Uw wagenpark op biobrandstof laten rijden Een overzicht van de nieuwste mogelijkheden Een inleiding op de Technical Guidance
Koolstofkringloop Waar gaat deze folder over? Duurzame mobiliteit is een hot item voor lokale overheden, kopers van nieuwe voertuigen en eigenaren van wagenparken en kan een oplossing bieden voor de toenemende vervuiling, geluidsoverlast en teruglopende luchtkwaliteit die het gevolg zijn van de gestage groei van het stadsverkeer. Schonere en alternatieve brandstoffen kunnen ook helpen de uitstoot van broeikasgassen zoals CO2 te verminderen en, last but not least, duurzame voertuigen kunnen een positief visitekaartje zijn voor uw organisatie. Wilt u graag overstappen op alternatieve brand stoffen, maar weet u niet hoe u dat moet aan pakken? Deze folder geeft u een overzicht van de mogelijkheden voor het gebruik van een van de meest populaire categorieën alternatieve brandstoffen: biobrandstoffen! Mengsels met een laag gehalte aan biobrandstoffen worden in de meeste EU-lid staten op grote schaal gebruikt, maar het gebruik van mengsels met een hoog gehalte aan biobrandstoffen is beperkter. De Technical Guidance richt zich met name op deze mengsels met een hoger gehalte en bespreekt de basisbeginselen van biobrandstoffen, de technische aspecten en gebruikers ervaringen. In deze folder vindt u een beknopt overzicht van de informatie die uitgebreider aan de orde komt in de Technical Guidance. Is deze folder van toepassing op mijn situatie? Als u een antwoord zoekt op de volgende vragen, dan is deze folder bedoeld voor u! Hoe kan ik het wagenpark van mijn organisatie duurzamer maken? Wat zijn biobrandstoffen? Welke biobrandstoffen zijn geschikt voor mijn wagenpark? Wat zijn de ervaringen van andere organisaties met biobrandstoffen? Wat zijn biobrandstoffen? De term biobrandstoffen wordt gebruikt voor alle transport brandstoffen die zijn gemaakt van biomassa (plantaardig en dierlijk materiaal). Er zijn verschillende soorten biobrandstoffen; sommige zijn chemisch identiek aan fossiele brandstoffen, terwijl andere totaal anders zijn. Biobrandstoffen worden doorgaans verdeeld in twee categorieën: biobrandstoffen die diesel vervangen en biobrandstoffen die benzine vervangen. Biobrandstoffen staan de laatste tijd flink in de belang stelling, omdat ze helpen het probleem van klimaat verandering te verminderen. Koolstofdioxide (CO2), een van de grootste veroorzakers van klimaatverandering, komt vrij bij de verbranding van transportbrandstoffen. Bij gebruik van fossiele brandstoffen komt er koolstof dioxide in de atmosfeer terecht, waardoor het CO2-gehalte van de lucht toeneemt. Bij gebruik van biobrand stoffen komt ook koolstofdioxide vrij, maar dit is CO2 die kort daarvoor is opgenomen door de biomassa, dus de planten. In de zogenoemde koolstofkringloop, wordt de koolstofdioxide die wordt uitgestoten door auto s opnieuw gebruikt door planten, die uiteindelijk weer worden gebruikt voor de productie van nieuwe biobrandstoffen. Dit lijkt een volmaakte kringloop, maar voor het telen van biomassa zijn meststoffen en brandstof voor tractoren nodig en daarnaast vereist de productie van de biobrandstof zelf ook een bepaalde hoeveelheid energie. De koolstofkringloop is daardoor niet volledig gesloten. De meeste biobrandstoffen verlagen de uitstoot van koolstofdioxide met zo n 35 tot 60%. Meer geavan ceerde biobrandstoffen, d.w.z. de biobrandstoffen die naar verwachting in de toekomst verkocht zullen worden, kunnen wellicht hogere CO2-besparingen opleveren (tot 80 of 90%). De biobrandstoffen die op dit moment het meest worden gebruikt, zijn bio-ethanol, biodiesel, puur plantaardige olie (PPO) en biogas. Deze worden hieronder kort besproken. Bio-ethanol is een alcohol zoals die ook in alcoholische dranken voorkomt. Het wordt gemaakt van biomassa die suiker bevat. Deze suiker wordt omgezet in bioethanol. Mengsels van benzine en een kleine hoeveel heid bio- ethanol kunnen worden gebruikt in alle stan daard benzine motoren. Sommige fabrikanten maken zogenoemde flexifuel -wagens, die ook kunnen rijden op benzine mengsels met een hoger ethanolgehalte (tot 85%). Diverse bus- en autofabrikanten verkopen tegenwoordig voertuigen met dieselmotoren die op bijna pure bio ethanol (95%) kunnen rijden. Biodiesel is niet één specifieke brandstof. De naam verwijst naar alle biobrandstoffen die diesel vervangen. Als we het hebben over biodiesel, wordt meestal FAME (vetzuurmethylester) bedoeld. FAME wordt gemaakt door middel van een chemische bewerking van plantaardige oliën (dierlijke vetten worden ook wel gebruikt). Er zijn echter ook andere manieren om biodiesel te produceren, die de zogenoemde synthetische biodiesel opleveren. Deze heeft in het algemeen vergelijkbare, vaak betere, eigenschappen dan diesel van fossiele oorsprong. Mengsels met een laag gehalte aan FAME (tot 5%) kunnen in alle dieselmotoren worden gebruikt. Mengsels met een hoger gehalte (bijv. B30 of B100) mogen echter alleen worden gebruikt met goedkeuring van de fabrikant. Puur plantaardige olie (PPO) is een van de eenvoudigste biobrandstoffen. Pure olie, gewonnen uit oliehoudende planten (in Europa hoofdzakelijk koolzaad), wordt rechtstreeks als biobrandstof gebruikt. PPO kan alleen worden gebruikt in dieselmotoren die hiervoor geschikt zijn gemaakt. Het gebruik van biogas is nog tamelijk beperkt, maar deze brandstof wordt gezien als een interessant alterna tief voor aardgas, dat in opkomst is als transportbrand stof. Net als aardgas bestaat biogas hoofdzakelijk uit methaan. Het wordt geproduceerd door de fermentatie (een afbraak proces) van afval, zoals gemeentelijk gft-afval. Om een hoog methaangehalte te verkrijgen, wordt het bio gas vervolgens veredeld tot biomethaan door het te schei den van de overige bestanddelen (zoals koolstofdioxide). Andere alternatieve brandstoffen die kort worden besproken in de Technical Guidance zijn: waterstof, elektriciteit, aardgas en DME. De wetgeving van de EU verplicht de lidstaten maatregelen te nemen om de introductie van biobrandstoffen op hun nationale markten mogelijk te maken. In 2003 zijn de volgende specifieke doel stellingen geformuleerd: 2% biobrandstoffen in 2005 en 5,75% in 2010. Onlangs is een nieuwe Europese richtlijn aan genomen die vereist dat in het jaar 2020 10% van de energie voor de transportsector afkomstig moet zijn uit hernieuwbare bronnen (vooral in de vorm van biobrandstoffen). Welke biobrandstoffen kunnen voor mij interessant zijn? Dat is afhankelijk van verschillende factoren. Ten eerst moet u nagaan welke biobrandstoffen passen bij uw voertuig en bij de afstanden die u moet kunnen afleggen. Ten tweede kunt u, afhankelijk van uw motivatie voor de keuze voor biobrandstoffen, een specifieke brand stof kiezen die lokaal verkrijgbaar is, een brandstof die de lokale luchtkwaliteit zal verbeteren, of een die de grootste besparing van koolstofdioxide oplevert (of een combinatie van deze mogelijkheden). De CO2-uitstoot van de verschillende typen biobrandstof fen varieert. De uitstoot kan zelfs fluctueren voor één type biobrandstof, want deze is afhankelijk van factoren zoals de productielocatie en de gebruikte productiemethode. De Europese Commissie heeft voor elke biobrandstof standaardwaarden vastgesteld die kunnen worden gezien als waarschijnlijke gemiddelden. In de meeste gevallen moeten standaard automotoren geschikt worden gemaakt voor het gebruik van brand stoffen met een hoog biobrandstofgehalte (meer dan 5% biobrandstof). Sommige fabrikanten maken zulke wagens al, zoals de flexifuel-auto s van onder meer Ford, Saab en Volvo en de bussen van Scania die op (bijna) pure bio-ethanol kunnen rijden. Biogas zou kunnen worden gebruikt in de standaard aardgaswagens die door verschil lende fabrikanten worden gemaakt. Het gebruik van bio diesel is echter in het algemeen afhankelijk van de vraag of de fabrikanten garanties geven. Biofuel Cities werkt momenteel aan een overzicht van de beschikbare wagens die op biobrandstoffen kunnen rijden. Dit zal in de loop van 2009 op de website worden gepubliceerd. In de meeste gevallen zullen zeer beperkte aanpassingen van de tankinfrastructuur nodig zijn.
Koolstofkringloop Waar gaat deze folder over? Duurzame mobiliteit is een hot item voor lokale overheden, kopers van nieuwe voertuigen en eigenaren van wagenparken en kan een oplossing bieden voor de toenemende vervuiling, geluidsoverlast en teruglopende luchtkwaliteit die het gevolg zijn van de gestage groei van het stadsverkeer. Schonere en alternatieve brandstoffen kunnen ook helpen de uitstoot van broeikasgassen zoals CO2 te verminderen en, last but not least, duurzame voertuigen kunnen een positief visitekaartje zijn voor uw organisatie. Wilt u graag overstappen op alternatieve brand stoffen, maar weet u niet hoe u dat moet aan pakken? Deze folder geeft u een overzicht van de mogelijkheden voor het gebruik van een van de meest populaire categorieën alternatieve brandstoffen: biobrandstoffen! Mengsels met een laag gehalte aan biobrandstoffen worden in de meeste EU-lid staten op grote schaal gebruikt, maar het gebruik van mengsels met een hoog gehalte aan biobrandstoffen is beperkter. De Technical Guidance richt zich met name op deze mengsels met een hoger gehalte en bespreekt de basisbeginselen van biobrandstoffen, de technische aspecten en gebruikers ervaringen. In deze folder vindt u een beknopt overzicht van de informatie die uitgebreider aan de orde komt in de Technical Guidance. Is deze folder van toepassing op mijn situatie? Als u een antwoord zoekt op de volgende vragen, dan is deze folder bedoeld voor u! Hoe kan ik het wagenpark van mijn organisatie duurzamer maken? Wat zijn biobrandstoffen? Welke biobrandstoffen zijn geschikt voor mijn wagenpark? Wat zijn de ervaringen van andere organisaties met biobrandstoffen? Wat zijn biobrandstoffen? De term biobrandstoffen wordt gebruikt voor alle transport brandstoffen die zijn gemaakt van biomassa (plantaardig en dierlijk materiaal). Er zijn verschillende soorten biobrandstoffen; sommige zijn chemisch identiek aan fossiele brandstoffen, terwijl andere totaal anders zijn. Biobrandstoffen worden doorgaans verdeeld in twee categorieën: biobrandstoffen die diesel vervangen en biobrandstoffen die benzine vervangen. Biobrandstoffen staan de laatste tijd flink in de belang stelling, omdat ze helpen het probleem van klimaat verandering te verminderen. Koolstofdioxide (CO2), een van de grootste veroorzakers van klimaatverandering, komt vrij bij de verbranding van transportbrandstoffen. Bij gebruik van fossiele brandstoffen komt er koolstof dioxide in de atmosfeer terecht, waardoor het CO2-gehalte van de lucht toeneemt. Bij gebruik van biobrand stoffen komt ook koolstofdioxide vrij, maar dit is CO2 die kort daarvoor is opgenomen door de biomassa, dus de planten. In de zogenoemde koolstofkringloop, wordt de koolstofdioxide die wordt uitgestoten door auto s opnieuw gebruikt door planten, die uiteindelijk weer worden gebruikt voor de productie van nieuwe biobrandstoffen. Dit lijkt een volmaakte kringloop, maar voor het telen van biomassa zijn meststoffen en brandstof voor tractoren nodig en daarnaast vereist de productie van de biobrandstof zelf ook een bepaalde hoeveelheid energie. De koolstofkringloop is daardoor niet volledig gesloten. De meeste biobrandstoffen verlagen de uitstoot van koolstofdioxide met zo n 35 tot 60%. Meer geavan ceerde biobrandstoffen, d.w.z. de biobrandstoffen die naar verwachting in de toekomst verkocht zullen worden, kunnen wellicht hogere CO2-besparingen opleveren (tot 80 of 90%). De biobrandstoffen die op dit moment het meest worden gebruikt, zijn bio-ethanol, biodiesel, puur plantaardige olie (PPO) en biogas. Deze worden hieronder kort besproken. Bio-ethanol is een alcohol zoals die ook in alcoholische dranken voorkomt. Het wordt gemaakt van biomassa die suiker bevat. Deze suiker wordt omgezet in bioethanol. Mengsels van benzine en een kleine hoeveel heid bio- ethanol kunnen worden gebruikt in alle stan daard benzine motoren. Sommige fabrikanten maken zogenoemde flexifuel -wagens, die ook kunnen rijden op benzine mengsels met een hoger ethanolgehalte (tot 85%). Diverse bus- en autofabrikanten verkopen tegenwoordig voertuigen met dieselmotoren die op bijna pure bio ethanol (95%) kunnen rijden. Biodiesel is niet één specifieke brandstof. De naam verwijst naar alle biobrandstoffen die diesel vervangen. Als we het hebben over biodiesel, wordt meestal FAME (vetzuurmethylester) bedoeld. FAME wordt gemaakt door middel van een chemische bewerking van plantaardige oliën (dierlijke vetten worden ook wel gebruikt). Er zijn echter ook andere manieren om biodiesel te produceren, die de zogenoemde synthetische biodiesel opleveren. Deze heeft in het algemeen vergelijkbare, vaak betere, eigenschappen dan diesel van fossiele oorsprong. Mengsels met een laag gehalte aan FAME (tot 5%) kunnen in alle dieselmotoren worden gebruikt. Mengsels met een hoger gehalte (bijv. B30 of B100) mogen echter alleen worden gebruikt met goedkeuring van de fabrikant. Puur plantaardige olie (PPO) is een van de eenvoudigste biobrandstoffen. Pure olie, gewonnen uit oliehoudende planten (in Europa hoofdzakelijk koolzaad), wordt rechtstreeks als biobrandstof gebruikt. PPO kan alleen worden gebruikt in dieselmotoren die hiervoor geschikt zijn gemaakt. Het gebruik van biogas is nog tamelijk beperkt, maar deze brandstof wordt gezien als een interessant alterna tief voor aardgas, dat in opkomst is als transportbrand stof. Net als aardgas bestaat biogas hoofdzakelijk uit methaan. Het wordt geproduceerd door de fermentatie (een afbraak proces) van afval, zoals gemeentelijk gft-afval. Om een hoog methaangehalte te verkrijgen, wordt het bio gas vervolgens veredeld tot biomethaan door het te schei den van de overige bestanddelen (zoals koolstofdioxide). Andere alternatieve brandstoffen die kort worden besproken in de Technical Guidance zijn: waterstof, elektriciteit, aardgas en DME. De wetgeving van de EU verplicht de lidstaten maatregelen te nemen om de introductie van biobrandstoffen op hun nationale markten mogelijk te maken. In 2003 zijn de volgende specifieke doel stellingen geformuleerd: 2% biobrandstoffen in 2005 en 5,75% in 2010. Onlangs is een nieuwe Europese richtlijn aan genomen die vereist dat in het jaar 2020 10% van de energie voor de transportsector afkomstig moet zijn uit hernieuwbare bronnen (vooral in de vorm van biobrandstoffen). Welke biobrandstoffen kunnen voor mij interessant zijn? Dat is afhankelijk van verschillende factoren. Ten eerst moet u nagaan welke biobrandstoffen passen bij uw voertuig en bij de afstanden die u moet kunnen afleggen. Ten tweede kunt u, afhankelijk van uw motivatie voor de keuze voor biobrandstoffen, een specifieke brand stof kiezen die lokaal verkrijgbaar is, een brandstof die de lokale luchtkwaliteit zal verbeteren, of een die de grootste besparing van koolstofdioxide oplevert (of een combinatie van deze mogelijkheden). De CO2-uitstoot van de verschillende typen biobrandstof fen varieert. De uitstoot kan zelfs fluctueren voor één type biobrandstof, want deze is afhankelijk van factoren zoals de productielocatie en de gebruikte productiemethode. De Europese Commissie heeft voor elke biobrandstof standaardwaarden vastgesteld die kunnen worden gezien als waarschijnlijke gemiddelden. In de meeste gevallen moeten standaard automotoren geschikt worden gemaakt voor het gebruik van brand stoffen met een hoog biobrandstofgehalte (meer dan 5% biobrandstof). Sommige fabrikanten maken zulke wagens al, zoals de flexifuel-auto s van onder meer Ford, Saab en Volvo en de bussen van Scania die op (bijna) pure bio-ethanol kunnen rijden. Biogas zou kunnen worden gebruikt in de standaard aardgaswagens die door verschil lende fabrikanten worden gemaakt. Het gebruik van bio diesel is echter in het algemeen afhankelijk van de vraag of de fabrikanten garanties geven. Biofuel Cities werkt momenteel aan een overzicht van de beschikbare wagens die op biobrandstoffen kunnen rijden. Dit zal in de loop van 2009 op de website worden gepubliceerd. In de meeste gevallen zullen zeer beperkte aanpassingen van de tankinfrastructuur nodig zijn.
Koolstofkringloop Waar gaat deze folder over? Duurzame mobiliteit is een hot item voor lokale overheden, kopers van nieuwe voertuigen en eigenaren van wagenparken en kan een oplossing bieden voor de toenemende vervuiling, geluidsoverlast en teruglopende luchtkwaliteit die het gevolg zijn van de gestage groei van het stadsverkeer. Schonere en alternatieve brandstoffen kunnen ook helpen de uitstoot van broeikasgassen zoals CO2 te verminderen en, last but not least, duurzame voertuigen kunnen een positief visitekaartje zijn voor uw organisatie. Wilt u graag overstappen op alternatieve brand stoffen, maar weet u niet hoe u dat moet aan pakken? Deze folder geeft u een overzicht van de mogelijkheden voor het gebruik van een van de meest populaire categorieën alternatieve brandstoffen: biobrandstoffen! Mengsels met een laag gehalte aan biobrandstoffen worden in de meeste EU-lid staten op grote schaal gebruikt, maar het gebruik van mengsels met een hoog gehalte aan biobrandstoffen is beperkter. De Technical Guidance richt zich met name op deze mengsels met een hoger gehalte en bespreekt de basisbeginselen van biobrandstoffen, de technische aspecten en gebruikers ervaringen. In deze folder vindt u een beknopt overzicht van de informatie die uitgebreider aan de orde komt in de Technical Guidance. Is deze folder van toepassing op mijn situatie? Als u een antwoord zoekt op de volgende vragen, dan is deze folder bedoeld voor u! Hoe kan ik het wagenpark van mijn organisatie duurzamer maken? Wat zijn biobrandstoffen? Welke biobrandstoffen zijn geschikt voor mijn wagenpark? Wat zijn de ervaringen van andere organisaties met biobrandstoffen? Wat zijn biobrandstoffen? De term biobrandstoffen wordt gebruikt voor alle transport brandstoffen die zijn gemaakt van biomassa (plantaardig en dierlijk materiaal). Er zijn verschillende soorten biobrandstoffen; sommige zijn chemisch identiek aan fossiele brandstoffen, terwijl andere totaal anders zijn. Biobrandstoffen worden doorgaans verdeeld in twee categorieën: biobrandstoffen die diesel vervangen en biobrandstoffen die benzine vervangen. Biobrandstoffen staan de laatste tijd flink in de belang stelling, omdat ze helpen het probleem van klimaat verandering te verminderen. Koolstofdioxide (CO2), een van de grootste veroorzakers van klimaatverandering, komt vrij bij de verbranding van transportbrandstoffen. Bij gebruik van fossiele brandstoffen komt er koolstof dioxide in de atmosfeer terecht, waardoor het CO2-gehalte van de lucht toeneemt. Bij gebruik van biobrand stoffen komt ook koolstofdioxide vrij, maar dit is CO2 die kort daarvoor is opgenomen door de biomassa, dus de planten. In de zogenoemde koolstofkringloop, wordt de koolstofdioxide die wordt uitgestoten door auto s opnieuw gebruikt door planten, die uiteindelijk weer worden gebruikt voor de productie van nieuwe biobrandstoffen. Dit lijkt een volmaakte kringloop, maar voor het telen van biomassa zijn meststoffen en brandstof voor tractoren nodig en daarnaast vereist de productie van de biobrandstof zelf ook een bepaalde hoeveelheid energie. De koolstofkringloop is daardoor niet volledig gesloten. De meeste biobrandstoffen verlagen de uitstoot van koolstofdioxide met zo n 35 tot 60%. Meer geavan ceerde biobrandstoffen, d.w.z. de biobrandstoffen die naar verwachting in de toekomst verkocht zullen worden, kunnen wellicht hogere CO2-besparingen opleveren (tot 80 of 90%). De biobrandstoffen die op dit moment het meest worden gebruikt, zijn bio-ethanol, biodiesel, puur plantaardige olie (PPO) en biogas. Deze worden hieronder kort besproken. Bio-ethanol is een alcohol zoals die ook in alcoholische dranken voorkomt. Het wordt gemaakt van biomassa die suiker bevat. Deze suiker wordt omgezet in bioethanol. Mengsels van benzine en een kleine hoeveel heid bio- ethanol kunnen worden gebruikt in alle stan daard benzine motoren. Sommige fabrikanten maken zogenoemde flexifuel -wagens, die ook kunnen rijden op benzine mengsels met een hoger ethanolgehalte (tot 85%). Diverse bus- en autofabrikanten verkopen tegenwoordig voertuigen met dieselmotoren die op bijna pure bio ethanol (95%) kunnen rijden. Biodiesel is niet één specifieke brandstof. De naam verwijst naar alle biobrandstoffen die diesel vervangen. Als we het hebben over biodiesel, wordt meestal FAME (vetzuurmethylester) bedoeld. FAME wordt gemaakt door middel van een chemische bewerking van plantaardige oliën (dierlijke vetten worden ook wel gebruikt). Er zijn echter ook andere manieren om biodiesel te produceren, die de zogenoemde synthetische biodiesel opleveren. Deze heeft in het algemeen vergelijkbare, vaak betere, eigenschappen dan diesel van fossiele oorsprong. Mengsels met een laag gehalte aan FAME (tot 5%) kunnen in alle dieselmotoren worden gebruikt. Mengsels met een hoger gehalte (bijv. B30 of B100) mogen echter alleen worden gebruikt met goedkeuring van de fabrikant. Puur plantaardige olie (PPO) is een van de eenvoudigste biobrandstoffen. Pure olie, gewonnen uit oliehoudende planten (in Europa hoofdzakelijk koolzaad), wordt rechtstreeks als biobrandstof gebruikt. PPO kan alleen worden gebruikt in dieselmotoren die hiervoor geschikt zijn gemaakt. Het gebruik van biogas is nog tamelijk beperkt, maar deze brandstof wordt gezien als een interessant alterna tief voor aardgas, dat in opkomst is als transportbrand stof. Net als aardgas bestaat biogas hoofdzakelijk uit methaan. Het wordt geproduceerd door de fermentatie (een afbraak proces) van afval, zoals gemeentelijk gft-afval. Om een hoog methaangehalte te verkrijgen, wordt het bio gas vervolgens veredeld tot biomethaan door het te schei den van de overige bestanddelen (zoals koolstofdioxide). Andere alternatieve brandstoffen die kort worden besproken in de Technical Guidance zijn: waterstof, elektriciteit, aardgas en DME. De wetgeving van de EU verplicht de lidstaten maatregelen te nemen om de introductie van biobrandstoffen op hun nationale markten mogelijk te maken. In 2003 zijn de volgende specifieke doel stellingen geformuleerd: 2% biobrandstoffen in 2005 en 5,75% in 2010. Onlangs is een nieuwe Europese richtlijn aan genomen die vereist dat in het jaar 2020 10% van de energie voor de transportsector afkomstig moet zijn uit hernieuwbare bronnen (vooral in de vorm van biobrandstoffen). Welke biobrandstoffen kunnen voor mij interessant zijn? Dat is afhankelijk van verschillende factoren. Ten eerst moet u nagaan welke biobrandstoffen passen bij uw voertuig en bij de afstanden die u moet kunnen afleggen. Ten tweede kunt u, afhankelijk van uw motivatie voor de keuze voor biobrandstoffen, een specifieke brand stof kiezen die lokaal verkrijgbaar is, een brandstof die de lokale luchtkwaliteit zal verbeteren, of een die de grootste besparing van koolstofdioxide oplevert (of een combinatie van deze mogelijkheden). De CO2-uitstoot van de verschillende typen biobrandstof fen varieert. De uitstoot kan zelfs fluctueren voor één type biobrandstof, want deze is afhankelijk van factoren zoals de productielocatie en de gebruikte productiemethode. De Europese Commissie heeft voor elke biobrandstof standaardwaarden vastgesteld die kunnen worden gezien als waarschijnlijke gemiddelden. In de meeste gevallen moeten standaard automotoren geschikt worden gemaakt voor het gebruik van brand stoffen met een hoog biobrandstofgehalte (meer dan 5% biobrandstof). Sommige fabrikanten maken zulke wagens al, zoals de flexifuel-auto s van onder meer Ford, Saab en Volvo en de bussen van Scania die op (bijna) pure bio-ethanol kunnen rijden. Biogas zou kunnen worden gebruikt in de standaard aardgaswagens die door verschil lende fabrikanten worden gemaakt. Het gebruik van bio diesel is echter in het algemeen afhankelijk van de vraag of de fabrikanten garanties geven. Biofuel Cities werkt momenteel aan een overzicht van de beschikbare wagens die op biobrandstoffen kunnen rijden. Dit zal in de loop van 2009 op de website worden gepubliceerd. In de meeste gevallen zullen zeer beperkte aanpassingen van de tankinfrastructuur nodig zijn.
Zijn er goede voorbeelden van het gebruik van biobrandstoffen in Europa? Jazeker! De bekendste voorbeelden zijn te vinden in Stockholm, Rotterdam en Graz, waar een groot deel van het gemeentelijk vervoer op biobrandstoffen rijdt. Maar er zijn ook minder bekende projecten, zoals de inzet van voertuigen op biobrandstoffen op de luchthaven van München. De belangrijkste redenen voor deze initiatieven zijn de noodzaak om de luchtkwaliteit in de stadscentra te verbeteren, economische voordelen en een groen imago voor de betrokken organisaties. Ervaringsdeskundigen melden dat het gebruik van deze voertuigen niet merkbaar verschilt van dat van voertuigen die op fossiele brandstoffen rijden. Er zijn geen merkbare veranderingen in de motorprestaties. Wel is er iets meer onderhoud nodig. Meer informatie over onderhoud en biobrandstoffen is te vinden in de Technical Guidance. Sommige voorbeelden zijn gemarkeerd op onderstaande kaart. Ga voor een uitgebreider overzicht en contactgegevens naar de website van Biofuel Cities () en klik op Project & Activities Directory. Meer informatie van ervaringsdeskundigen is te vinden in de Technical Guidance. Voorbeelden van publieke toepassing van biobrandstoffen STOCKHOLM 550 o.a. Bioethanol en Biogas 330 Bioethanol 130 Biogas 150 Bioethanol 14 Biogas ROTTERDAM 1900 Bioethanol 10 Bioethanol 2 Biogas MUNICH AIRPORT 83 (doel = 400) Biodiesel/PPO Biodiesel/PPO Bioethanol/Biogas GRAZ 135 Biodiesel Disclaimer Zowel de Europese Commissie als elke vertegenwoordiger van de Commissie is niet verantwoordelijk voor het gebruik van de informatie in deze folder. De meningen weergegeven in deze uitgave zijn enkel de verantwoordelijkheid van de auteurs en reflecteren niet automatisch de mening van de Europese Commissie. 2009 SenterNovem, Utrecht, Nederland. Foto omslag: Webletters, Anna Groot Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het ICLEI Europees secretariaat op enige wijze en enige vorm verveelvoudigd worden.
BIOBRANDSTOFFEN VERKLAARD E85 85% bio-ethanol+ 15% benzine B30 30% biodiesel + 70 % diesel B100 100% biodiesel ED95 95% bio-ethanol + 5 toevoegingen BTL Biomass to Liquids-diesel (zelfde kwaliteit als diesel) HVO Hydro-treated Vegetable Oils (zelfde kwaliteit als diesel) PPO Puur Plantaardige Olie Biogas Gas met een hoog methaangehalte DIESELVERVANGERS B30 B100 ED95 BTL HVO PPO BENZINEVERVANGERS E85 Biogas REDUCTIE BROEIKASGASSEN IN VERGELIJKING MET FOSSIEL EQUIVALENT Bio-ethanol 32 to 87 % Biodiesel 36 to 88 % BTL 93 to 95 % PPO 40 to 68 % Biogas 80 to 86 % ENERGIEGEHALTE BIOBRANDSTOF IN VERGELIJKING MET FOSSIEL EQUIVALENT 1 liter E85 0,73 liter benzine 1 liter ED95 0,60 liter diesel 1 liter B30 0,98 liter diesel 1 liter B100 0,92 liter diesel 1 liter BTL 1 liter diesel 1 liter HVO 1 liter diesel 1 liter PPO 0,90 liter diesel 1 liter Biogas 1 liter aardgas WAGEN OMBOUWEN? Ombouw nodig? OEM's beschikbaar? Retrofit mogelijk? E85 ja ja ja (LG), nee (IG) ED95 ja ja nee B30 1 1 ja B100 1 1 ja BTL nee nvt nvt HVO nee nvt nvt PPO ja nee ja Biogas nee ja ja (voor wagens op aardgas) 1 : afhankelijke van fabrikant en garantie OEM: Original Equipment Manufacturer Retrofit: ombouwen na levering LG: Licht gebruik IG: Intensief gebruik Biobrandstoffen en duurzaamheid Biobrandstoffen kunnen de uitstoot van broeikasgassen verminderen, de levering van transportbrandstoffen diversificeren (energiezekerheid) en kansen scheppen voor plattelandsontwikkeling. Er is echter ook bezorgdheid dat de druk op het grondgebruik (als gevolg van de snelle toename van de vraag naar grondstoffen voor biobrandstoffen) verschillende negatieve effecten zal hebben, zowel voor het milieu als op maatschappelijk gebied. Meer informatie over dit onderwerp vindt u in de Technical Guidance of op de website van Biofuel Cities. Meer informatie! Deze folder geeft een samenvatting van de Technical Guidance, een rapport waarin alle relevante technische zaken rondom biobrandstoffen worden besproken. De Technical Guidance kan worden gedownload van de website van Biofuel Cities. Biofuel Cities publiceert ook informatieve gidsen over de aanschaf van voertuigen die geschikt zijn voor biobrandstoffen (procurement guide) en over beleidsmaatregelen (policy handbook). Deze rapporten kunnen eveneens worden gedownload van de website. Op de website van Biofuel Cities vindt u veel informatie over biobrandstofprojecten in heel Europa (projectdatabase), relevante contactpersonen met betrekking tot biobrandstoffen (contactdatabase), nieuws over biobrandstoffen en een overzicht van interessante evenementen. De site biedt ook een netwerk en de gelegenheid om een samenwerkingsproces te starten als u op zoek bent naar interessante Europese partners. Voor meer informatie over Biofuel Cities of om u aan te melden voor de e-nieuwsbrief Biofuel Cities Update, gaat u naar de website:. U kunt ook contact opnemen met: SenterNovem, Postbus 8242, 3503 RE Utrecht, Nederland. E-mail: secretariat@biofuel-cities.eu, Fax: +31 30 231 6491 De rapporten van Biofuel Cities kunnen worden gedownload bij het onderdeel Publications van de website:. Biofuel Cities loopt vanaf 2006 tot en met 2009. Het is een zogenaamd Coordination Action project dat wordt gefinancierd uit het zesde kader programma van de Europese Unie. Het staat bekend onder de activiteit Alternatieve transportbrandstoffen: Biofuel Cities. Funded by the European Commission