Handreiking bevorderen van regionale samenwerking bij huisvesting vergunninghouders

Vergelijkbare documenten
Huisvesting van vergunninghouders. Suzanne Jansen Accountmanager Gelderland en Overijssel OTAV, VNG 27 januari 2016

Notitie over Uitvoeringsakkoord Verhoogde Asielinstroom. 23 mei 2016

Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom wat doel maatregel Werk en Integratie

BB/U Lbr. 15/097

Collegebesluit. Onderwerp: Aanhuur 2e verdieping Zijlweg 245 ten behoeve van statushouders BBV nr: 2015/524330

STAND VAN ZAKEN UITWERKING BESTUURSAKKOORD VERHOOGDE ASIELINSTROOM

Bestuurlijk kader : Programma Bestuur Zaaknummer : Z

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Begrotingswijziging Avres 2016

ons kenmerk ECSD/U Lbr. 16/024

ons kenmerk ECSD/U Lbr. 16/024

Plan van aanpak realisatie taakstelling huisvesting statushouders in de regio Alkmaar

Plan van aanpak huisvesting statushouders Gemeente Krimpen aan den IJssel

Raadsvoorstel en besluitnota

A-avond Vluchtelingen. Aanpak asielzoekers en vergunninghouders Eindhoven

Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom

Rol gemeente nieuwkomersonderwijs. Venhar Sariaslan PO Raad beleidsadviseur Passend Onderwijs & Nieuwkomersonderwijs

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

BB/U Lbr. 15/103

Personen met de vergunning op basis van discretionaire bevoegdheid van de Staatssecretaris met een tijdelijk doel

Vraag en antwoord subsidieregeling huisvestingsvoorziening

GEMEENTE BOX" PEL. kfífīō

Bijgaand zend ik u, mede namens de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, de antwoorden op deze vragen.

Datum 1 april 2009 Onderwerp Beantwoording vragen van het lid De Krom (VVD) over de huisvesting van asielzoekers

Aalburg Drimmelen Geertruidenberg Moerdijk Werkendam Woudrichem

Huisvesting van asielzoekers en vergunninghouders

Themabijeenkomst gemeenteraden Land van Cuijk, 30 september Informatie statushouders, asielzoekers en vluchtelingen

Raad op Zaterdag. Asiel en Integratie

* * Beleid. Fractie Liberaal Bloemendaal CC: Raadsleden en Duo-commissieleden. Geachte heer Heukels,

Statushouders. factsheet. Gemeentelijke ondersteuning van statushouders. Aantallen. Herkomst. Wachttijd asielprocedure

Bijlage 6. Paragraaf 2 vermeldt de conclusies. In paragraaf 3 staat een uitgebreidere toelichting.

Notitie Regionale aanpak vluchtelingenproblematiek Regio Kennemerland 6 november 2015

ECLBR/U Lbr. 16/021

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

2. Wat zijn GZZA-ers?

Beantwoording schriftelijke vragen van de Statenfractie PVV over Problemen bij woningbehoefte door toename asielzoekers

Vraag en antwoord subsidieregeling huisvestingsvoorziening

Beantwoording artikel 38 vragen

Het Gemeentelijk Versnellingsarrangement (GVA)

nr^ Vanuit onze wettelijke rol als interbestuurlijk toezichthouder houden wij zicht op

Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom. 28 april 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

B&W Vergadering. B&W Vergadering 23 augustus 2016

Titel: Provinciaal beleid en de huisvestingsmogelijkheden voor gemeenten

Beleidskader. Toezicht huisvesting vergunninghouders 2015

Onze Minister kan het op grond van artikel 2 verschuldigde bedrag invorderen bij dwangbevel.

ons kenmerk ECSD/U Lbr. 16/024

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

stedelijk gebied! ACTIEPLAN STATUSHOUDERS Samenwerken aan huisvesting in het Stedelijk Gebied Eindhoven

Het Gemeentelijk Versnellingsarrangement (GVA)

Themabijeenkomst gemeenteraden Land van Cuijk. Bijeenkomst over vergunninghouders, op 30 september 2015

Voorstel raad. 28 juni juni Onderwerp Vluchtelingenvraagstuk

Handreiking Interbestuurlijk Toezicht (IBT) 2019 voor gemeenten

*Z B* Aan de gemeenteraad. Raadsvoorstel. 1. Onderwerp Opvang asielzoekers Opvang Asielzoekers

Mededeling van het college aan de gemeenteraad ( )

h APR Ben. Ambt.: Streefdat.: Afschr.:r^OcJ^) OSĉ^LV ons kenmerk ECLBR/U Lbr. 16/021

Team: Sociaal Beleid/projectgroep vluchtelingen

Factsheet huisvesting statushouders

Gemeentelijk zelfzorgarrangement (gzza) Vragen en antwoorden voor externen

Een opvanglocatie in de gemeente. Factsheet Uitkeringen Faciliteitenbesluit Opvangcentra

Plan van aanpak. Een parallelle aanpak voor statushouders in Harderwijk. Oktober 2016

Memorandum. Aan. : PORA Ruimte Van

zaaknummer

Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen 111:111 INíl III III

Samenvatting Voorjaarsnota - decembercirculaire

Adviesformulier. ^ Het college van B. en W. Reg.nr. Par manager: f"j^j

Handreiking Interbestuurlijk Toezicht (IBT) voor gemeenten

Registratienummer collegebesluit:

Werkconferenties OTAV, Platform Opnieuw Thuis en VNG. Participatiepotentieel: Erkennen en inzetten

Onderwerp: Voortgangsnotitie opvang vluchtelingen en huisvesting. Datum b&w-vergadering: 9 februari 2016

nieuwkoop lllllllllllllllllllllllllllllllllllll

Huisvesting en begeleiding vergunninghouders 2016

DIGITAAL AFSCHRIFT 2015_BW_00359

Commissie: Samen leven 9 juni Gemeenteraad: 30 juni 2016

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom. 28 april 2016

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Technische vragen RIB meicirculaire Utrechtse Heuvelrug

onderwerp Wijzigen convenant met Centraal orgaan opvang asielzoekers en Immigratie- en Naturalisatiedienst BRP-straat Justitieel Complex Schiphol

In het kader van de actieve informatievoorziening berichten wij u het volgende:

Aan de bestuurders van de leden van het Platform Opnieuw Thuis

ACTIEPLAN STATUSHOUDERS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Een opvangcentrum in de gemeente. Uitkeringen Faciliteitenbesluit Opvangcentra

Vragen en signalen van gemeenten naar aanleiding van de regionale bijeenkomsten Participatieverklaringstraject

Flexibilisering van de asielopvang en keten. Ambtelijke denkrichtingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Subsidie VWON 2015 voor de maatschappelijke begeleiding en extra tijdelijke formatie voor uitvoering voor huisvesting statushouders

Gemeentelijk versnellingsarrangement (GVA) Vragen en antwoorden voor gemeenten

Plan van aanpak Taakstelling huisvesting verblijfsgerechtigden. Gemeenten Cuijk, Grave, Mill en Sint Hubert Oktober 2014

Aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. 20 februari Betreft: Vierde voortgangsrapportage Platform Opnieuw Thuis

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van P.L. Vermeulen (SP) (d.d. 9 oktober 2014) Nummer Onderwerp Huisvesting statushouders

De raad van de gemeente Tholen. Tholen, 16 februari Onderwerp: opvang en huisvesting vluchtelingen in de gemeente Tholen.

1. Kennis te nemen van de maart- en meicirculaire en de (financiële) gevolgen daarvan

C. Taakmutaties voor domeinen D. Doeluitkeringen voor domeinen E. Decentralisaties sociaal

Informatienota raad. Actieplan Stedelijke Gebied Eindhoven betreffende huisvesting vergunninghouders. *16bs00095*

Haarlem. Raadsfractie TROTS Haarlem

Officiële uitgave van Kompas, Gemeentelijk collectief voor werk, inkomen & zorg.

ons kenmerk ECLBR/U Lbr. 15/090

Ons kenmerk Rfv/ Doorkiesnummer

Transcriptie:

Handreiking bevorderen van regionale samenwerking bij huisvesting vergunninghouders Overdracht taakstelling is mogelijk De omstandigheden waarin gemeenten hun taakstelling huisvesting vergunninghouders moeten realiseren, kunnen behoorlijk verschillen. In sommige gemeenten is bijvoorbeeld het risico op verdringing op de lokale woningmarkt groter, terwijl er in andere gemeenten meer ruimte is. Daardoor hebben sommige gemeenten moeite om hun taakstelling te realiseren, terwijl andere gemeenten juist meer kunnen en willen doen. Door regionaal samen te werken kunnen gemeenten vraag en aanbod beter op elkaar afstemmen, zodat de taakstellingen sneller kunnen worden gerealiseerd. De Huisvestingswet (art.29; lid 2) staat het onderling overdragen van vergunninghouders en taakstellingen toe, mits de optelsom van taakstellingen gelijk blijft. Er bestaat echter onduidelijkheid hoe vorm te geven aan regionale samenwerking. Om samenwerking te bevorderen ontwikkelde het Platform Opnieuw Thuis samen met de VNG en verschillende gemeenten een handreiking waarin de mogelijkheden uiteen worden gezet en gemeenten op weg worden geholpen. De handreiking bevat een bijlage met een stappenplan Geld volgt vergunninghouder Een belangrijk aandachtspunt was tot voor kort de verevening van kosten die samenhangen met het overnemen van taakstelling. Het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom van 28 april 2016 vergemakkelijkt de samenwerking tussen gemeenten echter aanzienlijk. Ten eerste doordat additionele middelen beschikbaar komen ter dekking van de kosten die gemeenten maken voor onderwijs, zorg, werk en integratie. Ten tweede doordat deze middelen worden uitgekeerd volgens de formule geld volgt vergunninghouder. Hetzelfde gold al voor de additionele middelen die in het bestuursakkoord van november 2015 beschikbaar waren gekomen voor maatschappelijke begeleiding, huisvestingsvoorzieningen en het gemeentelijke versnellingsarrangement (GVA). Deze maatregelen maken dat bij samenwerking de meeste kosten al vergoed worden op de plek waar ze gemaakt worden en er hoogstens nog proceskosten voor onderlinge verrekening in aanmerking komen. Varianten in samenwerking In grote lijnen zijn er vijf varianten voor regionale samenwerking: 1. Uitruil statushouders Gemeenten in dezelfde regio willen door samen te werken hun totale beschikbare aanbod aan aantallen en typen woningen beter afstemmen op de samenstelling en woningvraag van de populatie van vergunninghouders. Het kan bijvoorbeeld zijn dat in een bepaalde gemeente meer woningen voor alleenstaanden beschikbaar zijn, terwijl in een naburige gemeente meer woningen voor gezinnen beschikbaar zijn. Mogelijk kan daarin al worden voorzien door de wijze van koppelen vanuit COA. Maar gemeenten kunnen ook de aan hen gekoppelde vergunninghouders in totaliteit bezien en zo goed mogelijk onderling verdelen, uiteraard in afstemming met de regievoerder van COA. Het kan behulpzaam zijn om dan samen een coördinator aan te stellen die tot taak heeft vraag en aanbod in beeld te brengen en regiobreed tot een zo goed mogelijke match te komen. Bij deze vorm van samenwerking blijft het aantal te plaatsen vergunninghouders per gemeente gelijk. Gemeenten kunnen er voor kiezen hierbij alleen eventuele procesof coördinatiekosten te verrekenen. Voorbeelden van deze samenwerking zien we o.a. in de regio Noord Kennemerland, in de Drechtsteden en rond Haarlem.

2. Overnemen taakstelling Een gemeente kan meer huisvesten dan zijn taakstelling, terwijl een andere gemeente daar grote moeite mee heeft. De ene gemeente kan dan (een deel van) de taakstelling van een andere gemeenten invullen. Deze optie heeft het meeste effect op de uitstroom van vergunninghouders uit de AZC s als hij wordt benut voor nog te realiseren taakstelling en niet voor onderlinge verrekening van bestaande voor- en achterstanden. Voor een gemeente die meer wil doen, is ook een optie om een voorschot te nemen op de toekomstige eigen taakstelling. Dit leidt weliswaar tot een snellere huisvesting van vergunninghouders, maar het heeft de voorkeur om te bezien of er taakstelling van een gemeente kan worden overgenomen die deze niet kan realiseren, omdat er dan een knelpunt kan worden opgelost. In deze variant hoeft er alleen kostenverevening plaats te vinden, voor zover de kosten niet al volgens het principe geld volgt vergunninghouder worden vergoed. De ontvangende gemeente zal dat moeten kunnen aantonen. Overigens kan deze vorm ook regio overstijgend worden toegepast, als b.v. een gemeente uit een gebied met een gespannen woningmarkt tot afspraken komt met een gemeente uit een krimp- of anticipeerregio. 3. Regionale functie GVA Een derde denkbare optie is dat een gemeente kan bijdragen door ruimte beschikbaar te stellen voor tijdelijke huisvesting (doorstroomwoningen), bij voorbeeld in het kader van het GVA (gemeentelijk versnellingsarrangement), waarvan ook andere gemeenten in de regio gebruik kunnen maken. Afspraken daarover kunnen worden gemaakt aan de regionale regietafel en in afstemming met COA. Dat kan zowel in situaties waarin een gemeente (nog) niet aan definitieve invulling van de taakstelling kan voldoen, als in situaties waarin een gemeente méér wil doen dan de eigen taakstelling. In deze situatie moeten wel goede afspraken over de kosten worden gemaakt, zowel over kosten die samenhangen met de GVA, als van de permanente huisvesting daarna. GVA plaatsingen tellen immers mee voor de taakstelling, er van uitgaande dat de betreffende gemeente na de GVA ook voor permanente huisvesting zorg draagt. De meest voor de hand liggende wijze van verrekening is dan dat alle deelnemende gemeenten hun eigen taakstelling invullen en dus ook de vergoedingen ontvangen die daar aan gekoppeld zijn. Maar zij realiseren dat in eerste instantie door plaatsing in de gemeenschappelijke doorstroomwoningen en dragen daar hun aandeel in de kosten aan bij, inclusief de kosten voor maatschappelijke begeleiding, etc. die daar al gemaakt worden. Of en zo ja welke kosten voor onderlinge verrekening in aanmerking komen hangt af van het gekozen model en de samenwerkingsvorm. Een voorbeeld van deze samenwerking vinden we in Tynaarlo en omgeving. 4. Uitruil vergunninghouders en AZC Een vierde vorm betrekt ook de opgaven rond de asielopvang in de samenwerking. Waar de ene gemeente misschien wat gemakkelijker méér vergunninghouders kan huisvesten, heeft een ander mogelijk ruimte om een opvanglocatie voor asielzoekers binnen zijn grenzen onder te brengen. Hoewel beide opgaven een andere grondslag hebben en ook een andere systematiek van kostenverrekening kennen, valt hier voor gemeenten en een regio als geheel soms een win-win situatie te creëren. Met betrekking tot de taakstelling huisvesting vergunninghouders komt deze vorm feitelijk overeen met 2. Een gemeente neemt een deel van de taakstelling van een ander over, in dit geval met de overweging dat de ander helpt met een opvanglocatie. In deze variant hoeft er alleen kostenverevening plaats te vinden, voor zover de kosten niet al volgens het principe geld volgt vergunninghouder worden vergoed. De ontvangende gemeente zal dat moeten kunnen aantonen. Deze vorm van samenwerking komt o.a. voor bij de gemeenten in Hart van Brabant.

5. Gezamenlijke backoffice Een vijfde vorm van samenwerking heeft niet zozeer op de huisvesting zelf betrekking, maar op krachtenbundeling bij de beleidsvorming en uitvoering (gemeenschappelijke backoffice). Vooral voor kleinere gemeenten kan het waardevol zijn om met anderen samen te werken bij het ontwikkelen en verkennen van huisvestingsalternatieven, bij de communicatie rond huisvestingsinitiatieven, maar ook bij het vormgeven van integratiebeleid en werktoeleiding. Op deze wijze werken de gemeenten in de regio Foodvalley samen. Verevening of niet In het bestuursakkoord van nov 2015 en in het uitwerkingsakkoord van april 2016 zijn maatregelen genomen die maken dat er tussen gemeenten in veel gevallen géén verrekening van kosten hoeft plaats te vinden bij een overname van taakstelling. Als gemeenten tot afspraken komen en willen nagaan of dat met gesloten beurs kan, kunnen zij de volgende resultaten van de akkoorden in hun beschouwing betrekken: Werk en Integratie Uitgaven voor reguliere bijstand. Het zwaartepunt van de bijstandskosten ligt in de eerste twee jaar. Een knelpunt was de t-1 problematiek waardoor hogere uitgaven pas na verloop van tijd worden vergoed. Het uitwerkingsakkoord compenseert hiervoor; de systematiek daarvan wordt nog nader uitgewerkt door de fondsbeheerders van het gemeentefonds en de VNG. Uitgaven voor bijzondere bijstand Het gaat hier hoofdzakelijk om een tegemoetkoming in de inrichtingskosten van een vergunninghouder. Gemeenten stellen hiervoor zelf normbedragen vast, afhankelijk van de gezinsgrootte. Er kan sprake zijn van bijstand om niet of van leenbijstand. Een aandachtspunt hierbij is ook de bijzondere bijstand die soms wordt ingezet om wonen voor jongeren tussen 18 en 21 mogelijk te maken. Specifieke omstandigheden en beleidskeuzes kunnen maken dat het beroep op bijzondere bijstand hoger is dan waarvoor het uitwerkingsakkoord compenseert. Gezondheid, zorg en preventie Te verwachten valt dat door de instroom van vergunninghouders de vraag naar reguliere zorg toeneemt. Deze is goeddeels afgedekt door het zorgverzekeringsstelsel. Ook is te verwachten dat het beslag op WMO-gelden en specifieke zorgverlening, zoals traumazorg en jeugdzorg, toeneemt. Hiervoor biedt het uitwerkingsakkoord compensatie. Daarin zijn afspraken gemaakt over preventie, jeugdgezondheidszorg, infectieziektebestrijding en jeugdhulp. Onderwijs De vraag naar regulier onderwijs zal toenemen. Daarnaast zal de vraag naar speciaal onderwijs, volwassenenonderwijs en schakelklassen toenemen. Het reguliere onderwijsaanbod wordt bekostigd door het rijk. Gemeenten hebben vooral te maken met coördinatie- en huisvestingskosten van onderwijs. Hiervoor biedt het uitwerkingsakkoord compensatie. Hierin zijn afspraken gemaakt over huisvesting primair en voortgezet onderwijs, leerlingenvervoer, voor- en vroegschoolse educatie en schakel- en taalklassen. Maatschappelijke begeleiding Hiervoor ontvangen gemeenten een rechtstreekse bijdrage. Het COA maakt deze bijdrage over aan de gemeente waar de vergunninghouder daadwerkelijk wordt

gehuisvest. Hiervoor hoeft dus geen verevening plaats te vinden. In het bestuursakkoord is de vergoeding verhoogd naar 2.370 per vergunninghouder. Overige kosten Tenslotte kan er nog sprake zijn van uitvoeringskosten voor de gemeentelijke organisatie en vrijstelling van gemeentelijke heffingen. Baten Aan de batenkant is er sprake van een effect op de uitkeringen uit het Gemeentefonds op basis van inwonertal en (op termijn) de opbrengst van gemeentelijke belastingen. Vergunninghouders zijn net als andere burgers voor de overheid niet alleen een kostenpost. In hoeverre vergunninghouders gemeenten geld kosten, of juist opleveren hangt mede af van de mate waarin zij integreren en de weg naar een zelfstandig bestaan met werk weten te vinden. De balans kan dan ook in de loop van de tijd verschuiven.

Bijlage Stappenplan bij herverdeling taakstelling huisvesting vergunninghouders Stappen: 1. Verkenning van en besluitvorming door gemeenten die willen herverdelen. Besluitvorming tot wijziging van de taakstellingen schriftelijk en door B&W van alle betrokken gemeenten. De som van de aantallen vergunninghouders in wier huisvesting na die wijziging in de betrokken gemeenten tezamen dient te worden voorzien, mag niet wijzigen. Aantallen te herverdelen vergunninghouders zwart op wit en openbare bekendmaking. Afspraak gebonden in tijd (voor één taakstellingsperiode max). 2. Deelnemende gemeenten doen actieve kennisgeving van besluit tot herverdeling per brief aan COA (t.a.v. de unit Plaatsing, Postbus 3002, 2280 ME Rijswijk). 3. COA toetst of de som van de aantallen te huisvesten vergunninghouders klopt. Zo ja, verwerkt het COA de cijfers binnen één maand in het overzicht voor- en achter. COA informeert ministerie V&J én provincie als interbestuurlijk toezichthouder (t.a.v. het team IBT huisvesting vergunninghouders, Postbus 90151, 5200 MC s-hertogenbosch). 4. De provincie als interbestuurlijk toezichthouder neemt kennis van en houdt rekening met de herverdeling in de taakstellingsperiode waarbinnen de herverdeling valt. Eenmaal overgedragen taakstellingen worden niet meer aan de overdragende gemeenten toegerekend. De overnemende gemeenten worden beoordeeld op de totale, verhoogde (individuele) taakstelling. Bijbehorende uitgangspunten: 1. Individuele opdracht/taakstelling voor gemeenten. De taakstelling huisvesting vergunninghouders is een wettelijke taak die aan iedere individuele gemeente wordt opgelegd. Dat betekent dat een gemeente niet eenzijdig afstand kan doen van deze taak of verplichting. Nakomen is de norm. Bij niet-nakomen is de bestuurlijke interventieladder interbestuurlijk toezicht van toepassing. 2. Overdracht taakstelling is echter mogelijk De Huisvestingswet (art. 29, lid 2) maakt het mogelijk dat taakstellingen tussen gemeenten worden herverdeeld. De wet spreekt van een gezamenlijk besluit van B&W van twee of meer herverdelende gemeenten tot wijziging van die taakstellingen, met dien verstande dat de som van de aantallen vergunninghouders in wier huisvesting na die wijziging in de betrokken gemeenten tezamen dient te worden voorzien, niet wijzigt. De mogelijkheid en verantwoordelijkheid voor herverdeling ligt dus bij de gemeenten die dit afspreken. Er is geen bevestigende of autoriserende instantie daarboven. Wel zullen COA, ministerie V&J en provincie als interbestuurlijk toezichthouder op de hoogte gebracht moeten worden van het besluit. 3. Eenmaal overgedragen, blijft overgedragen! Uit de wettekst volgt dat, als het besluit eenmaal is genomen, de taakstelling voor het afgesproken deel overgaat naar de andere gemeente. Bij niet-nakoming door die gemeente kan de overdragende gemeente dus niet meer alsnog aangesproken worden. Er is dus sprake van daadwerkelijke wijziging van de taakstelling. Ook betekent dit dat een besluit tot herverdeling bij voorkeur beperkt moet zijn in reikwijdte (tijd en

hoeveelheid). Een besluit betreft in de regel dan ook niet meer dan één taakstellingsperiode. 1 4. Herverdeling moet eenduidig geregistreerd worden! Er moet volstrekte duidelijkheid zijn over hoeveel vergunninghouders herverdeeld worden. Gemeenten dienen dus een schriftelijk besluit (publiekrechtelijke rechtshandeling!) te nemen. Van dit besluit dienen zowel het COA (verdeling/matching vergunninghouders) als provincie (toezichthouder) zo spoedig mogelijk, in redelijkheid binnen één week, na bekendmaken van het besluit op de hoogte gesteld te worden. Verantwoordelijkheid voor verspreiden bekendheid besluit ligt dus bij de besluitende gemeenten. Verificatie van de cijfers vindt plaats door het COA. Het COA toetst of de som van de aantallen te huisvesten vergunninghouders klopt. Zo niet, dan brengt het COA de gemeenten op de hoogte om dit recht te laten zetten. Lukt dit niet dan heeft er geen wettelijke herverdeling plaatsgevonden en blijft de bestaande taakstelling bestaan. COA informeert ook provincie als interbestuurlijk toezichthouder. 5. De nieuwe afspraken moeten verwerkt worden in de administratie. Het COA houdt de standen voor gemeenten bij. Onderlinge herverdeling dient dan ook door COA in de cijfers verwerkt te worden, binnen één maand na ontvangst in de cijfers terug te vinden zijn. In verband met het opstellen van de taakstelling door het ministerie van V&J, dienen afspraken tot herverdeling ook aan dit ministerie, alsmede aan het ministerie van BZK (verantwoordelijk voor Huisvestingswet) doorgegeven te worden. Voorafgaande toestemming is echter niet vereist. 1 Daarvan kan in overleg met COA/V&J/BZK worden afgeweken. Dat gebeurt in bijzondere gevallen, zoals bij de Waddeneilanden en de gemeente Rozendaal.