INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Vergelijkbare documenten
P R I V A T E B A N K

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Interbeurs Hermes Pensioenfonds

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Resultatenrekening. B. Andere

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Antwerpen Mortsel Sint-Martens-Latem

Antwerpen Mortsel Sint-Martens-Latem

De Commissie is voornemens de toepassing van haar aanbeveling te gepaste tijde te evalueren.

Halfjaarverslag per 30 juni 2016 TRANSPARANT N.V. BEVEK

Jaarverslag per 31 december 2017 INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Halfjaarverslag per 30 juni 2016 TRANSPARANT B N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal

F.VAN LANSCHOT BANKIERS (BELGIE) BEVEK N.V.

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Interbeurs-Hermes-Pensioenfonds

Interbeurs-Hermes-Pensioenfonds

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

N.V. VAN LANSCHOT BEVEK

Jaarverslag per 31 december 2014 TRANSPARANT B N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal

Halfjaarverslag per 30 juni 2017 TRANSPARANT B N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal

Halfjaarverslag per 30 juni 2014 TRANSPARANT B N.V. BEVEK

Halfjaarverslag per 30 juni 2014 TRANSPARANT N.V. BEVEK

Halfjaarverslag per 30 juni 2018 TRANSPARANT B N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch recht

Halfjaarverslag per 30 juni 2015 TRANSPARANT N.V. BEVEK

Jaarverslag per 31 december 2017 TRANSPARANT B N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch recht

Halfjaarverslag per 30 juni 2013 TRANSPARANT N.V. BEVEK

VAN LANSCHOT BEVEK n.v.

Interbeurs Hermes Pensioenfonds

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Antwerpen Mortsel Sint-Martens-Latem

Deelbewijzen ISIN Kapitalisatie 1. Maandrapport op basis van de gegevens van 31 mei 2017

Antwerpen Mortsel Sint-Martens-Latem

VAN LANSCHOT BEVEK n.v.

Halfjaarverslag per 30 juni 2013 N.V. LS VALUE BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch Recht met meerdere compartimenten

Dierickx Leys Fund II DBI

Halfjaarverslag per 30 juni 2013 TRANSPARANT B N.V. BEVEK

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

VAN LANSCHOT BEVEK n.v.

Interbeurs-Hermes-Pensioenfonds

Jaarverslag per 31 december 2017 TRANSPARANT N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch recht

Jaarverslag per 31 december 2014 TRANSPARANT N.V. BEVEK

INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS

Compartiment ACTIVE FIX NEW MARKETS

Halfjaarverslag per 30 juni 2012 TRANSPARANT B N.V. BEVEK

BELGISCHE BIJLAGE BIJ HET UITGIFTEPROSPECTUS SAINT-HONORE INDE

Boekhouding OFP / IBP

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

Halfjaarverslag per 30 juni 2014 ACCENT PENSION FUND. Belgisch Pensioenfonds

Jaarverslag per 31 december 2011 TRANSPARANT B N.V. BEVEK

Antwerpen Mortsel Sint-Martens-Latem

Jaarverslag per 31 december 2013 TRANSPARANT N.V. BEVEK

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

Dierickx Leys Fund II DBI

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Werkprogramma statistieken (ISA 800)

Jaarverslag per 31 december 2012 ACCENT PENSION FUND. Belgisch Pensioenfonds

Halfjaarverslag per 30 juni 2018 TRANSPARANT N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch recht

Compartiment ACTIVE FIX EURO EQUITIES

Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40%

Enkelvoudige jaarrekening

Omzet 148,6 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde 37,2 miljoen (+10%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) 20,2 miljoen (+12%)

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

Halfjaarverslag per 30 juni 2013 C+F N.V. BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch Recht met meerdere compartimenten

Deelbewijzen Kapitalisatie 1

Fund Life Opportunity Index

Deelbewijzen Kapitalisatie 1

HALFJAARVERSLAG 31 december 2013 DEGROOF NAAMLOZE VENNOOTSCHAP. Overeenkomstig de Europese ICBE richtlijn 2009/65/EEG ( UCIT IV )

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

VIVIUM BALANCED FUND FACT SHEET 31 maart 2017

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

DIERICKX LEYS FUND II N.V.

EUR. Blz. NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL 1. JAARREKENING IN DUIZENDEN EURO'S

Halfjaarverslag per 30 juni 2012 ACCENT PENSION FUND. Belgisch Pensioenfonds

Halfjaarverslag per 30 juni 2015 ACCENT PENSION FUND. Belgisch Pensioenfonds

Fund Life Opportunity Index 2

TreeTop Portfolio SICAV

Compartiment ACTIVE FIX TOP EUROPEAN SECTORS

Referentiemunt van de sicav: KBL European Private Bankers SA Ernst & Young; 7, Parc d Activité Sydrall, L-5365 Munsbach

VIVIUM DYNAMIC FUND FACT SHEET 30 september 2017

Jaarverslag per 31 december 2011 TRANSPARANT N.V. BEVEK

HALFJAARVERSLAG JUNI 2015

Sterke groei van de Resilux kern business : stijging van de volumes met 9% zorgt voor toename Ebitda met 12%

HERMES PENSIOENFONDS

Interbeurs Hermes Pensioenfonds

Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40%

Interbeurs Hermes Pensioenfonds

Hermes Pensioenfonds BELGISCH PENSIOENSPAARFONDS VEREENVOUDIGD PROSPECTUS

VIVIUM DYNAMIC FUND FACT SHEET 31 maart 2017

Fund Oxylife Opportunity 6

Jaarverslag per 31 december 2018 N.V. LS VALUE BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal naar Belgisch recht

Vereenvoudigd prospectus: compartiment KBC BONDS CAPITAL FUND

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2012 INHOUDSTAFEL

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015

NN First Class Balanced Return Fund

Halfjaarverslag per 30 juni 2016 N.V. LS VALUE BEVEK. Beleggingsvennootschap met Veranderlijk Kapitaal

Deelbewijzen Kapitalisatie 1

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017

Transcriptie:

Halfjaarverslag per 30 juni 2016 INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS Belgisch Pensioenspaarfonds Gemeenschappelijk beleggingsfonds met een veranderlijk aantal rechten van deelneming die belegt in effecten en liquide middelen Geen enkele inschrijving mag worden aanvaard op basis van dit verslag. Inschrijvingen zijn slechts geldig als ze worden uitgevoerd op basis van het huidige uitgifteprospectus, samen met de essentiële beleggersinformatie.

INHOUDSOPGAVE 1 Organisatie van het pensioenfonds...3 2 Beheersverslag van het pensioenfonds...4 2.1 Lanceringsdatum en inschrijvingsprijs... 4 2.2 Beursnotering... 4 2.3 Informatie aan de aandeelhouders... 4 2.4 Algemeen overzicht van de markten... 4 2.5 Krachtlijnen van het beleggingsbeleid... 7 2.6 Benchmark... 7 2.7 Tijdens het boekjaar gevoerd beleid... 7 2.8 Toekomstig beleid... 8 2.9 Risicoklasse... 9 2.10 Resultaatverwerking... 9 3 Balans 10 4 Resultatenrekening... 12 5 Samenvatting van de waarderingsregels... 14 5.1 Samenvatting van de regels... 14 5.2 Wisselkoersen... 15 6 Samenstelling van de activa en kerncijfers... 16 6.1 Samenstelling van de activa op 30/06/16... 16 6.2 Wijzigingen in de samenstelling van de activa van het Interbeurs Hermes Pensioenfonds... 19 6.3 Evolutie van het aantal inschrijvingen, terugbetalingen en van de nettoinventariswaarde... 19 6.4 Returns... 20 6.5 Kosten... 20 6.6 Toelichting bij de financiële staten... 20 2

1 Organisatie van het pensioenfonds Maatschappelijke zetel van de beheervennootschap Jan Van Rijswijcklaan 178 te 2020 Antwerpen Oprichtingsdatum 13 februari 1987 Type van beheer beheervennootschap Capfi Delen Asset Management N.V. Jan Van Rijswijcklaan 178 2020 Antwerpen Raad van Bestuur Dhr. Jacques Delen, voorzitter Dhr. Paul De Winter, bestuurder Dhr. Thierry Maertens, bestuurder Dhr. Michel Vandenkerckhove, effectieve leider Dhr. Patrick François, effectieve leider Dhr. Antoine de Séjournet de Rameignies, bestuurder Dhr. Philippe de Spirlet, bestuurder Dhr. Christian Callens, bestuurder Mevr. Monique Leys, bestuurder Dhr. Gregory Swolfs, effectieve leider Dhr. Chris Bruynseels, effectieve leider Commissaris: Ernst&Young Bedrijfsrevisoren BCBVA vertegenwoordigd door mevr. Christel Weymeersch. Commissaris, erkende revisor KPMG, Prins Boudewijnlaan 24 D, 2550 Kontich vertegenwoordigd door Dhr. E. Clinck Bewaarder Dierickx, Leys & Cie Effectenbank N.V., Kasteelpleinstraat 44-46 te 2000 Antwerpen Financiële groep die de gemeenschappelijk beleggingsfonds promoot Capfi Delen Asset Management N.V., Jan Van Rijswijcklaan 178 te 2020 Antwerpen Subdelegatie Dierickx, Leys & Cie Effectenbank N.V., Kasteelpleinstraat 44-46 te 2000 Antwerpen Financieel portefeuillebeheer Capfi Delen Asset Management N.V., Jan Van Rijswijcklaan 178 te 2020 Antwerpen Subdelegatie Dierickx, Leys Luxembourg, Route d'arlon 247 bte 1, L 1150 Luxembourg. Administratief en boekhoudkundig beheer Capfi Delen Asset Management N.V., Jan Van Rijswijcklaan 178 te 2020 Antwerpen Financiële dienst Dierickx, Leys & Cie Effectenbank N.V., Kasteelpleinstraat 44-46 te 2000 Antwerpen Distributeurs De lijst van instellingen is te bekomen bij de beheersvennootschap. 3

2 Beheersverslag van het pensioenfonds 2.1 Lanceringsdatum en inschrijvingsprijs Het pensioenspaarfonds werd gestart op 13 februari 1987. Initiële inschrijvingsprijs : 24.97 euro 2.2 Beursnotering De rechten van deelneming van het gemeenschappelijk beleggingsfonds worden niet verhandeld op een beurs of een gereglementeerde markt. 2.3 Informatie aan de aandeelhouders Interbeurs Hermes Pensioenfonds is een Belgisch gemeenschappelijk beleggingsfonds dat opgericht werd op 13 februari 1987 voor een onbeperkte duur met het oog op het pensioensparen en door de Minister van Financiën erkend op 21 februari 1987. Het Interbeurs Hermes Pensioenfonds wordt beheerd door de naamloze vennootschap Capfi Delen Asset Management nv, Jan Van Rijswijcklaan 178 te 2020 Antwerpen. De uitgifteprospectus, het beheersreglement, de Essentiële Beleggersinformatie, de halfjaarlijkse verslagen en jaarverslagen zijn verkrijgbaar op de maatschappelijke zetel van de beheervennootschap. De netto-inventariswaarde, de emissieprijs en de terugbetalingprijs zowel alle berichten aan de houders van de deelbewijzen worden bekendgemaakt in twee Belgische dagbladen zijnde De Tijd en L Echo. Deze gegevens zijn eveneens verkrijgbaar op de maatschappelijke zetel van de beheervennootschap. 2.4 Algemeen overzicht van de markten ECONOMISCHE CONTEXT De Verenigde Staten. De Amerikaanse economie ging op het elan van 2015 verder. De bouwsector presteert goed en neemt de hele economie op sleeptouw. De werkloosheidsgraad is gedaald tot 4,9% tegen het einde van het eerste semester. Op april en mei na creëerde de economie in de VS minstens 150.000 banen per maand. De inflatie is, met 1%, vrij laag, maar dat is in de eerste plaats te wijten aan de lage olieprijs. De kerninflatie, die geen rekening houdt met prijzen voor voedsel en energie, kwam in juni op 2,3% uit. Europa. De Europese economie kent een matige groei. Over het eerste kwartaal groeide de economie in de hele Europese Unie met 1,8%. Het grootste deel daarvan is voor rekening van de landen buiten de eurozone, want de groei in de eurozone lag op 0,6%. Toch was dat laatste cijfer het beste in een jaar, gedreven door de Duitse consument en private investeringen. De keuze van het V.K. om de Europese Unie te verlaten leidt waarschijnlijk tot uitstel van een aantal investeringen, vooral in het V.K., in afwachting van meer duidelijkheid. De nieuwe premier in het V.K. lijkt alvast niet gehaast om de procedure te starten. 4

Azië. In Azië woont 60% van de wereldbevolking. Voorlopig is de bevolking gemiddeld gezien een stuk armer dan die in de ontwikkelde landen, maar de groeiende middenklasse en de jonge bevolking zorgen ervoor dat de achterstand in enkele decennia kan ingelopen worden. Veruit de meeste aandacht gaat naar China, waar de procentuele groei al enkele jaren terugvalt. De groei vertraagde in de eerste jaarhelft tot 6,7%. Gezien de huidige omvang van de economie is dit normaal. Er duiken steeds meer geruchten op over de achteruitgang van de kwaliteit van de uitstaande leningen, vooral van staatsbedrijven. China wordt ook geconfronteerd met kapitaalvlucht. Via allerhande constructies proberen bedrijven en rijke individuen belangrijke bedragen het land uit te krijgen. Dat zet vooral de nationale munt onder druk. Vanaf de tweede jaarhelft van vorig jaar verzwakt de yuan tegenover de Amerikaanse doller. Toch gaat de transformatie van de Chinese economie, van een investerings- en exportgedreven economie, naar een door diensten aangedreven economie, door. De grote ster in Azië vandaag is India, waar de groei in de eerste jaarhelft is toegenomen naar 7,9% op jaarbasis. Ook vorig jaar lag de groei er hoger dan in China. De Japanse economie blijft, onder druk van de krimpende bevolking, zwak presteren. De pogingen om sinds enkele jaren, via een agressieve geldcreatie een devaluatie van de munt te forceren, om op die manier de inflatie aan te wakkeren, lopen op niets uit. Sinds maart daalt het algemene prijspeil opnieuw. MONETAIR BELEID. De Europese Centrale Bank zag rond Nieuwjaar nog geen positief effect op de inflatie van de massale inkoop van staatsobligaties à rato van 60 miljard per maand. Daarom besliste de Raad van Bestuur om het programma uit te breiden tot 80 miljard. Naast staatsobligaties komen ook bedrijfsobligaties van investeringskwaliteit in aanmerking voor aankoop. De depositorente werd verhoogd tot 0,40%. Banken betalen bijgevolg om rente bij de centrale bank te plaatsen. Ze kunnen ook, mits het juiste onderpand, volledig gratis geld lenen bij de E.C.B. Toch blijft inflatie uit. Daarom houdt de E.C.B. het programma vol tot minstens maart 2017. In de V.S. heeft de Federal Reserve in december vorig jaar een eerste renteverhoging doorgevoerd. Daarbij liet ze uitschijnen dat er meerdere zouden volgen. Die nieuwe renteverhoging bleef in het eerste semester uit, waardoor een nieuw record gevestigd wordt. Nooit lag er in het verleden meer tijd tussen de eerste en de tweede renteverhoging. Met de onzekerheid rond het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie, en de blijvende geruchten over slechte kredieten in China, kan een nieuwe renteverhoging nog even uitblijven. WISSELMARKTEN. De verhouding tussen de euro en de dollar bleef opvallend stabiel in de eerste jaarhelft. Einde vorig jaar lag de verhouding op $/ 1,09, op het einde van het semester op $/ 1,11. De verzwakking van de dollar met 2% en de extreem lage volatiliteit sinds Nieuwjaar (hoogste/laagste $/ 1,07 1,16) verrasten menig waarnemer. De uitbreiding van het programma van de E.C.B. en een verwachte rentestijging in de V.S. vormden het ideale recept voor een verdere stijging van de dollar tegenover de euro. Over het eerste halfjaar ligt de euro/dollarverhouding gemiddeld ongeveer gelijk met die in de eerste jaarhelft van vorig jaar, waardoor ze geen belangrijke rol kan spelen tijdens het komende resultatenseizoen. De belangrijkste beweging was er tegenover het Britse pond, dat het hele semester heen en weer geslingerd werd naargelang de voorspellingen over het resultaat van het referendum over een afscheiding van de E.U. minder of meer in het voordeel van de ene of de andere kant ging. Het Britse pond verzwakte in het eerste kwartaal van / 0,74 naar / 0,81 om te herstellen tot / 0,76 aan de vooravond van de bekendmaking van de uitslag van het referendum. Door de winst van het Brexitkamp donderde het pond naar een meerjarig dieptepunt van / 0,835 op het einde van het trimester. 5

OBLIGATIEMARKTEN. De aankondiging in januari dat de E.C.B. bijkomende inkopen van obligaties zou verrichten (zie ook MONETAIR BELEID), drukte de langetermijnrente verder. De verlaging van de kortetermijnrente in de eurozone tot 0,40% had ook zijn effect op staatsobligaties met korte looptijden, waarvan de rendementen, net als in het voorjaar van 2015, negatief werden. Het opkopen van bedrijfsobligaties zorgde voor een belangrijke daling van het renteverschil tussen obligaties met een BBB- en AAA-rating. Het renteverschil bedroeg op het einde van het semester nog ongeveer 1%, dicht tegen de historische dieptepunten. De winst van het Brexitkamp duwde beleggers helemaal in defensieve modus. De rente op 10- jarig Duits staatspapier dook naar quasi 0%. Op de langste looptijden na noteerden alle Duitse staatsleningen met negatieve rendementen. Ook meer dan de helft van het Belgische staatspapier noteert met negatieve rendementen. De acties van de E.C.B. hebben enkele gevolgen in de rand. Spanje zit in een politieke impasse, waarbij links, noch rechts een meerderheid in het parlement kunnen veroveren. In Italië torst de banksector ca. 360 miljard aan leningen met belangrijke betalingsachterstand. In normale marktomstandigheden zou de rente op de staatsobligaties van de betrokken landen gevoelig stijgen, zoals bijvoorbeeld bij de politieke impasse in België einde 2011. Nu blijven beleggers zo goed als onbewogen onder de moeilijkheden. AANDELENMARKTEN. Het jaar begon zeer zwak voor de aandelenmarkten. Na amper twee weken stonden de koersen in Europa ruim 10% lager. De steeds lagere grondstoffenprijzen zorgden haalden niet alleen de mijn- en olieaandelen onderuit, maar ook de aandelen van de toeleveranciers. Daarenboven versterkte de dalende grondstoffenprijzen de schrik dat de wereldeconomie er slecht aan toe was. Begin februari keken beleggers angstvallig naar de publicatie van de bedrijfsresultaten en de vooruitzichten van de bedrijfsleiders. Net op het moment dat niemand nog rekende op een stijging van de grondstoffenprijzen, gingen ze toch hoger. Hierdoor kenden de aandelenmarkten een stevig herstel waardoor de verliezen tegen het einde van het eerste kwartaal beperkt bleven. De stijging kreeg een extra boost door de extra liquiditeiten die de Europese Centrale Bank ter beschikking stelt van de banksector. Meer en meer waarnemers twijfelen openlijk aan de positieve effecten van negatieve rentes en het kunstmatig laag houden van de langetermijnrente, wat tot uiting komt in de koersen van bankaandelen, die in het eerste semester onder druk stonden. Het naderende referendum over het lidmaatschap van de Europese Unie in het Verenigd Koninkrijk beheerste de stemming op de financiële markten in het tweede kwartaal van 2016. De peilingen wezen op een nek-aan-nekrace wat de koers van het Britse pond en de aandelenkoersen onder druk zette. Het vertrouwen van de markt was groot dat het V.K. wel bij de Unie zou blijven, zeker na de moord op Labourpolitica Jo Cox. Groot was dan ook de verbazing dat het 'leave'-kamp het haalde. De aandelenmarkten en het Britse pond verloren zowat 10%. De neerwaartse beweging op de aandelenmarkten viel al na twee werkdagen stil. De laatste dagen van het semester kenden de aandelenkoersen nog een krachtig herstel. De aandelen in de groeilanden hadden er sinds mei 2013, de aankondiging van de afbouw van het maandelijks bijdrukken van Amerikaanse dollars door Fed-voorzitter Ben Bernanke, een zeer zwakke periode opzitten die doorliep tot januari van dit jaar. Het vooruitzicht op renteverhogingen in de V.S. verslechterden de situatie, omdat het geld uit het buitenland in de richting van de V.S. zuigt. Begin januari waren de aandelen uit vooral Azië dermate goedkoop en had iedereen die wilde verkopen ook verkocht, dat de koersen toch, zonder schijnbare aanleiding, de weg naar boven vonden. Het vreemde in het gedrag van de aandelenmarkten is dat ze enorme rust uitstralen, terwijl de obligatiemarkt aangeeft dat de economische uitdagingen groot zijn. De 'monetaire verruiming' van de E.C.B. geeft aandelenbeleggers het gevoel dat hen niets kan overkomen. 6

2.5 Krachtlijnen van het beleggingsbeleid De beleggingspolitiek van INTERBEURS HERMES PENSIOENFONDS is door zijn aard op de lange termijn gericht : - Het grootste deel van de activa is belegd in aandelen. - Een in tijd gespreide obligatieportefeuille. - Een minimum aan contanten om uittredingen op te vangen. Een nieuwe wet op de Belgische pensioenspaarfondsen ging in werking op 1 april 2004. Vanaf die datum viel de verplichting voor pensioenspaarfondsen weg om minimaal 30 procent van hun activa te beleggen in Belgische aandelen. Sinds de Wet op de Belgische pensioenspaarfondsen van 1 april 2004 gelden volgende regels voor de asset allocatie: max. 75% obligaties of andere schuldinstrumenten; max. 75% aandelen; max. 10% liquiditeiten; Op het niveau van de aandelen en obligaties zijn er nog extra regels toe te passen: aandelenportefeuille max. 70% aandelen met een beurskapitalisatie van meer dan 3 miljard euro (binnen EER) max. 30% aandelen met een beurskapitalisatie van minder dan 3 miljard euro (binnen EER) max. 20% aandelen buiten EER obligatieportefeuille max. 40% schuldpapier in euro of andere munten uit de Europese Economische Ruimte (EER) max. 40% schuldpapier in andere munten. 2.6 Benchmark Er wordt geen Benchmark gevolgd. 2.7 Tijdens het boekjaar gevoerd beleid De beleggingspolitiek van Interbeurs Hermes Pensioenfonds is streng afgelijnd door de wetgever. Op 18 december 2015 wijzigde de wet, waardoor de grenswaarde voor de marktkapitalisatie voor kleinere bedrijven werd opgetrokken van 1 miljard naar 3 miljard. Hieronder geven we de voornaamste regels. Maximum 75% in obligaties. Binnen deze categorie moet minstens 20% belegd worden in Europees overheidspapier. Maximum 75% in aandelen. Binnen deze categorie gelden de volgende regels: o Maximum 70% mag belegd worden in marktkapitalisaties van meer dan 3 miljard binnen de EER. o Maximum 30% mag belegd worden in marktkapitalisaties van minder dan 3 miljard binnen de EER. o Maximum 20% mag belegd worden in aandelen van buiten de EER. Maximum 10% mag in cash belegd worden. Minimum 80% van de portefeuille moet belegd zijn in euro. De portefeuille van Interbeurs Hermes Pensioenfonds valt per 30 juni 2016 uiteen in: 40% obligaties, waarvan: 51% belegd is in Europees staatspapier. 36% belegd is in bedrijfsobligaties binnen EER. 13% belegd is in bedrijfsobligaties buiten EER. 7

59% aandelen, waarvan: 50% belegd is in marktkapitalisaties van meer dan 3 miljard binnen de EER. 30% belegd is in marktkapitalisaties van minder dan 3 miljard binnen de EER. 20% belegd is in aandelen van buiten de EER. 1% cash. Ondanks de wijziging van de wetgeving bleven de verhoudingen tussen de verschillende soorten activa vrijwel stabiel. De aandelenportefeuille maakte op 30 juni 2016 59% van de totaliteit uit, tegen 61% op 31 december 2015. De aandelenportefeuille onderging belangrijke wijzigingen als gevolg van de aanpassingen in de wetgeving, waardoor het aandeel van de kleinere kapitalisaties het maximum van 30% overschreed. Dit verplichtte de beheerder om aandelen te verkopen op basis van verhoudingen tussen kleine en grote kapitalisaties en niet vanwege de waardering. Vermits de kleine kapitalisaties volgens de nieuwe definitie bijna 50% van de aandelenportefeuille uitmaakten, tegen slechts 30% maximaal toegelaten, moesten een aantal small en midcaps verkocht worden. Amsterdam Commodities, Immofinanz, Indus Holding,CFE, Immobel, Euronav en Socfinaf gingen volledig de deur uit. Van de deelbewijzen van de gereglementeerde vastgoedvennootschappen werden, om dezelfde reden, belangrijke delen verkocht. Andere kleine kapitalisaties waarvan een deel verkocht werd zijn Elia, Buwog en Melexis. Alphabet, AB Inbev, Bpost, Christian Dior, Proximus, Schneider en Umicore zijn nieuw in de portefeuille om het gewicht van de grote kapitalisaties aan te vullen. Brookfield Asset Management, Ryanair, BHP Billiton en HCA Holdings zijn ook nieuw in de portefeuille. Op basis van een opgelopen waardering werden de aandelen Vinci, National Grid, Tyson Foods, Markel en Medtronic verkocht. Binnen de obligatieportefeuille verschoof de focus van staatsobligaties naar bedrijfsobligaties omdat het lopend rendement op de portefeuille op peil te houden. Een deel van de Italiaanse staatsleningen werden verkocht omdat de risicovergoeding (het renteverschil met de Duitse) te klein is om de specifieke risico's in de Italiaanse banksector op te vangen. Het restrendement van obligaties van kwalitatief prima bedrijven zoals SKF en Amgen was zeer laag en ze werden vervangen door langerlopende obligaties van Eurofins Scientific, Alimentation Couche Tard en Walgreens. De duration van de obligatieportefeuille ligt iets boven vier jaar, met een gemiddeld rendement van 0,61%. Over het eerste semester daalde de inventariswaarde met 0,89%. 2.8 Toekomstig beleid De rente blijft in Europa nog een hele tijd op een extreem laag niveau. Nu de E.C.B. bedrijfsobligaties opkoopt ligt ook de vergoeding voor het bedrijfsrisico dicht tegen historische dieptepunten. Een kleine verhoging van de rente en/of van het renteverschil tussen bedrijfsobligaties met BBB- en AAA-rating kan voor stevige verliezen zorgen op obligaties met lange looptijden. Vermits de huidige rentevergoeding hiertegen geen buffer vormt, is het belangrijk om de looptijd van de portefeuille bedrijfsobligaties beperkt te houden. Daarenboven moet het risico op wanbetaling geminimaliseerd worden. Daarom focust de beheerder op obligaties van bedrijven met stabiele en voldoende grote vrije kasstromen. De aandelenportefeuille blijft, behoudens speciale omstandigheden, schommelen rond 60%. De beheerder blijft focussen op bedrijven met een uitstekende productportefeuille, die hoge operationele marges halen, gekoppeld aan een stevige cashflowgeneratie, die toelaat om onafhankelijk van de banken nieuwe investeringen aan te gaan, schulden terug te betalen of een mooi en, over de lange termijn, een stijgend dividend uit te betalen. De volatiliteit zal gemiddeld hoger liggen dan de beleggers de laatste jaren gewoon waren. Toch blijven aandelen een uitstekende asset om over lange periode waarde te creëren. Een logisch gevolg 8

van deze politiek is dat de banksector structureel ondervertegenwoordigd is, net als diepcyclische sectoren zoals staal en grondstoffen. Vanzelfsprekend gebeuren eventuele aanpassingen binnen de door de wetgever voorziene limieten. Nu de herschikkingen als gevolg van de gewijzigde wetgeving doorgevoerd zijn, is het zwaartepunt van de verschuivingen in 2016 voorbij. De volledige inventaris en een wekelijks commentaar van de beheerder zijn te vinden op www.dierickx.be. 2.9 Risicoklasse De risicoklasse geeft een aanduiding van het risico dat is verbonden aan de belegging in een ICB of een compartiment. Er werden 7 risicoklassen gedefinieerd waarbij klasse 1 het laagste risico aangeeft en klasse 7 het hoogste. Interbeurs Hermes Pensioenfonds bevindt zich in risicoklasse 4 op een schaal van 1 tot 7. 2.10 Resultaatverwerking Het resultaat van pensioenspaarfondsen wordt steeds gekapitaliseerd. 9

3 Balans Afdeling 1. - Balansschema 30/06/16 30/06/15 in EUR in EUR TOTAAL NETTO ACTIEF 38.632.361,56 39.165.360,40 I Vaste activa 0,00 0,00 A. Oprichtings- en organisatiekosten B. Immateriële vaste activa C. Materiële vaste activa II Effecten, geldmarktinstrumenten, ICB's en financiële derivaten 38.112.148,78 38.809.040,92 A. Obligaties en andere schuldinstrumenten a. Obligaties 14.542.314,64 14.551.778,52 b. Andere schuldinstrumenten b.1. Met "embedded" financiële derivaten b.2.zonder "embedded" financiële derivaten B. Geldmarktinstrumenten 798.154,52 1.000.900,00 C. Aandelen en andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren a. Aandelen 21.578.179,62 21.110.124,26 b. ICB's met een vast aantal rechten van deelneming 1.193.500,00 2.146.238,14 c. Andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren D. Andere effecten E. ICB's met een veranderlijk aantal rechten van deelneming F. Financiële derivaten III Vorderingen en schulden op méér dan één jaar 0,00 0,00 A. Vorderingen B. Schulden IV Vorderingen en schulden op ten hoogste één jaar 151.313,36-223.016,56 A. Vorderingen a. Te ontvangen bedragen 189.291,95 138.941,22 b. Fiscale Tegoeden c. Collateral d. Andere B. Schulden a. Te betalen bedragen (-) -37.978,59-361.957,78 b. Fiscale schulden (-) c. Ontleningen (-) d. Collateral (-) e. Andere (-) V Deposito's en liquide middelen 283.560,04 478.540,33 A. Banktegoeden op zicht 283.560,04 478.540,33 B. Banktegoeden op termijn C. Andere VI Overlopende rekeningen 85.339,38 100.795,71 A. Over te dragen kosten B. Verkregen opbrengsten 197.083,74 213.592,87 C. Toe te rekenen kosten (-) -111.744,36-112.797,16 D. Over te dragen opbrengsten (-) TOTAAL EIGEN VERMOGEN 38.632.361,56 39.165.360,40 A. Kapitaal 38.978.181,88 37.042.736,41 B. Deelneming in het resultaat 21.275,59-47.707,70 C. Overgedragen resultaat D. Resultaat van het boekjaar (halfjaar) -367.095,91 2.170.331,69 10

Afdeling 2. - Posten buiten-balansstelling I Zakelijke zekerheden (+/-) 0,00 0,00 A. Collateral a. Effecten/gelmarktinstrumenten b. Liquide middelen/deposito's B. Andere zakelijke zekerheden (+/-) a. Effecten/geldmarktinstrumenten b. Liquide middelen/deposito's II Onderliggende waarden van optiecontracten en warrants (+) 0,00 0,00 A. Gekochte optiecontracten en warrants B. Verkochte optiecontracten en warrants III Notionele bedragen van de termijncontracten (+) 0,00 0,00 A. Gekochte termijncontracten B. Verkochte termijncontracten IV Notionele bedragen van de swapcontracten (+) 0,00 0,00 A. Gekochte swapcontracten B. Verkochte swapcontracten V Notionele bedragen van andere financiële derivaten (+) 0,00 0,00 A. Gekochte contracten B. Verkochte contracten VI Niet-opgevraagde bedragen op aandelen 0,00 0,00 VII Verbintenissen tot verkoop wegens cessie-retrocessie 0,00 0,00 VIII Verbintenissen tot terugkoop wegens cessie-retrocessie 0,00 0,00 IX Uitgeleende financiële instrumenten 0,00 0,00 11

4 Resultatenrekening 30/06/16 30/06/15 in EUR in EUR Afdeling 3. - Schema van de resultatenrekening I Waardeverminderingen, minderwaarden en meerwaarden -737.047,51 1.685.420,27 A. Obligaties en andere schuldinstrumenten a. Obligaties 246.835,65-209.314,34 b. Andere schuldinstrumenten b.1. Met "embedded" financiële derivaten b.2. Zonder "embedded" financiële derivaten B. Geldmarktinstrumenten -6.691,80-27.370,50 C. Aandelen en andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren a. Aandelen -754.341,84 1.500.324,59 b. ICB's met een vast aantal rechten van deelneming 12.905,81-58.507,60 c. Andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren D. Andere effecten 4,94 E. ICB's met een veranderlijk aantal rechten van deelneming F. Financiële derivaten G. Vorderingen, deposito's, liquide middelen en schulden H. Wisselposities en -verrichtingen a. Financiële derivaten i. Optiecontracten ii. Termijncontracten iii. Swapcontracten iv. Andere b. Andere wisselposities- en verrichtingen -235.755,33 480.283,18 II Opbrengsten en kosten van de beleggingen 685.593,20 752.808,08 A. Dividenden 504.585,47 563.198,62 B. Interesten (+/-) a. Effecten en geldmarktinstrumenten 202.583,64 233.268,81 b. Deposito's en liquide middelen c. Collateral (+/-) C. Intresten ingevolge ontleningen (-) D. Swapcontracten E. Roerende voorheffingen (-) a. Van Belgische oorsprong b. Van buitenlandse oorsprong -21.575,91-43.659,35 F. Andere opbrengsten van beleggingen III Andere opbrengsten 0,00 0,00 Vergoeding tot dekking van de kosten van verwerving en realisatie van A. de activa, tot ontmoediging van uittredingen en tot dekking van leveringskosten B. Andere IV Exploitatiekosten -315.641,60-267.896,66 A. Verhandelings-en leveringskosten betreffende beleggingen (-) -115.492,63-63.297,55 B. Financiële kosten (-) C. Vergoeding van de bewaarder (-) -18.679,38-19.293,05 D. Vergoeding van de beheerder (-) a. Financieel beheer -7.718,74-7.972,33 b. Administratief- en boekhoudkundig beheer -38.593,73-39.861,67 c. Commerciële vergoeding -109.992,16-113.605,75 E. Administratiekosten (-) F. Oprichtings- en organisatiekosten (-) G. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (-) H. Diensten en diverse goederen (-) -6.107,28-5.492,88 I. Afschrijvingen en voorzieningen voor risico's en kosten (-) J. Taksen -17.530,35-17.417,32 K. Andere kosten (-) -1.527,33-956,11 Opbrengsten en kosten van het boekjaar (halfjaar) 369.951,60 484.911,42 SUBTOTAAL II + III + IV AA 369.951,60 484.911,42 12

V Winst (verlies) uit de gewone bedrijfsuitoefening -367.095,91 2.170.331,69 vóór belasting op het resultaat VI Belastingen op het resultaat VII Resultaat van het boekjaar (halfjaar) -367.095,91 2.170.331,69 Afdeling 4. - Resultaatverwerking I. Te bestemmen winst (te verwerken verlies) -367.095,91 2.170.331,69 a. Overgedragen winst (overgedragen verlies) van het vorige boekjaar b. Te bestemmen winst (te verwerken verlies) van het boekjaar -367.095,91 2.170.331,69 c. Ontvangen deelnemingen in het resultaat (uitgekeerde deelnemingen in het resultaat) II. (Toevoeging aan) onttrekking aan het kapitaal 0,00 0,00 III. Over te dragen winst (over te dragen verlies) 0,00 0,00 IV. (Dividenduitkering) 0,00 0,00 13

5 Samenvatting van de waarderingsregels 5.1 Samenvatting van de regels De waardering van de activa, passiva en resultatenrekening van het fonds, gebeurt volgens het Koninklijk Besluit van tien november tweeduizend en zes op de boekhouding, de jaarrekening en de periodieke verslagen van bepaalde openbare instellingen voor collectieve belegging met een veranderlijk aantal rechten van deelneming en wordt als volgt vastgesteld : a) Voor vermogensbestanddelen waarvoor een actieve markt bestaat die functioneert door toedoen van derde financiële instellingen die een doorlopende notering waarborgen van bied en laatkoersen, wordt de op die markt gevormde actuele biedkoers weerhouden voor de waardering, voor vermogensbestanddelen die op een actieve markt worden verhandeld zonder toedoen van financiële instellingen wordt de slotkoers weerhouden voor de waardering aan reële waarde; b) Indien de actuele bied- of laatkoers niet beschikbaar is, wordt de prijs van de meest recente transactie weerhouden voor de waardering aan reële waarde op voorwaarde dat de economische omstandigheden niet wezenlijk zijn gewijzigd sinds de transactie; c) Indien er voor een bepaald vermogensbestanddeel wel een georganiseerde of onderhandse markt bestaat doch deze markt niet actief is en de koersen die er zich vormen niet representatief zijn voor de reële waarde, of indien er voor een bepaald vermogensbestanddeel geen georganiseerde of onderhandse markt bestaat, wordt voor de waardering aan reële waarde de actuele reële waarde van soortgelijke vermogensbestanddelen waarvoor een actieve markt bestaat weerhouden, mits deze reële waarde wordt aangepast rekening houdend met de verschillen tussen de gelijkaardige vermogensbestanddelen; d) Indien er geen reële waarde voor een bepaald vermogensbestanddeel bestaat, wordt de reële waarde bepaald a.h.v. andere waarderingstechnieken, mits deze technieken rekening houden met het maximaal gebruik van de marktgegevens, consistent zijn met de algemene aanvaarde economische methodes voor de waardering van financiële instrumenten en op regelmatige basis worden geijkt en de validiteit wordt getest d.m.v. het gebruik van prijzen van actuele markttransacties. Tevens dient er rekening gehouden worden met hun onzeker karakter op grond van het risico dat de betrokken tegenpartijen hun verplichtingen niet zouden nakomen; e) Onverminderd de verwerking van de gelopen intresten worden de volgende activa gewaardeerd tegen hun nominale waarde na aftrek van de daarop toegepaste waardeverminderingen en inmiddels verrichte terugbetalingen: 1) tegoeden op zicht op kredietinstellingen 2) verplichtingen in rekening-courant tegenover kredietinstellingen 3) op korte termijn te ontvangen en te betalen bedragen, andere dan Ten aanzien van kredietinstellingen 4) fiscale tegoeden en schulden 5) andere schulden f) Vorderingen op termijn die niet belichaamd zijn in verhandelbare effecten of geldmarktinstrumenten, worden gewaardeerd tegen hun reële waarde. g) Uitstaande optiecontracten op aandelen en op aandelenindexen worden gewaardeerd op basis van de reële waarde van hun premies. De verschillen die voortvloeien uit de waardeschommelingen van deze premies, worden in de resultatenrekening als nietverwezenlijkte waardevermindering of niet-verwezenlijkte waardevermeerdering geboekt. Bij uitoefening van het optiecontract of warrant worden de premies ingeschreven als onderdeel van de aan -of verkoopprijs van de onderliggende effecten. Bij aflopen van het contract zonder uitoefening wordt de oorspronkelijke betaalde of ontvangen waarde van de premie als verwezenlijkte waardevermindering of verwezenlijkte waardevermeerdering geboekt. De onderliggende waarden van optiecontracten en warrants dienen te worden opgenomen in de posten buiten-balanstelling. 14

h) Termijncontracten, zoals futures, forward rate agreements en exchange rate agreements, dienen als volgt te worden verwerkt; De notionele bedragen van deze contracten dienen in de posten buiten-balanstelling te worden opgenomen. Onder notioneel bedrag van een future dient te worden verstaan, de contractgrootte (lotsize) vermenigvuldigd met enerzijds de overeengekomen aan- of verkoopwaarde van het onderliggende instrument en anderzijds het aantal gekochte of verkochte contracten. Dit bedrag wordt aangepast in de posten buiten-balanstelling bij wijziging van het aantal futurescontracten. De waardeschommelingen (variation margin) worden enerzijds in de resultatenrekening en anderzijds in de balans opgenomen in de desbetreffende posten die onderverdeeld worden in functie van het onderliggende instrument. De waarborgdeponeringen inzake futures (initial margin) zijn financiële zekerheden en dienen aldus geboekt en gewaardeerd te worden. Om de waarde van het netto-actief te bepalen, wordt de aldus verkregen waardering verminderd met de verplichtingen van het fonds. 5.2 Wisselkoersen 30/06/2016 30/06/2015 1 EUR 1,1106 USD 1,1147 USD 1,0840 CHF 1,0418 CHF 0,83432 GBP 0,70960 GBP 9,2898 NOK 8,7523 NOK 15

6 Samenstelling van de activa en kerncijfers 6.1 Samenstelling van de activa op 30/06/16 A. Obligaties en andere schuldinstrumenten a. Obligaties % in bezit fonds % Portefeuille % Nettoactief Benaming Hoeveelheid Valuta Koers Evaluatie STAATSOBLIGATIES EN OBLIGATIES GEWAARBORGD DOOR DE STAAT FRANCE O.A.T.I (EUR) 1,3% 10-19 25.07 500.000 EUR 114,7939% 573.969,50 1,51% 1,49% ITALY GOV'T (EUR) Var 05-20 15.06 500.000 EUR 105,7070% 528.535,00 1,39% 1,37% OLO 52 4% 08-18 28.03 900.000 EUR 107,9750% 971.775,00 2,55% 2,52% OLO 58 3,75% 10-20 28.09 900.000 EUR 118,2750% 1.064.475,00 2,79% 2,76% OLO 61 4,25% 11-21 28.09 900.000 EUR 124,6750% 1.122.075,00 2,94% 2,90% OLO 67 3% 12-19 28.09 1.000.000 EUR 111,6200% 1.116.200,00 2,93% 2,89% OLO 72 2,6% 14-24 22.06 500.000 EUR 121,3300% 606.650,00 1,59% 1,57% OLO 74 0,8% 15-25 22.06 1.000.000 EUR 106,3650% 1.063.650,00 2,79% 2,75% Totaal 7.047.329,50 18,49% 18,24% 0 0,0000 0,00 0,00% 0,00% Benaming Hoeveelheid Valuta Koers Evaluatie % in bezit fonds % Portefeuille % Nettoactief PRIVE ALIMEN COUCHE (EUR) 1,875% 16-26 06.05 500.000 EUR 103,3040% 516.520,00 1,36% 1,34% AMPLIFON SPA (EUR) 4,875% 13-18 16.07 250.000 EUR 106,9330% 267.332,50 0,70% 0,69% ANDRITZ AG (EUR) 3,875% 12-19 09.07 250.000 EUR 107,7500% 269.375,00 0,71% 0,70% ARCELIK (EUR) 3,875% 14-21 16.09 200.000 EUR 103,2050% 206.410,00 0,54% 0,53% ARCELORMITTAL (EUR) 3% 14-19 25.03 300.000 EUR 101,7800% 305.340,00 0,80% 0,79% CAMPARI MILANO (EUR) 4,5% 12-19 25.10 300.000 EUR 110,2580% 330.774,00 0,87% 0,86% COFINIMMO (EUR) 1,929% 15-22 25.03 400.000 EUR 101,7770% 407.108,00 1,07% 1,05% DECEUNINCK PLA (EUR) 3,75% 15-22 08.12 200.000 EUR 107,3390% 214.678,00 0,56% 0,56% EUROFINS SCIEN (EUR) 2,25% 15-22 27.01 300.000 EUR 98,6640% 295.992,00 0,78% 0,77% HEIDELCEMENT F (EUR) 3,25% 13-21 21.10 250.000 EUR 108,1230% 270.307,50 0,71% 0,70% INFINEON TECH (EUR) 1,5% 15-22 10.03 400.000 EUR 103,7500% 415.000,00 1,09% 1,07% KESKO OYJ (EUR) 2,75% 12-18 11.09 116.000 EUR 104,1540% 120.818,64 0,32% 0,31% MANPOWERGROUP (EUR) 4,5% 12-18 22.06 450.000 EUR 107,9200% 485.640,00 1,27% 1,26% NEOPOST SA (EUR) 2,5% 14-21 23.06 300.000 EUR 91,8270% 275.481,00 0,72% 0,71% PLASTIC OMNIUM (EUR) 2,875% 13-20 29.05 400.000 EUR 106,6680% 426.672,00 1,12% 1,10% PRICELINE GROU (EUR) 2,375% 14-24 23.09 200.000 EUR 104,6020% 209.204,00 0,55% 0,54% TESSENDERLO (EUR) 2,875% 15-22 15.07 450.000 EUR 105,4390% 474.475,50 1,24% 1,23% TIETO OYJ (EUR) 2,875% 13-19 23.05 350.000 EUR 105,4570% 369.099,50 0,97% 0,96% UCB SA (EUR) 4,125% 13-21 04.01 250.000 EUR 112,5790% 281.447,50 0,74% 0,73% VILMORIN ET CO (EUR) 2,375% 14-21 26.05 300.000 EUR 104,4050% 313.215,00 0,82% 0,81% VOESTALPINE AG (EUR) 4,75% 11-18 05.02 500.000 EUR 106,5060% 532.530,00 1,40% 1,38% WALGREENS BOOT (EUR) 2,125% 14-26 20.11 500.000 EUR 101,5130% 507.565,00 1,33% 1,31% Totaal 7.494.985,14 19,67% 19,40% B. Geldmarktinstrumenten % in bezit fonds % Portefeuille % Nettoactief Benaming Hoeveelheid Valuta Koers Evaluatie STAATSOBLIGATIES EN OBLIGATIES GEWAARBORGD DOOR DE STAAT BTPS I/L (EUR) 2,1% 11-16 15.09 500.000 EUR 107,7159% 538.579,50 1,41% 1,39% KFW (NOK) 2,875% 11-16 12.10 2.400.000 NOK 100,4750% 259.575,02 0,68% 0,67% Totaal 798.154,52 2,09% 2,07% 16

C. Aandelen en andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren a. Aandelen Benaming Hoeveelheid Valuta Koers Evaluatie % in bezit fonds % Portefeuille % Nettoactief ACCELL GROUP 25.297 EUR 18,5950 470.397,72 1,23% 1,22% BREDERODE 19.974 EUR 37,4000 747.027,60 1,96% 1,93% BUWOG AG 30.000 EUR 20,7850 623.550,00 1,64% 1,61% ELIA SYSTEM OPERATOR SA/NV 13.000 EUR 50,3200 654.160,00 1,72% 1,69% GIMV NV 15.000 EUR 50,8400 762.600,00 2,00% 1,97% MELEXIS 15.000 EUR 56,3000 844.500,00 2,22% 2,19% NATIONALE BANK VAN BELGIE 175 EUR 2.845,0000 497.875,00 1,31% 1,29% SIPEF SA 9.000 EUR 49,2400 443.160,00 1,16% 1,15% VAN DE VELDE 10.000 EUR 60,0200 600.200,00 1,57% 1,55% ABERDEEN ASSET MGMT PLC 190.000 GBP 2,7940 636.278,65 1,67% 1,65% ACKERMANS & VAN HAAREN 9.000 EUR 110,2000 991.800,00 2,60% 2,57% AGEAS 18.000 EUR 30,9850 557.730,00 1,46% 1,44% ANHEUSER-BUSCH INBEV SA/NV 5.000 EUR 117,6000 588.000,00 1,54% 1,52% BAYERISCHE MOTOREN WERKE-PRF 6.000 EUR 57,0800 342.480,00 0,90% 0,89% BHP BILLITON PLC 20.000 GBP 9,4280 226.004,41 0,59% 0,59% BOSKALIS WESTMINSTER 17.000 EUR 30,8900 525.130,00 1,38% 1,36% BPOST SA 27.500 EUR 22,8850 629.337,50 1,65% 1,63% CHRISTIAN DIOR SE 3.000 EUR 144,8000 434.400,00 1,14% 1,12% EXOR SPA 20.000 EUR 32,9800 659.600,00 1,73% 1,71% INVESTOR B FRIA 20.000 SEK 280,9000 598.003,11 1,57% 1,55% LYONDELLBASELL INDU-CL A 5.500 USD 74,4200 368.548,53 0,97% 0,95% PROXIMUS 18.500 EUR 28,4750 526.787,50 1,38% 1,36% PUBLICIS GROUPE 10.250 EUR 60,5300 620.432,50 1,63% 1,61% RYANAIR HOLDINGS PLC 45.000 EUR 11,4200 513.900,00 1,35% 1,33% SCHNEIDER ELECTRIC SE 12.000 EUR 53,0600 636.720,00 1,67% 1,65% SOFINA 10.000 EUR 118,7500 1.187.500,00 3,12% 3,07% SOLVAY SA 8.000 EUR 83,3800 667.040,00 1,75% 1,73% UMICORE 15.000 EUR 46,2700 694.050,00 1,82% 1,80% ALPHABET INC-CL C 450 USD 692,1000 280.429,50 0,74% 0,73% APPLE INC 3.750 USD 95,6000 322.798,49 0,85% 0,84% BROOKFIELD ASSET MANAGEMENT 10.000 USD 33,0700 297.766,97 0,78% 0,77% FIRST PACIFIC CO 750.000 HKD 5,6200 489.103,95 1,28% 1,27% GILEAD SCIENCES INC 5.000 USD 83,4200 375.562,76 0,99% 0,97% HCA HOLDINGS INC 3.900 USD 77,0100 270.429,50 0,71% 0,70% JARDINE STRATEGIC HOLDINGS LTD. 17.500 USD 30,1800 475.553,75 1,25% 1,23% JOHNSON & JOHNSON 3.000 USD 121,3000 327.660,72 0,86% 0,85% NESTLE SA-REG 10.000 CHF 75,1500 693.259,29 1,82% 1,79% PHILLIPS 66 5.000 USD 79,3400 357.194,31 0,94% 0,92% REGUS PLC 75.000 GBP 2,8900 259.792,41 0,68% 0,67% UNITEDHEALTH GROUP INC 3.000 USD 141,2000 381.415,45 1,00% 0,99% Totaal 21.578.179,62 56,62% 55,86% b. ICB's met een vast aantal rechten van deelneming Die niet voldoen aan de richtlijn 2009/65/EG en die staan op de lijst van de FSMA Benaming Hoeveelheid Valuta Nettoinventariswaarde Evaluatie % in bezit fonds % Portefeuille % Nettoactief AEDIFICA 5.000 EUR 69,6800 348.400,00 0,0362% 0,91% 0,90% RETAIL ESTATES 6.000 EUR 79,6000 477.600,00 0,0677% 1,25% 1,24% VASTNED RETAIL BELGIUM NV 7.000 EUR 52,5000 367.500,00 0,1378% 0,96% 0,95% Totaal 1.193.500,00 3,13% 3,09% 17

Overzicht Totaal % Totaal portefeuille 38.112.148,78 98,65% Liquide middelen 283.560,04 0,73% R/C bij Dierickx, Leys & C 283.560,04 0,73% Overige vorderingen en schulden 151.313,36 0,39% Andere 85.339,38 0,22% Totale netto inventariswaarde 38.632.361,56 100,00% Geografische en sectoriële spreiding Sectoriële spreiding Banken 2,94% Cash 1,35% Consumptie 7,32% Energie 0,92% Bonds 39,72% Farma 3,51% Financieel 1,61% Holding 13,59% Industrie 13,01% Media 1,61% Nutsvoorzieningen 1,69% Technologie 5,40% Telecom 1,36% Vastgoed 4,53% Verzekeringen 1,44% 100,00% Geografische spreiding België 48,36% Canada 2,11% Duitsland 2,63% Frankrijk 8,49% Finland 1,27% Hong Kong 1,27% Ierland 1,33% Italie 6,02% Jersey 0,67% Luxemburg 4,19% Nederland 3,53% Oostenrijk 3,69% Singapore 1,23% Turkije 0,53% U.S.A. 9,11% Verenigd Koningrijk 2,23% Zweden 1,55% Zwitserland 1,79% 100,00% 18

6.2 Wijzigingen in de samenstelling van de activa van het Interbeurs Hermes Pensioenfonds omloopsnelheid Semester 1 Aankopen 8.349.200,76 Verkopen 8.033.906,29 Totaal 1 16.383.107,05 Inschrijvingen 539.949,79 Terugbetalingen 993.913,51 Totaal 2 1.533.863,30 Referentiegemiddelde van het totale netto-vermogen 38.194.105,79 Rotatie 38,88% gecorrigeerde omloopsnelheid Semester 1 Aankopen 8.349.200,76 Verkopen 8.033.906,29 Totaal 1 16.383.107,05 Inschrijvingen 539.949,79 Terugbetalingen 993.913,51 Totaal 2 1.533.863,30 Referentiegemiddelde van het totale netto-vermogen Verhouding activa zonder deposito's en liquide middelen tov totale nettovermogen 38.194.105,79 98,65% Gecorrigeerde rotatie 38,41% De tabel hierboven toont het halfjaarlijkse en jaarlijkse kapitaalvolume van de in de portefeuille uitgevoerde transacties. Dit volume (verbeterd voor de som van de inschrijvingen en de terugbetalingen) wordt ook vergeleken met het gemiddelde netto-actief (rotatie) aan het begin en het einde van het semester. Een cijfer dat de 0% benadert, impliceert dat de transacties tijdens een bepaalde periode uitsluitend in functie van de inschrijvingen en de terugbetalingen zijn uitgevoerd. Een negatief percentage toont aan dat de inschrijvingen en terugbetalingen slechts weinig of, in voorkomend geval, helemaal geen transacties in de portefeuille teweeg hebben gebracht. De gedetailleerde lijst van de tijdens het boekjaar uitgevoerde transacties kan gratis worden ingekeken bij Dierickx, Leys & Cie Effectenbank N.V. met zetel te 2000 Antwerpen, Kasteelpleinstraat 44, die instaat voor de financiële dienst. 6.3 Evolutie van het aantal inschrijvingen, terugbetalingen en van de netto-inventariswaarde Periode Evolutie van het aantal deelbewijzen in omloop Jaar Inschrijvingen Terugbetalingen Einde periode Kap. Kap. Kap. 2014 10.152,289 14.028,234 235.471,313 2015 8.131,663 13.396,258 230.206,718 30/06/2016 3.246,109 6.019,124 227.433,703 Periode Bedragen ontvangen en betaald door het fonds in EUR Jaar Inschrijvingen Terugbetalingen Kap. Kap. 2014 1.584.369,66 2.185.682,31 2015 1.380.504,91 2.267.732,790 30/06/2016 539.949,79 993.913,510 19

Periode Netto-Inventariswaarde op einde periode in EUR van één Jaar van het deelbewijs fonds Kap. 2014 37.769.112,62 160,40 2015 39.453.421,19 171,38 30/06/2016 38.632.361,56 169,86 6.4 Returns 1 jaar 3 jaar 5 jaar 10 jaar Fonds 0,16% 6,79% 5,18% 3,12% Rendementscijfers per 30 juni 2016. Het betreft de evolutie van de netto-inventariswaarde op jaarbasis en zonder kosten (van inschrijving en terugbetaling). Rendementen uit het verleden bieden geen enkele garantie voor de toekomst en houden geen rekening met eventuele fusies. 6.5 Kosten Lopende kosten: 1,02% over het boekjaar 2015. Bovenstaand percentage wordt berekend op basis van de opgelopen kosten gedurende het boekjaar. De volgende kosten zijn niet in de lopende kosten opgenomen (Overeenkomstig Bijlage C, Afdeling III van het Koninklijk Besluit van 12 november 2012 met betrekking tot bepaalde openbare instellingen voor collectieve belegging): - de transactiekosten - rentebetalingen op aangegane leningen - betalingen uit hoofde van financiële derivaten - provisies en kosten die rechtstreeks door de belegger worden betaald - bepaalde voordelen, zoals soft commissions. De vergoeding van verhandelingsprovisie (commercieel beheer) van 0,57% wordt gedeeltelijk herverdeeld (55/57) onder de distributeurs à rato van het uitstaande saldo van het aantal deelbewijzen van hun klanten bij het fonds t.o.v. het totaal aantal deelbewijzen van het fonds. 6.6 Toelichting bij de financiële staten Buiten het ter zake wettelijke bepaalde, houdt het gemeenschappelijk beleggingsfonds geen rekening voor wat betreft sociale, ethische en milieuaspecten. 20