TPRA-monitor Dekkingsgraden 2017 I Mei 2017
TPRA-monitor dekkingsgraden Over deze monitor: TPRA publiceert elk kwartaal de dekkingsgradenmonitor waarin de ontwikkelingen van de nominale dekkingsgraad van Nederlandse pensioenfondsen gevolgd worden. De monitor beschrijft de ontwikkeling van de financiële stand van zaken. Deze uitgave richt zich op het eerste kwartaal van 2017. Naast deze algemene ontwikkelingen zet de monitor de prestaties van de ondernemingspensioenfondsen af tegen de prestaties van de bedrijfstakpensioenfondsen en geeft de monitor een overzicht van goed en minder goed presterende fondsen. De resultaten zijn gebaseerd op publiek beschikbare informatie over dekkingsgraden. The Pension Rating Agency verzamelt deze gegevens op maandbasis. Deze monitor is autonoom uitgevoerd door The Pension Rating Agency in mei 2017. Deze monitor is een uitgave van: The Pension Rating Agency B.V. Prinsengracht 468 1017 KG Amsterdam 020 235 2170 info@tpra.nl Hoewel de grootst mogelijke zorgvuldigheid is betracht bij de samenstelling van deze publicatie, aanvaardt The Pension Rating Agency B.V. geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele onvolkomendheden of onjuistheden. In voorkomende gevallen zullen deze in een latere uitgave worden gerectificeerd en/of aangevuld. The Pension Rating Agency B.V. 2017 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt op welke wijze dan ook zonder schriftelijke toestemming vooraf van The Pension Rating Agency B.V. TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 2
Dekkingsgraden langs gehele linie omhoog in eerste kwartaal 2017 Slechts 3 fondsen met gedaalde dekkingsgraad Persbericht 10 mei 2017 In het eerste kwartaal van 2017 heeft de pensioensector zich grotendeels opgetrokken uit het moeras van dekkingstekorten waarin het gedurende 2016 verkeerde. Bij zowel de Grote 5, de overige bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen, en de ondernemingspensioenfondsen steeg de nominale dekkingsgraad gemiddeld met ongeveer 2,5%. De gemiddelde nominale dekkingsgraad was eind maart 108,7. De gemiddelde beleidsdekkingsgraad kwam uit op 104,9, waarmee deze dekkingsgraad eindelijk weer uitkomt boven het minimaal vereiste niveau. Op basis van de nominale dekkingsgraad heeft nog slechts 31% van de fondsen een dekkingstekort. Dit concludeert The Pension Rating Agency in haar vandaag verschenen TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I. De grootste stijgingen werden genoteerd in januari, toen de rentetermijnstructuur de grootste wijziging in positieve zin vertoonde. Vooral de bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen bleken gevoelig voor de rentestijging. Bij deze fondsen kwam de stijging van de dekkingsgraad waarschijnlijk voornamelijk op conto van de dalende waarde van hun verplichtingen. Meer dan deze groep, lijken de Grote 5 en ondernemingspensioenfondsen ook geprofiteerd te hebben van beleggingswinsten. Vier van de Grote 5 hebben nog een dekkingsgraad onder de 100, hoewel de kritische dekkingsgraad en kortingen wel verder uit zicht zijn geraakt. Gemiddeld is de dekkingsgraad van deze groep 101,8. Dit komt door de hoge dekkingsgraad van BPF BOUW dat met 113,5 direct het hoogst genoteerde bedrijfstakpensioenfonds in de onderzoekspopulatie is. De ondernemingspensioenfondsen laten, net als in voorgaande kwartalen, de grootste spreiding in de dekkingsgraden zien. De vijf ondernemingspensioenfondsen met de hoogste dekkingsgraden zijn tevens de vijf hoogst genoteerde fondsen in de onderzoekspopulatie. De twee Unilever-fondsen staan geheel bovenaan. Wat betreft de kwartaalmutaties van de dekkingsgraden, oftewel de financiële prestaties van de fondsen, lieten de bedrijfstak- en beroepspensioenfondsen meer variatie zien. In deze groep bevond zich zowel de grootste stijger als de grootste daler met betrekking tot de nominale dekkingsgraad. Ten opzichte van vorig kwartaal is in de gehele fondsenpopulatie de 12-maands grilligheid van de dekkingsgraad doorgaans toegenomen. De TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I is gratis te downloaden via www.tpra.nl/publicaties. De meest recent beschikbare nominale dekkingsgraad, beleidsdekkingsgraad en vereiste dekkingsgraad zijn gratis te raadplegen via dekkingsgraden.tpra.nl. TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 3
Algemeen De algehele positie van de pensioenfondsen is in het afgelopen kwartaal verbeterd. Deze conclusie is gebaseerd op een steekproef van de dekkingsgraden van de onderzoekspopulatie. Deze populatie beslaat bijna de helft van alle Nederlandse pensioenfondsen (tabel 1). De impact van het afgelopen kwartaal is vooral zichtbaar in de nominale dekkingsgraden. Doordat de beleidsdekkingsgraad een gemiddelde is van de afgelopen twaalf maanden, heeft een sterke stijging of daling in het afgelopen kwartaal meestal een gedempt effect op dit type dekkingsgraad. De stijging van de nominale dekkingsgraad was voor OPF en en BPF en/brf en nagenoeg gelijk. De stijging van de beleidsdekkingsgraad van de BPF en/brf en was echter aanzienlijk groter dan die van de OPF di (1,9% t.o.v. 1,1%). TABEL 1 Onderzoekspopulatie en in de analyse In aantallen In procenten Totaal fondsen 120 48% BPF/BRF 42 58% OPF 78 44% TABEL 2 Dekkingsgraden Gemiddelde per categorie Dekkingsgraden Alle fondsen Big 5 OPF BPF/BRF Type 03-2017 12-2016 Kwartaal Nominaal 108,7 106,1 2,6 Beleids 104,9 103,6 1,3 Nominaal 101,8 99,3 2,5 Beleids 96,6 94,4 2,2 Nominaal 110,6 108,0 2,5 Beleids 106,9 105,8 1,1 Nominaal 105,1 102,5 2,6 Beleids 101,1 99,2 1,9 TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 4
Voor de onderzochte subpopulaties is de gemiddelde nominale dekkingsgraad in alle gevallen groter dan de beleidsdekkingsgraad. Dit duidt op een stijging van de retentermijnstructuur in de afgelopen periode. In de eerste maand van 2017 is de rente significant gestegen (zie bijlage III). Dit heeft geresulteerd in een betere positie van de pensioenfondsen. Het is opvallend dat de mutatie van de beleidsdekkingsgraad nauwelijks is gewijzigd; dit komt doordat er in het gemiddelde van de laatste twaalf dekkingsgraden ook een relatief hoge dekkingsgraad (januari 2016) is weggevallen. De volatiliteit van de beleidsdekkingsgraad is kleiner bij de BPF en/brf en dan bij de OPF en. Dit zou kunnen impliceren dat de eerste categorie gevoeliger is voor wijzigingen in de rentecurve, alhoewel dit niet direct wordt bevestigd door de mutatie in de nominale dekkingsgraad, waarbij de mutatie in de laatste twee maanden kleiner is voor BPF en/brf en dan voor OPF en. 115,0 Dekkingsgraden 110,0 105,0 100,0 95,0 90,0 12/2016 01/2017 02/2017 03/2017 Big 5 (BDG) BPF/BRF (BDG) OPF (BDG) Alle fondsen (BDG) Big 5 BPF/BRF OPF Alle fondsen Dekkingsgraden mutaties Beleidsdekkingsgraden mutaties 2,5 1,4 2,0 1,5 1,2 1,0 0,8 0,6 1,0 0,4 0,5 0,2 0,0 0,0 01/2017 02/2017 03/2017-0,2 01/2017 02/2017 03/2017 Big 5 BPF/BRF OPF Alle fondsen Big 5 BPF/BRF OPF Alle fondsen TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 5
Uitgelicht Big 5 De dekkingsgraad van de grootste vijf pensioenfondsen is in het afgelopen kwartaal gestegen. Opvallend is dat pensioenfonds Zorg & Welzijn achterblijft bij de rest. De volatiliteit is een graadmeter voor de beweeglijkheid van de dekkingsgraad van een pensioenfonds over een periode van 12 maanden. Deze volatiliteit is gemeten t.o.v. de markt. Voor de gehele Big 5 geldt een beweeglijke dekkingsgraad. Een reden hiervoor is mogelijk gelegen in een lager rente-afdekkingspercentage bij de big 5 dan bij de overige pensioenfondsen. TABEL 3 Samenvatting Big 5 Grote 5 03-2017 12-2016 Risicoklasse (volatiliteit) ABP 99,8 96,6 3,2 4 Bouwnijverheid 113,5 110,3 3,2 4 Metaal & Techniek 99,6 97,2 2,4 4 Metalektro 98,9 96,2 2,7 4 Zorg & Welzijn 97,2 96,3 0,9 4 BRF en/bpf en Top-5 Het verschil tussen het fonds met de hoogste dekkingsgraad Medisch Specialisten en het fonds met de laagste dekkingsgraad Verloskundigen bedraagt maar liefst 38,7%. Hierbij valt tevens op dat de dekkingsgraden van beide pensioenfondsen ten opzichte van de op een na hoogste / op een na laagste bijna 10% verschillen. Dit verschil is opmerkelijk, omdat de variatie van de rest van de top-5 relatief klein is. In deze subpopulatie zijn er maar twee pensioenfondsen, Openbare Bibliotheken en Notariaat (medewerkers) inmiddels gefuseerd met Notarieel, die in het afgelopen kwartaal een dalende dekkingsgraad kenden. Pensioenfonds Schilders stond het vorige kwartaal ook al in de lijst met grootste stijgers. In het vorige kwartaal betrof het een stijgingspercentage van 9,9%, in dit kwartaal bedroeg de stijging 4,6%. TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 6
TABEL 4.1 Hoogste dekkingsgraden Medisch Specialisten 123,7 Bouwnijverheid 113,5 Baksteenindustrie 113,5 Dranken 113,2 Woningcorporaties 112,2 TABEL 4.2 Laagste dekkingsgraden Verloskundigen 85,0 Agrarisch 94,2 VLEP 96,6 Zorg & Welzijn 97,2 Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf 98,2 TABEL 5.1 Grootste stijgers Zoetwarenindustrie 6,1 Schilders 4,6 Apotheken (medewerkers) 4,4 Waterbouw 3,9 Architectenbureaus 3,3 TABEL 5.2 Kleinste stijgers/grootste dalers Openbare Bibliotheken -3,0 Notariaat (medewerkers) -0,4 Groothandel in Levensmiddelen 0,5 Zuivel 0,7 Tandartsen 0,8 Spreiding De spreiding van de dekkingsgraden vertoont een redelijk symmetrisch beeld. De hoogste en laagste dekkingsgraden wijken niet veel af van de mediaan. Ook de mutaties van de dekkingsgraden vertonen een redelijk normaal verdeeld verloop. Dekkingsgraden s (eind 2017 Q1) 140 130 120 110 100 90 80 70 mutatie (gedurende 2017 Q1) 9 7 5 3 1-1 -3-5 BRF/BPF's Mediaan BRF/BPF's Mediaan Volatiliteit Opvallend is dat twee pensioenfondsen met een top-5 klassering in de categorie hoogste dekkingsgraad een lage risicoklasse hebben (2) en de andere drie juist een hoge risicoklasse (4). De risicoklassen binnen de groep van de vijf laagste dekkingsgraden variëren tussen de 1 en 4. TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 7
Vier van de vijf pensioenfondsen met de grootste dekkingsgradenmutatie hebben een volatiliteit van 5. Dit betekent dat deze grote mutatie niet een uitzondering is op voorgaande bewegingen van hun dekkingsgraden. Aangezien de fondsen met de laagst muterende dekkingsgraden niet veel van 0 afwijken, is het niet verrassend dat deze fondsen binnen de risicoklassen 1 en 2 vallen. Bij de BPF en/brf en heeft Schilders de hoogste volatiliteit (5,95%), gevolgd door Architectenbureaus 4,75%). OPF en Top 5 De groep ondernemingspensioenfondsen met de hoogste dekkingsgraden is bijna gelijk aan vorig kwartaal. Wel heeft Shell IBM ingehaald en behoort Provisum niet meer tot de top-5. Het verschil tussen de hoogste en laagste dekkingsgraad bij de OPF en is 50,4%, aanzienlijk meer nog dan bij de BPF en/brf en. Dit komt door de dekkingsgraad van Unilever Forward van 144,0 en Norit met een dekkingsgraad van 93,6. De spreiding van de hoogte van de nominale dekkingsgraden is binnen de top-5 hoogste dekkingsgraden groter dan binnen de bodem-5. De hoogste dekkingsgraden van deze groep zijn uitzonderlijk hoog vergeleken met de dekkingsgraden van de overige pensioenfondsen. Unilever Progress heeft een van de hoogste dekkingsgraden en kent tevens de grootste stijging van de dekkingsgraad dit kwartaal. Opvallend is tevens dat Shell zowel tot de hoogst scorende als snelst gestegen ondernemingspensioenfondsen behoort. Dit kwartaal is Sportfondsen het enige OPF geweest met een daling van de dekkingsgraad. ERIKS, Sligro en Trespa zijn de enige zonder een verandering in de dekkingsgraad. In vergelijking met de meeste voorgaande kwartalen zijn dit relatief positieve mutaties. Vorig kwartaal echter waren er geen dalende dekkingsgraden bij OPF en en slechts één fonds met een onveranderde dekkingsgraad. TABEL 6.1 Hoogste dekkingsgraden Unilever Forward 144,0 Unilever Progress 136,0 Delta Lloyd 128,6 Shell 128,0 IBM 127,6 TABEL 7.1 Grootste stijgers Unilever Progress 6,0 Shell 6,0 KLM Cabinepersoneel 4,8 Kas Bank 4,8 Hoogovens 4,8 TABEL 6.2 Laagste dekkingsgraden Norit 93,6 MN Services 96,7 ANWB 97,1 Cargill 97,8 ERIKS 98,4 TABEL 7.2 Kleinste stijgers/grootste dalers Sportfondsen -0,8 ERIKS 0,0 Sligro 0,0 Trespa 0,0 Haskoning 0,4 TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 8
Spreiding In tabel 6.1 en 6.2 kon al worden opgemerkt hoe groot het verschil was in spreiding. De onderstaande grafiek (links) laat zien dat de dekkingsgraden vrijwel normaal verdeeld zijn rondom de mediaan. Toch kan ook worden geconcludeerd dat de spreiding boven de mediaan hoger is dan die onder de mediaan. De mutaties bij de OPF en hebben over het eerste kwartaal in 2017 een mediaan van net onder de 3 procentpunt. De spreiding in de waarde van de mutaties is 6,8 procentpunt. De spreiding is vergeleken met vorig kwartaal bijna gehalveerd, wat betekent dat de fondsen op kwartaalbasis (niet qua volatiliteit over 12 maanden gemeten) een stabielere dekkingsgraad hebben. Dekkingsgraden s (eind 2017 Q1) 140 130 120 110 100 90 80 70 mutatie (gedurende 2017 Q1) 9 7 5 3 1-1 -3-5 OPF's Mediaan OPF's Mediaan Volatiliteit De twee ondernemingspensioenfondsen met de hoogste dekkingsgraden vallen beide in een risicoklasse 4 of hoger, wat aangeeft dat zij een relatief hoge volatiliteit kenden in het afgelopen jaar, terwijl vier van de vijf laagste fondsen behoren tot risicoklasse 2. De volatiliteit was het grootst bij Unilever Progress (6,79%), significant hoger dan het pensioenfonds met de op een na hoogste volatiliteit (5,66% bij Heineken). Bij de OPF en is de gemiddelde volatiliteit groter dan bij BPF en/brf en (3,00% t.o.v. 2,57%). TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 9
Bijlage I: Dekkingsgraden BPF/BRF In onderstaande tabel wordt een samenvatting gegeven van de nominale dekkingsgraden van de beroepspensioenfondsen en bedrijfstakpensioenfondsen aan het einde en het begin van het eerste kwartaal van 2017. De mutatie tijdens het kwartaal, evenals de volatiliteit (standaarddeviatie van de afgelopen 12 maanden) is weergegeven. BPF en/brf'en 03-2017 12-2016 Kwartaal Risicoklasse (Volatiliteit) ABP 99,8 96,6 3,2 4 Agrarisch 94,2 92,5 1,7 2 Apotheken (medewerkers) 100,4 96,0 4,4 5 Architectenbureaus 108,9 105,6 3,3 5 Baksteenindustrie 113,5 110,3 3,2 4 Betonproductenindustrie 100,3 98,3 2,0 2 Bouwnijverheid 113,5 110,3 3,2 4 Detailhandel 108,4 107,0 1,4 1 Dierenartsen 103,4 100,5 2,9 nb Dranken 113,2 111,0 2,2 2 Groothandel in Levensmiddelen 106,6 106,1 0,5 1 Houthandel 105,6 103,9 1,7 1 Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw 100,4 97,9 2,5 3 Koopvaardij 111,4 109,6 1,8 2 Landbouw 100,1 96,9 3,2 5 Loodsen 106,6 103,5 3,1 3 Medisch Specialisten 123,7 121,3 2,4 2 Metaal & Techniek 99,6 97,2 2,4 4 Metalektro 98,9 96,2 2,7 4 Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven 105,0 102,3 2,7 3 Nederlandse Groothandel 106,2 103,7 2,5 1 Notariaat (medewerkers) 104,7 105,1-0,4 1 Notarieel 104,7 103,0 1,7 1 Openbaar Vervoer 106,5 105,5 1,0 2 Openbare Bibliotheken 108,0 111,0-3,0 3 PGB 103,9 100,7 3,2 nb Recreatie 98,6 96,5 2,1 1 Reisbranche 98,6 97,7 0,9 1 Schilders 109,8 105,2 4,6 5 Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie 111,1 109,2 1,9 2 Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf 98,2 95,0 3,2 4 TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 10
BPF en/brf'en 03-2017 12-2016 Kwartaal Risicoklasse (Volatiliteit) Spoorwegen 110,2 107,5 2,7 4 Tandartsen 110,6 109,8 0,8 1 Verloskundigen 85,0 83,5 1,5 1 Vervoer 103,3 101,4 1,9 2 VLEP 96,6 93,8 2,8 3 Waterbouw 109,5 105,6 3,9 5 Woningcorporaties 112,2 109,5 2,7 4 Zoetwarenindustrie 110,3 104,2 6,1 nb Zorg & Welzijn 97,2 96,3 0,9 4 Zorgverzekeraars 109,7 106,4 3,3 1 Zuivel 107,6 106,9 0,7 1 TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 11
Bijlage II: Dekkingsgraden OPF OPF'en Kwartaal Risicoklasse 03-2017 12-2016 (Volatiliteit) Achmea 120,6 117,0 3,6 3 AFM 99,4 98,9 0,5 1 Alliance 109,7 106,7 3,0 4 ANWB 97,1 94,9 2,2 2 APF 106,4 104,2 2,2 4 APG 110,5 107,4 3,1 5 Astellas 105,9 104,0 1,9 nb AT&T 110,0 106,0 4,0 nb AVEBE 119,7 117,3 2,4 3 Ballast Nedam 105,0 102,2 2,8 nb Blue Sky Group 104,7 100,6 4,1 5 British American Tobacco 122,6 119,3 3,3 5 Cargill 97,8 95,6 2,2 2 Chemours 123,7 119,7 4,0 5 CRH 99,9 97,4 2,5 5 Delta Lloyd 128,6 126,9 1,7 2 Deutsche Bank 119,3 118,3 1,0 3 DHV 106,6 102,5 4,1 nb Douwe Egberts 115,3 111,0 4,3 5 Dow 113,8 110,0 3,8 3 DSM 105,7 102,8 2,9 3 Ecolab 109,8 107,5 2,3 2 Equens 112,6 111,9 0,7 1 ERIKS 98,4 98,4 0,0 2 Fresenius 114,3 113,0 1,3 nb Gasunie 106,2 103,3 2,9 4 Grontmij 105,2 102,4 2,8 2 Hagee 114,2 111,2 3,0 3 Haskoning 114,0 113,6 0,4 nb Heineken 109,0 105,0 4,0 5 Hewlett-Packard 109,3 107,1 2,2 2 Honeywell 113,2 110,0 3,2 nb Hoogovens 111,3 106,5 4,8 5 Huntsman Rozenburg 119,2 115,7 3,5 4 IBM 127,6 125,5 2,1 3 ING CDC 110,0 106,0 4,0 3 TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 12
OPF'en Kwartaal Risicoklasse 03-2017 12-2016 (Volatiliteit) JohnsonDiversey 111,6 107,2 4,4 nb Kas Bank 113,5 108,7 4,8 4 KLM Algemeen 112,6 108,4 4,2 5 KLM Cabinepersoneel 110,5 105,7 4,8 5 KLM Vliegend Personeel 124,1 119,7 4,4 5 Koninklijke Cosun 117,5 114,1 3,4 3 KPN (algemeen) 116,4 112,6 3,8 5 Legal & General 112,6 109,9 2,7 3 Lloyd's Register 103,2 99,7 3,5 4 Mercer 102,3 99,6 2,7 nb MN Services 96,7 94,7 2,0 2 NIBC 103,0 101,6 1,4 1 NN CDC 110,0 106,0 4,0 3 Norit 93,6 90,7 2,9 nb Pepsico 104,8 104,2 0,6 1 Philips 114,3 112,4 1,9 nb PNO Media 99,4 95,4 4,0 4 PostNL 111,4 108,3 3,1 4 Provisum 126,6 123,7 2,9 5 Randstad 99,5 98,8 0,7 1 Rockwool 99,0 98,0 1,0 2 SABIC 110,9 106,6 4,3 5 SCA 101,0 98,1 2,9 nb Shell 128,0 122,0 6,0 5 Sligro 109,0 109,0 0,0 1 Smurfit Kappa 101,1 98,7 2,4 3 SNS REAAL 113,0 112,4 0,6 2 Sportfondsen 121,1 121,9-0,8 nb Staples 120,4 117,2 3,2 4 Ten Cate 99,8 97,3 2,5 4 TNT Express 109,0 104,5 4,5 5 TOTAL 110,2 105,8 4,4 5 Trespa 99,1 99,1 0,0 1 Unilever Forward 144,0 142,0 2,0 4 Unilever Progress 136,0 130,0 6,0 5 Urenco 110,8 107,2 3,6 4 UWV 101,0 98,7 2,3 3 Van Lanschot 112,6 110,3 2,3 4 Will Niemeijer 109,7 107,7 2,0 nb Witteveen Bos 101,5 99,9 1,6 2 Wolters Kluwer 108,2 106,2 2,0 2 Xerox 99,6 98,8 0,8 nb TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 13
Bijlage III: Rentecurves en risicoklasseverdeling 2,5 Rentecurves 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0 1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49-0,5 dec-16 jan-17 feb-17 mrt-17 Onderstaande tabel deelt de volatiliteit van de dekkingsgraden in vijf risicoklassen in. De pensioenfondsen zijn gerangschikt op volatiliteit en verdeeld over vijf risicoklassen van gelijke omvang. Deze risicoklassen geven aan of een fonds een relatief stabiele, gemiddeld stabiele of relatief beweeglijke dekkingsgraad heeft. De volatiliteit van elk pensioenfonds is gemeten op basis van de dekkingsgraden van de afgelopen twaalf maanden, waarvan ten minste negen observaties bekend moeten zijn. Doorgaans kan worden gesteld dat de risicoklasse van een fonds samenhangt met de rentegevoeligheid en afdekking van het renterisico. TABEL Risicoklasse-verdeling Risicoklasse Beschrijving Ondergrens Bovengrens 1 Zeer stabiele dekkingsgraad 0,79 1,69 2 Stabiele dekkingsgraad 1,69 2,39 3 Neutraal 2,39 3,05 4 Beweeglijke dekkingsgraad 3,05 3,85 5 Zeer beweeglijke dekkingsgraad 3,85 6,79 TPRA-monitor dekkingsgraden 2017-I 14