SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE

Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 3-5. Reacties. Klas

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE

Aluminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie.

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 2

Uitwerkingen Uitwerkingen 4.3.4

SCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW.

5 Formules en reactievergelijkingen

Rekenen aan reacties 3. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Uitwerkingen Uitwerkingen 3.7.4

Rekenen aan reacties (de mol)

Rekenen aan reacties 2. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3

Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4

Samenvatting Chemie Overal 3 havo

Rekenen aan reacties. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Samenvatting Scheikunde H3 Reacties

3.1 Energie. 3.2 Kenmerken chemische reactie

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Module 8 Chemisch Rekenen aan reacties

3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019)

5-1 Moleculen en atomen

woensdag 14 december :06:43 Midden-Europese standaardtijd

1) Stoffen, moleculen en atomen

Rekenen aan reacties 4. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Hulp: kennisclips. Zelfstudieopdrachten voor volgende week

Chemisch rekenen versie

1. Geef bij de volgende reactievergelijkingen steeds aan:

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Oefenopgaven BEREKENINGEN

Cursus Chemie 5-1. Hoofdstuk 5: KWANTITATIEVE ASPECTEN VAN CHEMISCHE REACTIES 1. BELANGRIJKE BEGRIPPEN Relatieve Atoommassa (A r)

07 MOLECUULFORMULES & CHEMISCHE BINDINGEN PROCESTECHNIEK

Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1

SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK

Het smelten van tin is géén reactie.

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

Chemisch rekenen versie

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties

Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten

Gegeven is volgende niet-uitgebalanceerde reactievergelijking waarin X de formule van een verbinding voorstelt:

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 10 Concentratie bladzijde 1

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

Oefenopgaven REDOX vwo

I. Basiskennis. Zuivere stof*: Is materie die uit 1 stof bestaat en niet meer gescheiden kan worden door fysische scheidingstechnieken.

Scheikundige berekeningen rond bereidingen

Hulpmiddelen: Binas T99, T40A. Hulpmiddelen: Binas T99, T40A

Eén mol vrachtauto s wegen ook meer dan één mol zandkorrels en nemen ook veel meer ruimte in. Maar het aantal vrachtauto s in een mol is exact evengro

HOOFDSTUK 11. Kwantitatieve aspecten van reacties

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6 en 8

Hoofdstuk 6: Moleculen en Atomen 6.1) (1) Moleculen ( ( 6.1) Atomen ( ( 6.2) Rekenen aan reacties ( ( 6.3) Molecuulformules ( (

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat uit twintig vragen

Scheikunde Samenvatting H4+H5

Chemie: oefeningen zuren, hydroxiden en zouten

Chemisch rekenen versie

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

SCHEIKUNDE KLAS TITEL VAN HET BLAD

Hoofdstuk 5. Zouten HAVO

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

Eindexamen havo scheikunde pilot II

Oplossingen oefeningenreeks 1

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

5 a de gele vlam wappert, is minder heet en geeft roet af b vlak boven de kern c met de gasregelknop d de brander is dan moeilijk aan te steken

Eindexamen natuurkunde/scheikunde 2 vmbo gl/tl I

THEORIE UIT EXPERIMENTEN TABELLEN SCIENCE / NATUURKUNDE / SCHEIKUNDE

Reactievergelijkingen

Chemie 4: Atoommodellen

namen formules ionogene stoffen van Als je de negatieve ionen (behalve OH - ) koppelt aan H + - ionen ontstaan verbindingen die men zuren noemt.

In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie.

Eindexamen natuurkunde/scheikunde 2 vmbo gl/tl II

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

Oefenopgaven BEREKENINGEN Inleiding Maak eerst de opgaven over dit onderwerp die bij havo staan. In dit document vind je alleen aanvullende opgaven.

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

6 VWO EXTRA OPGAVEN + OEFENTENTAMENOPGAVEN SCHEIKUNDE 1 H4, H5, H7, H13 en H14

Chemische reacties. Henk Jonker en Tom Sniekers

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.

Weet je het nog? Welke bewerking moet in afbeelding 21.1 langs elke pijl staan?

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

Reacties met koper 4.1 (1)

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

Oefenvraagstukken 5 VWO Hoofdstuk 11. Opgave 1 [HCO ] [H O ] x x. = 4,5 10 [CO ] 1,00 x 10

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Eindexamen scheikunde havo 2008-I

Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2005

Chemisch rekenen antwoordmodel versie

1 Voedingselementen Voedingselementen Zuurgraad Elektrische geleidbaarheid (EC) Afsluiting 14

Oefenvragen Hoofdstuk 4 Chemische reacties antwoorden

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN

I. Basiskennis. ijs. Een chemisch verschijnsel is het verschijnsel waarbij wel nieuwe stoffen ontstaan.

2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen

Transcriptie:

SKILL TREE

MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2 O C 2 H 6 C C 2 H 6 O D CO 2 E F C 4 H 8 O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3 H 6 O C C 2 H 2 D C 6 H 5 NO E C 5 H 8 O 2 S 2 F C 8 H 14 N 4 O OPDRACHT 3: MOLECUULFORMULES LEVEL 2 A Koolstof: 1, waterstof: 3, fluor: 1 Koolstof: 6, waterstof: 12, zuurstof: 6 C Stikstof: 2, zwavel: 1, zuurstof: 2 D Koolstof: 4, waterstof: 9, stikstof: 1, zuurstof: 2

OPDRACHT 4: MOLECUULFORMULES LEVEL 3 A C 7 H 8 NSr C 10 H 6 N 2 OClF

REACTIESCHEMA S OPDRACHT 5: REACTIESCHEMA S LEVEL 1 A C jood + chloor joodtrichloride waterstof + zuurstof water. natrium + chloor natriumchloride. OPDRACHT 6: REACTIESCHEMA S LEVEL 2 A C methaan waterstof + koolstof waterstofsulfide + zuurstof water en zwaveldioxide zink + zuurstof zinkoxide OPDRACHT 7: REACTIESCHEMA S LEVEL 3 A C trinitrotolueen koolstofdioxide + water + stikstof + koolstof aceton + zuurstof water + koolstofdioxide ijzer + zuurstof ijzer(ii)oxide

REACTIEVERGELIJKINGEN KLOPPEND MAKEN OPDRACHT 8: MOLECUULVERHOUDING LEVEL 1 A 10 4 C 1000 D 500.000 OPDRACHT 9: KLOPPEND MAKEN LEVEL 1 A 2 Ca + O 2 2 CaO 4 K + O 2 2 K 2 O C 4 Fe + 3 O 2 2 Fe 2 O 3 D 2 Pb + O 2 2 PbO OPDRACHT 10: KLOPPEND MAKEN LEVEL 2 A H 2 + Cl 2 2 HCl 3 Mg + N 2 Mg 3 N 2 C N 2 + 3 H 2 2 NH 3 D 2 H 2 O 2 2 H 2 O + O 2 OPDRACHT 11: KLOPPEND MAKEN LEVEL 2 A P 4 + 5 O 2 2 P 2 O 5 2 NaN 3 2 Na + 3 N 2 C CO + 2 H 2 CH 3 OH D 2 KClO 3 2 KCl + 3 O 2

OPDRACHT 12: KLOPPEND MAKEN LEVEL 2 A C 3 H 8 + 5 O 2 3 CO 2 + 4 H 2 O C 6 H 12 O 6 2 C 2 H 5 OH + 2 CO 2 C H 2 SO 4 + 2 Cu Cu 2 SO 4 + H 2 D Fe(OH) 3 + 3 Na 3 NaOH + Fe (hoort bij R.V. met groepen) OPDRACHT 13: KLOPPEND MAKEN LEVEL 2 A 4 NH 3 + 5 O 2 4 NO + 6 H 2 O SO 2 + 2 H 2 O + r 2 H 2 SO 4 + 2 Hr C 4 HCl + O 2 2 Cl 2 + 2 H 2 O D 2 H 2 SO 4 + 2 Fe Fe 2 (SO 4 ) 2 + 2 H 2 (hoort bij R.V. met groepen) OPDRACHT 14: KLOPPEND MAKEN LEVEL 3 A 2 Al + Fe 2 O 3 Al 2 O 3 + 2 Fe 4 FeS + 7 O 2 2 Fe 2 O 3 + 4 SO 2 C 2 Fe(OH) 3 + 3 H 2 6 H 2 O + 2 Fe OPDRACHT 15: KLOPPEND MAKEN LEVEL 3 A PCl 5 + 4 H 2 O H 3 PO 4 + 5 HCl 2 As + 6 NaOH 2 Na 3 AsO 3 + 3 H 2 C Fe 2 O 3 + 3 CO 2 Fe + 3 CO 2

REACTIEVERGELIJKINGEN MET GROEPEN OPDRACHT 16: R.V. MET GROEPEN LEVEL 1 A 2 NaOH + K 2 S 2 KOH + Na 2 S CaCO 3 + 2 Cu Cu 2 CO 3 + Ca C AlPO 4 + 3 Cu Cu 3 PO 4 + Al OPDRACHT 17: REACTIEVERGELIJKINGEN MET GROEPEN LEVEL 2 A 3 H 2 SO 4 + 2 Fe Fe 2 (SO 4 ) 3 + 3 H 2 3 KOH + H 3 PO 4 K 3 PO 4 + 3 H 2 O C Fe 2 (CO 3 ) 3 + 6 Na 3 Na 2 CO 3 + 2 Fe OPDRACHT 18: REACTIEVERGELIJKINGEN MET GROEPEN LEVEL 3 A 3 CaCl 2 + 2 Na 3 PO 4 Ca 3 P 2 O 8 + 6 NaCl 2 Fe 2 (CO 3 ) 3 + Pb 3 (PO 4 ) 4 4 FePO 4 + 3 Pb(CO 3 ) 2 C 2 Fe(OH) 3 + 3 Cl 2 3 H 2 O 2 + 2 FeCl 3

VERRANDINGSREACTIES OPDRACHT 19: VERRANDINGSREACTIES LEVEL 1 A CO 2 + SO 2 CO 2 + H 2 O C H 2 O + SO 2 D CO 2 + H 2 O + SO 2 OPDRACHT 20: VERRANDINGSREACTIES LEVEL 1 A CS 2 + 2 O 2 CO 2 + 2 SO 2 2 C 2 H 6 + 7 O 2 4 CO 2 + 6 H 2 O C C 4 H 10 O + 6 O 2 4 CO 2 + 5 H 2 O OPDRACHT 21: VERRANDINGSREACTIES LEVEL 2 A C 4 H 8 + 6 O 2 4 CO 2 + 4 H 2 O 2 H 2 S + 3 O 2 2 H 2 O + 2 SO 2 C 2 C 4 H 8 O + 11 O 2 8 CO 2 + 8 H 2 O OPDRACHT 22: VERRANDINGSREACTIES LEVEL 3 A 2 C 4 H 4 O + 9 O 2 8 CO 2 + 4 H 2 O 2 C 4 H 10 + 13 O 2 8 CO 2 + 10 H 2 O C 2 C 3 H 6 S + 11 O 2 6 CO 2 + 6 H 2 O + 2 SO 2

REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN OPDRACHT 23: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 1 A 2 NaCl 2 Na + Cl 2 CH 4 + 2 O 2 CO 2 + 2 H 2 O C C + O 2 CO 2 OPDRACHT 24: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 1 A I 2 + 3 Cl 2 2 ICl 3 2 C 2 H 6 + 7 O 2 4 CO 2 + 6 H 2 O C 2 H 2 + O 2 2 H 2 O OPDRACHT 25: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 2 A 4 H 2 + CO 2 2 H 2 O + CH 4 2 C 12 H 26 + 37 O 2 24 CO 2 + 26 H 2 O C S 8 + 8 O 2 8 SO 2 OPDRACHT 26: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 2 A 2 Al 2 O 3 4 Al + 3 O 2 2 C 8 H 18 + 25 O 2 16 CO 2 + 18 H 2 O C 2 C 2 H 6 S + 9 O 2 4 CO 2 + 6 H 2 O + 2 SO 2

OPDRACHT 27: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 2 A 2H 2 O + C 2 H 2 + CO 2 2 C 6 H 14 + 19 O 2 12 CO 2 + 14 H 2 O C CS 2 + 3 O 2 CO 2 + 2 SO 2 OPDRACHT 28: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 3 A 6 HNO 3 + 2 Fe 2 Fe(NO 3 ) 3 ) + 3 H 2 C 3 H 6 O + 4 O 2 3 CO 2 + 3 H 2 O C 2 C 2 H 6 S 2 O 2 + 9 O 2 4 CO 2 + 6 H 2 O + 4 SO 2 OPDRACHT 29: REACTIEVERGELIJKINGEN OPSTELLEN LEVEL 3 A 3 H 2 SO 4 + 2 Al Al 2 (SO 4 ) 3 + 3 H 2 C 2 H 5 OH + 3 O 2 2 CO 2 + 3 H 2 O C 2 C 3 H 8 SO + 11 O 2 6 CO 2 + 8 H 2 O + 2 SO 2

EENHEDEN OPDRACHT 30: EENHEDEN LEVEL 1 Reken de volgende eenheden om: A C D 3,0 g = 3000 kg 2,0 dm 3 = 2,0 L 5,4 kg = 5400 g 7,2 ml = 0,0072 L OPDRACHT 31: EENHEDEN LEVEL 2 Reken de volgende eenheden om: A C 2,0 mg = 0,0000020 kg 2,0 cm 3 = 0,0020 L 8,2 kg = 8200 g D 9,1 ml = 0,0091 dm 3 OPDRACHT 32: EENHEDEN LEVEL 3 Reken de volgende eenheden om: A 4,0 g/l = 4,0 kg/m 3 C 2,4 g/cm 3 = 2400 g/l 5,7 ton = 5700000 g D 6,2 ml = 0,0000062 m 3

WET VAN LAVOISIER OPDRACHT 33: LAVOISIER LEVEL 2 A De totale massa van de beginstoffen is altijd gelijk aan de totale massa van de reactieproducten, dus 72 gram. Omdat atomen niet verdwijnen (ze gaan zich herschikken tot nieuwe moleculen) en alle massa dus aanwezig blijft. OPDRACHT 34: LAVOISIER LEVEL 3 16,0 + 128,0 = 144,0 gram.

MOLECUULMASSA OPDRACHT 34: MOLECUULMASSA S LEVEL 1 ereken de molecuulmassa s van de onderstaande moleculen. Gebruik hierbij de bijlage in je boek. A 32,0 u C 160,0 u 256,8 u D 48,0 u OPDRACHT 35: MOLECUULMASSA S LEVEL 2 ereken de molecuulmassa s van de onderstaande moleculen. Gebruik hierbij de bijlage in je boek. A 46,0 u C 46,0 u 102,0 u D 180,0 u OPDRACHT 36: MOLECUULMASSA S LEVEL 3 ereken de molecuulmassa s van de onderstaande moleculen. Gebruik hierbij de bijlage in je boek. A 88,0 u C 85,0 u 60,1 u D 78,0 u

MASSAVERHOUDING OPDRACHT 37: MASSAVERHOUDING LEVEL 1 A 30 : 60. Dit zou je kunnen vereenvoudigen tot 1 : 2, maar dat hoeft bij een massaverhouding niet. 60 : 40. Dit zou je kunnen vereenvoudigen tot 3 : 2, maar dat hoeft bij een massaverhouding niet. OPDRACHT 38: MASSAVERHOUDING LEVEL 2 A 8,0 : 1,0 28,0 : 6,0 (of 14,0 : 3,0) OPDRACHT 39: MASSAVERHOUDING LEVEL 3 A 32,0 : 22,0 (of 16,0 : 11,0) 8,0 : 22,0 (of 4,0 : 11,0)

MASSAVERHOUDING EREKENEN OPDRACHT 40: MASSAVERHOUDING EREKENEN LEVEL 1 A 32,0 : 4,0 6,0 : 28,0 C 108,0 : 96,0 D 256,0 : 256,8 OPDRACHT 41: MASSAVERHOUDING EREKENEN LEVEL 2 A 32,0 : 36,0 6,0 : 34,0. C 204,0 : 96,0 D 256,8 : 512,8 OPDRACHT 42: MASSAVERHOUDING EREKENEN LEVEL 3 A 32,0 : 36,0 6,0 : 34,0. C 204,0 : 96,0 D 256,8 : 512,8

REKENEN I OPDRACHT 43: MASSA S EREKENEN LEVEL 1 (3,0/7,0)*4,0 = 1,7 g OPDRACHT 44: MASSA S EREKENEN LEVEL 1 (1,5/23,0)*35,5 = 2,3 g OPDRACHT 45: MASSA S EREKENEN LEVEL 2 Massaverhouding ijzer : ijzeroxide = 55,8 : 71,8 (2,5/55,8)*71,8 = 3,2 g OPDRACHT 46: MASSA S EREKENEN LEVEL 2 Massaverhouding zuurstof : koper(i)oxide = 16,0 : 143,0 (3,0/16,0)*143,0 = 26,8 g OPDRACHT 47: DICHTHEID LEVEL 2 Massaverhouding aluminium : aluminiumoxide = 27,0 : 51,0 (7,0/27,0)*51,0 = 13,2 g OPDRACHT 48: MASSA S EREKENEN LEVEL 3 Massaverhouding calcium : calciumchloride : calcium = 111,0 : 40,0 (3,0/111,0)*40,0 = 1,1 g OPDRACHT 49: MASSA S EREKENEN LEVEL 3 Massaverhouding calcium : zuurstof = 5,0 : 2,0 (5,0/5,0)*2,0 = 2,0 g

REKENEN II OPDRACHT 50: MASSA S EREKENEN LEVEL 1 Massaverhouding H 2 : O 2 = 4,0 : 32,0 (4,0/4,0)*32,0 = 32,0 g OPDRACHT 51: MASSA S EREKENEN LEVEL 1 Massaverhouding H 2 : N 2 = 6,0 : 28,0 (5,0/6,0)*28,0 = 23,3 g OPDRACHT 52: MASSA S EREKENEN LEVEL 2 Massaverhouding O 2 : FeS = 224,0 : 287,2 (18,0/224,0)*287,2 = 23,1 g OPDRACHT 53: MASSA S EREKENEN LEVEL 2 Massaverhouding CaCl 2 : NaCl = 333,3 : 351,0 (22,0/333,3)*351,0 = 23,2 g OPDRACHT 54: DICHTHEID LEVEL 2 30,0*1,98 = 59,4 g CO 2 Massaverhouding CO 2 : C 6 H 12 O 6 = 264 : 180 (59,4/264)*180 = 40,5 g

OPDRACHT 55: MASSA S EREKENEN LEVEL 3 Massaverhouding Na 3 AsO 3 : NaOH = 383,3 : 240,0 (0,400/383,3)*240,0 = 0,25 g 2 As + 6 NaOH 2 Na 3 AsO 3 + 3 H 2 OPDRACHT 56: MASSA S EREKENEN LEVEL 2 PCl 5 + 4 H 2 O H 3 PO 4 + 5 HCl Massaverhouding HCl : PCl 5 = 36,5 : 208,5 (3,5/36,5)*208,5 = 20,0 g

OVERMAAT OPDRACHT 57: OVERMAAT LEVEL 1 A ereken hoeveel gram H 2 reageert met 25,0 gram SnO 2. Massaverhouding SnO 2 : H 2 = 150,5 : 4,0 (25,0/150,5)*4 = 0,7 g ereken hoeveel gram SnO 2 reageert met 3,0 gram H 2. Massaverhouding H 2 : SnO 2 = 4,0 : 150,5 (3,0/4,0)*150,5 = 112,9 g C De redenatie kan op twee manieren: Om alle SnO 2 te laten reageren (opgave A) is 0,7 g H 2 nodig. Er is echter 3,0 g H 2 en dus is er meer H 2 dan er nodig is. H 2 is dus in overmaat. Om alle H 2 te laten reageren (opgave ) is er 112,9 g SnO 2 nodig. Er is echter maar 25,0 g SnO 2 en dus is er te weinig SnO 2. SnO 2 is dus in ondermaat. Dus is H 2 in overmaat. De overmaat H 2 is 3,0 0,7 = 2,3 g OPDRACHT 58: OVERMAAT LEVEL 2 Massaverhouding KOH : H 3 PO 4 = 168,3 : 251,4 (4,5/168,3)*251,4 = 6,7 g H 3 PO 4 Er is meer dan 6,7 g H 3 PO 4 dus is H 3 PO 4 in overmaat met 11,0 6,7 = 4,3 g

OPDRACHT 59: OVERMAAT LEVEL 3 A Massaverhouding KNO 3 : H 2 CO 3 = 202,2 : 62,0 (12,0/202,2)*62,0 = 3,7 g Er is meer H 2 CO 3 dan nodig is, dus is H 2 CO 3 in overmaat met 12,0 3,7 = 8,3 g. Ga met de berekening verder met KNO 3 als gegeven stof, want die reageert volledig (alle 12,0 g). Als je met H 2 CO 3 als gegeven stof wil rekenen moet je met 3,7 g (de hoeveelheid die maximaal kan reageren) als gegeven hoeveelheid rekenen. Massaverhouding KNO 3 : K 2 CO 3 = 202,2 : 138,2 (12,0/202,2)*138,2 = 8,2 g K 2 CO 3 Massaverhouding KNO 3 : HNO 3 = 202,2 : 126,0 (12,0/202,2)*126,0 = 7,5 g HNO 3