onderzoek naar de noodzaak tot milieueffectrapportage (plan-mer screening)

Vergelijkbare documenten
Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen. Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Wanneer is een plan of programma plan-m.e.r.- plichtig?

Wanneer is een plan of programma plan-m.e.r.- plichtig?

Stad Tielt Verzoek tot raadpleging

Stad Roeselare gedeeltelijke herziening BPA Kazand-West Verzoek tot raadpleging

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

RUP Eiland. Publieke raadpleging tem Informatiemarkt

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RUP Moleneiland. Publieke raadpleging tem Informatievergadering en mini-workshop

Onderzoek tot Plan-MER-plicht (screening) gemeentelijk RUP Gemeente WEVELGEM: RUP 3-1 Menenstraat-Noord

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

1. Beschrijving plan en afbakening plangebied Karakteristieken van het plan... 6

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Onderzoek tot Plan-MER-plicht (screening) gemeentelijk RUP WAR 04 Sint-Eloois-vijve Molenstraat

college van burgemeester en schepenen Zitting van 26 februari 2016

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 december 2016

college van burgemeester en schepenen Zitting van 2 december 2016

PUBLICITEITSVERORDENING PLAN-MER-SCREENING

stedenbouwkundige voorschriften

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

RUP Cardiff nv Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

afbakening zeehavengebied Antwerpen

Onderzoek naar de noodzaak tot milieueffectrapportage (Plan MER screening) juni 2009

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL

BETREFT: plan MER screening

Onderzoek naar de noodzaak tot milieueffectrapportage (Plan MER screening) juli 2009 aangepaste versie

RUP nr. 2quater Zeedijk-Tennis Gemeente Middelkerke. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan februari 2016

onderzoek naar de noodzaak tot milieueffectrapportage (plan-mer-screening)

N16 Scheldebrug Temse-Bornem

college van burgemeester en schepenen Zitting van 17 april 2015

college van burgemeester en schepenen Zitting van 3 juni 2016

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL

college van burgemeester en schepenen Zitting van 12 april 2013

college van burgemeester en schepenen Zitting van 7 februari 2014

college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 januari 2015

Gemeentelijk RUP Den Huilaert Gemeente Kortemark. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan Maart 2011

RUP Bavikhove Dorp West. Publieke raadpleging tem Informatievergadering

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Gemeentebestuur Tessenderlo Markt z/n 3980 Tessenderlo tel: fax: Website: SCHOOT

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 november 2011

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

Opwijk. Ruimtelijk uitvoeringsplan Nijverseel - Beperkte herziening. Verzoek tot raadpleging. 8 maart 2010

college van burgemeester en schepenen Zitting van 16 november 2012

Aanpak problematiek van de weekendverblijven. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos

Aanvullende nota milieuscreening PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Stekene fase 1'

college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 september 2016

adviezen n.a.v. planmer-screening

college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen

college van burgemeester en schepenen Zitting van 8 januari 2016

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd:

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit

BPOST N.V. Muntcentrum 1000 Brussel

VR DOC.0003/2

SCREENINGSNOTA. 1. Juridische context. 2. Situering van het plangebied

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

college van burgemeester en schepenen Zitting van 12 april 2013

VERWERKING ADVIEZEN VERZOEK TOT RAADPLEGING RUP SPORTCENTRUM BRASEL IN DESSEL DOSSIERNUMMER OHPL1283

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 juni 2016

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

college van burgemeester en schepenen Zitting van 5 februari 2016

Stedenbouwkundig uittreksel Inlichtingenformulier vastgoedinformatie

Eeklo RUP Stedelijk inbreidingsgebied Boelare-Kerkstraat Samenvatting adviezen screeningsnota Verloop. 2. Samenvatting adviezen

Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-K6 Tiensesteenweg, grootschalige kleinhandel

Het bodemdecreet, in voege sinds 1 juni 2008, voorziet niet dat er door de OVAM advies wordt verleend bij de opmaak van BPA s en/of MER-studies.

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Provincieraadsbesluit

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

college van burgemeester en schepenen Zitting van 15 april 2016

23016_D_0157_H_011_00

SCREENING VAN DE PLAN-MER-PLICHT GEÏNTEGREERD ADVIES

PLAN-MER-SCREENING. Onderzoek tot milieueffectrapportage voor RUP Victor De Witstraat Aanvraag beslissing dienst MER Gemeente Bornem.

college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015

Provincieraadsbesluit

Vastgoedinformatie IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED 1/6. Telefoon

college van burgemeester en schepenen Zitting van 12 december 2014

Bijlage II: Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Petroleum-Zuid: gevangenis en technische schoolcampus

6060 Gemeente Sint-Genesius-Rode Ruimtelijk Uitvoeringsplan De Kom - Midden Gedeeltelijke Herziening van BPA NR 1B De Kom - Midden (KB 06/06/1980)

Besluit van de Deputatie

Verzoek tot ontheffing van het opstellen van een project-mer: Ontheffingsbeslissing. Project:

RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Woodstar NV. Avelgem STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

college van burgemeester en schepenen Zitting van 6 februari 2015

RUP ZORGDORP STARTNOTA

college van burgemeester en schepenen Zitting van 22 januari 2016

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk afdrukdatum 22/02/ /03/2013

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Onderzoek naar milieueffectrapportage. Gemeentelijk RUP voorzieningenconcentratie Testelt Scherpenheuvel-Zichem. Aanvullende nota

Besluit van de Deputatie

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport

Project-m.e.r.-screening

college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015

Transcriptie:

onderzoek naar de noodzaak tot milieueffectrapportage (plan-mer screening) RUP gemeenteplein gemeente edegem maart 2009 VERZOEK TOT RAADPLEGING

Inhoud Kaarten...3 1. Beschrijving plan en afbakening plangebied...4 1.1. Aanleiding en opzet...4 1.2. Opbouw...4 1.3. Situering...5 1.4. Nulalternatief...5 2. Karakteristieken van het plan en mogelijke alternatieven...6 2.1. Karakteristieken van het plan...6 2.2. Mogelijke alternatieven...6 3. Afbakening van het toepassingsgebied en de plan-merplicht...6 3.1. Definitie van plan of programma...6 3.2. Toepassingsgebied...6 3.3. Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan-mer...6 3.4. Beoordeling of het plan grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben...6 4. Gevoeligheden van het plangebied en potentiële effecten...6 4.1. Discipline ruimtelijke ordening...6 4.2. Discipline mobiliteit...6 4.3. Discipline bodem...6 4.4. Discipline water...6 4.5. Discipline atmosfeer (lucht)...6 4.6. Discipline geluid...6 4.7. Discipline licht...6 4.8. Discipline klimatologische factoren...6 4.9. Discipline fauna, flora en biodiversiteit...6 4.10. Discipline gezondheid en veiligheid van de mens...6 4.11. Discipline energie- en grondstoffenvoorraden...6 4.12. Discipline stoffelijke goederen...6 4.13. Discipline cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed 6 4.14. Discipline landschap...6 4.15. De samenhang tussen de genoemde factoren...6 5. Toetsing of een passende beoordeling relevant is...6 6. Motivatie waarom er geen plan-mer wordt opgemaakt...6 7. Verzoek tot raadpleging van de adviesinstanties...6 Bijlage - integraal document voorstudie...6 2

Kaarten kaart 1.3.1 situering plangebied RUP op topokaart... 5 kaart 1.4.1 uittreksel bestaande BPA s - nulalternatief... 5 kaart 2.1.1 voorstel van grafisch plan... 6 initiatiefnemer: gemeente edegem kontichstraat 19 2650 edegem opdrachthouder: OMGEVING cvba uitbreidingstraat 390 2600 berchem 3

1. Beschrijving plan en afbakening plangebied 1.1. Aanleiding en opzet Edegem behoort tot één van de meest dichtbevolkte gemeenten in Vlaanderen en is gelegen in de zuidrand van Antwerpen. Het is een gegeerde gemeente om te wonen. Ondanks de hoge bevolkingsdichtheid en de nabijheid van de grootstad, heeft Edegem het karakter van een dorp in een stedelijk gebied dat de gemeente graag wil bewaren. Hoe aangenamer de omgeving, hoe prettiger het is om er te wonen. Nette en fraai ingerichte straten, pleinen en parken zorgen voor een goed gevoel en zijn bovendien veiliger. Daarom is de herinrichting van het gemeenteplein een belangrijke prioriteit voor het bestuur. Via een open oproep wordt een ontwerp gezocht voor de heraanleg van dit gemeenteplein en omgeving. Aangezien de gemeente een heldere en eenvoudige vormgeving van de publieke ruimte nastreeft en het maken van het plein een multifunctionele ontmoetingsplaats vooropstelt is het noodzakelijk de bestaande bestemmingen vastgelegd in drie verschillende bijzondere plannen van aanleg (BPA s) deze ontwikkeling niet in de weg staan. Om deze reden worden de drie BPA s (BPA Mussenburg, BPA Terelst en BPA Buizegem) gedeeltelijk herzien en vervangen door voorliggend ruimtelijke uitvoeringsplan (RUP) gemeenteplein zodat een uitbreiding van het huidige administratief centrum tot een zichtlocatie op het plein met front en backoffice mogelijk wordt evenals de uitbating als horecazaak van het oude gemeentehuis. Bovendien is het wenselijk één grote zone voor openbaar nut te voorzien zodat het tracé van de omliggende wegen niet vastligt en dat hier ook enige ontwerpvrijheid ontstaat naar de inrichting van het plein toe. Het RUP biedt krijtlijnen waarbinnen het ontwerp moet passen. Er wordt door de opmaak van het RUP gemeenteplein gestreefd naar een centrale ruimte met een zekere uitstraling zodat het plein een ontmoetingsruimte kan worden voor verschillende activiteiten. Door het gemeenteplein in te richten als ontmoetings- en verblijfsruimte zullen het aantal parkeerplaatsen beperkt worden. Een parkeerstudie - uitgevoerd door OMGEVING - wijst uit dat door het weren van langparkeren op het gemeenteplein (d.i. parkeren gedurende 2u of meer) er nog een parkeercapaciteit van 50 parkeerplaatsen op het plein en de omgevende straten blijft bestaan. 1.2. Opbouw Dit plan-mer-screeningsdossier is als volgt opgebouwd. Na deze situerende inleiding geeft een tweede hoofdstuk een beknopte beschrijving van het hele plan weer; ook alternatieven komen er in aan bod. Hoofdstuk drie schetst de karakteristieken van het plan en mogelijke alternatieven en in een vierde hoofdstuk wordt toepassingsgebied afgebakend. Hoofdstuk vijf beschrijft, analyseert op hoofdlijn en beoordeelt de mogelijke effecten van het RUP op de relevante disciplines. Hoofdstuk zes behandelt de afweging van de noodzaak van een passende beoordeling. Hoofdstuk zeven, tot slot, bundelt de informatie uit de vorige hoofdstukken en motiveert waarom het gemeentebestuur voor dit gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan de opmaak van een plan-milieueffectenrapport (plan- MER) niet noodzakelijk acht. 4

1.3. Situering kaart 1.3.1 situering plangebied RUP op topokaart Het plangebied van het RUP gemeenteplein wordt begrensd door de grenzen tussen het openbaar en het publiek domein van het gemeenteplein, met name van gevel tot gevel tussen Trooststraat, Kontichstraat en Hovestraat. 1.4. Nulalternatief kaart 1.4.1 uittreksel bestaande BPA s - nulalternatief De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP gemeenteplein mogelijk zijn zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door drie bijzondere plannen van aanleg (BPA s). Voorliggend RUP betreft immers een gedeeltelijke wijziging van drie bestaande BPA s, met name BPA nr.1 Mussenburg (4e wijziging) (MB dd. 22 juni 2000), BPA nr.2 Terelst (MB dd. 2 december 2005) en BPA nr.6 Buizegem (MB dd. 27 juli 1994). Indien voorliggend RUP niet in werking zou treden, blijft het gemeenteplein beperkt in oppervlakte en worden rondom de straten behouden. Het oud gemeentehuis kan niet uitbreiden met het oog op het voorzien van horeca. Het nieuwe gemeentehuis zou tevens niet kunnen uitbreiden gelet op de voortuinstrook met publiek karakter aan de voorgevel van het gemeentehuis. De gemeente wenst echter het nieuwe gemeentehuis uit te breiden zodat alle gemeentelijke diensten met een loketfunctie met een front office gebundeld kunnen worden zodat een betere dienstverlening naar de burger toe ontstaat. Dit is binnen de contouren van de bestaande BPA s echter niet mogelijk. 5

2. Karakteristieken van het plan en mogelijke alternatieven 2.1. Karakteristieken van het plan kaart 2.1.1 voorstel van grafisch plan De beheers- en inrichtingsvoorschriften van de bestemmingszones in het grafisch plan (zie bijgaande kaart) van het RUP bevatten de nodige elementen en krachtlijnen om een aangename, kwalitatieve en aantrekkelijke ruimte te realiseren in het centrum van de gemeente. Dit RUP betreft een omvorming van voornamelijk zones voor openbaar domein en zone voor openbaar nut naar een zone voor openbaar nut en gemeenschapsvoorzieningen. Door een puntsgewijze overdruk wordt aangegeven waar het op het plein wenselijk is horeca uit te baten en waar de uitbreiding van het nieuwe gemeentehuis kan gebeuren. Hiermee zijn de karakteristieken van het plan op hoofdlijn geschetst; een uitvoerige weergave ervan is te vinden in de RUP-voorstudie in digitale bijlage bij deze nota. 2.2. Mogelijke alternatieven De mogelijke alternatieven die bestaan voor het plangebied van het RUP, bestaan er voornamelijk in het nulalternatief aan te bieden. De bestemmingen zoals ze bestaan in het BPA nr.1 Mussenburg, BPA nr.2 Terelst en BPA nr.6 Buizegem bieden echter niet voldoende ontwerpruimte voor de herinrichting van het gemeenteplein (zoals reeds werd aangegeven in punt 1.4.). Er zijn geen fundamenteel andere alternatieven mogelijk of aangewezen. 6

3. Afbakening van het toepassingsgebied en de plan-merplicht 3.1. Definitie van plan of programma De definitie van plan of programma bevat drie voorwaarden die tegelijkertijd moeten vervuld worden. Het betreft volgende drie voorwaarden: 1. decretale of bestuursrechtelijke bepalingen moeten voorschrijven dat een plan of programma wordt opgesteld en/of vastgesteld 2. het moet gaan om een plan of programma dat door een instantie op regionaal, provinciaal of lokaal niveau is opgesteld 3. het plan of programma moet via een wetgevingsprocedure door het parlement of de regering worden vastgesteld of door een instantie (regionaal, provinciaal of lokaal niveau) worden vastgesteld. Het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening schrijft de opmaak en de vaststelling van ruimtelijke uitvoeringsplannen voor. Het RUP wordt opgemaakt op initiatief van de gemeente Edegem. Een gemeentelijk RUP wordt vastgesteld door de gemeenteraad en goedgekeurd door de Deputatie. Het RUP gemeenteplein valt onder de definitie van plan of programma. 3.2. Toepassingsgebied Het betrokken plan of programma valt onder het toepassingsgebied van het D.A.B.M. Het toepassingsgebied wordt in twee categorieën van plannen en programma s opgesplitst: plannen of programma s, of de wijziging ervan, die het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project; plannen of programma s, of de wijziging ervan, waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling is vereist uit hoofde van artikel 36ter, 3, eerste lid van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. Het RUP vormt het kader op basis waarvan stedenbouwkundig vergunningen zullen worden toegekend, zodoende is aan deze voorwaarde voldaan. 3.3. Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan-mer Bij plannen en programma s die van rechtswege onderworpen zijn aan de plan-merplicht is er geen voorafgaande toetsing vereist daar er op onweerlegbare wijze wordt vermoed dat deze plannen en programma s aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Men onderscheidt twee groepen van plannen en programma s: 1. plannen en programma s, of de wijziging ervan, die tegelijkertijd: een kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden 7

betrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik (artikel 4.2.3, 2, 1 D.A.B.M.); 2. plannen en programma s of de wijziging ervan waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is (artikel 4.2.1, tweede lid D.A.B.M.). Het RUP is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-mer plicht want het vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of II van het Besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. Het RUP is niet gelegen in een Speciale Beschermingszone zodat, van rechtswege, geen passende beoordeling vereist is. Conclusie: het RUP valt niet van rechtswege onder de plicht tot opmaak van een plan- MER. 3.4. Beoordeling of het plan grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben Er worden geen effecten verwacht die de gewestgrens of de landsgrens zullen overschrijden gezien de kleine wijzigingen ten opzichte van de bestemmingen vastgelegd in de BPA s welke nu geldig zijn voor het plangebied (tot de goedkeuring van dit RUP). 8

4. Gevoeligheden van het plangebied en potentiële effecten Dit hoofdstuk beschrijft, analyseert op hoofdlijn en beoordeelt, waar nodig op basis van de beschikbare informatie en studies, de mogelijke effecten van de nieuwe projecten en ontwikkelingen die het RUP zal toelaten/verplichten ten opzichte van de huidige mogelijkheden volgens de bestemmingen vastgelegd in de BPA s. Volgende (MER)disciplines komen hierbij aan de orde: de ruimtelijke ordening de mobiliteit de bodem het water de atmosfeer het geluid het licht de klimatologische factoren de fauna, flora en biodiversiteit de gezondheid en veiligheid van de mens de energie- en grondstoffenvoorraden de stoffelijke goederen het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed het landschap de samenhang tussen de genoemde factoren. Het accent ligt daarbij evident op deze disciplines waar mogelijk de meeste nadelige gevolgen van de nieuwe opties in het RUP ten opzichte van de BPA s zich kunnen manifesteren (welke ook uitvoeriger worden besproken). 4.1. Discipline ruimtelijke ordening Beschrijving en analyse Hoewel niet expliciet aangekondigd in de bindende bepalingen van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS), is het RUP gemeenteplein niet in strijd met de bepalingen van het richtinggevend gedeelte van het GRS. In het richtinggevend gedeelte wordt de herinrichting van het gemeenteplein als een strategisch project op korte termijn naar voren geschoven. Bij deze herinrichting moet ook voldoende aandacht worden besteed aan een busstation. Verder geeft het richtinggevend gedeelte aan om te werken aan de vormgeving van de publieke ruimte. De zorg om een kwalitatieve woonomgeving uit zich in het streven naar een aantrekkelijke en verzorgde publieke ruimte (straten, dorpspleinen, groenvoorzieningen, zichtassen enz.). Het bepaalt in belangrijke mate de leefbaarheid en herkenbaarheid van onze dagelijkse leefomgeving. Straten, pleinen en dorpsplaatsen moet men immers blijven zien als de sterkste componenten van de beleving van het totaalbeeld van de woonomgeving. Door die locaties een hoge kwaliteit te geven, krijgen ze een goed verblijfsklimaat. 9

Het openbaar domein wordt functioneel ingericht zowel voor het gemotoriseerd verkeer als voor de voetganger en fietser. Veiligheid primeert. Beoordeling Het RUP ondersteunt de doelen vooropgesteld in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan en is er zeker niet mee in strijd. Het RUP veroorzaakt terzake zeker geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline ruimtelijke ordening. 4.2. Discipline mobiliteit Beschrijving en analyse Naar aanleiding van de open oproep die wordt georganiseerd voor de inrichting van het gemeenteplein en de uitbreidingen van het oude en nieuwe gemeentehuis, liet de gemeente een parkeerstudie uitvoeren. De conclusie van deze parkeerstudie is dat het wenselijk is het langparkeren uit het centrum te weren van langparkeren (d.i. parkeren gedurende 2u of meer), zo ook op het gemeenteplein. Op dit plein (inclusief de omgevende straten) zal dan slechts een parkeercapaciteit van 50 parkeerplaatsen voor kortparkeerders nodig zijn, waardoor heel wat ruimte vrijkomt ten behoeve van de publieke ruimte. De langparkeerders worden ondergebracht op de verschillende randparkings rondom het centrum op een redelijke wandelafstand: max. 250m wat overeenstemt met een wandeltijd van 2 à 3 minuten. Het gemeenteplein moet ook voldoende aandacht besteden aan een goed busstation. Het spreekt voor zich dat er bij de inrichting van het plein voldoende aandacht uitgaat naar de zwakke weggebruikers, zeker gezien de aanwezigheid van een lagere school aan het gemeenteplein. Beoordeling Het RUP veroorzaakt terzake zeker geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline mobiliteit. 4.3. Discipline bodem Deze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor bodem veroorzaakt. 4.4. Discipline water Beschrijving en analyse Het plangebied van het RUP gemeenteplein is gelegen noch in recentelijk overstroomd gebied, noch in een risicozone op overstromingen, noch in een van nature overstroombaar gebied. 10

tabel 4.4.1 watertoets plangebied RUP overstromingsgevoelig risicozone voor overstromingen recent overstroomd natuurlijk overstroomd gebied erosiegevoelig grondwaterstromingsgevoelig infiltratiegevoelig plangebied neen neen neen neen neen matig ja Het plangebied van het RUP is matig gevoelig voor grondwaterstroming (zoals het overgrote deel van het gemeentelijk grondgebied). Het voorzien van grote ondergrondse constructies dient bijgevolg te worden uitgesloten. De bepalingen in de stedenbouwkundige voorschriften zullen hiermee rekening houden. Het plangebied van dit RUP is infiltratiegevoelig, net zoals het merendeel van het hele grondgebied van de gemeente Edegem. Aangezien in voorliggend RUP grote oppervlakten aan verharde of bebouwde ruimte wordt voorzien, is het nodig hieromtrent bepalingen op te nemen in de stedenbouwkundige voorschriften. Bijvoorbeeld kan o.a. het materiaalgebruik bepaald worden op basis van het waterdoorlatend karakter en zal bijgevolg nog voldoende infiltratie van het hemelwater kunnen gebeuren. Beoordeling Omwille van de niet problematische toestand en de maatregelen die in de stedenbouwkundige voorschriften van voorliggend RUP zijn vervat, kan worden geoordeeld dat de voorziene projecten in het plangebied geen bijkomend schadelijk effect op de waterhuishouding zullen hebben. Dit RUP doet geen afbreuk aan de verplichtingen voortvloeiend uit de gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (BVR 1 oktober 2004, gewijzigd bij BVR op 23 juni 2006). Voorliggend RUP zorgt terzake niet voor betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline water. 4.5. Discipline atmosfeer (lucht) Na uitvoering van het geplande project zal de realisatie van een parking kunnen bijdragen tot een verandering in de luchtkwaliteit. Aangezien deze mogelijke hinderlijke bronnen, voortkomend uit de bestemmingen van dit RUP niet in essentie verschillen van de mogelijk bestemmingen binnen het BPA kan worden gesteld dat deze discipline niet relevant is voor dit RUP zodat het zeker geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline atmosfeer veroorzaakt. 11

4.6. Discipline geluid Na uitvoering van het geplande project zullen volgende, mogelijk hinderlijke geluidsbronnen binnen de perimeter van het RUP aanwezig zijn: doorgaand verkeer van voetgangers en fietsers over het plein bussen die af en aanrijden van het goede busstation parkerende wagens op het plein. Aangezien deze mogelijke hinderlijke geluidsbronnen, voortkomend uit de bestemmingen van dit RUP niet in essentie verschillen van de mogelijk bestemmingen binnen het BPA kan worden gesteld dat deze discipline niet relevant is voor dit RUP zodat het zeker geen betekenisvolle negatieve effecten voor het geluid veroorzaakt. 4.7. Discipline licht Op het plein zullen (openbare) verlichtingspalen geplaatst worden welke voor een mogelijke lichthinder kunnen zorgen. Aangezien deze mogelijke hinderlijke lichtbronnen, voortkomend uit de bestemmingen van dit RUP niet in essentie verschillende van de mogelijke bestemming binnen het BPA kan worden gesteld dat deze discipline niet relevant is voor dit RUP zodat het zeker geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline licht veroorzaakt. 4.8. Discipline klimatologische factoren Deze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor de klimatologische factoren veroorzaakt. 4.9. Discipline fauna, flora en biodiversiteit Deze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor fauna, flora en biodiversiteit veroorzaakt. 4.10. Discipline gezondheid en veiligheid van de mens Beschrijving en analyse In het plangebied is geen SEVESO-inrichting aanwezig. In het RUP worden geen aandachtsgebieden inzake veiligheid voorzien. Bovendien zijn in een straal van 2 km rond het plangebied geen SEVESO-inrichtingen aanwezig. Meer nog, binnen het hele grondgebied van de gemeente Edegem is geen SEVESO-inrichting aanwezig. Gelet op deze score in de gestelde criteria kan geconcludeerd worden dat er voor dit RUP geen ruimtelijke veiligheidsrapportage noodzakelijk is. Beoordeling Het RUP garandeert dat er geen nieuwe SEVESO-inrichtingen in het plangebied en dus bijgevolg ook niet nabij de woningen in en rond het plangebied komen. 12

Het RUP heeft terzake nagenoeg geen en uitsluitend positieve effecten en veroorzaakt zeker geen betekenisvolle negatieve effecten. 4.11. Discipline energie- en grondstoffenvoorraden De stedenbouwkundige voorschriften van dit RUP houden bepalingen in met aandacht voor het gebruik van duurzame materialen. Om die reden kan gesteld worden dat voor het aspect energie- en grondstoffenvoorraad dit RUP geen betekenisvolle negatieve effecten veroorzaakt. 4.12. Discipline stoffelijke goederen Deze discipline is niet relevant voor dit RUP aangezien geen onteigeningen, recht van voorkoop e.a. worden ingesteld, zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor de stoffelijke goederen veroorzaakt. 4.13. Discipline cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed Beschrijving en analyse Het oud gemeentehuis is gelegen in een beschermd dorpsgezicht en is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. In voorliggend RUP krijgt het oud gemeentehuis de kans om buiten het gebruik voor ceremoniële gelegenheden, ook een horecafunctie kan hebben (beperkt tot het gelijkvloers). De uitbating en uitbreiding van dit gebouw in functie van een horeca-activiteit kan slechts geschieden mits respect voor de elementen waaraan het bestaande gebouw zijn waarde te danken heeft. De stedenbouwkundige voorschriften zullen bepalen welke functie in het waardevol pand kan geschieden en legt (strikte) bepalingen op naar realisatie van deze functie om zo de waarde van het pand te behouden of te verbeteren. De uitbreiding zal bijgevolg voldoende kwalitatief moeten zijn zodat het geheel een zekere waardevolle uitstraling blijft behouden. Gezien het kadasterplan van 1950 (dat in de toelichtingsnota is opgenomen) kan het zijn dat nog resten van de toenmalige bebouwing kunnen worden teruggevonden. In dit opzicht is het noodzakelijk een evaluatie te maken naar de aan- of afwezigheid van archeologisch erfgoed. De bijzondere voorschriften voor dit onderzoek worden opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften. Beoordeling Aangezien de stedenbouwkundige voorschriften bepalingen bevatten die rekening houden met en bescherming bieden aan het cultureel erfgoed, kan worden gesteld dat het RUP terzake zeker geen betekenisvolle negatieve effecten veroorzaakt voor de discipline cultureel erfgoed. 13

4.14. Discipline landschap Deze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline landschap veroorzaakt. 4.15. De samenhang tussen de genoemde factoren De samenhang tussen de genoemde disciplines is niet in die mate relevant dat ze een aparte beschrijving en beoordeling behoeft ten opzichte van de hoger genoemde effecten. De cumulatieve effecten van de genoemde disciplines zijn immers klein tot onbestaande. 5. Toetsing of een passende beoordeling relevant is In het plangebied is geen Vogelrichtlijngebied of Habitatrichtlijngebied aanwezig. Het dichtstbijzijnde gebied bevindt zich op +/- 2,5km in vogelvlucht en behelst het Habitatrichtlijngebied historische fortengordels van Antwerpen als vleermuizenhabitat (gebiedscode: BE2100045) gelegen in en rondom fort 5. Daar er dus op geen enkele wijze betekenisvolle effecten op een Speciale Beschermingszone van projecten in het RUP-plangebied kunnen zijn, is een passende beoordeling niet relevant. 6. Motivatie waarom er geen plan-mer wordt opgemaakt Vermits het RUP gemeenteplein : 1. geen kader vormt voor bijlage I of bijlage II projecten (overeenkomstig art. 4.23. 2.1 van DABM) en geen kader vormt voor projecten die een passende beoordeling behoeven (overeenkomstig art. 4.2.1 van DABM) 2. geen aanzienlijke effecten zal veroorzaken voor de verschillende (MER)disciplines, zoals in hoofdstuk 5 uitvoeriger werd besproken voldoet dit RUP (in zijn huidige voorontwerpvorm) meerdere malen niet aan de voorwaarde voor plan-mer-plichtigheid. De opmaak van een plan-mer is bijgevolg niet noodzakelijk. 7. Verzoek tot raadpleging van de adviesinstanties Dit is een verzoek tot raadpleging van de verschillende, relevante adviesinstanties om uiterlijk binnen 30 dagen na ontvangst van het verzoek tot raadpleging het advies over te maken door betekening of tegen ontvangstbewijs van de initiatiefnemer. 14

Bijlage - integraal document voorstudie Het document van de voorstudie, met inbegrip van de bijhorende kaartenbundel, wordt integraal als (digitale) bijlage aan dit verzoek tot raadpleging toegevoegd. 15