PROJECTPLAN LEA KAMER DOORLOPENDE ONTWIKKELINGSLJINEN Bestuurlijke opdracht Context In de kamer Doorgaande Ontwikkelingslijnen is het doel doorlopende leer- en ontwikkelingslijnen voor de Ridderkerkse jeugd. Dit houdt in een optimale organisatie van overdrachtsmomenten. Het gaat hierbij om de volgende momenten van overdracht: VVE en peuterspeelzaal basisschool (4-5 jarigen) Consultatiebureau GGD (4+ jarigen) Basisschool middelbare school (11-13 jarigen) Voortgezet Onderwijs onderwijs (MBO, HBO, Universiteiten) / arbeidsmarkt toeleiding naar(16+ jarigen) Opdracht: 1. Inventariseer hoe aan de ontwikkelingslijn van 0 tot 23 jaar in de huidige situatie is vormgegeven, 2. benoem de voor Ridderkerk ideale situatie en 3. geef vorm aan een strategie om deze ideale situatie te realiseren. Aanpak Overdrachtsmoment Wat gebeurt er nu? Wat is (nog) nodig, wenselijk? Hoe? Fase 0 tot 6 jaar Consultatiebureau GGD (jeugdgezondheidszorg) Voorschoolse voorziening (peuterspeelzaal, VVE, kinderopvang) Basisonderwijs (vroegschool, groep 1 en 2) Basisonderwijs vroegschool groep 3 Fase 6 tot 12 jaar Basisschool Voortgezet onderwijs Overdrachtsformulier opgesteld in Stuurgroep VVE, moet nog worden ingevoerd (Nog) geen schakelklassen/kopklassen Protocol voorlichting aan Implementatie warme overdracht d.m.v. overdrachtsformulier Vroegschool (groep 1 en 2): opbrengstgerichte sturing. Gemeenten en schoolbesturen moeten afspraken maken over de resultaten van vroegschoolse educatie. 1
Fase 12 tot 23 jaar Voortgezet onderwijs Beroepsonderwijs/WO Na startkwalificatie - Arbeidsmarkt Zonder startkwalificatie - arbeidsmarkt Overgang leerplicht (tot 18 jaar) naar RMC (18 tot 23 jaar) Overgang RMC naar WIJ (16 tot 27 jaar) Overig? Andere overdrachtsmomenten? ouders en leerlingen Protocol Voortgezet Onderwijs, informatieuitwisseling tussen PO en VO VM+ (Experiment leergang vmbo mbo 2) Overdracht/aansluiting vmbo ROC s en AOC s verbeteren binnen Koers VO Rotterdam Zorglijnen afstemmen (warme overdracht) binnen Koers VO Rotterdam Klantmanager Jeugd, Actieplan Jeugdwerkloosheid, Ridderkerk Flows Specifieke leerroute voor leerlingen tot 23 jaar uit het praktijkonderwijs die geen startkwalifcatie kunnen behalen Jeugdvolgsysteem Jeugdvolgsysteem Betere aansluiting zoeken bij regionale initiatieven Fasering De Kamer Doorlopende Ontwikkelingslijnen richt zich de eerste periode vooral op het begin de keten (0 tot 6 jaar) en op het einde van de keten (overgang vo naar beroepsonderwijs of uitstroom richting arbeidsmarkt). Overdrachtsmoment voorschoolse periode - basisonderwijs Met betrekking tot de voorschoolse fase is al veel voorwerk verricht door de Stuurgroep VVE en zijn de ontwikkelopgaven voor de komende periode: - implementatie overdrachtsformulier voorschoolse voorzieningen en basisonderwijs - Implementatie Wet Oke - Afspraken over resultaten van vroegschoolse educatie - Organisatie van de stuurgroep VVE Overdrachtsmoment basisonderwijs voortgezet onderwijs Dit overdrachtsmoment heeft niet de prioriteit van de kamer. Er is een protocol voor de voorlichting aan ouders en leerlingen, zowel vanuit het basisonderwijs als vanuit het voortgezet onderwijs. Daarnaast bestaat het protocol Voortgezet Onderwijs waarin de 2
informatie-uitwisseling (overdracht) tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs is geregeld. Hiermee lijkt de organisatorische kant afgedekt. Dat laat onverlet dat er nog hiaten zijn, maar dat heeft vooralsnog niet de prioriteit van de kamer;. Overdrachtsmoment VO vervolgopleidingen/arbeidsmarkt Voor de fase na het VO moet er eerst een inventarisatie/overzicht komen van alle bestaande regionale initiatieven en zal de opgave vooral zijn om daar aansluiting bij te zoeken. (Zie de bijlage) Beheersaspecten Werkwijze: De kamer kent een klein aantal vast leden en een wisselend aantal projectgroepen of werkgroepen. Samenstelling kamer: Voorzitter: Openbaar primair onderwijs Bijzonder primair onderwijs Kinderopvang VVE: JGZ Voortgezet onderwijs: Ambtelijke ondersteuning Louis de Haan, OZHW Henk Koning, directeur Obs De Piramide (3 Primair) Wim Kostense, projectleider Passend onderwijs PCPO BR Monique Elsewaard, Stichting Kinderopvang Ridderkerk Robert Jacobs, CED Groep Ineke Mientjes, manager CJG BAR Dirk Wakker, Farel College (voorlopig agendalid) Sandra Kubbe, beleidsmedewerker onderwijs Welke organisaties/partners moeten nog meer worden betrokken (in werkgroepen of op andere wijze)? Consultatiebureau/Jeugdgezondheidzorg Peuterspeelzalen (Sport en Welzijn) Kinderopvang (SKR, Bobo) Primair onderwijs Voortgezet onderwijs (OZHW, CVO Rotterdam e.o.) Beroepsonderwijs (Albeda, Zadkine, Da Vinci) RMC Regio Rijnmond, subregio Rijnmond Zuid-Oost Leerplicht (gemeente) Klantmanager Jeugd GSC (gemeente) Tijd De kamer komt tenminste 3 keer per jaar (of zoveel vaker als zij nodig vindt) bijeen volgens onderstaand schema: Bestuurlijk overleg Agendacommissie Overleg Kamer 24 juni 2010 (15.00 17.00 uur, kamer A 101) 14 oktober 2010 (15.00 3 juni 2010 (16.00 17.00, kamer A 101) 23 september 2010 (16.00 Bijeen te roepen ongeveer twee weken voor agendacommissie door de Kamervoorzitters (week 21) Bijeen te roepen ongeveer twee weken voor agendacommissie door de 3
16 december 2010 (15.00 25 november 2010 (16.00 - Kamervoorzitters (week 36) Bijeen te roepen ongeveer twee weken voor agendacommissie door de Kamervoorzitters (week 45) De kamer vergadert bij voorkeur niet op woensdagen en vrijdagen. Geld De kamer heeft geen budget. Informatie Via de website van het LEA Ridderkerk (die nog ontwikkeld zal worden) zullen alle agenda s, verslagen, voorstellen en plannen in te zien zijn voor alle betrokkenen. De ambtelijk ondersteuner is verantwoordelijk voor het plaatsen van stukken op deze website en voor het bijhouden van het archief. Daarnaast is de ambtelijk ondersteuner verantwoordelijk voor de informatievoorziening richting het OOGO, directeurenoverleg en eventueel andere relevante overleggen. Besluitvorming Kamer stelt voorstellen op voor bestuurlijk overleg LEA Agendacommissie LEA stelt agenda bestuurlijk overleg op Bestuurlijk overleg besluit over voorstellen Voor de gemeente geldt dat besluiten altijd worden genomen onder voorbehoud van instemming door de gemeenteraad, indien van toepassing. Kwaliteit De agendacommissie beoordeelt of voorstellen op de agenda van het bestuurlijk overleg worden geplaatst. 4
Bijlage: Overdrachtsmoment vo naar vervolgopleidingen. Eén van de doelstellingen van het regionaal arrangement (inmiddels na een wetswijziging omgedoopt tot Regionaal Plan van Scholen; RPO Rond Kerk, IJssel en Drecht ) is een verbetering van de aansluiting vmbo Roc s en Aoc s. Hoewel nog steeds voortvarend aan deze doelstelling wordt gewerkt, is het wel duidelijk dat het moeilijk is om met bij voorbeeld de Roc s afspraken te maken die toegesneden zijn op onder andere de Ridderkerkse situatie. De Roc s hebben vaak tientallen toeleverende scholen. Daarnaast leveren de vo scholen leerlingen aan minimaal drie Roc s, waardoor het maken van eenduidige afspraken nog moeilijker is. Hetzelfde geldt voor leerlingen van het havo en vwo. Hier is de situatie nog lastiger omdat de leerlingen hun vervolgopleidingskeuze niet beperken tot de regio. Hoopgevend is dat binnen het werkgebied van Koers VO Rotterdam gewerkt wordt aan deze doorlopende leerlijn. Doordat het Gemini College en het Farel College beide deel uit maken van Koers VO wordt ten aanzien van de doorlopende leerlijnen met de Rotterdamse ROC s het speelveld overzichtelijker. De kamer zal daarom zich in eerste instantie richten op een inventarisatie van bestaande initiatieven en zo aansluiting zoeken bij de regionale inititatieven Uit het Zorgplan 2010 2011 van Koers VO blijkt, dat de aansluiting vo-mbo als nieuw speerpunt van beleid is opgenomen. De overstap van vo naar mbo verloopt nog niet zonder problemen en verdient daarom extra aandacht. In de regio Rotterdam worden initiatieven ondernomen om deze overstap te versoepelen. Naast onderwijskundige initiatieven zullen ook de zorglijnen op elkaar worden afgestemd. Voor de overgang van Praktijkonderwijs (PrO) naar mbo is een doorstroomprocedure ontwikkeld. De beide ROC s (Albeda en Zadkine) nemen deel aan overleg over leerlingen in de scholen voor Praktijkonderwijs, zgn. uitstroomnetwerken. Er is een stuurgroep borging warme overdracht in het leven geroepen die nieuwe initiatieven ontplooit op het gebied van doorlopende zorg- en leerlijnen en die de gemaakte afspraken bewaakt. Deze procedures zullen in principe verbreed worden naar vmbombo (op termijn ook havo/vwo). Waarbij ook het uitgangspunt is om gedurende tenminste twee jaar alle leerlingen van PrO en vmbo (met specifieke aandacht voor lwoo en/of tussentijdse overstap) die zijn overgestapt naar het mbo te volgen en monitoren. Uitgangspunt is om te komen tot een platform vo-mbo (uitwisseling good practices, verbreding/versterking lopende initiatieven en waar nodig inbedding en regulering). Het platform vo-mbo gaat zich dan ook sterk maken voor de erkenning van een meer beroepsgerichte/arbeidsmarktgerichte (start)kwalificatie voor leerlingen die niet kunnen voldoen aan het theoretische niveau van de startkwalificatie. De aansluiting vo-mbo maakt nadrukkelijk deel uit van het visietraject in het zogenaamde Rijnmonds perspectief. Het Rijnmonds perspectief Het samenwerkingsverband (Koers VO) stelt zich ten doel om de overstap van leerlingen naar vervolgonderwijs en arbeidsmarkt zo sluitend mogelijk te laten verlopen. 5
De inzet is gericht om de samenwerkingsrelatie met het MBO op school en bovenschools niveau te versterken en uit te bouwen. Voor leerlingen die dat nodig hebben, wordt een specifieke leerroute richting arbeidsmarkt ontwikkeld (Rotterdam). Deze route is een alternatief voor leerlingen die vanwege diverse factoren- geen startkwalificatie kunnen halen. Het Samenwerkingsverband kiest bij de invulling van het RIjnmonds perspectief voor een maatwerk aanpak: geen regiobreed model maar aansluiten bij trajecten die voor leerlingen aantoonbaar succesvol zijn en waarbij de samenwerking tussen Voortgezet Onderwijs en Middelbaar Beroepsonderwijs op basis van positieve resultaten verder kan worden uitgebreid. Hierop sluit bij voorbeeld het LOC concept naadloos aan. Ook wordt aangesloten bij ontwikkelingen op stedelijk niveau zoals bestrijden van Voortijdig Schoolverlaten, jeugdwerkeloosheid e.d. en wordt aandacht besteed aan het zichtbaar maken van (lopende) regionale initiatieven op dit vlak. Deze aanpak leidt tot het intensiveren van afspraken met het MBO op leerlingprogramma en netwerkniveau. De doelstelling is het aantal schoolwisselaars te verminderen en ongediplomeerde instroom in het MBO zoveel mogelijk te voorkomen. Het Rijnmonds Perspectief werkt aan de volgende routes: De scholen voor voortgezet onderwijs ontwikkelen samen met het MBO doorlopende leerlijnen voor specifieke doelgroepen: leerwerktrajecten, AKA, VM2, LOC s, vakschool en gerichte aansluiting voor leerlingen met vmbo-t, havo Het realiseren van doorlopende zorglijnen VO-MBO (warme overdracht, gesystematiseerde overdracht), waarbij Koers VO een faciliterende en ondersteunende functie heeft Het ontwikkelen van een specifieke route voor leerlingen van het Praktijkonderwijs (tot 23 jaar) en voor dreigende uitvallers uit het VMOB/LWOO, die met een bijbehorend onderwijsarrangement uitstromen naar de arbeidsmarkt Leerlingen tot 23 jaar worden gevolgd in het vervolgonderwijs (MBO) zodat inzicht ontstaat succesvolle doorstroom en redenen van uitval. 6