VUILE WONDEN. Poetsen of. spoelen?

Vergelijkbare documenten
Wondbeoordeling. De systematische aanpak van chronische wonden door het gebruik van ITEM

27/02/2018. Het belang van reinigen of ontsmetten van wonden. Inleiding. Ann Van de Winckel

Voorwoord 1 Inleidende begrippen 2 Criteria voor de diagnose van een wondinfectie 3 Risicofactoren voor een wondinfectie

Honing. Laatste redmiddel of 1 e keus?

Correct gebruik van ontsmettingsmiddelen. Nicole Verbraeken Verpleegkundige - ziekenhuishygiënist

MODERNE WONDZORG TIME ALGORITME IHOR VITENKO

onverdund te gebruiken ontsmetting van gesloten wonden onverdund te gebruiken ontsmetting van gesloten wonden onverdund te gebruiken

Wondverzorgingsmaterialen Feiten en Fictie. Dr. Hester Vermeulen Academisch Medisch Centrum Amsterdam Amsterdam School of Health Professions

Verzorging van wonden

Inhoud. Wondbehandelingsproducten. Historiek. Historiek

Richtlijn algemene wondverzorging

Wondbehandelingsproducten

Wondzorgverbanden. Welke, wanneer en hoe te gebruiken. Sandra Demuynck Wondzorgverpleegkundige

Ik voel Nattigheid.. Christine Rogge-Slieker. VS wondzorg en dermatologie bij Allerzorg VS Verpleegkundige Topzorg Noord Nederland

Dragerschap en behandeling van MRSA

Wondzorgcentrum. Woundmanagement: Basics and fundamentals

- 1 - Decubitusbehandelprotocol

Cedium chlorhexidini 0,05%, oplossing voor cutaan gebruik Chloorhexidine digluconaat

Internationaal wondjournaal

Cedium chlorhexidini 0,05%, oplossing voor cutaan gebruik Chloorhexidine digluconaat

WAT ZIJN WONDJES WAT KUNT U ZELF DOEN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN WANNEER KUNT U BETER NAAR UW HUISARTS GAAN VRIJ VERKRIJGBARE MEDICIJNEN

Wondbeoordeling, wondbehandeling en verbandmiddelen. Nel de Ruijter & Kirsten Eeuwijk Wondverpleegkundigen Hagaziekenhuis

Wondbehandelingsproducten

Decubitus & Wondzorg. Janine Janssen en Jolanda Thiecke 1

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Betadine alcohol, oplossing voor cutaan gebruik 50 mg/ml/ 0,72 mg/ml, oplossing (povidonjood en ethanol)

Informatiefolder Wond- verzorging

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Verzorging van wonden

Basiskennis Wondbedekkers

Hoe schoon kan het worden? Reinigen en debridement

Aanwijzingen voor patiënten met een wondhechting. Patiënteninformatie

Cedium iodine dermaal, 100 mg/g, oplossing voor cutaan gebruik Polyvidon-jood

BIJSLUITER. LCD 10% TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% vaselinelanettecrème

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Hibitane Tinctuur 5 mg/ml oplossing voor cutaan gebruik. Chloorhexidine digluconaat

De MRSA bacterie. Informatiebrochure patiënten

Peter Quataert Begeleidingsgroep richtlijn wondzorg Academisch Medisch Centrum Amsterdam

Bacteriën en ulcus cruris: samen- of tegenwerking?

HET NEDERLANDSE RODE KRUIS DISTRICT: MIDDEN-LIMBURG AFDELING: ECHT-SUSTEREN & MAASGOUW

Studiedag wondzorg 4 december februari 2008

Wondzorgkit een optie? Valerie Hanssens Verpleegkundig specialist wondzorg UZ Brussel

Wondzorg. Wondfysiologie. vochtig of droog? vochtig of droog? Droog (katoen, wol, gaas, )

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Betadine alcohol, oplossing voor cutaan gebruik 50 mg/ml / 0,72 ml/ml. povidonjood en ethanol 96%

VOORKOMEN VAN POSTOPERATIEVE INFECTIES

Voorkomen van een wondinfectie na een operatie Focuskliniek Orthopedie

Wondzorg symposium Wat is schoon genoeg?! Sandy Uchtmann Wondconsulent St. Medisch Centrum Haaglanden en Bronovo-Nebo

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Patiënteninformatie. Wondroos

IODEX dermaal, 100 mg/g, oplossing voor cutaan gebruik Polyvidon-jood

Voorkomen is beter dan Genezen

Voorkomen van een wondinfectie na een operatie Focuskliniek Orthopedie

Astrid Godding Rayon Manager

Wond- en huidbehandeling met de kracht van zeewater en zuurstof. Wat is Actimaris?

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. HIBITANE Tinctuur 5 mg/ml oplossing voor cutaan gebruik. Chloorhexidine digluconaat

BIJSLUITER. PIX LITHANTHRACIS 1,5% TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% SALICYLZUUR 1% crème en zalf

De patiënt als helpende hand in de strijd tegen infecties

Poliklinische operaties Plastische Chirurgie

BIJLAGE B ETIKETTERING EN BIJSLUITER

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Braunol 76,9 mg/ml, oplossing voor cutaan gebruik povidon jodium

Wat is Staphylococcus aureus (S.aureus)? 2 Waarom behandeling van S.aureus dragerschap bij protheseoperaties? 2 Behandeling van S.

EEN BRANDWOND FRANCISCUS VLIETLAND

Cetrimonium bromide 0,5 % - Chloorhexidine gluconaat 0,1 % crème

Poliklinische operaties. Plastische Chirurgie

De MRSA bacterie. Informatiebrochure patiënten

Poliklinische operatie dermatologie

Poliklinische operatie dermatologie

THEMA: HANDHYGIËNE: WAAROM, WIE EN WANNEER?

Samenvatting van de productkenmerken

Patiënteninformatie Betadine alcohol RVG Versie: Pagina 1 van 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

Voorkomen van een wondinfectie na fixatie van de wervelkolom Neurochirurgie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. iso-betadine Gel, 10%, gel. polyvidonjodium

Bijsluiter: Informatie voor de gebruiker. Bactroban 2 % Zalf Mupirocine

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. iso-betadine Tule, 10%, geïmpregneerd verbandgaas. polyvidonjodium

Het verwijderen van een wonddrain

Behandeling S. aureus bacterie

Behandeling Staphylococcus aureus

Complexe wondzorg Dr. H. Bontinck - Dr. J. Bontinck. Bijscholingsdagen heelkunde 16/10/2014 en 21/10/2014

ANTISEPSIS EN HUIDONTSMETTING BIJ OPERATIES

Patiënteninformatie. Vochtletsels of intertrigo

Nieuwste wondzorg technieken in de verloskunde

Richtlijnen voor thuisverpleegkundigen. Wondzorg bij patiënten met een proef neurostimulator

Google afbeeldingen 19 juni 2011

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Hacdil-S 5 mg/ml ; 0,5 mg/ml oplossing voor cutaan gebruik

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Braunol Gel, 10%, gel. Polyvidone jodium

Titel: H & I Desinfectie (V&V 7953) Versie: 2Uitgeprint document is maximaal 24 uur geldig. Printdatum: Huidige datum:

BIJSLUITER. PIX LITHANTHRACIS 1,5% TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% SALICYLZUUR 1% hoofdzalf

MRSA. Maatregelen bij (mogelijke) dragers van Meticilline-resistente Staphylococcus aureus. Afdeling Infectiepreventie

Pacemakervervanging. Dag/datum: Tijd: Afdeling:

BIJSLUITER. TETRACYCLINE 3% TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% crème en zalf

Handhygiëne bezoekers CWZ

Klinische scholing wondverband materialen. Bosman

INCONTINENCE - ASSOCIATED DERMATITIS ( I A D) Edwige Strippe Wondconsulente Q Care woundservices B.V.

BIJSLUITER. TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% LIDOCAÏNE 3% vaselinecrème

Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9

BIJSLUITER. HYDROCORTISONACETAAT 1% vaselinelanettecrème en vaselinecetomacrogolcrème

Cosmetische tatoeage/ permanente make-up

Het voorkomen van verspreiding van micro-organismen. donderdag 12 november 2015

Hygiëne/infectiepreventie

BIJSLUITER. LCD 10% TRIAMCINOLONACETONIDE 0,1% SALICYLZUUR 10% lanettezalf

Besnijdenis. Informatie voor patiënten. F december Medisch Centrum Haaglanden

Transcriptie:

36 wondontsmetting VUILE WONDEN Poetsen of spoelen? Nog te vaak worden wonden ontsmet, terwijl dat niet altijd nodig is. Wanneer ontsmet je een wond, en wanneer is reinigen afdoende? tekst Nienke Berends fotografie Istock In Nederlandse richtlijnen2 wordt wondreiniging gedefinieerd als een handeling waarbij je gebruik maakt van stromend kraanwater om ontstekingsbevorderende producten op de wondbodem te verwijderen. Het gebruik van antiseptica (ontsmettingsmiddelen) zoals Betadine (povidonjood) of chloorhexidine valt hier duidelijk níet onder. In Vlaanderen is dat anders, daar worden wonden nog regelmatig Desinfecteren van een vuile wond heeft geen zin; het vuil of debris maakt het antisepticum inactief ontsmet. En dat is lang niet altijd nodig. Sommige verpleegkundigen grijpen zelfs naar antiseptica terwijl de wond nog vies is, vertelt de Vlaamse wondspecialist Melissa Kiopekzis. 1 Zij schreef het hoofdstuk over reinigen en ontsmetten van wonden in het Handboek Wondzorg. 3 Antiseptica gebruiken in een vuile wond heeft geen zin. Het vuil of debris in de wond maakt het actieve bestanddeel in het middel inactief. Het ontsmettingsmid- del moet als het ware vechten tegen het vuil en heeft geen effect meer op de daadwerkelijke veroorzaker van de infectie. Volgens haar collegawondspecialist Luc Gryson 4 is er een groot aantal antimicrobiële wondzorgproducten beschikbaar, maar moet de Vlaamse praktijk zich beter voorbereiden op het selecteren van het juiste product voor de juiste patiënt voor de juiste wond op het juiste moment. Dit stelde hij in maart tijdens zijn lezing op de Vlaamse Week van de Verpleegkunde in Oostende. Nederlandse verpleegkundigen gebruiken veel minder vaak antiseptische middelen bij de wondzorg. Dit artikel is dan ook vooral gericht op de Vlaamse verpleegkundige praktijk. nursing mei 2017

37 Wondreiniging Volgens Kiopekzis en een eerder artikel van Gryson 4 zijn er drie indicaties waarbij het reinigen (ook wel spoelen) van wonden zinvol is: 1. Om zichtbaar vuil te verwijderen bij een nieuwe wond; 2. Om wondanalyse mogelijk te maken: de wond wordt vrijgemaakt van vuil en debris, verband- en zalfresten en kan zodoende goed geïnspecteerd worden. Bijvoorbeeld bij een veneus ulcus dat keer op keer is behandeld met Betadine-gel, licht Kiopekzis toe. Worden de resten van deze zalf niet regelmatig weggehaald, dan vormen deze op den duur een korst die geel of zelfs zwart kleurt. Als je de wond eerst reinigt en de zalfresten consequent verwijdert, zie je dat de wond eigenlijk een gezonde rode wondbodem heeft. In de praktijk is ongelooflijk moeilijk te zien of een wond gekoloniseerd of kritisch gekoloniseerd is Daarnaast kunnen sommige onderdelen van wondverbanden ingekapseld worden in het wondweefsel. 3 3. Om het teveel aan etter en fibrine te verwijderen, met het oog op infectiepreventie en patiëntencomfort. Veel wondverbanden moeten meerdere dagen blijven zitten. Bij het verwijderen ervan verspreiden de wonden een onaangename geur en is er vaak debris aanwezig in de wond. Reiniging dat kan gewoon met stromend kraanwater - bevordert het comfort van de patiënt en vermindert kiemgroei en weefselafbraak. Ontsmetten Maar wanneer ga je dan ontsmetten? Over het algemeen geldt: gecontamineerde en gekoloniseerde wonden ontsmet je niet, kritisch gekoloniseerde en geïnfecteerde wonden wel. 6 Maar in de praktijk is ongelooflijk moeilijk te zien of een wond gekoloniseerd of kritisch gekoloniseerd is, zegt Kiopekzis. Om dat zeker te weten, zou je van iedere wond waarbij je twijfelt een kweek moeten nemen. Zij houdt dan ook altijd de volgende momenten aan voor ontsmetting: - Bij de bekende tekenen van een infectie (de aanwezigheid van pus, lokale roodheid, warmte, pijn of zwelling, en eventueel systemische symptomen, zoals koorts en leukocytose). - Bij heel vuile wonden - bijvoorbeeld na een val op straat. Let op: wel eerst reinigen, anders richt het ontsmettingsmiddel zijn werkzaamheid niet op de bacteriën, maar op het organische materiaal in de wond. - Bij risicoplaatsen: bijvoorbeeld bij een wond op de stuit, zoals decubitus of vochtletsel, is behandeling met bijvoorbeeld Iso-Betadine dermicum aangewezen. Dit is effectief tegen de E.Coli bacterie, die veel voorkomt bij stuitwonden. - Bij immuungecompromitteerde patiënten (bijvoorbeeld patiënten met diabetes of patiënten die chemotherapie ondergaan). Zij zijn immers vatbaarder voor infecties. - Bij insteekplaatsen van katheters,

38 wondontsmetting ONTSMETTINGSMIDDELEN EN HUN EIGENSCHAPPEN Antiseptische middelen voor gebruik bij wonden zijn in allerlei vormen beschikbaar. Hieronder een overzicht van de bekendste middelen in Nederland en Vlaanderen, en waarom en wanneer je ze wel of juist niet moet gebruiken. 2,3 Azijnzuur (bijvoorbeeld azijnzuur 0,1 tot 1% in steriel water): geïndiceerd bij oppervlakkige en matig diepe wonden. Azijnzuur is actief tegen talloze bacteriën en schimmels, maar wordt door cliënten als erg pijnlijk ervaren. Toedieningsvorm: oplossing. Biguanides / polyhexamine: chloorhexidine (Hibiscrub, Sterilon, Hibitane, Prontosan, Advacyn, Savlon en Savlodil ). Bij allergie voor jodium, zowel ter preventie van infectie als voor behandeling van infectie of brandwonden. Toedieningsvorm: oplossing, poeder of geïmpregneerde wondbedekkers. Chloorverbindingen: Chloorpreparaten worden vaak gebruikt om hun geurwerende eigenschappen. Een nadeel van deze middelen is dat ze de wondheling belemmeren. Gebruik ze daarom alleen bij geïnfecteerde wonden, niet bij schone. Voorbeelden: Carrel-Dakin (chlooramine, tabletten en poeder) en Eusol (hypochloriet met paraffine, oplossing). Eosine: er is geen plaats voor eosine bij de ontsmetting van wonden. De ontsmettende werking is nihil. Eosine maakt de wond waarschijnlijk te droog en maskeert door de kleuring belangrijke symptomen, zoals die van infectie (erythema). Ethanol (alcohol, isopropanol, propan-2-ol, n-propanol) (bijvoorbeeld ORPHI Ethanol 70% VN met 5% methanol): indicatie bij het ontsmetten en desinfecteren. Gebruik uitsluitend na verdoving of op intacte huid. Pijnlijk voor patiënt in open wonden. Toedieningsvorm: oplossing. Jodiumhoudende producten (bijvoorbeeld Iso-Betadine, Iodosorb, Braunol ): jodiumverbindingen op basis van alcohol worden uitsluitend gebruikt voor de ontsmetting van de intacte huid. De waterige oplossingen of jodoforen, wateroplosbare verbindingen van jodium op een draagstof, gewoonlijk PVP, kunnen worden gebruikt voor ontsmetting van wonden. De aanwezigheid van organische materialen inactiveert de werking van jodiumverbindingen. Toedieningsvorm: oplossing (in alcohol of water), crème, zalf, spray of via geïmpregneerde wondbedekkers (Inadine zalfgaas). HAC: HAC is een combinatie van chloorhexidine en cetrimide. Dankzij de reinigende en fibrinolytische eigenschappen kan HAC worden toegepast op fibrineuze wonden. Het wordt geïnactiveerd in aanwezigheid van organische stoffen. Geconcentreerde HAC mag in geen geval worden toegepast op wonden (geeft verbranding van de huid). HAC wordt zowel in Nederland als in Vlaanderen nog nauwelijks gebruikt. Honing (bijvoorbeeld Mesitran, Medihoney, MelDra, HoneySoft, Revamil ). Voor alle wonden met lokale infectie (bijvoorbeeld schaaf- en snijwonden, ontvellingen en oppervlakkige brandwonden). Toedieningsvorm: direct op de wond of via geïmpregneerde wondbedekkers. Waterstofperoxide 3-6%: niet geschikt voor het ontsmetten van huid en slijmvliezen: het is zeer irriterend. Het wordt geïnactiveerd in aanwezigheid van organische stoffen en wordt soms gebruikt om zijn reinigende werking. Toedieningsvorm: oplossing of crème. Zilver (bijvoorbeeld Aquacel Ag, Mepilex Ag, Urgotul Ag/ SSD ). Bij wonden met onaangename geur of hypergranulatie (met name de complexe wonden). Toedieningsvorm zilversulfadiazine (SSD), crème of via geïmpregneerde wondbedekkers. sondes, drains. (Hier is echter geen consensus over. Volg het protocol van de instelling). Als je zeker wilt weten of een wond geïnfecteerd is of niet, dan kan een wondkweek helderheid brengen. Maar wees selectief; doe dit niet standaard bij iedere stagnerende wond, benadrukt Kiopekzis. Kijk liever eerst naar andere oorzaken. Is er een verkeerde Onnodig ontsmetten van wonden leidt tot verspilling van geld, materialen en tijd zalf of verband gekozen, is er een probleem met de doorbloeding? Neem pas een wondkweek als je denkt dat er meer aan de hand is, bijvoorbeeld bij tekenen die wijzen op een systemische infectie (koorts, roodheid etc.). Vrijwel iedere chronische wond is gekoloniseerd. Kweken van deze wonden bezorgt het lab veel werk en levert geen relevante informatie op. Dit geldt uiteraard niet voor wonden die zeker geïnfecteerd zijn, omdat de identificatie van de veroorzaker relevant is voor de behandeling. nursing mei 2017

39 Aandachtspunten Als je een wond moet ontsmetten, is het raadzaam een antisepticum te gebruiken met een breed werkingsspectrum. Bij een infectie spelen immers vaak verschillende bacteriën (anaerobe, aerobe) een rol en soms zelfs schimmels en virussen. Gebruik liefst maximaal 14 dagen hetzelfde ontsmettingsmiddel, anders krijg je een soort gewenning, vertelt Kiopekzis. Na een aantal weken van behandeling veranderen kan een stagnerend wondherstel soms een boost geven. Welke voorwaarden stellen we aan een ontsmettingsmiddel? 4 Het moet: - werkzaam zijn tegen alle soorten infectieuze agentia die in de wond kunnen voorkomen, zoals bacteriën, sporen en schimmels. - niet of zo min mogelijk toxisch zijn voor de weefsels: de toxische dosis moet in elk geval duidelijk lager liggen dan de werkzame dosis. - een goede lokale en algemene tolerantie hebben: het mag geen allergie veroorzaken. Er zijn patiënten allergisch voor zilver of Isobetadine. Informeer dus altijd naar allergieën van de patiënt. - niet of hoogstens in geringe mate geïnactiveerd worden door organisch materiaal (bloed, etter, stoelgang, serum) en zepen, anders gaat het antisepticum niet lang werken. Iso-betadine kan bijvoorbeeld 12 uren actief zijn bij een infectie, maar bij veel vuil in de wond gaat het die 12 uur niet halen (daarom is eerst reinigen belangrijk!). - snel werken, binnen 15-30 seconden. - bij voorkeur een langere tijd stabiel (houdbaar) zijn. In principe is een antisepticum tot de vervaldatum houdbaar. Een geopende verpakking van een ontsmettingsproduct mag men gebruiken naargelang de drager van de ontsmettingsstof. Houd bij alcoholische oplossingen maximaal 30 dagen aan, bij waterige oplossingen 7 dagen. Uit verschillende studies blijkt namelijk dat waterige ontsmettingsoplossingen die langdurig na opening werden gebruikt, mogelijk verantwoordelijk zijn voor outbreaks, wondinfecties, ooginfecties, enzovoort, omdat waterige oplossingen sneller gecontamineerd raken dan alcoholische. 4 Bij de patiënt thuis kun je kiezen voor een spuitflacon, die voorkomt dat de oplossing in aanraking komt met zuurstof en andere stoffen. Dit verlengt de houdbaarheid. Verder let je erop dat je niet verschillende antiseptica mengt en nooit twee ontsmettingsmiddelen na elkaar gebruikt. Sommige ontsmettingsmiddelen zijn namelijk incompatibel, zoals Iso-betadine en zilver. Gebruik ook altijd de voorgeschreven concentratie: ontsmettingsmiddelen verliezen hun optimale werking bij een te lage concentratie. Ook zijn er middelen die intolerantie genereren. Zo mogen jodium en jodoforen niet worden gebruikt bij patiënten met schildklierstoornissen, bij patiënten die schildkliertests en/of -ingrepen ondergaan, of die een onderkende allergie hebben voor jodium. Chloorhexidine kan een toxisch effect hebben op het zenuwstelsel en mag niet worden gebruikt ter hoogte van de hersenen, het hersenvlies, het Meng geen verschillende antiseptica en gebruik nooit twee ontsmettingsmiddelen na elkaar ruggenmergkanaal, het middenoor en de ogen. Houd bovendien de voorgeschreven contacttijd aan, anders werkt het middel niet. 4

41 NEDERLAND VS. VLAANDEREN Nederlandse verpleegkundigen gebruiken bij de wondzorg weinig antiseptische middelen. In Vlaanderen gebeurt dat nog wel, omdat voorheen verpleegkundige opleidingen onderwezen dat je met ontsmetting wondinfecties voorkomt. 6 Dat inzicht is inmiddels achterhaald. Gelukkig baseren de opleidingen zich steeds meer op nieuwe inzichten, aldus de Vlaamse wondzorgspecialist Melissa Kiopekzis. 1 Gelukkig maar, want het onnodig ontsmetten van wonden leidt tot verspilling van geld, materialen en tijd. Ook kunnen door antiseptische middelen resistente stammen ontstaan, hoewel dat veel minder voorkomt dan bij antibiotica. In Vlaanderen is steeds meer discussie over effecten en nadelen van het gebruik van antimicrobiële middelen in wonden, stelde ook wondzorgspecialist Luc Gryson afgelopen maart tijdens de Week van de Verpleegkunde in Oostende. 4 Dit veroorzaakt verwarring voor beleidsmakers, patiënten, artsen, verpleegkundigen en onderzoekers. Volgens de verschillende Nederlandse wonddeskundigen die we spraken voor dit artikel worden veel soorten antiseptica in Nederland niet gebruikt, vanwege het gebrek aan evidence voor de toegevoegde waarde. Tier Braams, wondconsulent en gespecialiseerd verpleegkundige wond-, stoma- en continentiezorg bij Careyn in Utrecht: Tijdens een presentatie op het symposium van V&VN Wondexpertise op 23 maart jl. werd verwezen naar een Cochranestudie waaruit blijkt dat alleen cadexomer-iodine iets beter is dan andere ontsmettingsmiddelen, die allemaal geen verschil laten zien met de standaard behandeling (zonder desinfectans). In Nederland worden voor lokaal geïnfecteerde wonden meestal wondbedekkers met jodium of honing gebruikt, omdat deze volgens wetenschappelijke inzichten de beste antiseptische werking hebben. 2 Reinigen gebeurt ook daar vooral gewoon met kraanwater. Tier Braams geeft cliënten wel altijd instructies bij het spoelen met kraanwater. Bij de cliënt thuis zijn immers niet altijd schone of steriele spullen aanwezig. Vertel bijvoorbeeld dat hij het water niet eerst in bakjes vervoert en die over de wond leeggiet, maar dat hij stromend water moet gebruiken, direct uit de kraan of douche die hij eerst minimaal 30 seconden heeft laten doorstromen. Daarnaast moet het water op lichaamstemperatuur zijn. Dat is niet alleen prettiger voor hemzelf, maar het temperatuurverschil kan ook de wondgenezing vertragen. wond gaat ontsmetten. Heb je weinig ervaring in de wondzorg, dan kan een biofilm moeilijk zijn te herkennen. De enige indicatie daarvoor is dat de wond niet vooruit gaat. 5 Systemische antibioticatherapie is volgens Gryson en Kiopekzis pas zinnig bij klinische verschijnselen van infectie (koorts, roodheid, warmte, pijn), en bij het aantreffen van bepaalde microorganismen zoals hemolytische streptokokken die schadelijk zijn voor de wondgenezing. De lokale toepassing van antibiotica in een wond moet een uitzondering blijven, wegens het nietonbelangrijk risico op sensibilisatie. Dit principe geldt vanwege resistentiegevaar - vooral bij antibiotica waarvan ook een algemene toedieningsvorm beschikbaar is. Hierdoor kan het latere gebruik ervan in het gedrang komen. Het gebruik van mupirocine (Bactroban ) in de wond wordt om deze reden dan ook afgeraden. De meeste topische antibiotica hebben een minder brede antibacteriële activiteit dan ontsmettingsmiddelen. 4 Ook Gryson benadrukte in zijn lezing in Oostende dat antibioticatherapie zo specifiek mogelijk moet worden toegepast en voor de kortst mogelijke duur. Resistentie Overigens blijkt er meer en meer resistentie voor te komen tegen antiseptica, vertelt Kiopekzis. Dit heeft vaak ook te maken met een biofilm. Deze zorgt er namelijk voor dat een antisepticum zijn werk niet kan doen in een wond. Het wordt door een schild van bacteriën afgesloten van de wondbodem en kan niet in de wond dringen. Daardoor kan er soms toch een infectie ontstaan, ondanks het gebruik van antiseptica. Gelukkig is dat nog niet zo n groot probleem als resistentie bij antibiotica. Een biofilm moet dus altijd worden verwijderd voor je een Vertel de cliënt dat hij het water niet eerst in bakjes vervoert en die over de wond leeggiet Noten 1 Melissa Kiopekzis is wondzorgspecialist en zaakvoerder bij het Wondzorgcentrum België, en lid van de werkgroep decubitus binnen het WCS België. 2 Nederlandse Vereniging voor Heelkunde. Richtlijn Wondzorg Evidence-based richtlijn voor de behandeling van wonden met een acute etiologie in de ketenzorg. Utrecht, 2013. 3 Kiopekzis M. Wondreiniging en wondontsmetting. In: Cordyn S, De Vliegher, K (red). Handboek Wondzorg, Houten: Bohn Stafleu van Loghum 2016, pp 33-38. 4 Gryson L. De oorsprong van wondreiniging en wondontsmetting. Nursing nieuwseditie, 2010;16:4-5. Luc Gryson is wondspecialist en voorzitter van de Vlaamse CNC wondzorgvereniging. Tijdens de Week voor de Verpleegkunde in Oostende (maart 2017) gaf hij een lezing Ontsmetten of niet. 5 Jonkers A. 10 vragen over biofilm in complexe wonden, Nursing februari 2015. 6 Rosier J. Minder ontsmetten of gewoon zo doorgaan? Nursing mei 2008.