SCHOLENGEMEENSCHAP SCHOLEN AAN DE NETE VOORBEREDINGSDOSSIER FUNCTIONEREN EN EVALUEREN

Vergelijkbare documenten
Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010

GEMEENTE Overzichtslijst overgemaakt op 28 DECEMBER 2011 KNOKKE-HEIST

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING

Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven

Evaluatie directeur op basis van de functiebeschrijving. Afdeling Onderwijsorganisatie en -personeel

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING

Collegestraat St-Niklaas 03 / /

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING VAN SGKBO AARSCHOT-BETEKOM-HOUWAART

EVALUATIEREGLEMENT - GROEP T HOGESCHOOL LEUVEN - Evaluatiereglement, 20 november 2000

SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK

Loopbaanbegeleiding in dialoog

FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN DIRECTEUR

De prestatieregeling in het gewoon basisonderwijs

Evaluatiereglement Stedelijk onderwijs Oostende

Tijdelijke aanstelling en aanvangsbegeleiding vanaf 1 september 2019

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEGESPREKKEN

Functiebeschrijving, functioneringsgesprek en evaluatie

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

ONTWERP VAN DECREET houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie in het onderwijs

EINDE AANSTELLING EN ONTSLAG

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2015 / 2 / / 30 juni 2015

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2016/032/,

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO/2011/8/ / 12 december 2011

Vlaamse Regering. Ontwerp van decreet houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie DE VLAAMSE REGERING,

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/214/(...)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO / 2017 / 3 / (...)

FUNCTIONEREN EVALUEREN. CLB van het GO!

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

EVALUATIE VAN HET ADMINISTRATIEF EN TECHNISCH PERSONEEL - REGLEMENT

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2011/012/

FUNCTIEBESCHRIJVING: Directeur

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2014/025/.

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO / 2017 / 2 / (...)

Functioneren en evalueren. Prelude. Overzicht 25/04/2016

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2013/016/,

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/034/(...)

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur

Functiebeschrijving. Directeur secundair onderwijs. De algemene afspraken werden op het Tussencomité onderhandeld - zie protocol dd.

FUNCTIEBESCHRIJVING. 2. Hoofdopdracht en opdracht 2.1 Coördinatie van het zorgbeleid op school De zorgcoördinator

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2016 / 5 / / 7 september 2016

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2014/179/, (II)

SCHOLENGEMEENSCHAP REINAERT

FUNCTIEBESCHRIJVING Onderwijzer ASV-LO

over 1. mevr. Hilde CREVITS, Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Onderwijs voorzitter;

WETWIJS ( + Het statuut van de leraar: enkele 18/02/17. + Waar vind ik informatie? uitgangspunten

Vrije Basisschool De Papaver Adegemdorp 16a 9991 Adegem. Ouderraad: huishoudelijk reglement

FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR

FUNCTIEBESCHRIJVING. 2. Taken en wijze van uitvoeren 2.1 Beleidsvoorbereiding en advisering

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2006/122/.

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/035/( ), ( ) (II)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2011/011/

Inleiding Visie op kwaliteitsvol personeelsbeleid. In een schema gegoten 1

Sint-Donatusinstituut Middenschool Bovenbouw Merchtem

Functioneren en evalueren in het basisen secundair onderwijs. De procedure nader onderzocht

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/036/( ), ( ) (II)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING. Nr. GO/ 2013 / 03 / (III) / 12 september 2013

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO / 2015 / 08 / / 23 SEPTEMBER 2015., wonende te,, bijgestaan door Mter, advocaat, kantoor houdend

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING. GO / 2011 / 7 / / 25 mei 2011

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO / 2014 / 04 / / 23 APRIL 2014., wonende te, bijgestaan door, advocaat te,

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2010/140/.

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de vervangingen van korte afwezigheden DE VLAAMSE REGERING,

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2008/130/..

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2013/159/,

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING G. V. O. / 2008 / 6 / 14 MEI / de inrichtende macht v.z.w. verwerende partij.

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. G. V. O / 2008 / 10 / 17 september 2008

IV.4 PA/E/S IBO MB Dit is een gecoördineerde versie. De datum van de laatste versie is steeds de datum van het laatste wijzigingsbesluit

Tussen de hierna vermelde schoolraad. Via-scholen Secundair onderwijs. vertegenwoordigd door Tom Sevenants, voorzitter

REGLEMENT VAN ORDE VAN DE COMMISSIE ZORGVULDIG BESTUUR

Art Dit hoofdstuk is niet van toepassing op de leden van het gemeentepersoneel in contractueel dienstverband.

KAMER VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. GVO / 2015 / 20 / / 16 december 2015

Ouderraad : Huishoudelijk reglement

Overeenkomst tussen de schoolraad, het schoolbestuur en de directeur over de procedureregels bij het uitoefenen van de participatierechten

FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. GVO / 2019 / 7 / / 28 maart 2019

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2013/169/

Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van een aantal verlofstelsels in het onderwijs en in de hogescholen

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2014/178/, (I) Inzake :, wonende te,, vertegenwoordigd door Mter, advocaat te,

MEDEDELING. Toelichting bij het model van evaluatiereglement. Voorafgaande opmerkingen. Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven

GEMEENTERAAD - BESLUIT

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VERBETERDE BESLISSING. GVO / 2018 / 8 / / 9 mei 2018

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2012/06/ / 3 JULI Inzake :..., wonende te, bijgestaan door, advocaat te,

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2006/121/

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2013/10/ / 3 JULI 2013

SCHOLENGEMEENSCHAP SCHOLEN AAN DE NETE Voorstel functiebeschrijvingen

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING GO/2013/ 01 /.../ 9 JANUARI Inzake :, wonende te,, bijgestaan door, juridisch raadgever,

één voltijdse betrekking van maatschappelijk werker

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

KAMER VAN BEROEP GEMEENSCHAPSONDERWIJS BESLISSING. Nr. GO / 12 maart 2010 / 25B

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. GVO / 2011 / 12 /.. / 19 oktober 2011

PERSONEELSDIENST VOORBEREIDING EVALUATIEGESPREK

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. GVO / 2012 / 11 / / 6 juni 2012

woord vooraf 11 inleiding 13 Hoofdstuk 1 Personeelsevaluatiesysteem in het Vlaamse onderwijs 17

Transcriptie:

SCHOLENGEMEENSCHAP SCHOLEN AAN DE NETE VOORBEREDINGSDOSSIER FUNCTIONEREN EN EVALUEREN I. RICHTLIJNEN EN AFSPRAKEN II. FUNCTIEBESCHRJVING ONDERWIJZER III. FORMULIEREN December 2009

Richtlijnen en afspraken over functioneren en evalueren van het gesubsidieerd personeel basisonderwijs scholengemeenschap SCHOLEN AAN DE NETE A. Wettelijk kader Functiebeschrijving en evaluatie referentie : PERS/2007/09 publicatiedatum : (29/10/2007) wettelijke basis Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde : personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs wettelijke basis Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige : personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding wettelijke basis Besluit van de Vlaamse Regering van 10 juni 1997 houdende taken die niet : in de functiebeschrijvingen van het personeel in het basisonderwijs kunnen opgenomen worden A. Inhoudsopgave 1. ALGEMENE BEPALINGEN 1.1. Algemene bedenkingen 1.2. Scholengemeenschap Scholen aan de Nete 1.3. Toepassingsgebied 2. ALGEMENE AFSPRAKEN EN SCHOOLSPECIFIEKE AFSPRAKEN IN HET KADER VAN FUNCTIEBVESCHRIJVINGEN EN EVALUATIES 3. EVALUATOREN 3.1. Eerste evaluator 26/10/2009 Pagina 1

3.1.1. Rol en taken 3.1.2. Aanstelling als eerste evaluator 3.2. Tweede evaluator 3.2.1. Rol en taken 3.2.2. Aanstelling als tweede evaluator 4. DE FUNCTIEBESCHRIJVING 4.1. Opmaak van algemeen model 4.2. Doel van het algemeen sjabloon 4.3. Onderdelen van het sjabloon 4.3.1. Algemene gegevens 4.3.2. Algemene rechten en plichten 4.3.3. Doel van de functie 4.3.4. Basistaken 4.3.5. Taken op schoolniveau 4.3.6. Communicatie 4.3.7. Vorming en nascholing 4.3.8. Reflecteren op en bijsturen van eigen functioneren 4.3.9. Taken specifiek voor het personeelslid 4.3.10. Proces en procedure 4.3.11. Wijziging van deze functiebeschrijving 4.3.12. Belangrijke wijziging opdracht 5. OPSTELLEN VAN DE FUNCTIEBESCHRIJVING 5.1. Opstellen van de functiebeschrijving 5.2. Procedure 5.3. Schematische voorstelling van de procedure 5.4. Kopie 6. TAKEN SPECIFIEK VOOR HET PERSONEELSLID. 6.1. Algemene rechten en plichten 6.2. Taken specifiek voor het personeelslid 7. NEGATIEVE LIJST 7.1. Omzendbrief 7.2. Negatieve lijst 8. FUNCTIONERINGSGESPREK. 8.1. Algemene afspraken 8.2. Frequentie 8.3. Verslag van het functioneringsgesprek 9. EVALUATIEGESPREK 9.1. Algemene afspraken 9.2. Evaluatieverslag 9.2.1. Algemeen 9.2.2. Procedure 9.2.3. Levensbeschouwelijke vakken 10. GEVOLGEN EN BEROEPSMOGELIJKHEDEN 26/10/2009 Pagina 2

10.1. Evaluatie met eindconclusie onvoldoende 10.1.1. College van beroep 10.1.2. Procedure Beroepschrift 10.1.2.1. Zitting 10.1.2.2. Beslissing 10.1.3. Gevolgen van een definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende 10.1.3.1. Eén definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende 10.1.3.2. Twee opeenvolgende of drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende 11. EVALUATIEDOSSIER 12. DEFINITIES EN BEGRIPPEN 13. SCHEMA 26/10/2009 Pagina 3

1. Algemene bepalingen 1.1. Algemene bedenkingen Vanaf 1 september 2007 wordt ook in het basisonderwijs het gebruik van de functiebeschrijving ingevoerd. Voor het basisonderwijs is de start van de evaluaties 1 september 2009. Het evaluatieproces is bedoeld als en moet gezien worden als een constructief en positief personeelsbeleidsinstrument, dat het mee mogelijk moet maken een autonoom personeelsbeleid te voeren gericht op het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs. Evaluatie mag geen momentopname zijn, maar moet eerder een procesmatig gebeuren vormen, waarbij ook de ondersteuning en de begeleiding van het personeelslid een zeer belangrijke plaats innemen. Evaluatie moet een sleutelelement vormen in het personeelsbeleid van een hedendaagse onderwijsinstelling. Dit instrument zorgt voor een billijke beoordeling en betere waardering van de prestaties van het personeel. Op grond van een nauwkeurige en objectieve inschatting van de geschiktheid, de inzet, de prestaties en de verdiensten moet de evaluator een oordeel vellen over de wijze waarop een personeelslid in de uitgeoefende functie presteert. 1.2. Scholengemeenschap Scholen aan de Nete De scholengemeenschap Scholen aan de Nete (121863) wordt gevormd door de Gesubsidieerde Gemeentelijke Basisscholen van de Besturen 2590 Berlaar, 2220 Heist-opden-Berg, 2235 Hulshout en 2260 Westerlo en omvat de volgende scholen: 10181 Gemeentelijke Basisschool, Schoolstraat 14 2590 Berlaar 12823 Gemeentelijke Basisschool, Schrieksesteenweg 30 2221 Booischot 12849 Gemeentelijke Basisschool, Strepestraat 21 2235 Hulshout 12922 Gemeentelijke Basisschool Voortkapel, Stijn Streuvelsstraat 11 2260 Westerlo 12948 Gemeentelijke Basisschool Oevel, Gemeentestraat 9 2260 Westerlo 12955 Gemeentelijke Basisschool Heultje, Schoolstraat 1 2260 Westerlo 107953 Gemeentelijke Basisschool, Zonderschotsesteenweg 65 2220 Heist-op-den-Berg 1.3. Toepassingsgebied Deze algemene afspraken zijn van toepassing op: - Het gesubsidieerd personeel zoals bedoeld in het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, met name de vastbenoemde personeelsleden, tijdelijk aangestelde personeelsleden voor bepaalde duur en tijdelijk aangestelde personeelsleden voor doorlopende duur in het ambt van bestuurs- en onderwijzend personeel, beleids- en ondersteunend personeel, administratief personeel en medisch, orthopedagogisch, psychologisch, sociaal en paramedisch personeel; - Het personeel ten laste van het werkingsbudget; - Het personeel ten laste van de gemeente, tewerkgesteld in een onderwijsinstelling; - Het personeel belast met het onderwijs in eigen taal en cultuur (OETC) op basis van de overeenkomst afgesloten met een ambassade; 26/10/2009 Pagina 4

Dit reglement is tevens van toepassing op: - De personeelsleden die zijn gereaffecteerd of wedertewerkgesteld; - De personeelsleden die tijdelijk zijn belast met een andere opdracht in één van de instellingen van het gemeentelijk basisonderwijs; - De personeelsleden die worden tewerkgesteld via de scholengemeenschap; 2. Algemene en schoolspecifieke afspraken in het kader van functiebeschrijvingen en evaluaties In onze scholengemeenschap werken wij op een eenvormige wijze zodat er binnen de verschillende scholen van onze scholengemeenschap bij het opstellen van de geïndividualiseerde functiebeschrijving steeds hetzelfde algemeen model als uitgangspunt genomen zal worden. Tevens zullen de verder besproken afspraken i v m functioneringsgesprekken en evaluatie in de verschillende scholen gebeuren volgens dezelfde afspraken. 3. Evaluatoren 3.1 Eerste evaluator 3.1.1. Rol en taken De eerste evaluator staat ook in voor de begeleiding en coaching van het personeelslid. Dit betekent dat er geregeld momenten moeten worden ingebouwd waarop evaluator en personeelslid aandacht besteden aan het functioneren van het personeelslid. Dit kan o.m. door een functioneringsgesprek te voeren, maar ook minder formele contacten maken zeker deel uit van dit begeleidings- en coachingproces. stelt samen met het personeelslid de functiebeschrijving op; -voert het functioneringsgesprek (formeel aspect van de coachingscyclus); stelt het verslag op van het functioneringsgesprek op voert het evaluatiegesprek; stelt het evaluatieverslag op met eindconclusie zorgt voor de informatiedoorstroming naar het schoolbestuur en de tweede evaluator is verantwoordelijk voor de coaching houdt de coachingshistoriek bij hij beheert het evaluatiedossier bouwt deskundigheid op in zijn taak van evaluator via opleiding 3.1.2. Aanstelling als eerste evaluator: - Bij het evaluatieproces van de wervingsambten op niveau van de verschillende scholen zal de directeur van de eigen school als eerste evaluator optreden; - Bij het evaluatieproces van de ambten op niveau van de scholengemeenschap: administratief medewerker mentor zorg + coördinator zal de als coördinerend directeur fungerende directeur als eerste evaluator optreden; - Bij het evaluatieproces van de bevorderingsambten zal een lid van de inrichtende macht, namelijk de Schepen van Onderwijs als evaluator fungeren; 26/10/2009 Pagina 5

3.2. Tweede evaluator 3.2.1. Rol en taken De tweede evaluator moet het evaluatieproces bewaken en zowel t.a.v. het personeelslid als t.a.v. de eerste evaluator een ondersteunende rol bieden. Hij moet in de loop van de evaluatieprocedure kunnen geraadpleegd worden door zowel de eerste evaluator als door het personeelslid. De tweede evaluator kan echter nooit in de plaats treden van de eerste evaluator en kan dus nooit zelfstandig een formeel functionerings- of evaluatiegesprek voeren met het te evalueren personeelslid. Hij kan ook de uiteindelijke beslissing van de eerste evaluator niet wijzigen. De tweede evaluator wordt minstens tien dagen voor het evaluatiegesprek hiervan in kennis gesteld en ontvangt hierbij tevens een afschrift van de geïndividualiseerde functiebeschrijving van het te evalueren personeelslid. Hij zal als waarnemend lid, aanwezig zijn tijdens het evaluatiegesprek en zal tevens het evaluatierapport handtekenen met de vermelding dat de evaluatieprocedure correct/niet correct gevolgd werd. Hij zal zich onthouden van inhoudelijke commentaar en treedt enkel op als bewaker van de procedure. is procesbewaker vervult een kwaliteitsbewakende rol (waakt over objectiviteit en eenvormigheid over de PL heen) handelt eerder van op de achtergrond. 3.2.2. Aanstelling als tweede evaluator: - Bij het evaluatieproces van de wervingsambten op niveau van de verschillende scholen zal de directeur van de eigen school als eerste evaluator optreden en hij/zij zal tijdens dit proces bijgestaan worden door een directeur van een andere school van de scholengemeenschap en dit als tweede evaluator. - Bij het evaluatieproces van de ambten op niveau van de scholengemeenschap: administratief medewerker mentor zorg + coördinator zal de als coördinerend directeur fungerende directeur als eerste evaluator optreden, met de voorzitter van het beheerscomité van de scholengemeenschap of vervangend bestuurslid van het beheerscomité van één van de inrichtende machten als tweede evaluator. - Bij het evaluatieproces van de bevorderingsambten zal een lid van de inrichtende macht, namelijk de Schepen van Onderwijs als evaluator fungeren, bijgestaan door de Gemeentesecretaris als tweede evaluator. 4. De functiebeschrijving 4.1. Opmaak van algemeen model. - De modellen zijn opgemaakt voor al de scholen van de scholengemeenschap Scholen aan de Nete ; - Er wordt een algemeen sjabloon voor alle functiebeschrijvingen en ambten vastgelegd om het hele functioneringsproces aan de regelgeving te laten voldoen; - Per ambt of functie wordt het algemene sjabloon gedetailleerder en specifieker opgesteld en ingevuld: zie modellen per ambt of functie; 26/10/2009 Pagina 6

- De eerste evaluator en het personeelslid bespreken en geven samen invulling aan taken specifiek voor het personeelslid. Zo kunnen er minimale varianten per ambt en per school ontstaan in een geïndividualiseerde functiebeschrijving. Hieruit blijkt welke functie het personeelslid in de school of scholengemeenschap en binnen een bepaald ambt opneemt. Opdrachten buiten de hoofdopdracht worden hieronder ook opgenomen; 4.2. Doel van het algemeen sjabloon. Om een functiebeschrijving overzichtelijk te houden, werd er een algemeen sjabloon samengesteld. Dit sjabloon wordt dan per ambt uitvoeriger uitgewerkt, zodat je een algemeen model per ambt krijgt. Het algemeen sjabloon moet voor alle betrokken partijen: - Doorzichtig zijn; - De algemene rechten en plichten weergeven; - Duidelijk zijn voor personeelslid, evaluatoren en schoolbestuur; - De procedure ordelijk en wettelijk weergeven; - De verwachtingen en doelen van schoolbestuur naar personeelslid weergeven; 4.3. Onderdelen van het sjabloon. Dit sjabloon bevat volgende onderdelen: 1. Algemene gegevens; 2. Algemene rechten en plichten; 3. Doel van de functie; 4. Basistaken; 5. Taken op schoolniveau; 6. Communicatie 7. Vorming en nascholing; 8. Reflecteren op en bijsturen van eigen functioneren; 9. Taken specifiek voor het personeelslid; 10. Proces en procedure; 11. Wijzigingen van deze functiebeschrijving; 12. Belangrijke wijziging opdracht; 4.3.1. Algemene gegevens 26/10/2009 Pagina 7

Het onderdeel Algemene gegevens bevat gegevens van de school, schoolbestuur, instellingsnummer, scholengemeenschap, personeelslid, eerste evaluator, tweede evaluator, ambt, functie, vestigingsplaats, volume van opdracht en ATO. 4.3.2. Algemene rechten en plichten: Hieronder verstaan we de algemene rechten en plichten van alle personeelsleden van de scholengemeenschap Scholen aan de Nete. De volgende rechten en plichten worden gerespecteerd: 1. De aard van de hoofdopdracht van de personeelsleden in de instelling; 2. Het principe van billijke verdeling van de taken, inzonderheid met betrekking tot personeelsleden die nog in andere instellingen werkzaam zijn; 3. De mogelijkheden en capaciteiten van de personeelsleden; 4. De tijd die personeelsleden besteden aan hun vertegenwoordiging in officiële inspraakorganen; 5. De taken die volgens het decreet niet in de functiebeschrijving van het personeel basisonderwijs kunnen worden opgenomen; Het personeelslid zal te allen tijde de functie uitoefenen in overeenstemming met het pedagogisch project, het schoolwerkplan van de school, de leerplannen, de ontwikkelingsdoelen en de eindtermen. Het personeelslid komt ook alle verplichtingen na die zijn opgelegd door de decreten, besluiten, omzendbrieven, arbeidsreglement, huishoudelijk reglement, afspraken gemaakt in de personeelsvergadering en dienstorders. 4.3.3. Doel van de functie: De belangrijkste doelen voor elk ambt voor de hele scholengemeenschap worden hier kort samengevat en bestaan uit: Door kwaliteitsvol onderwijs aan te bieden er voor zorgen dat: - De ontwikkeling van de kinderen positief evolueert; - De kinderen graag naar school gaan; - De basis gelegd wordt voor het verdere leren en leven; - Kinderen elkaar waarderen en respecteren; 4.3.4. Basistaken: In deze rubriek omschrijven we de taken die specifiek zijn voor dit ambt, waarvoor dit ambt in het leven geroepen is. Zo is het ambt van kinderverzorger er gekomen om de kleuterleidster bij te staan in de verzorgende taken, het ambt van zorgcoördinator om het zorgbeleid in de school te coördineren en te versterken. De basistaken van de onderwijzer hebben we als voorbeeld verder uitgediept: 1. Plannen en voorbereiden van de activiteiten; 2. Zorgen voor een geschikte leeromgeving; 3. Zorgen voor een goede klasorganisatie; 26/10/2009 Pagina 8

4. De beoogde doelstellingen via de activiteiten nastreven en realiseren; 5. Aandacht voor sociale vaardigheden, waarden en normen; 6. Evaluatie van het leerproces; 7. Opvolgen en begeleiden van de individuele leerling; 8. Verzorging; 9. Administratie eigen aan de functie; 10. Begeleiding van stagiairs in samenspraak met de mentor; 4.3.5. Taken op schoolniveau: Los van deze basistaken wordt er ook van alle personeelsleden van de school verwacht dat zij verantwoordelijkheid opnemen voor het hele schoolgebeuren. Dit wil zeggen, bijdragen tot een goede werking van de school in haar geheel: - De krachtlijnen kennen, uitgezet in het pedagogisch project; - Meedenken over de visie, het opvoedingsproject van de school en dit ook daadwerkelijk uitdragen en ondersteunen; - Zorgen voor een kindvriendelijke, nette, veilige school; - Plannen en voorbereiden van gezamenlijke activiteiten; - Schoolafspraken maken, deze naleven en laten naleven; - Nastreven van de verticale samenhang binnen de school; - Aandacht voor de relaties tussen de kinderen van de school; - Actief deelnemen aan vergaderingen; - Deelnemen (max. bepalingen arbeidsreglement) aan opendeurdagen en schoolfeesten met leerlingen, die tijdens het weekend of op feestdagen kunnen worden georganiseerd; - Elk schooljaar deelnemen aan minstens een werkgroep binnen het schoolteam. Deze werkgroep kan van pedagogische of praktische aard zijn; - Zich dienstbaar maken in voorgestelde projecten in het schooljaar; - Trachten de ouderbetrokkenheid te verhogen; Bij het verdelen van de taken op schoolniveau wordt rekening gehouden met: - De aard van de opdracht; - Het principe van de billijke verdeling; - De mogelijkheden en capaciteiten van de personeelsleden; 26/10/2009 Pagina 9

- De tijd die personeelsleden besteden aan hun vertegenwoordiging in offisiële inspraakorganen; 4.3.6. Communicatie: Hieronder verstaan we het overleg en de samenwerking met andere leden van het schoolteam, directie, schoolbestuur, CLB, ouders, externe actoren: a. Formeel: informatieavond(en) organiseren voor ouders, oudercontact, MDO, personeelsvergaderingen, overleg in werkgroepen; b. Informeel: (indien de noodzaak zich voordoet zal het personeelslid zelf het initiatief en de verantwoordelijkheid nemen om een gesprek aan te gaan met betrokkenen): - Met de zorgcoördinator en het CLB-team over de evolutie en begeleiding van de individuele leerling; - Met de ouders over leervorderingen, gedrag- en houdingsaspecten, studiekeuze; - Met de leden van het schoolteam. (bevorderen van de goede schoolwerking, schoolsfeer, verticale samenhang, praktische afspraken, organiseren van gezamenlijke activiteiten); 4.3.7. Vorming en nascholing: Het personeelslid heeft het recht en de plicht om vorming en nascholing te volgen, in functie van het ambt of de persoonlijke ontwikkeling, in samenspraak met de directie, na goedkeuring door schoolbestuur: - Volgen van navorming in functie van de reflectie op het eigen functioneren. De leerkracht geeft hier zelf aan waaraan hij/zij nood heeft en dit infunctie van het eigen functioneren; - Volgen van navorming in het kader van het navormingsplan van de school; - Op de hoogte blijven van recente onderwijskundige ontwikkelingen; - Positief maar voldoende kritisch omgaan met vernieuwing; - Mee vorm geven aan het nascholingsplan van de school; 4.3.8. Reflecteren op en bijsturen van eigen functioneren: Als personeelslid dien je regelmatig over je handelen te reflecteren en jezelf te evalueren. Het is de bedoeling dat je even stilstaat bij je eigen functioneren, vooropgestelde doelen en je competenties gedurende een voorbije periode: - Wat ging goed en wat minder? - Wat zijn je sterke en minder sterke punten? - Welke competenties wil je nog verder ontwikkelen? 26/10/2009 Pagina 10

- Hoe ga je dit aanpakken? De functiebeschrijving kan voor de reflectie en zelfevaluatie een basis zijn. De reflectie of de zelfevaluatie kan dan weer dienen voor een boeiend functioneringsgesprek. Concreet kan dit voor een leerkracht het volgende inhouden: - Evalueren van het eigen proces van lesgeven, door zelfanalyse, bevragen van leerlingen/ouders. - Analyseren van de resultaten van de kinderen in het kader van het bijsturen van het leerproces. (werden de doelen in voldoende mate bereikt?). - Over mogelijke tekorten overleggen met collega s, zorgcoördinator, directie, CLB om eigen functioneren bij te sturen en te optimaliseren. - Durven uitproberen van vernieuwing en alternatieve werkvormen. 4.3.9. Taken specifiek voor het personeelslid: Hierbij worden afspraken gemaakt over: - De bewakingsopdrachten welke binnen de schoolopdracht vallen. - De deelname aan studiedagen en nascholingen - De deelname aan werkgroepen en schoolgerelateerde en officiële inspraakorganen - De opdrachten in het kader van de GOK-werking van de school - De afspraken betreffende onderwijs aan huis - De afspraken in verband met bestellingen - De afspraken in verband met extra-murosactiviteiten - De afspraken in verband met de personeelsvergaderingen en de MDO-momenten - De afspraken in verband met open-deurdagen en schoolactiveiten na de schooluren. - De afspraken in verband met oudercontacten In de functiebeschrijving kunnen ook persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen worden opgenomen. Dit gebeurt op basis van afspraken die worden gemaakt tussen de eerste evaluator en het betrokken personeelslid bij aanvang van een (nieuwe) evaluatieperiode of naar aanleiding van een functioneringsgesprek. 4.3.10. Proces en procedure: - In overleg opgemaakt. - Bezwaren persoonslid. - Handtekening personeelslid en 1 ste evaluator voor akkoord. - Voor opvolging proces. - Handtekening 2 de evaluator. - beslissing van het schoolbestuur bij weigering ondertekening personeelslid of wanneer het personeelslid het niet eens is. - Voor kennisname. - Handtekening personeelslid en 1 ste evaluator. 4.3.11. Wijziging van deze functiebeschrijving: Na een functioneringsgesprek of evaluatie kan de functiebeschrijving worden aangepast. Heel de procedure van 4.3.10. wordt herhaald. 4.3.12. Belangrijke wijziging opdracht: 26/10/2009 Pagina 11

Bij de wijziging van de opdracht van het personeelslid kan de functiebeschrijving worden aangepast. Heel de procedure van 4.3.10. wordt herhaald. 5. Opstellen van de functiebeschrijving 5.1. Opstellen van de functiebeschrijving. De eerste evaluator stelt samen met het personeelslid een geïndividualiseerde functiebeschrijving op. 5.2 Procedure. 1.Opmaak functiebeschrijving : Aan de hand van het algemene model functiebeschrijving per ambt bespreken de 1ste evaluator en het personeelslid het onderdeel Taken specifiek voor het personeelslid en geven dit invulling. 2.Datum van opmaak : De datum van opmaak wordt ingevuld en is belangrijk in het verdere verloop van de procedure. 3.Bezwaren persoonslid : Het personeelslid krijgt drie werkdagen de tijd om het document Functiebeschrijving na te lezen en bezwaren over inhoud of procedure te noteren in het desbetreffende vak. 4.Handtekening : Na lezing ondertekenen beide partijen (1ste evaluator en personeelslid) het document voor kennisname (zie 3 bezwaren personeel) : maximum drie werkdagen na opmaak. 5.Opvolging proces en handtekening 2de evaluator : De 1ste evaluator bezorgt het document binnen de 10 werkdagen aan de 2de evaluator. Deze volgt het proces op. 6.Geen opmerkingen of procedurefouten : De 2 de evaluator ondertekent, dateert en bezorgt binnen de 10 werkdagen dit document aan de 1ste evaluator. De 1 ste evaluator en het personeelslid ondertekenen en dateren de functiebeschrijving voor kennisname. De functiebeschrijving is van toepassing vanaf de datum van ondertekening voor kennisname. Het personeelslid krijgt een kopie van het document. 7.Procedurefout : De 2de evaluator noteert zijn opmerkingen over de procedurefout, handtekent, dateert en bezorgt binnen de 10 werkdagen het document terug aan de 1ste evaluator en een kopie aan het personeelslid. Het schoolbestuur wordt door de 2de 26/10/2009 Pagina 12

evaluator d.m.v. een verslag ingelicht. Dit verslag hoort bij het document functiebeschrijving. 8.Herstel procedure : De 1 ste evaluator herstelt na ontvangst binnen de 10 werkdagen de procedure. De procedure opmaak functiebeschrijving kan weer starten. Indien de 1 ste evaluator de procedure niet kan herstellen, neemt het schoolbestuur een beslissing (zie 10). 9.Inhoudelijke bezwaren personeel : De 2de evaluator leest de bezwaren van het personeelslid, ondertekent, dateert en licht binnen de 10 werkdagen het schoolbestuur schriftelijk in over de bezwaren van het personeelslid. 10.Beslissing schoolbestuur : Het schoolbestuur noteert na ontvangst de datum op de functiebeschrijving en neemt binnen de 14 kalenderdagen een beslissing na het personeelslid en de 1 ste evaluator te hebben gehoord. Deze beslissing wordt bij collegebesluit aan de betrokken partijen (1ste evaluator, 2de evaluator en personeelslid) meegedeeld en aan de functiebeschrijving gehecht. 11.Handtekening voor kennisname : Het personeelslid en de eerste evaluator ondertekenen de functiebeschrijving en dus ook de beslissing van het schoolbestuur voor kennisname en dateren het document. 12.De functiebeschrijving is van toepassing vanaf de datum van ondertekening voor kennisname. Het personeelslid krijgt een kopie van het document. 5.3. Schematische voorstelling van, de procedure. 1. Aan de hand van het algemene model FB per ambt bespreken de 1ste E en het personeelslid het onderdeel " Taken specifiek voor het personeelslid" en geven dit invulling. 2. De datum van opmaak wordt ingevuld en is belangrijk in de procedure. 3. Het personeelslid krijgt drie werkdagen de tijd om het document "Functiebeschrijving" na te lezen en bezwaren over inhoud of procedure te noteren in het desbetreffende vak. 4. Na lezing ondertekenen beide partijen (1ste E en personeelslid) het document voor kennisname (zie 3, bezwaren personeelslid): maximum drie dagen na opmaak. 5. De 1ste E bezorgt het document binnen de 10 werkdagen aan de 2de E. Deze volgt het proces op. 6. Geen opmerkingen of procedurefouten : De 2de E ondertekent, dateert en bezorgt binnen de 10 werkdagen dit document aan de 1ste E. De 1 ste E en het personeelslid tekenen en dateren voor kennisname. Vanaf de datum van ondertekening 7. Procedurefout: De 2de E noteert zijn opmerkingen over de procedurefout, handtekent, dateert en bezorgt binnen de 10 werkdagen de FB terug aan de 1ste E en een kopie aan het personeelslid. Het schoolbestuur wordt door de 2de E d.m.v. een verslag ingelicht. Dit verslag hoort 9. Inhoudelijke bezwaren personeelslid: De 2de E leest de bezwaren van het personeelslid, ondertekent, dateert en licht binnen de 10 werkdagen het schoolbestuur schriftelijk in over de bezwaren van het personeelslid. 26/10/2009 Pagina 13

is de FB van toepassing. De eerste E bezorgt een kopie van de FB aan het personeelslid. bij de FB. 8. Herstel procedure: De 1ste E herstelt na ontvangst binnen de 10 werkdagen de procedure. De procedure "opmaak FB" (zie nr. 1) kan weer starten. Indien de 1ste E de procedure niet kan herstellen, neemt het schoolbestuur een beslissing (zie 10). 10. Beslissing SB : Het SB noteert na ontvangst de datum op de FB en neemt binnen de 14 kalenderdagen een beslissing na het personeelslid en de 1ste E te hebben gehoord. Deze beslissing wordt bij collegebesluit aan de (1ste E, 2de E en personeelslid) meegedeeld en aan de FB gehecht. 11. Het personeelslid en 1 ste E ondertekenen de FB en dus ook de beslissing van het schoolbestuur "voor kennisname" en dateren het document. 12. De FB is van toepassing vanaf de datum van ondertekening "voor kennisname". Het personeelslid krijgt een kopie van het document. 5.4. Kopie. Het personeelslid krijgt telkens een kopie van de functiebeschrijving, de verslagen of collegebesluiten, zodat hij of zij op elk moment tijdens de procedure het hele proces kan volgen of opvolgen. Wanneer de functiebeschrijving van toepassing is, wordt er een kopie van de functiebeschrijving aan het personeelslid bezorgd. De 1 ste evaluator houdt het document functiebeschrijving in een dossier per personeelslid bij. 6. Taken specifiek voor het personeelslid. 6.1.Algemene rechten en plichten: De volgende rechten en plichten worden gerespecteerd : Het schoolbestuur zal bij het verdelen van de opdrachten rekening houden met: 26/10/2009 Pagina 14

- De aard van de hoofdopdracht van de personeelsleden in de instelling. - Het principe van de billijke verdeling van de taken, inzonderheid met betrekking tot personeelsleden die nog in andere instellingen werkzaam zijn. - De mogelijkheden en capaciteiten van de personeelsleden. - De tijd die personeelsleden besteden aan hun vertegenwoordiging in officiële inspraakorganen. - De taken die volgens het decreet niet in de functiebeschrijving van het personeel basisonderwijs kunnen worden opgenomen. 6.2.Taken specifiek voor het personeelslid: Volgende taken kunnen opgenomen worden in rubriek taken specifiek voor het personeelslid van de functiebeschrijving : - Deelnemen aan een werkgroep (tijdelijke projecten). - Deelnemen aan het kernteam. - Deelnemen aan netwerken uit de regio. - Organiseren van allerlei activiteiten zoals : sportdag, schoolreis, schoolfeest. - Per school, vestigingsplaats of gebouw verantwoordelijkheid opnemen als vertrouwenspersoon, vakbondsafgevaardigde, gebouwverantwoordelijke, coördinator tijdens de evacuatieoefeningen, EHBO-verantwoordelijke. - Vertegenwoordiging van de school in schoolgerelateerde organen : milieuraad, sportraad, jeugdraad, structuurplan, cultuurraad, beheersorgaan bibliotheek, GOS, lokaal overlegplatform kinderopvang, welzijnsoverleg, ABOC, schoolraad, medezeggenschapscollege. - Bijzondere pedagogische taken tijdens de lesuren (indien het personeelslid voor een aantal lestijden voor deze taak wordt vrijgesteld). - In rubriek taken specifiek voor het personeelslid kunnen ook zaken worden opgenomen waaraan het personeelslid extra aandacht moet besteden (bijvoorbeeld zaken die specifiek zijn voor het leerjaar waarin het personeelslid fungeert) : - Opvang nieuwe kleuters. - Overgang kleuterschool lagere school. - Studiekeuze in het 5 de en 6 de leerjaar. 7. Negatieve lijst. 7.1.Omzendbrief: Besluit van de Vlaamse regering houdende de taken die niet in de functiebeschrijving van het personeel in het basisonderwijs kunnen opgenomen worden. Goedkeuringsdatum : 10/06/1997 Laatste wijziging : 10/10/2000 Publicatiedatum : B.S. 24/06/97 7.2.Negatieve lijst: De volgende taken behoren niet tot de opdracht van het personeel in het basisonderwijs en kunnen bijgevolg niet in de functiebeschrijving worden opgenomen : 1. Het organiseren van busvervoer. 2. Het uitvoeren van materieel onderhoud en/of herstellingen van en in de school. 3. Het bijwonen van en het meewerken aan godsdienstige, levensbeschouwelijke of socio-culturele activiteiten buiten schoolverband. 4. De opvang van kinderen tijdens klasvrije namiddagen en de schoolvakanties. 26/10/2009 Pagina 15

5. Bijlessen of therapie geven voor en na de schooluren. 6. Huisbezoeken afleggen. 7. Middagtoezicht houden. 8. Verzekeren van busbegeleiding. 9. Het verkeer regelen op de openbare weg. 10. Het vervullen van administratieve en/of organisatorische taken van de directie of het schoolbestuur. - In afwijking kan 6 tot de opdracht van het sociaal, psychologisch en orthopedagogisch personeel behoren en behoort 10 tot de opdracht van het administratief personeel. - De taken 5 tot en met 10 kunnen in uitzonderlijke omstandigheden en op een niet-systematische wijze opgelegd worden aan de personeelsleden. De toepassing van deze taken (5 tot en met 10) is afhankelijk van de onderhandelingen in het lokaal comité met betrekking tot de invulling van de begrippen "op niet-systematische wijze" en "in uitzonderlijke omstandigheden". 8. Functioneringsgesprek. 8.1.Algemene afspraken: Een functioneringsgesprek is een gesprek waarin aandacht wordt besteed aan het functioneren van het personeelslid. Het is een essentieel deel van coaching en begeleiding. Eerste evaluator en personeelslid voeren het functioneringsgesprek op voet van gelijkheid. De geïndividualiseerde functiebeschrijving is de basis voor het functioneringsgesprek. Het functioneringsgesprek kan leiden tot afspraken rond persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen die opgenomen worden in de geïndividualiseerde functiebeschrijving van het personeelslid. Elk personeelslid dat minimaal 104 dagen aangesteld wordt, krijgt een geïndividualiseerde functiebeschrijving. Deze geïndividualiseerde functiebeschrijving wordt door de eerste evaluator in samenspraak met het personeelslid opgemaakt. Raken zij het niet eens, dan moet de inrichtende macht een beslissing nemen. De eerste evaluator ondertekent de geïndividualiseerde functiebeschrijving en het personeelslid tekent voor kennisname. Een functiebeschrijving kan worden aangepast op basis van afspraken die tijdens een functioneringsgesprek worden gemaakt of in onderling overleg tussen beide partijen bij een belangrijke wijziging van de opdracht van het personeelslid. Elk personeelslid dat minder dan voor 104 dagen maar meer dan 20 werkdagen aangesteld wordt, krijgt een algemeen model per ambt en er kan tijdens deze periode eveneens een functioneringsgesprek plaatsvinden. De neerslag van deze gesprekken zal in het personeelsdossier bewaard worden. 8.2.Frequentie: De functioneringsgesprekken worden jaarlijks gehouden behalve tijdens het evaluatiejaar, dan zal het evaluatiedossier opgesteld worden. Tijdens het functioneringsgesprek staan het betrokken personeelslid en de eerste evaluator op gelijke voet. Het staat het personeelslid vrij 26/10/2009 Pagina 16

om schriftelijk aan de directie een functioneringsgesprek aan te vragen en daaraan zal dan maximaal binnen de 20 werkdagen een gevolg moeten aan gegeven worden. 8.3.Verslag van het functioneringsgesprek: Een functioneringsgesprek resulteert steeds in een verslag. Het verslag bevat de besproken onderwerpen de gemaakte afspraken evt. persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen Dit verslag wordt voor kennisname ondertekend door het personeelslid en de eerste evaluator. Het personeelslid en de tweede evaluator ontvangen een kopie. 9. Evaluatiegesprek. 9.1.Algemene afspraken: - Het evaluatieproces kan maximum vier schooljaren omvatten, m.a.w. het schooljaar van de evaluatie en de drie daaraan voorafgaande schooljaren. Eens in de vier schooljaren moet er dus een evaluatie plaatsvinden, maar als om uitzonderlijke redenen de evaluatie toch niet plaatsvindt binnen deze periode, kan de evaluatie nadien nooit verder reiken dan een maximale periode van vier schooljaren (het lopende schooljaar inbegrepen). - Aangezien evaluatiegesprekken- en verslagen gebeuren op basis van de functiebeschrijving van het personeelslid kan een personeelslid enkel worden geëvalueerd voor zover er een geïndividualiseerde functiebeschrijving werd opgesteld. Deze geïndividualiseerde functiebeschrijving is aldus de objectieve toetssteen voor het personeelslid, zodat hij weet wat er van hem wordt verwacht en waarop hij zal worden geëvalueerd. - Naast de verplichte formele stappen in dit proces (zie hierna) is het evident dat het personeelslid ook via minder formele contacten begeleid wordt. - Tijdens het evaluatiegesprek - dat steeds een evaluatieperiode afsluit - wordt het functioneren van het personeelslid besproken op basis van de overeengekomen functiebeschrijving. Toch is het evaluatiegesprek niet louter op het verleden gericht. De eerste doelstelling van een evaluatiegesprek is immers het functioneren van het personeelslid te verbeteren waar nodig en het personeelslid te ondersteunen. Na het gesprek moeten dus niet enkel de goede en sterke punten, maar ook de eventueel te verbeteren punten van het personeelslid duidelijk zijn. Het evaluatiegesprek kan bijgevolg aanleiding geven tot het bijsturen naar de toekomst toe en het kan leiden tot nieuwe, duidelijke afspraken. 26/10/2009 Pagina 17

- Tijdelijke leerkrachten met een geïndividualiseerde functiebeschrijving zullen geëvalueerd worden tijdens het schooljaar voorafgaand aan het behalen van hun TADD-rechten. - Tijdelijke leerkrachten zullen voorafgaand aan hun eerste benoeming geëvalueerd worden indien de voorgaande evaluatie meer dan 24 maanden voor de ingang van de vast benoeming plaatsvond. 9.2.Evaluatieverslag: 9.2.1. Algemeen: Een evaluatiegesprek mondt steeds uit in een evaluatieverslag dat ook altijd een eindconclusie bevat. Dit verslag is een beschrijvend verslag, dat - op basis van de functiebeschrijving - het functioneren van het personeelslid tijdens de voorbije evaluatieperiode weergeeft. Het verslag wordt ondertekend door de eerste evaluator en voorgelegd aan het personeelslid dat voor kennisname ondertekent. Het personeelslid krijgt onmiddellijk een kopie van het verslag en ook de tweede evaluator en de inrichtende macht ontvangen een kopie van dit verslag. Als het evaluatieverslag uitmondt in de eindconclusie onvoldoende, moet het evaluatieverslag - op straffe van nietigheid van de beslissing - uitdrukkelijk de beroepsmogelijkheden bevatten die het betrokken personeelslid kan aanwenden. 9.2.2. Procedure: De eerste evaluator stelt het evaluatieverslag op. Het evaluatieverslag beschrijft op zorgvuldige wijze het volledig functioneren van het personeelslid ten opzichte van de functiebeschrijving. het evaluatieverslag bevat steeds een eindconclusie het evaluatieverslag bevat de beroepsmogelijkheden (op straffe van nietigheid) bij eindconclusie onvoldoende De eerste evaluator ondertekent en dateert het evaluatieverslag en legt het voor aan het personeelslid Het personeelslid ondertekent en dateert ter kennisneming en bezorgt het onmiddellijk terug aan de eerste evaluator De eerste evaluator bezorgt een kopie van dit evaluatieverslag het personeelslid de tweede evaluator het schoolbestuur 9.2.3. Levensbeschouwelijke vakken: De personeelsleden levensbeschouwelijke vakken worden geëvalueerd door de eerste evaluator. De inspecteurs levensbeschouwelijke vakken zijn geen evaluatoren maar leveren een bijdrage (vakinhoudelijk) voor de evaluatie. De eerste evaluator bepaalt de eindconclusie op basis van een evaluatiegesprek (niet-vakinhoudelijk) en de (eventuele) bijdrage van de inspectie levensbeschouwelijke vakken 26/10/2009 Pagina 18

(vakinhoudelijk) Bij onvoldoende kan ontslag enkel met instemming van de bevoegde instantie. 10. Gevolgen en beroepsmogelijkheden. 10.1. Evaluatie met eindconclusie onvoldoende Evaluatie kan in uitzonderlijke gevallen leiden tot een evaluatie met eindconclusie onvoldoende. Voor zover de evaluatie met eindconclusie onvoldoende niet leidt tot het ontslag, moet een personeelslid na een termijn van minstens twaalf maanden effectieve prestaties volgend op de evaluatie met eindconclusie onvoldoende, een nieuwe evaluatie krijgen. Deze termijn van twaalf maanden vangt aan vanaf het ogenblik dat het personeelslid het evaluatieverslag met de eindconclusie onvoldoende voor kennisneming heeft ondertekend. Het personeelslid kan steeds beroep aantekenen bij het college van beroep tegen de evaluatie met eindconclusie onvoldoende en heeft daarvoor twintig kalenderdagen de tijd volgend op de overhandiging van de kopie van zijn evaluatieverslag. De evaluatie is pas definitief als de beroepsmogelijkheden zijn uitgeput. Alleen aan een definitieve evaluatie zijn bepaalde gevolgen verbonden. 10.1.1.College van beroep Bij een evaluatie met eindconclusie onvoldoende kan het personeelslid zich wenden tot het college van beroep. 10.1.2.Procedure 10.1.2.1. Beroepschrift Als een evaluatie wordt uitgesproken met eindconclusie onvoldoende ontvangt het betrokken personeelslid op zijn eenvoudig verzoek onmiddellijk een fotokopie van zijn evaluatiedossier. Als een evaluatie wordt uitgesproken met eindconclusie onvoldoende, dan kan het betrokken personeelslid hiertegen via een aangetekende brief beroep instellen bij de bevoegde kamer van het college van beroep, binnen een termijn van twintig kalenderdagen volgend op de overhandiging van de kopie van zijn evaluatieverslag door de eerste evaluator, of inrichtende macht. Als het einde van de beroepstermijn valt binnen de herfst-, kerst-, krokus-, paas- of zomervakantie, dan wordt deze termijn opgeschort gedurende de duur van de betrokken vakantie. Het indienen van een beroep schort de evaluatie met eindconclusie onvoldoende op, zodat het eventuele effect ervan pas in werking treedt na de uitspraak van het college van beroep. Op hetzelfde ogenblik als het personeelslid het beroepschrift indient, moet hij een kopie daarvan naar zijn evaluator(en) sturen. Het beroep moet op straffe van nietigheid gemotiveerd zijn en moet ook de naam en het adres van de instelling of het centrum bevatten en de naam van de evaluator(en). Bij ontvangst van het beroepschrift 26/10/2009 Pagina 19

vraagt de secretaris van de bevoegde kamer van het college van beroep onmiddellijk het evaluatiedossier van het betrokken personeelslid op bij zijn evaluator(en). De voorzitter deelt aan de partijen, zodra de zaak aanhangig is gemaakt, de lijst mee van de effectieve en plaatsvervangende leden van de kamer. Binnen tien kalenderdagen na ontvangst van die lijst mogen de partijen de wraking vragen van de voorzitter en één of meer leden van de kamer. Wie een lid wil wraken, moet dat doen voor de aanvang van de beraadslaging, tenzij de reden tot wraking later is ontstaan. De redenen tot wraking zijn deze voorzien in artikel 828 van het Gerechtelijk Wetboek. Behoudens de redenen tot wraking bedoeld in 1, kunnen beide partijen één lid ongemotiveerd wraken. 10.1.2.2. Zitting Binnen de dertig kalenderdagen na de ontvangst van het beroepschrift vindt de zitting van de bevoegde kamer van het college van beroep plaats. Als het einde van die termijn tussen 15 juli en 15 augustus valt, wordt de termijn verlengd tot 31 augustus. De partijen worden met een aangetekende brief opgeroepen voor de zitting. Het personeelslid en de evaluator(en) kunnen zich laten bijstaan of vertegenwoordigen door een raadsman. De raadsman kan een advocaat zijn of een personeelslid van de onderwijsinstellingen of van de centra voor leerlingenbegeleiding of, wat de werknemer betreft, een vertegenwoordiger van een erkende vakorganisatie en, wat de evaluator(en) betreft, een vertegenwoordiger van het Gemeenschapsonderwijs of van de representatieve verenigingen van inrichtende machten. De bevoegde kamer van het college van beroep kan ambtshalve of op verzoek van het personeelslid of van de evaluator(en) of op verzoek van een raadsman getuigen horen. In dat geval heeft het verhoor van de getuigen plaats in aanwezigheid van het personeelslid en de evaluator(en) en/of hun raadsman. De opgeroepen getuige kan zich ertegen verzetten dat hij in het openbaar wordt gehoord. De zittingen van de kamers van het college van beroep zijn openbaar, tenzij de openbaarheid gevaar oplevert voor de openbare orde of de goede zeden. Op vraag van het personeelslid of zijn raadsman verloopt de zitting achter gesloten deuren. Als het personeelslid behoorlijk werd opgeroepen en toch niet verschijnt of niet wordt vertegenwoordigd, beslist de bevoegde kamer van het college van beroep bij verstek. Blijkt de verhindering gewettigd, dan kan het personeelslid binnen de tien kalenderdagen nadat de beslissing hem met een aangetekende brief werd betekend, tegen de uitspraak verzet aantekenen. In dat geval wordt de bevoegde kamer van het college van beroep opnieuw bijeengeroepen en beslist zowel bij aanwezigheid als bij afwezigheid van de betrokkene, definitief en onherroepelijk. 10.1.2.3. Beslissing De beslissing van de bevoegde kamer van het college van beroep wordt met een aangetekende brief aan de partijen meegedeeld binnen tien kalenderdagen na de vergadering waarin de beslissing werd genomen. De beslissing wordt met redenen omkleed. De beslissing is bindend voor beide partijen. 10.1.3. Gevolgen van een definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende Aan een definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende zijn ernstige consequenties verbonden. 10.1.3.1. Eén definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende 26/10/2009 Pagina 20

a. Tijdelijke personeelsleden Personeelsleden die tijdelijk aangesteld zijn voor bepaalde duur in een wervingsambt of tijdelijk aangesteld zijn in een selectie- of bevorderingsambt en voor één van die ambten in een instelling een definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende krijgen, worden ontslagen. De betrokken inrichtende macht deelt het ontslag op gemotiveerde wijze mee aan het personeelslid via een aangetekende brief of via een gerechtsdeurwaarder. Het ontslag geldt steeds voor het ambt waarop de evaluatie met eindconclusie onvoldoende betrekking heeft en voor de instelling waar deze evaluatie werd uitgesproken. b. Geen uitbreiding TADD Een personeelslid dat tijdelijk aangesteld is voor doorlopende duur en in een instelling voor een welbepaald ambt een definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende krijgt, kan in afwachting van een nieuwe evaluatie geen aanspraak maken op een uitbreiding van zijn tijdelijke aanstelling van doorlopende duur in de instelling en voor het ambt in kwestie. c. Geen vaste benoeming Een personeelslid dat in een instelling van de inrichtende macht waar hij kandideert voor een vaste benoeming als laatste evaluatie een evaluatie met eindconclusie onvoldoende heeft gekregen, kan geen aanspraak maken op een vaste benoeming of op een uitbreiding van zijn vaste benoeming en dit tot hij een nieuwe evaluatie heeft gekregen (voor zover deze niet opnieuw leidt tot een evaluatie met eindconclusie onvoldoende ). Deze bepaling geldt voor alle instellingen van de inrichtende macht, met dien verstande dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen de instellingen van de inrichtende macht die behoren tot een scholengemeenschap en deze die niet tot een scholengemeenschap behoren. d. Personeelsleden vastbenoemd in een selectie- of bevorderingsambt Voor een vastbenoemd personeelslid in een selectie- of bevorderingsambt dat voorheen al in het onderwijs was benoemd in een ander ambt, kan de inrichtende macht na een eerste evaluatie met eindconclusie onvoldoende ingrijpen en het personeelslid uit zijn ambt verwijderen. Het personeelslid wordt dan onmiddellijk na de verwijdering ter beschikking gesteld in het ambt waarin het voorheen vast benoemd was en zal vervolgens binnen de verplichtingen inzake reaffectatie en wedertewerkstelling van de inrichtende macht of scholengemeenschap een andere opdracht kunnen opnemen. Het mandaat van algemeen directeur of coördinerend directeur Het personeelslid dat het mandaat van algemeen directeur of coördinerend directeur uitoefent, wordt uit het mandaat ontheven na één evaluatie met eindconclusie onvoldoende. 10.1.3.2. Twee opeenvolgende of drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende a. Personeelsleden tijdelijk aangesteld voor doorlopende duur in een wervingsambt 26/10/2009 Pagina 21

Een personeelslid dat tijdelijk aangesteld is voor doorlopende duur in een wervingsambt en voor dat ambt in een instelling twee opeenvolgende definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende krijgt, of voor dat ambt in een instelling drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende in de loop van zijn loopbaan krijgt, wordt ontslagen. Een eerste definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende heeft voor deze personeelsleden dus geen onmiddellijk ontslag tot gevolg. Het personeelslid moet echter na een termijn van minstens twaalf maanden effectieve prestaties volgend op deze evaluatie met eindconclusie onvoldoende, een nieuwe evaluatie krijgen. Deze termijn van twaalf maanden vangt aan vanaf het ogenblik dat het personeelslid het evaluatieverslag met de eindconclusie onvoldoende voor kennisneming heeft ondertekend. De betrokken inrichtende macht deelt het ontslag op gemotiveerde wijze mee aan het personeelslid via een aangetekende brief of via een gerechtsdeurwaarder. Het ontslag geldt steeds voor het ambt waarop de evaluatie met eindconclusie onvoldoende betrekking heeft en voor de instelling waar deze evaluatie werd uitgesproken. b. Personeelsleden vastbenoemd in een wervingsambt Een personeelslid dat vast benoemd is in een wervingsambt en dat voor dat ambt in een instelling twee opeenvolgende definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende krijgt, of voor dat ambt in een instelling drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende in de loop van zijn loopbaan krijgt, wordt ontslagen. Een eerste definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende heeft voor deze personeelsleden dus geen onmiddellijk ontslag tot gevolg. Het personeelslid moet echter na een termijn van minstens twaalf maanden effectieve prestaties volgend op deze evaluatie met eindconclusie onvoldoende, een nieuwe evaluatie krijgen. Deze termijn van twaalf maanden vangt aan vanaf het ogenblik dat het personeelslid het evaluatieverslag met de eindconclusie onvoldoende voor kennisneming heeft ondertekend. Voor een personeelslid dat vast benoemd is in het ambt waarin het wordt ontslagen, geldt een opzeggingstermijn. Tijdens deze opzeggingstermijn - die nodig is om het personeelslid toe te laten zich in orde te stellen met de regels inzake de werkloosheidsreglementering en de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering - wordt het personeelslid tijdelijk aangesteld en door de inrichtende macht met een opdracht belast. Het personeelslid ontvangt tijdens deze opzeggingstermijn het brutosalaris waar hij recht op had in hoofde van zijn opdracht van vaste benoeming. Het personeelslid kan vrijwillig afstand doen van deze opzeggingstermijn, of van een gedeelte ervan. De betrokken inrichtende macht deelt het ontslag op gemotiveerde wijze mee aan het personeelslid via een aangetekende brief of via een gerechtsdeurwaarder. Het ontslag geldt steeds voor het ambt waarop de evaluatie met eindconclusie onvoldoende betrekking heeft en voor de instelling waar deze evaluatie werd uitgesproken. c. Personeelsleden vastbenoemd in een selectie- of bevorderingsambt Naast de mogelijkheid hierboven vermeld i v m één evaluatie met eindconclusie onvoldoende, wordt een personeelslid dat vast benoemd is in een selectie- of bevorderingsambt en dat voor dat ambt in een instelling twee opeenvolgende definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende krijgt, of voor dat 26/10/2009 Pagina 22

ambt in een instelling drie definitieve evaluaties met eindconclusie onvoldoende in de loop van zijn loopbaan krijgt, ontslagen. Een eerste definitieve evaluatie met eindconclusie onvoldoende heeft voor deze personeelsleden dus geen onmiddellijk ontslag tot gevolg. Het personeelslid moet echter na een termijn van minstens twaalf maanden effectieve prestaties volgend op deze evaluatie met eindconclusie onvoldoende, een nieuwe evaluatie krijgen. Deze termijn van twaalf maanden vangt aan vanaf het ogenblik dat het personeelslid het evaluatieverslag met de eindconclusie onvoldoende voor kennisneming heeft ondertekend. Voor een personeelslid dat vast benoemd is in het ambt waarin het wordt ontslagen, geldt een opzeggingstermijn. Tijdens deze opzeggingstermijn - die nodig is om het personeelslid in orde te brengen met de regels inzake de werkloosheidsreglementering en de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering - wordt het personeelslid tijdelijk aangesteld en door de inrichtende macht met een opdracht belast. Het personeelslid ontvangt tijdens deze opzeggingstermijn het brutosalaris waar hij recht op had in hoofde van zijn opdracht van vaste benoeming. Het personeelslid kan vrijwillig afstand doen van deze opzeggingstermijn, of van een gedeelte ervan. De betrokken inrichtende macht deelt het ontslag op gemotiveerde wijze mee aan het personeelslid via een aangetekende brief of via een gerechtsdeurwaarder. Het ontslag geldt steeds voor het ambt waarop de evaluatie met eindconclusie onvoldoende betrekking heeft en voor de instelling waar deze evaluatie werd uitgesproken. 11.Evaluatiedossier. Het personeelslid heeft op elk ogenblik recht op inzage in zijn persoonlijk evaluatiedossier. Hij kan tevens op zijn verzoek een kopie krijgen van zijn evaluatiedossier. Dit evaluatiedossier bevindt zich in de instelling waar het personeelslid tewerkgesteld is en bevat alle nodige en nuttige documenten die als beoordelingsgrond kunnen dienen. 12.Definities en begrippen. Voor de toepassing van deze Algemene afspraken wordt verstaan met : 1. Het schoolbestuur : de inrichtende macht die verantwoordelijk is voor de sch(o)ol(en) van de gemeente, nl. de gemeenteraad. Inzake daden van beheer is het college van burgemeester en schepenen bevoegd. 2. De directeur : de persoon die door het schoolbestuur met de dagelijkse leiding van de onderwijsinstelling is belast, of zijn vervanger en desgevallend de adjunct-directeur. 3. De pedagogische begeleidingsdienst : de dienst belast met de externe ondersteuning van de betrokken onderwijsinstellingen volgens het eigen pedagogisch concept, onder meer bij het opstellen van het schoolwerkplan, het ontwikkelen van initiatieven ter 26/10/2009 Pagina 23