Les 5 De eerste multinational ter wereld. gatentekst versie 1 Ontstaan In het voorjaar van 1594 staken Amsterdamse kooplieden de koppen bij elkaar. wilden proberen het Portugese monopolie op handel in Aziatische specerijen te doorbreken, ook zelf veel geld in deze te gaan verdienen. Men stichtte een, een gelegenheidsonderneming, opgericht voor slechts één. Maar al spoedig volgden compagnieën (ook kamers genoemd) in Amsterdam, Rotterdam, Hoorn,, Middelburg, Veere en Delftshaven. De reizen zo n succes, dat Nederlandse kooplieden op leven en dood gingen beconcurreren. was noodzakelijk. Onder druk van politieke kwamen de partijen tot elkaar, en plaatselijke compagnieën smolten samen tot één Oost-Indische Compagnie, de VOC. Deze VOC het monopolie over alle Nederlandse handel scheepvaart op Azië. Daarnaast kreeg ze het recht om oorlog te voeren, te sluiten met Aziatische vorsten, forten handelshuizen te bouwen, soldaten te legeren bestuurders aan te stellen. Heel bijzondere voor een particulier bedrijf. De VOC uit tot een gigantisch handels- en met zes kamers in de republiek een kleine dertig vestigingen in Azië, dan honderd schepen en duizenden werknemers. Schepen en bemanning Omdat de VOC haar met eigen schepen vervoerde moest men schepen aankopen of zelf bouwen. Gedurende twee eeuwen van haar bestaan bouwde VOC bijna 1500 schepen. De noodzakelijke werden bijna allemaal uit het buitenland. Voor de bouw en het onderhoud haar enorme vloot beschikte de VOC uitgestrekte werven, met pakhuizen en werkplaatsen. de schepen van de VOC zijn totaal ruim 1 miljoen mensen naar gevaren. Er gingen gemiddeld 200 man boord. De kleinste groep vormden de. Het waren hoge VOC -ambtenaren die de VOC in Azië gingen werken ook kolonisten die toestemming hadden om in Zuid Afrika of op Java te. De VOC hoopte op deze manier name de voedselproductie op Kaap de Hoop te stimuleren. Een vijfde tot derde van de opvarenden bestond uit die waren ingehuurd om de Aziatische van de VOC te bewaken. De groep opvarenden vormden natuurlijk de zeelieden. 10% van de bemanning overleefde reis niet (vanwege ziektes, piraten en gevaren) en van het VOC-personeel slechts een op de drie uit terug. De lading De lading die VOC- schepen uit Europa naar Azië, bestond uit zilver en goud, allerhande en gereedschappen en bouwmaterialen voor het - bedrijf in Azië. Van Azië naar werden meer dan honderd verschillende Aziatische vervoerd, vooral specerijen als kaneel en. Aan de Perzische Golf ruilde de specerijen tegen zout, in Zanzibar zout kruidnagel, in China goud tegen gedroogde en zijde, zijde tegen koper in, koper tegen specerijen op de Zuidoost- eilanden. Aan het eind van de eeuw vulden ook Indiase textielproducten de, en in de achttiende eeuw kwamen thee en koffie 1
bij. In die werden dit namelijk Europese volksdranken; de en koffiehuizen schoten als paddenstoelen uit grond. Omdat de Arabische koffie te was, stichtte de VOC koffieplantages op en dwong de lokale bevolking de aan de compagnie af te staan. Azië dreef de compagnie ook een handel in opium. De route naar Azië De afstand naar Azië bedroeg 13. mijl en de reis duurde gemiddeld maand. De VOC- voeren via het Kanaal of, als met Engeland in oorlog was, achter langs naar Zuid Afrika. Kaap de Hoop was het officiële tussenstation. De had deze post in het midden de zeventiende eeuw gebouwd, omdat de vanuit Nederland niet voldoende verse groenten, en water konden meenemen voor de reis. Er verrees een fort. De maakte met de lokale bevolking dwingende over de levering van vee en tuinen aan voor groente- en fruitteelt. de loop van de tijd vestigden meer kolonisten zich hier als boeren middenstanders. Zo verrees in de achttiende een volwaardige stad, tegenwoordig Kaapstad geheten. Kaap de Goede Hoop ging de verder in noord-noordoostelijke richting naar Java. dit lange traject waren zaken als en afstand moeilijk te berekenen. De moesten hun ervaring laten spreken, maar ook uitvoerige instructies, kaarten en instrumenten. De kaarten waren afkomstig uit de kaartenmakerij. De goederen voor de terugreis de VOC in pakhuizen in Batavia op eilandjes voor de kust. De zeilden in groepsverband terug naar de. Vanuit Nederland voeren VOC -schepen en oorlogsschepen de vloot tegemoet om de -Indiëvaarders op het laatste stuk naar veilige haven te begeleiden en te geen overbodige luxe, want kapen was die dagen gewoon toegestaan. Ondergang In zeventiende en achttiende eeuw was de het grootste handels- en scheepvaartbedrijf ter. Maar aan het eind van de eeuw ging de multinational failliet. Daarvoor een aantal redenen aan te wijzen. leiding was niet berekend op de die het immense bedrijf aan hen. De oorlogen met Engeland kostten handenvol. De leveranciers in Azië kregen in gaten hoe kostbaar hun producten waren verhoogden de prijzen. In Europa waren kapers op de kust: andere Europese werden concurrenten. Dat alles tezamen was dan het bedrijf aankon. Eind 1799 het mammoetbedrijf genationaliseerd. De Nederlandse staat de schulden maar ook alle bezittingen. In 1803 werden de laatste werknemers, alle werven ontmanteld en voor zover aan de marine overgedaan. Koloniaal rijk die tijd was de Nederlandse staat van bijvoorbeeld de gebieden van het Indonesië. Die gebieden heetten sindsdien, tot de onafhankelijkheid, Nederlands-Indië. Nederland werd officieel een koloniaal rijk en bleef tot na de Tweede Wereldoorlog. In twintigste eeuw met z n twee wereldoorlogen het Europese politiek evenwicht ineen, terwijl de koloniën juist een nieuw nationaal opkwam. Dit leidde na 1945 tot versnelde dekolonisatie: in dertig jaar tijd wereldwijd bijna alle koloniën onafhankelijk. VOC-mentaliteit In 2006 introduceerde de toenmalige Nederlandse -president het begrip VOC-mentaliteit in debat over de economie: Laten wij zijn! Laten we zeggen: Nederland kan weer! Die VOC-mentaliteit, over grenzen kijken, dynamiek! Toch? De VOC werd hem 2
kennelijk gezien als een bedrijf handelsgeest en durf. Door anderen werd echter ook geassocieerd met de gewelddadige van het bedrijf: het waren rooftochten! de kolonisatie door de Nederlanders is in die tijd ontstaan. Schandelijk, als het bekijkt door de bril van twintigste-eeuwer. Tja. Moet de VOC- ons nu met trots of met vervullen? Wie het weet mag het. gatentekst versie 2 Ontstaan In het voorjaar van 1594 staken negen Amsterdamse kooplieden de koppen bij. Ze wilden proberen het Portugese monopolie op handel in Aziatische specerijen te doorbreken, om zelf veel geld in deze handel te verdienen. Men stichtte een compagnie, een gelegenheidsonderneming, voor slechts één reis. Maar al spoedig compagnieën (ook wel kamers genoemd) in Amsterdam,, Hoorn, Enkhuizen, Middelburg, Veere en Delftshaven. De werden zo n succes, dat Nederlandse kooplieden op leven en dood gingen beconcurreren. Samenwerking noodzakelijk. Onder druk van politieke machthebbers kwamen partijen tot elkaar, en de plaatselijke compagnieën samen tot één Verenigde Oost-Indische Compagnie, de. Deze VOC kreeg het monopolie over alle handel en scheepvaart op Azië. Daarnaast kreeg ook het recht om oorlog te voeren, te sluiten met Aziatische vorsten, forten en te bouwen, soldaten te legeren en bestuurders te stellen. Heel bijzondere privileges voor een bedrijf. De VOC groeide uit tot een handels- en scheepvaartbedrijf met zes kamers in republiek en een kleine dertig vestigingen in, meer dan honderd schepen en duizenden werknemers. Schepen en bemanning Omdat de VOC haar handelsgoederen eigen schepen vervoerde moest men de schepen of zelf bouwen. Gedurende de twee eeuwen haar bestaan bouwde de VOC bijna 1500. De noodzakelijke bouwmaterialen werden bijna allemaal uit buitenland aangevoerd. Voor de bouw en het van haar enorme vloot beschikte de VOC uitgestrekte werven, met pakhuizen en werkplaatsen. Op schepen van de VOC zijn in totaal 1 miljoen mensen naar Azië gevaren. Er gemiddeld 200 man aan boord. De kleinste vormden de passagiers. Het waren hoge VOC - die voor de VOC in Azië gingen maar ook kolonisten die toestemming hadden om in Zuid Afrika of op Java te vestigen. VOC hoopte op deze manier met name voedselproductie op Kaap de Goede Hoop te. Een vijfde tot een derde van de bestond uit soldaten die waren ingehuurd om Aziatische vestigingen van de VOC te bewaken. grootste groep opvarenden vormden natuurlijk de zeelieden. 10% van de bemanning overleefde de niet (vanwege ziektes, piraten en andere gevaren) van het VOC-personeel keerde slechts een de drie uit Azië terug. De lading lading die de VOC- schepen uit Europa Azië brachten, bestond uit zilver en goud, koopwaar en gereedschappen en bouwmaterialen voor het - bedrijf in Azië. Van Azië naar Europa meer dan honderd verschillende Aziatische goederen vervoerd, specerijen als kaneel en peper. Aan de Golf ruilde de VOC specerijen tegen zout, Zanzibar zout tegen kruidnagel, in China goud gedroogde theebladeren en zijde, zijde tegen koper Japan, koper tegen specerijen op de Zuidoost- eilanden. Aan het eind van de zeventiende vulden 3
ook Indiase textielproducten de schepen, en de achttiende eeuw kwamen daar thee en bij. In die tijd werden dit namelijk volksdranken; de thee- en koffiehuizen schoten als uit de grond. Omdat de Arabische koffie duur was, stichtte de VOC koffieplantages op en dwong de lokale bevolking de oogst de compagnie af te staan. Binnen Azië de compagnie ook een winstgevende handel in. De route naar Azië De afstand naar bedroeg 13.400 mijl en de reis gemiddeld zeveneneenhalve maand. De -schepen voeren via het Kanaal of, als met Engeland in oorlog was, achter Schotland naar Zuid Afrika. Kaap de Goede Hoop het officiële tussenstation. De VOC had deze in het midden van de zeventiende eeuw, omdat de schepen vanuit Nederland niet voldoende groenten, vlees en water konden meenemen voor maandenlange reis. Er verrees een fort. De maakte met de lokale bevolking dwingende afspraken de levering van vee en legde tuinen voor groente- en fruitteelt. In de loop de tijd vestigden steeds meer kolonisten zich als boeren en middenstanders. Zo verrees in achttiende eeuw een volwaardige stad, tegenwoordig Kaapstad. Van Kaap de Goede Hoop ging de verder in noord-noordoostelijke richting naar Java. Voor lange traject waren zaken als route en moeilijk te berekenen. De schippers moesten hun laten spreken, maar kregen ook uitvoerige instructies, en instrumenten mee. De kaarten waren afkomstig de eigen kaartenmakerij. De goederen voor de verzamelde de VOC in pakhuizen in Batavia op eilandjes voor de kust. De schepen in groepsverband terug naar de Republiek. Vanuit voeren VOC -schepen en enkele oorlogsschepen de tegemoet om de Oost-Indiëvaarders op het stuk naar de veilige haven te begeleiden te beschermen geen overbodige luxe, want kapen in die dagen gewoon toegestaan. Ondergang In zeventiende en achttiende eeuw was de VOC grootste handels- en scheepvaartbedrijf ter wereld. Maar het eind van de achttiende eeuw ging multinational failliet. Daarvoor zijn een aantal redenen te wijzen. De leiding was niet berekend de eisen die het immense bedrijf aan stelde. De oorlogen met Engeland kostten handenvol. De leveranciers in Azië kregen in de hoe kostbaar hun producten waren en verhoogden prijzen. In Europa waren er kapers op kust: andere Europese landen werden concurrenten. Dat tezamen was meer dan het bedrijf aankon. 1799 werd het mammoetbedrijf genationaliseerd. De Nederlandse nam de schulden maar ook alle bezittingen. In 1803 werden de laatste werknemers ontslagen, werven ontmanteld en voor zover mogelijk aan marine overgedaan. Koloniaal rijk Vanaf die tijd de Nederlandse staat eigenaar van bijvoorbeeld de van het huidige Indonesië. Die gebieden heetten, tot aan de onafhankelijkheid, Nederlands-Indië. Nederland daarmee officieel een koloniaal rijk en bleef tot na de Tweede Wereldoorlog. In de eeuw met z n twee wereldoorlogen stortte het politiek evenwicht ineen, terwijl in de koloniën een nieuw nationaal bewustzijn opkwam. Dit leidde 1945 tot een versnelde dekolonisatie: in dertig tijd werden wereldwijd bijna alle koloniën onafhankelijk. VOC-mentaliteit In 2006 introduceerde de toenmalige Nederlandse -president het begrip VOC-mentaliteit in een over de economie: Laten wij optimistisch zijn! we zeggen: Nederland kan het weer! Die 4
-mentaliteit, over grenzen heen kijken, dynamiek! Toch? VOC werd door hem kennelijk gezien als bedrijf met handelsgeest en durf. Door anderen het echter ook geassocieerd met de gewelddadige van het bedrijf: het waren rooftochten! En kolonisatie door de Nederlanders is immers in tijd ontstaan. Schandelijk, als je het bekijkt de bril van een twintigste-eeuwer. Tja. de VOC-tijd ons nu met trots met schaamte vervullen? Wie het weet mag zeggen. 5