Johannes 4: "De Samaritaanse vrouw" Lezingen: Johannes 4 : 1-30, 39-42 Jesaja 55 : 1-3 Intro Vanmorgen staat opnieuw een ontmoeting met Jezus centraal. Want zoals al eerder verteld - is dat één van de manieren waarop de evangelist Johannes zijn lezers met Jezus laat kennis maken. Wij hebben Hem al eerder leren kennen in de ontmoeting met Natanaël en vorige week met Nicodemus. En alles is er in die ontmoetingen op gericht dat mensen in Jezus gaan geloven, zich aan Hem toevertrouwen. Zo zegt Johannes het ook aan het eind van zijn Evangelie, hoorden we in de leerdienst: deze dingen zijn opgeschreven opdat jullie gaan geloven in Jezus Christus en daardoor het werkelijke leven kennen (Joh. 20:30). Even terzijde: na die dienst werd opgemerkt: het zou eigenlijk ook mogelijk moeten zijn om in zo n dienst vragen te stellen. Ik zal er eens over denken hoe zoiets in een dienst goed tot z n recht komt, maar sowieso vragen ná een dienst kan natuurlijk altijd. Vanmorgen gaat het over een wel heel bijzondere ontmoeting, vooral bijzonder door de menselijke grenzen die hier doorbroken worden. Wij kennen deze gebeurtenis als het verhaal van de Samaritaanse vrouw. Met het accent op beide woorden. Want beiden: Samaritanen én vrouwen, lagen buiten het gezichtsveld van Jezus tegenstanders, de Farizeeën en misschien ook wel van zijn medestanders, zijn leerlingen. Die Farizeeën vormden er trouwens de aanleiding van dat Jezus deze reis maakte. Zij hadden namelijk gehoord dat Jezus nog meer leerlingen maakte dan Johannes de Doper - en dát was al erg genoeg geweest - en nu begonnen die leerlingen ook al mensen te dopen. Jezus vermoedde dat dát wel eens op een vroege confrontatie kon uitlopen en daar was Hij niet op uit. Zijn tijd was nog níet gekomen. Vandaar dat Hij Judea - de streek rond Jeruzalem - verliet om naar Galilea in het Noorden te gaan. "Daarvoor moest Hij door Samaria heen", staat er. Nou dat móest helemaal niet, want een gewoon mens ging door het Jordáándal naar het Noorden (vgl. Matt. 19: 1 in omgekeerde richting). Maar ZIJN weg is anders dan die van anderen. Bij Hem breken goede, nieuwe tijden aan, waarin de Samaritanen de eerste christengemeente vormen, vóórdat het woord nog maar bestond en waar deze vrouw tot eerste getuige, evangeliste, brengster van het Evangelie wordt. Maar het leek er in het begin helemaal niet op... de discipelen vonden het maar niets - wegtrekken, bijna vluchten uit Judea... was dat nou nodig?? Het ging juist zo mooi. De doop-score van Johannes was bijna verbeterd... En dan nog door Samaria ook?? Het was niet bepaald een geliefde streek geworden in die afgelopen eeuwen, sinds de Koning van Assur er na de ballingschap van het Tien- Stammenrijk nog allerlei vreemde volken had neergepoot. Samaritanen - Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.kerkeninzuidland.nl 1 / 5
daar ging je niet mee om, zo schrijft een opvolger van Johannes er later bij - 9b. Dáár in dat gebied, in de buurt van Sichar (Sichem?) vlak bij de bron van Jakob, wordt Jezus moe. Hij wacht bij de rand van de put en Zijn leerlingen gaan naar de stad voor wat brood. Onderweg komen ze een eenzame vrouw tegen met haar kruik, maar verder dan een paar gefronste wenkbrauwen "Wat doet die nou, midden op de dag, in de hitte?" verder komt het niet. En zó komt de ontmoeting tot stand bij de rand van de put. - Zocht Jezus die ontmoeting, omdat Hij direct begreep dat er iets met deze vrouw aan de hand was?! - Had Hij gewoon dorst, maar gebruikt Hij iedere gelegenheid om Zijn Goede Nieuws door te geven...? in ieder geval neemt Jezus een risico... want het kon een compromitterende situatie worden... D.w.z. anderen zouden er wat van kunnen denken.. Maar Jezus zóekt mensen, wil hen aanspreken in hun diepste zijn en ín die ontmoetingen richt Hij de mensen op, geeft Hij hen hun waardigheid terug... Jezus zoekt zondaars en tollenaars, dát weten we... maar blijkbaar ook Samaritanen. Om een paar voorbeelden te noemen: Hij vertelt op een keer zijn gelijkenis over die ene Samaritaan, die wij sindsdien kennen als De Barmhartige (Lucas 10: 33); Hij geneest tien melaatsen en de enige, die terug komt om Hem te danken, blijkt een Samaritaan te zijn (Lucas 17: 16) én Hij vereenzelvigt zich blijkbaar zo met hen, dat Hij op een gegeven ogenblik nageroepen krijgt: Je bent zeker zélf een Samaritaan... én bezeten (Joh.8:48). Later in het boek Handelingen worden de Samaritanen de eersten buiten het Jodendom, bij wie Gods Geest het Evangelie bevestigt. Hier worden de eerste sporen daarvan uitgezet. De roeping van de gemeente loopt niet over de ge-ijkte paden. Jezus begint niet bij de allervroomsten... Ja, dat wéten we: die Samaritaanse vrouw was niet zo n beste.. eigen schuld natuurlijk... had ze maar niet... en geen wonder dat ze alleen door het leven ging... Wij hebben ons oordeel wel klaar. Maar Jezus niet - nergens in dit hele verhaal vinden we één veroordeling... Trouwens, over "verhaal" gesproken: dat betekent beslist niet "verhaaltje", dat wordt soms wel eens gedacht; het is een gebeuren, een geschiedenis, die ons iets verhaalt, vertelt, dat tot leven mag komen in ons heden en dát betekent, dat er goed geluisterd moet worden bij ieder verhaal. Jezus verdiept het gesprek over het bronwater, het levend water, dat opborrelt op de bodem van de put! Het wordt symbool voor Gods Geest, die eeuwig leven geeft. De ontmoeting mét, het kennen ván, het erkennen van Jezus als de Messias leidt tot het eeuwige leven. Zoals we weten uit het vervolg van dit Evangelie (Joh. 17), wanneer Jezus zegt: "Het eeuwige leven is, dat zij U kennen, de Enige ware Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.kerkeninzuidland.nl 2 / 5
God en Hem, die U gezonden hebt, Jezus Christus." En dwars door dit diepgaande gesprek over de bron van ons geloof, boort Jezus nog die ándere laag aan: haar eenzaamheid, haar verlangen naar Leven, haar verlangen naar Liefde Niet voor niets was ze aan haar zesde man bezig en de uitspraak: "Ik heb geen man", kon volgens Okke Jager wel eens betekenen: was ik hem maar kwijt. Is het wéér één die haar gebruikt i.p.v. iemand die om haar geeft? Dorst, dat kun je blijkbaar krijgen als je overvloedig drinkt. Want het ene probleem brengt het andere mee, roept het volgende op. (excurs: Beeld van de Tora: vijf plus één afgod) Vijf mannen gehad - weduwe geworden? - weggestuurd? - weggelopen, wie zal het zeggen? Maar ze had eigenlijk niemand meer - op die ene na dan... Ook geen vriendinnen meer om sámen water te gaan halen, om bíj te praten, om begrip te vinden... Kennen wij dat ook niet? Je hebt al veel meegemaakt in je leven en dan word je door anderen, door de woorden van anderen, nog verder de grond in geboord. Geen begrip voor je ziek-zijn, voor je alleen-zijn, voor je zoektocht naar werk, voor je verbroken relatie. En slachtoffers krijgen te horen dat het hun eigen schuld wel zal zijn. Mensen, vrouwen, mannen, raken beschadigd door wat ze meemaken, door wat ze aan gedaan wordt... En vaak wordt ze dan nog toegevoegd: Niet klagen, maar dragen o zo christelijk... Jezus zegt dat niet. Hij zegt wél de waarheid Hij zegt wél waar het op aan komt - maar in liefde (Doen wij dat ook?) En als de vrouw - via de opmerking: U moet wel een profeet zijn - overspringt op een geestelijk onderwerp, wuift Hij dat niet weg als een ontsnappingspoging, maar dan neemt Hij dat serieus... waar komt een mens dichter bij God??? Nee, het is geen kwestie van plaats of berg. Jezus antwoordt: Het is nu de tijd om de Vader te aanbidden in Geest en waarheid - dóór de Geest van God en op een echte manier. Die aanbidding kan alleen plaatsvinden, als je een bron bent, waaruit levend water opwelt. De vrouw begrijpt dat het hier gaat om zaken, die met de komst van de Messias te maken hebben - want ook de Samaritanen verwachten een Messias. Wanneer Hij komt, zal Hij ons alles vertellen, in alles de juiste weg wijzen". En dan volgen ook hier die messiaanse woorden van Jezus: Ik ben... Ik, die met je spreekt, ben het - Messias, Christus. Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.kerkeninzuidland.nl 3 / 5
Even dreigen de discipelen met hun komst alles te verstoren: Jezus met een vrouw??? Hoe, wat, waarom..? Maar zij weet genoeg, vergeet haar kruik en gaat weer de weg omhoog... naar de stad. Met een open, uitnodigende belijdenis op de lippen: - zou dat niet de Messias zijn?! Niet meer bang voor stadgenoten, voor vragende blikken. Maar juist haar verleden, waar ze door Jezus van bevrijd is, wordt tot een getuigenis - Hij weet alles van mij! (29, 39) Zo trekt een optocht door de velden, naar de bron. - die velden die wit zijn om te oogsten - zoals Jezus in het tussenliggende gedeelte zegt (Joh. 4 : 35). En veel mensen gaan geloven - en na een paar dagen niet meer om wat deze vrouw verteld had, maar uit eigen overtuiging, door eigen ervaring: "Wij weten dat Hij werkelijk de Redder van de wereld is...!" Een gemeente in Sichar - ontstaan op de grens van oud en nieuw - waar grenzen doorbroken worden - waar nieuwe tijden aanbreken. Jezus, de Heiland bij hen te gast. ---------- Ook wij, ook jij, ook u en ik hebben dat nodig - - het besef dat Jezus Christus je aanvaardt, je niet vast pint op je verleden, op wat je gedaan hebt... Ja, Hij spreekt je er wel op aan... : "Er is iemand, die alles van mij weet..." Maar Jezus' woorden klinken altijd mild - tenminste tot diegenen, die graag opnieuw willen beginnen... Zoals een poosje later tot die andere vrouw: Ik veroordeel je ook niet Ga naar huis en zondig vanaf nu niet meer... (Joh. 8: 11) Ook wíj hebben het zo nodig, dat weten: Je bent door de Heer aanvaard. Of is er vanmorgen iemand hier, die denkt: voor mij is er bij de Heer geen plaats?! Laten we er dán over praten. Jezus Christus geeft de ruimte die mensen nodig hebben De God, die de adem schiep, schenkt die ook aan mensen, die buiten adem zijn..., alleen: durf je je handen naar Hem uit te strekken, te zeggen: ook ik heb dorst ook ik verlang naar die bron van Levend Water. Zoals in een land in Afrika er weer toekomst is voor mensen als er een bron wordt aangeboord, die levend water geeft. Zo is het in het geloof ook. Zelfs toekomst in de diepste zin van het woord, omdat de laatste regels van de Bijbel, die spreken over Gods gróte toekomst, nog zeggen (Openb. 22: 17): Laat wie dorst heeft, komen; laat wie dat wil vrij, gratis drinken van het Water dat Levens geeft De vrouw deelt wat ze gekregen heeft direct. Zo zijn wij er ook voor elkaar, zijn wij aan elkaar gegeven. Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.kerkeninzuidland.nl 4 / 5
Niets is erger dan wanneer mensen aan elkaar voorbij gaan, als schepen in de mist... zeker als je elkaar wél kent. Niets is erger, dan wanneer mensen zwijgen, geen boodschap meer aan elkaar hebben, terwijl je zegt te leven van de Blijde Boodschap. Als het waar is, dat je bij Jezus welkom bent - en het is waar, dán moet je dat ook bij Zijn mensen zo zijn. Daarin zou wel eens één van de zonden van ons kerk-zijn kunnen liggen, haar naar-binnen-gekeerd-zijn... Maar als de Jezus HEER is - en de Samaritaanse vrouw is de éérste die dat belijdt in het Evangelie - * dan ontstaat er ruimte voor ieder, die nog buiten staat... * dan zal ons geloof naar verdieping verlangen... * dan zal de aanbidding nieuwe wegen zoeken, vol van Geest, trouw aan de waarheid * dan is er geen strijd over verschil in gezichtspunten, maar dan vertrouwen we ons allen toe aan die Ene Messias, die Levend Water geeft. Bij Hem is het gratis, het vraagt alleen óns zelf, jou zelf. Laat wie dorst heeft komen! Kom je ook?! Amen. Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.kerkeninzuidland.nl 5 / 5