E pluribus unum - op zoek naar een eenduidige taaldidactiek voor klassieke en moderne talen

Vergelijkbare documenten
Ta a l en Tekst. De rol van Taalbeschouwing. in het klassieketalenonderwijs

KLASSIEKE STUDIËN LATIJN GRIEKS

Stap voor stap Latijn leren (en) lezen in het eerste jaar

Zin 1: Lijkt + een vriendelijke jongen: kww + naamwoordelijk deel, samen naamwoordelijk geheel (nwg). Verklaring: lijken is kww.,

Vergelijken in het Engels

Ontleden. Er zijn twee manieren van ontleden: taalkundig ontleden en redekundig ontleden.

Nederlandse taalbeschouwing als ondersteuning voor het vreemdetalenonderwijs? Elena Lievens workshop studiedag Taal en Tekst, ENW AUGent, 6/11/2013

1 Het vernieuwd leerplan 1ste graad: ervaringen uit het veld

Loopt vader met moeder in het park?

Interactive Grammar leert de belangrijkste regels van de Engelste spelling en grammatica aan.

Hoe leer ik uit... Naam: Klas:

De grammaticale tijden in het Engels: een overzicht

DIOCESANE PEDAGOGISCHE BEGELEIDINGSDIENST BISDOM BRUGGE

- De zin in een andere tijd zetten (tijdproef). - De zin vragend maken. - Van enkelvoud meervoud maken of andersom (getalproef).

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.

Hoe te leren voor de UNIT toetsen

handelingswijzer redekundig ontleden zinsdelen

Grammatica overzicht Theme 5+6

We gaan het hebben over de woordvolgorde in Engelse zinnen.

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Vakles 1 / 2 / 3 / 4. # 3 De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn woordenschat.

Beschrijving van een fantasiedier

Aangenaam kennismaken!

Grammatica uitleg voor de toets van Hoofdstuk 1

Struikelblok zinsontleding: Actief en passief

HOTTENTOTTENTEN- TENTENTOONSTELLING

passive de lijdende vorm

Toelichting. Leerdoelenoverzicht - niveau 3a

Latijn: iets voor jou?

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens

Inleveropdracht 1: Morfologie & Syntaxis

Toelichting. Leerdoelenoverzicht - niveau 3c

THE LANGUAGE SURVIVAL GUIDE

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

present perfect simple.

Thema In en om het huis

# 4 De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven teksten.

Vwo+ en Gymnasium WINKLER PRINS

Combinatietraject ipockets groep 1/2 verspreid over twee jaar In het eerste jaar volgt u Traject A. Het tweede jaar start u met Traject B.

Over de verschillen en gelijkenissen tussen talen bij taalbeschouwing

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g

Woordenschat: Je gebruikt eenvoudige woordenschat om over jezelf en wat je meemaakt te vertellen, eventueel met behulp van een online vertaalsite.

Choices elementary GRAMMAR

Methodewijzer. Surf naar.

Eigen vaardigheid Taal

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT SECUNDUM TAALSTUDIE. Werkwoorden vervoegen

Comics FILE 4 COMICS BK 2

Leadership Basics. een 3-daagse praktijkopleiding rond de essenties van leidinggeven

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A, B, C

3 I always love to do the shopping. A Yes I do! B No! I hate supermarkets. C Sometimes. When my mother lets me buy chocolate.

Persoonlijke ontwikkeling

The secret key. Worksheet. flash info. Lees de tekst en kruis het juiste antwoord aan. Deze tekst hoort bij

Open training Leadership Basics

Tweede jaar van de eerste graad

ENGELS. Zijn er nog vragen?

Gevoel voor volgorde: talen en onderzoekend leren

Informatieavond Klas 3 Welkom

Werkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets.

i.a.vanderhell-deboer ISBN

English is everywhere. hi morning mouse cool help desk hello computers mail school game. Lees de tekst. Omcirkel de Engelse woorden.

LESSTOF. Interactive Grammar

EERSTE GRAAD A-stroom

i.a.vanderhell-deboer ISBN

irregular verbs onregelmatige werkwoorden

WERKEN AAN DE VOET IN DE LESSEN LATIJN EN GRIEKS

Introductie voor Docenten

Lesvoorbereiding 7. Hachtsesteenweg Brussel tel: en fax:

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Examen Moderne Vreemde Taal Engels

NIEUW LEERPLAN KLASSIEKE TALEN 2 DE GRAAD. Inleiding

Lesvoorbereidingsformulier

luisteren: ET 4, 6 spreken: ET 15, 18, 23 lezen: ET 10, 12 schrijven: ET 28, 30, 31, 34 mondelinge interactie: 24, 27

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.

Nieuwsbrief groep 3 oktober 2015

Formuleren voor gevorderden

Implementatie leerplan Nederlands eerste graad B-stroom

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8

Z I N S O N T L E D I N G

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

trappen van vergelijking

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A, B, C

Wat heb je gisteren gedaan?

Latijn in de 21ste eeuw

Iris marrink Klas 3A.

Invloed van de moedertaal bij het leren van het Nederlands

Zorg voor focus Invulblad bij module 3 e-cursus Slimmer werken, Meer bereiken

Taalbeschouwing: spelen om te ontdekken hoe taal in elkaar zit

N > M O M N. Flair Obscur. Het duister toegelicht.

WEEK MAANDAG WOENSDAG DINSDAG DONDERDAG VRIJDAG ZONDAG ZATERDAG. Vul het juiste voorzetsel in. Nico fietst elke dag (aan, naar, op) de cursus.

Combinatietraject van level 1 en 2. Level 1 Tropical Island: Trajectjaar 1 (deel 1)

Engels & Dyslexie Hoe gaat dat samen?

Oriëntering van leerlingen naar een studierichting met de pool moderne talen

BINNENKLASDIFFERENTIATIE IN WISKUNDELESSEN

they stay they are staying they will stay Past Simple Past Continuous Future Continuous

Student: Manuel Groebbens en Sarah Guillaume

Taalbeschouwing nieuwe stijl: materiaal prof. Coppen uitgetest in de klas

DOWNLOAD OR READ : OEFENEN MET DE SIMPLE PAST EN PRESENT PERFECT IN HET ENGELS PDF EBOOK EPUB MOBI

FRANS. Personeelsvergadering 31 mei mogen moeten. taalregeling. Talenbeleidsnota 3220 FRANS 1

Bijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep

Transcriptie:

E pluribus unum - op zoek naar een eenduidige taaldidactiek voor klassieke en moderne talen Taal en Tekst: de rol van taalbeschouwing in het klassieketalenonderwijs tvannieuwenhove@gmail.com Tim Van Nieuwenhove

Introductie 2 DELEN: WAT? verschillen tussen de schooltalen 1) leerplannen, benamingen 2) idiomen / taaleigen verschillen door taalfamilies HOE? omgang met deze verschillen Praktisch = eenduidigheid verkrijgen in werkvormen 1) Grammatica 2) Woordenschat 3) Syntaxis 2

Introductie 2 DELEN: WAT? verschillen tussen de schooltalen 1) leerplannen, benamingen 2) idiomen / taaleigen verschillen door taalfamilies HOE? omgang met deze verschillen Praktisch = eenduidigheid verkrijgen in werkvormen 1) Grammatica 2) Woordenschat 3) Syntaxis 3

1) leerplannen, benamingen Nieuwe leerplannen = infantilisering van het onderwijs? Zelfkeuze HOE je lesgeeft Debilisering van de baan de meeste handboeken op elkaar afgestemd Persoonlijk traject = inzicht in kijk van lln. op talen 4

1) leerplannen, benamingen Grootste verschil < finaliteit der talen Latijn: (hoofd)doel = lezen analytisch = WAAROM-vraag basis = quasi nihil Engels (hoofd)doel = spreken / schrijven praktisch = HOE-vraag basis = miniem 5

1) leerplannen, benamingen Grootste verschil < finaliteit der talen Nederlands: doel = lezen + spreken + schrijven (combinatie) analyse + uitbouw leerplannen Nederlands = basis handboeken moderne + klassieke talen (o.a. terminologie) Gelijkenissen Enkele verschillen waarvan merendeel < finaliteit talen N.B.: niet centraal stellen! 6

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen Noodzakelijke aanvullingen: WAT? Ned. 1 e graad: Voorwerpen Latijn: Reden? Onderwerp Voorwerpen Ned.: ond., dan wwg/nwg, dan valentie Lat.: valentie van het gezegde 7

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen BWB handelende persoon < leerplan Latijn 1 e graad BWB handelend voorwerp < leerplan Ned. 2 e graad 8

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen Ik heb mijn vriendin een bloem gegeven. Lat.: M.V. Ned.: M.V. Ik heb voor mijn vriendin een bloem gekocht. I bought my girlfriend a flower. Lat.: BWB voordeel Ned.: M.V. Eng.: M.V. (indirect object) 9

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen WWG: Lat.: Paris / Helenam abducere / vult. // WWG = p.v. Ned.: Paris / wil / Helena / schaken. // WWG = p.v. + inf. 10

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen Zin in de directe rede Lat.: geen bijzin Ned.: bijzin Eng.: bijzin Bv. Senex / dicit /: Caesarem vidisti! // Bv. De oude man / zegt /: Je / hebt / Caesar / gezien! // 11

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen BVG en betrekkelijke bijzin Lat.: in leerplan 1 e graad Ned./Eng.: pas vanaf 2 e graad N.B.: geen BVG in traditionele Engelse grammatica 12

1) leerplannen, benamingen Enkele voorbeelden van verschillen Vandaag wil ik niet zwemmen./hodie natare nolo. Lat.: BWB Ned. 1 e graad: bepaling (pas BWB vanaf 2 e graad) 13

2 DELEN: WAT? verschillen tussen de schooltalen 1) leerplannen, benamingen 2) idiomen / taaleigen verschillen door taalfamilies HOE? omgang met deze verschillen Praktisch = eenduidigheid verkrijgen in werkvormen 1) Grammatica 2) Woordenschat 3) Syntaxis 14

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies Gevaar bij moderne talen: lln. vertalen letterlijk vanuit het Nederlands. a) syntaxis: Eng./Lat.: wwn. bij mekaar Ned.: tangconstructie I have heard that story 10 times this morning. Ik heb dat verhaal 10 keer gehoord deze ochtend. 15

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies Gevaar bij moderne talen: lln. vertalen letterlijk vanuit het Nederlands. a) syntaxis: Woordvolgorde: Lat.: sterk gestructureerd Eng.: middelmatig gestructureerd Ned.: danig vrij gestructureerd Bv. Ik / dronk / gisteren / een kopje thee / in de Aula.// Yesterday / I / drank / a cup of tea / in the Aula.// (MPT) Heri / in Aulā / potiunculam / bibi.// 16

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies Gevaar bij moderne talen: lln. vertalen letterlijk vanuit het Nederlands. b) grammatica: Tijden: Bv. Ned.: O.T.T.: ik doe NU iets. Eng.: present simple (habits, feelings, facts) + present continuous (things happening NOW) 17

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies Gevaar bij moderne talen: lln. vertalen letterlijk vanuit het Nederlands. b) grammatica: Tijden: 18

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies 19

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies - hulpwwn. - vd - voor- en natijdigheid 20

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies Belangrijk: nadruk op gemeenschappelijkheid Leerlingen krijgen meer structuur. (bv. tijden = vormingsgelijkheid) Verschillen niet negeren. (bv. tijden = betekenisverschil) Bv. I have done that (= present perfect = nog maar pas) (Id) feci. (= perfectum; niet noodzakelijk pas gebeurd) 21

2) Taaleigen verschillen door taalfamilies Comparatief / superlatief: gelijkaardige vorming Groot / groter / grootst Big / bigger / biggest Magnus / maior / maximus Opnieuw verschillen: Ned.: suffix -(e)r en -(e)st = oneindig, bv. de ongelofelijkste Eng.: beperkt tot 1 lettergreep; vanaf 2: more (amazing), most (amazing) 22

2 DELEN: WAT? verschillen tussen de schooltalen 1) leerplannen, benamingen 2) idiomen / taaleigen verschillen door taalfamilies HOE? omgang met deze verschillen Praktisch = eenduidigheid verkrijgen in werkvormen 1) Grammatica 2) Woordenschat 3) Syntaxis 23

II. HOE? omgang met verschillen a) grammatica Inductief: vanuit voorbeelden Authentiek materiaal: tekst, maar ook film & geluid. Aanbreng van nominatief als NDgez. via ecce homo (qui) est faba 24

II. HOE? omgang met verschillen a) grammatica Inductief: vanuit voorbeelden Authentiek materiaal: tekst, maar ook film & geluid. Zet om naar andere talen! Bv. second conditional If I were a boy, I d roll out of bed in the morning and 25

II. HOE? omgang met verschillen a) grammatica Inductief: vanuit voorbeelden Heel af en toe mag niet-authentiek materiaal Zet dit doelbewust in, afgestemd op publiek 26

II. HOE? omgang met verschillen a) grammatica Inductief: vanuit voorbeelden Heel af en toe mag niet-authentiek materiaal Zet dit doelbewust in, afgestemd op publiek 27

II. HOE? omgang met verschillen a) grammatica Ludiek: zowel aanbreng, als vastzetting Puzzel met verbuigingen Vocatieven vermengen met andere naamval(len) 28

II. HOE? omgang met verschillen a) grammatica Ludiek: zowel aanbreng, als vastzetting Voornamelijk 1 e graad serieuzere spelvormen 2 e en 3 e graad: Oefeningen (schriftelijk) verbeteren via ganzenbord Vastzetting via waagstuk (slide) 29

II. HOE? omgang met verschillen b) woordenschat Opnieuw steeds vanuit authentiek materiaal (teksten/film/audio) Afdekmethode + werken in kolommen 30

II. HOE? omgang met verschillen b) woordenschat Vocpot 31

II. HOE? omgang met verschillen b) woordenschat Vocpot: Eerste vastzetting (thuis) In de klas: Pictionary Time s up Integratie in tekst 32

II. HOE? omgang met verschillen b) woordenschat 2 e en 3 e graad: Inoefenen via Teach2000. Voordelen: Verschillende werkvormen (o.a. Space invaders) Statistieken HotPotatoes (verschillende vormen / zowel voor voc als grammatica) 33

II. HOE? omgang met verschillen c) Syntaxis Body grammar: voordelen Toont mate van structuur in elke taal Lln. = continu bezig met taal: Splitsen in zinsdelen Impliceren van zinsstructuren Verwachtingspatroon/spanningsveld duiden Nadien: vastzetting op papier Tekst verdelen in zinsdelen of zinnen. Lln. maken de puzzel Letten op chronologie + bindwoorden 34

Slotwoord Spelvormen mogen Inductie heilig doel Grammaticale vastzetting noodzakelijk Dril màg/moét School, maar ook thuis Schijnbaar onuitputtelijke bron van manieren 35