RAPPORT ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING KADER 2012 VWO Plaats : Rozendaal BRIN nummer : 02VN 00 VWO Onderzoeksnummer : 247036 Datum onderzoek : 27 augustus 2013 Datum vaststelling : 22 oktober 2013
Pagina 2 van 11
INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 27 augustus 2013 een onderzoek naar kwaliteitsverbetering uitgevoerd op Het Rhedens in Rozendaal, afdeling vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling en over de naleving van wet- en regelgeving. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. Het opbrengstenoordeel 2013 is weer voldoende voor de afdeling vwo. Daarom is besloten om op 27 augustus 2013 een onderzoek naar kwaliteitsverbetering te doen. Toezichthistorie In 2012 heeft de inspectie vastgesteld dat de opbrengsten van de afdeling vwo onvoldoende waren. Uit het kwaliteitsonderzoek dat in november 2012 is uitgevoerd, bleek dat er, naast onvoldoende opbrengsten, tekortkomingen waren in het didactisch handelen, de begeleiding en de kwaliteitszorg. De school heeft inmiddels een verbeterplan uitgevoerd. Gezien de ontwikkelingen in de opbrengsten is besloten om op 27 augustus 2013 een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering te doen. Onderzoeksopzet In dit onderzoek heeft de inspectie gericht gekeken naar de kwaliteit van de lessen (normindicator 5.3) en begeleiding door leraren (7.2). De overige normindicatoren zijn bij het kwaliteitsonderzoek (november 2012) als voldoende of goed beoordeeld. De inspectie heeft deze indicatoren tijdens dit onderzoek geverifieerd en tevens de nog aanwezige tekorten in de kwaliteitszorg beoordeeld. In dit onderzoek wordt tevens nagegaan of de school aan enkele wettelijke voorschriften voldoet. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: - Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Pagina 3 van 11
- Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatieactiviteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd en tijdens het schoolbezoek heeft overhandigd. - Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen. - Op uw school is verder een gesprek gevoerd met docenten. - Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie en het bevoegd gezag. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2012. Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 4 van 11
BEVINDINGEN Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs 2012. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2012 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Daarnaast heeft de inspectie enkele controles uitgevoerd op bepaalde standaard gecontroleerde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'. De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden. 1 2 3 4 5 1.1* De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2.5* De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vwo. 1.3.5* De leerlingen van de opleiding vwo behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4.5* Bij de opleiding vwo zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. De aangeboden leerinhouden zijn gericht op de brede ontwikkeling van leerlingen en de voorbereiding op vervolgonderwijs of arbeidsmarkt en samenleving. 1 2 3 4 2.1* De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan de wettelijke vereisten van artikel 11 a-f WVO. Pagina 5 van 11
De aangeboden leerinhouden zijn gericht op de brede ontwikkeling van leerlingen en de voorbereiding op vervolgonderwijs of arbeidsmarkt en samenleving. 1 2 3 4 2.2* De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn dekkend voor de examenprogramma s. 2.3* De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. Het schoolklimaat wordt gekenmerkt door veiligheid en respectvolle omgangsvormen 1 2 3 4 4.4* De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.7* Het personeel van de school zorgt ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. 4.8* De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. De leraren leggen duidelijk uit, organiseren de onderwijsactiviteit efficiënt en houden de leerlingen taakbetrokken 1 2 3 4 5.1* De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2* De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3* De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen 1 2 3 4 7.1* De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen passende zorg 1 2 3 4 8.2* De school voert de zorg planmatig uit. De school zorgt systematisch voor behoud of verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. 1 2 3 4 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van haar leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. Pagina 6 van 11
De school zorgt systematisch voor behoud of verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. 1 2 3 4 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van andere toetsinstrumenten. 9.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. Wet- en regelgeving Voldoet Voldoet niet N.1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WVO, art. 24a en 24c). N.2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WVO, art. 24 en 24c). N.3 Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WVO, art. 10h). N.4 Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en beide voldoen inhoudelijk aan de wettelijke vereisten (Eindexamenbesluit art. 31). N.5 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WVO art. 10, lid 2; 10b, lid 2; 10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5). Beschouwing Algemeen beeld De inspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op de afdeling vwo van Het Rhedens als voldoende. Dit oordeel is gebaseerd op de volgende overwegingen: Het opbrengstenoordeel 2013, dat gebaseerd is op de gemiddelde opbrengsten over de schooljaren 2009-2010, 2010-2011 en 2011-2012, is voldoende. Uit gegevens van de school blijkt dat ook het opbrengstenoordeel 2014 waarschijnlijk voldoende zal zijn. Het onderwijsproces vertoont één tekortkoming, namelijk op het punt van activerend leren, en is naar het oordeel van de inspectie van voldoende kwaliteit. De school werkt in haar kwaliteitszorg voldoende systematisch en planmatig; de inspectie heeft de kwaliteitszorg als voldoende beoordeeld. Pagina 7 van 11
De school leeft de onderzochte wet- en regelgeving na. Toelichting Het bovenstaande algemene oordeel van de inspectie wordt hieronder toegelicht. Daarbij komen voor zover van toepassing achtereenvolgens de in de inleiding genoemde aspecten aan bod: de opbrengsten, het onderwijsproces, de kwaliteitszorg en de wet- en regelgeving. Opbrengsten De school realiseert over de jaren heen een onvoldoende bovenbouwrendement. De overige opbrengstindicatoren zijn voldoende. De relatieve oordelen over de gemiddelde cijfers bij het centraal examen (ce) zijn op de opbrengstenkaarten 2011, 2012 en 2013 één maal onvoldoende (de absolute cijfers zijn achtereenvolgens 6.2, 5.9 en 6.4). In 2013 was het gemiddelde ce weer 6.4. De discrepantie tussen de schoolexamencijfers en de resultaten bij het centraal examen is gemiddeld over de drie genoemde schooljaren binnen de norm (0.34). Bij het examen van 2013 was de gemiddelde discrepantie tussen het schoolexamen en het centraal examen met 0.08 ver onder de norm van 0,50. Om tot betere opbrengstresultaten te komen had de school in 2011 een analyse gemaakt van de mogelijke oorzaken en een scala van verbetermaatregelen (korte en lange termijn) in uitvoering genomen. De inspectie constateerde al in haar rapport van november 2012 dat de verbeteractiviteiten uit het schoolbrede plan van aanpak zich voldoende richtten op de kwetsbare kenmerken van de schoolorganisatie, leerkracht en leerling en dat de activiteiten voldoende concreet waren uitgewerkt. Deze maatregelen hebben inmiddels aantoonbaar geleid tot verbetering van het onderbouwrendement en het gemiddelde cijfer voor het centraal examen. Het bovenbouwrendement is nog onvoldoende, maar vertoont een stijgende lijn. De locatie (Dieren of Rozendaal) waar de leerling de onderbouw heeft gevolgd, heeft statistisch geen significant voorspellende waarde voor de doorlooptijd(rendement) van de leerlingen in de bovenbouw havo/vwo. De ervaringen verschillen van jaar tot jaar. Zo doubleerden in het schooljaar 2012-2013 leerlingen die vanuit de onderbouw in Dieren instromen in Rozendaal vaker. Maar in de examenjaren zakten relatief meer leerlingen die de onderbouw in Rozendaal hadden gevolgd. Per saldo zijn de verschillen tussen de Pagina 8 van 11
onderbouwen van herkomst niet groot. De school verwacht dat de verschillen nog meer afnemen omdat de determinatie in Dieren is aangescherpt. Het onderwijsproces De inspectie heeft de normindicatoren geverifieerd en voldoende bevonden, met uitzondering van indicator 5.3. De inspectie heeft bij dit onderzoek in 4 lessen de onderwijspraktijk geobserveerd. Op basis hiervan en op basis van gesprekken met docenten - maakt zij de volgende opmerkingen. De uitleg die de leraren geven, is meestal duidelijk. De docenten verstaan hun vak in de regel en zijn goed benaderbaar. Zij vervullen hun rol als presentator met verve, zij het dat bovenbouwdocenten soms meer van hun leerlingen zouden mogen eisen. De school heeft meer aandacht voor de actieve betrokkenheid van leerlingen dan voorheen. Dat blijkt uit belegde studiemiddagen en de afgeronde training door CPS over de 5 rollen van de docent. De effecten van deze activiteiten zijn zichtbaar in de geobserveerde lessen maar nog te afhankelijk van de kwaliteit van de individuele docent. De directie herkent deze bevinding uit eigen onderzoek. Zij heeft met een lesobservatiewijzer - die gestoeld is op de vijf rollen van de docent - lessen beoordeeld en op grond daarvan een schoolprofiel opgesteld. Uit dit profiel komt naar voren dat het in een les nog regelmatig schort aan het benoemen van het doel, het gebruik van werkvormen gericht op activering van de leerling en een korte lesevaluatie. Ook differentiëren docenten in hun les onvoldoende op het actuele niveau van de leerling. Docenten geven aan dat er breed draagvlak is om meer aandacht te gaan schenken aan de didactische aspecten van hun vak. De kwaliteitszorg De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten en heeft de afgelopen jaren reeds met succes een aantal verbeteringen doorgevoerd. De inspectie constateerde dat de school in 2012 een kwaliteitsslag gemaakt heeft als het gaat om evaluatie- en sturing op leerresultaten. In 2013 is gewerkt aan borging van de lespraktijk. Deze is nu voldoende. Niet alleen voert de leiding structureel lesbezoeken uit (met een directe relatie naar de gesprekscyclus) aan de hand van vaste observatiecriteria (behorend bij de 5 rollen van de docent), maar tevens heeft zij de sterke en zwakke punten van alle docenten (naar sectie of team) in beeld gebracht. Met dit schoolprofiel is de leiding in staat om ook op team- en sectieniveau te sturen op leskwaliteit. Zij heeft hier inmiddels een begin mee gemaakt. Pagina 9 van 11
Wet- en regelgeving De school heeft de wettelijk vereiste documenten (de schoolgids, het schoolplan, het Examenreglement, het PTA en het zorgplan) naar de inspectie gestuurd; deze bevatten de verplichte onderdelen. De geprogrammeerde onderwijstijd voor het schooljaar 2013/2014 komt in alle leerjaren uit boven de wettelijke minimumnormen. Pagina 10 van 11
TOEZICHTARRANGEMENT Kwaliteit De Inspectie van het Onderwijs kent aan Het Rhedens Rozendaal, afdeling vwo, het basisarrangement toe. Dit betekent dat de inspectie op dit moment geen reden heeft om het toezicht te intensiveren. Naleving De inspectie concludeert tevens dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd. Pagina 11 van 11