RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ Gomarus Scholengemeenschap, vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg Plaats: Gorinchem BRIN-nummer: 00 WH Onderzoek uitgevoerd op: 10 februari 2010 Conceptrapport verzonden op: 16 maart 2010 Rapport vastgesteld te Breda op: 25 maart 2010 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 10 februari 2010 een onderzoek uitgevoerd op de basis- en kaderberoepsgerichte leerwegen van Gomarus Scholengemeenschap om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van weten regelgeving. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. De inspectie heeft voor Gomarus Scholengemeenschap, afdeling vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg, een risicoanalyse uitgevoerd. Uit deze analyse kwam naar voren dat de opbrengsten onvoldoende zijn op deze leerwegen. Op 26 oktober 2009 heeft de inspectie de uitkomsten van deze risicoanalyse met het bevoegd gezag besproken. Naar aanleiding van dit gesprek is besloten een onderzoek uit te voeren om eventuele tekortkomingen vast te stellen en om vast te stellen of er mogelijk sprake is van een zeer zwakke schoolsoort. In dit onderzoek wordt ook nagegaan of de school aan een aantal vooraf bepaalde wettelijke voorschriften voldoet. Pagina 2 van 11
Toezichthistorie Gomarus Scholengemeenschap is een snel gegroeide scholengemeenschap. In 2006 heeft op deze school een periodiek kwaliteitsonderzoek plaatsgevonden waarbij een kwaliteitsprofiel - met over het algemeen voldoende oordelen op aspectniveau - voor vmbo-g/t, havo en vwo is opgesteld. Inmiddels biedt de school in het vmbo ook de basis- en kaderberoepsgerichte leerwegen aan. Vanaf augustus 2010 zal de school ook leerlingen met een lwoo-indicatie opnemen. Op 26 oktober 2009 is in een gesprek tussen de inspectie en het bevoegd gezag vastgesteld dat de opbrengsten van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg onvoldoende waren. Het bevoegd gezag heeft toen aangegeven dat er verbeterplannen zijn opgesteld die moeten leiden tot verbetering van de opbrengsten. Daarnaast gaf het bevoegd gezag aan dat er in november 2009 een intern zelfevaluatierapport met betrekking tot het primaire proces zou worden opgesteld. Dit is gebeurd en de externe visitatie is daarna uitgevoerd. Dit visitatierapport en het in een eerder stadium opgestelde visitatierapport leerlingenzorg worden gebruikt bij dit onderzoek. Onderzoeksopzet Het onderzoek heeft geleid tot een oordeel op: een deel van de kernindicatoren uit het waarderingskader van de inspectie, waaronder de normindicatoren; de indicatoren van de opbrengsten van de afdelingen vmbo-b en k. Deze rapportage is gebaseerd op: Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Analyse van: - Notitie rendement onderbouw en bovenbouw - Notitie centraal examencijfers - Notitie verschil SE-CE - Notitie taalbeleid Gomarus Scholengemeenschap - Zelfevaluatierapport Kwaliteit van Zorg mei 2007 - Visitatierapport leerlingenzorg - Verbeterplan leerlingenzorg - Zorgbeleidsplan - Kwaliteitsbeleidsplan - Zelfevaluatierapport de gelukkige klas - Visitatierapport de gelukkige klas - Verbeterplan vmbo-b/k De zelfevaluatie te beoordelen indicatoren VO', die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. Gesprekken over de kwaliteit van het onderwijs en de kwaliteitszorg met de directie, deelteamleiders, leraren en zorgfunctionarissen. Een schoolbezoek, waarbij in een aantal klassen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie en een vertegenwoordiging van het bevoegd gezag. Pagina 3 van 11
Tijdens het onderzoek zijn de normindicatoren beoordeeld van het leerstofaanbod, onderwijsleerproces, schoolklimaat, de zorg en begeleiding. Daarnaast zijn de indicatoren van de opbrengsten, de kwaliteitszorg en de indicatoren die bij het periodiek kwaliteitsonderzoek van 2006 onvoldoende waren, beoordeeld. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2009. alsmede aanvullende normeringen die opgenomen zijn in de opbrengstenkaarten 2007, 2008 en 2009. In het jaarwerkplan verantwoordt de inspectie welke wettelijke aspecten zijn onderzocht Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek op het gebied van de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin tekortkomingen worden toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. <Hoofdstuk 4 vermeldt de visie van het bevoegd gezag>. Pagina 4 van 11
2. BEVINDINGEN Gomarus Scholengemeenschap vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten. Resultaten 1.1 * De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-b. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-k. 1.3 * De leerlingen van de opleiding vmbo-b behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.3 * De leerlingen van de opleiding vmbo-k behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4 * Bij de opleiding vmbo-b zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 1.4 * Bij de opleiding vmbo-k zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 5 Leerstofaanbod 2.1 * De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan de wettelijke vereisten. 2.2 * De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn dekkend voor de examenprogramma s. 2.3 * De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. 2.4 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te Pagina 5 van 11
Leerstofaanbod ontwikkelen. 2.5 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving. Tijd 3.1 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. 3.2 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. 3.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Schoolklimaat 4.4 * De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.7 * Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. 4.8 * De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Afstemming 6.1 De aangeboden leerinhouden maken afstemming mogelijk op de onderwijsbehoeften van de individuele leerlingen. 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. Zorg 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. Pagina 6 van 11
Begeleiding 8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van andere toetsinstrumenten. 9.7 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. 9.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. 9.9 De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen zoals geformuleerd in het schoolplan. 9.10 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel. Wet- en regelgeving N1 N2 N3 N4 N5 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24a en 24c). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24 en 24c). Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 10h). Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en beide voldoen inhoudelijk aan de wettelijke vereisten (Eindexamenbesluit art. 31). De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WVO art. 10, lid 2; 10b, lid 2; 10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5). Pagina 7 van 11
2.2 Beschouwing Algemeen beeld De inspectie beoordeelt de onderwijskwaliteit van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg van Gomarus Scholengemeenschap als zeer zwak. Deze conclusie is gebaseerd op de onvoldoende resultaten van deze leerwegen en de tekortkomingen die de inspectie heeft vastgesteld in het primaire proces. Dit betreft vier normindicatoren en daarnaast nog een aantal andere indicatoren. Deze normindicatoren zijn: De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de onderwijsbehoeften van deze leerlingen; De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. Gomarus Scholengemeenschap is in het recente verleden gestart als scholengemeenschap voor vmbo-t, havo,vwo en zeer snel gegroeid. Sinds drie jaar biedt de school ook vmbo-b/k leerlingen de mogelijkheid om hun opleiding aan Gomarus Scholengemeenschap te voltooien. Alhoewel de school zich op de start van de vmbo-b/k leerwegen middels teamgesprekken en afspraken over onderwijsinhoud goed heeft voorbereid, is de kwaliteit van het onderwijs op deze leerwegen toch achtergebleven. De grote discontinuïteit in de samenstelling van de onderwijsteams en moeilijk vervulbare vacatures, gekoppeld aan het ontbreken van een adequate resultaatgerichte aansturing, heeft ertoe geleid dat de kwaliteit van het onderwijs niet gewaarborgd is geweest. Op deze leerwegen is nu geen eenduidig herkenbaar pedagogisch/didactisch klimaat aanwezig dat waarborgt dat het onderwijs in voldoende mate aansluit bij het niveau en belevingswereld van de leerlingen. De docenten zijn in een relatief groot aantal situaties zowel pedagogisch als didactisch handelingsverlegen. De directie en het bevoegd gezag erkennen dit probleem en hebben inmiddels beleidsvoornemens geformuleerd die de kwaliteit van het onderwijs op een hoger niveau moeten brengen. Positieve resultaten zijn al bereikt op het gebied van de kwaliteit van de leerlingenzorg. De kwaliteitszorg zal echter steviger ingezet moeten worden als cyclisch proces om zo planmatig en effectief de kwaliteit en de opbrengsten van het onderwijs te verhogen. Opbrengsten Voor de beoordeling van de eindexamenresultaten baseert de inspectie zich op het niveau van de gemiddelde cijfers voor het centrale examen zoals weergegeven op de opbrengstenkaarten van 2007, 2008 en 2009. Het totale gemiddelde resultaat van de opbrengstgegevens over de schooljaren 2005/2006, 2006/2007, 2007/2008 van Gomarus Scholengemeenschap, afdeling vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg laat een beeld zien dat onder de landelijke gemiddelden ligt en daarmee onvoldoende is. In de vmbo-kaderberoepsgerichte leerweg zijn de gemiddelde eindexamencijfers wel voldoende maar zij wijken te ver af van de gemiddelde schoolexamencijfers. Om de verschillen tussen de centraal examencijfers en de cijfers voor het schoolexamen tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen, voert de school gesprekken met de secties. Er zijn echter geen vaste normen gesteld noch is er duidelijk zicht op mogelijke verbeteringen. De eindexamencijfers die de leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg behalen, liggen onder het landelijk gemiddelde en zijn daarom van onvoldoende niveau. De school heeft de resultaten slechts in algemene zin geanalyseerd. Men veronderstelt dat een deel van de oorzaak van de achterblijvende opbrengsten moet worden gezocht in het feit dat de school geen voor leerwegondersteuning geïndiceerde leerlingen heeft, terwijl die er in de praktijk wel Pagina 8 van 11
in grote getale zijn en minder goed presteren dan leerlingen dan verwacht wordt van leerlingen zonder lwoo-indicatie. In zijn algemeenheid kan verder worden gesteld dat de gemiddelde resultaten ook negatief worden beïnvloed door de resultaten die bij het vak Engels worden behaald. Om hierin verbeteringen te bereiken, neemt de school deel aan het Deltaplan Engels dat door Driestar Educatief is geïnitieerd. Het rendement van de onderbouw is schoolbreed onvoldoende. Als verklaring hiervoor geeft de school dat het rendement onderbouw negatief is beïnvloed doordat alle leerlingen sinds de start van vmbo-b/k zijn aangemeld als brugjaar 1 en brugjaar 2. Om die reden is met ingang van het cursusjaar 2009-2010 de aanmelding in die zin gewijzigd dat alle leerlingen op basis- of kaderniveau worden aangemeld. Het is echter niet duidelijk of dit als enige oorzaak kan worden aangemerkt voor dit onvoldoende rendement. Er zijn geen diepgravende analyses aan de hand waarvan duidelijk is geworden of de oorzaak van de te grote afstroom verklaard moet worden uit de kwaliteit van het onderwijs in de onderbouw of een niet valide determinatieprocedure. Kwaliteitszorg Gomarus Scholengemeenschap beschikt over instrumenten die van belang zijn voor de opzet van een adequaat systeem van kwaliteitszorg. Er is een schoolplan dat uitgangspunt is voor beleid. De school maakt structureel werk van de bespreking van eindexamenresultaten, het houden van exitgesprekken en participeert in relevante samenwerkingsverbanden. Ook maakt de school deel uit van een samenwerkingsgroep Reformatorische Scholen die gezamenlijk identieke zelfevaluatie-instrumenten gebruikt. Deze instrumenten worden - nadat ze door de school op basis van door docenten, ouders en leerlingen verstrekte gegevens zijn ingevuld door een externe visitatiecommissie beoordeeld. De in visitatierapporten opgenomen - conclusies zijn voor de school leidraad voor de verbeterplannen die consequent worden opgesteld. De inspectie komt (echter) na bestudering van de documenten betreffende de planning en controle en op basis van de gesprekken en observaties in de school tot de conclusie dat het niveau van de kwaliteitszorg op onderdelen tekort schiet. Er bestaat op deze school geen integraal beeld van de eigen gerealiseerde en/of gewenste onderwijskwaliteit. De basis voor onderwijs dat kan worden afgestemd op de (individuele) onderwijsbehoeften van de leerling ontbreekt omdat de school bij toelating en plaatsing van de leerlingen de leerachterstanden onvoldoende in beeld brengt. Er zijn geen teamafspraken gemaakt over pedagogisch/didactisch handelen en het onderwijsbeleid waaraan docenten zich zouden moeten conformeren. Dat leidt ertoe dat er teveel moet worden vertrouwd op de individuele deskundigheid van de docenten voor het geven van goed onderwijs. Dat is een risico omdat uit de visitatierapporten en uit de door de inspectie beoordeelde onderwijspraktijk blijkt dat er bij een deel van de docenten op zowel pedagogisch als didactisch gebied sprake is van handelingsverlegenheid. Betere analyses van de gerealiseerde en gewenste kwaliteit moeten daarom leiden tot een plan van aanpak met meetbaar geformuleerde doelen en een planning in de tijd. Een bijzonder aandachtspunt voor de kwaliteitszorg vormt de uitwerking van artikel 17 van de Wet op het voortgezet onderwijs betreffende burgerschap en integratie. De school heeft de zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief burgerschap inmiddels uitgewerkt op basis van een binnen het reformatorisch onderwijs - vastgestelde visie. De activiteiten die in dit kader worden georganiseerd, worden allemaal Pagina 9 van 11
afgeleid van dit visiedocument. Evaluaties vinden onvoldoende plaats. Het is daarom niet duidelijk of de school haar doelen op dit gebied bereikt. Leerstofaanbod De afspraken over de inhoud van het onderwijsaanbod, afstemming en samenhang zijn goed vastgelegd in de vakwerkplannen en de programma s van toetsing en afsluiting. In deze documenten zijn ook de afspraken met betrekking tot de toetsing vastgelegd. Vakoverstijgende afspraken zijn herkenbaar zichtbaar in de werkplekkenstructuur. De ook voor de school herkenbare - problematiek rondom taal- en rekenvaardigheid heeft geleid tot het opstellen van hierop betrekking hebbende beleidsnotities. Er is echter nog geen begin gemaakt met een vertaling van deze beleidsnotities naar een geïntegreerde toepassing in de school. In de onderwijspraktijk is geen structureel aanbod zichtbaar waarmee de taal- en rekenvaardigheid van de leerlingen wordt verbeterd. Daarom is indicator 2.3 als onvoldoende beoordeeld. Onderwijsproces In de lessen valt op dat de leraren een voldoende duidelijk uitleg verzorgen maar de inspectie constateert wel diverse tekortkomingen. De uitleg wordt veelal klassikaal aangeboden, waarbij slechts beperkt sprake is van goede interactie. De taakgerichte werksfeer staat in te veel lessen onder druk. De leraren zijn soms handelingsverlegen ten aanzien van de werkhouding en het gedrag van de leerlingen. Het kost leraren moeite om leerlingen serieus aan het werk te krijgen; te veel komt het voor dat het lang duurt voordat de boeken paraat zijn, er duidelijkheid is over het doel van de les en leerlingen daadwerkelijk klaar zitten om te gaan luisteren of werken. Als de inhoudelijke uitleg is begonnen, blijken leerlingen zich afwachtend en passief op te stellen. Leerlingen worden onvoldoende bij de les gehouden door vragen te stellen of andere werkvormen te hanteren. Van afstemming op verschillen is te weinig zichtbaar in de lessen. De klassikale benadering is sterk doorgevoerd, leerlingen krijgen dezelfde instructie, ongeacht de mate waarin ze de stof beheersen. De uitleg leek in een aantal lessen ongericht te zijn, leerlingen kregen voor een deel veel te lange uitleg, andere leerlingen te weinig specifieke uitleg. Het onderwijs in deze leerwegen is daardoor te weinig gericht op het stimuleren en uitdagen van de leerling. Schoolklimaat Op basis van de beschikbare visitatierapporten en de gesprekken met directie, teamleiders en leraren constateert de inspectie dat de veiligheid van leerlingen en leraren in voldoende mate is gewaarborgd. De afspraken over gedrag en omgangsregels worden echter wisselend nageleefd. Er is een systematische incidentenregistratie. Zorg en begeleiding Zorg en begeleiding vindt gestructureerd plaats. Het zelfevaluatierapport van 2007 en de daarop gevolgde externe visitatie heeft geleid tot structurele verbeteringen in de zorg. Er is een zorgplan en de taken en verantwoordelijkheden van alle bij de leerlingenzorg betrokken functionarissen zijn goed vastgelegd. De mentor neemt een centrale plaats in het systeem; hij is het eerste aanspreekpunt voor leerlingen en ouders. De planmatigheid is geborgd via de vastgestelde zorgstructuur. Een bijzonder aandachtspunt betreft het ontbreken van een genormeerd toetsinstrumentarium om de voortgang en prestaties van leerlingen goed in beeld te brengen. Pagina 10 van 11
3. TOEZICHTARRANGEMENT De kwaliteit van het onderwijs van de vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg is als zeer zwak beoordeeld omdat de opbrengsten onvoldoende zijn en er belangrijke tekortkomingen zijn vastgesteld in het tot nu toe functionerende systeem van kwaliteitszorg, het leerstofaanbod, de toetsing en de kwaliteit van de lessen. Om deze reden kent de Inspectie van het Onderwijs aan de basis- en kaderberoepsgerichte leerwegen van Gomarus Scholengemeenschap een aangepast arrangement zeer zwak toe. Deze schoolsoorten vallen onder intensief toezicht. Met het bevoegd gezag is afgesproken dat de onderwijskwaliteit in het voorjaar van 2012 weer van voldoende niveau is. De inspectie voert dan opnieuw onderzoek uit om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. In aanvulling hierop maakt de inspectie nadere afspraken met het bevoegd gezag over te bereiken tussenresultaten en eventueel tussentijdse onderzoeken naar bereikte verbeteringen. Deze afspraken legt de inspectie vast in een toezichtplan. Het bevoegd gezag dient binnen zes werkweken gerekend vanaf de vaststelling van het rapport een plan van aanpak aan de inspectie te sturen. De inspectie beziet of het plan van aanpak voldoet aan de volgende kenmerken: de voorgenomen activiteiten sluiten aan bij de geconstateerde kwaliteitsproblemen; de activiteiten zijn voldoende concreet beschreven en gepland zodat de inspectie er in het vervolg van het toezicht op kan aansluiten; het is aannemelijk dat het plan van aanpak leidt tot een verbetering van de geconstateerde kwaliteitsproblemen. Het bevoegd gezag herkent zich in de bevindingen van de inspectie en onderschrijft de noodzaak maatregelen te nemen die opheffing van de geconstateerde tekortkomingen als doel hebben. De minister wordt van de geconstateerde tekortkomingen op de hoogte gesteld. Er zijn geen tekortkomingen vastgesteld in de naleving van wettelijke voorschriften. Pagina 11 van 11