Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT

Vergelijkbare documenten
Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding

Bijlage 2: Overzicht in te trekken bezwaren en beroepen

BESLUIT. Inleiding. Gevolgde procedure. Dienst uitvoering en toezicht Energie

6. Bij brief van 22 oktober 2001 heeft Vebega de gronden van haar bezwaarschrift op het punt van de ontvankelijkheid aangevuld.

BESLUIT. Openbaar. Openbaar

Beslissing op bezwaar

1 Inleiding. 2 Wettelijk kader BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Besluit inzake geschil als bedoeld in artikel 51 van de Elektriciteitswet 1998; Metrax N.V.

ONTWERP-METHODEBESLUIT

1. Op 2 juli 1999 heeft Nellen Seeds bij de NMa een klacht ingediend tegen de Nederlandse Vereniging voor Zaaizaad en Plantgoed (hierna: NVZP).

BESLUIT. Dienst uitvoering en toezicht Energie. van Netbeheerder Centraal Overijssel B.V.

BESLUIT. Dienst uitvoering en toezicht Energie. van NuonNet i.o.

BESLUIT. Dienst uitvoering en toezicht Energie. Inleiding en verloop procedure

BESLUIT. 2. Onderhavig besluit betreft de vaststelling van de nettarieven voor het jaar 2005 voor Essent Netwerk B.V.

BESLUIT. 3. Bij besluit van 4 april 2003, kenmerk 3444/3, (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Verloop van de procedure

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van De Graaf Logistics B.V. tegen het besluit van 22 april 2011.

Dienst uitvoering en toezicht Energie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 51 van de Elektriciteitswet 1998.

BESLUIT. 2. Onderhavig besluit betreft de vaststelling van de nettarieven voor het jaar 2005 voor Intergas Netbeheer B.V.

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. I. Verloop van de procedure

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Inleiding. Status van het besluit. Dienst uitvoering en toezicht Energie

BESLUIT. 2. Tegen dit besluit is door de Vereniging voor Energie, Milieu en Water (hierna: VEMW) proforma bezwaar gemaakt d.d. 22 januari 2009.

Besluit. Geschilbesluit Crown Van Gelder

BESLUIT. 3. Tegen het bestreden besluit heeft Automark tijdig bezwaar aangetekend bij brief van 30 juli 2008.

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Verloop van de procedure

BESLUIT. Juridisch kader

Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Met deze beslissing op bezwaar heeft de Raad zijn primaire besluit van 21 december 2007, met kenmerk /1, herroepen.

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Verloop van de procedure

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 81c, eerste lid van de Gaswet.

1 Inleiding METHODEBESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Dienst uitvoering en toezicht Energie

BESLUIT. 2. Bij brief van 31 oktober 2003, kenmerk , is gemotiveerd uiteengezet om welke redenen het dossier in zaak 3257 wordt gesloten.

zijn bij de NMa, OPTA of CA aangemerkt als bezwaarschriften die zijn ingediend bij ACM. Het besluit zal dan ook door ACM genomen worden.

BESLUIT. 2. Bij brief van 20 augustus 2002 heeft de d-g NMa meegedeeld dat de klacht geen aanleiding geeft voor een nader onderzoek.

BESLUIT. 2. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan bovengenoemde ondernemingen een boete opgelegd.

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. Voorgeschiedenis

Beslissing op bezwaar

Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. I. Inleiding II. Feiten. Dienst uitvoering en toezicht Energie

6. Bij bericht van 9 juli 2014 heeft [X] nadere schriftelijke stukken ingediend.

BESLUIT. 3. Bij schrijven van 4 juni 2009 heeft Enexis een ingevuld reactieformulier ingediend.

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

BESLUIT. 5. Op 2 september 1998 heeft de NMa bij brief een aantal vragen aan partijen voorgelegd, welke bij brief van 15 oktober 1998 zijn beantwoord.

Beslissing op bezwaar

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

1. Verloop van de procedure

3. Op 6 maart 2015 heeft ACM de heer [VERTROUWELIJK] uitgenodigd voor de hoorzitting op 1 april 2015.

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203182_OV Zaaknummer: Datum: 9 juni 2016

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bbb\bbb htm

Pagina. 1 Verloop van de procedure. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/203181_OV Zaaknummer: / /

De bezwaren van RENDO worden in deze beslissing op bezwaar ongegrond verklaard. Dit betekent dat het bestreden besluit in stand blijft.

BESLUIT _6-5 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd.

Beslissing op bezwaar

BESLUIT. Openbaar. Openbaar

Dienst uitvoering en toezicht Energie t.a.v. de heer ir. G.J.L. Zijl Postbus BH DEN HAAG. Hoogeveen, 12 februari 2003

ADVIES VAN DE DIRECTEUR DTE AAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, OP BASIS VAN ARTIKEL 15, TWEEDE LID, VAN DE ELEKTRICITEITSWET 1998.

1 Inleiding. 2 Wettelijke context BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

Leidraad voor het nakijken van de toets

1. Verloop van de procedure

Inleiding. Wettelijke context BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen de beslissing van 23 oktober 2003.

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond

De bezwaren van RENDO worden in deze beslissing op bezwaar ongegrond verklaard. Dit betekent dat het bestreden besluit in stand blijft.

De Minister van Economische Zaken, Gelet op de artikelen 93, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998 en 85, derde lid, van de Gaswet;

ECLI:NL:CBB:2002:AF0508

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit.

Skal-Reglement bezwaar

Beslissing op bezwaar

BESLISSING OP BEZWAAR

BESLUIT. 3. Bij beslissing van 26 mei 2005 heeft de NMa het verzoek tot handhaving van de heer Hoekstra afgewezen ( de bestreden beslissing ).

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar

ECLI:NL:CBB:2016:168. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/655

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet.

Kennisneming door de rechter van vertrouwelijke stukken buiten partijen om

Pagina 1/10 ONTWERPBESLUIT. Ontwerpbesluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2015/ Zaaknummer:

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. 1. Verloop van de procedure

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet.

BESLUIT. Juridisch kader

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

BESLUIT. 2. Bij brief van 19 mei 2005 heeft Essent Netwerk B.V. (hierna: Essent) het reactieformulier ingestuurd.

BESLUIT. Directie Toezicht Energie INLEIDING EN PROCEDURE WETTELIJK KADER

ONTWERP-METHODEBESLUIT

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

4. Op 23 september 2014 heeft u schriftelijk en per laten weten af te willen zien van de hoorzitting.

Autoriteit Consument & Markt

Afwijzing verzoek om handhaving

BIJLAGE C BIJ ONTWERP-METHODEBESLUIT

Leeswijzer Tarievencode Elektriciteit

Transcriptie:

Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: 101608/ 44, 101627/ 13, 101628/ 12 Besluit van de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie op de bezwaren van de Vereniging Nederlandse Gemeenten tegen de voorlopige aansluit- en transporttarieven 2003 en de besluiten tot vaststelling van de aansluit- en transporttarieven voor het jaar 2003, zoals bedoeld in artikel 41 lid 1 Elektriciteitswet 1998. I. VERLOOP VAN DE PROCEDURE 1. De directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie (hierna: directeur DTe) stelt ingevolge artikel 41 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: E-wet) de maximum aansluit- en transporttarieven voor elektriciteit voor het jaar 2003 vast (hierna: nettarieven 2003). 2. Bij besluit van 20 december 2002, met kenmerk 101129/ 26, heeft de directeur DTe de nettarieven 2003 voor Eneco Netbeheer Weert N.V. vastgesteld. 1 3. Op 31 januari 2003 heeft de Vereniging Nederlandse Gemeenten (hierna: VNG) tegen voornoemd besluit van de directeur DTe pro forma bezwaar gemaakt. Bij brief van 19 maart 2003 heeft de VNG de gronden van haar bezwaar aangevuld. 4. Voor de overige netbeheerders heeft de directeur DTe op 1 februari 2003 de nettarieven 2003 voorlopig vastgesteld, in afwachting van de ingevolge artikel 41 lid 1 E-wet opnieuw aan de netbeheerders op te leggen doelmatigheidskorting ( x-factor ). 2 De voorlopige vaststelling hield in dat het de betreffende netbeheerders was toegestaan tot aan de vaststelling van de nieuwe x-factor, en de daarmee gelijktijdig vast te stellen nieuwe nettarieven, de gegeven voorlopige nettarieven voor het jaar 2003 te hanteren. 5. Op 12 maart 2003 heeft de VNG tegen de door de directeur DTe voorlopig vastgestelde nettarieven 2003 bezwaar gemaakt. 1 Bij besluit van 3 december 2002, met de kenmerken 101140/ 12 en 101143/ 9, heeft de directeur DTe de nettarieven 2003 voor B.V. Transportnet Zuid-Holland en Tennet B.V. vastgesteld. 2 Het betreft de volgende netbeheerders: Netbeheerder Centraal Overijssel B.V., DELTA Netwerk B.V., ENECO Edelnet Delfland B.V., ENECO Netbeheer B.V., ENECO Netbeheer Midden-Holland B.V., Eneco Netbeheer Zuid-Kennemerland B.V., InfraMosane N.V., ENET Eindhoven B.V., N.V. Continuon Netbeheer, EWR Netbeheer B.V., Noord West Net N.V., ONS Netbeheer B.V., ENBU B.V., Rendo Netbeheer B.V., Essent Netwerk Brabant B.V., Essent Netwerk Friesland B.V., Essent Netwerk Limburg B.V., Essent Netwerk Noord N.V., Westland Energie Infrastructuur B.V. 1 Openbaar

6. Naar aanleiding van de opnieuw vastgestelde x-factor heeft de directeur DTe bij besluit d.d. 27 juni 2003 en 3 juli 2003 de nettarieven voor de periode van juli tot en met december 2003 vastgesteld. 3 7. Bij brief van 11 augustus 2003 heeft de VNG bezwaar gemaakt tegen de in randnummer 6 genoemde tariefbesluiten van de directeur DTe. 8. Als gevolg van wijzigingen in de toe te passen systematiek en als gevolg van wijzigingen in data met betrekking tot enkele netbeheerders heeft de directeur DTe op 1 oktober 2003 de nettarieven 2003 voor alle netbeheerders gewijzigd (hierna: wijzigingsbesluiten). 4 9. Ingevolge artikel 6:19 Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) worden de bezwaren van de VNG mits ontvankelijk geacht mede te zijn gericht tegen het wijzigingsbesluit. 10. Op 16 oktober 2003 heeft ten kantore van de NMa een hoorzitting plaatsgevonden om de partijen die bezwaar hebben gemaakt, waaronder de VNG, en de desbetreffende netbeheerders in de gelegenheid te stellen te worden gehoord. Van de aldus geboden gelegenheid is door de VNG gebruik gemaakt. Van de hoorzitting is verslag opgemaakt, dat op 9 december 2003 aan de VNG is toegezonden. 3 Het betreft de besluiten met de volgende kenmerken: 101137/ 42 Netbeheerder Centraal Overijssel B.V., 101124/ 36 DELTA Netwerkbedrijf B.V., 101126/ 38 ENECO Edelnet Delfland B.V., 101127/ 43 ENECO Netbeheer B.V., 101128/ 38 ENECO Netbeheer Midden-Holland B.V., 101125/ 38 ENBU B.V., 101131/ 45 NRE Netwerk B.V., 101130/ 36 ENECO Netbeheer Zuid-Kennemerland B.V, 101136/ 36 InfraMosane N.V., 101138/ 52 N.V. Continuon Netbeheer, 101138/ 50 EWR Netbeheer B.V., 101138/ 51 Noord West Net N.V., 101141/ 22 ONS Netbeheer B.V., 101142/ 28 RENDO Netbeheer B.V., 101132/ 49 Essent Netwerk Brabant B.V., 101133/ 37 Essent Netwerk Friesland B.V., 101134/ 45 Essent Netwerk Limburg B.V., 101135/ 55 Essent Netwerk Noord N.V., 101139/ 37 Westland Energie Infrastructuur B.V. 4 Het betreft de besluiten met de volgende kenmerken: 101137/ 46.O235 Netbeheerder Centraal Overijssel B.V., 101124/ 46.0235 DELTA Netwerkbedrijf B.V., 101126/ 46.0235 ENECO Edelnet Delfland B.V., 101127-1/ 2.O235 ENECO Netbeheer B.V., 101128/ 46.O235 ENECO Netbeheer Midden-Holland B.V., 101125/ 42.O235 ENBU B.V., 101131/ 49.O235 NRE Netwerk B.V., 101130/ 41 ENECO Netbeheer Zuid- Kennemerland B.V, 101136/ 41.O235 InfraMosane N.V., 101138/ 68.O235 N.V. Continuon Netbeheer, 101138/ 66.O235 EWR Netbeheer B.V., 101138/ 67.O235 Noord West Net N.V., 101141/ 32.O235 ONS Netbeheer B.V., 101142/ 34.O235 RENDO Netbeheer B.V., 101132/ 54.O235 Essent Netwerk Brabant B.V., 101133/ 44.O235 Essent Netwerk Friesland B.V., 101134/ 51.O235 Essent Netwerk Limburg B.V., 101135/ 65.O235 Essent Netwerk Noord N.V., 101139/ 44.O235 Westland Energie Infrastructuur B.V. De wijziging geldt niet voor B.V. Transportnet Zuid-Holland en Tennet B.V. Voor ENECO Netbeheer Weert N.V. is op 1 oktober 2003 ambtshalve een afzonderlijk wijzigingsbesluit genomen, met kenmerk 101129/ 48. 2 Openbaar

II. ONTVANKELIJKHEID 11. Op de bezwaren wordt slechts ingegaan indien en voorzover de bezwaren ontvankelijk zijn. Belanghebbende-vereiste 12. Op grond van artikel 82 E-wet jo. artikel 7:1 lid 1 Awb komt alleen aan een belanghebbende het recht toe om bezwaar te maken tegen een op grond van de E-wet genomen besluit. In artikel 1:2 lid 1 Awb is bepaald dat onder een belanghebbende dient te worden verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Uit de wetsgeschiedenis en de rechtspraak blijkt dat er uitsluitend sprake kan zijn van een rechtstreeks belang indien het gaat om een eigen belang, dat objectief bepaalbaar, actueel en persoonlijk is. 13. In aansluiting op artikel 1:2 lid 1 Awb bepaalt artikel 1:2 lid 3 Awb: ten aanzien van rechtspersonen worden als hun belangen mede beschouwd de algemene en collectieve belangen die zij krachtens hun doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen. 14. In de uitnodiging voor de hoorzitting d.d. 22 september 2003 is de VNG verzocht aan te geven wat haar belang is in onderhavige procedure. Tijdens de hoorzitting heeft de VNG zich op het standpunt gesteld dat zij op grond van artikel 1:2 lid 3 Awb belanghebbende is bij de bestreden besluiten. Ter onderbouwing van dit standpunt heeft de VNG de volgende argumenten aangevoerd: - Artikel 2, eerste lid, van de statuten van de VNG luidt: De Vereniging heeft tot doel haar leden collectief en individueel bij te staan bij de vervulling van hun bestuurstaken. De VNG treedt in kwestie overeenkomstig haar statutaire doelstellingen op als collectieve belangenbehartiger van de collectieve en individuele gemeenten bij de vervulling van hun bestuurstaken. - Het belang dat aan de orde is betreft de elektriciteitsvoorziening en daarmee de beschikbaarheid van de openbare verlichting. De openbare verlichting behoort als onderdeel van het wegbeheer tot de bestuurstaken van gemeenten. Ook dient de openbare verlichting de veiligheid en openbare orde binnen de gemeenten. - Aangezien de openbare verlichting (en de beschikbaarheid daarvan) van wezenlijk belang is voor de bestuurstaken van alle gemeenten, treffen de bestreden besluiten het belang van de VNG. De VNG wijst in dit verband op de uitspraak van het CBb van 9 oktober 2002. 5 - De DTe stelt op grond van een uniforme landelijke systematiek tariefbesluiten vast die rechtstreeks ingrijpen in de bestuurstaken van alle gemeenten. Aangezien sprake is van een onjuiste toepassing van de regelgeving en het beleid op nationaal niveau worden alle leden van de VNG getroffen. De besluiten van algemene strekking die hier aan de orde 5 CBb 9 oktober 2002, AB 2003/94. 3 Openbaar

zijn treffen daardoor een collectief, dat wil zeggen boven-individueel belang van alle Nederlandse gemeenten. Dit collectieve boven-individuele belang wordt behartigd door de VNG als landelijke belangenbehartiger van de Nederlandse gemeenten. In dit verband wordt verwezen naar de uitspraak van het CBb van 2 augustus 2002, waarin het Productschap Tuinbouw (hierna: PT) en de Vereniging voor Energie, Milieu en Water (hierna: VEMW) als belangenbehartigers van de tuinbouwers en de zakelijke gebruikers van energie en water zijn aangemerkt. 6 Beoordeling belanghebbende-vereiste 15. De directeur DTe is van oordeel dat de VNG ten aanzien van de bestreden besluiten niet als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 lid 3 Awb kan worden aangemerkt. De directeur DTe overweegt hierbij het volgende. II.1 Geen specifieke statutaire doelstelling 16. De omschrijving van artikel 1:2 lid 3 Awb maakt het mogelijk dat de VNG als belanghebbende kan worden beschouwd, mits haar statutaire doelstelling in het bijzonder voorziet in het behartigen van een algemeen of collectief belang waarop de bestreden besluiten betrekking hebben. Met andere woorden: zodra er sprake is van een bezwaar van een rechtspersoon ter verdediging van een collectief of algemeen belang, dient te worden bezien of uit de statuten blijkt dat deze rechtspersoon tot doelstelling heeft voor dit specifieke belang op te komen. Een zodanige statutaire doelstelling, zo blijkt uit bestendige jurisprudentie, moet voldoende specifiek zijn. 7 17. Voor de doelstelling van de VNG is artikel 2 van de statuten bepalend, waarvan enkel lid 1 in dit verband van belang is. Artikel 3 geeft weer via welke middelen het doel van artikel 2 kan worden bereikt. De directeur DTe is anders dan de VNG van mening dat de VNG blijkens haar statuten, in het bijzonder de hierin gehanteerde zinsnede bij de vervulling van hun bestuurstaken, een te ruime en algemene doelstelling heeft. 18. Indien uit de statutaire doelstelling van de VNG afgeleid zou kunnen worden dat de elektriciteitsvoorziening en daarmee de beschikbaarheid van verlichting een (onderdeel van een) bestuurstaak is van de gemeenten - zoals door de VNG is aangevoerd - kan naar de mening van de directeur DTe (nog) niet gesteld worden dat in onderhavige procedure de VNG de gemeenten daadwerkelijk bijstaat bij de vervulling van hun bestuurstaken. De directeur DTe overweegt hierbij dat de bestreden besluiten zien op de tarifering van de aansluit- en transportdiensten inzake elektriciteit, en niet op de beschikbaarheid als zodanig 6 LJN-nrs. AE 7299 en AE 7302 op www.rechtspraak.nl. 7 Recente voorbeelden: CBb 26 juli 2002, AB 2002/ 327; CBb 16 februari 2001 Bestuursrecht actueel 2001/ 4; ABRvS 15 september 2000, AB 2000/ 481; ABRvS 4 juli 2000, AB 2001/ 256. 4 Openbaar

van openbare verlichting. De VNG behartigt - in het kader van haar bezwaren tegen de tariefbesluiten - derhalve enkel de belangen van gemeenten in de hoedanigheid van (elektriciteit)afnemers. Het afnemen van elektriciteit door gemeenten kan niet als een bestuurstaak worden aangemerkt. II.2 Geen rechtstreeks betrokken belang 19. Ook als aangenomen zou mogen worden dat de tariefstelling bij het afnemen van elektriciteit door gemeenten valt binnen de statutaire doelstelling van de VNG, hetgeen door de directeur DTe hiervoor is betwist, doet dit niet af aan het oordeel dat de VNG niet als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 lid 3 Awb kan worden beschouwd. Immers, naast het vereiste dat de VNG een krachtens de statutaire doelstelling voldoende specifiek belang behartigt zal dit belang rechtstreeks bij het bestreden besluit moeten zijn betrokken. 8 20. Wanneer derden in hun belang worden geraakt uit hoofde van hun contractuele relatie met de geadresseerde van het besluit, worden hun belangen doorgaans niet geacht rechtstreeks te zijn betrokken bij dat besluit. Zij worden niet als belanghebbende aangemerkt, aangezien hun belang wordt geacht niet rechtstreeks door het besluit te worden geraakt. 9 Zij hebben in zoverre slechts een afgeleid belang. 21. De directeur DTe is van oordeel dat de gemeenten waarvoor de VNG thans opkomt, niet rechtstreeks in hun belangen worden geraakt door de bestreden besluiten. Bij de onderhavige tariefbesluiten van DTe zijn slechts maximum-tarieven aan de orde; of die tarieven ook aan afnemers in rekening zullen worden gebracht is tenminste mede afhankelijk van de overeenkomst tussen de afnemer en de netbeheerder. 22. Ten aanzien van de door VNG aangehaalde uitspraak van het CBb van 9 oktober 2002 merkt de directeur DTe in dit verband ten slotte op, dat aan deze uitspraak een feitelijke situatie ten grondslag ligt die wezenlijk anders is dan onderhavige situatie. In deze uitspraak gaat het om een bestreden besluit, namelijk de vaststelling van de dienstregeling voor openbaar vervoer, dat het - uit de statuten van de Stichting Deventer Ziekenhuis Sint Geertruiden-Sint Jozef af te leiden - belang van de bereikbaarheid van de patiënten onmiskenbaar rechtstreeks raakt. Immers, openbaar vervoer heeft een directe invloed op de bereikbaarheid van de patiënten. Daarentegen zijn in onderhavige situatie tariefbesluiten van de directeur DTe aan de orde, die specifiek gericht zijn aan de netbeheerders. Op grond van hun contractuele relatie met de 8 PG Awb I, p. 149. Vgl. CBb 20 november 1996, AB 1997, 84. 9 Zie ook de recente uitspraak van het CBb (27 juni 2003, nr. AWB 02/867, te vinden op www.rechtspraak.nl onder LJN-nummer AI0109) waarin dat college geen rechtstreeks belang aannam omdat de gevolgen van het desbetreffende besluit voortvloeiden uit de contractuele relatie tussen de appellant en de door het besluit geadresseerde(n) (in casu: partijen bij de in 1997 gesloten overeenkomst tussen de elektriciteitsproductiesector en de elektriciteitsdistributiesector, te weten: SEP, enkele elektriciteitsproducenten en de Vereniging van Energiedistributiebedrijven). 5 Openbaar

netbeheerders ontlenen gemeenten (als derden) hieraan slechts een afgeleid belang, dat niet als een rechtstreeks belang van de VNG kan worden aangemerkt. Volgens de directeur DTe kan deze casus derhalve niet analoog worden toegepast op onderhavige procedure. II.3 Geen boven-individueel belang 23. Uit artikel 1:2 lid 3 Awb volgt bovendien dat een rechtspersoon in rechte alleen kan opkomen voor zijn eigen belang, alsmede voor het collectieve belang van zijn leden, welke zij zich statutair ten doel heeft gesteld. Naar de mening van de VNG is sprake van een collectief belang van gemeenten, omdat de bestreden besluiten een algemene strekking zouden hebben. 24. De directeur DTe stelt zich op het standpunt dat aan de zijde van de VNG een collectief belang in de zin van artikel 1:2 lid 3 Awb ontbreekt. De directeur DTe overweegt hierbij dat onder een collectief belang dient te worden verstaan een boven-individueel (groeps)belang, en niet een bundeling van individuele belangen van leden. Zoals onder randnummer 20 is aangegeven zijn de door de VNG bestreden besluiten maximum-tariefbesluiten, die gericht zijn aan de regionale netbeheerders (en daardoor de gemeenten indirect raken). In tegenstelling tot het standpunt van de VNG, dat de bestreden besluiten besluiten van algemene strekking zijn, wijst de directeur DTe er op dat deze tariefbesluiten beschikkingen zijn in de zin van artikel 1:3 lid 2 Awb. Onder het begrip beschikking wordt verstaan: een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afwijzing van een aanvraag daarvan. Gelet op het individuele karakter van de tariefbesluiten treffen deze besluiten slechts (zij het indirect) de belangen van in de betreffende regio gelegen gemeenten. Ingevolge vaste rechtspraak kan een rechtspersoon op grond van statutaire belanghebbendheid niet opkomen voor de eigen, individuele belangen van zijn leden. 10 De directeur DTe voegt hieraan toe dat, als slechts de belangen van individuele leden getroffen zijn een belangenorganisatie niet in een eigen belang geacht wordt te zijn getroffen. 25. Ten aanzien van de door de VNG aangehaalde uitspraak van het CBb van 2 augustus 2002 merkt de directeur DTe in dit verband tenslotte op dat in deze uitspraak de bezwaren van PT en VEMW tegen een besluit omtrent het landelijk uniform producenten transporttarief, onderdeel van de Tarievencode, centraal stonden. Het besluit omtrent het landelijk uniform producenten transporttarief is een besluit van algemene strekking. Daarentegen is in onderhavige procedure sprake van bestreden besluiten die geen algemene strekking hebben, zoals onder randnummer 23 door de directeur DTe is uiteengezet. Omdat de ontvankelijkheid ten aanzien van een besluit van algemene strekking in vergelijking tot een besluit zonder algemene strekking anders kan worden beoordeeld, doet voornoemde uitspraak van het CBb naar het oordeel van de directeur DTe niet ter zake. 10 Vgl. ABRS 11 april 2003, zaaknr. 200201920/ 1, ABRS 26 juni 2002, JB 2002, 229 en ABRS 28 februari 2000, AB 2000, 188. 6 Openbaar

II.4 Conclusie 26. Aangezien de VNG op grond van het bovenstaande niet als belanghebbende in de zin artikel 1:2 lid 3 Awb kan worden aangemerkt is zij niet-ontvankelijk in haar bezwaren. 27. De directeur DTe merkt ten overvloede op dat hij niet inhoudelijk ingaat op de brief van de VNG aan de directeur DTe van 23 oktober 2003 (met kenmerk 15726/ RKL/ mko/ 99629). Conform artikel 7:4 Awb kon de VNG tot tien dagen voor de hoorzitting van 16 oktober 2003 nadere stukken indienen. Aangezien naast de VNG als derde ook de netbeheerders als directbelanghebbenden bij de bezwaarprocedure betrokken zijn, staat de goede procesorde er naar het oordeel van de directeur DTe aan in de weg dat van artikel 7:4 Awb wordt afgeweken. Derhalve dient het laattijdig indienen van nadere gronden voor rekening van de VNG te blijven. III. BEOORDELING BEZWAREN 28. Gelet op het feit dat de bezwaren van de VNG niet-ontvankelijk gaat de directeur DTe niet over tot een beoordeling van de materiële bezwaren. IV. BESLUIT 29. Gezien het bovenstaande verklaart de directeur DTe de door de VNG ingediende bezwaren tegen - het besluit van 20 december 2002, met kenmerk 101129/ 26 (Eneco Netbeheer Weert), zoals gewijzigd bij besluit van 1 oktober 2003, met kenmerk 101129/ 48, - de op 1 februari 2003 voorlopig vastgestelde nettarieven 2003, - alsmede de besluiten van 27 juni en 3 juli 2003, met de kenmerken 101137/ 42 (Netbeheerder Centraal Overijssel B.V.), 101124/ 36 (DELTA Netwerkbedrijf B.V.), 101126/ 38 (ENECO Edelnet Delfland B.V.), 101127/ 43 (ENECO Netbeheer B.V.), 101128/ 38 (ENECO Netbeheer Midden-Holland B.V.), 101125/ 38 (ENBU B.V.), 101131/ 45 (NRE Netwerk B.V.), 101130/ 36 (ENECO Netbeheer Zuid-Kennemerland B.V.), 101136/ 36 (InfraMosane) N.V., 101138/ 52 (N.V. Continuon Netbeheer), 101138/ 50 (EWR Netbeheer B.V.), 101138/ 51 (Noord West Net N.V.), 101141/ 22 (ONS Netbeheer B.V.), 101142/ 28 (RENDO Netbeheer B.V.), 101132/ 49 (Essent Netwerk Brabant B.V.), 101133/ 37 (Essent Netwerk Friesland B.V.), 101134/ 45 (Essent Netwerk Limburg B.V.), 101135/ 55 (Essent Netwerk Noord N.V.), 101139/ 37 (Westland Energie Infrastructuur B.V.), 7 Openbaar

zoals gewijzigd bij besluit van 1 oktober 2003, met de kenmerken: 101137/ 46.O235 (Netbeheerder Centraal Overijssel B.V.), 101124/ 46.0235 (DELTA Netwerkbedrijf B.V.), 101126/ 46.0235 (ENECO Edelnet Delfland B.V.), 101127-1/ 2.O235 (ENECO Netbeheer B.V.), 101128/ 46.O235 (ENECO Netbeheer Midden-Holland B.V.), 101125/ 42.O235 (ENBU B.V.), 101131/ 49.O235 (NRE Netwerk B.V.), 101130/ 41 (ENECO Netbeheer Zuid- Kennemerland B.V.), 101136/ 41.O235 (InfraMosane N.V.), 101138/ 68.O235 (N.V. Continuon Netbeheer), 101138/ 66.O235 (EWR Netbeheer B.V.), 101138/ 67.O235 (Noord West Net N.V.), 101141/ 32.O235 (ONS Netbeheer B.V.), 101142/ 34.O235 (RENDO Netbeheer B.V.), 101132/ 54.O235 (Essent Netwerk Brabant B.V.), 101133/ 44.O235 (Essent Netwerk Friesland B.V.), 101134/ 51.O235 (Essent Netwerk Limburg B.V.), 101135/ 65.O235 (Essent Netwerk Noord N.V.), 101139/ 44.O235 (Westland Energie Infrastructuur B.V.), niet ontvankelijk. Datum: Ir. G.J.L. Zijl De directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie Tegen dit besluit kan degene wiens belang daarbij rechtstreeks is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven, Postbus 20021, 2500 EA, s Gravenhage. 8 Openbaar