Aanwezig: G.J.A.M. Nijpels (voorzitter), E. Deutekom-Muntjewerff, H. Stoker en R.A.H.P. Heijtink Secretaris: M.A.S. Winder Volgnr: 001 Poststuk: 15.0015336 PZI Omschrijving: Besluitenlijst B&W Opmeer d.d. 01-12-2015 Besluitenlijst B&W Opmeer d.d. 01-12-2015 De besluitenlijst ongewijzigd vast te stellen Volgnr: 002 Poststuk: 15.0015255 SECR Omschrijving: Onderhandelaarsakkoord verhoogde asielinstroom 1. in te stemmen met het onderhandelaarsakkoord 2. bij het onderdeel opmerkingen opnemen dat deze instemming alleen van toepassing is indien de vergoeding van 100 per persoon per nacht zolang sprake is van crisisnoodopvang. 1. in te stemmen met het onderhandelaarsakkoord 2. bij het onderdeel opmerkingen opnemen dat deze instemming alleen van toepassing is indien de vergoeding van 100 per persoon per nacht zolang sprake is van crisisnoodopvang. 1. het VNG-bestuur legt dit akkoord met een positief advies voor. 2. bij het onderdeel 2.1.2 uitfasering crisisnoodopvang is de aanname opgenomen dat vanaf 2016 alleen nog sprake is van noodopvang en dat dus alleen nog in 2015 sprake is van crisisnoodopvang. 1
Volgnr: 003 Poststuk: 15.0014795 AZRO Omschrijving: Rechtszaak beheersverordening Naar aanleiding van de vaststelling van de Beheersverordening Recreatieparken Opmeer heeft het parkbestuur de gemeente Opmeer gedagvaard. Op 16 september jl. is vonnis gewezen door de rechtbank. Met het oog op eventuele vervolgstappen is dit vonnis bestudeerd. Alles overwegende wordt voorgesteld om het dossier te sluiten. 1. Hoger beroep in te stellen bij het Gerechtshof en de raad te informeren. 1. De juridische onduidelijkheden op te heffen. Volgnr: 004 Poststuk: 15.0015214 SHG Omschrijving: Voornemen tot herziening BBV-verslaggevingsregels rondom grondexploitaties De commissie BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) heeft met betrekking tot de afbakening, definiëring en verslagleggingregels rondom grondexploitaties voorstellen gedaan tot wijziging van het BBV. De nieuwe regels zijn mede ingegeven door de komst van de vennootschapsbelastingplicht voor gemeenten per 1 januari 2016. Het ligt in het voornemen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties deze wijzigingen op 1 januari 2016 te doen ingaan. De nieuwe regels maken het noodzakelijk dat uw raad voor 31 december 2015 aangeeft welke complexen behoren tot de categorie in exploitatie. Gronden die niet behoren tot de categorie in exploitatie worden aangemerkt als strategische gronden Voor de (voorlopige) aanwijzing van gronden in exploitatie en strategische gronden geldt een overgangsrecht. Op 31 december 2019 moet de definitieve status van de complexen worden bepaald. 1. De raad een voorstel te doen om a. Per 1 januari 2016 de grondexploitatiescomplexen Locatie Loos, Heerenweide en De Veken 4 fase 1 te benoemen als gronden in exploitatie. b. De exploitatieopzet De Veken 4 fase 1 vast te stellen. 1.1. De voorgenomen wijziging van het Besluit Begroting en Verantwoording stelt andere (nieuwe) eisen aan de verantwoording van grondexploitaties 1.2 De grondexploitatiecomplexen van de gemeenten Opmeer moeten waar nodig op de nieuwe verslaggevingsregels worden afgestemd. 2
Volgnr: 005 Poststuk: 15.0015261 BWTM Omschrijving: Beslissing op bezwaar met betrekking tot een invorderingsbeschikking in verband met permanente bewoning van de recreatiewoning op het adres Wilhelminalaan 11 te Aartswoud Aan bewoners van een recreatiewoning is een last onder dwangsom opgelegd vanwege het strijdige gebruik van hun recreatieverblijf aan de Wilhelminalaan 11 te Aartswoud voor permanente bewoning. Dit besluit is inmiddels al onherroepelijk. De bewoners hebben de overtreding niet binnen de in het besluit genoemde begunstigingstermijn van zes maanden ongedaan gemaakt, waardoor de bewoners een dwangsom van 25.000 euro hebben verbeurd. Bij brief van 7 augustus 2015 hebben wij de overtreders een invorderingsbeschikking gestuurd. Hierop hebben de overtreders een bezwaarschrift ingediend op 15 september 2015. De commissie bezwaarschriften heeft op 18 november 2015 geadviseerd om het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de invorderingsbeschikking in stand te laten. 1. Het door reclamanten ingediende bezwaarschrift, conform het advies van de commissie bezwaarschriften, ongegrond te verklaren en de invorderingsbeschikking van 7 augustus 2015 in stand te laten. 1.1 De commissie bezwaarschriften heeft dit advies gegeven. Volgnr: 006 Poststuk: 15.0014983 BWTM Omschrijving: Beslissing op bezwaar met betrekking tot het strijdige gebruik van het recreatieobject aan De Dreef 3, C156 te Opmeer voor permanente bewoning Aan de eigenaar van een recreatieobject is bij besluit van 24 september 2015 een last onder dwangsom opgelegd om de permanente bewoning van het recreatieverblijf aan De Dreef 3, C156 te Opmeer te beëindigen en beëindigd te houden. Op 16 oktober 2015 heeft de eigenaar tegen dit besluit een bezwaarschrift ingediend. Omdat het bezwaar kennelijk ongegrond is, is door de commissie bezwaarschriften afgezien van een hoorzitting. Op 18 november 2015 heeft de commissie bezwaarschriften haar advies uitgebracht en geadviseerd om het bezwaarschrift ongegrond te verklaren. 3
1. Het door reclamant ingediend bezwaarschrift, conform het advies van de commissie bezwaarschriften, ongegrond te verklaren en het dwangsombesluit van 24 september 2015 in stand te laten. 1.1 De commissie bezwaarschriften heeft dit advies gegeven. Volgnr: 007 Poststuk: 15.0014435 BWTM Omschrijving: Vaststellen Uitvoeringsstrategieen omgevingsrecht (vergunningverlening, toezicht en handhaving) In het strategisch beleidsplan omgevingsrecht hebben we vastgelegd welke doelen we willen bereiken. In de uitvoeringsstrategieën bepalen we hoe we dit gaan doen. De wijze waarop de doelen worden bereikt leggen we vast in voorliggende uitvoeringsstrategieën. De strategieën zijn gebaseerd op de landelijke strategieën (voor gedogen en sanctioneren) en zijn aangevuld met de gemeentelijke werkwijzen. Voorliggend document vervangt de strategieën die zijn opgenomen in de nota Samen Handhaven! Integrale handhaving in Opmeer (van december 2010). Periodieke herijking is in het kader van het Besluit omgevingsrecht (BOR) verplicht voor de handhavingstaken. Doordat de kwaliteitscriteria 2.1 van het Programma Uitvoering met Ambitie (PUmA) waarschijnlijk in 2016 ook in het BOR opgenomen worden, wordt een strategie ook voor de vergunningtaken naar verwachting verplicht. Naast de wens om te herijken, rust er dus ook een wettelijke verplichting op deze opgave. Ook bij samenwerking bij het uitvoeren van taken (zoals in de RUD NHN, binnen de veiligheidsregio of voor overige milieu en bouwtaken met omliggende gemeenten) behoudt het bevoegd gezag de wettelijke plicht om haar uitvoeringsstrategieën vast te stellen. 1. In te stemmen met de opgestelde strategieën bij de uitvoering van de Wabo vergunningverlening, het toezicht en de handhaving (op basis van de in te zetten instrumenten). 2. In te stemmen met de vereiste kwaliteitsborging en voortgangsbewaking en verantwoording. 4
1.1. Het bevoegd gezag handelt op grond van een strategie en objectieve criteria voor het beoordelen en beslissen over een omgevingsvergunning en het afhandelen van meldingen (criteria 7, 8, 9 en 10 van Kwaliteitscriteria 2.1). 1.2. De handhavingsorganisatie handelt op grond van een nalevingsstrategie/interventiestrategie, waarin is vastgelegd met welke instrumenten zij naleving wil bereiken en welke rol handhaving daarbinnen speelt (criteria 7, 8, 9 en 10 van Kwaliteitscriteria 2.1). 2.1. Het bevoegd gezag handelt op grond van een systematiek van monitoring van het proces van vergunningverlening en handhaving, de resultaten en voor zover mogelijk de effecten hiervan (criterium 19 van Kwaliteitscriteria 2.1). Volgnr: 008 Poststuk: 15.0015086 BWTM Omschrijving: Resultaten toezicht provincie IBT: Ruimtelijke Ordening en Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht 2015 Een van de kerntaken van de provincie is toezicht houden op de uitvoering van wettelijke taken door gemeenten, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen. Dit gebeurt zoveel mogelijk volgens de regels van de Wet revitalisering generiek toezicht (Wet rgt). in het kader van dit interbestuurlijk toezicht is de gemeente Opmeer voor een tweede maal door de provincie beoordeeld met betrekking tot de volgende twee medebewindstaken: - ruimtelijke ordening; - toezicht en handhaving omgevingsrecht In 2014 heeft een eerste beoordeling in het kader van interbestuurlijk toezicht op deze twee medebewindstaken plaatsgevonden. Opmeer is in 2014 toen eveneens zowel ten aanzien van ruimtelijke ordening als ten aanzien van de toezicht en handhavingstaken omgevingsrecht als adequaat beoordeeld. Bevindingen en beoordeling ruimtelijke ordening De in 2014 geleverde informatie over de actualiteit en dekkendheid van ruimtelijke plannen is ook voor 2015 nog actueel. Omdat ten aanzien van ruimtelijk ordening in 2014 als adequaat is beoordeeld, heeft in 2015 geen beoordeling plaatsgevonden. Bevindingen en beoordeling toezicht en handhaving omgevingsrecht Met de beoordeling ten aanzien van de medebewindstaak toezicht en handhaving omgevingsrecht is beoordeeld of de processen dusdanig zijn ingericht, zodat toezicht- en 5
handhavingstaken adequaat uitgevoerd kunnen worden, in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo, hoofdstuk 5) en de daarbij behorende Algemene maatregelen van bestuur (Besluit omgevingsrecht, hoofdstuk 7 en Ministeriele regeling omgevingsrecht, hoofdstuk 10) zijn de wettelijk eisen aan de inrichting van deze processen opgenomen. Deze proceseisen staan ook bekend als de BIG-8 cyclus. De provincie is hierbij tot het oordeel gekomen dat Opmeer bekend is met de BIG-8 cyclus, de aangeleverde documenten tonen aan, dat er volgens deze methodiek wordt gewerkt. 1. Kennis te nemen van de resultaten en verbeterpunten oppakken. 2. Rapportage ter kennis te brengen van de raad. 1.1. Het proces op het gebied van toezicht en handhaving omgevingsrecht is als adequaat beschouwd. 1.2. De verbeterpunten dragen bij aan het verder professionaliseren van de uitvoering van de BIG-8 cyclus. 2.1. In het kader van de horizontale verantwoording en controle is het wenselijk dat de raad hierbij te betrekken. Volgnr: 009 Poststuk: 15.0015057 CTW Omschrijving: Starterslening gemeente Opmeer Op grond van de Verordening VROM Starterslening worden diverse startersleningen verstrekt. De gemeenteraad heeft in totaal 1,6 miljoen budget beschikbaar gesteld. Op dit moment is er nog circa 400.000 beschikbaar. Het betreft een revolverend fonds : op het moment dat mensen hun starterslening aflossen komt dat bedrag weer vrij, dat bedrag komt ten goede van het beschikbare budget. Dit houdt in dat er nog 13 tot 15 leningen kunnen worden verstrekt. Het budget aan te verstrekken startersleningen in 2016 vast te stellen op 400.000. Dit bedrag wordt vermeerderd met leningen die vroegtijdig worden afgelost. 1.1 op grond van de Verordening VROM Starterslening wordt jaarlijks het budget vast gesteld 6
Volgnr: 010 Poststuk: 15.0015232 WZ Omschrijving: Fusie De Wering/MEE Noordwest-Holland De Wering en MEE Noordwest-Holland werken al enige tijd intensief samen. Zij verwachten met een fusie hun dienstverlening nog verder te optimaliseren. Zij verkiezen samenwerking boven concurrentie en nemen daarbij het initiatief tot vernieuwing op basis van lokale structuren en verbanden. In een brief vragen zij formeel toestemming voor de voorgenomen fusie en dit kenbaar te maken vóór 14 december 2015. Voorgesteld wordt om deze toestemming op grond van artikel 4:71 Algemene wet bestuursrecht te verlenen. Na besluitvorming zal dit per brief aan hen worden medegedeeld. Toestemming te verlenen op grond van artikel 4:71 Algemene wet bestuursrecht om de fusie tot stand te brengen. Met de fusie wordt verwacht dat beide partijen hun dienstverlening kunnen optimaliseren. Volgnr: 011 Poststuk: 15.0015041 WZ Omschrijving: Samenwerkingsprotocol en werkafspraken GI en Raad voor de Kinderbescherming 2016 Op basis van de Jeugdwet is de gemeente vanaf 1 januari 2015 verplicht om samenwerkingsafspraken te maken met de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK) en de gecontracteerde gecertificeerde instellingen (GI). Voor een goede aansluiting tussen vrijwillig en gedwongen kader is ook de samenwerking tussen de gebiedsteams van de gemeente en de gecertificeerde instellingen van belang. Voor het jaar 2016 zijn de samenwerkingsafspraken vastgelegd in het Samenwerkingsprotocol en werkafspraken GI en Raad voor de Kinderbescherming 2016. 7
1. het Samenwerkingsprotocol 2016 Terughoudend waar kan, tijdig doorpakken waar nodig met daarin de Samenwerkingsafspraken tussen gemeenten, Raad voor de Kinderbescherming en de Gecertificeerde Instellingen in de Jeugdzorgregio West-Friesland (inclusief de samenwerkingsafspraken Schakeloverleg) vast te stellen; 2. de Werkafspraken tussen gemeenten en Gecertificeerde Instellingen in de Jeugdzorgregio West-Friesland (inclusief calamiteitenprotocol 2016) vast te stellen; 3. de bereidheid uit te spreken om deze afspraken tussentijds aan te passen c.q. verder te concretiseren op basis van de praktijkervaringen; 4. wethouder Deutekom-Muntjewerff te machtigen tot ondertekening van bijgaande documenten; 5. de gemeenteraad in Opmeer te informeren over de hierboven genoemde besluiten. 1. het is een wettelijke verplichting om afspraken te maken met de Gecertificeerde Instellingen en de Raad voor de Kinderbescherming en deze afspraken vast te leggen; 2. over het op- en afschalen en de samenwerking met de gebiedsteams zijn uitgewerkte en vastgestelde afspraken nodig; 3. het gaat hier om afspraken die nog verder kunnen en moeten worden uitgewerkt en afgestemd; 4. wethouder Deutekom heeft de machtiging nodig van het college om deze documenten voor de gemeente te mogen ondertekenen; 5. in het kader van transparante besluitvorming is het raadzaam om de raad over het tekenen van deze documenten te informeren. Volgnr: 012 Poststuk: 15.0015087 WZ Omschrijving: Madivosa 10 december 2015 Op 10 december 2015 vergaderen de portefeuillehouders Madivosa. Tijdens dit overleg worden onderwerpen met betrekking tot de genoemde beleidsvelden behandeld. Wij hebben kennis genomen van de agenda en de bijbehorende adviezen. 1. In te stemmen met de in dit advies geformuleerde uitgangspunten voor de uitwerking van een samenwerkingsconvenant tussen regiogemeenten en centrumgemeente ten behoeve van de uitvoering van het Stedelijk Kompas: a. uitgangspunt voor de uitvoering is het in het Madivosa vastgestelde beleid dat in het Stedelijk Kompas staat; 8
b. de taken op het gebied van Maatschappelijke Opvang, het Verslavingsbeleid, de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en Beschermd Wonen worden in beginsel uitgevoerd binnen de decentralisatie-uitkeringen die Hoorn ontvangt; c. bij overschrijdingen en onderschrijdingen van de decentralisatie-uitkering geldt het principe van solidariteit; d. uitvoeringskosten die Hoorn maakt worden bekostigd vanuit de decentralisatie-uitkeringen die Hoorn ontvangt; e. de door de centrumgemeente uitgevoerde activiteiten en de daarmee samenhangende inzet van financiële middelen worden minimaal één keer per jaar gerapporteerd en besproken in het Madivosa; f. minimaal twee keer per jaar vindt er op ambtelijk niveau overleg plaats tussen alle gemeenten in West-Friesland. g. Preventie, vroegsignalering en nazorg zijn taken van iedere individuele gemeente. 2. In te stemmen met het voorstel het platform crowdfunding in 2016 te continueren en daar eenmalig 1.600 voor beschikking te stellen en deze kosten te dekken uit het budget voor Lokaal Actief. 3. In te stemmen met het voorstel de dossierhouder te verzoeken een businessmodel te laten ontwikkelen waardoor het platform na 2016 volledig zal worden betaald door vrijwillige bijdragen en sponsoring. De instemming draagt bij aan de verdere verbetering en transparantie van de regionale samenwerking en het behalen van overeengekomen scherpe doelstellingen op het gebied van inhoud en communicatie. Volgnr: 013 Poststuk: 15.0015180 P&O Omschrijving: Overlegregeling commissie voor Georganiseerd Overleg De medezeggenschap voor medewerkers van de gemeenten is neergelegd bij de Ondernemingsraad (OR) en het Georganiseerd Overleg (GO). De gemeente Opmeer heeft een OR, maar nog geen formeel GO. De huidige organisatieontwikkeling maakt het noodzakelijk dat dit medezeggenschap orgaan nu middels een regeling geformaliseerd wordt. 1. Het Georganiseerd Overleg in te stellen. 2. Met bijgaande overlegregeling voor commissie voor Georganiseerd Overleg in te stemmen. 3. De coördinator P&O aan te wijzen als secretaris van de commissie en de adviseur P&O als plaatsvervangend secretaris, en kennis te nemen van de samenstelling van het Georganiseerd Overleg. 9
1. De gemeente mag geen wijzigingen in de arbeidsvoorwaarden vaststellen zonder dat er in het Ge-organiseerd Overleg over de voorstellen overleg is gevoerd en daarover overeenstemming is bereikt (artikel 12 CAR-UWO). 2. In de overlegregeling zijn de afspraken tussen werkgever en de commissie voor het Georganiseerd Overleg vastgelegd. 3. Aanwijzing van de (plaatsvervangend) secretaris en de samenstelling van de commissie is conform de regeling. Volgnr: 014 Poststuk: 15.0015263 CON Omschrijving: Overeenkomst tot dienstverlening inkoopadvies In verband met beëindiging van de coördinatie op inkoop & aanbesteden door Ger Hermes per 1 december jl. is onderzoek gedaan naar de mogelijkheid tot dienstverlening door Medemblik op dit dossier. De hierover gemaakte afspraken zijn opgenomen in bijgevoegde dienstverlenings-overeenkomst. 1. in te stemmen met de in de dienstverleningsovereenkomst inkoopadvies opgenomen afspraken 2. de gemeentesecretaris het mandaat te geven tot verdere afdoening van de overeenkomst De gekozen vorm sluit goed aan bij de intentie om op diverse onderdelen van de bedrijfsvoering intensiever samen te werken en de krachten te bundelen met de gemeenten Koggenland en Medemblik. Volgnr: 015 Poststuk: 15.0015333 CTW Omschrijving: Vergadering portefeuillehouders PVVB Op 10 december 2015 vergaderen de portefeuillehouders Provinciaal Verkeer & vervoer Beraad, (PVVB). Tijdens dit overleg worden diverse onderwerpen met betrekking tot de genoemde beleidsvelden behandeld. 1. Kennis te nemen van de agenda van het portefeuillehouderoverleg PVVB op 10 december 2015. 2. Overeenkomstig de aangegeven adviezen een standpunt in te nemen over de verschillende deelonderwerpen. 10