets georganiseerd wordt wat geld kost, hoef je je eigen ook niet aan te melden want dat kost geld dat je niet hebt. Dan doe je dus niet mee, dan verlies je daar sociaal contact mee. Daar is moeilijk mee om te gaan. Nou goed, wij proberen het via ons eigen pakkie-an op te lossen. Het is niet zo dat wij hulp vragen. Dat is ook weer zoiets. De meeste mensen vragen geen hulp. De mensen die het nodig hebben, die vragen het niet.

6 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. Ik heb niet veel nodig, ik voel me prima op mezelf - Theodoor Ik ben 83 jaar en woon hier al mijn hele leven. Het is een rustig dorp, veel meer is er eigenlijk niet over te zeggen. Het dorp verandert de laatste jaren. Het is 50% import hè. En ouwe mensen zakken af hier. De kinderen moeten eruit, want die hebben hier niks te doen. Die moeten werken. De ene gaat naar Nijmegen en de ander naar Arnhem en zo verliezen we ze allemaal. Alles trekt naar het grotere dorp verderop. De mensen, het vervoer, alles. Je bent eigenlijk op de taxi s aangewezen. Er zijn wel andere mensen met wie ik mee kan rijden, eventueel, maar die wil ik eigenlijk niet lastigvallen. Ik heb zelf geen auto, maar de regiotaxi is gemakkelijk te bestellen. Maar ik hoef niet ver te gaan, daar zie ik niks meer in. Ik ga niet naar de familie toe wat niet nodig is. Diegenen die een taxiabonnement hebben kunnen zich goed redden. Maar er zijn ook een hoop oude mensen die zo n abonnement niet zomaar krijgen van de gemeente. Ik heb het toen gekregen omdat ik niet meer kon fietsen. Zo heb ik een scooter gekregen van de gemeente. Ik heb een douche gekregen helemaal kant en klaar gemaakt. Ze kwamen kijken hier en dan krijg je het gemaakt. Sociale activiteiten in het dorp daar doe ik niet veel aan mee. Rondrijden een beetje, dat wel. En koffie met de buurman altijd s maandags, en dan is de week weer vol. En met anderen in de buurt, dat doe ik drie keer in de week om 11 uur met dezelfde mensen die allemaal van mijn leeftijd zijn. Voor het grootste deel ken ik die van vroeger. Dan hebben we het gewoon over dagelijkse dingen. Ik zit niet meer bij een club of vereniging. De mensen die ik spreek ken ik voornamelijk toch van vroeger. Verder zit ik veel in de schuur op mijn stoel op de uitkijk. Dan komt die of die ineens binnen. Het is mooi dat ik overdag nog contact heb met mensen. Vooral voor de gezelligheid. Nou en dan is de dag weer voorbij. Ik heb niet veel nodig. Ik red me wel. Gewoon thuis zijn, koffie drinken. Dat is een beetje wat ik doe. Ik kan dit dorp niet missen. Ze zeggen tegen mij ook wel eens: Ga eens naar hier of daar, daar is meer te doen en alles. Ik ben hier geboren en ik wil hier sterven ook. Dat is het belangrijkste wat ik te zeggen heb.

7 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. Het meeste probeer ik zelf op te lossen - Andrea Ik woon landelijk, rustig en met uitzicht. Dat is heerlijk. We moeten helaas weg, we kunnen het onderhoud niet meer aan. Dat is heel jammer. Ik krijg wel hulp van mijn kleinzoon. Daar krijgt hij dan een kleinigheidje voor. Dat scheelt een stuk, want mijn man en ik kunnen het lichamelijk slecht aan. Er staat nog steeds heel veel in bloei in de tuin, maar ik kan er bijna niks aan doen. Toen mijn man in het ziekenhuis lag heeft de buurman de heg gesnoeid en onkruid weggehaald, dus als er echt iets is kan je hier in het dorp op elkaar bouwen. We hebben veel contact met de buurt. Niet dat we constant bij elkaar over de vloer lopen, maar als we buiten zijn, praten we en we drinken af en toe een keer koffie. Deze buren zien we iedere week bijvoorbeeld, omdat zij boodschappen voor ons meebrengen. Bij de mensen die ik ken, kan ik in ieder geval terecht. We hebben een appartement gekocht in de buurt. Het voordeel is dat we daar minder dingen moeten. Je krijgt thuiszorg en hulp op huishoudelijk gebied. Maar hier kan je buiten zitten. Daar krijg je een klein balkonnetje. We hebben vijf kinderen, allemaal met aanhang. Ze helpen ook, maar je kunt niet wekelijks op ze rekenen. Ze hebben hun eigen gezin en hun eigen werk. Het is tegenwoordig niet zo simpel. Als ik ergens helemaal niet uitkom, vraag ik het aan de kinderen. Maar ik doe het liever niet, omdat ik weet dat ze druk zijn. De afgelopen periode ook toen ik uit het ziekenhuis kwam. Ze zeggen: als er iets is: zeg het dan. Maar dat vind ik best moeilijk naar de kinderen. Ik vind het sowieso moeilijk. Ik moet proberen niet altijd bij de pakken neer te gaan zitten. Toch dingen proberen te doen. Zelfs leuke dingen zijn dan moeilijk. Ik heb ervaren dat je heel gauw in een isolement zit. Vroeger werkte ik als caissière, maar ik verloor mijn baan omdat ik het fysiek niet meer aan kon. Ik zat in een diepe put. Ik voelde me zo rot dat ik juist in de drukste periode was weggegaan, ik had het gevoel dat ik hun in de steek liet. Toen heb ik wel een paar jaar gehad dat ik bijna de deur niet uit ging. Ik voelde me zo lamlendig. Toen ben ik gaan zoeken naar een oplossing. De dokter zei: daar moet je niet zo zwaar aan tillen, je moet gewoon doorgaan. Maar ja, hij had lekker praten. Achteraf denk ik, had hij gelijk. Dan had ik aan het arbeidsproces deel kunnen blijven nemen. Dat was beter geweest. Iedereen is wel eens ziek.

8 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. In het buurtontmoetingspunt komt iedereen samen - Hettie Elke keer als ik hier niet heen kan, vind ik een straf. Wij vinden het hier echt toegevoegde waarde hebben. Gezellig praten met elkaar en mensen ontmoeten die je niet dagelijks tegenkomt. Dat is leuk aan al die contacten. Praten met elkaar, gezelligheid, drinken, nieuwe mensen ontmoeten of gewoon alleen maar rondkoekeloeren. Ik ga vast op dinsdagochtend hierheen. Ik zat ook bij de vrouwenvereniging, maar daar ben ik weggegaan. Te veel verplichtingen. Dat is hier minder. Vorige week was ik er niet en ik miste de gezelligheid. De saamhorigheid. Ik denk dat dat een goed woord is. Dat moeten we aanmoedigen, terwijl dat is eigenlijk helemaal niet nodig want hier ligt dat min of meer van nature klaar. Ik vind ook dat er hier een enorme gelijkwaardigheid is. We kijken niet naar elkaar van: oh die is vreemd of dat is een echte dorpeling. We hebben respect voor elkaar, dat is heel belangrijk. Hier kom je soms mensen tegen die je al in jaren niet hebt gezien en ze wonen in hetzelfde dorp! Ik ben alleenstaand en mijn kinderen zijn al de deur uit. Daardoor deel je toch minder. Het steunen aan alleenstaanden, ja, dat vind ik echt een heel sterk punt van deze ontmoetingsplek. Ik ben een tijd geleden weer naar het dorp verhuisd omdat je in het buitengebied niemand tegen komt. Nu kom je elkaar weer tegen bij de Spar. Als je mensen zo weinig ziet en je komt ze weer tegen, dat is hartstikke leuk. Als we hier in het ontmoetingspunt zijn kletsen we lekker met elkaar. Ook verhalen die je normaal nooit hoort. Er worden ook dingetjes georganiseerd zoals informatie over de belastingaangifte. Of aanstaande dinsdag, dan komt er bijvoorbeeld een notaris uitleg geven over het testament. En met kerst was hier een schooljuffrouw van dertig jaar geleden, kan je het geloven! Samen herinneringen ophalen, dat was geweldig. We doen het hier zo dat het de ene week thema is en de andere zonder enige verplichting. Je kan ook zelf aangeven waar je het over wilt hebben, dan kijken we of we iets kunnen organiseren. Buiten het buurtontmoetingspunt spreken sommigen hier ook wat af. Ik doe dat zelf niet, ik ben op dinsdagochtend standaard hier, maar verder zie ik deze mensen niet. Eén mevrouw is wel een goede vriendin geworden. De jongeren die komen hier niet. Die kun je ook niet dwingen, want die hebben hun eigen dingen te doen overdag. Mensen hier hebben de leeftijd vanaf de 40 en hoger. Ik ga meestal bij mensen van mijn eigen leeftijd zitten. Sommigen komen dan weer alleen voor het kaarten. Dat er groepjesvorming is vind ik niet erg. Daar kun je volgens mij ook niet zoveel aan veranderen.

9 Uit: Heessels, M., Janssen, J., Kivits, J., Boer, A. de, Biene, M. van, (2013). De kracht van buurtontmoeting. Ondersteuning voor en door buurtbewoners. Nijmegen: HAN. Er is geen moeten bij - Hendrik Wat er zo belangrijk is aan het buurtontmoetingspunt? Nou, dat klinkt heel normaal, maar eigenlijk gewoon een kopje koffie en met elkaar praten. En nadenken over wat we allemaal kunnen doen om het ontmoetingspunt in stand te houden. Ja, daar komen we ook wel voor, want het is een goed initiatief en alle onderwerpen komen aan de orde. Ik kan met iemand over het religieuze praten. Met iemand anders misschien over het weer of over een goeie film. Voor iedereen geldt dat hij zomaar binnen moet kunnen lopen om even gezellig met elkaar te kletsen. Het moet ongedwongen en vrij zijn, dat vinden we belangrijk. Eenieder mag z n zegje doen over een bepaald onderwerp. Allerlei onderwerpen worden besproken. Daar proberen de actieve mensen wel een beetje lijn in te krijgen. Als je het graag over computers wilt hebben, dan gaan we dat gewoon een keer proberen. Praten kan over alles. We zijn allemaal fantasierijk, maar het is soms wel moeilijk om elke keer iets te verzinnen. We hebben een spelletjesavond gehad, die was leuk. Of een potje kaarten, daar heb ik me goed vermaakt. Er zitten hier mensen die heel actief zijn kerkelijk en gelovig en er zitten hier mensen die daartegen aan schoppen bij wijze van spreken. Het is voor iedereen en alle mensen. Die ergens mee zitten of die het moeilijk hebben. We proberen vol liefde met elkaar om te gaan. Daar kan ik kracht uit putten, daar word ik blij van. Dat lukt goed ja, daar ben ik niet moeilijk in hoor, dat kan net zo goed met die en met die en met die. Het is geweldig dat hier van alle gezindten of van alle kerken de mensen zo door elkaar zit. Dat is het voordeel van een open ontmoetingsplek. Alles zit hier door elkaar heen, het is echt voor iedereen. Alle mensen, voor iedereen. Ook van jong tot oud. Het is net alsof de deur op deze ontmoetingsplek, alsof de drempel die d r wel vaak is, alsof die hier gewoon niet is. Daar is het ook een ontmoetingsplek voor. Het is ook heel ongedwongen, van ja hoe gaat het met je? Kan ik wat voor je doen? Vertel eens wat je gedaan hebt deze week? Soms komt er een heleboel verdriet boven en dan ga je even apart zitten. Er komen allerlei verschillende mensen maakt niet uit hoe ze eruit zien, dat maakt het verrassend. En je hoeft niet ergens over te praten als je dat niet wilt. Het is helemaal niet zo dat je alleen maar moet, soms is dat ook gewoon alleen maar van, hee joh leuk dat je naast me zit. En soms komt er zo wat uit rollen. Er is geen moeten bij. Ik probeer ook altijd open te staan, van wie komt er binnen en hoe gaat het nou écht met je.

10 Uit: Erp, M. & Biene, M. van, (z.j.). Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Nijmegen: HAN. De schuldenproblematiek van Seif Een ontmoeting met Seif Een man van Irakese afkomst, Seif geheten, heeft een grote huurschuld en zal over enkele dagen uit zijn flat worden gezet. Hij dreigt zichzelf en zijn woning in brand te steken als dat gebeurt. Veel mensen maken zich zorgen om Seif. De woningbouwvereniging, de gemeente, de wijkagent, de regionale instelling voor begeleiding bij wonen, dagbesteding en werk voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening en de schuldhulpverlening van de gemeente zijn allen bij de situatie betrokken. Een welzijnsinstelling biedt de cliënt hulp aan bij zijn administratie. Het lukt niet om in contact te komen met Seif. De woningbouwvereniging en de gemeente geven de opdracht om met de crisisdienst van de organisatie voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ) een crisisplan op te stellen. Mocht deze man gevaarlijk worden voor zichzelf of zijn omgeving, dan kan middels de spoedprocedure inbewaringstelling (IBS) tot een gedwongen opname worden overgegaan. Ik neem me voor om de cliënt eerst te bellen. Hij neemt op en ik stel me voor. Ik heb uitgelegd dat er mensen zijn die zich zorgen om hem maken en dat ik gevraagd ben om te kijken wat ik voor hem kan doen. Seif is niet afhoudend en we maken een afspraak voor de volgende dag, zaterdag 13 augustus. Ik kom die zaterdag om 12 uur binnen. We raken aan de praat. De gordijnen zijn dicht en Seif geeft aan niet de straat op te gaan als het niet hoeft. Het is al lang geleden dat hij voor het laatst gelachen heeft. Hij vertelt veel te piekeren en zeer slecht te slapen. Al zijn spullen liggen verspreid in de woonkamer. Er brandt een kaarsje voor een foto van een vrouw. De vrouw op de foto blijkt zijn vriendin te zijn die vier jaar geleden is overleden. Sindsdien zijn problemen op verschillende levensdomeinen begonnen. Hij geeft aan dat enkel de kleren en foto s van zijn overleden vriendin voor hem nog waarde hebben. Hij heeft alles van haar bewaard. Seif komt al snel met zijn post aan. Hij begrijpt niet waarom hij steeds maar moet betalen. Hij heeft op afgelopen maand 5200 euro betaald voor de huur en deze maand nog eens 4000 euro. De kosten van de huur zijn 700 euro per maand. Hij krijgt een uitkering van 870 euro. Zorgtoeslag of huurtoeslag lijken niet te zijn aangevraagd. Zijn financiën zijn ook voor mij een onoverzichtelijke chaos. Om zijn schulden af te kunnen betalen leent hij geld van kennissen die daardoor inmiddels ook in de financiële problemen zijn gekomen.

11 Als ik Seif vertel dat ik hem kom helpen bij de verhuizing en hem voorstel om bij de supermarkt alvast wat dozen te halen om spulletjes in te pakken, vertelt Seif dat het hem allemaal niet zoveel meer uitmaakt. Hij heeft gedachtes om zijn woning in de brand te steken met zichzelf erbij. Als de brand bij de voordeur begint, komt hij niet van de flat af en zal hij automatisch mee verbranden legt hij uit. Hij heeft er duidelijk over nagedacht. Ik geef aan dat hij me moet beloven dat niet te doen. Ik kan de ontruiming niet meer voorkomen, maar beloof hem dat het leven wel weer zonniger kan worden voor hem en dat ik denk dat hij met wat hulp veel van zijn problemen achter zich kan laten. Maar als hij domme dingen gaat doen, dan kan ik niets meer voor hem doen. Betrokkene belooft me dat hij niet aan zijn gedachtes toe zal geven. Op mijn beurt beloof ik dat ik dan mijn best voor hem ga doen. Ik realiseer me dat het belangrijk is om te werken volgens de principes van de presentietheorie. Seif komt nergens aan toe. Het ontbreekt hem aan energie om zijn spullen in te pakken. Ik bied aan om mee te gaan naar een afspraak bij de schuldhulpverlening. Dat wil hij graag. Seif heeft van het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) een voorbeeldformulier gekregen met uitleg hoe het statusformulier voor de uitkering ingevuld moet worden. Hij begrijpt het niet. Het Arabisch schrift kan hij wel lezen, maar hij heeft nooit Nederlandse taalles gehad en de taal op straat geleerd. Hij heeft dus nooit Nederlands leren lezen. Er zijn nogal wat hulpverleners betrokken bij deze man, maar niets lijkt van de grond te komen. Via vele telefoontjes probeer ik te achterhalen wat de verschillende instanties hebben afgesproken met de cliënt. Helaas kan ik geen concrete afspraken achterhalen, behalve dat de ontruiming door de woningbouwvereniging door gaat. Uiteindelijk heb ik Seif kunnen bewegen om zelf zijn flat te ontruimen. Dat scheelt kosten, want dan hoeft de deurwaarder dit niet te doen. Hij belt me regelmatig met vragen. Ik houd contact met de woningbouwvereniging en de wijkagent. Uiteindelijk trekt hij bij zijn jongere broer in. Hij schaamt zich hiervoor. Ik geef aan dat hij heel veel pech had gehad in zijn leven en dat hij heel veel heeft meegemaakt. Ik vind dat hij trots mag zijn dat hij zijn hoofd nog steeds boven water weet te houden en dat zeg ik hem. We maken een afspraak om de volgende dag bij de welzijnsinstelling een postadres te regelen. Zoals afgesproken ontmoeten we elkaar om 11.00 uur. De volgende dag wacht Seif me al op bij de welzijnsinstelling om het contract te ondertekenen. We drinken een kop koffie op een terrasje en bespreken zijn situatie. Het zonnetje schijnt. Hij vertelt me dat dit de eerste keer sinds lange tijd is dat hij de warmte van de zon voelt. Hij lijkt opgelucht dat de problemen rondom de flat achter de rug zijn. Een crisisplan dat de verschillende instanties wensten, heb ik uiteindelijk niet gemaakt. Het leek me niet nodig en er was ook onvoldoende urgentie om indruk mee te maken bij de GGZ. Het valt op dat verschillende instanties erg blij zijn met mijn betrokkenheid. Ikzelf ben daarentegen niet blij met het feit

12 dat de verantwoording voor eventuele ongelukken bij mij wordt neergelegd. Er is namelijk geen zorgcontract en feitelijk ga ik zonder indicatie of afspraken vooraf aan het werk. We spreken twee of drie keer per week af en ik blijf Seif trouw dezelfde aandacht geven als die hij in crisistijd van mij kreeg. Stilstand betekent bijna altijd achteruitgang, dus we blijven aan het werk. Wijzigingen worden doorgegeven aan de uitkeringsinstantie en de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). We nemen contact op met de schuldeisers in een poging de schulden te stabiliseren. De laatste meterstanden worden doorgegeven aan de nutsbedrijven en telefoon en aansluitingen voor internet worden stopgezet. We maken kennis met een bewindvoerder en ik heb een psychologisch onderzoek aangevraagd om te bekijken of betrokkene recht heeft op een indicatie vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten(AWBZ). Ik probeer hem uitleg te geven over rouwprocessen en trauma s en hoe die ertoe kunnen leiden dat iemand geen plezier meer heeft in het leven en dus met de gordijnen dicht binnen blijft. Uiteindelijk wordt Seif opnieuw door de huisarts met depressieve klachten doorverwezen naar de GGZ voor diagnostiek en behandeling. Seif was daar eerder geweest, maar na de intake gestopt omdat hij het gevoel had uitgelachen te worden. Er werden zulke vreemde vragen aan hem gesteld. Ditmaal wordt tijdens de intake het culturele interview toegepast en maakt de Cultural Formulation of Diagnosis duidelijk dat onder de depressie een oorlogstrauma en gestagneerd rouwproces ligt. De conclusie van specialisten van het centrum voor psychotherapie is dat betrokkene wel gemotiveerd is. Het advies is om rust en structuur in het leven aan te brengen en zo het rouwproces op gang te brengen. Een instelling voor zorg- en dienstverlening voor mensen met een verstandelijke beperking biedt een woonplek en dagstructuur aan, de GGZ biedt behandeling. De positieve lijn wordt geconsolideerd. Schuldeisers blijven op een afstand en het beslag op de uitkering is opgeschort door de woningbouwvereniging. Een indicatie voor zorg met verblijf wordt afgegeven en Seif is op een woonvoorziening komen wonen. Dagbesteding is gestart en daarna kan de behandeling gestart worden bij een centrum voor psychotherapie. De verwachting is dat deze behandeling een jaar in beslag zal nemen en dat Seif aan het einde daarvan voldoende hersteld zal zijn om weer zelfstandig te kunnen wonen, wel met bewindvoering en ambulante ondersteuning om terugval te voorkomen. Het is ook te verwachten dat Seif in de toekomst weer zijn eigen geld zal kunnen verdienen.

13 Uit: Erp, M. & Biene, M. van, (z.j.). Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Nijmegen: HAN. Samih wordt achtervolgd door PTSS Een ontmoeting met Samih Mijn collega komt op straat ex-cliënt Samih tegen. Hij is deze man al weer ruim een jaar uit het oog verloren. Samih loopt moeilijk en lijkt pijn te lijden. Hij heeft een plastic tasje met wat papieren bij zich en lijkt verder zonder duidelijk doel door de stad te lopen. Mijn collega neemt hem mee naar de welzijnsinstelling en stelt de cliënt aan mij voor. Het blijkt om een ongeveer 45-jarige man van Palestijnse afkomst te gaan die in Nederland voor bepaalde tijd asiel heeft. Zijn verblijfsvergunning zal over een paar maanden verlopen. Ik besluit hem te helpen deze te verlengen. Samih komt op me over als een opgejaagd dier. Hij durft bijna niet te gaan slapen en zwerft liever hele nachten over straat. Zijn hele lichaam is gespannen en zijn bewegingen zijn schokkend. Hij vertelt me dat hij een hernia heeft, waardoor hij veel last heeft van pijn in zijn rug. De huisarts heeft hem doorverwezen naar een fysiotherapeut, maar Samih weet niet of hij verzekerd is. De pijnstillers die de huisarts hem heeft gegeven mag hij alleen innemen na de maaltijd. Hij heeft echter geen geld en al drie dagen niets gegeten. Hij heeft wel een uitkering aangevraagd, maar is nog in afwachting van een beslissing. Ik bel naar het Centrum voor Werk en Inkomen(CWI) en Samih kan een voorschot ophalen van 75 euro. Hij geeft aan dat hij daarvan 50 euro moet betalen aan een man die hem een lege flat aanbiedt waar hij op de betonnen vloer kan slapen. Via VluchtelingenWerk heeft hij een postadres, want op de slaapplek die hij nu heeft mag hij zich niet in laten schrijven. Op mijn vraag of hij nog meer hulp heeft, naast zijn contacten met VluchtelingenWerk laat hij me een afsprakenkaartje zien van de organisatie voor geestelijke gezondheidszorg(ggz). Zijn laatste afspraak was 4 jaar geleden en die afspraak had hij gemist. Met al zijn bezittingen in een plastic tasje heeft hij al die tijd het afsprakenkaartje bewaard, als een soort laatste redmiddel. Ik vertel hem dat ik wel wat voor hem kan doen en dat ik hem zal helpen bij zijn grootste zorgen en problemen. Problemen doen zich voor op meerdere levensdomeinen. We maken een vervolgafspraak. Samih pakt me bij mijn handen en weet niet hoe hij me moet bedanken. De tranen rollen over zijn wangen. Hij is het zwerven en vechten voor een plekje op deze aarde moe. Twee dagen later komt Samih volgens afspraak bij de welzijnsinstelling. Hij vertelt me dat hij in 1967 als kind van Palestijnse ouders geboren is in een vluchtelingenkamp in Libanon. Daar is hij opgegroeid in een situatie van constante (dreiging van) burgeroorlog. Een groot deel van zijn volk is stateloos geworden nadat zij Palestina moesten ontvluchten bij het uitroepen van de Israëlische staat. Op 15 jarige leeftijd heeft betrokkene de invasie van Beiroet door het Israëlische leger meegemaakt. De Palestine Liberation Organization (PLO) was door hen verdreven en kort daarop zijn er slachtingen geweest in de

14 vluchtelingenkampen door christelijke falangisten. Samih woonde destijds met zijn familie in een van deze kampen. Ik luister naar zijn verhaal, maar voel mij niet bekwaam om dit in een eerste contact verder uit te vragen. Ik heb hem laten vertellen. Samih vervolgt. In de jaren daarna heb ik meegeholpen op een ambulance in Beiroet. In die periode heb ik veel traumatische ervaringen opgedaan. Ikzelf ben onder vuur gekomen en heb vanwege een schotwond nog steeds een stalen plaat in mijn rechter onderbeen. Daar heb ik nog steeds last van. Ik heb veel doden gezien en uiteindelijk heb ik mijn collega s van de ambulance in Beiroet verloren toen deze door een raket geraakt werden. Samih heeft behalve herbelevingen en nachtmerries ook veel lichamelijke klachten, een hernia, pijn in zijn been en hij klaagt over kiespijn en maagpijn. Eind jaren 90 is hij naar Nederland gekomen. Hij is behandeld voor PTSS in een behandel- en expertisecentrum voor mensen met ernstige psychotraumaklachten en in een regionale GGZ-instelling. Daarnaast is hij ambulant ondersteund door een instelling voor begeleid wonen en dagbesteding. Deze vorm van hulpverlening lijkt echter te licht te zijn geweest, want de hulpverleners hebben steeds weer het contact met Samih verloren. Ik neem mij voor om zo snel als mogelijk een plek te zoeken waar hij tot rust kan komen en waar de behoefte en mogelijkheden voor behandeling verder worden onderzocht. Ik neem contact op met de GGZ en spreek met de behandelaar waar de cliënt zijn laatste afspraak had. Deze behandelaar vertelt destijds tijdens de intake de richtlijnen voor het culturele interview te hebben gehanteerd als aanzet voor het opstellen van de Cultural Formulation of Diagnosis. Hij vertelt me dat er 4 jaar geleden een behandeling voor oorlogstrauma is gestart door, maar dat de reisafstand naar het specialistische centrum problemen opleverde. Bovendien moest Samih inburgeren en daarvoor moest hij vaak diezelfde dag op een andere locatie zijn. De EMDR- behandeling (Eye Movement Desensation and Reprocessing) leek wel aan te slaan en er is destijds geprobeerd hiermee verder te gaan in een GGZinstelling in de buurt van de woonplaats van Samih. Twee jaar geleden is hij doorverwezen naar de angstpoli van de GGZ. Nadat Samih in diezelfde tijd na een huurschuld uit zijn huis was gezet is het contact tussen de hulpverlening en Samih gestagneerd. Toen hij verhuisde is ook de ambulante begeleiding overgedragen naar een instelling voor begeleid wonen in zijn nieuwe woonplaats, maar dit is nooit op gang gekomen. Daarna is de hulpverlening Samih kwijtgeraakt. Ik besluit om een afspraak te maken met de huisarts en kan binnen een week terecht. De huisarts blijkt Samih al 15 jaar als patiënt te kennen. We krijgen een schat aan informatie over alle hulpverleningscontacten die er de afgelopen 15 jaar zijn geweest. Hij vertelt dat de hulpverleners van het expertisecentrum voor mensen met een oorlogstrauma onder de indruk waren van zijn bovengemiddelde IQ -score. Vreemd denk ik, zouden er verschillende meetinstrumenten gebruikt zijn om het IQ te testen?

15 Op mij komt Samih niet over als een cliënt met een verstandelijke beperking. Zou de psychiatrische problematiek zo ernstig kunnen zijn, dat een persoon niet veel verder komt in het leven als iemand met een verstandelijke beperking? De spoedindicatie die ik aanvraag leidt er toe dat Samih zes maanden zorg met verblijf krijgt binnen een van de woonvoorzieningen van een zorg- en dienstverleningsinstelling voor mensen met een verstandelijke beperking. Ook daar kan hij binnen een week terecht. In die periode wordt verder onderzoek gedaan naar de problematiek en mogelijkheden voor behandeling. Samih is hier heel blij mee. Hij krijgt een contactpersoon vanuit de woonvoorziening toegewezen die met hem zijn uitkering en verblijfsvergunning regelt. Er wordt een begin gemaakt met het stabiliseren van de schulden en een aanvraag voor bewindvoering gaat de deur uit. Zelf regelt Samih dagbesteding bij een stichting voor daken thuislozen en met ondersteuning van zijn contactpersoon bekijkt hij of hij kan aansluiten bij de dagbesteding van een regionale instelling voor beschermd wonen. De huisarts verwijst Samih opnieuw door voor een intake bij de angstpoli. Hij verwacht positieve resultaten van een behandeling nu er is voorzien in een dagroutine en in de eerste levensbehoeftes. Het streven is om de kwaliteit van bestaan op meerdere levensdomeinen te verhogen. Voor Samih betekent dit dat zijn verblijfsvergunning voor vijf jaar kan worden verlengd en die kan daarna voor onbepaalde tijd opnieuw verlengd worden als betrokkene een geboorteakte kan overleggen. Dit kan uiteindelijk leiden tot een woonplek, gezonde en gevarieerde voeding, een inkomen op basis van zak- en kleedgeld en een hersteld vertrouwen in de hulpverlening. Vanuit een stabielere situatie kunnen hulpverleners zich nu richten op het behandelen van de onderliggende oorzaken van problemen. Het blijft afwachten in hoeverre mensen zoals Samih kunnen genezen van hun psychische problematiek. Als er gefocust wordt op herstel en herstellende hulpverlening zal het leven voor Samih zeker verbeteren.

16 Uit: Erp, M. & Biene, M. van, (z.j.). Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Nijmegen: HAN. Khaled zoekt bescherming en opvang Een ontmoeting met Khaled Een collega van een welzijnsinstelling vraagt aan mij of ik eens in gesprek wil gaan met een Afghaanse man van 22 jaar en of ik wil kijken of ik hem op weg kan helpen. De man heeft een postadres bij de welzijnsinstelling omdat hij dakloos is. Ik tref een goed verzorgde jongeman aan die zich voorstelt als Khaled en me onmiddellijk vraagt of ik een woonplek voor hem heb. Ik antwoord dat ik geen woningen verhuur, maar dat ik hem misschien wel kan helpen bij het zoeken naar een woonplek. Daarop zegt hij: Oh, dus je hebt geen woonplek voor me. Ik leg uit dat ik wel samen met hem naar zijn situatie kan kijken, waarop hij zegt: Oh, dus je hebt een woning voor me. Ik heb nogmaals geprobeerd uit te leggen wie ik ben en wat ik kan doen, waarop hij concludeert dat ik geen woning voor hem heb. Khaled begrijpt heel weinig, hij heeft een lage score op de IQ -test, dus ik ben maar eens verder gegaan met wat praktische vragen. Op de vraag of hij een inkomen heeft, vertelt hij me dat hij een Wajonguitkering heeft. Een alleenstaande, goed verzorgde, maar dakloze Afghaanse jongen van 22 jaar met een Wajong uitkering en geen hulpverleners in zijn leven roept bij mij veel vragen op. Om eerst wat informatie boven tafel te krijgen vraag ik onderzoeksverslagen op bij de instantie voor werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden en ik maak een vervolgafspraak met Khaled. Khaled vertelt me dat hij acht maanden in een gesloten justitiële jeugdinrichting heeft gewoond. Hij vertelt me dat hij daar onderzocht is door een man die Henk heette. Bij deze jeugdinrichting is hij in eerste instantie niet bekend. Later vinden ze wel een aantekening waarin staat dat hij is overgeplaatst naar een particulier behandelcentrum voor observatie, verzorging, opvoeding, behandeling en begeleiding van jongeren met ernstige en gecompliceerde gedragsproblemen. Ik bel met het particuliere behandelcentrum, maar daar weten ze niet meer dan dat hij daar twee jaar lang opgenomen is geweest. In 2010 is hij volwassen geworden en is het contact met hem verloren gegaan. Gegevens over een intelligentieonderzoek kunnen zijn hen onbekend. Uiteindelijk kom ik in contact met een psycholoog van de justitiële jeugdinrichting, Henk genaamd, die zich de jongen kan herinneren. Hij vindt verslagen waaruit een IQ van 58 bleek. Dit onderzoek is al meer dan vijf jaar oud, dus reden te meer om een nieuw onderzoek aan te vragen. Ik hoop dat er geschikte meetinstrumenten zijn om het IQ vast te stellen van mensen met een migrantenachtergrond zoals Khaled. In de weken daarna heb ik geregeld contact met Khaled. Hij geeft aan het erg zwaar te hebben op straat. Ik spreek met hem over een plek bij de nachtopvang voor jongeren. Deze plek wijst hij af omdat daar

17 drugs gebruikt zou worden. Drugs en alcohol mogen niet geeft hij aan. Ik overweeg om een spoedindicatie aan te vragen, maar er is op korte termijn geen beschermde woonplek beschikbaar, dus het lijkt ook niet zinvol om op deze weg verder te gaan. Khaled laat zien volledig mee te willen werken. Hij komt op al zijn afspraken en geeft overal toestemming voor. Gaandeweg vertelt hij zijn levensgeschiedenis. Khaled is als kind in Afghanistan naar een religieuze school geweest, een zogenaamde madrassa. Daar moest hij de Koran voorlezen. Als hij een fout maakte kreeg hij met de vlakke hand of met een stok klappen van de Mullah. Die Mullah had enorme handen!, vertelt hij. Zijn vader was gevlucht naar Nederland voor het oorlogsgeweld, hij heeft Khaled naar Nederland gehaald. Zijn moeder is in Afghanistan gebleven. Met haar en overige familieleden is het contact verloren geraakt. Khaled heeft nog een broer in Nederland, maar daar heeft hij geen contact mee. Op de internationale school in Nederland heeft hij naar eigen zeggen niet veel geleerd. Het deed hem eerder denken aan een buurthuis. Door veel om te gaan met Nederlandse jongeren heeft hij de Nederlandse taal op straat geleerd. Hij heeft daardoor nooit leren lezen of schrijven in het Nederlands. Zijn vader blijkt een fors oorlogstrauma opgelopen te hebben en is ook voor Afghaanse begrippen zeer gewelddadig. Dit nam zulke ernstige vormen aan dat Khaled voor zijn eigen veiligheid werd opgenomen in de justitiële jeugdinrichting. Na acht maanden is hij in een particulier behandelcentrum gaan wonen, waar hij ook geholpen is met de aanvraag voor een Wajong uitkering. Op zijn 18de verjaardag is hij daar vertrokken en is hij in Nederland gaan rondzwerven. Dat heeft hij volgehouden tot zijn 22ste, maar nu wil hij graag geholpen worden om zijn leven op te bouwen en een geregeld leven te leiden, inclusief baan en in de verdere toekomst een vrouw en kinderen. Zo wil Khaled zijn kwaliteit van bestaan verbeteren. Khaled is opnieuw onderzocht en weer is het IQ vastgesteld op 58. Dit komt overeen met de leeftijd van een jaar of 10. Een leeftijd waarop hij niet zonder hulp rond zou moeten zwerven. Er is een indicatie voor zorg met verblijf aangevraagd en afgegeven, inclusief de mogelijkheid om verder onderzoek te doen naar eventuele psychische problemen. Een kamertrainingstraject lijkt het beste bij zijn vraag aan te sluiten. Uit de rapportage van de justitiële jeugdinrichting blijkt dat Khaled behoorlijk ontregeld kan raken. Dit complexe gedrag is niet meer geconstateerd bij het particuliere behandelcentrum waar Khaled woonde. Dat lijkt te wijzen op de noodzaak van een goede balans tussen directief begeleiden en voldoende keuzevrijheid. Hoewel men deze balans in een beschermde woonvorm zou moeten kunnen bieden, leidt de rapportage toch niet tot plaatsing in deze voorziening. Momenteel bieden de beschermde woonvormen namelijk opvang aan jongeren met gedragsproblemen die tevens drugs gebruiken. Het is niet logisch om hem hier tussen te plaatsen. Door de verstandelijke beperking is hij te beïnvloedbaar voor drugsgebruik, waardoor er straks een probleem bij zou kunnen komen.

18 Ondertussen heeft de hulpverlening in vier maanden tijd nog geen passend aanbod kunnen doen voor Khaled. Hij zwerft nog steeds rond en begint het vertrouwen in de hulpverlening te verliezen. Hij wil niet meer op afspraken komen en zegt het verder zelf wel op te lossen. De oplossingen die jongeren in dit soort situaties kiezen zijn vaak het beste te omschrijven als onhandig. Vaak worden de problemen en daarmee de kosten voor henzelf en de maatschappij alleen maar groter. Er wordt nog steeds gezocht naar een passend aanbod voor Khaled, maar de mogelijkheden zijn erg beperkt en dit traject dreigt te mislukken. Ik verwacht dat Khaled vroeg of laat opnieuw bij de hulpverlening zal aankloppen. Het is afwachten welke problemen er dan bij gekomen zijn.

19 Uit: Erp, M. & Biene, M. van, (z.j.). Cultuursensitieve professionals overbruggen een wereld van verschil. Nijmegen: HAN. De gemakkelijk beïnvloedbare Jetro Een ontmoeting met Jetro Ik ben begeleider van Jetro, een Antilliaanse jongen van 18 jaar. Hij heeft een licht verstandelijke beperking en gedragsproblemen. Hij woont samen met zijn moeder en oma. De moeder van Jetro heeft weinig grip op haar zoon en uit de intelligentietest blijkt dat zij een verstandelijke beperking heeft. Enige tijd geleden kwam Jetro in aanraking met justitie. Hij heeft een strafblad en is veroordeeld, omdat hijzelf enkele diefstallen heeft gepleegd. Hij had ook spullen doorverkocht die zijn vrienden hadden gestolen. Hij staat erg onder invloed van hangjongeren in zijn wijk en is makkelijk beïnvloedbaar. Jetro wil graag stoer zijn en erbij horen. Hij zet zich af tegen zijn familie, met name tegen het gezag van zijn oma die de spil is in de familie. De rechter heeft Jetro op het hart gedrukt om hulp te accepteren en heeft hem nog één kans gegeven zijn leven te beteren. Jetro is erg geschrokken van zijn veroordeling en zet zich nu oprecht in om op het rechte pad te komen. Zijn oma en moeder willen graag van mij als begeleider dat ik ook hen leer hoe ze het beste met Jetro om kunnen gaan. Wanneer ik in gesprek ga met Jetro vertelt hij mij dat hij graag op zichzelf wil wonen en aan het werk wil. Dan kan hij zijn eigen geld beheren en hoeft oma dat niet langer te doen. Zij is namelijk de bewindvoerder van Jetro. Ook vertelt hij dat hij nooit meer in aanraking wil komen met justitie en dat hij niet langer wil omgaan met de hangjongeren die hem op het verkeerde pad brengen en hem aanzetten tot heling en diefstal. In de toekomst wil Jetro graag een gezin stichten. Ik heb van de rechter en van zijn oma het gezag gekregen om Jetro verder te helpen. Oma wil graag dat Jetro zijn school afmaakt, werk krijgt dat bij hem past, uit de handen van justitie blijft en niet meer omgaat met hangjongeren. Ook wil ze graag dat hij zelf leert omgaan met zijn financiën en vaardigheden leert om zelfstandig te wonen. Oma is van mening dat het persoonlijk welzijn van Jetro toeneemt wanneer hij algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) zelfstandig kan uitvoeren. Ook wil zij graag dat Jetro het respect van de familie terug krijgt. Als begeleider zet ik me in om de vragen en wensen van zowel Jetro als zijn familie te realiseren en leer ik hem hoe hij op het rechte pad kan blijven en hoe hij zijn problemen meer zelfstandig kan oplossen. Toen ik het politierapport inzag en ontdekte dat er in het rapport geen gewag was gemaakt van de verstandelijke beperking, heb ik bij de rechter voor een straf op maat gepleit. Concrete oplossingen heb ik kunnen vinden via het industriepark waar ik een leerwerkplaats heb kunnen regelen in combinatie met een AKA-opleiding, een opleiding tot ArbeidsgeKwalificeerd Assistent niveau 1. Regelmatig breng ik een huisbezoek en bespreek ik met Jetro, zijn moeder en oma de situatie. Tijdens