Oefeningen per hoofdstuk 1 De onderneming in de wereldeconomie

Vergelijkbare documenten
1 De onderneming in de wereldeconomie

1 De onderneming in de wereldeconomie

Samenvatting Economie Internationale handel

Handels- en investeringscijfers Verenigd Koninkrijk-Nederland 1

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur

Hoofdstuk 27 Landenrisico

Arm en Rijk. Hoofdstuk 2: Arm en rijk in de Verenigde Staten

Handels- en investeringscijfers Zwitserland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Ierland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1

Samenvatting Aardrijkskunde hoofdstuk 1 paragraaf 2,3,4,7,8

Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1

Examen HAVO. Economie 1

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1

Samenvatting Aardrijkskunde Paragraaf 1.1 t/m , 1.8

Samenvatting Economie Internationale Handel

Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1

3.2 De omvang van de werkgelegenheid

Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken

Statistiek Bloembollen

1.1 De wereldeconomie als een global village 1.2 Ondernemen in een global village

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-september

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Bron: Cijfers FOD Economie-ADSEI 2015: definitieve cijfers 2016: voorlopige (!

Landenanalyse H4. Week 1 Landenrisico

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-juli

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt

Is de Nederlandse economie klaar voor de volgende generatie? Jaap van Duijn Grip op je Vermogen 5 oktober 2018

Handels- en investeringscijfers België-Nederland juni 2019

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-april

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-september

nr. 571 van LYDIA PEETERS datum: 18 april 2017 aan JOKE SCHAUVLIEGE Appel- en perenteelt - Interventievergoedingen

Handels- en investeringscijfers Zuid-Afrika-Nederland mei 2019

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-augustus

Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland mei 2019

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-juni

Handels- en investeringscijfers Denemarken-Nederland april 2019

Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland augustus 2019

Innovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland maart 2019

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld

Enquête Internationalisering Rapportage Persbericht januari 2011

Handels- en investeringscijfers China-Nederland februari 2019

Geef een voordeel van exporteren. Geef een voordeel van importeren.

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 5 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie B / 10

Eindexamen aardrijkskunde havo 2003-I

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland mei 2019

Internationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s

Twee belangrijke aardrijkskunde vragen zijn waar komt iets voor? En waarom is het daar? Verklaring zoek je in interne factoren en externe factoren.

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Onderzoek

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Research

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2013-I

Handels- en investeringscijfers Vietnam-Nederland 1

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2014-II

Q Manpower. Employment Outlook Survey Nederland. Een Manpower Onderzoek

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Samenvatting Economie Internationale Handel

Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1

HOOFDSTUK 19: WISSELKOERS EN WISSELMARKT

Handels- en investeringscijfers Israël-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Luxemburg-Nederland 1

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

Handels- en investeringscijfers Tunesië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Frankrijk-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Ivoorkust-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Portugal-Nederland 1

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

Euro en andere valuta vmbo-b34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.

FACTSHEET ASPERGES ASPERGES: MEXICO IN OPKOMST

Nulgroei in 2014: opluchting, maar geen opleving

Internationale varkensvleesmarkt

Handels- en investeringscijfers Verenigde Staten-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Mexico-Nederland 1

LEEUWENDEEL VLAAMSE EXPORT NAAR EU-LIDSTATEN

1 De onderneming en algemene economie 15

Handels- en investeringscijfers Libië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Colombia-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Marokko-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers België-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Pakistan-Nederland 1

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

Handels- en investeringscijfers Italië-Nederland 1

UITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2002-I VAK: ECONOMIE 1,2

Handels- en investeringscijfers Nigeria-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Turkije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Ghana-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Tunesië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Hongarije-Nederland 1

Recordhoeveelheid varkensvlees uitgevoerd

FACTSHEET ANANAS COSTA RICA DOMINEERT ANANASMARKT

Handels- en investeringscijfers Kroatië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Bulgarije-Nederland 1

Toerisme in Cijfers Tourism in Figures. Aantal aankomsten per maand, 2016 Number of arrivals by month, 2016

UIT arbeidsdeling

Handels- en investeringscijfers Hongkong-Nederland 1

Transcriptie:

Oefeningen per hoofdstuk 1 De onderneming in de wereldeconomie Meerkeuzevragen 1.1 1.1 Globalisering is een proces a van wereldwijde economische integratie door een sterke toename van de internationale handel en investeringen. b waarbij de wereldproductie sneller groeit dan de wereldhandel. c waarbij de intraregionale handel tussen landen sterk toeneemt. d van wereldwijde economische integratie die noodzakelijk is door een toename van de handelsbelemmeringen. 1.1 1.2 Globalisering is met name mogelijk gemaakt door een aantal ontwikkelingen in de wereldeconomie. Tot deze ontwikkelingen behoort niet a een reductie van de handelsbelemmeringen tussen landen. b deregulering van het kapitaalverkeer. c een verbetering van de transporttechnologie. d een wereldwijde verlaging van de belastingen. 1.1 1.3 Global sourcing is een ondernemingsstrategie die is gericht op a de vestiging van bedrijfsprocessen in die delen van de wereld waar de kosten en de toegevoegde waarde het meest gunstig zijn. b wereldwijde spreiding van de afzet. c productie in lagelonenlanden. d productie in industrielanden. 1.2 1.4 Tot de beschermde sector in een economie behoort a de industrie. b de landbouw. c de gezondheidszorg. d het transport. 1.2 1.5 Absolute kostenverschillen tussen landen bepalen a niet of er handel tussen landen mogelijk is, maar wel hoe groot de welvaartsverschillen tussen landen zijn. b wel of er handel tussen landen mogelijk is en ook hoe groot welvaartsverschillen tussen landen zijn. c niet of er handel tussen landen mogelijk is en ook niet hoe groot de welvaartsverschillen tussen landen zijn. d wel of er handel tussen landen mogelijk is, maar niet hoe groot de welvaartsverschillen tussen landen zijn. Oefeningen hoofdstuk 1 9

1.2 1.6 Gegeven zijn de volgende kosten voor een koelkast en een stereotoren in Nederland en Singapore (uitgedrukt in euro s): Nederland Singapore Koelkast 600 250 Stereotoren 200 150 Gegeven deze productiekosten zal a Nederland koelkasten exporteren en stereotorens importeren. b Nederland stereotorens exporteren en koelkasten importeren. c geen handel tussen beide landen mogelijk zijn. d Nederland zowel koelkasten als stereotorens importeren. 1.2 1.7 Gegeven zijn de volgende kosten voor een koelkast en een stereotoren in Nederland en Singapore (uitgedrukt in euro s): Nederland Singapore Koelkast 1000 250 Stereotoren 200 100 Gegeven deze productiekosten bedragen de comparatieve kosten voor koelkasten en stereotorens: Nederland Singapore a 1 koelkast = 5 stereotorens 1 koelkast = 2,5 stereotorens b 1 koelkast = 4 stereotorens 1 koelkast = 2 stereotorens c 1 koelkast = 10 stereotorens 1 koelkast = 1,25 stereotorens d 1 koelkast = 3 stereotorens 1 koelkast = 3 stereotorens 1.2 1.8 In Nederland bedragen de kosten van het produceren van een fiets en een stereotoren respectievelijk 1.000 en 500. In Taiwan bedragen deze kosten respectievelijke 250 en 100. In deze situatie a is geen handel tussen Nederland en Taiwan mogelijk. b is handel tussen Taiwan en Nederland mogelijk, waarbij alleen Nederland welvaartswinst boekt. c is handel tussen Taiwan en Nederland mogelijk, waarbij beide landen welvaartswinst boeken. d is handel tussen Taiwan en Nederland mogelijk, waarbij alleen Taiwan welvaartswinst boekt. 10 Oefeningen hoofdstuk 1

1.2 1.9 De kosten per eenheid graan en zuivel bedragen in Oostenrijk en Nederland: Graan Zuivel Nederland 20 50 Oostenrijk 40 150 Als Nederland (N) en Oostenrijk (O) handel gaan drijven, zullen de relatieve prijzen van de producten zich als volgt ontwikkelen: Prijs van graan Prijs van zuivel a N stijgt; O daalt N daalt b N stijgt; O daalt N daalt; O stijgt c N daalt; O stijgt N stijgt; O daalt d N stijgt; O daalt N stijgt; O daalt 1.2 1.10 De kosten per eenheid graan en zuivel bedragen in Oostenrijk en Nederland: Graan Zuivel Nederland 20 40 Oostenrijk 40 80 In deze situatie a is geen handel tussen Nederland en Oostenrijk mogelijk. b is handel tussen Nederland en Oostenrijk mogelijk, waarbij alleen Nederland welvaartswinst boekt. c is handel tussen Nederland en Oostenrijk mogelijk, waarbij beide landen welvaartswinst boeken. d is handel tussen Nederland en Oostenrijk mogelijk, waarbij alleen Oostenrijk welvaartswinst boekt. 1.2 1.11 Comparatieve kostenverschillen hangen onder andere af van de relatieve overvloed van de productiefactoren arbeid en kapitaal. In een land met een relatieve overvloed aan arbeid zal het loon aanvankelijk relatief a laag zijn en door een toename van de export van arbeidsintensieve producten zal het loon verder dalen. b laag zijn, maar door een toename van de export van arbeidsintensieve producten zal het loon stijgen. c hoog zijn, maar door een toename van de export van arbeidsintensieve producten zal het loon dalen. d laag zijn, maar door een afname van de export van arbeidsintensieve producten zal het loon stijgen. Oefeningen hoofdstuk 1 11

1.2 1.12 Comparatieve kostenverschillen hangen onder andere af van de relatieve overvloed van de productiefactoren arbeid en kapitaal. Een land met een relatieve overvloed aan kapitaal zal a kapitaalintensieve producten exporteren, waardoor de prijs van kapitaal stijgt en de prijs van arbeid daalt. b kapitaalintensieve producten exporteren, waardoor de prijs van kapitaal daalt en de prijs van arbeid stijgt. c kapitaalintensieve producten exporteren, waardoor zowel de prijs van arbeid als de prijs van kapitaal stijgen. d kapitaalintensieve producten importeren, waardoor de prijs van kapitaal stijgt en de prijs van arbeid daalt. 1.2 1.13 Handelsstromen tussen landen kunnen worden verklaard met behulp van theorie van de productlevenscyclus. In de introductie- en beginnende groeifase zal de productie voornamelijk plaatsvinden in a industriële landen. b ontwikkelingslanden. c lagelonenlanden. d landen waarvan de wisselkoers apprecieert. 1.2 1.14 Het verschil tussen eigen buitenlandse productie en een zelfstandige buitenlandse vestiging is dat bij een zelfstandige buitenlandse vestiging a alle bedrijfsprocessen ook in het buitenland plaatsvinden. b de bedrijfsprocessen productie, verkoop en service ook in het buitenland plaatsvinden. c het bedrijfsproces verkoop ook in het buitenland plaatsvindt. d er geen onderscheid wordt gemaakt tussen binnen- en buitenlandse bedrijfsprocessen. 1.2 1.15 Een pionier kenmerkt zich door een a egocentrische houding. b etnocentrische houding. c polycentrische houding. d geocentrische houding. 1.2 1.16 Een wereldwijde netwerkorganisatie kenmerkt zich door een a egocentrische houding. b etnocentrische houding. c polycentrische houding. d geocentrische houding. 1.2 1.17 Een multinational kenmerkt zich door a veel geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een grote autonomie van de buitenlandse vestigingen. b weinig geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een grote autonomie c veel geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een beperkte autonomie d weinig geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een beperkte autonomie 12 Oefeningen hoofdstuk 1

1.2 1.18 Een wereldwijde netwerkorganisatie kenmerkt zich door a veel geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een grote autonomie van de buitenlandse vestigingen. b weinig geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een grote autonomie c veel geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een beperkte autonomie d weinig geïnternationaliseerde bedrijfsfuncties en een beperkte autonomie Opgaven 1.1 1.19 Gegeven is de tabel hiernaast over de export van goederen en diensten van enkele landen in 1990 en 2002. a Welke landen kenmerken zich door een zeer open economie? Heeft u daar een verklaring voor? b Wat verstaan we onder globalisering en welke invloed heeft globalisering op de verhouding tussen export en bruto binnenlands product? Export van goederen en diensten (als percentage van het BBP) 1990 2002 Verenigde Staten 10 10 Japan 10 11 Duitsland 25 25 Nederland 54 62 België 71 82 Hongkong 133 151 Wereld 19 24 Bron: UNDP, Human Development report, 2004 1.1 1.20 De kosten van de productie van één ton graan en 1 000 liter melk in Nederland en Zwitserland zijn in de tabel hiernaast weergegeven. a Bereken de comparatieve kosten van een ton graan in Nederland en Zwitserland. b Waardoor zouden absolute en comparatieve kostenverschillen tussen Nederland en Zwitserland op landbouwgebied kunnen ontstaan? c d Productiekosten van een ton suiker en een ton graan (uitgedrukt in euro s) Graan Melk Nederland 400 100 Zwitserland 600 300 Hoe ziet het specialisatiepatroon eruit als Nederland en Zwitserland met elkaar handelen? Aan welke voorwaarde moet de internationale ruilverhouding tussen graan en melk voldoen? 1.2 1.21 In het maandblad van de EVD, Buitenlandse markten, worden exporteurs geïnterviewd. In juni 2002 werd mevrouw L. Limpens, directeur van Liliane BV, ondervraagd: Oefeningen hoofdstuk 1 13

Basisgegevens: Bedrijf: Liliane BV, Meerssen Activiteit: Ontwerp en productie van innovatieve speelmeubelen Aantal medewerkers: 1 vast plus enkele freelance; productie is uitbesteed Actief in: Duitsland, België, Luxemburg, Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, Zweden, Denemarken, VS en Rusland Aandeel export in de omzet: 4% Internationaal actief sinds: 2000 Hoe bent u aan export begonnen? De verkoop in België en Luxemburg beschouw ik niet als export. De eerste stap in Duitsland was de missie met minister Jorritsma naar Berlijn. Op welke manier exporteert U? Ik doe het zelf en direct, zonder intermediairs. Voor de poppenvilla die ik maak, is een agent of vertegenwoordiger niet nodig. Het is een topproduct voor uitsluitend topwinkels. Als je Duitsland zo bekijkt, is het met enkele tientallen winkels erg overzichtelijk. Hoe selecteert u nieuwe markten? Die hoef ik niet te selecteren, want ze zijn zichtbaar. Het concept voor een moderne designpoppenvilla voor poppen van 30 centimeter past in alle welvarende landen. Bent u niet bang dat binnenkort een goedkopere variant van uw poppenvilla op de markt komt, en wat dan? De merknaam Liliane is goed beschermd. Maar het kan natuurlijk gebeuren. Ik ben zelf al aan het kijken of ik de productie kan uitbesteden in Oost-Europa. Verder werk ik aan een tweede product, waar ik nog niets over wil zeggen, behalve dat het volledig nieuw is. Ook zou ik kunnen overwegen zelf een goedkopere versie van de poppenvilla te gaan maken. Ik geloof dat er voor de topkwaliteit die ik nu lever altijd een markt blijft bestaan. (Bron: EVD, Buitenlandse markten, juni 2002) a b c Onder welk type internationaal werkende onderneming valt Liliane BV? Motiveer uw antwoord. In welke mate speelt global sourcing een rol bij Liliane BV? Zou er een markt zijn voor luxueuze poppenvilla s buiten Europa? 1.2 1.22 In het jaarverslag over 2003 geeft bierbrouwer Grolsch een beeld van de strategie: Strategie Nederland (ca. 45% van de omzet) De in Nederland gehanteerde strategie is opgebouwd uit: een focus op het premium segment; gebruikmaken van en investeren in de positie als het meest onderscheidende merk op de Nederlandse biermarkt. innovatie; nieuwe bieren en nieuwe verpakkingen ontwikkelen en introduceren om zo als innovatief biermerk in te spelen op de behoeften van de consument. een expansief horecabeleid; autonoom groeien en groeien door in te spelen op de door de liberalisering van de horecamarkt ontstane kansen. 14 Oefeningen hoofdstuk 1

Internationaal (ca. 55% van de omzet) De in het buitenland gehanteerde strategie is opgebouwd uit: een focus op kernmarkten; optimaal benutten van de positie en potentie van het Grolsch merk in ontwikkelde biermarkten. strategische samenwerking; samenwerking op maat met derden ter verbreding van de distributie van het Grolsch merk. Grolsch bier is wereldwijd verkrijgbaar in meer dan 60 landen. Grolsch maakt een strategisch onderscheid in kernmarkten (verantwoordelijk voor circa 90% van de afzet) en niet-kernmarkten. Om als kernmarkt in aanmerking te komen, dient er in het betreffende land sprake te zijn van een ontwikkelde biermarkt, een voldoende groot besteedbaar inkomen en een rijke biercultuur waarbinnen bovendien belangstelling bestaat voor buitenlandse bieren. De kernmarkten van de onderneming zijn de Europese Unie (met in het bijzonder het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk), de Verenigde Staten, Canada en Australië. In enkele kernmarkten opereert de onderneming op eigen kracht, terwijl in andere kernmarkten ter verbreding van de distributie wordt samengewerkt met strategische partners. a b Tot welk type internationaal werkende ondernemingen kan Grolsch worden gerekend? Grolsch kiest in het buitenland voor export of voor samenwerking met in het buitenland gevestigde brouwerijen. Waarom zou het bedrijf dat doen? Vraagstukken 1.1 V1.1 De kosten van de productie van één ton graan en één ton suiker in Brazilië en de EU-15 zijn in de volgende tabel weergegeven. a Bereken de comparatieve kosten van suiker en graan in Brazilië en de EU-15. b Hoe zien de handelsstromen eruit als Brazilië en de EU-15 met elkaar handelen? c Productiekosten van een ton suiker en een ton graan (uitgedrukt in euro s) Suiker Graan Brazilië 200 200 EU-15 1200 600 Aan welke voorwaarde moet de internationale ruilverhouding tussen suiker en graan voldoen, willen zowel de EU-15 als Brazilië profiteren van internationale handel? Stel dat de internationale ruilverhouding wordt: 1 ton suiker = 1,25 ton graan d e f Laat zien welke hoeveelheden suiker en graan Brazilië en de EU-15 kunnen produceren en consumeren met een budget van 120.000 voor en na internationale handel. Alhoewel de comparatieve kostentheorie laat zien dat vrijhandel in agrarische producten de mondiale welvaart kan vergroten, zien we in de praktijk dat protectionisme in de landbouw wijdverbreid is. Hoe is dit te verklaren? De bescherming van de landbouw speelt een belangrijke rol in het debat over globalisering. Welke posities nemen de advanced economies en de developing countries in dit debat over de landbouw in? Oefeningen hoofdstuk 1 15

1.2 V1.2 Outsourcing is volgende ronde van globalisering Water zoekt zijn laagste punt, outsourcing z n goedkoopste: steeds meer banen in nieuwe takken van technologie en in callcenters stromen uit de dure geïndustrialiseerde landen naar de lagelonenlanden. Tot hun schrik ontdekken ze dat hun goedopgeleide krachten te duur zijn, en dat veel van dat werk door mensen kan worden gedaan die niet noodzakelijk minder weten, maar wel minder verdienen. De gevolgen voor de werkgelegenheid in de geïndustrialiseerde landen zijn nog niet te overzien, maar kunnen gigantisch worden. Bij de Bank of America bijvoorbeeld gaan er volgens het tijdschrift BusinessWeek dit jaar 2700 van de 25 000 banen verloren en bijna de helft daarvan wordt naar India overgeheveld. Manila, Sjanghai, Boedapest, San José in Costa Rica: deze steden en tientallen andere over de hele wereld zijn de nieuwe back offices voor Corporate America, Japan Inc., en Europe GmbH. Analist John McCarthy van het Amerikaanse onderzoeksbureau Forrester Research voorspelt dat in 2015 ten minste 3,3 miljoen witteboordenbanen en 136 miljoen dollar aan lonen zullen zijn verplaatst naar ontwikkelingslanden. Britse banken als HSBC Securities hebben grote back offices in China en India; Franse bedrijven gebruiken callcenters in Mauritius; General Electric biedt werk aan zo n zesduizend onderzoekers en ingenieurs in tien landen; Philips heeft behalve de productie, ook de research and development voor veel televisies, mobiele telefoons en audioproducten overgeheveld naar Sjanghai. De vlucht van kenniswerk kan ook voordelen hebben: de afzetmarkt voor goederen wordt groter, bovendien blijven prijzen dankzij goedkope arbeid binnen de perken. India en Cambodja zijn twee van de landen die baat hebben bij outsourcing. India is veel verder dan Cambodja: Indiërs kunnen al Engels spreken met een Amerikaans accent en bemannen callcenters van grote Amerikaanse bedrijven. Ook in IT is het land ver, veel verder in ieder geval dan het door dertig jaar oorlog lamentabele Cambodja. Maar dat geeft niet, want ze zijn daar meer dan blij met de uitbestedingskruimels die India laat vallen. Bron: NRC Handelsblad, 3 mei 2003 a b c Wat verstaan we onder global (out)sourcing? Welke redenen kunnen bedrijven hebben om de bepaalde bedrijfsprocessen te verplaatsen? Welke gevolgen hebben globalisering en global sourcing voor het belastingen uitgavenbeleid van de Nederlandse overheid? 1.2 V1.3 Philips heft Nederland als regio op Philips gaat de status van Nederland als aparte bedrijfsregio voor het concern opheffen. Nederland wordt opgenomen in de regio Emea, die bestaat uit Europa, het Midden-Oosten en Afrika. Het besluit maakt deel uit van een herschikking van het aantal bedrijfsregio s, dat van zeven wordt teruggebracht naar vier. Hiermee wil Philips zijn organisatiestructuur stroomlijnen. De maatregel levert volgens een woordvoerder besparingen op. Hij wilde niet aangeven hoe groot deze zijn. Doordat Nederland als aparte bedrijfsregio verdwijnt, komt de functie van de bestuursvoorzitter van de regio Nederland per 1 juni te vervallen. Richard de Lange, die deze functie momenteel bekleedt, gaat zich op andere activiteiten richten, maar blijft als adviseur van de raad van bestuur bij Philips betrokken. Wim Wielens komt aan het hoofd te staan van de regio Emea. Wielens leidt nu de West-Europese Philips-activiteiten. Naast de regio Emea, die zijn basis in Amsterdam heeft, handhaaft Philips na de herschikking de bedrijfsregio s Azië (gevestigd in Hongkong), Noord-Amerika (gevestigd in New York) en Latijns-Amerika (gevestigd in São Paulo). Bron: Het Financieele Dagblad, 13 april 2002 (verkorte weergave) a b Tot welk type internationaal werkende ondernemingen behoort Philips? Motiveer uw antwoord. Het concernhoofdkantoor van Philips (inmiddels in Amsterdam gevestigd) heeft in de loop van de tijd steeds minder taken gekregen. Voor welke taken is het hoofdkantoor van een wereldwijde onderneming als Philips nog wel direct verantwoordelijk? 16 Oefeningen hoofdstuk 1