LES 17 - VOORNAAMWOORDELIJKE SUFFIXEN BIJ WERKWOORDEN Kelley leon XVII: 46 Verb: Pronominal Suffixe with Perfect,. 153 47 Verb: Pronominal Suffixe with Imerfect,. 156 Doel van deze le i werkwoorden voorzien van voornaamwoordelijke uffixen te kunnen vertalen. Door klinkerverandering(en) al gevolg van het toevoegen van een uffix, verandert een werkwoordvorm vaak. De werkwoordvorm i dan niet te vinden in het aradigma; eert zal de oorronkelijk vorm moeten worden gevonden door te verklaren welke klinkerverandering(en) er laatvonden. Deze le gaat nader in o die klinkerveranderingen. (In le 11 zagen we dat ook een zelftandig naamwoord klinkerveranding(en) ondergaat wanneer daar een uffix aan wordt toegevoegd. Meetal i het zelftandig naamwoord na klinkerverandering(en) nog wel herkenbaar en kan er een goede vertaling worden gemaakt. Daarom ging le 11 nog niet in o die veranderingen.) Gebruik bij deze le (en volgende leen) de kaart Voornaamwoorden al hulmiddel bij het maken van de ogaven. O deze kaart taan ook de voornaamwoorden uit de leen 9 en 11. Voornaamwoordelijke uffixen bij werkwoorden Omdat Kelley nogal onduidelijk i over de klinkerveranderingen van een woord die otreden al een uffix wordt toegevoegd, volgt hier een oomming van de mogelijke veranderingen. Deze veranderingen hoeven niet uit het hoofd te worden geleerd; ze zijn gegeven om de vorm van een werkwoord met voornaamwoordelijke uffix te kunnen verklaren. In (theoretiche) voorbeelden wordt het toevoegen van een uffix aan een werkwoordvorm ta voor ta uitgewerkt, waarbij door een cijfer of letter tuen haakje wordt verwezen naar de hier ogeomde veranderingen. Voorafgaand aan het toevoegen van een uffix veranderen enkele werkwoordvormen: (1) Bij de vorm qal erfectum 3f (hl'j.q)") wordt de uitgang h ' vervangen door t ; ( 46.4, 1). (2) Bij de vorm qal erfectum 2f (T.l.j;q') wordt de uitgang T. vervangen door yti ( 46.4, 2). (3) Bij de vorm qal erfectum 2m (~T,l.j;q.) wordt de uitgang ~, vervangen door W ( 46.4, 3). Klinker- en klemtoonveranderingen na het toevoegen van de uffix: (a) Van de uffixen trekken alleen ~k, en!k, en ~h, de klemtoon naar zich toe ( 46.2, 1, A). (b) Bij de overige uffixen komt de klemtoon te liggen o de lettergree die begint met of volgt o de laatte wortelcononant ( 46.2, 1, A). (c) Een bewegende j e wá onder de tweede wortelcononant wordt vervangen door de oorronkelijke klinker (áttach). Vervolgen wordt deze klinker verlengd (qámet) omdat een oen lettergree zonder klemtoon een lange klinker vereit ( 46.2, 1, B). Dit gebeurt bij de vormen qal erfectum 3f (hl'j.q)") en 3c (Wrm.v('). (d) Een lange klinker in een oen lettergree die na voorgaande veranderingen twee of meer lettergreen vóór de beklemtoonde lettergree taat, vervluchtigt (wordt vervangen door een bewegende j e wá) ( 46.2, 1, B). Deze regel geldt echter niet voor de lange klinker die bij (c) i onttaan. (e) Wanneer er na voorgaande veranderingen een korte klinker in een oen lettergree overblijft, wordt deze verlengd. (f) Wanneer er na voorgaande veranderingen een lange klinker in een oen lettergree overblijft die eert de klemtoon had en nu niet meer, vervluchtigt deze (wordt vervangen door een bewegende j e wá). (g) Wanneer er na voorgaande veranderingen nog een lange klinker in een geloten lettergree taat en die lettergree verloor de klemtoon, wordt de klinker verkort. CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 1 VAN 7
Klinkerveranderingen gelden du niet voor korte klinker in geloten lettergreen en uiteraard niet voor de onveranderlijk lange klinker! ( 46.2, 1, B) Omerking bij Kelley, g. 154 onder (2): hier wordt de vorm i'eel erfectum 3c van het werkwoord vq;b' gegeven al: Wvq.Bi. Hier verwachten we echter: WvQ.Bi, du met Q in laat van q, want de i'eel i een verdubbelingtam (verdubbelde middelte wortelcononant). Kelley verklaart: q verliet zijn dageej forte omdat die wordt gevolgd door een bewegende j e wá. Net zo onduidelijk i de tegengetelde uitleg van Kelley o g. 157 onder (2), waar taat: ommige i'eel-vormen behouden de dageej forte in de middelte cononant die wordt gevolgd door een bewegende j e wá. Lettinga heldert o ( 13,b): verdubbeling wordt vaak ogeheven bij cononanten met een j e wá, vooral bij y, l, m, n en q. Wanneer de verdubbeling i ogeheven, maar de voorafgaande vocaal de vocaal i die we bij verdubbeling zouden verwachten, dan reekt men van virtuele verdubbeling. Zowel de door Kelley gegeven vorm Wvq.Bi al de verwachte vorm WvQ.Bi komen in de Bijbel voor. Beide worden uitgeroken al bikk e jóé; du een bewegende j e wá en een korte klinker in de eerte lettergree. Dat betekent een virtuele verdubbeling bij de vorm Wvq.Bi. Omerking bij Kelley, g. 156, 46.5: hier geeft Kelley de vorm qal erf. 2m (T'l.j;äq') weer alof de uitgang ' vervalt: -Tl.j;q.. Hij geeft daarvoor echter geen regel in 46.4 en in de raktijk blijkt de ' ook meetal te blijven taan. Verder geeft Kelley in 46.5 de vorm qal erf. 2f (!T,l.j;q.) weer alof de uitgang!, wordt vervangen door W. Een logiche gedachte aangezien iet dergelijk gebeurt bij de vorm qal erf. 2f (~T,l.j;q.). Hij noemt dit in 46.4 echter niet en in de raktijk blijkt er geen enkele qal erf. 2f-vorm te zijn waaraan een uffix wordt toegevoegd. CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 2 VAN 7
Voornaamwoordelijke uffixen voor werkwoorden in het erfectum, imerfectum en imerativu die eindigen o een vocaal ( 46.2, 47.1): 3 h' w Wh haar hem 2 % ^ jou jou 1 yni mij 3! ~ ~h, hen hen 2!k, ~k, jullie jullie 1 Wn on Voorbeelden erfectum: hl'j.q)" (qal erf. 3f) + yni (1c) ynit.l;äj'q. 1: de uitgang h ' verandert door het toevoegen van de uffix in t ;: tl;j.q)" (1) 2: voeg de uffix toe, onder de t komt een tille j e wá: ynit.l;j.q)" 3: de klemtoon komt (blijft) o de lettergree die begint met de laatte wortelcon.: ynit.l;äj.q)" (b) 4: de j e wá onder de 2e wortelcononant wordt een lange klinker: ynit.l;äj'q)" (c) 5: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ynit.l;äj'q. (d) In de raktijk komen we in de Tenach bijvoorbeeld het in dit vorige voorbeeld amengetelde woord ynit.l;äj'q. tegen. Beaal dan eert de uffix, in dit geval: yni (o de kaart Voornaamwoorden vind je alle mogelijke uffixen). Vervolgen blijft over het werkwoord, in dit geval: t.l;äj'q.. Dit i geen bekende werkwoordvorm (en vind je du niet in een aradigma). Door terug te redeneren welke klinkerveranderingen hebben laatgevonden, moet je de werkwoordvorm hl'j.q)" (qal erf. 3f) vinden. Dat gaat makkelijker na veel oefenen met het zelf amentellen van werkwoordvormen met uffixen, zoal in deze voorbeelden. hl'j.q)" (qal erf. 3f) + ~k, (2m) ~k,t.l;j'q. 1: de uitgang h ' verandert door het toevoegen van de uffix in t ;: tl;j.q)" (1) 2: voeg de uffix toe, onder de t komt een tille j e wá: ~k,t.l;j.q)" 3: merk o dat de klemtoon o de laatte lettergree ligt (a) 4: de j e wá onder de 2e wortelcononant wordt een lange klinker: ~k,t.l;j'q)" (c) 5: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ~k,t.l;j'q. (d) T'l.j;äq' (qal erf. 2m) + yni (1c) ynit'äl.j;q. 1: voeg de uffix toe: ynit'l.j;äq' 2: de klemtoon komt o de lettergree die volgt o de laatte wortelcon.: ynit'äl.j;q' (b) 3: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ynit'äl.j;q. (d) T.l.j;q' (qal erf. 2f) + yni (1c) yniytiäl.j;q. 1: de uitgang T. verandert door het toevoegen van de uffix in yti: ytil.j;q" (2) 2: voeg de uffix toe: yniytil.j;q' 3: de klemtoon komt o de lettergree die volgt o de laatte wortelcon.: yniytiäl.j;q' (b) 4: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: yniytiäl.j;q. (d) CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 3 VAN 7
ytil.j;äq' (qal erf. 1c) + yni (1c) yniytiäl.j;q. 1: voeg de uffix toe: yniytil.j;äq' 2: de klemtoon komt o de lettergree die volgt o de laatte wortelcon.: yniytäil.j;q' (b) 3: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: yniytäil.j;q. (d) ytil.j;äq' (qal erf. 1c) + ~k, (2m) ~k,ytil.j;q. 1: voeg de uffix toe: ~k,ytil.j;äq' 2: merk o dat de klemtoon o de laatte lettergree ligt: ~k,ytil.j;q' (a) 3: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ~k,ytil.j;q. (d) 4: de lange klinker y i vervluchtigt niet omdat dit een onveranderlijk lange klinker i Wrm.v(' (qal erf. 3c) + yni (1c) yniwærm'v. 1: voeg de uffix toe: yniwrm.v(' 2: de klemtoon komt (blijft) o de lettergree die begint met de laatte wortelcon.: yniwærm.v(' (b) 3: de j e wá onder de 2e wortelcononant wordt een lange klinker: yniwærm'v(' (c) 4: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: yniwærm'v. (d) Wrm.v(' (qal erf. 3c) + ~k, (2m) ~k,wrm'v. 1: voeg de uffix toe: ~k,wrm.v(' 3: de j e wá onder de 2e wortelcononant wordt een lange klinker: ~k,wrm'v(' (c) 4: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ~k,wrm'v. (d) hl'j.q.ni (nif'al erf. 3f) + yni (1c) ynit.lä;j.q.ni 1: de uitgang h ' verandert door het toevoegen van de uffix in t ;: tl;j.q.ni (1) 2: voeg de uffix toe, onder de t komt een tille j e wá: ynit.l;j.q.ni 3: de klemtoon komt (blijft) o de lettergr. die begint met de laatte wortelcon.: ynit.l;äj.q.ni (b) ytil.j;äq;t.hi (hita'eel erf. 1c) + yni (1c) yniytäil.j;q;t.hi 1: voeg de uffix toe: yniytil.j;äq;t.hi 2: de klemtoon komt o de lettergree die volgt o de laatte wortelcon.: yniytäil.j;q;t.hi (b) 3: geen verdere veranderingen want de overige lettergreen zijn geloten met korte klinker Voorbeelden imerfectum: hn"l.joäq.ti (qal if. 2/3f) + yni (1c) ynihn"äl.j'q.ti 1: voeg de uffix toe: ynihn"l.joäq.ti 2: de klemtoon komt o de lettergree die volgt o de laatte wortelcon.: ynihn"äl.joq.ti (b) 3: de lange klinker o, nu in een geloten, onbeklemtoonde lettergree, verkort: ynihn"äl.j'q.ti (g) ylij.q")ti (nif'al if. 2f) + yni (1c) yniyliäj.q")ti 1: voeg de uffix toe: yniylij.q")ti 2: de klemtoon komt (blijft) o de lettergr. die begint met de laatte wortelcon.: yniyliäj.q")ti (b) 3: de lange klinker ' verkort niet, want deze klinker had niet de klemtoon; voldoet niet aan (f) CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 4 VAN 7
Voornaamwoordelijke uffixen voor werkwoorden in het erfectum die eindigen o een cononant ( 46.3): 3 H ' A Wh ä' haar hem 2 % e %, ^. jou jou 1 yni ;ä mij 3! ' ~ ' hen hen 2!k,. ~k,. jullie jullie 1 Wn 'ä on Al verbindende klinker hebben de erfectum-vormen voorkeur voor een ' of ; ( 46.3, 1, A). De j e wá' zijn hier bewegend (worden uitgeroken). De klinker die aan die j e wá voorafgaat, krijgt een méttek ( 46.3, 1, B). Voorbeelden: rm;v' (qal erf. 3m) + yni ;ä (1c) ynir;äm'v. 1: voeg de uffix toe: ynir;m;v' 2: de klemtoon komt o de lettergree die begint met de laatte wortelcon.: ynir;äm;v' (b) 3: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ynir;äm;v. (d) 4: de korte klinker onder de 2e wortelcononant (nu in oen lettergree) verlengt: ynir;äm'v. (e) rm;v' (qal erf. 3m) + ~k,. (2m) ~k,r.m('v. 1: voeg de uffix toe: ~k,r.m;v' 3: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ~k,r.m;v. (d) 4: de korte klinker onder de 2e wortelcononant (nu in oen lettergree) verlengt: ~k,r.m'v. (e) 5: de klinker onder de 2e wortelcononant krijgt een méttek (om aan te geven dat het een lange klinker i): ~k,r.m('v. ( 46.3, 1, B) rm;v' (qal erf. 3m) + ~ ' (3m) ~r'm'v. 1: voeg de uffix toe: ~r'm;v' 2: merk o dat de klemtoon o de lettergree ligt die begint met de laatte wortelcon. (b) 3: de lange klinker in de eerte lettergree vervluchtigt: ~r'm;v. (d) 4: de korte klinker onder de 2e wortelcononant (nu in oen lettergree) verlengt: ~r'm'v. (e) ~T,l.j;q. (qal erf. 2m) + yni ;ä (1c) yniwåtl.j;q. 1: de uitgang ~, verandert door het toevoegen van de uffix in W: WTl.j;q. (3) 2: voeg de uffix yni (voor een werkwoord dat eindigt o een vocaal) toe: yniwtl.j;q. 3: de klemtoon komt o de lettergree die volgt o de laatte wortelcon.: yniwåtl.j;q. (b) ljeqi (i'eel erf. 3m) + yni ;ä (1c) ynil;äj.qi 1: voeg de uffix toe: ynil;jeqi 2: de klemtoon komt o de lettergree die begint met de laatte wortelcon.: ynil;äjeqi (b) 3: de lange klinker e vervluchtigt omdat deze geen klemtoon meer heeft: ynil;äj.qi (f) CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 5 VAN 7
Voornaamwoordelijke uffixen voor werkwoorden in imerfectum en imerativu die eindigen o een cononant ( 47.2): 3 H ' h',ä Wh eä haar hem 2 % e ^. jou jou 1 yni eä mij 3! e ~ e hen hen 2!k,. ~k,. jullie jullie 1 Wn eä on Al verbindende klinker hebben de imerfectum-vormen voorkeur voor een e of,. De j e wá' zijn hier til. Merk o dat voor de betreffende uffixen ^., ~k,. en!k,. in de k een dageej lene zou moeten komen, aangezien deze een nieuwe lettergree begint (de tille j e wá luit immer de voorgaande lettergree af). In de k van deze uffixen komt echter nooit een unt! Voorbeelden: rmov.yi (qal if. 3m) + yni eä (1c) ynireäm.v.yi 1: voeg de uffix toe: yniremov.yi 2: de klemtoon komt o de lettergree die begint met de laatte wortelcon.: ynireämov.yi (b) 3: de lange klinker bij de 2e wortelcononant (nu in oen lettergree) vervluchtigt: ynireäm.v.yi (e) rmov.yi (qal if. 3m) + ~k,. (2m) ~k,r.m'v.yi 1: voeg de uffix toe: ~k,r.mov.yi 3: de lange klinker o, nu in een geloten, onbeklemtoonde lettergree, verkort: ~k,r.m'v.yii (g) vqeb;y> (i eel if. 3m) +! e (3f)!veQ.b;y> 1: voeg de uffix toe:!veqeb;y> 2: de klemtoon komt o de lettergree die begint met de laatte wortelcononant (b) 3: de lange klinker bij de 2e wortelcononant (nu in oen lettergree) vervluchtigt:!veq.b;y> (e) vqeb;y> (i el if. 3m) +!k,. (2f)!k,v.Q,b;y> 1: voeg de uffix toe: ~k,v.qeb;y> 3: de lange klinker e, nu in een geloten, onbeklemtoonde lettergree, verkort:!k,v.q,b;y>i (g) Kelley zegt van dit laatte voorbeeld (o blz. 158 onder (2)) dat de bewegende j e wá die onder de qoof zou moeten taan, i veranderd in een e kóól, want: wanneer twee bewegende j e wá naat elkaar komen te taan, moet de eerte een volle klinker worden. Maar zoal hierboven uitgelegd, komen er helemaal geen twee j e wá' naat elkaar te taan. Bovendien i de j e wá die er taat niet bewegend maar til. CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 6 VAN 7
Varianten van voornaamwoordelijke uffixen voor werkwoorden die eindigen o een cononant: (een extra noen wordt ingevoegd tuen werkwoord en uffix) ( 47.3, 1) 3 hn",ä WN,ä haar hem 2 &',ä jou 1 yni,ä mij 3 2 1 WN,ä on CURSUS BIJBELS HEBREEUWS PAGINA 7 VAN 7