De balsemkruisingen Populus 'Androscoggin',

Vergelijkbare documenten
KENMERKEN VAN DE BELANGRIJKSTE POPULIERENKLONEN

De nieuwe populierenklonen 'Flevo' en 'Dorskamp, ~)

Berichten van het Bosbouwproetstation

Berichten van het Bosbouwproefstation

Populierenteelt in de Po-vlakte

Cercis canadensis. rond tot afgeplat bolvormig

Populus, een zeer divers geslacht van soorten hybriden en klonen

WORD EEN ECHTE bomenkenner!

Moraceae. Grote familie (48 geslachten, soorten) Broussonetia Ficus Maclura Morus

In de Scheldevrijstraat maken we in het nieuwe ontwerp een onderscheid tussen de laanbomen en de pleinbomen.

Plantenkennis. Bomen. lijst 1. Deel 2 G41-G31-GB1+2

Plantenkennis. Bladverliezende heesters. lijst 1 G41-G31-GB1+2

Examenlijst onkruiden open teelten. Beeldenbank

Plantenkennis. Ericaceae. lijst 1 G41-G31-GB1+2

Van Hallstraat. Prunus avium Plena

Sommige populierenklonen verdragen geen dichte stand

Bakan en Skado: twee nieuwe INBO - populierencultivars

Plantenkennis. Bomen. lijst 1. Deel 1 G41-G31-GB1+2

Plantenkennis. Bladhoudende heesters. lijst 1 G41-G31-GB1+2

Infobrief Bomen in Maalbootstraat,

Meierij populierenland. Patrick Jansen

Het selectie en veredelingsprogramma van populier. Marijke Steenackers, Wim De Clercq, Kurt Schamp

Plantekennis. Naam: Teun Laureijs. Klas: G42. Vak: Plantenkennis.

Bomen in drie seizoenen

Plantenkennis. Bladverliezende heesters. lijst 1. Deel 3 G41-G31-GB1+2

Plantenkennis. Coniferen. lijst 1 G41-G31-GB1+2

Nederlandse bomen herkennen een eenvoudige handleiding v0.4 J Holtman

Herkennen van ziekten en plagen in tomaat. Productschap Tuinbouw

Bladhoudende Heesters

Plantenkennis. Klim, slinger en leiplanten. lijst 1 G41-G31-GB1+2

Bericht van het Bosbouwproefstation

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

Overzicht haagconiferen

Juglandaceae, botanische soorten, sier en hybride rassen

POPULIEREN WEETJES. 1. Het belang van de populier. 1.1 Plantages

Bomen in drie seizoenen

HOUTTEELT Belangrijke aspecten bij de aanleg van eikelaanbeplantingen *)

Sapindaceae. Grote familie (140 geslachten, soorten) Acer Aesculus Dipteronia Koelreuteria Litchi

ONTSTAAN EN WERKZAAMHEDEN VAN DE NATIONALE POPULIEREN COMMISSIE

HERPLANT VAN IEPEN IN FRYSLAN STICHTING IEPENWACHT FRYSLÂN. Projectbureau Stichting Iepenwacht Fryslân (BTL Bomendienst)

hoofdjes, dat langer is dan deze (Rijksherbarium, Leiden) Bij het gereedmaken van het verspreidingskaartje van Filago pyramidata L.

Hollandse iepen in 's Gravenhage

1.-bladeren duidelijk naaldvormig 2. -bladeren geen naalden (vlak blad, grote-of kleine schubben, aanliggend aan twijgen, dakpansgewijze geplaatst) 49

Het uitlopen van bomen

Boterbloem (Ranunculus)

Kwaliteitsbeoordeling. 8 bomen Projectlocatie Markt van Matena, Papendrecht

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Congres van de LU.F.R.O. )

Rijk der Farao s. De Zonneboot van Choefoe The Solarboot of Khufu Modelbouw tekeningen Modelling plans

LPW-Florasleutel samengesteld door Liliane Dedroog. Vetkruid (Sedum)

Workshop Najaarsproblemen bieten en cichorei

Boom nummer t/m Schouw commissie MH 25 augustus /71

7 juli Aanvullende informatie en factsheet bomen

Ziekten en plagen ERWINIA. Veroorzaakt door: Bacterie.

Opwerkingskosten en houtwaarde in de kroon van lariks en fijnspar J)

Plantenkennis. Coniferen. lijst 1. Deel 2 G41-G31-GB1+2

PRAKTIJKADVIES. Phytophthora ramorum. en het beheer van Rhododendron in bossen en natuurgebieden

Japanse duizendknoop Help mee deze plant te bestrijden

GROEP 1 GROEP 2 GROEP 3 GROEP 4 GROEP 5 GROEP 6

Script. Good health starts with good food. That s true for people as much as it is for animals.

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Beknopte snoeiinstructie door Leo van Mierlo voor Boomgaard De Steenen Camer, januari 2015

Basterdwederik (Epilobium)

Beschrijving en herkenning van drie rassen van Populus. Description and identification of a few clones of Populus nigra

Plant populieren, zij sparen en sieren!

Klein-en groter fruit

Rasbeschrijving Variety Description

Baobab boomverzorging European Tree Worker

Thee- en soortgelijke hybriden

Parken en groenstroken Brede straten Tuinen

Bos & milieu. Bomen 2013/12

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Handboek Boomteelt, Druk 3. Handboek Tuinplanten. Bomen & Struiken > 4,5 m

INHOUD. 1. Zwammen 02 - Vliegenzwam 03 - Eekhoorntjesbrood 03 - Aardappelbovist 04 - Stinkzwam Beuk Eik 06

Buy Me FILE 5 BUY ME BK 2

INVENTARISATIE PAARDENKASTANJES WARANDE SCHIEDAM 11 JANUARI 2017

Essentaksterfte. augustus 2013 BTL Bomendienst Arnold Meulenbelt

Rasbeschrijving Variety Description. Strong Gold Donker Rood met Gele Rand Breeder's reference Holland Bolroy Markt B.V., HEILOO, NL Applicant

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

12 m sim. iiiiiiiiiiii min mi ii /02/2014. Ingekomen Afdeling. Kopie : <Y^ ^

Mentaal Weerbaar Blauw

Quality of life in persons with profound intellectual and multiple disabilities. Marga Nieuwenhuijse maart 2016

vormen Bomen IN ONZE SERIE BOMEN VORMEN ZULLEN WE NU DE VERZORGING VAN PRUIMEBOMEN BEHANDELEN. Opkweek van vrijstaande bomen

Winterharde Buiten Varens.

Buxus ziekte. Bruin blad en zwarte takken in de buxus? Dan heeft de plant een schimmelziekte. Deze buxus ziekte verspreidt zich razendsnel.

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

Rasbeschrijving Variety Description

Een karakteristieke stokoude baas, leunend in de wind

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Rasbeschrijving Variety Description

Vergelijken in het Engels

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Berichten van het Bosbouwproefstation

Rasbeschrijving Variety Description. Witte Mutant First Class Breeder's reference Van Schagen Tulips B.V., HENSBROEK, NL Applicant

Presentatie. Afsterven steenfruitbomen. Klantendag Stonefruitconsult. Echteld Donderdag 7 maart. Met medewerking van Marcel Wenneker van PPO

Voorwoord. ! De Redacrie Red'actie:

Schermen van bamboe en ander groen

Rasbeschrijving Variety Description Breeder's reference Testcentrum voor Siergewassen B.V., LISSE, NL Applicant

Bomen. Plantgoed en kwaliteit

Transcriptie:

HOUTTEELT De balsemkruisingen Populus 'Androscoggin', if \ Populus 'Geneva' en Populus 'Oxford' ' BALSAM HYBRIDS POPULUS 'ANDROSCOGGIN', POPULUS 'GENEVA' AND POPULUS 'OXFORD' [238] J. L. GULDEMOND SUMMARY Many of the older poplar clones in the "Netherlands are susceptible to diseases, particularly to Marssonina. Therefore the enlargement of the poplar assortment is of great value. It seems to be that in the poplars Populus 'Androscoggin', P. 'Geneva' and P. 'Oxford' (so-called Stout and Schreinerhybrids) this enlargement can be found. Resistance against diseases and growth are very satisfying. The impression exists that on sandy soils the balsam poplars have a better production than Aigeiros clones, while under normal circumstances the production can be compared with P. 'Robusta' or P. 'Heidemij'. The balsam clones are resistant against Marssonina, not much affected by Dothichiza and Melampsora and also the susceptibility to bacterial canker seems to be not very great. The trees sometimes are damaged a little by wind or frost, but not seriously. The quality of the wood is good. In de laatste jaren hebben in Nederland enkele beplantingen van de zogenaamde balsempopulieren de aandacht getrokken. Dit betrof vooral beplantingen van Populus 'Androscoggin', P. 'Geneva' en P. 'Oxford', merendeels met een experimenteel karakter en in sommige gevallen al geruime tijd geleden aangelegd. Niet alleen werd veelal een goede groei geconstateerd, soms die van de in Nederland gebruikte handelsklonen overtreffend, maar ook was de resistentie tegen ziekten en de vaak goede vorm der bomen opvallend. Nu in Nederland veelvuldig geplante populierenklonen sterk te lijden hebben van de Marssonina-bladziekte en ons handelssortiment te klein wordt geacht, is het van groot belang nieuwe en vervangende rassen te vinden. Naast de in een vorige publikatie (1) besproken Aigeiroskruisingen 'Dorskamp' en 'Flevo' kunnen mogelijk ook de genoemde drie balsemkruisingen een waardevolle aanvulling gaan vormen. De Nationale Populieren Commissie heeft daarom in overleg met de Plantenziektenkundige Dienst en het Bosbouwproefstation besloten aan de N.A.K.B. te adviseren 'Androscoggin', 'Geneva' en 'Oxford' in de keur te nemen. Het bestuur van de N.A.K.B. heeft hiertoe in het voorjaar van 1966 besloten en in het najaar van 1966 zal op beperkte schaal uitgangsmateriaal voor de kwekers bij de N.A.K.B. verkrijgbaar zijn. Het ontstaan der klonen In de jaren van 1925 tot 1927 beproefden Stout en Schreiner in de Verenigde Staten van Amerika een groot aantal kunstmatig verkregen kruisingen *) Verschijnt tevens als Bericht van het Bosbouwproefstation.

324 tussen individuën uit de Aigeirosgroep (zwarte populieren) en de Tacamahacagroep (balsempopulieren) (2). Na tien jaar experimenteren met de nakomelingen werden tien klonen geselecteerd. Onder deze waren P. 'Androscoggin', een kruising tussen de balsempopulieren P. maximowicziï 9 en P. trichocarpa d\ en P. 'Geneva' en P. 'Oxford', beide kruisingen van de balsempopulier P. maximowicziï 9 en de bastaard P. berolinensis d. P. berolinensis is zelf een natuurlijke kruising van de balsempopulier P. laurifolia 9 en vermoedelijk de zwarte populier P. nigra 'Italica' cf. Materiaal van deze klonen is vervolgens naar Europa gezonden, waar de balsemkruisingen verder zijn beproefd. Zeer uitgebreide proefnemingen zijn in Duitsland door Fröhlich gedaan (3). Proefnemingen in Nederland Van 1948 af zijn door Houtzagers een aantal beplantingen aangelegd waarin de kruisingen voorkomen. Sindsdien komen de Stout en Schreiner-kruisingen ook voor in de proefvelden van het Bosbouwproefstation. Het oudste materiaal is te vinden in de Noordoostpolder (Voorsterbos) en in enkele oudere proefvelden van de Kon. Ned. Heidemaatschappij, terwijl jongere bomen in Oostelijk Flevoland, de Betuwe en Noordbrabant goede informatie geven. Beschrijving Voor een meer gedetailleerde botanische beschrijving wordt verwezen naar het Handboek voor de Populieren teelt (5), waaraan ook de volgende beschrijvingen gedeeltelijk ontleend werden. 'Androscoggin' Deze mannelijke kloon komt gewoonlijk tegen half april in blad, dus vroeger dan de Aigeiros- en Leuceklonen. De bladeren zijn elliptisch tot eirond, aan de voet afgeplat tot enigszins hartvormig. De bladtop is kort toegespitst. Secundaire bladeren zijn smal en spits. Het blad is vrij vlak, stevig ( leerachtig"), aan de bovenzijde donkergroen en aan de onderzijde grijs. De bladsteel is 2 4 cm lang. De knoppen zijn spits, aanliggend en kleverig. De planten ontwikkelen een forse, vrij brede kroon met lange, matig zware zijtakken. De stam is recht, enigszins licht van kleur en heeft een gladde schors. De beworteling is over het algemeen vlak en enigszins oppervlakkig. 'Geneva' Deze vrouwelijke kloon komt van de drie besproken klonen het vroegst in blad, gewoonlijk eind maart of begin april. De bladeren zijn elliptisch tot eirond, aan de voet stomp. De bladtop is spits. Secundaire bladeren zijn lancetvormig. Het blad is gerimpeld leerachtig", aan de bovenzijde dofgroen en aan de onderzijde grijs. De bladsteel is 2,5 3,5 cm lang. De knoppen zijn breed met spitse top, aanliggend, sterk kleverig en aromatisch. De planten ontwikkelen een forse, op latere leeftijd wat losse kroon, wat minder breed dan 'Androscoggin', met kortere, maar meer horizontaal staande, matig zware zijtakken. De stam is vrij recht, lichtgroen van kleur en heeft een vrij

325 gladde, onderaan lichl geribbelde schors. De beworteling is over het algemeen vlak, maar minder oppervlakkig. 'Oxford' Deze vrouwelijke kloon komt van de drie besproken klonen het laatst in blad, gewoonlijk even na half april, dus toch nog vóór de als vroeg bekend staande P. 'Heidemij' of P. nigra 'Italica'. De bladeren zijn breed eirond, breder dan bij 'Geneva', aan de voet afgeplat tot enigszins hartvormig. De bladtop heeft een korte spits. Secundaire bladeren zijn aan de voet vrij spits. Het blad is stevig ( leerachtig") en gegolfd, aan de bovenzijde dofgroen en aan de onderzijde grijs. De bladsteel is A 5 cm lang. De knoppen zijn smal en spits, aanliggend en kleverig. De planten ontwikkelen een forse kroon, minder breed dan 'Androscoggin', met lange, vrij steil staande, matig zware zijtakken. De stam is recht, grijsgroen van kleur en heeft een bovenaan vrij gladde, onderaan licht tot matig geribbelde schors. De beworteling is over het algemeen vlak en oppervlakkig. Vaak liggen zware wortels gedeeltelijk op de grond. Eigenschappen 1. Groei De groei van de drie klonen is onder normale omstandigheden zeer bevredigend. Hun lengte- en diktegroei is in Nederland gewoonlijk vergelijkbaar met die van 'Robusta' of 'Heidemij'. Gebleken is dat de balsempopulieren juist op meer zandige gronden in vele gevallen betere resultaten geven dan de Aigeirospopulieren, terwijl op zware gronden de drie balsemklonen weer wat achter kunnen blijven bij 'Robusta' of 'Heidemij', De balsemkruisingen blijken op drogere én op nattere gronden tot goede resultaten te komen en het schijnt dat zij een ruimere variatie in standplaats mogelijk maken dan bij zwarte populieren het geval is. Ook Fröhlich (3) kwam tot deze conclusie. Stagnerend grondwater kan echter de groei ongunstig beïnvloeden. Tabel 1 geeft een indruk van de produktie van 'Geneva' en 'Oxford' op zware zavel boven keileem in het Voorsterbos in de Noordoostpolder. Tabel 1. Groei van enkele klonen in de N.O.P. Leeftijd 16 jaar. Plantverband 6 X 6 m. Growth of some 16 years old clones. Spacing 6 X 6 m. kloon clone gem. hoogte av. height in m gem. diam. 1,30 av. diam. 1.30 m in cm gem. volume per stam av. volume per stem in m 3 'Geneva' 19,5 32,5 0,64 'Oxford' 18,2 30,0 0,52 'Robusta' 18,6 25,7 0,39 'Heidemij' 17,5 24,9 0,34 Eén individueel exemplaar van 'Androscoggin', van dezelfde leeftijd, maar gedeeltelijk vrijstaand, bereikte in dit Voorsterbos een hoogte van 21,0 m, een diameter van 41,3 cm en een inhoud van 1,12 m 3.

326 Tabel 2 geeft enige resultaten weer uit een proefveld van de Kon. Ned. Heidemaatschappij op gemengde, maar overwegend grofzandige, zeer natte grond te Ernst. Tabel 2. Groei van enkele klonen te Ernst. Leeftijd 14 jaar. Plantverband 4 x 5 m. Growth of some 14 years old clones. Spacing 4x5 m. kloon clone gem. hoogte av. height in m gem. diam. 1,30 av. diam, 1.30 m in cm gem. volume per stam av. volume per stem in m 3 'Geneva' 19,0 23,8 0,33 'Oxford' 19,1 26,9 0,43 'Robusta' 18,4 23,5 0,31 'Oxford' kan hier in het voordeel zijn door zijn zeer oppervlakkige beworteling, waardoor deze kloon de geringe beschikbare wortelruimte (grondwater staat hier plaatselijk 20 30 cm onder het maaiveld) het beste gebruikt. Jongere beplantingen in Oostelijk Flevoland op zandgrond hadden op 6-jarige leeftijd een gem. hoogte van 10,2 m en een gem. diameter van 15,8 cm voor 'Geneva', resp. 9,3 m en 14,3 cm voor 'Oxford' (foto 1). In enige proefvelden van het Bosbouwproefstation, eveneens in Oostelijk Flevoland, bleek 'Oxford' na 'Dorskamp' (NL 925) de tweede plaats in te nemen. Foto 1. Beplanting van P. 'Oxford' in O. Flevoland. Aangelegd in 1960 met 1-j. plantsoen op 3,5 X 3,5 m. Gem. hoogte 9,3 m, gem. diam. 14,3 cm. (Opname zomer 1966). Stand of P. 'Oxford' in O. Flevoland. Established in 1960 with 1 year old plants. Spacing 3.5 X 3.5 m. Av. height 9.3 m, av. diam. 143 cm.

327 ML «M A Foto 2. P. 'Androscoggin* op de kwekerij van het Bosbouwprosfstation (zandgrond). Leeftijd 18 jaar, hoogte 18,5 m, diam. 30,9 cm. (Opname zomer 1966). P. 'Androscoggin' in the nursery of the Forest Research Station (sandy soit). Age ]8 years, height 18.5 m diam. 30.9 cm. }

328 Foto 3. P. 'Geneva* op de kwekerij van het Bosbouwproefstation (zandgrond). Leeftijd 18 jaar, hoogte 18,0 m, diam. 34,2. (Opname zomer 1966). P. 'Geneva in the nursery of the Forest Research Station (sandy soil). Age 18 years, height 18.0 m, diam. 34.2 cm.

329 Van 'Androscoggin' zijn nog weinig beplantingen aanwezig. Een 17 jaar oude, helaas weinig gelijkmatige beplanting ervan op komgrond nabij Culemborg vertoont een wat betere diktegroei, maar minder lengtegroei dan 'Heidemij' ernaast Op de droge zandgrond van de kwekerij van het Bosbouwproefstation voldoet 'Androscoggin' uitstekend (foto 2), evenals 'Geneva' (foto 3) en 'Oxford'. Een voorbeeld van het duidelijk achterblijven van balsempopulieren is een 'Oxford'-rij in een beplanting te 's Heer Arendskerke, waar 'Oxford' op kleigrond ongeveer 80 % minder dan 'Robusta' en ongeveer 150 % minder dan 'Gelrica' produceert 2. Houtkwaliteit Uit een onderzoek door de Ver. Holl. Lucifersfabrieken te Eindhoven is gebleken dat 'Oxford' de beste resultaten geeft, zowel voor lucifers als voor doosjes. 'Geneva' is eveneens goed bruikbaar, terwijl 'Androscoggin' wel geschikt is voor lucifers, maar minder voor doosjes. Het hout van 'Androscoggin' is vrij los en krimpt wat onregelmatig, dat van 'Geneva' en vooral 'Oxford' is steviger en gladder. De kleur is bij alle drie opvallend goed: bijna wit. Wellicht is het hout hierdoor geschikt voor fabrikage van dik fineer (spanen dozen e.d.). 3. Gevoeligheid voor ziekten De drie klonen zijn tot nu toe geheel resistent tegen Marssonina brunnea en Marssonina populi-nigrae. De gevoeligheid voor Dothichiza populea is volgens Fröhlich (3) geringer dan bij Aigeiros-hybriden. Vooral 'Oxford' schijnt tamelijk resistent te zijn. Van bastvlekkenziekte zijn tot nu toe geen aantastingen gevonden. Melampsora larici-populina (roest) komt voor bij de drie klonen, maar blijft beperkt tot een lichte tot matige aantasting. Bacteriekanker, veroorzaakt door Aplanobacterium populi, schijnt volgens Duitse onderzoekingen (3) en Nederlandse toetsproeven van Gremmen de klonen weinig aan te tasten. Waarschijnlijk zijn 'Geneva' en 'Androscoggin' iets meer resistent dan 'Oxford', ongeveer op het niveau van 'Gelrica' (4). 4. Gevoeligheid voor klimaat Waarschijnlijk tengevolge van wind komt bij 'Oxford' een enkele maal top- en takbreuk voor. De boom herstelt zich dan met een zware gaffel. Overigens blijft de vorm uitgesproken recht. Ofschoon door het vroeg uitlopen de balsempopulieren vaak door late nachtvorst verkleurde bladranden hebben, is werkelijk blijvende beschadiging aan takken en twijgen alleen geconstateerd bij 'Geneva'. Deze kloon kan na bevriezing scheurtjes en knobbels op de takken krijgen, zonder dat dit tot verdere schade aanleiding geeft. Op de bladeren van alle drie de klonen komen in de nazomer vaak gele en bruine vlekken voor. Dit moet waarschijnlijk toegeschreven worden aan het in ons klimaat sneller verouderen van het blad.

330 '5. Stekbaarheid De stekbaarheid is zeer goed. Het stek moet echter in verband met het vroege uitlopen ook vroeg gestoken worden. Dit geldt ook voor het plantsoen: plantsoen van balsempopulieren zal vaak wat vroeger geplant moeten worden dan het nu gebruikte handelssortiment. isamenvatting Populus 'Androscoggin', P. 'Geneva' en P. 'Oxford' kunnen een waardevolle aanvulling gaan vormen van het thans bestaande populierensortiment in Nederland. De klonen zijn geheel resistent tegen Marssonina en niet erg gevoelig voor Melampsora, Dothichiza en bacteriekanker. De groei is zeer bevredigend, vergelijkbaar met die van 'Robusta' of 'Heidemij', op zandige gronden gewoonlijk beter dan deze, terwijl op zware gronden de produktie wat kan achterblijven. De indruk bestaat dat de balsempopulieren wat vager zijn in standplaatseisen dan de Aigeirospopulieren. De kwaliteit van het hout is goed. Literatuur: 1. Broekhuizen, J. T. M., J. L. Guldemond en R. Koster. De nieuwe populierenklonen Tlcvc? en 'Dorskamp'. Ned. Bosb. Tijdschr. 38 (7) 1966 (255 260); Bericht van het Bosb. proefst. (52) 1966; with English summary. 2. F.A.O. (Food and Agriculture Organization of the United Nations). Poplars in forestry and land use. Rome, 1958. 3. Fröhlich, H. J., Aussichten für den Anbau von Balsampappeln und Balsamkreuzungen. Die Holzzucht 19 (1/2) 1965 (1 14), 4. Grammen, J.» Verslag van het kankeronderzoek over het jaar 1963. Intern rapport Bosb. proefst. 5. Meiden, H. A. van der e.a. Handboek voor de populierenteelt; 3e druk, Arnhem, Ned. Heidemij, 1960.