Businesscase Participatiewet
Inhoudsopgave. 1. Opdracht en scope businessplan 2. Voorwaarden en aannames 3. Relatie met andere projecten en initiatieven 4. Berekening businesscase 5. Scenario s 6. Informatie ingewonnen uit/bij Businesscase Participatiewet 1. Opdracht en scope businessplan. Met ingang van 1 januari is de Participatiewet van kracht. Deze wet voorziet erin dat meer mensen met afstand tot de arbeidsmarkt kunnen participeren op de arbeidsmarkt. Voor onze ROC s zijn de volgende doelstelling t/m 2018 geformuleerd, afgeleid naar rato van ons aandeel in de lump sum van de MBO sector. 2015 2016 2017 2018 ROC van 8,6 18,5 28,3 35,4 Amsterdam ROC van Flevoland 1,8 3,8 5,9 7,3 In extra banen van 25,5 uur. De aantallen zijn cumulatief. Met deze businesscase wordt een onderbouwing gegeven voor extra kosten die samenhangen met de realisatie van bovenstaande aantallen extra banen. Vragen die beantwoord worden zijn: 1. Welke kosten en baten spelen er per baan en voor het totaal? 2. Welke jaarlijkse budget (per ROC) is nodig om de doelstelling te realiseren? 3. Uit welke bronnen is een eventueel budget te vullen? Opdrachtgevers voor deze case zijn Grietje Postma ( dir. HRM) en Marc Zonneveld (dir. FIN). De case is opgesteld door Ronald Bijvoets (FIN) en Gerard van Rijnsoever (HRM) Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 1
2. Voorwaarden en aannames. Bij het opstellen van deze businesscase zijn we uitgegaan van het volgende: -in januari 2013 is een nulmeting uitgevoerd door de minister; -voor het eerst wordt in 2016 gemonitord, vanaf 2017 wordt gehandhaafd; -als het quotum van de MBO sector niet gehaald wordt volgt er per ROC een heffing (via de belastingdienst) van 5000,- per niet gerealiseerde extra baan; -het quotum per ROC is door vertaald naar een quotum per College; -25,5 verloonde uren worden geteld als 1 gerealiseerde baan; bij een kleiner aantal uren naar rato berekenen; -er is een loonkostensubsidie beschikbaar van het verschil tussen het wettelijk minimum loon (wml) en de vastgestelde loonwaarde, met als maximum 70% van het wml; -voor wajongers is er loondispensatie mogelijk, we gaan uit dat 25% van de arbeidsplaatsen ingenomen wordt door wajongers; -gezien de kenmerken van de doelgroep van de Participatiewet en de kenmerken van onze arbeidsplaatsen is stevige begeleiding van betrokkene nodig; -elke extra werkplek kent inrichtingskosten c.q. aanpassingskosten; -deze extra arbeidsplaatsen gaan mogelijk ten koste van arbeidsplaatsen die geschikt zijn voor eigen werknemers die moeten re-integreren. De kosten hiervan zijn niet meegenomen in de businesscase; -voor de extra baan rekenen we met een salaris voor een medewerker in schaal 1 van de CAO-MBO; -de loonkosten per jaar bij 25,5 uur p/w zijn 19.238,- (100% wml) tot 22.373,- (120% wml). In de businesscase is uitgegaan van dit hoogste bedrag omdat dit het schaal 1 salarisniveau vertegenwoordigd; -vooralsnog zijn er geen nieuwe functies ontwikkeld voor deze doelgroep; -het gaat om extra arbeidsplaatsen; verdringing van reguliere arbeidsplaatsen moet worden voorkomen; -mochten er reguliere uren vrijvallen door de inzet van deze doelgroep dan kunnen die worden ingezet voor andere zinvolle/producieve taken; -we hebben geen waarde toegekend aan de waarde van de prestaties van de gecreëerde banen; -verondersteld is dat wanneer wij minder banen leveren dan afgesproken we een boete van 5.000 per baan krijgen vanaf 2016. Voor 2015 is geen boetebedrag in rekening gebracht. 3. Relatie met andere projecten en initiatieven In het kader van aanbestedingen (denk aan schoonmaakcontracten) heeft het project een relatie met de Facilitaire Dienst (afd. inkoop). Te denken valt aan het in eigen beheer nemen van de schoonmaak of aan afspraken met een schoonmaakdienst over de inzet van werknemers van ons. Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 2
Ook kan onderzocht worden of wij eigen (BBL??) leerlingen, die behoren tot de doelgroep, bij het ROC werkervaringsplaatsen kunnen aanbieden met het oog op het behalen van het quotum. 4. Berekening businesscase. Vanuit de MBO-raad hebben wij een format gekregen waarbij de kosten en opbrengsten per baan, met een schaal 1 salaris, zijn uitgewerkt. ITEM TOELICHTING 1. Structurele meerkosten Bedrag (xeur 1.000) 1a Werknemerskosten Regulier 22,3 Neem hier ook de werknemerskosten van de personen mee waar het werk wordt bespaard in geval er een nieuwe functie wordt samengesteld. Komt regelmatig voor dat er tijd wordt bespaard bij collega's met hoger kostenniveau die zich in nieuwe situatie meer op hun eigen kerntaken kunnen richten 1b Werknemerskosten Inclusief, o.a. 1b.1 + Werknemerskosten 22,3 1b.2a + Externe jobcoaching 3,0 Gemiddelde bedrag uit benchmark + Interne jobcoaching 2,0 Gemiddelde bedrag uit benchmark + Extra aansturing/begeleiding 2,0 Gemiddelde bedrag uit benchmark (range 0-4000) + Extra administratieve lasten 0,6 Gemiddelde bedrag uit benchmark 1b.2b - Compensatie begeleidingskosten 5,0 Directe subsidie voor in- en externe jobcoaching 1b.3a Loonwaarde 70% Loonwaarde wordt samen met werkgever vastgesteld 1b.3c - Compensatie verminderde productiviteit 6,3 Via Loonkostensubsidie of Loondispensatie 1b.4 Totaal structurele kosten werkgever 18,6 1c TOTAAL verschil structurele kosten vs. Regulier 2,6 2. Eenmalige meerkosten, kosten boven regulier o.a. Bedrag (xeur 1.000) 2a + Tot stand brengen functie / aanpassen organisatie 2,0 2b + Werving, selectie, contractering, administratieve inpassing 0,0 Het betreft hier kosten die eenmalig worden gemaakt om de plaatsing mogelijk te maken. Vaak zijn dit kosten die bij een eerste plaatsing volledig gemaakt worden en bij vervolgplaatsingen zich in verminderde vorm voordoen. Alleen kosten in aanvulling op reguliere werving & selectie (ervaring leert zelfs lagere kosten) 2c + Voorbereiden organisatie 1,0 Tijd ingepland om leidinggevenden/medewerkers voor te bereiden 2d.1 + Werkplekaanpassingen 4,0 2d.2 - Compensatie voor werkplek, de productie- of werkmethode 2,0 2d.3 - Compensatie voor hulpmiddelen 2,0 2e + Opleiding 0,0 2f + Overige 0,0 TOTAAL eenmalige meerkosten vs. Regulier 3,0 3. Risico 3a Additionele risico's inzichtelijk maken hoe dat in te schatten 3a.1 Kosten van uitval beschrijf situatie Een kwalitatieve inschatting van de risico's 3a.2 Discontinuiteit in organisatie beschrijf situatie 3b Risico afdekking: no risk polis / nee / gedeeltelijk Zijn de risico's (financieel) afgedekt? 4. Tegemoetkomingen 4a Mobiliteitsbonus (geef ook aan voor welke duur) 0,875 In geval van Wajongers geldt een mobiliteitsbonus van max. 3.500 4b Stimuleringspremie gemeente (geef ook aan voor welke duur) 0,0 Aanname is 25%, blijkt uit informatie van min van soc. Zaken. 4c Overige tegemoetkomingen (geef ook aan voor welke duur) 0,0 De duur is 1 jaar Totaal extra tegemoetkomingen 0,875 Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 3
Deze schaal 1 berekening is als basis genomen voor de meerjarige businesscase. Een baan met een schaal 2 of schaal 3 salaris heeft de volgende impact op de werknemerskosten: bij schaal 1 zijn die 22,3 x 1000, bij schaal 2 24,5 x 1000 en bij schaal 3 26,7 x 1000. Impact financieel bij hogere schaal schaal 2 110% 24,5 2,2 meerkosten per baan schaal 3 120% 26,7 4,5 meerkosten per baan In de businesscase hebben we drie varianten uitgewerkt voor de jaren 2016 t/m 2018, steeds uitgaande van het aantal door ROCvA en ROCvF samen te creëren banen in het desbetreffende jaar: 1. We creëren banen voor mensen waarvoor we 70% subsidie krijgen van het wettelijk minimum loon; 2. We creëren banen voor mensen waarvoor we 30% subsidie krijgen van het wettelijk minimum loon; 3. We creëren geen banen. Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 4
Variant 1: Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 5
Variant 2. Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 6
Variant 3. De kosten van de 2 e variant, met 30% subsidie (en 70% verdienvermogen ) zijn, enkel naar de s gekeken, het hoogst. Variant 3, geen banen creëren, levert de laagste kosten op. We hebben geen waarde toegekend in de berekening aan de eventuele opbrengst/resultaat van de werkzaamheden bijvoorbeeld een schoner college of vergrote tevredenheid van werknemers en studenten, door meer service. Ook een waarde voor het verbeteren van het imago van het ROC, denk aan positieve berichten in de media, is niet meegenomen evenmin als het risico dat we bekend worden als het slechtste jongentje van de klas als we geen participatie-banen creëren. Gezien het imago dat wij als ROC s koesteren en de raakvlakken met onze cursistendoelgroepen adviseren wij om in ieder geval (ruimte voor) participatie-banen te creëren. Om dat beleid te kunnen bekostigen zullen we reguliere Min. OCW subsidie moeten gaan reserveren voor een Min. SOZA Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 7
(gesubsidieerd) werkproject. We vertrouwen er maar op dat Min. OCW en de huisaccountants hier geen bezwaar tegen hebben. Verdeling banen per college obv niveau van de omzet. College/jaar 2015 2016 2017 2018 MBO College Zuidoost 1,5 2,3 2,8 MBO College Zuid 2,0 3,1 3,9 MBO College Westpoort / Noord 2,1 3,2 4,0 MBO College Hilversum 2,6 3,9 4,9 MBO College Centrum 1,6 2,4 3,0 MBO College West 1,9 2,9 3,6 VOvA 2,3 3,6 4,5 MBO College Airport / Amstelland 2,5 3,8 4,8 Inburgering - - - VAVO 0,5 0,7 0,9 Educatie Amsterdam 0,2 0,3 0,4 Ondersteuning 1,3 2,0 2,6 Totaal Amsterdam 18,5 28,3 35,4 Almere 2,6 4,0 4,9 Lelystad 0,9 1,3 1,7 ondersteuning 0,4 0,6 0,7 Totaal Flevoland 3,8 5,9 7,3 6. Informatie is ingewonnen uit/bij: Werkgeversservicepunt Groot-Amsterdam MBO Raad Woerden Nova College Haarlem Bureau Mobiliteit en Loopbaan ROC Afdeling Salarisadministratie ROC Fout! Gebruik het tabblad Start om Kop 1 toe te passen op de tekst die u hier wilt weergeven. 8