Beschrijving zorgketen 1e lijn bij depressie in de zwangerschap en/of in de kraamperiode

Vergelijkbare documenten
Presentatie. POP poli Aandachtspunten bij kinderwens, zwangerschap en bevalling bij cliënten met psychische klachten/aandoeningen.

Patiënteninformatie. Psychiatrie- Obstetrie- Paediatrie (POP)-poli. Informatie voor patiënten over de POP-poli van Tergooi.

6 a 8 controles afhankelijk van professionele noodzaak en/of behoefte vrouw. -Er is aandacht gegeven aan medische en psychosociale.

Informatie voor patiënten over de POP-poli van Tergooi.

Transmurale afspraken POP-protocol vakgroep gynaecologie verloskunde Isala en de eerstelijns verloskundigen kring Zwolle

SSRI-gebruik tijdens zwangerschap, bevalling en kraambed

SSRI. Protocol NVOG/NVK 2012 VSV Geert Jan Blok

Multidisciplinair (pre)conceptioneel advies

NVOG Voorlichtingsbrochure BENZODIAZEPINEN BIJ DE ZWANGERSCHAP EN IN HET KRAAMBED

Werkafspraak SSRI in de zwangerschap oktober 2014

Psychiatrie, Obstetrie en Pediatrie (POP) POP-adviescentrum

Gebruik van antidepressiva (SSRI) voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed

Kansrijke Start : samenwerken!

Depressie. Postpartum depressie

Net bevallen De eerste 6 weken na je bevalling

Doelstelling Dit protocol heeft een optimale uitkomst van de zwangerschap en baring tot doel en substitutie van 2 de naar 1 ste lijns zorg

SSRI-gebruik tijdens de zwangerschap

Benzodiazepinegebruik tijdens zwangerschap en lactatie

POP als onderdeel van psychosociale zorg Almere Monique Frohn, psychiater Gunilla Kleiverda, gynaecoloog Dianne Maingay, kinderarts

PSYCHIATRIE EN ZWANGERSCHAP. Just Wernand Psychiater

POP polikliniek. voor vrouwen vóór, tijdens en na de zwangerschap. Wat moet u echt weten! We kijken samen hoe we u kunnen helpen.

Gebruik van antidepressiva voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed

Gebruik van SSRI-medicatie Voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed. Poli Gynaecologie

KNOV-Visie. Voeding van de pasgeborene. Utrecht 2015

Samen werken aan betere geboortezorg voor moeder en kind!

6 10 weken weken weken weken weken weken weken weken weken

Handreiking. Casemanagement 1

Neonatale onttrekkingsverschijnselen kunnen zijn: De bevalling Het kraambed

Gebruik van SSRI-medicijnen

Waarom een zorgpad voor zwangeren met sociale risicofactoren:

Disclosure belangen spreker

Van chaos naar structuur: ontpopping van een POP-poli in een perifeer opleidingsziekenhuis

NVOG Voorlichtingsbrochure GEBRUIK VAN SSRI-MEDICATIE VOOR EN TIJDENS DE ZWANGERSCHAP EN IN HET KRAAMBED

Gebruik van SSRI-medicatie voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed

Gebruik van SSRI-medicatie voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed

VSV-beleid Coördinerend Zorgverlener juli 2018 VSV. Werkgroep Coördinerend Zorgverlener. Opdracht

Zwangerschap en bipolaire stoornis avontuur voor patient en behandelaar. Anja Stevens

Fase Handeling Zorgverlener Preconceptiefase

Benzodiazepine Bij zwangerschap en in het kraambed. Poli Gynaecologie

De POP polikliniek Voor zwangeren

SSRI-medicijnen. Gynaecologie / Verloskunde. Gebruik rondom de zwangerschap. Inhoud. 1. Achtergrond. 2. Als u zwanger wilt worden

SSRI-gebruik. in zwangerschap en kraamperiode

Handreiking. Huisbezoek

Klinisch kraambed in het Centrum voor Geboortezorg

Kraamzorg: krachtige verbinder in de geboortezorg. Visie ActiZ op geboortezorg

KET en DT Klinische redeneren en handelen

Jeugdgezondheidszorg interventies. Pre- en postnataal

Visie Preall Auteur: Kerngroep/MR januari 2016 Definitief 1.0

Waarom een zorgpad voor zwangeren met sociale risicofactoren:

SSRI-medicatie en zwangerschap BEHANDELING

Gebruik van SSRI-medicatie voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed.

Handreiking prenataal huisbezoek jeugdgezondheidszorg Amsterdam

De zwangere centraal. Naar multidisciplinaire samenwerking rondom geboortezorg in de Regio Rivierenland

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties

Vrouw&Zorg,+Amsterdam+ Overzicht+Incompany+scholingen+kraamzorg blz+1+/+11"

Inleiding. Namens de werkgroep vroegsignalering Annemarieke Koops Gynaecoloog WZA Augustus 2011

Stop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap.

KNOV Visie op de kraamzorg juni 2010

Regionaal Protocol Preventie van perinatale GBS ziekte bij à terme zwangerschap

Samenvatting. Samenvatting

POP poli Radboud universitair medisch centrum

OBSTETRIE CASUS 2. Ochtendprogramma 5 maart

Pre- en perinatale voorlichting en zorg

Trainingsgids 2017 Kraamzorg aan kwetsbare zwangeren

Depressie tijdens de zwangerschap uit de taboesfeer

Samen Psychische Klachten De Baas. Uitnodiging symposium. Borstvoeding en depressie MST Enschede Spectrumzaal. Dinsdag 21 april

Welkom bij Djoke.nl Kraamzorg bij Psychische klachten

Inleiding. Eerstelijns verloskundigen en praktijkhouders Regio Leeuwarden, -juni 2017-

Concept checklist voor afspraken in de regio (VSV) versie 0.1

Speciale zorg voor elke aanstaande moeder, als je meer en beter wilt

Factsheet Zwangerschap en Geboorte 2016 gegevens onder embargo tot donderdag 25 januari, 08.00u

Een prenataal traject bestaande uit één tot vier huisbezoeken voor een selectieve groep zwangere vrouwen. Aantal uitgevoerde huisbezoeken.

JGZ-richtlijn. Te vroeg en/of small for gestational age (SGA) geboren kinderen. Samenvatting ziekenhuis

Ketenrichtlijn Geboortezorg Asielzoekster

Uitkomsten zorgverlenersvragenlijst 2015

TRANSMURAAL PROTOCOL PSYCHIATRIE Herziene versie mei/juni 2009.

De zwangere asielzoeker

Zorgpad Zwangerschap, geboorte en kraamtijd VSV Boxmeer e.o. 1.2 Intake. 2.3 Zwangerschapscontroles. Evt. Overleg. Consulten

B. Voldoet deels aan de norm, maar verbetering nodig

Handreiking. Prenatale voorlichting, een nieuwe activiteit in opdracht van de gemeente

Zwanger. Algemene informatie

Verloskundig Samenwerkings- Verband s- Hertogenbosch e.o.

Sociale Zorgpaden voor Kwetsbare Zwangeren

Klinisch Kraambed op de afdeling verloskunde

Gebruik van SSRI-medicatie tijdens zwangerschap en borstvoeding. Maatschap Gynaecologie & Kindergeneeskunde IJsselland Ziekenhuis

Heerlen Atrium Orbis MC locatie Heerlen Verloskundige Praktijk Heuvelland (van Ginkel)

The Lancet Midwifery Series

Rekenen Groep 7-2e helft schooljaar.

B. Voldoet deels aan de norm, maar verbetering nodig

Postpartum psychiatrie op de moeder-baby unit

Projectplan geboortezorg Hoogeveen 2015 Pag 1 van 6 Bij een goede start hoort een goed begin: Doorbreken van het generatie op generatie effect

Gebruik van antidepressiva voor en tijdens de zwangerschap en in het kraambed

EG J. IIINO innovation. for life TNO WERKT AAN GEZOND EN VEILIG OPGROEIEN

Traject V&V; Kraamzorg niveau 3. Inhoudsopgave (concept) THEMA 1 Oriëntatie op de kraamzorg. 1.1 Inleiding. 1.

VSV Zoetermeer. Ketenprotocol. Diabetes gravidarum. Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits. Versie 1.0

Ontwikkeling van een instrument / werkwijze om perinatale zorg te stroomlijnen in psychiatrische en sociaal zwakkere moeders

De Multidisciplinaire Richtlijn SSRI s tijdens zwangerschap, kraambed en lactatie. Tom Schneider, gynaecoloog Mede namens de Richtlijncommissie

Basistraining Psychiatrie. Psychische klachten na de bevalling Donderdag 19 oktober Voorschoten

Contactmoment 3 Evaluatie bevalling en vooruitblikken kraamperiode

Transcriptie:

Beschrijving zorgketen 1e lijn bij depressie in de zwangerschap en/of in de kraamperiode 1

Colofon Datum eerste versie: 3 april 2017 Versie: 1 Samenstelling werkgroep: Ank de Jonge, verloskundige/mrnn Anke B. Witteveen, PhD, GZ-psycholoog (np) en wetenschappelijk onderzoeker/docent, AVAG en Amsterdam Public Health research institute, Department of Midwifery Science, VUmc Babette Braams, gynaecoloog Noordwest Ziekenhuisgroep Barbara Norg, klinisch verloskundige VUmc Frederieke Pijbes, huisarts praktijk Meijman en Pijbes Gunilla Kleiverda, gynaecoloog Flevoziekenhuis Hanneke Wennink, kinderarts OLVG West Marga Fontijne, regiomanager, De Kraamvogel Mirjam van Weissenbruch, kinderarts- neonatoloog VUmc Sanne Hoep, eerstelijns verloskundige, Verloskundige in Amsterdam Sintha Sie, kinderarts-neonatoloog VUmc Contact Netwerk Geboortezorg: e-mail: info@nwgz.nl / coordinatorrca@gmail.com website: www.kennisnetgeboortezorg.nl Disclaimer: Alle rechten voorbehouden. De tekst uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën of enige andere manier, echter uitsluitend na voorafgaande toestemming van de uitgever. Toestemming voor gebruik van tekst(gedeelten) kunt u per e- mail aanvragen. 2

Voorwoord Deze beschrijving is opgesteld voor de regio van het Netwerk Geboortezorg Noordwest Nederland, te weten Noord-Holland en Flevoland. De beschrijving heeft als doel concrete en uniforme afspraken te maken voor alle geboortezorg professionals in de 1 e lijn. Het primaire doel van het Netwerk Geboortezorg is het terugdringen van vermijdbare perinatale sterfte. De stuurgroep Zwangerschap en Geboorte geeft in haar adviesrapport Een Goed Begin aan dat hier een belangrijke rol is weggelegd voor samenwerking en multidisciplinaire lijnoverstijgende afspraken. De beschrijving zal iedere 2 jaar worden geëvalueerd, zo nodig bijgesteld en opnieuw geaccordeerd in het Groot Perinataal Overleg. Deze beschrijving is geaccordeerd tijdens het Groot Perinataal Overleg op 3 april 2017. De beschrijving is ontwikkeld door een multidisciplinaire en transmurale werkgroep. De basiszorg wordt gedefinieerd door de relevante richtlijnen van de beroepsverenigingen KNOV en NVOG, daar wordt ook principieel naar verwezen. In deze beschrijving wordt de zorgketen (verloskundig zorgverlener, huisarts, kraamzorg en JGZ) van een zwangere met angst en/of depressieve klachten besproken met of zonder gebruik van psychofarmaca in de zwangerschap en in de kraamperiode. Deze beschrijving definieert kort en bondig de zorg en overdracht zoals die gewenst is wanneer hulpverleners samenwerken. Uitgangspunt bij het maken van deze beschrijving is het reeds bestaande regioprotocol SSRI- gebruik in de zwangerschap en tijdens de lactatie en de eerder gemaakte toelichting op de landelijke multidisciplinaire richtlijn. 1,2 Voor verdere verdieping kan het handboek psychiatrie en zwangerschap nageslagen worden. 3 3

Inhoud 1. Algemeen... 5 2. De rol van verloskundige/huisarts/kraamzorg en JGZ... 5 De rol van de verloskundig zorgverlener/huisarts met betrekking tot psyche in de zwangerschap... 5 De rol van de verloskundig zorgverlener/huisarts bij een bestaande depressie met gebruik van psychofarmaca in de zwangerschap... 6 De rol van de verloskundig zorgverlener bij een bevalling van vrouwen met gebruik van psychofarmaca in de zwangerschap... 7 De rol van de verloskundig zorgverlener/huisarts met betrekking tot psyche in de kraamperiode met of zonder gebruik van psychofarmaca... 7 De rol van de kraamverzorgende m.b.t. psyche in het kraambed met of zonder gebruik van psychofarmaca... 8 De rol van JGZ bij psychische problematiek van moeder met of zonder gebruik van psychofarmaca.... 8 3. Literatuur... 9 4

1. Algemeen Ongeveer twee op de tien zwangere vrouwen en kraamvrouwen heeft een psychiatrische aandoening zoals een (ernstige) depressieve stoornis, een paniekstoornis, een postpartum (na de bevalling) psychose of een postpartum depressie. 4 2. De rol van verloskundige/huisarts/kraamzorg en JGZ De rol van de verloskundig zorgverlener/huisarts met betrekking tot psyche in de zwangerschap De verloskundig zorgverlener vraagt bij de eerste controle afspraak naar psychische problematiek in het verleden (inclusief eventuele vorige zwangerschappen) en de mogelijk ontvangen begeleiding en behandeling hiervoor. Zo nodig vraagt de verloskundig zorgverlener aanvullende gegevens hierover op bij de huisarts of behandelend psycholoog of psychiater met toestemming van de cliënte. De verloskundig zorgverlener geeft voorlichting over de verhoogde kans op stemmingsontregeling in de zwangerschap en de herhalingskans in de prenatale en postnatale periode bij vrouwen die psychische problematiek in de voorgeschiedenis hebben. Tevens benoemt de verloskundig zorgverlener het belang van begeleiding en behandeling indien de klachten weer ontstaan. De verloskundig zorgverlener vraagt bij de eerste controle afspraak naar ernstige psychische problematiek bij eerstegraads familieleden. De verloskundig zorgverlener vraagt bij de eerste controle afspraak tevens naar de actuele psychische gesteldheid bij de cliënte. Dit kan uitgevraagd worden door de vraag te stellen of de cliënte de afgelopen maand last heeft gehad van een down of depressief gevoel of hopeloosheid en of zij daarbij ook minder interesse en plezier had in dingen. Indien zij hierop bevestigend antwoord kan een screeningslijst worden afgenomen zoals de EPDS, R4U of ALPHA-NL. 5,6,7,8 Bij milde tot matige psychische (depressieve of angst) klachten tijdens de zwangerschap kan verloskundig zorgverlener ter preventie van een depressie de cliënte, wijzen op laagdrempelig contact met Mamakits, (mamakits.nl) Mama-Fit (mamafit.info) en/of zelfhulp ehealth interventies van het Trimbos insituut. 9,10 Indien er ernstigere psychische klachten bij de cliënte ontstaan in de zwangerschap verwijst de verloskundig zorgverlener de cliënte in samenspraak met haar door naar de huisarts voor begeleiding. De huisarts beoordeelt de ernst van de psychische klachten van angst- en depressie in de zwangerschap bij een cliënte en verwijst naar de psychologen aangesloten bij psyche en zwangerschap, POH-GGZ, Basis-GGZ of Gespecialiseerde GGZ. 10,11. De verloskundige kan daarentegen ook overwegen om de cliënte direct naar de POP poli door te sturen zo nodig in overleg met de huisarts opdat er een advies / behandelplan voor de prenatale, perinatale en post partum periode kan worden opgesteld met of zonder medicatiegebruik. Op de POP poli wordt tevens meegedacht, afhankelijk van de zwaarte van de psychische problematiek wie haar begeleider t.a.v. psychische problematiek zal zijn: POH-GGZ, Basis-GGZ, Gespecialiseerde GGZ. 4 De verloskundig zorgverlener realiseert zich dat tijdens de prenatale en postnatale periode psychische aandoeningen onvoldoende herkend worden en een cliënte terughoudend kan zijn in het delen van psychische klachten uit angst voor stigmatisering en negatieve percepties van haar als (toekomstige) moeder. De verloskundig zorgverlener herkent naast de symptomen ook andere risicofactoren dan psychische problematiek in het verleden voor het ontwikkelen van een postpartum depressie of zorgt voor deskundigheidsbevordering op dit terrein. 12 5

Risicofactoren waar aan gedacht kan worden zijn onder andere relatieproblemen, sterftegeval in de nabije omgeving of verliezen van een baan. De verloskundig zorgverlener stelt een verloskundig casemanager aan binnen de praktijk indien er sprake is van vastgestelde psychische problematiek in de zwangerschap. Deze casemanager onderhoudt nauwe contacten met de huisarts, zo nodig de behandelaar en JGZ. De casemanager is het eerste aanspreekpunt en verantwoordelijk voor goede coördinatie van de zorg. 13 De verloskundig zorgverlener/huisarts informeert de cliënte over prenataal en/of postnataal stevig ouderschap bij vastgestelde psychische problematiek. Bij stevig ouderschap ondersteunt een speciaal opgeleide jeugdverpleegkundige de aanstaande ouders bij de uitdagingen van het aankomende ouderschap en bieden postpartum opvoedondersteuning aangepast aan de behoefte van de cliënte en haar partner. 14 Daarnaast wordt het programma Voorzorg uitgevoerd voor jonge vrouwen tot 25 jaar die zwanger zijn van hun eerste kind en weinig tot geen opleiding hebben genoten. In het Basispakket JGZ is vanaf 2015 de mogelijkheid opgenomen van het maken van laagdrempelige prenatale en postnatale huisbezoeken door een jeugdverpleegkundige totdat het kind 2 jaar is. 15 Afhankelijk van de ernst van de problematiek, licht de verloskundig casemanager het kraambureau prenataal in na toestemming van de zwangere, met de vraag of ze in de kraamweek een kraamverzorgster kunnen inzetten die ervaring heeft in de begeleiding van vrouwen met psychische of psychiatrische problematiek. De verloskundig zorgverlener, eventueel samen met de huisarts, stelt vast of de geboden psychische/psychiatrische zorg voldoende is of dient te worden aangepast/uitgebreid. 13 De rol van de verloskundig zorgverlener/huisarts bij een bestaande depressie met gebruik van psychofarmaca in de zwangerschap De verloskundig zorgverlener geeft in algemene zin voorlichting in de zwangerschap (bij voorkeur al preconceptioneel) over het beleid tijdens de prenatale, perinatale en post partum periode bij gebruik psychofarmaca. In het bijzonder over: o De effecten van een actuele depressie tijdens de prenatale periode. o Plaats indicatie baring o o Klinische kraambed Bij gebruik psychofarmaca: de inhoud van de landelijke richtlijn SSRI gebruik en de lokale /regionale afspraken indien verschillend van de landelijke richtlijn. 1,2,13,16,17 De POP poli geeft vervolgens exact advies en voorlichting op maat over: o De effecten van het desbetreffende middel tijdens zwangerschap (evt. mogelijke teratogene effecten en bv indicatie SEO/GUO1). o Plaats indicatie baring o Het geven van borstvoeding o De duur en de plaats van observatie van het kind (nb. er kan tot kortere of langere klinische observatie worden geadviseerd op grond van type medicatie, mate van psychische problematiek en goed steunsysteem). o Het risico op PPHN. 18 o Mogelijk optredende neonatale adaptatiesymptomen. 1,2,13,16,17 Psychiatrische controles blijven zoveel mogelijk bij de eigen behandeld huisarts /psycholoog/psychiater. In overleg met de betrokken hulpverleners vindt afhankelijk van de aard en ernst van psychiatrische aandoening en/of andere medische redenen de zwangerschapcontroles plaats in de 1e, 2 e of 3 e lijn. Bij bepaalde psychofarmaca regelt de verloskundig zorgverlener op advies van de behandelaar of POP poli een GUO i.p.v. een SEO. 6

De rol van de verloskundig zorgverlener bij een bevalling van vrouwen met gebruik van psychofarmaca in de zwangerschap Bij gebruik van psychofarmaca wordt tijdens de zwangerschap door het POP team beleid gemaakt voor plaats bevalling, controles bij en observatie van het kind. BD plaatsindicatie onder verantwoordelijkheid van de eerstelijns verloskundig vanwege iets verhoogde risico op PPHN. 1,13 Durante partu belt de verloskundig zorgverlener met de 2e of 3e lijn om door te geven dat mw. aan het bevallen is en er tijdens de zwangerschap een klinisch kraambed is afgesproken i.v.m. gebruik van psychofarmaca. De verloskundig zorgverlener regelt post partum een consult kinderarts voor de pasgeborene vanwege het gebruik van psychofarmaca in de zwangerschap en observatie ontwenning post partum. 1,13 De rol van de verloskundig zorgverlener/huisarts met betrekking tot psyche in de kraamperiode met of zonder gebruik van psychofarmaca De verloskundig zorgverlener screent tijdens elke kraambedcontrole op psychische klachten en/of vraagt naar psychische gesteldheid van de cliënte in de kraamperiode. De verloskundig zorgverlener is op de hoogte van het onderscheid in klachten, ernst en beloop van kraamtranen t.o.v. psychopathologische processen. Zij is op de hoogte van het feit dat ernstige en/of langdurige kraamtranen het risico op ontwikkeling van postpartum depressie duidelijk verhogen en heeft dit bij voorkeur al tijdens de zwangerschap met cliënte en haar eventuele partner besproken zodat deze dit zelf ook kunnen herkennen. De verloskundig zorgverlener stelt zo nodig met de huisarts en/of behandelaar vast of de geboden psychische/psychiatrische zorg voldoende is of dient te worden aangepast/uitgebreid. Als een kraamvrouw een klinisch kraambed heeft gehad is het wenselijk dat na het ontslag uit het ziekenhuis gedurende minimaal een week na de geboorte van de baby de avond en nachtzorg geregeld is. Dit kan de partner zijn of iemand uit het sociaal netwerk. Dit i.v.m. het risico op psychische disbalans. 17 Mogelijk kan besloten worden bij kraamvrouwen met psychische klachten die borstvoeding geven om de late avond of nachtvoeding door partner te laten overnemen. Het is voor het psychisch welzijn van de kraamvrouw van belang dat zij voldoende slaap, rust en regelmaat heeft. Daarnaast is het van belang dat de verloskundig hulpverlener zich realiseert dat het geven van borstvoeding ook stressprikkels kan opleveren. 17 De verloskundig zorgverlener verstuurt aan het einde van de kraamperiode een zorgmail bericht naar de huisarts met een samenvatting van hoe de zwangerschap, bevalling en kraamperiode is gegaan. Dit met toevoeging van eventuele aandachtspunten m.b.t. psyche indien hier toestemming door moeder voor is gegeven. Zo nodig vindt een warme overdracht aan de huisarts plaats bij het afsluiten van de kraamperiode door de verloskundig zorgverlener na verkregen toestemming van de cliënte. Deze warme overdracht kan zowel telefonisch als in persoon worden gedaan. De verloskundig zorgverlener en kraamverzorgster dragen aan het einde van de kraamperiode samen zorg voor een goede overdracht naar de JGZ na verkregen toestemming. De verloskundig zorgverlener verstuurt een zorgmail bericht met samenvatting over de zwangerschap, bevalling en kraamperiode. Dit met toevoeging van eventuele aandachtspunten m.b.t. psyche. Zo nodig. vindt een warme overdracht aan JGZ plaats bij het afsluiten van de kraamperiode door de verloskundig zorgverlener na verkregen toestemming van de cliënte. Deze warme overdracht kan zowel telefonisch als in persoon worden gedaan. 19 7

De verloskundig zorgverlener attendeert de cliënte er bij de laatste kraamvisite op om 6 weken post partum op nacontrole te komen. Tijdens deze nacontrole staat de verloskundig zorgverlener onder andere stil bij de psychische gesteldheid van de cliënte. Ze vraagt zo nodig naar de psychische begeleiding die de cliënte heeft indien er sprake is van psychische problematiek en mocht er geen psychische begeleiding zijn of de cliënte weet waar ze terecht kan mocht hier toch behoefte aan zijn. De huisarts neemt initiatief tot contact met de bevallen cliënte en legt zo nodig een huisbezoek af en maakt afspraken met cliënte over de follow-up (door de huisarts) na het afsluiten van de kraamperiode door de verloskundig zorgverlener. Zo nodig vervolgt de huisarts pro-actief, dwz indien na 3 maanden post-partum nog geen anticonceptie is gestart dan neemt de huisarts contact op met de cliënte. Dit is met name belangrijk bij vrouwen met psychische problematiek. De rol van de kraamverzorgende m.b.t. psyche in het kraambed met of zonder gebruik van psychofarmaca De kraamverzorgende geeft voorlichting aan de kraamvrouw over de veelvoorkomende kraamtranen: de plotselinge kortdurende stemmingswisselingen en huilbuien. De kraamverzorgende benadrukt het belang van voldoende rust en regelmaat in de kraamweek. Kraamverzorgenden hebben de landelijke verplichte scholing " Kraamvrouw met psychische en /of psychiatrische klachten "gevolgd tussen 2016-2018. De kraamverzorgende is dan bijgeschoold in het herkennen van psychische klachten en/of begeleiding bij bestaande depressie met of zonder gebruik van psychofarmaca. De kraamverzorgende observeert psychisch welzijn, signaleert vroegtijdige psychische onbalans en rapporteert deze aan de verloskundig zorgverlener. Tevens maakt ze met het gezin afspraken over het voedingsplan, rustplan, prikkelreductie en het reguleren van bezoek. De kraamverzorgster is op de hoogte van de mogelijke ontwenningsverschijnselen bij de pasgeborene indien de moeder psychofarmaca heeft gebruikt in de zwangerschap. De kraamverzorgende rapporteert afwijkingen direct aan de verloskundig zorgverlener, die op haar beurt weer zo nodig overlegt met een kinderarts ter differentiatie van een zich ontwikkelende neonatale infectie. Kraamverzorgende geeft voorlichting over en stimuleert de binding tussen de kraamvrouw en de pasgeborene zoals bijvoorbeeld huid op huid contact. De rol van JGZ bij psychische problematiek van moeder met of zonder gebruik van psychofarmaca. Na 10 à 14 dagen komt de jeugdverpleegkundige op bezoek. Zij bespreekt de zwangerschap, de bevalling en de thuissituatie met de moeder en vraagt hoe het gaat met het gezin. JGZ start in samenspraak met de huisarts en de moeder stevig ouderschap pre en/of postnataal. Dit natuurlijk alleen indien gewenst. 14 In kader van stevig ouderschap legt een speciaal opgeleide jeugdverpleegkundige huisbezoeken af en biedt begeleiding ten aanzien van ouderschap. 14 In kader van stevig ouderschap legt een speciaal opgeleide jeugdverpleegkundige huisbezoeken af om een veilige thuissituatie van de andere kinderen in het gezin te beoordelen. Hierbij is aandacht voor veilige hechting. 14 JGZ stemt af met andere zorgverleners. 8

3. Literatuur 1. Sie S, Weissenbruch M van, Wennink H, Driel J van, Winkel B te, Boer K, Casteelen G van. Regioprotocol SSRI/SNRI gebruik in de zwangerschap en lactatie. Amsterdam: AMC, SLAZ, RIVM, VUMC; 2009. p.11. 2. Sie S, Wennink H, Weissenbruch M. Toelichting op de landelijke multidisciplinaire richtlijn SSRI/SNRI gebruik in de zwangerschap en lactatie. Amsterdam: AMC, SLAZ, RIVM, VUMC ; 2012. p.1. 3. Lambregtse-van den Berg M, Kamp I van, Wennink H. Handboek Psychiatrie en Zwangerschap. Utrecht: De Tijdstroom uitgeverij BV; 2015. 4. Onze Lieve Vrouwe Gasthuis locatie West. POP Poli. POP expertise centrum. Beschikbaar via: http://www.poppoli.nl/pop-poli/. Geraadpleegd 2017 maart 5. 5. NICE guidelines. Beschikbaar via: https://www.nice.org.uk/guidance/cg192/chapter/1- recommendations. Geraadpleegd op 2017 maart 22. 6. Landelijk Kenniscentrum Psychiatrie en Zwangerschap. EPDS vragenlijst. Beschikbaar via: http://www.lkpz.nl/epds.php EPDS. Geraadpleegd 2017 maart 30. 7.TNO. ALPHA NL vragenlijst. Beschikbaar via: https://www.1stelijnamsterdam.nl/images/ouder_kindzorg/alpha_nederland.pdf. Geraadpleegd op 2017 maart 30. 8. Erasmus MC. Factsheet R4U. Beschikbaar via: https://www.erasmusmc.nl/verloskunde_gynaecologie/research/subhome_hp4all/factsheet s_hp4all2/fs_r4u/scorelijstr4u/?view=active. Geraadpleegd op maart maart 30. 9. Prezens. Mamakits. Beschikbaar via: https://www.prezens.nl/geen-verwijsbrief/cursus-ofactiviteit/cursussen/mamakits-spreekuur/. Geraadpleegd op 2017 maart 30. 10. Trimbos instituut. Zwangerschap en depressie. Beschikbaar via: https://www.trimbos.nl/zwangerschap-en-depressie. Geraadpleegd op 2017 maart 30. 11. Psyche en zwangerschap. Psychische begeleiding bij zwangerschap, bevalling en infertiliteit. Beschikbaar via: https://psychezwangerschap.nl/. Geraadpleegd op 2017 maart 12. The risk factors for postpartum depression: A population-based study. Beschikbaar via: https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/28098957. Geraadpleegd op 2017 maart 22. 13. In zwang protocol. SSRI-gebruik in de zwangerschap en tijdens de lactatie. Gouda; 2015. p.3. 14. Stevig ouderschap. Wat is stevig ouderschap? Beschikbaar via: https://www.stevigouderschap.nl/voor-ouders/wat-is-stevig-ouderschap. Geraadpleegd 2017 maart 5. 15. Nederlands Centrum Jeugdgezondheid. Voorzorg. Beschikbaar via: https://www.ncj.nl/dossiers/voorzorg. Geraadpleegd 2017 maart 5. 16. Duvekot J.J, Schneider A.J, Kamp I.J van, Lambregtse- van den Berg M.P, Vliet I.M. van, Veere C.N. van der, Termote J.U.M, Barneveld T. A van, Wiegerinck M.M.J, Rijn C.A.L van. SSRI gebruik in de zwangerschap en tijdens de lactatie. Utrecht: NVOG; 2009. p.221. 17. Hovens J.G.F.M, Kamp I.L van, Vliet I.M, Walther F.J, Wilk C van der. Psychofarmaca gebruik tijdens graviditeit en lactatie. Leiden: Coöperatie van verloskundig zorgverlener in leiden en omgeving (LEO); 2009. p.21. 18. Kieviet N, Jong F de, Scheele F, Dolman K.M, Honig D. Use of antidepressants during pregnancy in the Netherlands: observational study into postpartum interventions. Amsterdam: BBC pregnancy en childbirth; 2017: p.9. 19. Standpunt Gegevensoverdracht van kraamzorg en verloskunde naar jeugdgezondheidszorg. Beschikbaar via: http://www.knov.nl/fms/file/knov.nl/knov_downloads/716/file/standpunt_gegevensoverdracht _van_kraamzorg_en_verloskunde_naar_jeugdgezondheidszorg_def_april_2011.pdf?downlo ad_category=overig. Geraadpleegd op 2017 maart 5. 9