Beleidsplan schuldhulpverlening. -Vierjarenplan 2012-2015-



Vergelijkbare documenten
Purmerend, 3. Voor welke doelgroep willen we schuldhulpverlening aanbieden?

Beleidsplan schuldhulpverlening

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Beleidsregels schuldhulpverlening gemeente Velsen 2013

Beleidsregels Schuldhulpverlening gemeente Renkum 2012 e.v.

Beleidsplan Schuldhulpverlening Venray

Notitie Schulddienstverlening

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent schuldhulpverlening

Agendapunt: 19 No. 50/'12. Dokkum, 24 april ONDERWERP: Wet gemeentelijke schuldhulpverlening

Bijlage 1. Startnotitie wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening

Toelating schuldhulpverlening gemeente Waalwijk

december Totaal behandeld

1 Achtergronden van problematische schulden 15

Schuldhulpverlening gemeente Gouda Nota van Conclusies en Aanbevelingen

Jaarverslag. schulddienstverlening Een goede start

Beleidsregels schuldhulpverlening Heemskerk april 2013

Beleidsplan integrale schuldhulpverlening

Naam en telefoon. Sille Dohmen 5772 Afdeling. Portefeuillehouder

BELEIDSREGELS SCHULDHULPVERLENING GEMEENTE MONTFOORT

Beleidsregel toelating tot de schuldhulpverlening

Beleidsregels Toelating tot de schuldhulpverlening

Bijlage 3 Producten 1 2 MAART

Beleidsregels Integrale Schuldhulpverlening

Plan voor de schuldhulpverlening Gemeente Wormerland en gemeente Oostzaan

Beleidsregels Integrale Schuldhulpverlening Gemeente Boxmeer

Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler)

memo de gemeenteraad M.J.C. Suijker (wethouder) datum 29 november 2011

BELEIDSPLAN GEMEENTELIJKE SCHULDHULPVERLENING ONDERBANKEN

Bijlagen: 1. beleidsplan schuldhulpverlening

Beleidsregels Schuldhulpverlening Achtkarspelen

Beleidsregel toelating tot de schuldhulpverlening 2017

Plan Schuldhulpverlening Gemeente Waalwijk

Plan Schuldhulpverlening Gemeente Waalwijk

Werknemers met schulden

De beleidsregels treden in werking, de dag na publicatie, 21 februari 2013.

Onderwerp: advies beleidsplan schuldhulp- Assen, 6 december verlening

Beleidsregels Schuldhulpverlening

Het college van de gemeente Geldermalsen;

Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Loon op Zand; Gelet op artikel 2 en artikel 3 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening,

Beleidsregels Schuldhulpverlening

Beleidsregels. Schuldhulpverlening. gemeente Reimerswaal

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 25 juni 2012 Agenda nr: Onderwerp: Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Aan de gemeenteraad,

Beleidsplan integrale schuldhulpverlening

Beleidsregels integrale schuldhulpverlening Gemeente IJsselstein

Beleidsregels Gemeentelijke Schuldhulpverlening Hellevoetsluis

Beleidsplan integrale schuldhulpverlening. Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk

SCHULDHULPVERLENING september

Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van 24 juli 2012,

Zundertse Regelgeving

Schuldbemiddeling als secundaire arbeidsvoorwaarde

INHOUDSOPGAVE 1. LEESWIJZER SAMENVATTING DOELSTELLINGEN EN KWALITEITSBORGING DE WET GEMEENTELIJKE SCHULDHULPVERLENING...

Schulddienstverlening

Beleidsregels integrale schuldhulpverlening Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn besluit:

STARTNOTITIE Vervolgonderzoek aantal huishoudens met (risico op) problematische schulden Versie 23 mei 2005

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Hilversum Gelet op artikel 2 en 3 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening,

Schulden in de leefwereld en de systeemwereld. Therese Steur Rotterdamse Sociale Alliantie

Beleidsregels Schulddienstverlening Eindhoven

Inhoudsopgave Inleiding Situatieschets landelijk en lokaal Schuldhulpverlening in de Bommelerwaard

Congres Sociale zekerheid in beweging

Was / Wordt-lijst beleidsplan ISHV

Beleidsregels schulddienstverlening Westvoorne 2017

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Beleidsregels Gemeentelijke Schuldhulpverlening het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hellevoetsluis;

Schuldbemiddeling als secundaire arbeidsvoorwaarde

Aanvullende notitie op het Beleidsplan schuldhulpverlening gemeente Menterwolde

Gemeente Oss. Pilot Duurzame Financiële Dienstverlening

a. college: college van burgemeester en wethouders van Menterwolde;

Beleidsregels toelating tot schulddienstverlening gemeente Borger-Odoorn.

Dit elektronisch gemeenteblad is een officiële uitgave van het college van de gemeente Reusel-De Mierden.

Voorstel van wet tot het geven aan gemeenten van de verantwoordelijkheid voor schuldhulpverlening (Wet gemeentelijke schuldhulpverlening)

Bijlage 1: Bijzondere bijstand

Besluitenlijst d.d. d.d. (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen Voorstel buurtgericht werken schuldhulpverlening

Deel I Visie op geld en schulden 25

Beleidsplan integrale schuldhulpverlening

25 juni 2013 Gemeenteblad

College van B en W van de Gemeente Breda. Beleidsregels over toelating tot schuldhulpverlening

Het college heeft besloten tot vaststelling van de regeling schuldhulpverlening 2017 en verder.

Uitvoeringsregeling schulddienstverlening Hollands Kroon 2016

Beleidsregels Schuldhulpverlening 2013

1. Onderwerp Schuldhulpverlening

Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting

Beleidsregels Schuldhulpverlening Gemeente Leiderdorp 2018

Beleidsregel schuldhulpverlening gemeente Leeuwarden 2014

Utrecht, september 2010 Gerjoke Wilmink directeur Nibud

Beleidsregels Schuldhulpverlening

Beleidsplan Schuldhulpverlening gemeente Buren

Beleidsregels Integrale Schulddienstverlening Oost Gelre

Aan: de leden van de Commissie Welzijn ten behoeve van de vergadering van 23 januari 2012 Onderwerp: Voedselbank Teylingen

- : ; Schuldpreventie als onderdeel van schulddienstverlening

Jaartal / nummer 2014 / 045. Naam Beleidsregels schuldhulpverlening Publicatiedatum 17 april Opmerkingen

Beleidsregels schuldhulpverlening Haarlemmerliede en Spaarnwoude. Het college van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Beleidsregels Integrale schuldhulpverlening

Beleidsplan schuldhulpverlening

Armoedebeleid. Welkom bij deze presentatie!

Project Thuisadministratie

SCHULDHULPVERLENING april

ZELFREDZAAMHEID in Amsterdam

De gemeenteraad. Cc college van b&w. Geachte leden van de gemeenteraad,

6. Schuldhulpverlening

Transcriptie:

Beleidsplan schuldhulpverlening -Vierjarenplan 2012-2015-

Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Achtergrond 3 1.2 Aanleiding 3 1.3 Vierjarenplan 2012-2015 3 1.4 Leeswijzer 4 2 Wettelijk kader 5 2.1 Wettelijk kader 5 2.2 Rollen en verantwoordelijkheden 6 2.3 Uitgangspunten 7 3 Landelijke ontwikkelingen 8 3.1 Kredietcrisis 8 3.2 Nieuwe doelgroep 8 3.3 Jongeren en schulden 8 4 Huidige situatie Purmerend 11 4.1 Doelgroep 11 4.2 Voorzieningen 11 4.3 Organisatie en uitvoering 13 4.3.1 Rolverdeling 4.4 Huidige dienstverlening versus wettelijke verplichtingen 13 5 Visie, uitgangspunten en doelstellingen 15 5.1 Visie 15 5.2 Doelstelling 15 5.3 Uitgangspunten 15 5.4 Monitoring/evaluatie 16 6 Wijze van aanpak 17 6.1 Doelgroep 17 6.1.1 Sancties 6.2 Voorzieningen 19 6.3 Organisatie en uitvoering 21 7 Financiële consequenties 26 7.1 Financiële ontwikkelingen 26 7.1.1 Klanten en producten 7.1.2 Begroting 7.2 Keuzes en financiële consequenties 28 8 Samenvatting en advies 30 8.1 Samenvatting 31 8.2 Advies beleid 31 8.3 Advies bedrijfsvoering schuldhulpverlening 32 Bijlagen Bijlage 1: Begrippen en definities 34 Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 2

Bijlage 2: Landelijke beleidskaders 37 Bijlage 3: Achtergrondkenmerken problematische schuld 39 Bijlage 4: Reactie cliëntenraad Werk & Inkomen 40 Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 3

1 Inleiding 1.1 Achtergrond Het college heeft in 2007 de nota "Preventie schuldhulpverlening en leven zonder schulden" vastgesteld. Purmerend heeft haar pijlen gericht op een stevige integrale aanpak met een goede balans tussen preventieve en curatieve activiteiten. In de preventieve sfeer is vooral ingezet op vroegsignalering en specifieke cursussen gericht op het voorkomen of oplossen van schulden. Daarnaast heeft de gemeente haar rol als regisseur opgepakt in de keten van schuldhulpverlening. Het pilot-project is sinds april 2008 van start gegaan onder leiding van Activa. Activa werkt samen met enkele ketenpartners. In 2009 en 2010 zijn tussentijdse evaluaties verricht op het pilot-project. Daaruit is gebleken dat gemeente Purmerend met haar schuldhulpverleningsbeleid op de goede weg is. Er zijn belangrijke stappen gezet op het gebied van integraliteit, samenwerking, regie, vroegsignalering en preventie. Op basis van de resultaten uit evaluaties en actuele ontwikkelingen is dit project verlengd tot 1 januari 2012. 1.2 Aanleiding De aanleiding van dit beleidsplan is enerzijds de afloop van het pilot-project per 1 januari 2012. Sinds halverwege 2010 voert Activa alle diensten van schuldhulpverlening zelf uit, voor de duur van anderhalf jaar. Voor die tijd werden de diensten budgetbeheer en schuldregelingen ingekocht bij een marktpartij. De totale beleidsinzet en de wijze van uitvoering van schuldhulpverlening moeten per 2012 worden heroverwogen. Anderzijds speelt het nieuwe wetsvoorstel een rol bij de verdere invulling van het gemeentelijk beleid. De laatste jaren wordt steeds meer beroep gedaan op schuldhulpverlening. Schulden worden hoger en schuldensituaties worden complexer. Deze situatie is vanaf het begin van de kredietcrisis aantoonbaar verergerd. Om deze toestroom aan mensen met schulden het hoofd te bieden heeft het kabinet geconstateerd dat schuldhulpverlening effectiever moet en ook kan. Om dit te bereiken heeft het kabinet de intentie om de taak van gemeenten op het terrein van de integrale schuldhulpverlening wettelijk in te bedden. Wannéér deze wet zal worden ingevoerd is nog onbekend. Het nieuwe kabinet zal hierover een besluit moeten nemen. Hoewel de uitgangspunten uit het wetsvoorstel inhoudelijk weinig teweeg zal brengen voor het beleid van Purmerend, zullen de ambities die erin verwoord staan alvast worden meegenomen in het voorliggende vierjarenplan voor 2012 t/m 2015. 1.3 Vierjarenplan 2012-2015 Met een consolidatie van wat in de afgelopen jaren is opgebouwd en het verder uitwerken en implementeren van de producten wil de gemeente Purmerend een nieuwe impuls geven aan het voorkomen en terugdringen van schuldensituaties onder de burgers van Purmerend. Dit vierjarige beleidsplan is een vervolg op het beleidsplan dat in 2007 door de Raad is vastgesteld, "Preventie schuldhulpverlening en leven zonder schulden". Dit plan dient vooraf als richtingaanwijzer voor de gemeente, maar achteraf als verantwoordingsinstrument voor de gemeenteraad. In deze nota zal vastgelegd worden welk ambitieniveau we in de komende vier jaren willen nastreven, wat we daarvoor willen doen om dat te bereiken en wat we daarvoor aan (financiële) middelen moeten inzetten. De afbakening vormt een richtinggevend kader. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 4

1.4 Leeswijzer Op de achtergrond van schuldhulpverlening staan enkele belangrijke ontwikkelingen welke in hoofdstuk 1 en 2 worden beschreven. Het wettelijk kader wordt beschreven in hoofdstuk 2. Enkele landelijke ontwikkelingen staan in hoofdstuk 3. Vervolgens bevat hoofdstuk 4 het huidige beleid in Purmerend omtrent de doelgroep, de aangeboden voorzieningen en de organisatie en uitvoering. Hierbij wordt ook een vergelijking gemaakt met het wetsvoorstel. In hoofdstuk 5 worden de visie, de uitgangspunten en de doelstellingen uiteengezet welke de basis vormen van waaruit de voorgestelde wijze van aanpak wordt beschreven. Deze voorgestelde wijze van aanpak en de verschillende opties voor de uitvoering zijn terug te vinden in hoofdstuk 6. Daaropvolgend zijn de financiële consequenties ervan beschreven in hoofdstuk 7. Tot slot vormt hoofdstuk 8 de samenvatting en het advies met betrekking tot het voortzetten van schuldhulpverlening na 2012. In de bijlagen staan belangrijke begrippen en definities. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 5

2 Wettelijk en algemeen kader Om de schuldhulpverlening effectiever te maken is een wetsvoorstel aangeboden aan het kabinet. Wanneer deze wetgeving daadwerkelijk in werking zal treden is nog onbekend. In dit hoofdstuk komt het wetsvoorstel aan bod en worden de belangrijkste organen beschreven. 2.1 Nieuwe wetgeving Doel van de nieuwe wetgeving is onder andere om een minimumniveau vast te stellen waaraan de lokale praktijk zonder meer dient te voldoen. De huidige vormgeving van het schuldhulpverleningsbeleid vertoont namelijk per gemeente grote verschillen. Deze bodem in de gemeentelijke schuldhulpverlening zal naar de overtuiging van de regering leiden tot een toenemend vertrouwen van de schuldenaren, maar vooral ook van de schuldeisers in de gemeentelijke schuldhulpverlening. Dit vertrouwen is een van de essentiële voorwaarden voor de verbetering van de effectiviteit van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Indien de effectiviteit van de gemeentelijke schuldhulpverlening toeneemt en dus in meer gevallen een oplossing van de problematische schulden geboden kan worden die voor schuldenaren en schuldeisers aanvaardbaar is, zal dit naar verwachting van de regering leiden tot meer vertrouwen in de gemeentelijke schuldhulpverlening van zowel schuldenaren als schuldeisers. Het onderzoek 'Schulden? De Gemeente helpt!' heeft bijgedragen aan deze overtuiging. Het wettelijk kader behelst de volgende punten: 1. Integrale schuldhulpverlening en de regierol van de gemeenten Het integrale karakter is een belangrijk uitgangspunt. Hierbij is maatwerk belangrijk, zowel op curatief vlak als preventief en in de nazorg. Het vergt veel inspanning om samenhang te waarborgen in de aanpak van de problemen. De gemeente is verantwoordelijk voor de regie. 2. Brede toegankelijkheid van de integrale schuldhulpverlening Voor een effectieve schuldhulpverlening vindt de regering het belangrijk dat de schuldhulpverlening breed toegankelijk is voor natuurlijke personen en dat geen groepen op voorhand worden uitgesloten van schuldhulpverlening. In het gemeentelijk plan moeten beleidregels worden vastgesteld waarin is vastgelegd op basis van welke individuele omstandigheden een natuurlijk persoon de toegang tot de schuldhulpverlening wordt ontzegd. 3. De kwaliteit van de gemeentelijke integrale schuldhulpverlening Voor een effectieve schuldhulpverlening moet de kwaliteit goed zijn. Daartoe dient elke gemeente een beleidsplan vast te stellen die richting geeft aan de te nemen beslissingen over de integrale schuldhulpverlening en de regierol. Over de uitvoering moet jaarlijks verantwoording worden afgelegd. 4. Wacht- en doorlooptijden De maximale wachttijd is gesteld op 4 weken. In bedreigende schuldensituaties is dat 3 dagen. Voor de doorlooptijd is geen wettelijke termijn vastgesteld vanwege de grote individuele verschillen. Gemeenten zijn echter wel verplicht aan de schuldenaar aan het begin globaal inzicht te geven in de verwachte doorlooptijd. 5. Rechten en plichten schuldenaar De schuldenaar is als eerste zelf verantwoordelijk voor het wegnemen van participatiebelemmerende factoren. Gemeenten kunnen eigen beleid bepalen met betrekking tot sancties en prikkels. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 6

Voor uitgebreidere inhoudelijke beschrijving van bovenstaande punten zie bijlage 1. 2.2 Rollen en verantwoordelijkheden Schuldenaren: o zijn zelf verantwoordelijk voor het aangaan van financiële verplichtingen, het betalen van aangegane schulden en het voorkomen van problematische schulden; o werken mee aan de uitvoering van de afgesproken schuldregeling, maken die ook af en maken niet opnieuw problematische schulden; o werken, indien dit aan de orde is, actief mee aan reïntegratie. De schuldeisers: o geven alleen krediet of leveren alleen een dienst op afbetaling na toetsing of iemand de nieuwe financiële verplichting op zich kan nemen; o wijzen schuldenaren vroegtijdig op betalingsachterstanden en wijzen schuldenaren met financiële problemen op een vroeg moment op de mogelijkheden van schuldhulpverlening; o zijn bereid mee te werken aan schuldhulpverlening die werkt op basis van gestandaardiseerd maatwerk en die van goede kwaliteit is (certificering); o geven toepassing aan de regeling van de beslagvrije voet. De schuldhulpverleners: o gaan bij het bieden van een oplossing uit van gestandaardiseerd maatwerk; o bieden integrale schuldhulpverlening. De rijksoverheid: o is systeemverantwoordelijk voor een participatiebevorderend stelsel van schuldhulpverlening. Op basis van de informatie over de werking van het systeem neemt de rijksoverheid haar verantwoordelijkheid; o neemt maatregelen om overkreditering te voorkomen; o neemt maatregelen om de effectiviteit van schuldhulpverlening te verbeteren; o voorkomt zoveel mogelijk een onnodig beroep op de WSNP door het bevorderen van de totstandkoming van minnelijke akkoorden; o gaat niet gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen actief tegen. De gemeenten: o bieden schuldhulpverlening aan die breed toegankelijk is; o bieden integrale schuldhulpverlening aan en vervullen de regierol; o bieden schuldregelingen aan die uitgaan van gestandaardiseerd maatwerk; o bieden schuldhulpverlening aan die van goede kwaliteit is waarbij op evenwichtige wijze rekening wordt gehouden met de belangen van de schuldeisers; o leggen zo mogelijk sancties op indien een cliënt niet of onvoldoende meewerkt aan een schuldhulpverleningstraject; o bieden nazorg aan na afloop van de schuldhulpverlening. Voor een deel van de rollen en verantwoordelijkheden die onder de gemeenten zijn opgenomen geldt dat die ook opgepakt kunnen worden door schuldhulpverleners. Dit hangt af van de in concreto gehanteerde taakverdeling tussen de gemeente en de eventuele schuldhulpverlener. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 7

Uit de handreiking van Stimulansz 1 komt het onderstaande schema. In dit schema wordt aangegeven welke onderdelen uit het basispakket integrale schuldhulpverlening door wie zouden kunnen worden uitgevoerd. Dit geeft vele mogelijkheden tot uitvoering van schuldhulpverlening. Basispakket gemeente (uitvoerend niveau) schuldregelende instantie maatschappelijk werk preventie X aanmeldgesprek X X X adviesgesprek X X X integrale intake X X X casemanagement X X schuldregeling X budgetbeheer X budgetbegeleiding X X X psycho-sociale hulp X afgifte wsnp X X nazorg X X Tabel 1: schema onderdelen basispakket integrale schuldhulpverlening Hoewel in dit schema wordt aangegeven dat de diensten budgetbeheer en schuldregeling niet past bij de kerntaken van de gemeente, wordt dit in Purmerend wel gedaan. Bij de uitvoering van schuldregeling en budgetbeheer werden onvoldoende prestaties door de contractpartij geleverd. Het bleek onmogelijk deze dienstverlening op dat moment veilig aan te besteden. Het college heeft daarom besloten per 1 juli 2010 schuldregeling en budgetbeheer door de gemeente te laten uitvoeren. Dit is gebeurd binnen de bestaande middelen voor de duur van 1,5 jaar. Het heeft geleid tot belangrijke verbeteringen in de dienstverlening. Voor langere termijn moet de afweging gemaakt worden of de bedoelde taak door de gemeente zelf moet worden uitgevoerd. 2.3 Uitgangspunten Samenvattend zijn de belangrijkste uitgangspunten van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening de volgende: Meer verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid voor burgers; de wet is gericht op meedoen en participatie. De gemeente biedt ondersteuning daar waar het echt nodig is; De gemeente is verantwoordelijk voor stroomlijning van het ondersteuningsaanbod. De gemeente ontwikkelt samenhangend (integraal) beleid voor kwetsbare groepen; De gemeente voert voornamelijk regie (stuurt) en laat de uitvoering bij professionals; Burgers en instellingen zijn gesprekspartner bij het inrichten van het beleid. Afrekening op resultaat door de gemeenteraad en inwoners (horizontale verantwoording); Afstemming met andere beleidsterreinen (bijvoorbeeld het inkomens en reïntegratie beleid). 1 http://www.divosa.nl/system/files/handreiking_integrale_schuldhulpverlening.pdf Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 8

3 Landelijke ontwikkelingen 3.1 Kredietcrisis Sinds het bestaan van de kredietcrisis sinds 2007 is het aantal mensen met schulden fors toegenomen en zijn schuldensituaties complexer geworden. Als gevolg van 'plotselinge' werkloosheid kan dit probleem nu iedereen treffen: van sociaal zwakkere tot tweeverdieners met koopwoning. De verandering in de schuldproblematiek vraagt ook een verandering in de oplossing van het probleem. Het kabinet heeft de laatste jaren een groot aantal maatregelen genomen gericht op de hele keten rondom schuldenproblematiek: het verbeteren van de financiële bewustwording, het voorkomen van overkreditering, het versterken van de inkomenspositie voor kwetsbare groepen, het tegengaan van het niet-gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen, het bevorderen van vroegsignalering, de samenwerking rondom schuldenproblematiek en het verbeteren van de effectiviteit en de kwaliteit van de schuldhulpverlening. Het hele proces van integrale schuldhulpverlening en regievoering vereist veel inspanning van gemeentes. Er moet immers intensief worden samengewerkt met organisaties en daarvoor moeten goede afspraken worden gemaakt. Door tijdelijk (2009-2011) extra middelen beschikbaar te stellen heeft het kabinet extra aandacht gegeven aan het voorkomen en oplossen van problematische schuldensituaties. De nieuwe plannen uit het regeerakkoord wijzen echter op bezuinigingen op dit gebied terwijl de behoefte alleen maar lijkt toe te nemen. Zo wordt gekort op de uitkeringen (WWB, Wajong en WSW) waardoor het besteedbaar inkomen lager wordt. Het risico op geldproblemen wordt hierdoor groter. 3.2 Nieuwe doelgroep In Nederland zijn op dit moment 1,9 miljoen huishoudens met betalingsachterstanden: 27% van het totaal. En dat zijn niet alleen minima, maar juist ook veelverdieners met een tophypotheek die ze niet meer op kunnen brengen door baanverlies. De uitkering is dan niet voldoende om de hypotheek te betalen. Dit is een nieuw fenomeen op het gebied van schuldhulpverlening. Zo worden schuldhulpverleners geconfronteerd met een nieuwe doelgroep. Het oplossen van een hypothecaire schuld vraagt een compleet andere aanpak dan bij een huurschuld. Bijkomstig probleem is dat deze nieuwe doelgroep doorgaans onzichtbaar is voor de gemeente op het moment dat dat eigenlijk wel nodig zou zijn. Preventie is des te meer een belangrijk instrument bij het opsporen van deze groep mensen om ze ertoe te zetten problemen te lijf te gaan voordat ze onoplosbaar worden. Het Werkplein wordt in dit verband steeds belangrijker. Onderzoek van Nibud (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) heeft aangetoond dat problematische schulden minder ontstaan bij inkomensachteruitgang wanneer men zicht heeft op het beschikbare budget, ook als dat budget minder was dan voorheen. 3.3 Jongeren en schulden Uit verschillende onderzoeken en enquêtes van onder andere Nibud, blijkt dat het aantal jongeren dat in de schulden zit hard groeit. Uit onderzoek van het Nibud is gebleken dat een kwart van de Nederlandse middelbare scholieren lenen de normaalste zaak van de wereld vindt. Ze zijn zich vaak niet bewust van de gevolgen op termijn. Volgens het instituut is dit dan ook een van de veroorzakers van problematische schulden bij jongeren. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 9

Schuldeisers zijn minder snel bereid mee te werken aan schuldsanering voor jongeren. Zij voelen er vaak niets voor om de restschuld na drie jaar kwijt te schelden. De schuldenaars zijn immers jong en kunnen nog veel geld verdienen in de toekomst. Een oplossing voor dit probleem is moeilijk te vinden. Enerzijds zal het voor jongeren moeilijker gemaakt moeten worden om zich in de schulden te steken, anderzijds moet er ook een ander denkpatroon bij jongeren ontstaan, waardoor zij het niet meer de normaalste zaak van de wereld gaan vinden om geld te lenen. Preventieve maatregelen zijn ook in combinatie met de doelgroep zeer belangrijk. Zo moeten jongeren goede voorlichting krijgen over geld via bijvoorbeeld schuldhulpverleners en budgetconsulenten op scholen. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 10

4 Huidige situatie Purmerend De evaluatie in 2009 heeft uitgewezen dat Gemeente Purmerend op het gebied van schuldhulpverlening tot dusver goede resultaten heeft geboekt. Hoewel er nog geen wettelijke taak ligt, is Purmerend een van de weinige gemeenten waar al een beleidsplan is vastgesteld waarin de visie, de uitgangspunten en de uitvoering ervan zijn verwoord. Purmerend biedt haar burgers een breed pakket aan voorzieningen. De uitvoering daarvan verloopt doorgaans naar tevredenheid van verschillende instanties en klanten. Er is een netwerk opgezet waarbij integraal wordt samengewerkt met uiteenlopende partijen. Er is samenwerking met nutsbedrijven ten behoeve van vroegsignalering. In het kader van educatie kunnen mensen met- en zonder schulden een budgetcursus volgen. Op curatief gebied kunnen mensen terecht voor een minnelijk en wettelijk traject, maar in sommige gevallen ook voor advies en begeleiding. Maatwerk speelt bij de bepaling van het traject een belangrijke rol. Kortom, er is al een berg werk verzet. Hieronder volgt een beschrijving van de huidige situatie. Deze situatie wordt vervolgens vergeleken met de uitgangspunten uit het wetsvoorstel. 4.1 Doelgroep Schuldhulpverlening in Purmerend is breed toegankelijk. Toegang tot schuldhulp geldt voor mensen die voldoen aan de volgende toelatingscriteria: 18 jaar of ouder, inwonend en ingeschreven in de gemeente Purmerend, gemotiveerd of te motiveren en een problematische schuld volgens de NVVK- gedragscode (hierin wordt o.a. ook het criteria vermogen genoemd). Mensen die niet terecht kunnen voor een minnelijk of wettelijk traject krijgen in elk geval advies van Activa. Voorbeelden hiervan zijn mensen met eigen vermogen, recidivisten, mensen zonder inkomen en mensen die fraude hebben gepleegd. Hierover moet opnieuw een besluit worden genomen. Niet gemotiveerde klanten zijn onder andere klanten die niet reageren op oproepen, de deur niet openen, gemaakte afspraken niet nakomen, aan hebben gegeven niet geholpen te willen worden. Het gaat hier vaak om mensen met ernstige psychosociale- of verslavingsproblematiek. Deze problemen dienen eerst aangepakt te worden alvorens een traject gestart kan worden. 4.2 Voorzieningen In het huidige pakket aan dienstverlening zitten preventieve, curatieve en procesondersteunende diensten. Centraal in de uitvoering staan de diensten integrale intake en trajectbegeleiding. Het doel is achterhalen welke oorzaken er zijn voor de problematische schuldensituatie, deze oorzaken wegnemen en/of hanteerbaar maken- via een stabilisatietraject- en voorkomen dat de klant uitvalt tijdens een schuldhulpverleningstraject. Na het traject is het doel om te voorkomen dat de klant terugvalt in zijn of haar oude patroon door de klant te blijven volgen gedurende een bepaalde periode. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 11

Product Doelgroep Organisatie A. Preventie/vroegsignalering Cursus 'Omgaan met geld' Mensen met (dreigende) geldproblemen ROC (educatiemiddelen) Thuisadministratie Prioritaire groepen ROC (SMD/Humanitas) (educatiemiddelen) Incidenteel: Voorlichting aan doelgroepen o.a. Jongeren Activa/ROC Permanent: Afspraken met nutsbedrijven Mensen met (dreigende) geldproblemen Activa Nazorg Mensen die een traject hebben afgerond Activa B. Procesondersteuning/Toeleiding Aanmeldgesprek en intake Mensen met een zorgvraag WMO loket/activa Adviesgesprek Mensen met net niet-problematische schulden Activa Integrale intake Mensen die binnen de doelgroep vallen Activa Stabilisatietraject Mensen die binnen de doelgroep vallen Activa Trajectbegeleiding Mensen die binnen de doelgroep vallen Activa C. Curatie Schuldregeling Mensen die binnen de doelgroep vallen Activa Budgetbeheer Prioritaire groepen Activa Budgetbegeleiding Prioritaire groepen Activa Psychosociale hulpverlening Mensen met psychosociale problemen, naast schulden Welzijnsinstellingen: op maat Afgifte WSNP-verklaring Mensen die geen schuldenregeling tot stand krijgen Activa Tabel 2: huidige voorzieningen schuldhulpverlening, zie bijlage 1 voor uitleg over de verschillende producten In Purmerend is het huidige voorzieningenpakket compleet. Er wordt vooral ingezet op de curatieve en procesondersteunende diensten. Op gebied van preventie zijn een aantal diensten vanaf 2012 onzeker. Het gaat hier om 'thuisadministratie' en de cursus 'omgaan met geld'. Deze preventieve vormen van budgetbegeleiding en voorlichting worden gefinancierd vanuit educatiegelden. Het doel is om zelfredzaamheid van mensen te bevorderen en uitval te voorkomen. Vanwege de forse krimp in het educatiebudget is het van belang te zoeken naar alternatieve vormen van preventie en financiering. In praktijk is gebleken dat vooral de individuele thuisbegeleiding zeer wenselijk is. Schuldenproblematiek is vaak slechts een onderdeel van de onderliggende problemen. Deze complexiteit zorgt ervoor dat individuele begeleiding in veel gevallen de enige mogelijkheid is. Deze dienst werkt daarnaast ondersteunend voor Activa waardoor hun dienstverlening effectiever kan zijn. Activa biedt echter wel budgetbeheer en -begeleiding in situaties waarbij mensen (nog) niet in staat zijn om zelf hun geldzaken te regelen. Dit werkt preventief omdat ervoor gezorgd wordt dat schulden niet oplopen. Het is van belang om te kijken wat er op gebied van preventie nog mogelijk en wenselijk is. Het belang van preventie is groot. Hoe meer voorkomen wordt dat mensen in de financiële problemen komen, hoe minder er ingezet hoeft te worden op de curatieve diensten. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 12

4.3 Organisatie en uitvoering Activa heeft per 1 juli 2010 tot 1 januari 2012 de werkzaamheden van Sociaal.nl overgenomen. Vóór die tijd was er sprake van een zakelijke opdrachtgever-opdrachtnemer-relatie tussen de gemeente (Werk en Welzijn) en Sociaal.nl, waarbij de gemeente de producten schuldregeling en budgetbeheer in had gekocht. Per 1 juli 2010 voert Activa dus alle onderdelen van schuldhulpverlening zelf uit. Dit zal aflopen per 1 januari 2012. Met het oog op de nieuwe regieneming van de gemeente is een heroverweging van de organisatie en uitvoering is op zijn plaats. Activa heeft tot dusver goede resultaten geboekt. Zij heeft inmiddels een breed netwerk opgebouwd. De complexiteit en gevoeligheid van het onderwerp vraagt om een integrale aanpak waarbij kwaliteit wordt gewaarborgd. Het vertrouwen van schuldeisers en de inzet van schuldenaars is cruciaal bij het slagen van een traject. Bij de heroverweging van de organisatie en uitvoering is het belangrijk deze zaken mee te nemen. 4.3.1 Integrale samenwerking Bij het bepalen van het traject wordt niet alleen naar de schulden gekeken maar ook naar achterliggende oorzaken zoals psychosociale problemen. Daartoe worden gespecialiseerde instanties ingeschakeld, zoals Stichting Maatschappelijke Dienstverlening (SMD). De SMD wordt gesubsidieerd vanuit het programma Zorg en Welzijn. Ook andere dienstverleners, die niet tot de kernpartners horen maar wel diensten (kunnen) leveren in het kader van schuldhulpverlening, worden voornamelijk gefinancierd uit subsidiegelden (zorg, welzijn of onderwijs). Echter wanneer sprake is van een uithuiszettingsvonnis, dan wordt de klant door de woningcorporaties gewezen op het Tweede kansbeleid, uitgevoerd door de Regionale Instelling voor Begeleid Wonen (RIBW). De situatie is op dat moment in zon ver stadium en dermate complex dat specialisme op het gebied van psychosociale problemen vereist is. RIBW legt om die reden huisbezoeken af bij alle klanten. De stuurgroep (Activa, RIBW, SMD) heeft wekelijks casuïstiekoverleg om integraliteit zoveel mogelijk te waarborgen. 4.2 Huidige situatie versus wettelijke verplichtingen Het wettelijk kader behelst de volgende vijf punten: 1. Integrale schuldhulpverlening en de regierol van de gemeente. a. Preventie b. Nazorg 2. Brede toegankelijkheid. 3. De kwaliteit in integrale schuldhulpverlening (middels een beleidsplan). 4. Wacht- en doorlooptijden. 5. Rechten en plichten schuldenaar. Gemeente Purmerend is in vergelijking met andere gemeentes aanzienlijk ver op dit gebied. Als we de kwaliteitseisen van de nieuwe wet naast het huidige beleid van Purmerend leggen dan kunnen we concluderen dat in Purmerend grotendeels al aan deze eisen wordt voldaan. Er is al sprake van integrale schuldhulpverlening en regie op dat proces. De kaders zijn beschreven in een beleidsplan waarbij ook prestatie-indicatoren zijn vastgelegd. De verantwoording daarvan wordt jaarlijks gedaan. Verder zijn rechten en plichten vastgelegd in een contract dat de schuldenaar moet tekenen. Wat moet nog gebeuren in Purmerend? Wachttijd terugbrengen van ongeveer 8 weken naar maximaal 4 weken. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 13

Toegang regelen middels een beleidsplan. Wat kan nog meer gebeuren in Purmerend? Er valt vooral winst te behalen op het gebied van preventie (ook in nazorg). Preventie is op allerlei momenten mogelijk voor iedereen die te maken kan krijgen met financieel slecht weer (zie bijlage 1). Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 14

5 Visie, uitgangspunten en doelstellingen De navolgende visie, doelstelling en uitgangspunten vormen de basis van waaruit de voorgestelde wijze van aanpak wordt beschreven en waarmee gewerkt kan worden aan een effectieve en duurzame oplossing van de schuldenproblematiek in Purmerend. In hoofdlijnen komen ze overeen met datgene wat er in de nota "Preventie schuldhulpverlening en leven zonder schulden" (2007) is vastgelegd en besloten. 5.1 Visie Schuldhulpverlening gebeurt vanuit de visie dat iedereen zich moet beseffen dat je niet méér geld kunt besteden dan je inkomen toestaat. Dit is een voorwaarde om te kunnen participeren in de samenleving. Schuldhulpverlening is daarmee onderdeel van het sociaal beleid. De huidige aanpak gaat uit van een brede visie op de schuldhulpverlening. Door middel van een integrale aanpak is de schuldhulpverlening vraaggestuurd en laagdrempelig. Preventie, stabilisatie en nazorg zijn daarbij centrale onderwerpen. Daarbij gaat het niet alleen om het wegnemen van financiële problemen, maar ook de oorzaken ervan. Educatie is als uitgangspunt gekozen om mensen te leren om beter met de eigen financiële huishouding en eventuele schulden om te gaan en maakt waar mogelijk deel uit van de preventieve en curatieve dienstverlening. De klant en zijn probleem zijn uitgangspunt, waarbij de eigen verantwoordelijkheid van de klant centraal staat en de klant ook geholpen wordt om deze verantwoordelijkheid te nemen. 5.2 Doelstelling Hoofddoel Het vergroten van duurzame (financiële en sociale) zelfredzaamheid en participatie van burgers en, indien dit niet mogelijk is, adequate hulp bieden om maatschappelijke uitval te voorkomen. Het hebben van (problematische) schulden of het balanceren op het financiële randje, staan participatie in de samenleving behoorlijk in de weg. Mensen die niet in staat zijn op eigen kracht uit een problematische schuldsituatie te komen hebben gerichte hulp nodig, met als doel ze zo snel mogelijk weer in staat te stellen zelf het stuur over te nemen. Middels het schuldhulpverleningsbeleid moet de problematiek rond schulden kleiner worden en tot betere resultaten gaan leiden. Bij een verbeterde organisatie van de schuldhulpverlening moet de inzet van middelen leiden tot kostenreductie. Besparingen zijn te verwachten doordat: Het welzijn en de gezondheid van burgers verbetert en escalatie van problemen wordt voorkomen; Participatie en reïntegratie naar werk soepeler verloopt, waardoor het beroep op en bijstandsmiddelen afneemt; Het aantal huisuitzettingen afneemt. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 15

Meetbare doelstellingen Uitval uit trajecten: 10%; Trajecten worden succesvol beëindigd: 70% succesvol; Maximale wachttijd: 4 weken; Aantal recidivisten neemt af: nulmeting 2012; Aantal aanmeldingen neemt op langere termijn af: afname van 10% vanaf 2014; Klanttevredenheid: 7. 5.3 Uitgangspunten 1. Preventieve activiteiten zijn noodzakelijk om de groeiende schuldenproblematiek af te remmen. Voorkomen is beter dan genezen. 2. Prioriteit ligt bij het bevorderen van zelfredzaamheid: van kwetsbaar naar weerbaar. 3. Activeren en werk stimuleren waar dat mogelijk is. 4. Mensen zijn als eerste zelf verantwoordelijk om hun problemen aan te pakken. 5. Door het wegnemen van drempels kan men zijn probleem aanpakken. 6. Maatwerk is een voorwaarde voor een succesvolle schuldhulpverlening. 7. Gemeente Purmerend kiest voor integraal beleid en voert regie op de uitvoering. 8. Eén aanspreekpunt is belangrijk om uitval te voorkomen. 9. Nazorg is belangrijk om terugval te voorkomen en is zodoende een vorm van preventie. 10. Hulp bij schuldenproblematiek is beschikbaar voor inwoners van Purmerend met problematische schulden (richtlijn Gedragscode Schuldregeling NVVK, bijlage 3). 5.4 Monitoring/evaluatie Ten minste jaarlijks zal het college van B&W in het jaarverslag aan de gemeenteraad verantwoording afleggen over de uitvoering van het door de raad vastgestelde plan met betrekking tot integrale schuldhulpverlening. De bespreking van het jaarverslag in de gemeenteraad kan aanleiding zijn om het beleid en de uitvoering van de integrale schuldhulpverlening bij te stellen. Op deze manier is gegarandeerd dat de gemeentelijke schuldhulpverlening en de effectiviteit ervan ten minste jaarlijks op de agenda van de gemeenteraad staat. De volgende gegevens zullen worden gerapporteerd: Aantal aanmeldingen; Aantal intakes; Aantal crisisinterventies; Aantal klanten in caseload; Aantallen per product; Aantal succesvol beëindigde trajecten; Aantal recidivisten; Aantal mensen die uitvallen tijdens een traject; Wachttijd. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 16

6 Wijze van aanpak In Purmerend is het pakket aan diensten compleet. Er wordt integraal samengewerkt met diverse instanties, via trajectbegeleiding wordt een op maat gesneden traject ingezet en er wordt verder gekeken dan alleen de schulden. Op gebied van preventie hebben zich de afgelopen jaren een aantal ontwikkelingen voorgedaan. Hier kan meer winst worden geboekt dan nu het geval is. Verder moet gewerkt worden aan het beperken van de wachttijd. Hieronder zijn de wijze van aanpak en keuzes daartoe uitgewerkt. 6.1 Doelgroep De gemeentelijke schuldhulpverlening is breed toegankelijk voor alle natuurlijke personen van wie redelijkerwijs is te voorzien dat die niet zullen kunnen voortgaan met het betalen van de schulden of die verkeren in een toestand dat zij zijn opgehouden te betalen, onder voorwaarde dat zij gemotiveerd zijn. Het uitgangspunt voor de toelatingscriteria zijn de richtlijnen van de NVVK. 18 Jaar of ouder; Inwonend en ingeschreven in de gemeente Purmerend; Gemotiveerd of te motiveren en een problematische schuld volgens de NVVK- gedragscode. Een situatie van problematische schulden is, volgens de Gedragscode Schuldregeling NVVK wanneer er aan de volgende criteria wordt voldaan: De som van de geëiste maandelijkse betalingen is hoger dan de volgens de Recofarekenmethode gecalculeerde aflossingscapaciteit en/of er is een bedreigende schuld (dit is een betalingsachterstand van minimaal twee maanden) in een of meer van de categorieën huur, hypotheek, energie, ziektekostenverzekering, WA-verzekering of inboedelverzekering. Er is geen bereidheid van schuldeisers om een betalingsregeling te treffen; Er is geen mogelijkheid van herfinanciering van de schulden; Er is geen vermogen aanwezig dat geliquideerd kan worden. Om in aanmerking te komen voor een traject zijn de volgende voorwaarden verbonden: Op tijd de juiste en volledige informatie verstrekken; Er mogen geen nieuwe schulden worden gemaakt; Het inkomen van de schuldenaar moet ten minste het niveau hebben van de bijstandsnorm. Als de cliënt een lager inkomen heeft, dan heeft hij geen afloscapaciteit en valt er geen schuldregeling te treffen met schuldeisers. De schuldenaar moet alle mogelijke inkomsten aanwenden (bijstand, huursubsidie, belastingteruggaaf, kinderkorting, vakantiegeld etc.). Waar mogelijk moet vermogen te gelde worden gemaakt. Pas als dat geregeld is, kan een schuldregeling worden opgezet. Om exact te berekenen of de schuldhoogte en het inkomen voldoen aan de voorwaarden voor schuldregeling, wordt een standaardrekenmethode gebruikt; Als het hebben van een auto niet noodzakelijk is voor beroepsuitoefening of om medische redenen, dan moet deze verkocht worden. Ook andere uitgaven moeten grondig worden getoetst op de noodzaak ervan. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 17

Voor de volgende groepen mensen gelden uitzonderingen, omdat hen niet direct een regulier traject kan worden aangeboden: 1. Mensen met een koopwoning Voorop staat dat de cliënt op basis van zijn inkomen in staat moet worden geacht de maandelijkse verplichting van de hypotheek op te brengen. Wanneer sprake is van een koopwoning waarvan men de maandelijkse hypotheeklast niet meer kan betalen komt men in principe niet in aanmerking voor een traject. Daarnaast moet eigen vermogen te gelde worden gemaakt door de woning te verkopen. Met de overwaarde kan de schuld dan worden afbetaald. Het oplossen van een hypothecaire schuld vraagt een compleet andere aanpak dan bij een huurschuld. Voor hen worden door Activa afspraken gemaakt met een commerciële partij om te komen tot een warme overdracht. Soms is er géén sprake van overwaarde, maar leidt verkoop van een woning juist tot een grotere schuld. Als daarnaast de cliënt de maandelijkse verplichtingen van de hypotheek op basis van zijn inkomen gewoon kan dragen, geldt een uitzonderingssituatie. Er kan geprobeerd worden om een traject op te starten en tot een schikking te komen. De medewerking van schuldeisers is echter geen vanzelfsprekendheid. 1. Mensen zonder inkomsten Mensen zonder inkomsten vanuit uitkering of werk hebben onvoldoende afloscapaciteit en moeten eerst zorgen voor een inkomstenbron. Ook budgetbeheer is voor hen geen optie in dit stadium omdat er nog geen inkomen te beheren is. Wat moeten zij doen? Zorgen voor inkomen uit werk, uitkering en andere aanvullende regelingen; Voorschot aanvragen bij de uitkerende instantie (dit is echter niet voldoende voor de vaste lasten maar slechts 'broodnood'); Contact opnemen met schuldeisers om aan te geven bezig te zijn met het verkrijgen van een inkomen en hulp te hebben ingeschakeld via een schuldhulpverlenende instantie. 2. Recidivisten Personen die in een eerdere periode ná schuldhulpverlening schuldenvrij waren, maar weer opnieuw problematische schulden hebben gemaakt, komen de eerste 10 jaar na afloop van een traject niet meer in aanmerking voor een WSNP- traject. Wel kan er geprobeerd worden weer een minnelijk traject op te starten. Echter dit heeft alleen zin als een eerder minnelijk traject al enige tijd geleden is geweest. Wanneer een schuldenaar te snel na een eerdere poging weer terug komt, werken schuldeisers vaak niet meer mee tenzij de situatie van de klant gewijzigd is. Dit laatste kan bijvoorbeeld inhouden dat de klant meer kan aflossen dan voorheen. Budgetbeheer is in deze situatie mogelijk en zelfs wenselijk om schuldeisers mee te krijgen om minnelijk traject te kunnen opstarten. Wanneer een minnelijk traject niet kan worden opgestart kan budgetbeheer worden ingezet of beschermingsbewind. Dit, om ervoor te zorgen dat de klant schulden blijft aflossen en zo het vertrouwen van de schuldeiser weet terug te winnen. Na verloop van tijd kan besloten worden opnieuw een traject op te starten. 3. Mensen met schulden die voortvloeien uit strafrechtelijke vorderingen (CJIB boetes) of fraude Een traject kan niet worden opgestart wanneer sprake is van openstaande schulden die voortvloeien uit strafrechtelijke vorderingen (boetes). Deze boetes moeten eerst worden afgelost. Voor de hoogte van deze boetes gelden de landelijke richtlijnen. Hetzelfde geldt wanneer er sprake is geweest van fraude in de vijf jaar voorafgaand aan het verzoek tot schuldsanering. Beide groepen zijn namelijk, net als recidivisten, uitgesloten van de WSNP. Een minnelijk traject kan wel worden opgestart, maar het Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 18

verkrijgen van medewerking van schuldeisers is een lastige opgave. Om die reden is budgetbeheer wenselijk. Voor deze groep mensen geldt hetzelfde als voor recidivisten. De rechten en plichten van de klant liggen vast in een contract. Hierbij wordt onder andere aangegeven welke sanctie er is wanneer de klant zich niet houdt aan het contract en de voorwaarden die gesteld zijn om in aanmerking te komen voor schuldhulpverlening. 6.1.1 Sancties Sancties hebben alleen zin als deze niet financieel van aard zijn. Een schuldenaar wordt op geen enkele manier geprikkeld wanneer er bijvoorbeeld een boete wordt opgelegd. Het doel van de sanctie is dat de klant meer of betere medewerking zal gaan verlenen aan het traject. De meest reële sanctie is uitsluiting voor een bepaalde tijd (vanaf 6 maanden) van schuldhulpverlening. Dit houdt in dat een schuldenaar voor een periode van 6 maanden geen toegang heeft tot de diensten van schuldhulpverlening. Deze sanctie kan worden opgelegd in de volgende situaties (of een combinatie daarvan): Bij onvoldoende motivatie en meewerking tijdens het traject; Wanneer blijkt dat opzettelijk onvolledige en onjuiste informatie is verstrekt; Wanneer nieuwe schulden worden gemaakt tijdens het traject; Wanneer fraude is gepleegd; Wanneer nieuwe schulden worden gemaakt ná de afloop van een traject (recidive). 6.2 Voorzieningen Voor het bieden van integrale schuldhulpverlening zijn verschillende diensten beschikbaar die, afhankelijk van de individuele situatie, kunnen worden ingezet. Hieronder worden daarvoor twee pakketten uitgewerkt. Het basispakket bevat de diensten die ten minste nodig zijn bij het bieden van integrale schuldhulpverlening. Het volledig pakket bevat de diensten zoals die nu in Purmerend worden aangeboden. Aanvullend kan een preventief pakket worden ingezet. Product Basispakket Volledig pakket 2012 Kosten Aanmeldgesprek WMO X X 480 WMO-middelen Advies (70%) X 336 60.480 Integrale intake X X 144 55.080 Stabilisatietraject X X 144 32.400 Trajectbegeleiding X X 609 267.200 Schuldregeling X X 100 72.000 Budgetbeheer X X 180 64.800 Budgetbegeleiding X 180 56.700 Afgifte WSNPverklaring X X 70 12.600 Nazorg X X 335 60.300 Totale kosten 681.560 Tabel 3: huidige voorzieningen schuldhulpverlening en kosten. De kosten zijn gebaseerd op geschatte aantallen voor 2012! Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 19

Optie 1: Basispakket Om aan de kwaliteitseisen van de nieuwe wet te voldoen en om integraal te blijven werken zullen de meeste diensten behouden moeten blijven. Door geen adviesgesprekken meer te voeren valt een financieel voordeel te behalen ( 60.480). Het zorgt er echter ook voor dat bepaalde groepen mensen bij voorbaat niet geholpen kunnen worden. Mensen die niet direct in aanmerking komen voor een minnelijk of wettelijk traject kunnen binnen deze producten nergens terecht. Budgetbeheer is nodig omdat dat vaak een voorwaarde is voor schuldeisers om mee te werken. Budgetbegeleiding is een middel om budgetbeheer af te bouwen. Het doel is mensen weer zelfredzaam te maken. Het moet voorkómen dat mensen terugvallen. Het niet bieden van budgetbegeleiding kan als consequentie hebben dat budgetbeheer langer nodig is en mensen daarna weer terugvallen in hun oude patroon. Het niet uitvoeren van budgetbegeleiding geeft een besparing van ca. 56.700. Optie 2: Volledig pakket (huidig voorzieningenpakket voortzetten) Optie 2A. Bij deze optie blijft het huidige voorzieningenpakket ongewijzigd. Het is mogelijk en wenselijk efficiënter te werken. Met lean-werken zal in 2011 al worden gestart. De wachttijd tussen de aanmelding en de intake zal daardoor tevens worden verkort. Optie 2B. Het volledige pakket kan ook worden uitgevoerd met minder intensieve trajectbegeleiding. Nu wordt gerekend met 9,75 uur trajectbegeleiding per jaar. Dit is relatief veel. Zo geeft Stimulansz in haar handreiking aan dat met 4 uur per jaar kan worden volstaan. De trajectbegeleiding terugbrengen van 9,75 uur naar gemiddeld 7 uur per klant per jaar levert een besparing op van 75.000 (2,75uur x 609 klanten x 45 uurloon). Omgerekend naar formatieplekken levert dit een besparing op van ca. 1,1 fte. Zo kan hetzelfde werk gedaan worden met minder middelen. Het risico van minder intensieve trajectbegeleiding is dat de kwaliteit minder wordt. De trajectbegeleider moet het werk meer afbakenen en zich puur richten op afstemmen, coördineren en regie voeren. Een efficiëntere manier van werken kan bij beide opties worden toegepast (procesoptimalisatie) Een manier om efficiënter te werken is middels lean-werken, oftewel procesoptimalisatie. De kerngedachte is om verspillingen in werkprocessen op te sporen en te elimineren. Door bijvoorbeeld de aanmelding en de intake tegelijkertijd uit te voeren en eenmalig advies daar eventueel in mee te nemen kan (wacht)tijd worden bespaard en kan sneller ingegrepen worden (zie onderstaande tabel). Ook hoeven klanten niet twee keer het verhaal te vertellen, en er hoeft geen overdracht van gegevens plaats te vinden. Men weet gelijk waar hij/zij aan toe is. Begin 2011 zal een start worden gemaakt met een nieuw uitvoeringsproces. Volledig pakket (efficiënter georganiseerd) aanmelding+intake+advies Trajectbegeleiding Schuldregeling Budgetbeheer Budgetbegeleiding Psychosociale hulpverlening Afgifte WSNP-verklaring Nazorg Tabel 4: Mogelijkheid om volledig pakket aan te bieden maar efficiënter georganiseerd Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 20

Aanvullende optie: preventief maatregelenpakket Aanvullend is het gewenst preventieve maatregelen in te zetten. Inverdieneffecten van preventie zullen op den duur merkbaar zijn, maar zijn nog niet kwantificeerbaar. Hierbij valt te denken aan: minder huisuitzettingen, besparing kosten maatschappelijke opvang, minder psychosociale problematiek en/of verslaving, minder schulden, minder problemen in de relationele sfeer etc. De oplossing bevindt zich vooral op het terrein van het vergroten van financiële bewustwording middels voorlichting, advies en begeleiding. Daarbij kan gedacht worden aan de volgende activiteiten: Voorlichting aan kinderen en jongeren op scholen ter bewustwording van de gevolgen van financiële problemen/lenen om te voorkomen dat zij zichzelf in de schulden steken. Het onderwijs kan hier een belangrijke rol in vervullen; Advies en begeleiding (middels een cursus of budgetbegeleiding) aan mensen die te kampen hebben met inkomensachteruitgang om te voorkomen dat zij in de schulden raken. Het meest effectief is het als dit bij mensen thuis gebeurt; Inzetten van ervaringsdeskundigen. Mensen die in een schuldensituatie hebben gezeten en nu schuldenvrij zijn willen soms hun ervaringen omzetten in het ondersteunen van anderen die niet schulden hebben. De taken van de deze mensen kunnen zich richten op budgetondersteuning in een één-op-één coachingssituatie voor klanten die niet zelfredzaam zijn. De bestaande vormen van individuele budgetbegeleiding door professionals kunnen zo op een innovatieve wijze worden verrijkt met deze elementen van ervaringsdeskundigheid. Het opzetten van zogenoemde sorteergroepen onder leiding van vrijwilligers en/of professionals voor iedereen die moeite heeft met zijn administratie. Dit kan ook een belangrijk middel zijn binnen het traject van nazorg. Activiteiten kunnen zich richten op het sorteren van post, bijhouden van administratie, uitwisselen van tips en advies bij betalingsachterstanden etc. 6.3 Organisatie en uitvoering Momenteel voert Activa alle schuldhulpverleningsprocessen zelf uit. Voorheen werkte zij samen met Sociaal.nl. Een vergelijking naar de meest effectieve manier is momenteel nog moeilijk te maken omdat de overstap naar 'zelf doen' nog maar kort geleden is gemaakt. Wel wijzen eerste signalen al op positieve resultaten. Zo wordt er efficiënter gewerkt vanwege de kortere lijnen. Verder is er sprake van één visie, één manier van werken, wat ook de sfeer op de afdeling ten goede komt. De snelheid waarmee gehandeld kan worden heeft een positieve doorwerking op de klanten. Uit de vorige evaluatie bleek de fysieke afstand tussen de uitvoerende instanties (Activa en Sociaal.nl) het proces te vertragen waardoor niet efficiënt gewerkt kon worden. Bij alle mogelijke manieren van uitvoering kunnen de diensten onder een dak worden georganiseerd. Gezien de nieuwe rolneming van de gemeente is het voortzetten van de huidige manier van uitvoeren een punt van discussie. Hieronder worden de verschillende mogelijkheden uitgewerkt. Achtergrondinformatie Uit onderzoek van het Ministerie van Sociale Zaken blijkt het volgende (bron: http://docs.minszw.nl): Sommige gemeenten houden de uitvoering van de schuldhulpverlening volledig in eigen hand, anderen werken samen met externe instanties. Als dit laatste het geval is, zijn de gemeenten zelf vaak meer betrokken bij de aanmelding en intake van cliënten en minder bij het aanbieden van schuldhulpverleningsproducten. Aanmelding en intake kunnen ook vaak plaatsvinden bij de Kredietbank, Algemeen Maatschappelijk Werk of andere externe organisaties. Ongeveer een kwart van de gemeenten verzorgt zelf budgetbegeleiding en schuldregelingen, die Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 21

verder vooral worden verzorgd door kredietbanken en externe organisaties. Eén op de tien gemeenten biedt psychosociale of maatschappelijke hulp aan. Algemeen Maatschappelijk Werk is in 80% van de gemeenten verantwoordelijk voor psychosociale en maatschappelijke hulpverleningstrajecten. Het aantal gemeenten dat de schuldhulpverlening (het gaat dan om aanmelding, intake, budgetbegeleiding, psychosociale/maatschappelijke hulp en schuldregeling) 'volledig uitbesteedt' aan een externe organisatie blijkt in minder dan 4% van de gemeenten voor te komen. Vaak worden er slechts delen van de schuldhulpverlening uitbesteed of wordt er samengewerkt met Algemeen Maatschappelijk Werk of de Kredietbank. Optie 1: Volledig uitbesteden Voordelen Nadelen Vooral geschikt als duidelijk is wat nodig is; Geschikt voor opdrachten waarvoor geen specifieke investeringen nodig zijn; Specialisme makkelijk in te kopen; Gemeente kan zich beperken tot kerncompetenties- en taken; Risicospreiding; Flexibel bij groeiende of krimpende aantallen; Er is veel controle nodig om te kijken of de gecontracteerde partijen leveren wat nodig is; controle op privacy en kwaliteit is lastig; Vaak korte contracten, waardoor opbouw van kennis en expertise gering is en innovatie beperkt blijft; Cultuurverschillen kunnen belemmerend werken; Mogelijk te weinig oog voor sociaal aspect vanwege winstoogmerk; Opgebouwde kennis en naamsbekendheid Activa wordt de deur uit gezet; Traject met klanten duur 3/4 jaar; tussentijdse wisseling van partij is vervelend voor klanten en schuldeisers en kan effectiviteit beïnvloeden. Optie 2: Gedeeltelijk uitbesteden (situatie 2008-juli 2010) Voordelen Nadelen Veel ruimte voor ontwikkeling en innovatie, door langdurig opbouwen van kennis en expertise; Samenwerkingsverbanden kunnen zich snel aanpassen aan veranderende omstandigheden; Langdurige samenwerking kan leiden tot een zekere blindheid voor andere partijen die betere prestaties leveren; concurrentie is dan zeer beperkt; Samenwerking komt niet zomaar tot stand. Er moet sprake zijn van wederzijds belang bij samenwerking, vertrouwen in het project en draagvlak bij de achterban om het project van de grond te krijgen; Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 22

Zicht op kwaliteit en privacy via trajectbegeleiding; Verdeling van verantwoordelijkheden en taken naar specialisme; Cultuurverschillen (visie, bejegening) kunnen belemmerend werken; Overdrachtsmomenten kunnen vertragend werken Eén aanmeldpunt en aanspreekpunt blijven mogelijk; Risicospreiding. Optie 3: In eigen beheer (huidige situatie) Voordelen Nadelen Meer zicht mogelijk op de te verrichten inspanningen (als dit tenminste door betrokken organisaties wordt gemonitord!); Minder flexibel dan een marktpartij (bij groeiende of krimpende aantallen); Meer grip op het proces; minder overdrachtsmomenten dus sneller schakelen; Uniforme intake; Aantal loketten voor klant beperkt; duidelijk aanspreekpunt voor externen; Is op zich minder geschikt als er veel specialismen nodig zijn (dan moet al die kennis in huis worden gehaald); In strijd met huidige ontwikkelingen (meer nadruk op regie, minder op zelf doen); Financieel risico 100% bij gemeente; Naamsbekendheid en kennis bij Activa opgebouwd, veel investeringen gedaan; Alle kennis onder één dak; Aansturing van eigen werknemers is gemakkelijker; centraal werken aan deskundigheidsbevordering. Tabel 5: opties organisatie en uitvoering Optie 1: Volledig uitbesteden Volledige uitbesteding houdt in dat álle diensten rondom schuldhulpverlening worden uitbesteed aan één of meerdere partijen. Activa- en daarmee de pilot- wordt bij deze optie opgeheven. Zodoende kan vanuit de gemeente regie worden gevoerd op de opdrachtnemer. De voor- en nadelen zijn beschreven in bovenstaand schema. Belangrijk voor een geslaagd traject is het vertrouwen van schuldeisers en de inzet van de klant. Een wisseling van partij kan dit negatief beïnvloeden. Concept Beleidsplan schuldhulpverlening 2012-2015 Pagina 23