AFM Consumentenmonitor najaar 2010 Pensioenen. 14 januari 2010

Vergelijkbare documenten
GfK 2012 AFM Consumentenmonitor December

GfK 2012 AFM Consumentenmonitor December

AFM Consumentenmonitor Voorjaar 2011 Uitvaartverzekeringen. augstus 2011

AFM Consumentenmonitor Voorjaar 2011 Pensioen. Augustus 2011

AFM Consumentenmonitor Najaar 2011 Pensioen. December 2011

AFM Consumentenmonitor najaar 2012 Beleggers

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2013 Beleggers

AFM Consumentenmonitor najaar 2014 Beleggingsobligaties

AFM Consumentenmonitor najaar 2014 Beleggers

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2012 Hypotheken

AFM Consumentenmonitor Najaar 2011 Hypotheken. December 2011

AFM Consumentenmonitor najaar 2010 Consumptieve kredieten. 24 januari 2011

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2012 Pensioenen

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2013 Hypotheken Juni GfK 2013 AFM Consumentenmonitor Juni

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2012 Beleggers

AFM Consumentenmonitor Q Kredietwaarschuwingszin

AFM Consumentenmonitor najaar 2013 Hypotheken

HOE KAN VERZEKEREN EENVOUDIGER WORDEN GEMAAKT?

AFM Consumentenmonitor Voorjaar 2011 Hypotheken. Juli 2011

AFM Consumentenmonitor najaar 2015 Beleggers November GfK 2015 AFM Consumentenmonitor November

AFM Consumentenmonitor najaar 2015 Hypotheken

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2014 Hypotheken

AFM ConsumentenMonitor Q1 2009: Beleggingsobjecten. GfK Michel van der List Marcel Cools

Hoe staan werkzame 50-plussers tegenover pensioen? oktober 2015

AFM Consumentenmonitor Q Afsluitproces Hypotheken

PENSIOENBAROMETER 2012 Onderzoek van GfK Panel Services in opdracht van Montae

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2013 Roodstand

GfK 2012 AFM Consumentenmonitor November

AFM Consumentenmonitor voorjaar 2015 Beleggers

AFM Consumentenmonitor najaar 2013 Attitude en imago December GfK 2013 AFM Consumentenmonitor December

Life event: Een nieuwe baan

GELDZAKEN VOOR NU EN STRAKS

Pensioen Aanvullingsplan. Uw pensioeninkomen aanvullen

AFM Consumentenmonitor

AFM Consumentenmonitor Q Afsluitproces Hypotheken

AFM Consumentenmonitor

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Nieuwsbrief

Pensioenmonitor 2014 Een onderzoek naar kennis, houding en gedrag rondom de oudedagsvoorziening onder de Nederlandse beroepsbevolking

Verstandig je pensioen regelen

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

VERZEKERING BEDRIJFSRISICO HYPOTHEEK PENSIOEN

Uw lijfrente komt tot uitkering. verzekering bedrijfsrisico hypotheek pensioen

AOW Aanvullingsplan. Extra inkomen, als uw partner nog géén 65 is

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht gewezen deelnemer

3 Hoe pensioenbewust zijn we?

De heer W.I.W. Voorbeeld Straat AB WOONPLAATS 1234ab49. Heerlen, September Geachte heer Voorbeeld,

Pensioenoverzicht beschikbare premieregeling

Zorgen over het pensioeninkomen. 6 oktober 2011

Ken je lijfrente. Lijfrente nieuw regime

Klantprofiel. Waaruit blijkt dat?

Onderzoek. Rapportage. September Pensioenmodule Publieksmonitor

Vragenlijst Particulieren

Ken je lijfrente. Lijfrente nieuw regime

Wat krijgt u in uw pensioenregeling?

Sparen voor een koopwoning

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

de zekerheid van Verzekerd Pensioen

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Q&A Evi Pensioenbeleggen Wanneer kies ik voor Evi Pensioenbeleggen, Evi Netto Pensioenbeleggen of voor Evi?

Úw pensioen. Wat gaat ú ermee doen? Laat uw pensioen aansluiten op uw persoonlijke wensen. Uitkeringsovereenkomst: middelloon- of eindloonregeling

Pensioenoverzicht beschikbare premieregeling

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Uniform Pensioenoverzicht 2019 Stand per: 31 december 2018

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

De heer W.I.W. Voorbeeld Straat AB WOONPLAATS 1234ab49. Heerlen, April Geachte heer Voorbeeld,

Pensioen Voorbeeldteksten laag 1 voor DC-regelingen VOORBEELDTEKST

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Verstandig je pensioen regelen

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

DEEL 1 ATTENTIE- EN ORIËNTATIEFASE

Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding.

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

OEFENOPGAVEN Voorzieningen en pensioenen (toets 2)

Stichting Pensioenfonds DSM Nederland Resultaten deelnemersonderzoek 2016 December 2016

1. Waarom moet het pensioenfonds ANWB extra maatregelen nemen?

PENSIOENMONITOR Een onderzoek naar kennis, houding en gedrag rondom de oudedagsvoorziening onder de Nederlandse beroepsbevolking

Houding ten aanzien van premiepensioeninstelling (PPI)

Wat krijgt u in uw pensioenregeling?

Consumenteninformatie van de Autoriteit Financiële Markten. Loop geen onnodig risico. Verstandig je pensioen regelen

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Hallo! Meer weten?

Bewaar deze brief en de bijbehorende brochure zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn.

Wat krijg je in onze pensioenregeling?

Afscheid van uw oude baan. Uw pensioen bij uitdiensttreding

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Wat krijgt u in uw pensioenregeling?

De heer W.I.W. Voorbeeld Straat AB WOONPLAATS 1234ab49. Heerlen, April Beste heer Voorbeeld,

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Wat zijn voor mij argumenten voor en tegen waardeoverdracht naar PFZW?

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Ingang Ouderdomspensioen

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

Hoe gaat Nederland met pensioen?

Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis

Hoe is uw pensioen geregeld?

Pensioen Meer informatie over uw pensioenregeling. Pensioenfonds Avebe

Hoe is uw pensioen geregeld?

Transcriptie:

AFM Consumentenmonitor najaar 2 Pensioenen 4 januari 2

Leeswijzer 2 Voor u ziet u de rapportage van de Consumentenmonitor, uitgevoerd in het najaar van 2. Het betreft hier het deelonderwerp pensioenen. In de rapportage beschrijven we consumenten die hebben aangegeven pensioen op te bouwen. Alle beschreven verschillen tussen AFM segmentatie (kijk voor meer informatie in de bijlage), leeftijdsgroepen, opleidings- en inkomensniveau die zijn beschreven, zijn significant.

Inhoudsopgave Management Summary 2 Onderzoeksresultaten in detail 2a Pensioenen Bijlagen a b c Achtergrond Onderzoeksverantwoording Contact

Management Summary

Management Summary -- 5 Pensioenen De meeste consumenten met een pensioen via de werkgever beschikken over een middelloonregeling (4%). 28% van de consumenten weet niet welke pensioenregeling men heeft. Jongeren tot 5 jaar weten relatief vaak niet wat voor type pensioenregeling men heeft (5%). De pensioenverstrekker is verreweg de belangrijkste informatiebron voor het pensioen (8%). Bijna driekwart (72%) geeft aan de pensioeninformatie begrijpelijk te vinden. Met name onder jongeren tot 5 jaar ligt dit percentage beduidend lager (57%). Een meerderheid (7%) is zich ervan bewust dat het uit te keren pensioenbedrag nog kan wijzigen. Met name deelnemers aan een eindloonregeling verwachten vaker dat het kapitaal gegarandeerd is (27% vs gemiddeld %). Eén op de drie consumenten die pensioen opbouwen en hier informatie over ontvangen wil deze informatie bij voorkeur via een persoonlijke pagina op internet krijgen. Het recent gelanceerde initiatief www.mijnpensioenoverzicht.nl speelt hier goed op in. Pensioenfondsen en verzekeraars zelf moeten onafhankelijk advies beschikbaar stellen volgens ongeveer de helft van de consumenten die pensioen opbouwen en informatie hierover krijgen. Men is niet bereid veel uit te geven aan een adviesgesprek. Eén op de vijf heeft überhaupt geen behoefte aan een adviesgesprek over het pensioen, terwijl de consumenten die hier wel behoefte aan hebben er veelal niet voor willen betalen (64%).

2 Onderzoeksresultaten in detail 2a Pensioenen

Jongeren zijn relatief vaak niet op de hoogte van het type pensioen 7 Eindloonregeling 2 7 8 6 25 Middelloonregeling 26 25 4 4 49 5 Beschikbare premieregeling 5 2 5 6 Andere regeling Weet ik niet 2 25 28 48 5 % 2 4 5 6 Totaal 6-24 jaar 25-4 jaar 5-44 jaar 45-54 jaar 55+ jaar De meeste consumenten met een pensioen zeggen te beschikken over een middelloonregeling (4%). jongeren tot 5 jaar noemen significant vaker hebben een beschikbare premieregeling. Ook ligt in deze groep het aantal consumenten dat niet weet welke regeling men heeft beduidend hoger. Middelloon- en eindloonregelingen zijn met name vaker terug te vinden bij de oudere consumenten. Wat voor soort pensioenregeling heeft u via de werkgever? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen N =.56

8% geeft aan belangrijkste info van pensioenfonds of verzekeraar te krijgen 8 Mijn pensioenfonds/verzekeraar 8 Mijn werkgever 4 De vakbond Financieel adviseur/bank Iemand anders 2 Ik krijg nooit informatie over mijn pensioen 2 % 2 4 5 6 7 8 9 Acht op de tien consumenten die pensioen opbouwen geven aan de belangrijkste informatie te ontvangen van het pensioenfonds of de pensioenverzekeraar. Op grote afstand volgt de werkgever op de tweede plaats met 4%. 2% geeft aan nooit enige informatie over het pensioen te ontvangen. Van wie krijgt u de belangrijkste informatie over uw eigen pensioen? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen N =.56

Jongeren vinden pensioeninformatie relatief vaak onbegrijpelijk 9 Totaal 6 7 6 4 6-24 jaar 54 27 5 25-4 jaar 5 5 2 9 8 5-44 jaar 58 2 7 2 45-54 jaar 5 58 8 2 55 jaar en ouder 7 2 % 2% 4% 6% 8% % Zeer begrijpelijk Voldoende begrijpelijk Onvoldoende begrijpelijk Zeer onbegrijpelijk Ik lees het nooit Weet niet/geen mening Vooral jongeren geven significant vaker aan de verkregen informatie niet te begrijpen. Waar gemiddeld 2% aangeeft de informatie onvoldoende tot zeer onbegrijpelijk te vinden, geeft 2% van de jongeren tot 5 jaar aan de informatie niet te begrijpen. Binnen deze groep lijkt ook minder interesse in het pensioen te bestaan. Onder deze groep is het percentage dat aangeeft nooit de pensioeninformatie te lezen aanzienlijk groter (% tot 25 jaar en 8% tot 5 jaar). De meerderheid van de respondenten geeft echter aan de informatie wel begrijpelijk te vinden (72%). Hoe begrijpelijk is de informatie die u ontvangt over uw pensioen? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen en info over hun pensioen krijgen N =.5

Meerderheid verwacht dat het uit te keren pensioenbedrag nog kan wijzigen Totaal 7 6 Eindloonregeling 27 62 Middelloonregeling 2 82 7 Beschikbare premieregeling 6 72 2 % 2% 4% 6% 8% % Het pensioenbedrag staat vast Het pensioenbedrag kan nog wijzigen Weet ik niet Een meerderheid is zich ervan bewust dat het pensioenbedrag niet vaststaat. Pensioendeelnemers met een eindloonregeling verwachten het vaakst dat het eindbedrag gegarandeerd is (27%). De ingelegde premie wordt bij dit type pensioen niet belegd en de uitkering is gebaseerd op het laatst verdiende salaris, derhalve mag verwacht worden dat dit vaststaat. Echter, recente maatregelen van pensioenfondsen (zoals niet indexeren, of wellicht zelfs afstempelen) tonen aan dat ook hier het pensioenbedrag weldegelijk nog kan wijzigen. Opvallend is dat 6% van de deelnemers aan een beschikbare premieregeling verwacht dat het pensioenbedrag gegarandeerd is, terwijl de ingelegde premie belegd wordt. Denkt u dat dit pensioenbedrag vast staat of kan dit bedrag in de loop van de tijd nog wijzigen? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen en info over hun pensioen krijgen N =.5

Eénderde geeft voorkeur aan informatie op persoonlijke pagina via internet Een persoonlijke pagina op internet Een brief met informatie over mijn pensioensituatie Een presentatie van het pensioenfonds of verzekeraar 29 Een online register waarin al mijn pensioenaanspraken staan Een gesprek met een financieel adviseur Een test op internet Gesprek met iemand van de HR afdeling Gesprek met mijn leidinggevende op het werk 5 5 4 9 24 Een speciaal loket bij het gemeentehuis Een beurs over geldzaken Iets anders Ik heb al genoeg informatie over mijn pensioensituatie Ik ben niet geïnteresseerd in mijn pensioensituatie 4 9 % 5 5 2 25 5 Eén op de drie consumenten, die pensioen opbouwen en hier informatie over ontvangen, wil deze informatie bij voorkeur via een persoonlijke pagina op internet verkrijgen. Het recent gelanceerde initiatief www.mijnpensioenoverzicht.nl speelt hier goed op in. Adviesgevoeligen geven significant vaker aan informatie door middel van een persoonlijk gesprek met een financieel adviseur te willen ontvangen (24%). Ook jongeren in de leeftijd tussen 25 en 4 jaar geven vaker de voorkeur aan een persoonlijk gesprek met een adviseur (29%). Daarnaast geven zij vaker aan een persoonlijke pagina op internet te wensen (4%) en open te staan voor een gesprek met iemand van de HR afdeling (2%). Waar 55-plussers vaker aangeven al genoeg informatie te hebben over het pensioen (%), geven consumenten in de leeftijd 25 tot 5 jaar vaker aan niet geïnteresseerd te zijn in het pensioen (8%). Op welke wijze zou u bij voorkeur meer informatie over uw persoonlijke pensioensituatie verkrijgen? (max. antwoorden mogelijk) BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen en info over hun pensioen krijgen N =.5

Pensioenverstrekker moet onafhankelijk pensioenadvies beschikbaar stellen 2 Het pensioenfonds/ de verzekeraar 49 De werkgever Een consumentenorganisatie 2 De overheid 9 De werknemersorganisatie / vakbond 7 Een financiële toezichthouder De financieel adviseur 2 Een andere instantie % 2 4 5 6 Volgens ongeveer de helft van de consumenten die pensioen opbouwen en informatie hierover krijgen zouden pensioenfondsen en verzekeraars onafhankelijk advies beschikbaar moeten stellen. De werkgever volgt op de tweede plaats, één op de drie vindt dat de werkgever hier verantwoordelijk voor is. De financieel toezichthouder wordt door % genoemd. Via welke instantie moet volgens u onafhankelijk pensioenadvies beschikbaar worden gesteld? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen en info over hun pensioen krijgen N =.5

Eén op de vijf heeft geen behoefte aan een adviesgesprek over het pensioen % 25 24 2 9 2 5 6 7 5 Eén keer per jaar Eén keer per 2 jaar Eén keer per jaar Eén keer per 4 jaar Eén keer per 5 jaar Minder dan één keer per 5 jaar Geen adviesgesprek Ruim eenvijfde (2%) geeft aan geen behoefte te hebben aan een adviesgesprek over hun pensioen. Het gaat hier voor bijna de helft (%) om consumenten die aan geven al genoeg informatie te hebben (8%) en consumenten die geen behoefte hebben aan extra informatie (2%). Jongeren tot 5 jaar geven aan minder frequent een gesprek te wensen dan consumenten die dichter tegen de pensioengerechtigde leeftijd aan zitten. 5% geeft aan één keer per à 2 jaar een adviesgesprek te willen tegen 46% van de 55-plussers. Met welke frequentie zou u een adviesgesprek willen ontvangen? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen N =.56

Het bij de werkgever(s) opgebouwde pensioenbedrag is het belangrijkste gespreksonderwerp bij adviesgesprek 4 Mijn pensioen bij mijn huidige werkgever 7 Mijn pensioen bij mijn voormalige werkgever(s) 5 Al mijn financiële zaken Mijn huidige inkomen Mijn vermogenselementen zoals een eigen huis, een spaar- of beleggingsrekening 22 Mijn verzekeringen 6 Andere onderwerpen Geen van bovenstaande onderwerpen 9 % 2 4 5 6 7 8 Consumenten in de leeftijd 45 tot 55 jaar vinden significant vaker dat het gehele financiële plaatje meegenomen moet worden in een dergelijk gesprek. Welke onderwerpen moeten volgens u besproken worden in een pensioen adviesgesprek? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen N =.56

Bereidheid tot betaling voor pensioenadvies is laag 5 % 8 7 64 65 7 6 55 5 4 2 Ik ben niet bereid te betalen 22 29 9 2 tot 5 per advies 9 4 5 tot per advies tot 5 per advies 5 5 tot 2 per advies 2 tot per advies Meer dan per advies Totaal Inkomensniveau: laag Inkomensniveau: midden Inkomensniveau: hoog N =.56 N = 8 N = 478 N = 46 De bereidheid om voor pensioenadvies te betalen is laag. 64% wenst hier niet voor te betalen. Een gemiddeld adviesgesprek kost al snel euro. Slechts weinig consumenten blijken dit er voor over te hebben. Consumenten met een hoger inkomensniveau zijn significant vaker bereid een bedrag te betalen voor onafhankelijk pensioenadvies. Al hebben ook zij over het algemeen niet veel over voor een dergelijk advies. Wat bent u bereid per keer te betalen voor onafhankelijk pensioenadvies? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen

Bereidheid tot betaling afhankelijk van instantie pensioenadvies 6 Ik ben niet bereid te betalen tot 5 per advies 5 tot per advies tot 5 per advies 5 tot 2 per advies 2 tot per advies Meer dan per advies 2 4 2 4 2 9 5 4 9 9 22 2 22 22 27 27 29 5 5 56 6 64 65 66 7 Instantie die onafhankelijk pensioenadvies beschikbaar moet stellen % Totaal (N =.56) De werkgever (N = 74) De werknemersorganisatie / vakbond ( N = 9) Het pensioenfonds/ de verzekeraar (N = 56) Een financiële toezichthouder (N = 5) De overheid (N = 22) Een consumentenorganisatie (N = 2) De financieel adviseur (N = 6) 2 4 5 6 7 8 Indien men van mening is dat onafhankelijk advies door werkgever, vakbond of pensioenfonds/-verzekeraar beschikbaar gesteld moet worden is de bereidheid te betalen voor advies duidelijk lager dan wanneer men vindt dat een financieel toezichthouder, consumentenorganisatie of financieel adviseur onafhankelijk advies beschikbaar zou moeten stellen. Wat bent u bereid per keer te betalen voor onafhankelijk pensioenadvies? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen

Zelfs bij behoefte aan adviesgesprek bereidheid te betalen niet hoog 7 Ik ben niet bereid te betalen 57 64 88 tot 5 per advies 8 22 26 5 tot per advies 2 tot 5 per advies 5 tot 2 per advies 2 tot per advies 4 Meer dan per advies % 2 4 5 6 7 8 9 Totaal Wel behoefte aan adviesgesprek Geen behoefte aan adviesgesprek N =.56 N = 94 N = 242 Ook als men aangeeft behoefte te hebben aan een adviesgesprek is de bereidheid hiervoor te betalen niet heel hoog, 57% geeft aan niet te betalen terwijl nog eens 26% aangeeft er niet meer dan 5 euro voor over te hebben. De bereidheid te betalen ligt, vanzelfsprekend, echter wel significant hoger dan onder de consumenten die aangeven hier geen behoefte aan te hebben. Wat bent u bereid per keer te betalen voor onafhankelijk pensioenadvies? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen

Bij voorkeur voor info van ATP is de bereidheid te betalen groter 8 Ik ben niet bereid te betalen 5 64 67 tot 5 per advies 2 22 29 5 tot per advies 9 6 tot 5 per advies 5 tot 2 per advies 2 tot per advies Meer dan per advies % 2 4 5 6 7 Totaal (N =.56) Voorkeur wijze extra informatie over pensioen: Een gesprek met een financieel adviseur (N = 29) Voorkeur wijze extra informatie over pensioen: Andere wijze (N = 96) Indien men graag extra informatie over het pensioen wenst te ontvangen van een financieel adviseur is men vaker bereid een bedrag hiervoor te betalen (5% tegen % van de consumenten die geen voorkeur heeft voor de financieel adviseur). Wat bent u bereid per keer te betalen voor onafhankelijk pensioenadvies? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen

Pensioenregister moet inzicht geven in het uit te keren pensioenbedrag 9 Hoeveel geld ik in totaal krijg als ik met pensioen ga (inclusief AOW) Hoe hoog mijn netto-pensioen ongeveer zal zijn 4 72 Wat de gevolgen zijn als ik eerder stop met werken 7 Hoe zeker of onzeker mijn pensioen is 26 Een waarschuwing als mijn pensioen onvoldoende lijkt te zijn Wat mijn nabestaanden krijgen als ik kom te overlijden 2 9 Hoeveel mijn inkomen teruggaat bij pensionering Wat ik kan doen voor een hoger pensioen Hoe lang ik moet doorwerken om alles te kunnen blijven betalen 9 2 Iets anders Weet niet/geen mening 4 Ik heb geen behoefte aan een pensioenregister 6 % 2 4 5 6 7 8 In 2 wordt het online pensioenregister geïntroduceerd. Aan de consumenten die pensioen opbouwen is gevraagd welke informatie men graag in het online pensioenregister zou willen raadplegen. Slechts 6% geeft aan geen behoefte te hebben aan een online pensioenregister. Hoeveel geld men in totaal krijgt als men met pensioen gaat willen de meeste consumenten het liefst in het pensioenregister zien (72%). 55-plussers willen significant vaker zien wat de nabestaanden krijgen (25%). Wat men kan doen om een hoger pensioen te krijgen (8%) en het waarschuwen indien het pensioen onvoldoende blijkt te zijn (46%), wordt vooral door jongeren tot 5 jaar aangegeven als informatie die men het liefst zou willen terugzien in het pensioenregister. Welke informatie zou u graag in dit pensioenregister willen raadplegen? BASIS: Alle respondenten die pensioen opbouwen N =.56

Internet meest gebruikte medium om informatie in te winnen 2 Internet Persoonlijk gesprek Telefonisch Schriftelijk TV of radio Op andere wijze Ik heb (nog) niet geïnformeerd Weet ik niet 2 2 2 7 5 6 5 9 4 9 9 6 8 7 26 26 26 29 29 28 29 7 7 4 46 58 % 2 4 5 6 7 Totaal Beheersten Ambitieuzen Adviesgevoeligen Gemaksgeorienteerden Internet is het meest gebruikte medium (29%) om informatie in te winnen over de mogelijkheden die men heeft met het bedrag dat vrijvalt. Beheersten gebruiken dit medium significant vaker om informatie in te winnen (4%). Het segment beheersten zoekt significant vaker naar informatie. Binnen dit segment geeft slechts 26% aan nog geen informatie ingewonnen te hebben, terwijl bij andere segmenten dit percentage beduidend hoger ligt (variërend van 7% tot 58%). Een persoonlijk gesprek is een ander medium dat vaak gebruik wordt om informatie in te winnen. Dit medium volgt op de tweede plaats met 26%. Op welke manier heeft u informatie ingewonnen over de mogelijkheden die u heeft met het kapitaal dat vrijkomt? BASIS: Alle respondenten met een lijfrente die vrijvalt N = 92

Websites van banken en verzekeraars meest gebruikte internet-informatiebron 2 Via sites van banken of verzekeraars 6 Via vergelijkingssites 42 Via sites van consumentenorganisaties of belangenverenigingen 24 Via sites van tussenpersonen 7 Via een andere website 7 Weet ik niet meer 4 % 2 4 5 6 7 Websites van banken en verzekeraars hebben de meeste consumenten geraadpleegd, die informatie via internet hebben ingewonnen (6%). Via welke internetsite heeft u informatie ingewonnen? BASIS: Alle respondenten met een lijfrente die via internet hebben geïnformeerd over het vrij te vallen kapitaal N = 55

Pensioen-informatie wordt via bank veelal persoonlijk verkregen 22 Een medewerker van de bank 7 56 Een assurantietussenpersoon 2 28 Een medewerker van een verzekeringsmaatschappij 2 54 Familie, vrienden en kennissen 8 Een andere persoon 8 Weet ik niet meer 2 % 2 4 5 6 Persoonlijk gesprek N = 5 Telefonisch N = 24 Men stapt sneller bij een bank binnen, terwijl het contact met een verzekeringsmaatschappij sneller via telefoon verloopt. Resultaten voor telefonisch contact zijn indicatief wegens beperkte celvulling. Met wie heeft u een persoonlijk gesprek/telefonisch contact gehad om informatie in te winnen? BASIS: Alle respondenten met een lijfrente die via een persoonlijk /telefonisch gesprek hebben geïnformeerd over het vrij te vallen kapitaal

Folders en brochures meest gebruikte schriftelijke bronnen 2 Folders of brochures 6 Consumentengids 42 De krant 26 Tijdschriften Een andere schriftelijke bron 6 Weet ik niet meer % 2 4 5 6 7 Folders en brochures zijn de meest geraadpleegde schriftelijke informatiebronnen, ook de consumentengids is redelijk vaak geraadpleegd. Resultaten zijn indicatief wegens beperkte celvulling. Welke schriftelijke bronnen heeft u geraadpleegd om informatie in te winnen? BASIS: Alle respondenten met een lijfrente die via schriftelijk informatie hebben opgevraagd over het vrij te vallen kapitaal N = 9

Vrijwel iedereen gaat zich alsnog informeren wat te doen met het kapitaal dat vrijvalt 24 Internet Persoonlijk gesprek Schriftelijk 2 Telefonisch 2 Op andere wijze 5 Ik ga me niet laten informeren 2 Weet ik (nog) niet 5 % 5 5 2 25 5 4 Eenderde van de consumenten, die nog niet geïnformeerd hebben, geeft aan via internet alsnog informatie in te gaan winnen. Een even zo grote groep geeft aan persoonlijk advies in te willen winnen. Ongeveer één op tien geeft aan geen informatie in te gaan winnen. Resultaten indicatief wegens beperkte celvulling. Op welke manier gaat u zich informeren over de mogelijkheden die u heeft met het kapitaal dat vrijkomt? BASIS: Alle bezitters van een lijfrente die nog niet besloten of geïnformeerd hebben wat ze gaan doen met het vrij te vallen kapitaal N = 4

Hogere uitkering voor vaste periode heeft de voorkeur 25 Totaal 2 77 persoon 48 5 2 personen 6 84 personen 2 88 4 personen of meer 2 79 % 2% 4% 6% 8% % Optie A: Vanaf uw 65ste krijgt u van uw verzekeraar een vaste maandelijkse uitkering. De uitkering krijgt u zo lang u leeft. Als u overlijdt krijgen uw nabestaanden geen uitkering Optie B: Vanaf uw 65ste krijgt u van uw bank een hoge maandelijkse uitkering. De uitkering krijgt u gedurende een vaste looptijd die u van tevoren afspreekt (bijvoorbeeld 2 jaar). Als u overlijdt krijgen uw nabestaanden een uitkering Een vaste looptijd waarbij men een hoge maandelijks uitkering krijgt en nabestaanden recht hebben op een uitkering heeft voor velen (77%) de voorkeur boven de optie waarbij men een vaste, lagere, maandelijkse uitkering krijgt zolang als men leeft en de nabestaanden geen uitkering krijgen. Eén persoonshuishoudens geven vaker de voorkeur aan optie A waarbij ze een vaste uitkering krijgen zolang als men leeft. Uiteraard speelt het feit dat de nabestaanden geen uitkering krijgen geen rol. Ook lagere inkomens geven significant vaker (48%) aan een voorkeur te hebben voor de lagere uitkering, die wel wordt uitgekeerd zolang als men leeft, maar waarbij de nabestaanden geen uitkering krijgen. Kunt u aangeven welke optie u het meest aantrekkelijk vindt? BASIS: Alle respondenten met een lijfrente die vrijvalt N = 92

Bijlagen Achtergrond Onderzoeksverantwoording en steekproefoverzicht Contact

a Achtergrond

Achtergrond AFM Consumentenmonitor 28 De AFM, een onafhankelijke gedragstoezichthouder op de financiële markten, streeft ernaar het vertrouwen van consumenten en bedrijven in de financiële markten te versterken, ook internationaal. Daarbij faciliteert de AFM kennisvorming bij de Nederlandse consument op het gebied van financiële producten. Door middel van de ConsumentenMonitor moeten ontwikkelingen in het gedrag van consumenten worden gemeten in de tijd. De ConsumentenMonitor is in 24 gestart en wordt sindsdien elk half jaar uitgevoerd. De primaire doelstellingen van de ConsumentenMonitor kunnen als volgt worden weergegeven: Beschrijven van het gedrag en de attitudes van financiële consumenten. Beschrijven van markt- en productaspecten in de financiële markt.

b Onderzoeksverantwoording

Onderzoeksverantwoording -- Doel: in kaart brengen van ontwikkelingen in het financiële keuzegedrag van de Nederlandse financiële consument. Veldwerkperiode: 4 november t/m november 2. Doelgroep: consumenten die pensioen opbouwen en consumenten die een spaarverzekering, uitgestelde lijfrente of kapitaalverzekering met lijfrente clausule afgesloten hebben ter aanvulling van het pensioen welke uiterlijk eind 2 vrijvalt. Methode: online onderzoek, vooraf is het volledige panel gescreend om de juiste groepen consumenten voor dit onderzoek te kunnen benaderen. Steekproefomvang: De netto steekproef bevat.56 consumenten die pensioenopbouwen en 92 consumenten waarbij de spaarverzekering, uitgestelde lijfrente of kapitaalverzekering met lijfrente clausule voor het einde van 2 vrijvalt. Rapportage: Indien er significante verschillen bestaan tussen verschillende achtergrondkenmerken wordt dit aangegeven. Belangrijke achtergrondgegevens in het onderzoek zijn de vier soorten financieel beslissers, uitgelegd op de volgende slide.

Onderzoeksverantwoording -2- In de rapportage, komen termen voor verschillende typen financieel beslissers voor. De AFM onderzocht in een eerder stadium hoe Nederlanders financiële beslissingen nemen en concludeerde dat mensen van elkaar verschillen in de manier waarop deze beslissingen genomen worden. Er zijn 4 typen, welke hieronder worden beschreven. Beheersten (N= 526, 4%) verzamelen veel informatie over het financieel product dat zij willen aanschaffen. Zij overwegen veel alternatieven, gaan door tot zij het juiste product hebben gevonden en nemen uiteindelijk zelf de beslissing, zonder financieel adviseur. Ambitieuzen (N= 69, 24%) proberen graag nieuwe producten uit en mijden risico s hierbij niet. Zij hebben luxe en rendement als drijfveer voor hun besluiten en steken een gemiddelde hoeveelheid tijd in hun keuzeproces. Adviesgevoeligen (N= 46, %) laten hun beslissingen over aan anderen. Zij vertrouwen adviseurs blindelings. Zij zijn niet geïnteresseerd in financiële producten en zijn niet perse op zoek naar het ideale product. Gemaksgeoriënteerden (N= 9, 2%) stoppen weinig tijd in het bestuderen van financiële producten en vermijden hierbij risico s. Zij hebben weinig vertrouwen in financieel adviseurs en kiezen vaak voor standaard producten. Voor meer informatie of om zelf te testen wat voor type financieel beslisser u bent, kunt u terecht op www.afm.nl/besliswijzer

Onderzoeksverantwoording -- 2 Wegens beperkte celvulling zijn onderstaande vragen, met betrekking tot aanvullende pensioenproducten, niet meegenomen in de rapportage: Welke schriftelijke bronnen bent u van plan te raadplegen om informatie in te winnen? U heeft eerder aangegeven dat u het uitkeren van het vrijgevallen bedrag uitstelt. Wat is voor u de belangrijkste reden om het uitkeren van het bedrag uit te stellen? U heeft eerder aangegeven een nieuw aanvullend pensioenproduct aan te schaffen. Waarom schaft u een nieuw aanvullend pensioenproduct aan? Welke aanbieders overweegt u voor uw nieuwe nieuw aanvullend pensioenproduct? Hieronder staat een aantal criteria die belangrijk kunnen zijn voor de uiteindelijke keuze van een nieuwe nieuw aanvullend pensioenproduct. Welke is voor u het belangrijkst?