Ongelijkheid en armoede: een Europees en Nederlands perspectief Nibud-Congres 2017 Wat is genoeg? Utrecht, 29 juni 2017 Frank Vandenbroucke Universiteitshoogleraar UvA
Wie is arm? Nederlandse benaderingen SCP: absoluut tekort, objectief vastgesteld Arm: iemand die gedurende lange tijd niet de middelen heeft om te kunnen beschikken over de goederen en voorzieningen die in zijn samenleving als minimaal noodzakelijk gelden Referentiebudgetten (2014, alleenstaande): Basisbehoeftenbudget : 971 euro / maand Niet-veel-maar-toereikendbudget: 1063 euro / maand CBS: lage inkomensgrens Bijstandsuitkering 1979, geïndexeerd met prijzen 2014, alleenstaande, 1020 euro per maand
Wie is arm? Nederlandse benaderingen SCP: absoluut tekort, objectief vastgesteld Arm: iemand die gedurende lange tijd niet de middelen heeft om te kunnen beschikken over de goederen en voorzieningen die in zijn samenleving als minimaal noodzakelijk gelden Referentiebudgetten (2014, alleenstaande): Basisbehoeftenbudget : 971 euro / maand Niet-veel-maar-toereikendbudget: 1063 euro / maand CBS: lage inkomensgrens Bijstandsuitkering 1979, geïndexeerd met prijzen 2014, alleenstaande, 1020 euro per maand
Wie is arm? Europese benaderingen De Europese definitie van armoede : een risico-indicator op basis van inkomen: armoedegrens = 60% van de mediaan van het beschikbaar huishoudinkomen (gestandaardiseerd) in een land Nederland, 2014, alleenstaande: 1065 euro / maand = niet veel maar toereikend Nederland, 2008, alleenstaande: 1008 euro / maand > niet veel maar toereikend (961) Risico s: kosten voor gezondheid en zorg huisvestingskosten onverwachte kosten (bv. reparaties) schulden Kritische bedenkingen bij bewegende, relatieve armoedegrenzen Verankerde armoede : 60%-armoedegrens wordt verankerd in de tijd
Vergelijking relatieve en absolute maatstaf voor Nederland 12% Armoede totale bevolking 10% 8% 6% 4% 2% Maatstaf voor relatieve ongelijkheid aan de onderkant Verankerde armoede = absoluut 0% Lage-inkomensgrens 60% mediaan inkomen Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Statline
Armoede, inkomensgroei en ongelijkheid, 2007-2014 Bewegende armoedegrens 10 8 6 4 2 0-2 -4-6 -8 Ongelijkheid groeit 'Verankerde armoede' daalt Ongelijkheid daalt 'Verankerde armoede' daalt Ongelijkheid groeit 'Verankerde armoede' groeit Ongelijkheid daalt 'Verankerde armoede' groeit -10-30 -20-10 0 10 20 30 Armoedegrens verankerd in 2007
Armoede, inkomensgroei en ongelijkheid, 2007-2014 Nederland en de andere EU-lidstaten 7 Ongelijkheid groeit 'Verankerde armoede' daalt Ongelijkheid groeit 'Verankerde armoede' groeit Bewegende armoedegrens 5 3 1-1 -3-5 -7 Ongelijkheid daalt 'Verankerde armoede' daalt -30-20 -10 0 10 20 30 Armoedegrens verankerd in 2007 Ongelijkheid daalt 'Verankerde armoede' groeit Bron (deze en volgende slides): Eurostat, EU SILC, eigen bewerkingen; observatiejaren
Armoede, inkomensgroei en ongelijkheid, 2007-2014 Nederland en de andere EU-lidstaten: leeftijd 18-64 Bewegende armoedegrens 7 5 3 1-1 -3-5 -7 Ongelijkheid groeit 'Verankerde armoede' daalt Ongelijkheid daalt 'Verankerde armoede' daalt Ongelijkheid groeit 'Verankerde armoede' groeit Ongelijkheid daalt 'Verankerde armoede' groeit -30-20 -10 0 10 20 30 Armoedegrens verankerd in 2007
Armoederisico volgens werkintensiteit van het huishouden (bevolking < 60 jaar) 70% Armoede, EU definitie 60% 50% 40% 30% 20% 10% EU27 2004-07 EU27 2011-14 NL 2004-07 NL 2011-14 0% Zeer hoog Hoog Medium Laag Zeer laag Werkintensiteit van het huishouden
Armoederisico volgens werkintensiteit van het huishouden (bevolking < 60 jaar) Armoede, EU definitie 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Uitkeringen / gemiddelde inkomens Werk aan de onderkant Gezinstypes Zeer hoog Hoog Medium Laag Zeer laag Werkintensiteit van het huishouden EU27 2004-07 EU27 2011-14 NL 2004-07 NL 2011-14
De verdeling van werk over huishoudens polariseert (structuur van de bevolking < 60 jaar) Aandeel in de bevolking < 60 50% 45% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% Zeer hoog Hoog Medium Laag Zeer laag Werkintensiteit van het huishouden EU27 2006-08 EU27 2012-14
De verdeling van werk over huishoudens polariseert (structuur van de bevolking < 60 jaar) Aandeel in de bevolking < 60 50% 45% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% Zeer hoog Hoog Medium Laag Zeer laag Werkintensiteit van het huishouden EU27 2006-08 EU27 2012-14 NL 2006-08 NL 2012-14
Armoede en afkomst (totale bevolking, volgens geboorteplaats) 35% Armoede, EU definitie 30% 25% 20% 15% 10% 5% EU28 2014 Nederland 2014 0% Geboren buiten EU28 Geboren in rapporterend land Geboorteplaats
Onvermijdelijk? Globalisering? Europese integratie? Ontwikkelingen verschillen van land tot land Gemeenschappelijke Europese trends onvermijdelijke trends
Dank u Vandenbroucke, F. & Rinaldi, D. (2015) Social inequalities in Europe The challenge of convergence and cohesion. In: Vision Europe Summit Consortium (eds.): Redesigning European welfare states Ways forward, Gütersloh (http://www.vision-europe-summit.eu/) Cantillon, B., & Vandenbroucke, F. (eds.) (2014), Reconciling Work and Poverty Reduction. How successful are European welfare states?, Oxford, Oxford University Press. Alle publicaties: www.frankvandenbroucke.uva.nl