3 september 2004 Aanvraag erkenning VPRO Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P jnt Mevr. J.Terpstra (035)

Vergelijkbare documenten
Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer ZKZ ho H.F. Ottenhoff (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer SBO jnt Mevr. drs. J. Terpstra (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer -- ZKZ za Mevr. Z.S.A. Aleksic (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer -- ZKZ za Mevr. Z.S.A. Aleksic (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer ZKZ za Mevr. Z.S.A. Aleksic (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo Mevr. mr. I.M. Borninkhof (035)

Overzicht van eisen voor erkenning als omroeporganisatie voor de periode Disclaimer

Uw brief van. 28 juni 2004

Hierbij ontvangt u ons besluit inzake het beschikbaar stellen van audiovisueel materiaal ten behoeve van het project Leraar24.

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ivs Mevr. mr. N. van den Brink (035)

gelet op de artikelen 4:81 en 5:16 van de Algemene wet bestuursrecht, - strekking van de regeling -

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer SBO lvdz Mevr. drs. L.E. van der Zee (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer Brief, d.d. 24 november ZKZ rs R.J. van der Schagt (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer ZKZ za Mevr. Z.S.A. Aleksic (035)

ZKZ lw Mevr. J.B.M. Wiersma (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer SBO jnt Mevr. drs. J. Terpstra (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer Brief, d.d. 23 januari 2002 ZKZ rs R.J. van der Schagt (035)

Notitie Normering RTV Noord-Holland. Over Kwaliteitsbewaking en onafhankelijkheid van Regionale Omroep. 9 december 2004

Gemeente jn Bergen op Zooth 1 9 DEC 2007

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P lvdz Mevr. drs. L.E. van der Zee (035)

Advies hernieuwde aanvraag zendtijdtoewijzing Heusdense Televisie en Radio Stichting

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P sv S.J. Varga (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer ZKZ za Mevr. Z.S.A. Aleksic (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P sv S.J. Varga (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer SBO jnt Mevr. drs. J. Terpstra (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer Concept / mr. Gerda van Hekesen +31 (0)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P sv S.J. Varga (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer SBO lvdz Mevr. drs. L.E. van der Zee (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo Mevr. mr. I.M. Borninkhof (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P pdi mr. M.P.H. Betzel (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P jnt Mevr. drs. J. Terpstra (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer - ZKZ do mr. D. Oudenaarden (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P jnt Mevr. drs. J.Terpstra (035)

gezien de aanvraag tot aanwijzing van Stichting MEDIA036 als lokale publieke mediainstelling

Bijgaand zenden wij u het besluit dat is genomen inzake het programmaonderdeel Schiphol TV.

18 december 2007 Uitspraak Raad van State 31 oktober 2007; nieuwe beslissing op bezwaar

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ivs Mevr. mr. A.S. Nijhuis (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa hd Mevr. mr. J.H. Dekkers (035)

Naar aanleiding van uw brief van 16 januari 2006 vraagt het Commissariaat voor de Media uw aandacht voor het volgende.

2.1 Financieel toezicht commissariaat versus financiële controle provincie

gezien de aanvraag tot aanwijzing van GennepNews als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Gennep, bij van 31 maart 2017;

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P sv S.J. Varga (035)

P r o v i n c i e F l e v o l a n d

CONVENANT VIJFJAREN AFSPRAKEN BEKOSTIGING LOKALE OMROEP REIMERSWAAL DOOR GEMEENTE REIMERSWAAL

gezien het advies van Provinciale Staten van Groningen van 24 april 2013;

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa nvdb Mevr. mr. N. van den Brink (035)

Onderwerp advies inzake voorlopige erkenning van DeNíeuwe Omroep (DNO)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P lvdz Mevr. drs. L.E. van der Zee (035)

Het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat),

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer FTZ sv S.J. Varga (035)

Hilversum, 24 februari Commissariaat voor de Media

Voorstel tot het vaststellen van aanvullende criteria beoordeling lokale publieke mediainstelling.

-8 FEB Gem. STEENBERGEN COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, Gemeente Steenbergen Postbus AA STEENBERGEN NB ii.

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa iw Mevr. mr. I.E. Wiendels (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer ZKZ za Mevr. Z.S.A. Aleksic (035)

Raadsvergadering d.d. : 28 en 30 juni 2016 Agendanr.: 6d. : Bestuurlijk handelen en dienstverlening

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA

gezien de adviezen van de raden van de gemeenten Boxmeer, Grave, Sint Anthonis en Cuijk, van respectievelijk 30 juni, 5 juli, 7 juli en 11 juli;

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer - ZKZ do mr. D. Oudenaarden (035)

Hiermee leggen wij u een bestuurlijke boete op van ,- wegens overtreding artikel 71g, vierde lid en artikel 71h, vijfde lid, van de Mediawet.

gezien de aanvraag tot aanwijzing van Stichting PopUpTv als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Schiedam, bij brief van 4 mei 2016;

Besluit. A. Gevolgde procedure. Kenmerk: /703258

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa rw Mevr. mr. R. Westerhof (035)

PS2008WMC : adviesaanvraag inzake zendtijdtoewijzing regionale omroep. Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5

Economisch hart van de Kempen *R *

gezien de aanvraag tot aanwijzing van SLOAD als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Aalten, bij brief van 15 augustus 2016;

5.7. Werkstuk door een scholier 3127 woorden 11 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Inhoudsopgave

Bijgaand zenden wij u het besluit dat is genomen inzake het programmaonderdeel Giel.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Betreft: onrechtmatige besteding van het budget zoals bedoeld in artikel 2.153, tweede lid, Mediawet 2008.

Uw brief van. 4 oktober 2005

Beschikking op ontheffingsverzoek

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo Mevr. mr. I.M. Borninkhof (035)

Raadsvoorstel inzake zendtijdverlenging voor Omroep Eindhoven

2 4 AUG 2010 COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA. Gemeente Tynaario T.a.v. de raadsgriffier Postbus AA VRIES. Geachte raadsgriffier,

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo Mevr. mr. I.M. Borninkhof (035)

Mediagedragscode Omroep MAX. Hilversum, 2010 Versie 1.0

gelet op de artikelen 2.61 tot en met 2.69 van de Mediawet 2008; gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb);

Kenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ivs mr. Th.I. de Kieviet (035)

Beschikking op ontheffingsverzoek

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer 24540/

CONVENANT VIJFJAREN AFSPRAKEN BEKOSTIGING LOKALE PUBLIEKE MEDIA-INSTELLING RTV KRIMPENERWAARD DOOR GEMEENTE KRIMPENERWAARD

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer. Mevrouw A.S. Nijhuis

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo Mevr. mr. I.M. Borninkhof (035)

Ontheffing. Verloop van de procedure. Relevante bepalingen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Na het opschrift van Afdeling 2.3. worden de volgende artikelen ingevoegd:

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa ibo Mevr. mr. L.H. Doorman (035)

Kenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008

4. Nadere gegevens met betrekking tot de aanvraag van ZOO heeft het Commissariaat ontvangen bij bericht van 26 februari 2015.

*Z015B66BD5F* documentnr.: INT/C/16/24320 zaaknr.: Z/C/16/28706

thema's. De omroep is het niet eens met de passage in het advies waarin wordt gesteld

Bij brieven van 19 maart 2015 geven Streekomroep en BLOS aan voornemens zijn te fuseren.

Hfierhugowa ard VQOrstelnummer: Stad van kansen

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer /626132

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus Datum 14 september 2009 Betreft Stand van zaken rond gedragscode media

Bijgaand zenden wij u het (primaire) besluit inzake het door uw omroep als neventaak verzorgen van het televisieprogramma Sterren.nl.

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer FvB/ml BVB nm mr. J.B. Mons (035)

VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2008

Transcriptie:

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap t.a.v. de Staatssecretaris mevrouw mr. M.C. van der Laan Postbus 16375 2500 BJ S-GRAVENHAGE Datum Onderwerp 3 september 2004 Aanvraag erkenning VPRO Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P-005468-jnt Mevr. J.Terpstra (035) 7737 707 Geachte mevrouw Van der Laan, Eenmaal in de vijf jaar hebben de omroepverenigingen de gelegenheid om bij het Commissariaat een aanvraag in te dienen voor een erkenning ten behoeve van de programmaverzorging voor landelijke omroep. De huidige erkenning eindigt op 31 augustus 2005. Om in aanmerking te komen voor een erkenning voor de periode van september 2005 tot en met augustus 2010 heeft de Omroepvereniging VPRO (VPRO) een aanvraag ingediend. Deze aanvraag treft u, voorzien van onze opmerkingen bijgaand aan. Wij hebben gecontroleerd of de VPRO voldoet aan de formele mediawettelijke eisen. Ledental Op grond van de huidige wetgeving kan een omroepvereniging alleen voor een erkenning in aanmerking komen als zij ten minste 300.000 leden heeft. De leden moeten bovendien zestien jaar of ouder zijn, in Nederland woonachtig zijn en hun contributie van 5,72 hebben voldaan. Het Commissariaat heeft tot taak de telling van het aantal leden uit te voeren. De VPRO heeft op 12 maart jl. een bestand van 374.630 leden aan het Commissariaat overhandigd. Het Commissariaat heeft aan de hand van een steekproef gecontroleerd of het bestand voldoet aan de vereisten. Op basis hiervan concludeert het Commissariaat dat de VPRO op de afgesproken peildatum van1 maart 2004 een ledenbestand heeft van 361.893 leden,die in mediawettelijke zin meetellen als lid van een omroepvereniging. In beginsel komt de VPRO daarom in aanmerking voor de gevraagde erkenning. Een nadere verantwoording van de wijze waarop de ledentelling is uitgevoerd en hoe de eindconclusie tot stand is gekomen treft u als bijlage bij deze brief aan. Indieningtermijn Artikel 2, eerste lid van het Mediabesluit bepaalt dat een aanvraag voor een erkenning, als bedoeld in artikel 31 van de Mediawet, wordt ingediend in de maand juni voorafgaand aan het jaar waarin de lopende erkenningperiode eindigt. Omdat de lopende erkenningperiode in 2005 eindigt moeten de aanvragen voor een nieuwe erkenning in de maand juni 2004 worden ingediend. Het Commissariaat heeft de aanvraag van de VPRO, voorzien van een beleidsplan en verenigingsstatuten, op 30 juni 2004 ontvangen. Het Commissariaat stelt vast dat de VPRO haar aanvraag tijdig heeft ingediend.

Omroepvereniging als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de Mediawet In artikel 14, eerste lid, van de Mediawet zijn drie bestaansvoorwaarden opgenomen waaraan een omroepvereniging die in aanmerking wil komen voor een erkenning moet voldoen: a. de vereniging heeft volledige rechtsbevoegdheid; b. de vereniging stelt zich blijkens haar statuten uitsluitend, althans hoofdzakelijk, ten doel, ter uitvoering van de taak van de publieke omroep, bedoeld in artikel 13c, op landelijk niveau een programma voor algemene omroep te verzorgen en alle activiteiten met betrekking tot programmaverzorging en uitzending te verrichten die daartoe nodig zijn; c. de vereniging stelt zich blijkens haar statuten ten doel in haar programma een bepaalde, in de statuten aangeduide, maatschappelijke, culturele, godsdienstige dan wel geestelijke stroming te vertegenwoordigen en zich in haar programma te richten op in het volk levende maatschappelijke, culturele of godsdienstige dan wel geestelijke behoeften. Rechtsbevoegdheid Als bijlage bij de aanvraag heeft de VPRO haar verenigingsstatuten meegezonden. Deze zijn opgenomen in een notariële akte, die op 26 mei 2004 is verleden. Uit de statuten blijkt geen beperking van de rechtsbevoegdheid, zodat de VPRO een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid is. Hiermee voldoet de vereniging aan artikel 14, eerste lid, onder a van de Mediawet. Doel van de vereniging In artikel 2, eerste lid van de statuten omschrijft de VPRO haar doel als volgt: De vereniging heeft tot doel het maken en het verspreiden van radio, televisie- en andere programma s voor massacommunicatie vanuit een door de algemene ledenvergadering aan te geven identiteitsbeschrijving. In artikel 2, tweede lid van de statuten is opgenomen dat de vereniging haar doel onder meer wil bereiken door het uitoefenen van een bedrijf gericht op: a. het maken van radio-, televisie- en andere programma s voor massacommunicatie; b. het uitgeven van een programmablad, tevens verenigingsperiodiek voor de leden-abonnees; c. het houden van bijeenkomsten en het verzorgen van andere vormen van communicatie met de leden en met het publiek; en verder met alle andere wettige middelen. Uit de doelstelling blijkt dat de eerste prioriteit van de VPRO ligt bij het maken en verspreiden van programma s. Het Commissariaat is van mening dat de VPRO hiermee voldoet aan de eisen die de Mediawet op dit punt stelt. De overige in artikel 2 van de verenigingsstatuten genoemde activiteiten zijn in beginsel toegestaan en vallen onder de artikelen 57, 57a en 13c, derde lid van de Mediawet en de Richtlijn Neven- en Verenigingsactiviteiten van het Commissariaat. Stroming De vereniging is in 1928 opgericht door een vrijzinnige stroming binnen de protestantse kerk. In de jaren zestig heeft de vereniging de protestantse identiteit losgelaten en vervangen door een andere levensmaatschappelijke beschouwing. B&P-005468-jnt blad 2

In de statuten maakt de VPRO duidelijk (artikel 2, tweede lid van de statuten) dat de vereniging programma s ontwikkelt voor massacommunicatie vanuit een door de algemene ledenvergadering aan te geven identiteitsbeschrijving. Met andere woorden: de identiteit van de vereniging staat bij de VPRO centraal en is richtinggevend voor de programma s die worden ontwikkeld of aangekocht. Met deze programma s probeert de VPRO een zo n groot mogelijk publiek te trekken. De identiteitsbeschrijving van de VPRO is opvallend genoeg in geen van de documenten die onderdeel uitmaken van de aanvraag opgenomen. Het feit dat 361.893 personen, door lid te worden van de VPRO, laten blijken zich te herkennen in de uitgangspunten van de vereniging, leidt tot de conclusie dat de VPRO een bepaalde stroming als bedoeld in artikel 14, onderdeel van de Mediawet vertegenwoordigt. Invloed leden op het beleid Op grond van artikel 64, eerste lid, aanhef en onder c van de Mediawet dienen omroepverenigingen bij het Commissariaat aan te tonen dat hun leden op democratisch aanvaardbare wijze invloed kunnen uitoefenen op het verenigingsbeleid. De VPRO heeft in de verenigingsstatuten beschreven op welke wijze leden invloed kunnen uitoefenen op het verenigingsbeleid. Die invloed komt tot uitdrukking in de bevoegdheden van de algemene ledenvergadering. In artikel 9, tweede lid van de verenigingsstatuten zijn de bevoegdheden van de leden opgenomen. De algemene ledenvergadering bestaat uit verenigingsleden. De algemene ledenvergadering vindt tenminste eenmaal per jaar plaats en wordt geleid door de voorzitter van de vereniging. Het bestuur roept de vergadering bijeen en stelt de agenda vast. Het bestuur is op schriftelijk verzoek van tenminste vijftig leden verplicht tot het bijeenroepen van een algemene ledenvergadering binnen een termijn van een maand. De algemene ledenvergadering is bevoegd tot het vaststellen van een beschrijving van de identiteit van de vereniging. De ledenvergadering is betrokken bij de vaststelling van het programmabeleid en het overige beleid doordat ze verantwoordelijk is voor de goedkeuring van de meerjaren beleids- en begrotingsplannen, het jaarverslag en het bespreken van het jaarbeleidsplan en de begroting. Bestuursleden worden benoemd, geschorst en ontslagen door de ledenvergadering. Daarnaast is de ledenvergadering verantwoordelijk voor de benoeming van de verkiezingscommissie. De verkiezingscommissie scout bestuursleden en stelt een benoemingsvoordracht op voor de algemene ledenvergadering. De ledenvergadering heeft tot slot de bevoegdheid om statuten te wijzigen en de vereniging te ontbinden. De algemene ledenvergadering beschikt naar het oordeel van het Commissariaat over vergaande bevoegdheden. Uit de jaarverslagen van de VPRO maken wij op dat de algemene ledenvergadering, in de afgelopen drie jaar, jaarlijks heeft plaatsgevonden. Het Commissariaat stelt vast dat de leden op democratische wijze invloed hebben kunnen uitoefenen op het beleid van de VPRO. B&P-005468-jnt blad 3

Naleving Mediawet In uw brief d.d. 26 mei 2004 aan de omroepverenigingen kondigt u aan dat wij in het bijzonder ook dienen te beoordelen of het aannemelijk is dat de omroepverenigingen zich zullen houden aan alle bij of krachtens de Mediawet gestelde voorschriften en eisen voor programmering, organisatie en financiering van publieke omroepinstellingen, waaronder ook de regels voor verenigings- en nevenactiviteiten en voor non-commercialiteit. Wij hebben vastgesteld dat in de afgelopen vijf jaar de VPRO slechts op zeer beperkte schaal voorschriften van de Mediawet heeft overtreden. In de afgelopen jaren heeft de VPRO tweemaal een waarschuwing gekregen omdat de omroep zich niet aan de reclameregels hield. De VPRO heeft de aanwijzingen van het Commissariaat vervolgens opgevolgd. Op het vlak van de financiële verantwoording heeft het Commissariaat in 2002, om goed zicht te krijgen op de controle door de accountants van de omroepen, bij vier omroepverenigingen waaronder de VPRO, een dossieronderzoek door een externe accountant laten uitvoeren. Het onderzoek heeft uitgewezen dat de VPRO zich houdt aan de Mediawet en het Handboek Financiële Verantwoording. De VPRO is van oudsher actief op het terrein van de nieuwe media. Internet wordt door de VPRO als een volwaardig medium ingezet en biedt naar de mening van de VPRO bij uitstek de mogelijkheid om specifieke publieksgroepen (marktniches) te bedienen met op maat gesneden aanbod. Met de internetsite 3 voor 12 biedt de VPRO zowel webradio met 9 radiokanalen als webtelevisie aan. De VPRO is actief op zoek naar verdere mogelijkheden die het neventaken regime biedt om specifiek voor de nieuwe media programma s te ontwikkelen. In artikel 64, eerste lid, aanhef en onderdeel d, van de Mediawet is opgenomen dat de omroepverenigingen een programmastatuut tot stand moeten brengen; sinds 1 januari 2004 dient dit te gebeuren in overeenstemming met de werknemers in plaats van in overleg met. Wij zullen de omroepen opdragen hun programmastatuut overeenkomstig aan te passen, indien dit nog niet het geval is. Uit het ons door de VPRO toegezonden statuut d.d. 21 september 2001, blijkt dat dit statuut na overleg met de werknemers tot stand is gebracht. Tevens dient het programmastatuut, conform artikel 64, eerste lid, aanhef en onderdeel d van de Mediawet, in overeenstemming te worden gebracht met de integriteits-code die momenteel door de Publieke Omroep wordt ontwikkeld. Op grond van het bovenstaande concluderen wij dat de gedragingen van de VPRO naar ons oordeel niet zodanig zijn dat daarin grond is gelegen om haar aanvraag voor een nieuwe erkenning met toepassing van artikel 36, tweede lid, aanhef en onder b, van de Mediawet af te wijzen. Programmabeleid en identiteit van de VPRO De identiteit van de VPRO wordt zowel in de statuten als het beleidsplan niet als zodanig beschreven. Dat is opmerkelijk omdat er in de verenigingsstatuten nogal wat gewicht wordt toegekend aan de identiteitsbeschrijving (artikel 2 van de statuten). Wel wordt in het beleidsplan aandacht besteed aan de missie van de VPRO. De identiteit van de VPRO kan met behulp van de missie worden beschreven. B&P-005468-jnt blad 4

De VPRO wil een omroep zijn die toekomstgericht is en verkennend, die ondogmatisch en onbevangen zoekt naar de achtergronden van maatschappelijke ontwikkelingen, die kijkers en luisteraars benadert als mondige burgers, die bijzondere aandacht schenkt aan situaties waarin mensen belemmerd worden in hun mogelijkheden en ontwikkelingen en die voorrang geeft aan vernieuwing op cultureel, sociaal, politiek en levensbeschouwelijk terrein. Bij de uitvoering van de missie hecht de VPRO aan de ene kant belang aan degelijkheid, zorgvuldigheid en ambachtelijke journalistieke kwaliteit. Aan de andere kant wil de VPRO ook voldoende speelruimte hebben voor het lanceren van nieuwe gedachten en het uitproberen van programma s die hun kracht nog moeten bewijzen. Een en ander vertaalt zich volgens de VPRO in de keuze voor bepaalde onderwerpen. Zo kiest de omroep onder meer voor aandacht voor het buitenland (maar niet voor de directe actualiteit), voor de wetenschap (maar dan in zijn ingewikkelde vorm) en voor het nog onbekende en jonge talent of bijvoorbeeld voor onderzoeksjournalistiek. Het uit zich echter ook in de vormgeving van de programma s, de zorgvuldigheid en grondigheid van de aanpak en het specifieke karakter van de programma s. De VPRO heeft voor de komende erkenningperiode de volgende programmaplannen ontwikkeld. Op televisie is traditiegetrouw een belangrijke rol weggelegd voor informatieve programma s met politieke, economische, sociale en maatschappelijke onderwerpen. De VPRO ziet zich met betrekking tot dit genre voor de uitdaging gesteld om een goede balans te vinden tussen inhoud en bereik. De VPRO gaat meer investeren in kwaliteitsdrama. Daarnaast blijven kunst en cultuur een prominente rol in de programmering spelen. Er zal meer ruimte worden gecreëerd voor specifieke VPRO satire. In de categorie human interest wordt een nieuw programma ontwikkeld. De zondagavond blijft gereserveerd voor typische VPRO programma s zoals Zomergasten, met als nieuwe variant Wintergasten, Nederland 3 comedy en kwaliteitsdrama. In de nieuwe zondagavondprogrammering is meer ruimte ingelast voor de laatste twee genres. Door meer uitgesproken keuzes te maken met betrekking tot inhoud, bereik en impact wil de VPRO de kijker voor zich winnen. Op de late zondagavond wordt een platform gecreëerd voor jonge programmamakers en filmmakers waarin ze de kans krijgen om hun talent te laten zien. Voor jongeren gaat de VPRO door met het uitzenden van popconcerten. De bestaande thema-avonden worden gecontinueerd en in vernieuwde vorm uitgebreid. Verder blijft de VPRO investeren in goede kindertelevisie. Om de dalende kijktijdaandelen van Z@ppelin tegen te gaan hebben de omroepen die programma s voor Z@ppelin aanleveren, besloten om duidelijker dan voorheen voor een bepaalde doelgroep te kiezen. De VPRO gaat de leeftijdsgroep van 6-12 jaar bedienen. Hoewel de VPRO de positieve effecten van zenderkleuring, zoals herkenning en vindbaarheid van het aanbod onderschrijft, is zij ook van mening dat het leidt tot versmalling van het aanbod. Om dit laatste tegen te gaan kiest de VPRO op het terrein van radio in het bijzonder voor programma s voor kleinere doelgroepen, voor experiment en vernieuwing, voor documentaires en muzieksoorten die niet tot het standaardrepertoire behoren. Hierbij gaat het vooral om 3FM en Radio 747. Op radio 1 blijft het aanbod gehandhaafd. Wel gaat de VPRO extra investeren in buitenlandrapportages en onderzoeksjournalistiek. Op radio 4 wordt noodgedwongen, vanwege de omroepbrede afspraken, een stap terug gedaan. De VPRO bevindt zich op het terrein van de nieuwe media in de voorhoede. In de komende periode wil de VPRO de bestaande initiatieven (internetzender 3voor12, cinema.nl site, en de geschiedenis site i.s.m. de NPS) voortzetten en uitbreiden en de mogelijkheden van alternatieve verspreidingsmogelijkheden zo veel mogelijk benutten. B&P-005468-jnt blad 5

Het Commissariaat adviseert de VPRO om de identiteitsbeschrijving, mede gezien het belang dat de VPRO er aan hecht, in de verenigingsstatuten op te nemen. Het Commissariaat is van mening dat de identiteit, zoals die uit de missie van de VPRO naar voren komt, duidelijk tot zijn recht komt in de geschetste programmering. Het programmabeleid en het rapport van de visitatiecommissie De visitatiecommissie is van oordeel dat de VPRO in zijn programmabeleid een heldere koers vaart. Als minpunt wordt aangemerkt dat de uitwerking van de programmadoelstellingen zowel in kwalitatieve, als in kwantitatieve zin meer aandacht verdient. De commissie vindt dat de VPRO te weinig aandacht besteedt aan het publieksoordeel. De VPRO neemt de opmerkingen en aanbevelingen van de commissie serieus. In het beleidsplan formuleert de VPRO zijn reactie. De VPRO schrijft dat er omroepbreed een kwaliteitskaart is ontwikkeld. Op basis van deze kaart zijn een viertal prioriteiten gesteld die de positie van Nederland 3 moeten verbeteren. De prioriteiten hebben betrekking op programmakwaliteit, vernieuwing en ontwikkeling van programma s, maatschappelijke interactie en invloed, aandeel en bereik onder publiek en doelgroepen. De VPRO wil via de televisieprogrammering een bijdrage leveren aan de verwezenlijking van deze doelstellingen. De VPRO erkent dat er binnen de vereniging te weinig aandacht bestaat voor het oordeel van het publiek. Dit heeft volgens de VPRO al tot enige programmatische ingrepen geleid. Daarnaast heeft de VPRO een aantal plannen ontwikkeld. Om beter inzicht te krijgen in de prestaties op televisie, radio en internet zal de interne werkwijze worden aangepast. Er zal structureel onderzoek worden gedaan naar de kwantitatieve en kwalitatieve effecten van de programmering. De VPRO is gemotiveerd om op het terrein van het publieksbereik beter te gaan presteren. In zijn evaluatierapport verwoordt de VPRO de nieuwe koers als volgt: aanbodgestuurd, maar met publiek als doel. Het Commissariaat constateert dat de VPRO zich de kritiek van de visitatiecommissie heeft aangetrokken en op deze punten inmiddels actie heeft ondernomen. Programmabeleid en de realisering van de publieke taak In artikel 13 c van de Mediawet wordt de taak van de Publieke Omroep omschreven. Op grond van dit artikel dient de VPRO bij te dragen aan een kwalitatief hoogstaand aanbod op het gebied van informatie, educatie, cultuur en verstrooiing. De programma s dienen bij te dragen aan de ontwikkeling en verspreiding van de pluriformiteit en culturele diversiteit in ons land en zijn gericht op zowel een breed publiek als op bevolkingsgroepen van verschillende omvang en samenstelling. De VPRO kan mede invulling geven aan deze taak door tevens te voorzien in een andere wijze van aanbod en verspreiding van programmamateriaal (neventaak). De VPRO verklaart in het beleidsplan dat ze vanuit haar missie een bijdrage wil leveren aan de taakopdracht van de Publieke Omroep als geheel om een pluriform en volledig programma-aanbod te verzorgen dat voldoet aan de eisen die de wet daaraan stelt. Het Commissariaat heeft voor televisie vastgesteld dat de programmering van de omroepverenigingen gezamenlijk in de afgelopen drie jaar op alle onderdelen voldeed aan de door de Mediawet opgelegde programmavoorschriften. B&P-005468-jnt blad 6

De omroepverenigingen zonden op televisie in 2003 in totaal 10.140 uur uit. De VPRO was verantwoordelijk voor 1.299 uur. Afgezet tegen het aanbod van de publieke omroep als geheel en de gezamenlijke omroepverenigingen is op hoofdcategorieën de volgende indeling te maken (in procenten) 2003 Publieke Omroep als geheel Serieuze nonfictie Human interest Omroepverenigingen gezamenlijk 48 38 39 7 12 4 VPRO Sport 8 1 3 Overige nonfictie 4 3 2 Fictie (drama) 20 27 45 Amusement 9 14 4 Muziek 4 5 6 Totaal 100 100 100 Opmerkelijk is het hoge aandeel fictie in de programmering van de VPRO. Uit de nieuwe programmaplannen blijkt dat de VPRO deze lijn doorzet met meer aandacht voor licht Nederlands en licht buitenlands drama. Het Commissariaat stelt aan de hand van het beleidsplan vast dat de VPRO bereid is om een bijdrage te leveren aan de versterking, zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht, van Nederland 3. De bijdrage van de VPRO komt vooral tot uiting in de afspraken met de partners over de vaste informatieve programmablokken en de gezamenlijke ontwikkeling van drama. De VPRO gaat bijvoorbeeld deelnemen in het programma NOVA. Daarnaast blijft de VPRO participeren in programma s als Buitenhof en Andere Tijden. In samenwerking met de VARA en de NPS worden meerdere dramaseries ontwikkeld. In de erkenningperiode zal het bestaande samenwerkingsproject voor jong talent met de netpartners en het Nederlands Fonds voor de Film, de Stichting Coproductiefonds Binnenlandse Omroep en het Stimuleringsfonds een vervolg krijgen. De overige plannen die betrekking hebben op de versterking van Nederland 3 werden reeds hierboven beschreven (zie onder punt 8 van deze brief). Het Commissariaat is van oordeel dat de VPRO voldoende bijdraagt aan de realisering van de publieke taak. Bereidheid tot samenwerking De VPRO toont zich in het beleidsplan een voorstander van samenwerking met andere omroepen en wil dit in de komende periode dan ook versterken. De VPRO zoekt waar mogelijk naar samenwerking met andere omroepen zowel op het programmatische als organisatorische vlak. Bestaande samenwerkingsverbanden op het terrein van informatieve (televisie) programma s en drama zullen worden gecontinueerd en nieuwe coalities vooral op het gebied van drama zullen worden ontwikkeld. Voor de concrete invulling van de plannen wordt verwezen naar punt 9 van deze brief. B&P-005468-jnt blad 7

Ook op de radiozenders worden de bestaande samenwerkingsverbanden voortgezet. Op Radio 1 zendt de VPRO in samenwerking met de EO en VARA De Ochtenden uit. In de komende periode zullen, om de samenwerking van de partners te versterken, extra financiële middelen voor dit programmaonderdeel worden uitgetrokken. Op het terrein van nieuwe media heeft de VPRO in samenwerking met de NPS de website omroep.nl/geschiedenis ontwikkeld. Bij de oprichting van Nederland 3 hebben de partners (NPS, RVU, VARA en VPRO) zich onder meer tot doel gesteld om tot meer duurzame vormen van samenwerking te komen. Inmiddels zijn diverse taken en afdelingen samengevoegd (Huishoudelijke Zaken, Facilitaire zaken, Documentatie, Archief, Post, Repro- en Magazijnvoorziening en Receptie en Telefooncentrale) en per taak ondergebracht bij een van de partners. De visitatiecommissie is positief over de kwalitatieve bijdrage van de omroep aan de netten en zenders. Op het terrein van het marktaandeel van Nederland 3 blijven de resultaten echter achter. Het Commissariaat is van oordeel dat de VPRO voldoende bereidheid toont tot samenwerking met andere omroepen. Advies Het Commissariaat stelt vast dat de VPRO aan alle formele eisen van de Mediawet voldoet en dat het beleidsplan een programmering beschrijft die met de wet overeenkomt. Overige in de wet genoemde weigeringgronden doen zich naar ons oordeel niet voor, zodat wij u adviseren aan de VPRO de gevraagde erkenning te verlenen. Hoogachtend, COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, Prof. dr. Jan van Cuilenburg Voorzitter mr. Inge Brakman commissaris Aantal bijlage: 1 B&P-005468-jnt blad 8