Op Voeten en Fietsen 1

Vergelijkbare documenten
Jeugd Verkeerskrant 1 Hoe ga jij naar school?

Op Voeten en Fietsen 1

Op Voeten en Fietsen 3

Jeugd Verkeerskrant 5 Kun je veilig eerst?

Jeugd Verkeerskrant 7 Zie je mij?

Spelletjesboekje. voor groot en klein SUPERHELD- Het hele jaar superveilig naar school

Stap Vooruit 1. Hoe ga jij naar school? Start Veilig lopen. Les 1 Dit ontdek je: groep 4

Jeugd Verkeerskrant 5 Zoveel borden en tekens?!

Jeugd Verkeerskrant 1

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje

Film Leer meer en Bekijk onze film over beperkingen van kinderen in het verkeer.

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Veilig naar school N N N N N N N N J J J J J J J J. Jij gaat dus lopend of met de fiets! Ga jij lopend of met de fiets naar school?

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

Jeugd Verkeerskrant 4

verkeersregels voor kinderen

Tijdens de verkeerslessen hebben we met de kinderen gepraat over veilig fietsen.

Melkweg. Goede reis. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Reizen

Een retour Rotterdam

Spreken. Les 2: Wat zeg je? Bus, tram en trein. SPREKEN NIVEAU A1

Spreken. Les 2: Wat zeg je? Bus, tram en trein OPDRACHTKAART.

Verkeersbordenspeurtocht

MIJN BEZOEK AAN DE STOOMGROEP IN TURNHOUT

Kijk op: nt2taalmenu wordt gemaakt door: Frans Snik, Ed Kniesmeijer en René den Nijs.

De Grote Amsterdamse Verkeersquiz

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Stap 6. Met de z van zien en van zeggen Met de s van schrijven. Wat is er toch aan de hand? Alsmaar drukker en drukker

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

Brief LES. tegelijk GR EN. Groep 7 en 8

s Speelbrief ZO LEES IK PIPPO PIPPO-thema prentenboeken JULI 2017 Speelbrief - Juli p1

Lesbrief 8. Een taxi bellen

Werkblad: Vind me dan

Leren als een expert!

Zeggen ze Persoon A Persoon B Persoon C Persoon D Persoon E Iets over de maat? Iets over de kleur? Iets over de stof? Iets over de prijs?

MIJN RONDLEIDING IN DE LUCHTHAVEN VAN ANTWERPEN

CURIEUZE NEUZEN WERKBOEK

Op kennismakingstocht met trein, tram en bus

IN DE TREIN LES 1. Meer of minder

Hoofdstuk 1. Buiten de bebouwde kom

De bus-oefening. Ontwikkeld als eindopdracht van de opleiding tot autismevriendelijk coach. Autisme Academie, Zwolle. Selma Dotinga-Kransen 2018

Argus Clou Aardrijkskunde Groep 3 Proeflessen Mensen op wielen Malmberg, s-hertogenbosch 2

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

4e leerjaar. Stap 11. Fiets(st)er, ken jouw plaats. Met de z van zien en van zeggen Met de s van schrijven

Melkweg. Kijk goed uit! Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: Veilig verkeer

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

Treinramp. Je koopt wel een ticket. Mensen Wat een drama! De NMBS voor de treinen is wel een Deze keer liep het anders...

Ouderbrief. Ouderbrief bij het thema: Spelen. Kopieerblad. Wijzer door het verkeer groep 1-2. Beste ouder/verzorger,

Kennismaken. Ritformulier

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

Woordenschat blok 10 gr 4 Les:1

Stap maar in! Breng wordt steeds toegankelijker. Ook als je een beperking hebt. Contact, informatie, vragen of klachten?

Er is post! LES 1. gemeente Hengelo

Algemene informatie. Na het kijken Na het bekijken van de aflevering kunt u gebruik maken van de volgende lessuggesties.

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Ouderbrief 1. Kopieerblad 1. Beste ouder/verzorger, Wijzer door het verkeer groep 4

Signaleringslijst voor leerlingen met autisme!

Hotel Hallo - Thema 1 Hallo

actie boekentas Veilig naar school! 5 verhaaltjes en nog wat leuke spelletjes erbovenop!

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 3 VERVOER

1. Je krijgt van je juf of meester een plaatje. Bekijk het plaatje goed.

Burg. Both. Lohmanweg WCT Nobellaan 4 14 Centrum Weiersstraat 5 13 Station 6 12 Ziekenhuis Balkenweg v/d Valk

Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

5 Verkeer en vervoer

Burg. Both. Lohmanweg WCT Nobellaan 4 14 Centrum Weiersstraat 5 13 Station 6 12 Ziekenhuis Balkenweg v/d Valk

Tip: oefen het examen op beschikbaar vanaf 7 maart

Wijzer. door het verkeer

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Cubetto is verdwaald. Boek 1

Oversteken in een rechte straat

ikburgermeester.be Birger De Burger OP onderzoek in Brugge!

Reizigershandvest. Betrouwbaar, gemakkelijk, comfortabel en duurzaam op reis met de bus in Noord-Holland Noord.

HOE KOM JE NAAR DE LES?

ZO LEES IK PIPPO. Speelbrief. PIPPO-thema prentenboeken JULI Speelbrief - Juli p1

V o o r r a n g s a f s p r a k e n

TECHLAB IN DE KLAS WERKBLAD: GROEP 7/8 DE GESCHIEDENIS VAN DE TREIN NAAM: GROEP:

Lesfiche STOP-principe

afsprakenboekje Laat kinderen stralen! Inleiding

Hoofdstuk 1. In het dorp

Nationaal VVN Verkeersexamen 2019

Themaboekje ouders JONG LEREN IN HET VERKEER

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

02_kinderen.indb :45

25-29 juni op de maandag, woensdag, donderdag en vrijdagmorgen van 8.45 uur tot uur 9 juli om uur. Vervoer Broem, tingeling.

Vragenlijst tieners. Algemene vragen. Waar woon jij?

SPROET DE BRUID DE BRUILOFT

3 Pesten is geen lolletje

Algemene informatie. Na het kijken Na het bekijken van de aflevering kunt u gebruik maken van de volgende lessuggesties.

1. Maakt u gebruik van het (openbaar) busvervoer in Laarbeek?

MIJN BEZOEK AAN HET BARREVOETSPAD IN BOOM

MIJN BEZOEK AAN HET DAMIAANMUSEUM

Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Kies het goede verkeersbord

Techniekkit: Oost Nederland. Domein: Overbrengingen. Competentie: Ontwerpen Toepassen Reflectie. Leergebied: Aardrijkskunde

Voorwoord. Beste leerling,

Sorteer netjes! 1. Knip de kaartjes van bijlage 1 uit. Sorteer

Herken de haltes van de MIVB (bus, tram of metro) onder de verschillende tekeningen hieronder.

Transcriptie:

Op Voeten en Fietsen 1 Hoe ga jij naar school? Een uitgave van Veilig Verkeer Nederland, schooljaar 2017-2018 groep 5/6 Je ziet de hoofdingang van een school. Op de weg en de stoep voor de school zie je verschillende kinderen en ouders aankomen. Sommigen met de auto; anderen alleen op de fiets (oudere kinderen), maar ook jongere kinderen op een klein fietsje met een ouder ernaast. Je ziet ook een groepje oudere kinderen lopen (rugzakken op). Je ziet ook een vader lopen met een schoolgaand kind en een jonger kind op de arm. Je ziet ook een meisje op skates en een jongen op een skateboard. Start Naar school Welke manieren zijn er om op school te komen? Praat hierover met de klas. Les 1 Dit ontdek je: 1. Start Ik weet wat de gevaarlijke punten zijn op mijn route naar school Ik weet hoe ik me moet gedragen als ik meerijd in de auto. Ik weet wat ik moet doen als ik met de tram, trein, bus of metro reis.

Zo zit dat... met meerijden in de auto Zo zit dat... met openbaar vervoer Stap aan de stoepkant in en uit. Doe een gordel om voordat je gaat rijden. Leid de bestuurder niet af. Tram, trein, bus of metro noemen we openbaar vervoer. Iedereen mag van het openbaar vervoer gebruik maken. Voor reizen met het openbaar vervoer moet je betalen. Je gebruikt daarvoor een OV-chipkaart. Het openbaar vervoer rijdt op vaste tijden en volgens een vaste route. Dat heet een dienstregeling. Je stapt in bij een halte of bij een station. 1 Lopen naar school a. Denk na over de route die je neemt als je lopend naar school gaat. Wat kom je allemaal tegen? Kruis deze tekeningen aan. 3 In de auto 1 2 3 b. Welke kunnen gevaarlijk zijn? Kleur de rand van deze tekeningen rood. 4 Openbaar vervoer Bekijk de tekeningen. Welke voertuigen zijn openbaar vervoer? Kruis die aan. 2 Fietsen naar school a. Denk na over de route die je neemt als je op de fiets naar school gaat. Wat is het gevaarlijkste punt op die route? b. Waarom is dat een gevaarlijk punt? c. Wat doe jij als je op dit punt bent? 2 Hoe ga jij naar school? Hoe ga jij naar school? 3

Les 2 4 Strip Maak de strip af. Vul de tekstballonnen in en teken het laatste plaatje. 1 Achterbankspelletje Bedenk een spelletje dat je veilig kunt spelen op de achter bank van de auto. Speel dit spelletje met een klasgenoot. 2 Tekening Maak een tekening van iets wat je opvalt in het verkeer als je naar school gaat. Kijk terug Maak een quizvraag over wat je in deze les hebt geleerd. Bedenk er ook drie antwoorden bij. Eén antwoord moet goed zijn. Twee antwoorden moeten fout zijn. Stel de vraag aan een klasgenoot. Praat daarna samen over het antwoord. Had je klasgenoot jouw vraag goed? ja/nee 4 Hoe ga jij naar school? 3 Toneelstuk Bedenk in groepjes een toneel stuk dat gaat over naar school gaan. Het mag grappig of serieus zijn. Speel het daarna samen. Het toneelstuk mag ongeveer 15 minuten duren. Start Mindmap maken Maak met de klas een mindmap over openbaar vervoer. In het midden staan de woorden Openbaar Vervoer. Zeg om de beurt een woord dat hiermee te maken heeft. Welkom bij de verkeersquiz! Dit ontdek je: Ik weet wat ik moet doen als ik met de tram, trein, bus of metro reis. Ik weet dat je stil moet zijn in een stiltecoupé. Ik weet dat ik met mijn spullen geen zitplaats bezet moet houden als het druk is. Hoe ga jij naar school? 5

Zo zit dat... afspraken voor reizen met openbaar vervoer 2 Zoek bij elkaar Welke zin hoort bij welk voertuig? Trek een lijn tussen de zin en het voertuig dat erbij hoort. Laat passagiers die uitstappen voorgaan. Als iedereen is uitgestapt, mag jij instappen. Bij het in- en uitstappen van een bus of tram moet je soms oversteken. Let dan goed op het andere verkeer. Steek nooit vlak voor en achter een bus of tram over. Je gaat zitten als er plaats is. Moet je blijven staan? Houd je dan goed vast. Zo zit dat... reizen met de bus of tram Sta op voor mensen die oud of slecht ter been zijn. Zet je bagage zo neer dat anderen er geen last van hebben. Dus niet op een zitplaats of midden in het gangpad. Bel je met je mobiel? Praat niet te hard en houd het gesprek kort. Zo zit dat... reizen met de trein of metro Je mag dit voertuig niet instappen na het fluitsignaal. In dit voertuig zit een stopknop. 3 Met de bus Dit voertuig rijdt soms onder de grond. Voor dit voertuig heb je geen kaartje nodig. Iedere bus- of tramlijn heeft een lijnnummer. Dat nummer staat op de bus of tram. Je stapt in bij een halte. Als de chauffeur jou ziet staan, stopt hij bij de halte. Druk op een stopknop als je wilt uitstappen bij de volgende halte. De chauffeur weet dan dat hij moet stoppen. Op de informatieborden kun je zien bij welk spoor de trein of metro aankomt. Op de borden op het perron staat aangegeven welke trein of metro eraan komt. Bij de rand van het perron staat een stippellijn. Blijf achter die lijn tot de trein stilstaat. Stap niet meer in als je het fluitsignaal hebt gehoord. De stopplaatsen worden in de trein en metro omgeroepen. Je hoeft niet op een stopknop te drukken. De trein en metro stoppen bij alle stations. Wat moet je doen als je met de bus gaat? Zet de stappen in de goede volgorde. Zet nummertjes in de rondjes. Check in. Ga naar de bushalte. Stap uit. Druk op de stopknop. Kijk hoe laat de bus vertrekt. Stap in de goede bus. Ga zitten, als dat kan. 1 Jouw reis 4 Met de trein a. Heb jij weleens met het openbaar vervoer gereisd? Zet een kruisje voor de vervoermiddelen waarmee jij hebt gereisd. a. Wie houden zich niet aan de afspraken? Zet een cirkel om de namen van die kinderen. Roel b. Aan welke afspraken houden ze zich niet? bus metro trein tram b. Waar ben je naartoe gegaan met het openbaar vervoer? Nancy c. Met wie reisde je? Imke 6 Hoe ga jij naar school? Hoe ga jij naar school? 7

5 Met de tram a. Welke route moeten Emma en Juan nemen om bij de dierentuin te komen? Schrijf de kleuren van de tramlijnen op. b. Kunnen ze ook een andere route nemen? Zo ja, schrijf de kleuren van die tramlijnen op. c. Welke route moeten de Emma en Juan nemen om bij de speeltuin te komen? Teken deze route in de tekening. 1 Poster Maak een poster voor iemand die op vakantie is in Nederland. Laat aan die persoon zien welke soorten openbaar vervoer we hier hebben en hoe die eruitzien. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld foto s, tekeningen of knipsels. 2 Spelletje Speel met een groepje het spel De machinist zegt. Eén iemand is de machinist. De anderen luisteren naar hem. De machinist zegt welke beweging de anderen moeten uitvoeren. Maar let op: de anderen mogen de bewegingen alleen uitvoeren als de machinist ook de woorden De machinist zegt heeft gezegd. Anders ben je af. 3 Knutselpret Knutsel een trein of bus. Je mag zelf weten hoe je dat doet. Kijk terug Zijn de zinnen waar of niet waar? Omcirkel het goede woord. In de bus moet je op de stopknop drukken als je wilt uitstappen. waar/niet waar De metro en auto zijn allebei openbaar vervoer. waar/niet waar Een tram stopt op alle stations. waar/niet waar Praat met een klasgenoot over jullie antwoorden. Waren jullie het met elkaar eens? ja/nee